Het huwelijk van Marion Stein
Zeeuwse Almanak
DE GENERALE SYNODE DER
GEREFORMEERDE KERKEN
WAAROM PLESMAN DE LEIDING
VAN DE K.L.M. KREEG
DE ZEEUWSE HERTEN DRAGEN
SCHITTERENDE GEWEIEN
Bruid als sprookjesprinses
ZATERDAG 1 OCTOBER 1949
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
3
(Van onze correspondent).
LONDEN, Sept. Tienduizenden mensen braken hier Donderdagmld.
dag door de politiecordons rondom de St. Marks kerk in Londen's May-
fair, waar het huwelijk voltrokken werd tussen George Lascelies, de ze.
vende Graaf Harewood nummer elf op de lyst van Britse troonopvol
gers en Marlon Stein, de nappe dochter van een uit Wenen geëmi.
greerde musicus. Het was de grootste show sinds het huwelijk van
prinses Elizabeth. Honderden hadden de gehele nacht reeds op de stra
ten gezeten en tegen de middag was de menigte aangegroeid tot één
deinende mensenzee. Het weer was de gehele dag grauw, maar de zon
brak even door toen de bruidsstoet bij de kerk aankwam. Het gehele
verkeer in het district, dat grenst aan Londens drukste winkelstraat
Oxford Street, was stilgelegd om de enorme autoparade van ruim 300
Rolls Royces en Daimlers der bijna duizend gasten door te laten. De
bruid werd afgehaald door een Rolls Royce van haar a.s. schoonmoe
der, de Princess Royal. De mensen zaten op de daken, hingen over de
balcons en uit de winkelétalages. De 500 politiemannen konden de me
nigte niet meer in bedwang houden, toen de eerste Koninklijke auto
arriveerde met Prinses Elizabeth en de Hertog van Edinburgh. De Prin.
ses was gekleed in het gr(js-blauw met een bijpassende hoed en een
elegante zilvervos ovr haar schouder.
Tien minuten later barstte het pu
bliek wederom in een oorverdovend
gejuich los, en drukte zich tegen de
ramen van de auto van de Koning en
de Koningin, waarin ook prinses Mar-
gret gezeten was. Zowel de Koningin
als prinses Margret waren in t licht-
blauw gekleed. DE BKUID
Een paar minuten na half drie, het
tijdstip, waarop het huwelijk plaats
zou vinden, arriveerde de bruid met
haar vader, de grijze heer Erwm
Stein. Marion zag er uit als een
sprookjesprinses in een wit klassiek
bruidsgewaad, dat geheel met zilver
geborduurd was. Zij droeg de sluier,
die de Princess Royal (de moeder
van de bruidegom, op haar eigen hu
welijk gedragen had. De bruid liep op
zilveren sandalen met hoge hakken,
zij droeg twee kostbare parelsnoeren
en een diamanten broche. Op het
bordes van de kerk draaide zij zich
blozend en glimlachend even om en
wuifde naar het publiek. Wederom
was de menigte niet meer te houden
en drong de politie tot op de stoepen
van de kerk terug.
Langzaam wandelde zij aan de arm
van haar vader over de dikke rode
loper de kerk in, die geheel met wit
te bloemen en duizenden kaarsen ver
sierd was. Achter haar sloten zich de
vier bruidsmeisjes aan, alle in witte
tafzijde gekleed. De bruidegom, die
vooraan in de'kerk «aast zijn jonge
re broer stond, draaide zich om om
zijn bruid te begroeten. De kerk was
tot in alle hoeken gevuld met de
bijna 1000 gasten, onder wie behalve
de vrijwel voltallige Engelse aristo
cratie, zich 200 dorpelingen bevonden
van het Harewood landgoed in Yorks
hire.
DE MOEDER VAN DE BRUID
De moeder van de bruid, mevrouw
Stein, in een paars zijden gewaad ge
kleed, kon haar aandoening nauwelijks
meester blijven toen de Bisschop van
Ripon het jonge paar in het huwelijk
verbond. Onder ademloze stilte plaat
ste graaf Harewood de ring aan de
vinger van zijn bruid, die hiermee de
nieuwe gravin Harewood werd en
wiens toekomstige woonplaats het 200
jaar oude Harewood House zal zijn,
het familiekasteel in Yorkshire.
Hierna leidde de graaf zijn bruid
naar de consistoriekamer om het boek
te tekenen, waarin vervolgens de Ko
ning, de Koningin en Prinses Eliza
beth hun handtekening als getuige
plaatsten. De Koningin was een der
eersten, die Marion op beide wangen
kuste.
Onder de klanken van „Armo Ergo
Sum", het speciaal hiervoor gecompo
neerde stuk van Benjamin Britten,
verliet de stoet daarna de kerk om
zich naar het St. Jamespaleis te bege
ven, waar. de receptie gehouden werd.
De 82-jarige Koningin Mary, die op
advies van haar dokter op het laatste
moment niet naar de huwelijksplech
tigheid was gegaan, was wel aanwezig
op de receptie, die door ruim 1000
gasten bezocht werd.
De bruidstaart stond op een tafel
in de Queen Anne-zaal. Boven op de
taart, die geheel met zilveren krui
sen en mollen versierd was, stonden
twee witte zijden vlaggen met een
berenkop er op, het familiewapen van
de Harewood's. Daarnaast stonden nog
twee vlaggen, een met Graaf Hare
wood's initialen en de ander met die
van zijn bruid. De taart werd omringd
door 30 dozijn flessen champagne.
De Kon. familie was voor de plech
tigheid uit Schotland overgekomen
met de nachttrein en ging des avonds
eveneens per trein, terstond terug
naar Balmoral Castle.
Om 6 uur Donderdagavond vlogen
de Graaf en Gravin Harewood van
Londen naar Parijs. Zij zouden hun
huwelijksnacht doorbrengen in een
klein Parijs hotel, waar een suite
voor hen geboekt is onder een andere
naam. Het hotel ligt bij de Champs
Elysée's. Op het vliegveld Le Bourget
zouden zij door een auto van de Brit
se ambassade worden afgehaald. De
Britse ambassadeur zou dezelfde
avond aanwezig zijn op een diner, dat
voor hen gegeven wordt in de Cour
d'Argent, het beroemde Parijse restau
rant, waar ook Prinses Elizabeth di-
Het rijwiel staat de laatste tijd in 't
brandpunt der belangstelling en dat
komtomdat velen het in nabije toe
komst zien verdwijnen. Een doodge
wone fiets is ouderwets geworden. Een
modern rijwiel is voorzien van een ba
bymotor. Het is reeds zover gekomen,
dat er speciale tijdschriften verschij
nen voor de berijders van deze vehi-
kelen en er worden clubs opgericht
van mensen, die zich in het bezit er
van mogen verheugen. Er lopen toe
komstdromers rond, die in hun vizioe-
nen de Europese wegen al bezaaid
zien met „plofjes" en het gekke is, dat
hun uizioen wellicht geen vizioen zal
blijven.
Want de mens heeft haast en een
plofje is snel en het helpt niet, of ge
al terugverlangt naar de rust en de
kalmte van de trekschuitentijd. Ge
moet voort en het plofje is nu eenmaal
comfortabel.
Zelfs de jeugd is gegrepen door het
snelle ding. En speelt, als steeds, het
spel der verbeelding. Wandel door
Goes en ge zult ze zien: de kinder
plofjes.
Ge kunt er natuurlijk om glimla
chen. Er is niets anders nodig dan een
schoensmeer of een peekoffiedoosje.
Ge kunt dat met een beetje handig
heid zonder moeite aan het spatbord
bevestigen. En als ge dan een was
knijper zo aan dit busje vastzet, dat
hij langs de spaken glijdt, dan
ontstaat er als ge fietst, een geluid als
van een open knalpot.
De jeugd is er gelukkig mee. Het
plofje, dat geen plofje is, ploft als 'n
plofje. De ganse dag kunt ge het ge
luid horen in de straten van het nij
vere Goes. En hoe harder ge fietst, hoe
snerperder het plofje rateltEen
nieuwe jeugdhobby. Toch benieuwd
hoe lang die zal duren!
neerde tijdens haar bezoek aan Pa
rijs. Het jonge paar zal drie dagen in
Parijs blijven en dan naar Venetië,
Rome en Capri gaan. Na hun terug
keer in Engeland zullen zij hun intrek
nemen in het St. Jamespaleis te Lon
den, totdat het familiekasteel in
Yorkshire voor hen in gereedheid is
gebracht.
Manifest Ned. Volksunie.
De Nederlandse Volksunie heeft een
manifest uitgegeven, waarin de poli
tieke apathie van een groot deel der
bevolking wordt toegeschreven aan de
onbevredigende wijze waarop vol
gens de Nederlandse volksunie de de
mocratie functionneert. Verkiezingsbe
loften worden niet gehouden en men
buigt zich yoor druk uit het buiten
land.
Het ontbrekenvan een doelbewus
te lijn leidt tot een vermindering van
vertrouwen en zal ons volk op gees
telijk terrein zodanig verzwakken,
dat de gevaren van deze tijd niet op
de vereiste wijze bestreden kunnen
worden.
De Nederlandse Volksunie ziet
slechts één middel om hierin verbe
tering te brengen. Niet door de in
tegriteit der staatkundige groeperin
gen aan te tasten, doch door meer
personen te activeren doelbe
wust en énergiek aan het politieke
leven deel te nemen.
Hakkie Holdert voor zijn rechters.
Donderdag behandelde het Bijzon
der Gerechtshof te Amsterdam de
zaak tegen de voormalige directeur
van het dagblad „De Telegraaf' H.
Holdert, beter bekend als Hakkie
Holdert, Hij was een zoon van een
directeur van „De Telegraaf" en lid
van de N.S.B. Hij werd als S.S.-er
van het Oostfront teruggeroepen en
werd toen directeur van „De Tele
graaf" met de bedoeling de Duitsers
daardoor gunstig te stemmen. Er wer
den vele getuigen gehoord, doch de
zaak werd tenslotte aangehouden
voor het horen van nog drie getui
gen.
STEMMEN UIT DE KERKEN
Vergadering van lange duur
Sinds 23 Augustus vergadert de Generale Synode der Ger. Kerken.
Geregeld hebben er sindsdien kortere of langere verslagen in de dag.
bladen gestaan van hetgeen daar behandeld is. „De Synode schiet op"
schreef prof. H, N. Ridderbos in het nummer van het Gereformeerd
Weekblad van 26 September. Hij schat dat er nog wel een week of 3
b\j zal komen. Van de ruim 400 agendapunten waren er toen ongeveer
100 afgewerkt, voor het merendeel is dit „kleingoed" geweest.
Uit de leden van de synode zijn
een zestal commissies benoemd. De
agendapunten worden meestal in één
van die commissies van alle zijden be
keken en voorbereid in een rapport
dat in behandeling komt. In deze com
missies wordt gewoonlijk het belang
rijkste werk gedaan. Als het rapport
van een commissie over een bepaalde
zaak klaar is, is men meestal een heel
eind op weg. Van de resterende 300
agendapunten zal grotendeels het rap
port voor behandeling wel klaar lig
gen. De synode zal dus in ieder geval
wel heel wat verder zijn opgeschoten
dan het getal der afgewerkte agenda
punten tegenover de rest aangeeft.
VERMOEIEND WERK
Het bijwonen van een synodale ver
gadering is vermoeiend werk. Een
week is al vermoeiend. Hoe moet het
dan wel wezen wanneer zij weken
lang duurt. In de Ger. Kerken verga
dert men nog naar de regel van de
kerkorde van Dordrecht. „De nationale
synode zal ordinaarlijk alle drie ja
ren eens gehouden worden, ten ware,
dat er enige dringende noodzaak ware
om de tijd korter te nemen". Drie jaar
is tegenwoordig, nu alles zo snel gaat,
een lange tijd. Dit bezwaar wordt vrij
algemeen gevoeld- Er was ook een
voorstel het is reeds in behandeling
geweest en verworpen art 50 van de
kerkorde te veranderen en in plaats
van drie jaar, twee te nemen. In de
tegenwoordige tijd moet ook een kerk
soepeler kunnen werken met haar
hoogste vergaderingen. In de Ned
Herv. kerk komt men 45 maal per
jaar, telkens één week bijeen. Al zijn
er ook tegen deze wijze van werken
bezwaren, onder anderen, dat er te
weinig tijd kon worden afgezonderd
voor de vergaderingen van de com
missies, toch is déze methode te ver
kiezen boven het wekenlang aan ééh
stuk samen komen, zo, dat de weken
tot maanden aangroeien. Welke ouder
ling is in staat gedurende zo lange
tijd uit zijn werkkring weg te zijn. Uit
de verslagen blijkt dat telkens weer
ouderlingen door hun secundi vervan
gen worden. Tekenend is dat slechts
nu en dan een ouderling aan de dis
cussies deelneemt. Hoe presbyteriaal
een kerk ook moge wezen er gaat iets
van het presbyteriale verloren wan
neer door een dergelijke lengte van de
zittingsperiode de keuze uit de ouder
lingen nog meer beperkt wordt dan
anders toch reeds het geval is.
HET LEVEN VAN EEN KERK
In een synodale vergadering klopt 't
leven van een kerk. Dit valt des te
meer op, wanneer men een meer uit
gebreid verslag leest dan de korte me
dedelingen van de dagelijkse commu
niques. Een van de vragen die gesteld
worden door hen die niet*tot de Ge
reformeerde Kerken behoren is deze:
hoe denkt men daar over de verhou
ding tot andere Kerken. De kerken
worden naar elkaar toegedreven te-,
genwoordig, meer dan dit vroeger het
geval was. Gezamenlijk staan zij voor
dezelfde moeilijkheden. Is het verant
woord, los van elkaar, een geheel ei
gen weg te gaan? Ook deze synode
heeft zich op verschillende wijze moe
ten bezinnen op de verhouding tot an
dere kerken.
GESCHEIDEN KERKEN
Allereerst heeft men het gehad over
de verhouding tot de gescheiden ker
ken, onderhoudende art. 31 voor de
kerkorde. Dit is een terrein vol moei
lijkheden. Als deze verhouding ter
sprake komt gaat men haast vanzelf in
militaire termen denken. Het is een
terrein vol versperringen, tankvallen
en mijnenvelden. Hoeveel gevoelige
plekken zijn hier niet. Nog telkens
dreigt er een exploisie. Het is een le
ger predikant, behorende tot.de vrijge
maakte kerken, die de moed en het
geloof heeft gehad over de vele be
lemmeringen heen te komen. Hij heeft
een schrijven gericht tot de Generale
Synode der Geref. Kerken. Hij schrijft
als een broeder, die van harte bidt
dat de beide Kerken wederom ver
enigd mogen worden. Met vele ande
ren zit hij verward in een gewetens
conflict. Zijn verstand zegt hem dat
vrijmaking binnen kerkverband niet
mogelijk was. Doch zijn hart vraagt
keer op keer: „Hebt ge U ook te snel
en te gemakkelijk hierbij neergelegd
en voldoende verstaan dat de tucht-
handelingen ambtelijk over U kwa
men"? ..Was het niet mogelijk de he-
staande geschillen in gemeenschappe
lijk overleg tot oplossing te brengen,
gebonden aan schrift en belijdenis al
leen?"
De schrijver van de brief gaat zelfs
nog verder. Hij vraagt of niet door de
barricaden heen moet worden gebro
ken ook tot de Chr. Ger. Kerk en „ve
le broeders in de Hervormde kerk"
Hartstochtelijk pleit hij voor hereni
ging. „We hébben zulk een ontzaglijke
roeping in de wereld, die we niet
kunnen vervullen zolang wij elkaar
verbijten en vereten en de Geest des
Heren tegen staan".
BESLISSING
Ondanks het feit dat de Synode van
de Kerken die zich noemen naar art.
31, het vorige jaar alle samenspreking
geweigerd heeft, is er toch de beslis
sing gevallen om een samenspreking
te vragen, hoewel men „wat menselij
ke mogelijkheden betreft", weinig
hoopvol is. Zo drukte de voorzitter
het uit.
Na de doleantie in de vorige eeuw,
was er bij verschillende personen aan
weerszijden ook een levende begeerte
naar hereniging.
Behalve de Ger. Kerken volgens art.
31 zijn er ook nog andere binnen de
gezichtskring gekomen. De vraag was
gesteld of de Doop, bediend in de
Rem. Broederschap, als geldig moet
worden erkend. De namen van ket
ters uit lang vervlogen eeuwen doken
weer op. Hoewel het rapport op een
beslissing aandrong, is deze toch niet
genomen. De zaak zal in studie wor
den gegeven.
Ook is er gesproken over de avond
maalsviering van militairen, bediend
door een legerpredikant die niet tot
de Ger. Kerken-behoort, terwijl daar
aan wordt deelgenomen door militai
ren van allerlei kerkelijke kleur. Ook
hier is nog geen beslissing genomen.
Deze beide gevallen zijn tekenend,
dat er in de Ger. Kerken toch iets
verschoven is, of bezig is te verschui-
tk-ii kijkje op Schiphol, waar een vrachtvliegtuig van de KLM wordt
geladen. Zoals men weet neemt het vrachtvervoer door de lucht In de laat
ste jaren sterk toe.
Het jubileum van zijn maatschappij
(Van onez Haagse redacteur).
DEN HAAG, Oct. Op 7 October van dit jaar zal het dertig jaar
geleden zijn, dat een kleine groep even vooraanstaande als vooruitstre
vende Nederlanders in het onaanzienlijke bt>venzaaltje van het gebouw
van de Haagse Kunstkring aan de Herengracht 13 in Den Haag om de
tafel ging zitten om ten overstaan van notaris Stoop een naamloze ven
nootschap op te richten, die zy (met vooraf gekregen goedkeuring van
de Koningin) Koninklijke Luchtvaartmaatschappij voor Nederland en
Koloniën wensten te noemen. Het aandelenkapitaal werd vastgesteld
op 5.100.000 gld., waarvan op dat ogenblik 1015.000 gld. bijeen was ge
bracht. Nü zou dat niet eens voldoende zijn om één enkel verkeersvlieg.
tuig te kopen, tóen was het toereikend om een gehele luchtvaartmaat
schappij van stapel te doen lopen.
En zij liep van stapel! Toen de acte
van oprichting gepasseerd was bleef
men nog een poosje bijeen, want er
moest, vond men, njaar terstond een
directeur benoemd worden. Of liever:
een administrateur, want de direc-
teurstitel vond men toen nog te
groots.
Wie moet dat worden? vroeg de
Rotterdamse bankier, N. G. Kröller.
Plesman! zei de wielersportsman
jhr. I. L. van den Bergh van Heem
stede, die tevens secretaris van de
Koninklijke Nederlandse Vereniging
voor Luchtvaart was.
Juist! zei Kröller.
Meer woorden werden er niet aan be
steed, want iedereen stemde met die
keuze- in.
Plesman ook.
Men kende hem in die dagen al als
een luchtvaartman-bij-uitnemendheid.
Op 23 Augustus 1917, twee jaar tevo
ren derhalve, was aan de eerste luite
nant der infanterie Albert Plesman
op Soesterberg het vliegbrevet uitge
reikt. Hij was de 63ste Nederlander,
die het recht verwierf een vliegtuig
te besturen.
WAAROM PLESMAN?
Waarom echter kóós men hem en
niet één van die 62 andere stoutmoe
dige jongelui, die de moed hadden
achter de stuurknuppel de wolken
boven het Nederlandse grondgebied
te doorklieven? Of iemand, die niet
vliegen kon; dat was voor dat baantje
immers niet strikt noodzakelijk. Om
dat hij van 1 tot 25 Augustus van dat
zelfde jaar de leiding had gehad van
de Eerste Luchtvaart Tentoonstelling
Amsterdam, de Elta, die door een
half millioen mensen was bezocht, van
wie er meer dan 20.000 een rondvlucht
hadden gemaakt. Een daverend suc
ces derhalve. Plesman, hoewel nog
jong hij was op dat ogenblik der
tig jaar had blijk gegeven de be
tekenis van de luchtvaart voor de
toekomst te begrijpen en bovendien
te kunnen organiseren. Zo iemand
had men nodig.
Plesman en de "K.L.M. waren van
meet af één. Zij zijn het nog. Het
geen te merkwaardiger mag heten als
men weet, dat deze maatschappij de
oudste luchtvaartonderneming ter we
reld is. Niet de eerste, maar die van
oudere datum waren zijn reeds lang
ter ziele. Men kent haar namen niet
meer, noch haar leiders.
De K.L.M. en Plesman zijn bekend
geworden over de gehele wereld.
Dat zij een goede naam hebben ver
worven, is enige weken geleden wel
gebleken toen in Den Haag de kop
stukken van de zeventig belangrijk
ste luchtvaartmaatschappijen ter we
reld bijeen waren en de Zweed Per-
Norland, directeur van Aktiebolaget
Aero Transport, hem uit aller naam
huldigde op een wijze, die de ijzerhar
de Plesman, juist zestig geworden, in
letterlijke zin tot tranen roerde.
ven in de verhouding tot andere Ker
ken.
DE OECUMENE
Doch dc voornaamste vraag in deze
blijft de verhouding tot de Oecumeni
sche Beweging. Tot aansluiting bij de
wereldraad der Kerken zal het wel
niet komen. Toch is er een andere
geesteshouding in deze dan vroeger.
Op deze synode was tot 8 September
aanwezig Prof. Dr. Clarence Bouma,
uit Grand-Rapis, vertegenwoordigend
de Chr. Reformed Church of America.
Deze hoogleraar, die als jongen met
zyn ouders naar Amerika is geëmi
greerd, sprak zyn vrees uit, omdat het
hem was opgevallen dat men op deze
synode „over aansluiting bij de We
reldraad der Kerken nogal gunstig
denkt". Al waarschuwt hij hiertegen
ten sterkste en al verzekerde de voor
zitter hem dat zijn waarschuwing ter
harte zal worden genomen, toch blijft
ook deze Amerikaanse waarschuwing
een teken dat men in de Ger. Kerken
niet geheel en al rustig is over het tel
kens weer zelf gekozen isolement. Dit
kan niet anders dan heilzaam zijn.
H.
DE OPRICHTING
Plesman heeft, hoe zeer hij vereen
zelvigd mag worden met de K.L.M.,
geen deel gehad aan haar oprichting;
althans niet in directe zin. Het besluit
daartoe is genomen in Mei 1919 nog
vóór de Elta dertialve door de in
de aanhef dezes genoemde Nederlan
ders tijdens een bijeenkomst in het
gebouw van de Rotterdamse Bankver-
enigin aan het Rokin te Amsterdam,
bijeen geroepen door de heer Kröller.
En hoe was deze daartoe gekomen?
Wel, jhr. van den Berch van Heem
stede hed hem 'n rapport laten lezen,
samengesteld door een commissie, die
tot taak had de regering van advies
te dienen bij de organisatie van het
luchtverkeer in Nederland. Of de re
gering erg zat te springen om zulk 'n
advies is zeer de vraag, want al had
de toenmalige minister van Water
staat die commissie benoemd, hij had
niét het initiatief daartoe genomen.
Dat had de Koninklijke Nederlandse
Vereniging voor Luchtvaart gedaan.
Die had op 1 Februari 1919 de minis
ter verzocht haar te machtigen een
studiecommissie naar Engeland uit te
zenden, waar men toen met de vliege
rij verder was dan hier. Op 1 Juni
bracht die haar rapport uit, maar de
heer Kröller had het toen eigenlijk
clandestien! al gelezen en er de
achteraf juist gebleken conclusie uit
getrokken.
Wilt u de namen der commissiele
den? Hier zijn zij: prof. dr. E. van
Everdingen, (directeur van het KNMI
in De Bilt); kapiten-vlieger F. A. van
Heijst; jhr. I. L. van den Berch van
Heemstede; de heer'E. Fuld („zo maar
een enthousiasteling") en de heer A.
W. Bos. directeur van Publieke Wer
ken te Amsterdam.
Hun rapport het werk van jhr.
van den Berch het initiatief van
Kröller en de Elta van Plesman heb
ben tezamen de stoot gegeven tot de
oprichting van de K.L.M.
Het Wereldgebeuren
Kolen-dictaat
Hoe betrekkelijk nog dc onafhanke
lijkheid is van de nieuwe Westduitse
regering is deze week gedemonstreerd
door hetgeen zich rondom dc devalua
tie van de marK heeft afgespeeld. Het
is, over deze kwestie tot een conflict
gekomen tussen de bondsregering en
de geallieerde commissarisen. waarbij
de laatsten krachtens het bezettings
statuut zonder veel moeite aan het
langste eind getrokken hebben. De
zaak lag zo. dat dc geallieerde toc-
zichthoudcres konden voor schrijven
met welk percentage de mark moet
devalueren. Dat is gebeurd na langdu
rige besprekingen binnenskamers,
waarbij de Franse commissaris zijn
best deed het percentage zo laag ma-
gelijk te drukken. Uiteindelijk werd
overeenstemming bereikt op bijna 21%
minder, dan de Franse en Britse va
luta. Hoewel de Duitsers een hoger
percentage hadden verwacht, kunnen
zij zich met het geallieerde besluit in
dit opzicht wel verenigen. Weliswaar
hadden de exporteurs een lagere koers
van de mark gewenst om des te beter
op de buitenlandse markten te kun
nen exporteren, maar daar staat te
genover. dat andere industriëlen 20%
al lang voldoende vinden. Anders zou
de invoer uit het dollargcbied, die bij
na drie-kwart van het totaal uitmaakt
te duur worden met de weerslag daar
van op de binnenlandse lonen en prij
zen. Er is echter een addertje in het
gras. dat de verontwaardiging van ex
porteurs èn industriëlen heeft gaande
gemaakt. Aan Duitsland was reeds
voorgeschreven hoeveel steenkool het
moet exporteren en tegen welke dol-
larprijs. Wanneer het die dollarpriji
wil handhaven hetgeen zeer verleide
lijk is. zal de prijs in marken van de
te exporteren kolen stijgen. Nu heb
ben de geallieerden bij hun devalua-
tiebesluit bepaald, dat de exportprijs
in marken slechts verhoogd mag wor
den. indien de binnenlandse lcolenprijs
in gelijke mate stijgt. Deze bepaling
werd opgenomen op aandringen van
de Fransen, wier bedoeling duidelijk
is. Zij willen voorkomen, dat de Duit
se industrie door voordeliger kolen 'n
extra voorsprong in de concurrentie
zou krijgen. Als wij meer moeten be
talen voor de Duitse steenkool, zo re
deneren zij, dan de Duitsers zelf ook.
De protesten van dr. Adenauer, prof.
Erhard en hun medewerkers hebben
geen resultaat opgeleverd; de gealli
eerde commissarissen hebben koeltjes
doen weten, dat in hun eenmaal ge
nomen besluit geen verandering was
te brengen.
In de Duitse pers richt de nationale
toorn zich op de Fransen. Er wordt
geschreven over „een mogelijk dood
vonnis over de Duitse export", „nieu
we stille herstelbetalingen", een „zwa
re hypotheek op de mark", een „dic
taat" enz. In het blad „Die Welt"
stond te lezen: „De Franse industrie
is afhankelijk van de Duitse cokes en
dat werpt weer eens een schaduw op
de betrekkingen tussen de beide lan
den. Het is grauwe theorie om te be
weren, dat de Rührkolen en de Lotha-
ringse ertsen de beide volken nader
tot elkaar zullen brengen. Het Ham-
burgse weekblad, betoogt, dat West-
duitsland nog steeds gebonden is aan
Franse en Britse exportbelangen. Na
acht maanden van stagnatie wordt
Duitsland weer nieuwe moeilijkheden
opgelegd bij de concurrentie op de
wereldmarkt.
Wat hiervan te denken? De Fransen
verdedigen hun houding mc-t hun ge
liefkoosde theorie, dat het Rührgebied
onder de huidige omstandigheden in
de eerste plaats Europees bezit is en
dan pas Duits.
Het is echter moeilijk hier te ont
komen aan de indruk, dat de Duitsers
voor een groot deel het gelijk aan hun
kant hebben. Dc Franse Hoge Com
missaris heeft van zijn positie gebruik
gemaakt, om de economische belangen
van zijn land te bevorderen ten koste
van Duitsland en dat kan toch geens
zins de strekking van het bezettings
statuut zijn. Dat statuut is destijds op
gemaakt om geallieerd toezich op
Duitsland te handhaven, niet om Duits
land als concurrent op de wereldmarkt
te weren. Het geallieerde kolenbesluit
is daarom minder gelukkig en kan er
alleen toe bijdragen anti-Franse ge
voelens in West-Duitsland aan te wak
keren.
De tien- en twaalfenders van Groede
De suikerbieten blijken
voedzaam
Het Zeeuwsvlaamse dorpje Groede
bezit een hertenkamp, waarvoor veel
belangstelling bestaat. Het kamp
wordt bewoond door drie edelherten,
die geschonken werden door H.K.H.
Prinses Wilhelmina en twee dam
herten afkomstig van Baron Harinx-
ma Thoe Slooten, Nederlands ambas
sadeur in Brussel.
Sedert een goed jaar leven de her
ten in het fleurige park en behalve
de toeristen hebben ook vele jagers,
jachtliefhebbers en natuurvrienden
kunnen constateren, dat de herten
het goed doen.
De belangstelling van de jagers
gaat in het bijzonder uit naar de ge
weien en men heeft ons verteld, dat
die geweien niet alleen sierlijk zijn,
maar zich ook op een waarlyk ver
bluffende wijze hebben ontwikkeld.
ENTHOUSIASME.
Kort geleden kreeg de burgemee
ster van Groede een enthousiaste
brief van iemand, die nauw bij de
schenking der herten betrokken was
en die. een erkend deskundige op het
gebied van herten is.
Hij schreef onder meer:
„Voor de oorlog kon een zeer goe
de gewei-ontwikkeling worden ver
kregen door het voeren met sesam-
koeken. Eens is het gebeurd, dat een
hert na zyn eerste gewei (spitser)
een acht-ender gewei opzette in het
2e jaar. Maar de herten van Groede
springen ineens op een tien»ender;
een ervan is zelfs aan één kant een
12-ender.
Ik heb de foto's hiervan laten zien
aan enkele ervaren jachtkenners en
iedereen valt er van achterover. Wat
in de volgende jaren kan komen,
vervult mij met de grootste nieuws
gierigheid. terwijl uit do afwprpstan.
gen in de komende jaren een aller
interessantste serie kan worden op
gebouwd, die, wanneer zij b.v. op
een daarvoor geschikte plaats kon
worden opgehangen, ongetwijfeld heel
wat jagers naar Groede zullen trek
ken om dit phenomeen te zien".
Tot zover deze brief. Nu vallen
jachtkenners niet zo spoedig achter
over en het zal dus wel niet voorko
men, dat we bij het hertenkamp.van
Groede deze mensen in gevallen toe
stand aantreffen.
Maar het feit blijft, dat een derge
lijke groei van hertengeweien als
thans te Groede werd geconstateerd,
nog nimmer in Nederland werd
waargenomen.
BIETEN.
Het schijnt, dat behalve de gezon
de Zeeuwse zeelucht, de voeding
hierin een „hartig" woordje mee
spreekt. Het is niet onwaarschijnlijk,
dat het voer, voor een gedeelte be^
staande uit suikerbieten en vóoral de
bladerige koppen hiervan, een waar
levens-elixer voor herten zou.blijken.
Ofschoon de Gropse herten graag
en veel suikerbieten eten. is het
uiteraard nog lang niet zeker, dat de
ze de oorzaak zijn van de trotse en
respectabele bouw hunner geweien.
In Groede is men vast besloten in
ieder geval door te gaan met het ex
perimenteren, opdat zo mogelijk nog
betere resultaten zullen worden ver
kregen.