JIMMY BROWN, sportheld no. 1 Amerika stond uranium-plaatsen aan de Sowjet-Unie af Verhaal van een gevluchte arbeider DE ZWARTE ORCHIDEE Zeeuwse Almanak DE STRIJD TEGEN TANDBEDERF BIJ DE ZEEUWSE JEUGD MAANDAG 7 NOVEMBER 1949 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT In de mijnen wordt op voile kracht gewerkt. STOCKHOLM, Nov. Het grootste blad van Zweden, „Dagens Nyheter", opende dezer dagen de krant met een verhaal van een uit Oost-Duitsland gevluchte dwangarbeider, dat ons belangrijk genoeg lijkt, om over te nemen. Met het oog op de achtergebleven familie-leden, verzoekt de schrijver anoniem te mogen blijven. Het heet dan in het verhaal: In 1923 kroop ik een keer door de gangen van een mijn in Ober- schlema. Plotseling bleef mijn begeleider, een van de leiders van het werk, staan. Hij richtte het licht van zijn lantaren op een handbrede ader en zei: „Dat is uranium!" Ik vroeg hem toen, waarvoor men dat nodig heeft. „Nergens voor!", was het antwoord. Doch dan voegde hij er aan toe: „Maar er zal misschien een tijd komen, dat dit ons be langrijkste metaal is en dat wij hier niet langer naar kobalt en bismut, maar uitsluitend naar uranium gaan zoeken." Het was al lang voor 1945 bekend, dat in het Ertsgebergte uranium aanwezig was. Dat hadden ook de Amerikanen moeten weten. En toch ontruimden de troepen der V.S. op een mooie Juni-dag in 1945 West-Saksen, het Ertsgebergte in cluis en geheel Thüringen, welke gebieden zij hadden geruild met het Westelijk gedeelte van Berlijn. In Oost-Duitsland leven alle mensen van één hoop: wanneer ver dwijnen de Russen? In Aue, Ober- schlema, Schneeberg, eigenlijk in het gehele gebied, dat slechts met een speciale vergunning mag wor den betreden, is men het er al lang over eens, dat de Russen eerst zullen verdwijnen, als er geen gram uranium meer gevonden zal worden. In tegenstelling met andere ge bieden in de Oost-zóne wordt hier niets gedemonteerd en is er ook geen gebrek aan grondstoffen. Men werkt er op volle kracht. Nieuwe kazernes voor de Russische bewa kingstroepen worden er gebouwd, barakken voor de arbeiders schieten uit de grond. Alle belangrijke ge bouwen, stations en wegen worden door Russische troepen bewaakt. Men ziet mannen en vrouwen, voor zien van radar-toestellen op zoek naar het erts. Ze staan onder leiding van een Russische ingenieur. Als Buitenlandse K.L.M.-piloten nemen ontslag. Amerikaanse en Canadese piloten van de K.L.M. hebben bij de directie hun ontslag ingediend, aldus meldt „De Volkskrant". Als argument voe ren •zij aan hun financiële verhouding, welke door de devaluatie in feite een verandering heeft ondergaan. een toestel uitslaat duurt het niet lang tot de proefboringen beginnen. Nagenoeg alle mijnen zijn primi tief uitgerust. De arbeiders worden niet met een lift naar beneden ge bracht, maar moeten langs een ladder afdalen. Het erts wordt daarentegen wel met een lift naar boven gebracht. De schachten lig gen 60, 80 tot 800 meter onder de grond. Als de arbeider naar bene den komt, krijgt hij van zijn Duitse (of soms wel Russische) chef in structies in welke richting hij heeft te graven en hoeveel hij gedurende zijn achturige werkdag moet los breken. Van het al of niet halen van deze hoeveelheid hangt zijn leven af. De dagtaken zijn ongelijk. Met verschillende factoren wordt reke ning gehouden. Het best worden de mensen betaald, die de electrische boormachine bedienen. Maar dat is ook een verschrikkelijk werk. Om ontwikkeling van dampen te voor komen moet in water worden ge boord. Hierdoor krijgt de arbeider natuurlijk rheuma. Daarom werkt hij soms zonder water, maar dan worden zijn longen aangetast. CAMOUFLAGE. De uranium-mijnen zijn in han den van de Russische N.V. „Wis- muth A.G." Deze camouflage is vooral voor het verkrijgen van ar beidskrachten van betekenis. De in alle plaatsen grote en kleine georganiseerde officiële bureaux van arbeid krijgen regel matig bericht, hoeveel arbeiders er nodig zijn. Daar kijkt men dan in de kaartenbak en haalt er de ge- schiktsten uit. Vervolgens krijgen deze ongelukkigen per post of door de politie het bevel, om die en die tijd een bepaalde arts op te zoeken. Deze geneesheer constateert dan al vlug de geschiktheid van de betref fende om in de mijnen te werken. Men spreekt trouwens steeds van ,Erzbergbau"\ Het woord uranium wordt nooit genoemd. Ook de pro paganda, die extra loon en rantsoen belooft, spreekt hier niet over. Niemand weet, hoeveel uranium er dagelijks naar het Oosten gaat. En niemand weet de uiteindelijke bestemming van het erts. Alleen uit het grote aantal Russische specialis ten in Aue hoort men thans meer Russisch dan Duits praten kan men de conclusie trekken, welke be tekenis het Kremlin aan deze mij nen toekent. De belangrijkste plaats is op het ogenblik Oberschlema. Auto's, die men anders in Oost-Duitsland wei nig ziet, komen en gaan. Ze bren gen planken, stenen en cement. Dwars over de straten hangen grote spandoeken. „De Sovjet-Unie vecht voor de wereld-vrede" staat er op, of „Onze strijd gaat tegen de Engels-Amerikaanse onruststokers". Op een reclamebord ziet men de volgende woorden: „Stalin zegt: Hitler-regime komt, Hitler-regime gaat, maar het Duitse volk zal blij ven voortbestaan!". De aardappeJ-opbrengst in 1949. In aansluiting op de door ons reeds ge publiceerde voorlopige oogstraming 1949 zij nog vermeld, dat de vermindering van de totale aardappelopbrengst met 1.4 mil- lioen ton (vergeleken met de oogst van 1948) zowel.op de consumptie-aardappe len als op fabrieksaardappelen betrekking heeft. De verminderde uitpoot (eveneens vergeleken niet 1948) met 30.000 ha. heeft daarentegen betrekking op de consumptie aardappelen. Het totale met aardappelen (zowel consumptie- als fabrieks-) beteel- de areaal was in 1949 nl. 37.000 ha. klei ner dan in 1948. Voorts bedroeg de gemiddelde opbrengst van consumptieaardappelen dit jaar een en ander tengevolge van de droogte 3000 kg. per ha. minder dan in 1948. terwijl de fabrieksaardappelen in beide jaren vrijwel dezelfde gemiddelde op brengst ^vertoonden. De totale opbrengst- vermindering ten opzichte van 1948 moet derhalve voor het grootste gedeelte wor den toegeschreven aan de areaal-inkrim ping,' voor een gering gedeelte echter ook aan een vermindering van de gemiddelde opbrengst per ha. wat de consumptie aardappelen betreft. FEUILLETON door ALLAN SWINTON Kijkje op de werkzaamheden aan de nieuwe watertoren van Oostburg. DE EERSTE Na drie overwinningen en vijf ge lijke spelen heeft de voetbalwedstrijd Nederland—België in Rotterdam nu eindelijk een nederlaag opgeleverd: de eerste na de oorlog. Maar meen nu niet, dat het een ge weldige vertoning is geweest, daar in Rotterdam. Het was drie-kwart van de tijd een saaie boel en de duizenden auto's uit Nederland en België, die door de Rotterdamse politie onberis pelijk in goede, snelle banen werden geleid, waren eigenlijk toch interes santer, dan de wedstrijd. En om auto's te zien waren de mensen toch niet naar Rotterdam gekomen! Je kon ook zien, dat de tabak van de bon is. Een te late aanvrage van een perskaart was de reden, waarom uw verslaggever inplaats van bij zijn collega's ergens in de nok van het stadion troonde en dwars tegen de laag staande zon in moest kijken. Welnu: de rook vormde een nevel- gordijn, waar-door-heen je bij tijd en wijle de spelers slechts met moeite en de bal helemaal niet kon zien. Interessant, hoeveel rook een kleine vijf en zestigduizend man en die waren er volgens de Rotterdamse po litie! met zijn allen kunnen uit blazen Maar ook daarvoor waren we niet naar Rotterdam gekomen. We kwamen om internationaal voetbal te zien. En helaas: alles ontbrak er aan. Zelfs de sfeer. Volgende keer beter, zullen maar hopen, op 11 December tegen de Denen. 30 „Dit is een wetenschappelijke expe ditie. Ik heb mij er bij gevoegd om naar u te zoeken. Laat ik u onze lei der voorstellen. Professor Ryley van de Zeigler Stichting voor Onderzoek. Hij is zeer goed voor mij geweest. Sam, je hebt wel meer van myn groot vader, mr. Arthur Cottar gehoord". De patriach keek Sam wantrouwend aan. Deze stak hem de hand toe. „Het is mij een eer u te ontmoeten, meneer. Als botanist weet ik, hoeveel wij u verschuldigd zijn, wat betreft de we tenschap over orchideeën. Ik neem aan, dat dit üw collectie is?" Het noemen van zijn bloemen scheen de geest van de oude orchideeënjager op een bepaald punt te vestigen. De vage uitdrukking verdween uit zijn ogen, wier blik door hun zich ver nauwende pupillen dreigend werd. Semple zei zijdelings tegen Sam: „Verkeerd aangesloten. Afbreken!" Don Arturo zag hem spreken en keek hem aan. De wilde ogen vernauwden zich nog meer en het hoofd met de witte manen kwam naar voren. „Ik ken jou. Ik heb je ergens gezien". „Ja", zei Semple. „We hebben elkaar ontmoet in Caracas". „Ha. Ik herinner het me nu". Don Arturo's blik werd scherper. „Je trachtte inlichtingen van mij los te krijgen'. Zijn ogen vielen op Hulpé en kre gen onmiddellijk een uitdrukking van woede. Een op een klauw gelijkende hand schoot naar voren en wees op de Indiaan, zodat het aapje er van schrok en zich zijn gezicht verbergend aan zijn baard vastklemde. „Die man! Die Arawakan daar. Hij was in '37 en '38 bij mij. Jullie hebt hem omgekocht, om je mijn vindplaatsen te wijzen mijn orchideeën. Jullie bent marktja- gers!" Zijn beschuldigende vinger wees nu op Mary en zijn stem trilde van woe de. „Nu zie ik het. Je hebt mij altijd al aan mijn hoofd gezeurd om die planten voor geld te versjacheren. Jij hebt dit gedaan". Semple stapte naar voren en bracht zijn gezicht dicht voor dat van de krankzinnige, waardoor hij zijn aan dacht op zichzelf dwong. „Zij is niet verantwoordelijk. Zij heeft zich bij ons gevoegd, omdat zij op die manier een kans kreeg, om naar u te zoeken. Hulpé heeft ons hierheen gebracht, maar niet om orchideeën. Zoals Mary al zei, dit is een wetenschappelijke ex peditie. Wij zijn gekomen, onderweg botaniserend, om over deze stad rap port uit te brengen voor de Zeigler Stichting. U weet heel goed, dat zij se rieuze mensen zijn. Deze plaats is uniek. Die keer, dat ik u in Caracas ontmoette, was omdat Hulpé mij ver teld had, dat u hier geweest waart en ik wilde er met u over praten. U wil de dat niet, en daarom trachtte ik u uit te horen". Het was een handig staaltje van op portunisme en even logisch als een van de andere voorbeelden daarvan, waarvan Sam Hugh beschuldigd had en 't bracht Arturo plotseling tot de werkelijkheid terug. Toen zijn oude verwarde geest die mededeling in zich opnam, verloren zijn ogen eerst hun uitdrukking van woede en toen hun scherpte, terwijl de toeschouwers in zijn blik emoties weerspiegeld zagen, alsof hittegolven over een roodgloei end ijzer heen en weer gingen. Zij lazen er vrees en sluwheid, bedreiging en pathos, verwarring en beslistheid in. maar welke gedachten die verge zelden, konden zij niet zeggen. Wel zagen zij duidelijk, het mo ment, dat die emoties tot een beslis sing kwamen en dat die hun auctor intellectualis genoegen deed. Ofschoon alleen de tijd kon leren, wat die be slissing geweest was, was het hun toch duidelijk, dat in de geest van de fanaticus een plan te hunnen opzichte gekristalliseerd was. Zorg en twijfel verdwenen uit zijn ogen, die nu hun afwezige uitdrukking verloren en voor de eerste maal met persoonlijke belangstelling op hen bleven rusten. De schrale hese stem zei: „Wel, jullie bent nu hier. Jullie zult niet ondervinden dat de bossen minder gastvrij zijn dan die z.g. „be schaving". Het laatste woord werd met veel verachting uitgespuwd. „Ik woon hier dicht in de buurt met mijn volk. Misschien willen jullie ons vereren met jullie gezelschap." (Wordt vervolgd). Ongeveer eind December zal in de Burgerzaal van het paleis op de Dam de volledige souvereiniteit over Indonesië aan de Republiek Indonesia Serikat worden overgedragen. De Burgerzaal van het paleis op de Dam te Amsterdam, waar de souvereiniteits.overdracht zal plaats vinden. Belangrijke bijeenkomst te Goes. „Statistieken hebben aangetoond dat 96 van onze bevolking lijden de is aan tandbederf en de gevolgen hiervan, zodat tandbederf zeker Volksgezondheidsvyand nummer één genoemd kan worden", aldus de heer F. J. J. Scherphuis, tandarts te Zaandam en secretaris van de Centrale Raad voor de Sociale Tandheelkunde, tijdns zijn inleiding op de Zaterdagmiddag in „de Prins van Oranje" te Goes gehouden bijeen komst. Hij sprak in een vergadering die belegd was op initiatief van het Ziekenfonds „Zuid- en Noord-Beveland" ter propagering van de school- tandverzorging. De heer C. Lijnzaad, directeur van de Stichting Zeeland voor Maatschap pelijk en Cultureel Werk, die deze bij eenkomst leidde, kon een groot aantal burgemeesters en wethouders van Be- velandse gemeenten, alsmede tand artsen, huisartsen, vertegenwoordigers van ziekenfondsen, kruisverenigingen, en schoolhoofden welkom heten. In het bijzonder riep hij een welkom toe tot de inleider van deze middag, de inspecteur van het L.O., de heer C. Kuiper te Goes, de burgemeester van Goes, mr. W. C. ten Kate, de afd. voorzitter van de Ned. Mij tot bevor dering van de tandheelkunde, de heer P. Blaauw en mevr. Francke en de heer Gaastra uit Amsterdam, die na mens de Centrale Raad aanwezig wa ren. Vpn de inspecteur van het Nat. Chr. Aanslag op de president van Ecuador. Vrijdag is een aanslag gepleegd op de president van Ecuador, Galo Pla za. Een brug, waarover de presiden tiële auto zo, juist was gepasseerd werd door een ontploffing vernield. President Plaza was op weg naar een in Zuid Ecuador gelegen stad, om aldaar een grote straatweg te openen. Te Teheran is op de vroegere Per zische premier Abdoel Hoessain Azjir geschoten. Deze geraakte hierdoor ernstig gewond. Na het voorval werd de staat van beleg in Teheran afgekondigd. .Verdachte brand bij Nederlander in Brugge. De Nederlandse kaashandelaar P. C. té St. Andries bij Brugge is gearres teerd, nadat een brand zijn woning aldaar had vernield. Vermoed wordt, dat opzet in het spel is. Tijdens de brand deed zich op de zolder een geweldige ontploffing voor, waardoor het dak instortte. Het huis brandde tot de grond toe af. P. C. die 42 jaar oud is, bleek nergens te vin den te zijn. De Belgische politie heeft hem naderhand opgespoord. Volksonderwijs, dr K. Huizinga, was bericht ontvangen, dat hij volledig in stemde met het doel van deze bijeen komst en zijn medewerking toezegde. Verder memoreerde de heer Lijn zaad in zijn openingswoord de vorde ringen welke in Zeeland reeds wer den gemaakt met de schooltandverzor ging. Hierna was het woord aan de heer Scherphuis, die in een helder betoog de noodzaak en de organisatie van de schooltandverzorging uiteenzette, in de geest zoals wij dat vorige week in een tweetal artikelen uitvoerig heb ben aangegeven. - De school is de aangewezen plaats voor het tandheelkundig onderzoek bij de jeugd van 6 tot 12 jaar. omdat nergens anders het opgroeiend ge slacht in groepsverband wordt aange troffen. De tijd die hiervoor nodig zal zijn. is ongeveer 15 minuten per jaar. Het gemiddelde schoolverzuim door kiespijn, is volgens spr. groter dan de tijd welke aan de schooltandverzor ging moet worden besteed. Spr. wees voorts o.m. op de wenselijkheid dat de onderwijzers -him steun aan dit werk geven. Om aan te tonen dat schooltandverzorging verantwoord is, gaf inleider nog enkele cijfers. Bij 93% van de kinderen kunnen de ge bitten in goede staat gehouden wor den. Bij slechts 7% is het blijvend ge bit zwak. ondanks de schooltandver zorging. Van de 20-jarige Amsterdam se vrouwen heeft slechts 3% nog een volledig gaaf gebit en bij de Amster damse mannen van de zelfde leeftijd 10%. In dc mobilisatie 19391940 moest aan 7000 van de 35.000 Ned. mi litairen een meestal volledige pro these toegewezen worden, terwijl er thans op 600 militairen een tandarts nodig is. Na deze inleiding vertelde de heer Onderdijk over de goede werking van de schooltandverzorgingsdienst in Middelburg, terwijl bij de verdere be spreking er nog op gewezen werd, dat alle Chr. Onderwijsorganisaties hun instemming met dit werk hebben be tuigd. Het is de bedoeling dat de plaatselijke tandartsen hier aan zul len meewerken. Met een slotwoord van de heer Lijn zaad werd deze geslaagde middag besloten. Hel Wereldgebeuren Bevin boos Twee jaar geleden verscheen in een der Italiaanse bladen een opzienba rend en tegelijk ook vermakelijk ar tikel. De schrjjver liet hierin zijn licht schijnen op de eigenaardige toe standen op het ministerie van Kolo niën in Rome. Het bleek namelijk, dat hoewel Italië al zijn koloniën kwijt was, het ministerie niettemin op vol le getalsterkte werkte. Dat wü zeg gen, het merendeel der honderden ambtenaren bepaalde zich ertoe 's morgens en 's middags te komen binnenlopen om de presentielijst te tekenen en overigens hielden zij zich uitsluitend onledig met onnuttig en overbodig werk. Traditie en prestige wilden nu eenmaal, dat het ministe rie in volle glorie bleef gehandhaafd, 'mede om te symboliseren, dat Italië nog geenszins afstand had gedaan van zijn rechten. Inmiddels is er naar het schjjnt ver andering gekomen in deze millioenen verslindende toestand. De Italianen hebben zwakke hoop om althans een deel van de koloniën terug te krij gen zien vervliegen en zich bij de na-oorlogse omstandigheden neerge legd. Niet echter zonder wrok. Het is Albion dat in volle laag deze wrok over zich gestort krijgt, omdat na de oorlog de Britten het beheer over de voormalige Italiaanse koloniën op zich genomen hebben. Vorige week is dat tot uiting gekomen ln een fel le anti-Britse perscampagne, waar aan vrijwel alle bladen deelnamen en waarbij een gevarieerde term „perfi de Albion" deed weer opgeld. De „Giornale d'Italla" beweerde, dat de Britten zich door hun hoog hartige en egoïstische houding m Europa steeds meer vijandschap op de hals halen Het schijnt, dat de Britse ambassadeur in Rome op hof felijke wijze zijn misnoegen hierover te kennen heeft gegeven. Het Amerikaanse weekblad „Newswell" wist zelfs te melden, dat Bevin zelf zich met deze zaak heeft bemoeid. Dit blad publiceerde een ge heim memorandum, waarin weinig malse critiek wordt uitgeoefend op de houding van de Italiaanse pers. Bevin zou daarin verklaard hebben, zich piet te kunnen voorstellen, dat verantwoordelijke Italiaanse staats lieden „op deze manier met modder naar ons gooien" en niet te begrijpen wat zij daarmee trachten te winnen. Hij zou steeds van derden vernemen over Italiaanse grieven, doch nim mer van graaf Srorza, de Italiaanse minister van buitenlandse zaken zelf. Woordelijk heette het dan: „Ik zal myn politiek niet laten wijzigen door perscampagnes en dergelijke me thoden. Ik verwacht niet, dat de houding van Italië jegens ons zal verbeteren, alvorens de Koloniale kwestie van de baan is. Wel verwacht ik. dat Ita liaanse staatslieden zich buiten pers acties zullen houden. Het memorandum was uitsluitend bestemd voor Britse functionarissen, doch is op een of andere manier uit gelekt. Uit Londen werd althans ge meld, dat een onderzoek zal worden ingesteld naar de publicatie, zonder dat daaraan een ontkenning werd vastgekoppeld. In zoverre is aan de wens van Be vin voldaan, dat hij en Sforza Don derdag in Parijs bij gelegenheid van de bijeenkomst van het Europese mi nister-comité een onderhoud konden hebben. Daarbij is volgens het offi ciële communiqué van gedachten ge wisseld over de punten van geschil tussen beide landen. Of de boosheid van Bevin indruk zal maken op de Italiaanse hoofdre dacteuren staat te bezien. De Itali aanse bladen volgen in dat opzicht de Duitse en kiezen bij voorkeur een Britse minister om als goedkope kop van Jut te dienen. 19. Vader, riep een jongetje van een jaar of 10, als je nou geen enkele bal kan raken, ga dan maar verder, de krant zitten lezen. Zo doe ik het niet langer met je. Er speelde daar op het voordek een vader met zijn zoon een partijtje voetbal, maar hoe de vader zich ook inspande, hij kon geen bal goed raken. Het ding vloog steeds een andere kant op dan hij bedoelde tot grote ontstemming van Billie, zijn zoon, die niet uit kon staan, dat zijn vader zo slecht speelde. Je moet nodig wat zeggen van Bruce Wooley, vader, riep hij, je kunt er zelf geen snars van. Zij wilden niet als soldaat naar Indonesië. MIMSTKR LEGT CIJFERS OVER. Gevolg gevende aan de toezeg ging, gedaan tijdens de behandeling van de interpellatie van het Tweede Kamerlid Vermeer over het vertrek van militairen uit het Algemeen De pót Kon. Landmacht te Schoonho ven naar Indonesië, heeft de minister van oorfog thans in een brief aan de Tweede Kamer de volgende ge gevens overgelegd. Over 1948 bedraagt het totaal aantal der door de Krijgsraad te Velde wegens desertie berechte, voor Indonesië bestemde, militairen 684. Hiervan werden er 121 veroordeeld tot een gevangenisstraf van 3 jaar of meer en 503 tot een gevangenis straf van minder dan 3 jaar. In ze ven gevallen volgde vrijspraak. Na het vonnis verklaarden 53 ver oordeelden zich alsnog bereid om naar Indonesië te vertrekken. Over het eerste, tweede en derde kwartaal van 1949 bedraagt het to taal aantal der door de Krijgsraad te Velde wegens desertie berechte voor Indonesië bestemde, militairen 411. Hiervan werden er 160 veroor deeld tot een gevangenisstraf van 3 jaar of meer en 231 tot een gevan- f enisstraf van minder dan 3 jaar. n 5 gevallen volgde vrijspraak. Na het vonnis verklaarden zich 15 ver oordeelden alsnog bereid om naar Indonesië te vertrekken. Verzekeringsagent verduisterde 6100. De Amsterdamse politie heeft een verzekeringsagent uit Haarlem gear resteerd, omdat deze een bedrag van 6100 ten nadele van een Amsterdam se assurantie-maatschappij heeft ver duisterd. De man had gedurende een half jaar voor deze maatschappij gel den geïnd en nimmer iets afgedragen. Hij is voor de officier van justitie ge leid. Geen toeristenkaart voor Oostenrijk meer. Tot voor kort had men voor een reis naar Oostenrijk niet alleen een geldig paspoort en visum, maar ook een toeristenkaart nodig, welke de uitgave van een bepaald minimum aan deviezen per dag in Oostenrijk ver plicht stélde. De ANWB deelt mee, dat de toeristenkaart is afgeschaft, i zodat voor Oostenrijk alleen nog pas poort en visum vereist zijn.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1949 | | pagina 3