Zo brak Wereldoorlog II uit...
ALS GAST BIJ DE LAPPEN
Het dramatische Augustuseinde
van 1939
Zeeuwse Almanak
MINDERHEDEN IN 1ND0NES1E
Klein volk handhaaft eeuwenoude
tradities
MAANDAG 29 AUGUSTUS 1949
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
3
Stalin gaf Hitier de handen vrij.
Tien jaar geleden stond de mensheid aan de vooravond van de Tweede
Wereldoorlog. Tien jaar geleden liepen in alle steden van Europa de men.
sen des avonds by drommen naar de dagbladburetaux, waar het ene bulle
tin na het andere werd opgehangen en luidsprekerinstallaties de berichten
ook hoorbaar maakten. Andere zaten met bevende harten bij hun radio
toestellen, geen nieuwsuitzending overslaand. Allen voorvoelend, dat een
nieuwe oorlog zou uitbreken, tegen beter weten ln hopend, dat de catastro
fe op het laatste moment toch nog vermeden zou kunnen worden.
Tien jaar geleden waagden in de
Duitse steden nietige groepjes vrou
wen het om te demonstreren tegen de
oorlog en voor de vrede.
Zij werden weggevaagd door Hit-
Iers bruine benden, die juichend door
de straten trokken in het vooruitzicht
van hun snelle zegepraal, die Hitier
immers beloofd had. In de Rijkskan
selarij en in Berchtesgaden speelden
de Nazileiders koel en berekend hun
spel. Zij geloofden niet aan oorlog,
zij hadden alleen hun eigen volksmas
sa opgezweept. Zij waren ervan over
tuigd, dat noch Engeland, noch
Frankrijk het tot een conflict zouden
laten komen. Ook ditmaal, nu het om
Polen ging, zouden zij op het aller
laatste nippertje de Duitse verlan
gens inwilligen
SPANNING. HET PAUZE JAAR
Het had dat gehele jaar reeds ge
spannen. Toen Hitier op de 30ste
Januari zijn traditionele rede hield
ter herdenking van het aan het be
wind komen van de Nazis in 1933,
Tien jaar geleden, op de 1ste
September brak de tweede We.
.•eldoorlog uit. Het relaas der
gebeurtenissen in de Matste da.
gen laat zich lezen als een de
tectiveroman. In drie korte ar
tikelen roepen wy het weerga,
loze drama der laatste Augus
tusdagen van '39 nog eenmaal
voor onze lezers op.
V
had hy met een verbijsterende bruta
liteit ronduit verklaard, dat hij, toen
de inbezitname van Oostenrijk vol
tooid was, onmiddellijk bevel had ge
geven aan het leger om 2 October
1938 tot een militaire actie tegen
Tsjecho SlowakHe over te gaan. Hui
verend hoorde Europa, dat alle scho
ne beloften, die dus lagen tussen
Oostenrijks ondergang en de smadelij
ke conferentie van München, waarbij
Tsjecho Slowakije geofferd werd,
slechts ten doel hadden gehad Hit-
Iers ware bedoelingen te maskeren.
Zes weken later ontbood de Führer
de leidende Tsjechische staatslieden
naar Berchtesgaden en maaJkte een
eind aan de onafhankelijkheid van
hun staat. Bohemen en Moravië wer
den Duits protectoraat en Slowakije
werd een vazalstaat van Berlijn.
OORLOG?
Het offer van München was ver
geefs geweest. Een golf van veront
waardiging ging door Europa. En 't
zag er in die Maartdagen van 1939
naar uit, dat een conflict reeds on
vermijdelijk was geworden, te meer,
omdat Roosevelt op 15 April nog een
persoonlijke poging waagde om Hit-
Ier de veiligheid van dertig met name
genoemde staten te doen garanderen
in ruil voor economische steun en......
mogelijke teruggave der Duitse kolo
niën, maar Hitier dit aanbod, deze
poging honend van de hand wees.
Wel proclameren de aan grenzenlo
ze zelfoverschatting, aan hoogmoeds
waanzin leidende Duitse kanselier nu
zijn eisen jegens Polen. Dat gebeurde
op 28 April: tegelijkertijd werden
door Duitsland het vlootverdrag met
GRAUWE ZONDAG
Geen aasje wind op Zondagmorgen.
De zeilers, die anders de Zeeuwse
wateren bevolken, zetten bedrukte ge
zichten. Ze aarzelen tussen „naar bui
ten gaan" oj maar blijven liggen in de
haventjes en in plaats van zeilen een
partijtje kien te spelen. Er waren na
tuurlijk optimisten, die naar buiten
gingen. Aanvankelijk was het een
drijjpartij en wie een motor aan boord
hadsloeg hem aan. Maar 't is 'n mis
troostig gezicht, zeilscheepjes op hun
motor te zien varen. En vele zeilers
zetten dan ook hun schip op een bank
en gingen zwemmen en.... eten.
Een verloren zeildag werd het ech
ter niet. Later stak de wind op. En
wie het tij mee had, haalde de schade
der windloze uren in. De zeilen bol
den, dg bries zong in het stag, het
water van Ooster. en Wester Schelde
spatte op voor de boegen, kortom: het
viel allemaal wel mee.
Dé gelukkigen, die op het water kon
den toeven, hebben Zeeland op zijn
allermooist gezien. De kusten der
eilanden grauw in de nevel, de dorpen
en steden als vage silhouetten achter
de dijken en de auinen. 't Water en de
hemel somber en dreigend, soms bijna
beklemmend. Nooit voelt men zo goed,
dat Zeeland aan het water is ontrukt
en nog altijd tegen het water strijdt,
als op grauwe dagen, zoals deze
Zondag.
En het mooist van alle vérgezichten
op Zeeland was ook ditmaal het ge
zicht op Veere. Onvergelijkelijk is de
karteling van het silhouet, dat Grote
Kerk, stadhuis en Campveerse toren
tegen de wolken tekenen. Zo sierlijk,
zo harmonisch, zo stemmig, zo schoon.
Zeeland is geen land van zeilers.
Zeer vele boten voeren Engelse, Bel
gische, Franse vlaggen; de Nederland
se vlaggen waaien veelal op boten uit
andere provincies. Daar weet men
blijkbaar opperbest, dat Zeeland een
uitgelezen ,zeilland" is.
De Zeeuwen zeilen niet. Jammer
toch.
van de oorlog, die aan zovele millioe.
nen het leven kostte.
Maar voor deze tweede Wereld,
oorlog uitbrak, in de luttele dagen,
die de 21ste Augustus scheidden van
de 1ste September, volgde er nog
een diplomatieke activiteit, zoals
de mensheid nimmer had aanschouwd,
om de vrede te redden en Duitsland
terug te houden van de laatste, nood.
lottige stappen.
Duizenden en duizenden volgden
tien jaar geleden het verloop daar.
van met bonzend hart, met lngehou.
den adem.
Nu, tien jaar later, laat het relaas
zich lezen als een detectiveroman,
even sensationeel, even spannend,
even luguber
Engeland heeft dollars nodig.
Het Amerikaanse-departement van
buitenlandse zaken heeft bekend ge
maakt, dat Zaterdag besprekingen
zullen beginnen ter voorbereiding van
de bijeenkomst tussen de ministers
van financiën van Engeland, Canada
en de Ver. Staten, die op 7 September
as. te Washington zullen vergaderen.
Deze voorbereidende besprekingen,
die döor deskundigen van de drie
landen zullen worden gehouden, zul
len beperkt blyven tot technische
aangelegenheden. Zy beogen de feite
lijke posities der landen vast te stel
len, aoch zij zijn niet bedoeld als on
derhandelingen.
De N.V. Philips Gloeilampenfabriek
heeft besloten haar werkplaats te Kerkra-
de, die ongeveer asderhalf jaar geleden
werd opgericht als hulpafdeling van haar
machinefabriek te Eindhoven, te sluiten
in verband met de mogelijkheid om de
betrokken werkzaamheden naar de Eind-
hovense bedrijven over te brengen.
Engeland en het niet-aanvalsverdrag
met Polen opgezegd. Engeland en
Frankrijk hadden reeds eerder ver-
klaard Polen te zullen steunen. Po-1
len wees op grond van deze verzeke-
ring de Duitse eisen af en zeide geen I
vrede tot elke prijs te wensenNu i
moest het conflict uitbrekenj
RUSLAND
Er gebeurde echter niets. De waak- j
zaamheid der millioenen in Europa
verslapte. Men gaf zich over aan 'de
ijdele waan, dat Duitsland zich door
Engeland en Frankrijk had laten im
poneren.
Wat in werkelijkheid geschiedde,
was, dat Hitier onderhandelingen
aanknoopte met Sow jet Rusland, 'dat
toendertijd reeds maanden bespre
kingen voerde met Engeland en
Frankrijk.
Zorgvuldig werden deze onderhan
delingen tussen nationaal socialisten
en communisten geheim gehouden.
Waren zij bekend geworden, niemand
zou trouwens geloofd hebben aan een
tastbaar resultaat. Water en vuur
immers konden onmogelijk samen
gaan.
DONDERSLAG BIJ
HELDERE HEMEL
Maar zij gingen samen. Op 19
Augustus werd bekend gemaakt, dat
Duitsland en Rusland een handelsver
drag hadden gesloten, op 21 Augus
tus kwam als een donderslag bij hel
dere hemel de tijding, dat er ook een
niet-aanvalsverdrag was afgesloten.
Engeland en Frankrijk werden er
volkomen door verrast: het was voor
de democratische staten een diploma
tieke nederlaag, die haar weerga in
de historie niet kende. Eensklaps had
Hitier de handen vrij gekregen. Zelfs
als Engeland en Frankrijk bij een ge
wapend conflict Polen te hulp zou
den snellen, zou Hitier niet meer be
vreesd behoeven te zijn voor een
twee frontenoorlog. Rusland en Duits
land hadden onder elkaar Oost- en
Midden Europa verdeeld
Dat de oorlog nu uit zou breken
was duidelijk. Stalin had door zijn
bondgenootschap met Hitier de laat.
ste hinderpalen, die tussen Hitier en
een nieuw succes schenen te staan,
weggenomen. Evenzeer als by Duits
land, ligt bij de Sowjetunie de ver-
antwoordelykheid voor het losbarsten
Stromingen met tegengestelde wensen.
Voor de oorlog trokken jaarlijks duizenden vreemdelingen naar Middelburg, om in de
eerste plaats het zeldzaam mooie Gotische stadhuis uit de 16de eeuw te bewonde
ren. Doch ook de oude Koorkerk met de 85 meter hoge „Lange Jan" werd nooit
door de vreemdelingen vergeten. De „Lange Jan" staat nu in de steigers.
BRIEVEN UIT HET HOGE NOORDEN (IV)
(Van onze Zweedse correspondent).
FLaLLASEN. Augustus. Eigenlijk was het een vergissing, dat ik in Fl&llasen uit
de trein stapte. Ik had in Kiruna de boemel naar GalUvare genomen en er geen re
kening mede gehouden, dat het treintje hier in het hartje van Lapland een opont
houd heeft van ruim twee uur om de D-trein naar Stockholm te laten passeren.
Maar deze vergissing speet me hoegenaamd niet, want zodoende ben ik in staat ge
weest een gesprek aan te knopen met de station-chef. En juist deze vriendelijke
baas wees me het paadje dat ik moest volgen om naar een nederzetting van een
klein honderdtal Lappen te komen.
Het is geen gemakkelijke weg. die de
Lappen vérbindt met de wereld het
station, dat tevens hun postkantoor is.
Tienduizenden muggen houden er de
wacht. En als bijzondere verrassing moet
men om de 500 meter een moeras over
steken. Weliswaar hebben de Lappen er
een paadje aangelegd door twee smalle
boomstammen naast elkaar te leggen,
maar het lopen daarop eist nog al enige
behendigheid. Ik moest tenminste mijn
voet herhaaldelijk uit de modder trekken.
Zo had ik wel twee uur geworsteld,
toen ik plotseling voor een groot hek
kwam te staan. De deur stond open. Ik
had er ook moeilijk om heen kunnen lo
pen, want de lengte er van bedraagt on
geveer200 km. De Lappen hebben het
lang geleden opgetrokken om te voorko
men, dat hun rendieren de wijk nemen.
Gedurende het volgende uur moest ik
ietwat klimmen. De grond werd droger
en ik passeerde meertjes met helder wa
ter. Volgens mijn berekeningen kon het
niet al te ver meer zijn. Maar Wie be
schrijft mijn verbazing, toen ik plotse
ling uit het bos stapte en tussen twee
hoge bergen een open vlakte voor me
zag. een vallei, die niet schilderachtiger
had kunnen zijn. Heel in de verte zag ik
rook op stijgen. Daar ging ik op af al
kwam ik mezelf voor als de held in een
of andere Amerikaanse film.
Wantrouwend bleef het oude Lappen-
vrouwtje staan. Op mijn vriendelijk „god
dag, god dag" reageerde ze met op een
hutje te wijzen, dat temidden van de ne
derzetting stond. Daar moest ik me ze
ker melden.
In het geheel had ik er dertig verblijf
plaatsen geteld, die zonder enig systeem
bij elkaar stonden. Ze waren allemaal
rond gebouwd. 2 tot 2.50 meter hoog en
hadden een doorsnee van een meter of
vier. Zoals ik later zag waren ze van wel
5 cm. dikke planken gebouwd. Deze plan
ken werden echter nog door een dikke
laag mos beschermd, dat wederom door
een net van tekken werd vastgehouden.
Heel beleefd bleef ik voor een deur
IH
kA*ÉË2ï
i
POLCIRKELN
B
Hoe de Poolcirkel is aangegeven.
De Lappen van Noord-Zweden in
zomerdraebt.
van een hoogte van 1.50 meter staan, toen
ik daar had aangeklopt. Een jeugdige Lap
opende. Ik stelde me voor en vertelde in
het Zwèeds, dat ik een Nederlander was,
die gaarne gedurende een uur het dage
lijks leven van de Lappen wilde gade
slaan. En nu geef ik mijn lezers te raden,
wat hier het antwoord op was? ..You
are welcome!" en dat in vloeiend Engels.
SLECHTS 6000 LAPPEN
Zo zat ik dan op mijn hurken om het
dovende vuur in een Lappenkeet aan
dachtig te luisteren, wat die jongeman te
vertellen had. Hij had als zovelen
in Gallivare de school bezocht. Daar is
een school, waar de Lappenkinderen ge
durende de winter blijven. Wat hij er ge
leerd heeft? Eenvoudig alles, wat ook de
Zweedse kinderen leren. De Lappen ne
men hun lessen alleen maar "een beetje
vlugger door, maar doen het niet min
der grondig.
Er zijn niet veel echte Lappen meer,
vertelde hij verder. In heel Zweden mis
schien nog maar een kleine zesduizend.
Langzamerhand worden ze allemaal honk
vast. Of ze huwen met Zweden en wor
den dan door ons eigenlijk niet meer als
Lappen beschouwd, omdat ze dan toch
ook in de stad gaan wonen.
Wij wonen nu al tien jaar op dezelfde
plaats, legde hij voorts uit. We verdienen
de kost voornamelijk met het bedrijven
van land- en bosbouw.
En heeft u geen rendieren, schoot het
me uit mijn mond? De vraag was eruit
eer ik het wist, de fout was niet meer
goed te maken. Een Laplander, moet u
weten, mag men namelijk nooit naar het
aantal rendieren vragen, dat hij zijn
eigendom noemt. Dat is zijn kapitaal. Ik
vraag u toch ook niet, geachte lezer, hoe
veel geld u op de bank heeft, is 't niet?
Natuurlijk, antwoordde mijn gastheer ont
wijkend.
Maar rendieren hebben ze eigenlijk al
lemaal. Deze dieren leveren nu werkelijk
alls, wat ze nodig hebben: melk, boter,
kaas, vlees, vet, pees (om te naaien),
mest (hun brandstof), haar (voor kleren)
en huiden. Uit de beenderen worden, af
gezien van de huishoudelijke voorwerpen,
souvenirs gemaakt. Er gaat dus niets ver
loren. Bovendien doen de beesten nog
dienst als lastdier en trekken 's winters
de slee.
GEEN BELASTING!
Mijn Lap vertelde nog van de bevoor
rechte posities, die zij innemen. Ze heb
ben nagenoeg geen belasting te betalen,
zijn in vredestijd vrijgesteld van mili
taire dienst en storen zich niet aan de
geographische grenzen. Wij Lappen spre
ken allemaal vier talen, namelijk ons
taaltje, dat aan Fins en Hongaars doet
denken, maar oorspronkelijk een Mon
gools dialect is geweest, Fins, Noors en
Zweeds.
Hy liet me nog zijn winter-keet zien,
die 40 passen verder stond, iets steviger
was gebouwd en een klein voorvertrekje
had. Bovendien stond er een bed voor zyn
oude moeder in, die gedurende de zomer
net als de anderen op takken, mos en
bladeren slaapt, de voeten vlak by de in
het midden van de keet gebouwde open
haard.
Ondertussen was het al aardig laat ge
worden. Ik moest opstappen. Wacht u
even, zei myn vriend, voor we afscheid
nemen zal ik nog even met het station
bellen. Dan weten ze, dat u terug komt.
Anders maken ze zich misschien nog on
gerust.
Het duurde enige tyd, tot ik myn ver
bazing te boven was en hem kon vertel
len, dat ik voor de zekerheid om de tien
minuten een stok dwars over het paadje
had gelegd, zodat ik de weg steeds terug
kon vinden.
(Slot volgt).
(Nadruk verboden).
(Van onze parlementaire redacteur)
Hoewel de Ronde taf el-conferentie
reeds enige dagen duurt en enige
commissies en sub-commissies aan
het werk zyn getogen om in onder,
linge, niet openbare bijeenkomsten
de problemen te bespreken, die om
een oplossing vragen, is omtrent de
positie van de minderheden op de R.
T.C. nog niets positiefs bekend ge
worden.
Wel heeft de delegatie van de B.F.O.
een ontijdig en verwarringwekkend
communiqué uitgegeven, waarin zij
als haar mening te kennen geeft, dat
de minderheden als zelfstandige groep,
die slechts ter R.T.C. kan worden toe
gelaten, indien één der delegaties daar
toe de wens te kennen geeft, alleen
gehoord kunnen worden na een daar
toe strekkend, eenstemmig besluit van
de Centrale Commissie. Doch daarme-
de is nog niets gezegd omtrent wat er
J in feite gaat gebeuren. Mochten deze
minderheden niet in de gelegenheid
I gesteld worden om zich als groep te
laten gelden, dan is de Nederlandse
regering bereid de minister van
Overzeese Gebiedsdelen, mr. J. H. van
Maarseveen, heeft dit in het laatste In-
donesië-debat in de Tweede Kamer
uitdrukkelijk verklaard vertegen
woordigers der minderheden in de Ne
derlandse delegatie, hetzij als leden,
hetzij als adviseurs, op te nemen.
ONDERHOUD MET INDO-
EUROPEAAN
Wij hadden over het minderheden
probleem een onderhoud met de heer
J. P. Snel, voorzitter van de Indone
sisch Nationale Partij, een intelligen
te, nog vrij jeugdige Indo-Europeaan,
die op het ogenblik ter gelegenheid
van de R.T.C. in Den Haag vertoeft en
die ons een objectieve en overzichte
lijke schets gaf van wat er onder de
minderheidsgroepen leeft.
Hij onderscheidde drie richtingen.
De eerste houdt vast aan de denkwij
ze: wij zijn Nederlanders en wij wen
sen dat te blijven; niet door naar an
dere landen te trekken, maar door Jn
de Indonesische Archipel te blijven.
Het is de aanhangers van deze groep
duidelijk, dat men toch niet collectief
kan emigreren en dat individuele emi
gratie geen oplossing brengt. Hoe kan
men dan wel zijn Nederlanderschap
handhaven in het land, dat men als
zijn vaderland voelt? Niet door op het
gebied van de Republiek en de B.F.O.
te blijven, maar door een bepaald stuk
grond te claimen en daar te werken,
zeggen zij. Die grond zal de Neder
landse provincie moeten zijn< Dat
brengt mee, dat het Rijk in Europa
blijvende steun economisch, finan
cieel, cultureel en ook militair zal
dienen te verlenen en dat daarvoor on
geveer een half milliard ter beschik
king moet worden gesteld.
Dit is de zogenaamde Nieuw Guinea-
groepering, bestaande uit verschillen
de organisaties met tezamen ongeveer
10.000 a 12.000 leden. Deze verenigin
gen zijn: 1. de Vereniging Kolonisatie
Nieuw Guinea: 2. de Groter Neder
land Actie; 3. de Nieuw Guinea Ne
derlandse Vrouwenbond; 4. de Neder
lands-Indische Pensioenbond; 5. de
Nederlands-Indische Bond voor ex-
krijgsgevangenen en geïnterneerden; 6
het Nederlands Cultureel Verbond.
TWEEDE GROEP
Een tweede groep is verenigd in
het Indo Europees Verbond en telt
circa 8000 leden. In wezen is dit ook
geen politieke, maar wel een sociaal-
economische groep. Men onderscheidt
er twee richtingen in: de Nieuw-Gui-
nea-gezinden en zij, die zich stellen op
de staatrechtelijke basis van het Indo
nesiërschap, hoewel zij zich wel willen
blijven aansluiten bij de Nederlandse
cultuur. Onder de drang van de om
standigheden stelt de laatstgenoemde
stroming het burgerschap op de voor
grond.
De Nieuw-Guinea-gezinden, die vrij
sterk in aantal geweest zijn, willen
Nieuw Guinea wel zien als een land
met een aparte status en opgenomen
in de V.S.I., maar toch Indonesië als
hun stamland blijven beschouwen. Zij
nemen tegenover de eerste hoofdgroep
dus 'n gematigd Nieuw Guinea-stand-
punt in.
INDO NATIONALE PARTIJ
De aanhangers van de derde hoofd
groep, de Indo Nationale Partij, waar
van onze zegsman, de heer Snel, voor
zitter is, verklaren onomwonden: In
donesië is ons vaderland en door onze
geboorte en doordat wij als het ware
geheel met dit land verweven zijn. De
Ver. Staten van Indonesië zijn straks
de souvereine, onafhankelijke; eenheid,
Besprekingen te Batavia.
Te Batavia werd een bijeenkomst
van de Nederlandse, de Republikein
se en B.F.O.-delegaties onder auspi
ciën der Unci gehouden.
iDt was de eerste voltallige bijeen
komst der delegaties sedert het ver
trek van de voornaamste gedelegeer
den naar Den Haag. Zy was. vol
gens de woorden van de Australische
voorzitter der bijeenkomst, de heer
Pritchett, belegd, teneinde hetgeen
bij de vorige besprekingen te Batavia
was bereikt, ai te ronden en aan te
vullen.
Ofschoon het door de Unci uitge
geven communiqué alleen melding
maakt van de besprekingen over het
vrijlaten der politieke gevangenen en
het vraagstuk van de materiële voor
ziening voor .de republikeinse gebie
den, hebben er tussen de Nederlandse
en de republikeinse delegaties even
eens besprekingen plaats gevonden
over het vraagstuk van het herstel
van de normale en regelmatige ver
bindingen met de republikeinse ge
bieden.
Keizer Haile Selassie van Ethiopië
heeft bevel gegeven de leiders van de zes
honderd spoorweglieden, die in de afge
lopen week de kantoren en fabrieken van
de FransEthiopische Spoorwegmaat-
schappij bestormden, op te hangen.
De minister van financiën ln Oost-
Indonesië M. Hamelink.
waarvan wij deel willen uitmaken. Wij
zijn daartoe gerechtigd. Wij' stellen ons
uit hoofde van positieve gevoelens en
dus niet bijvoorbeeld uit wrok cul
tureel behoren we tot Nederland; de
heer Snel. die vijftien jaar in Neder
land gewoond heeft, liet dit voor zich
zelf duidelijk uitkomen op het
standpunt van het Indonesisch staats
burgerschap.
ARABIEREN EN CHINEZEN
Buiten de eigenlijke Nederlanders^ep
de Indo-Europese Nederlanders, vaste
bewoners van Indonesië, is er nog de
minderheidsgroep van de Arabieren
en de Chinezen. Zij speelt echter geen
rol van enige betekenis, omdat zij
staatsrechtelijk nooit een overheersen
de positie heeft ingenomen. Als groep
zullen de Arabieren en Chinezen dljs
zeker op de Ronde Tafel Conferentie
geen stem in 't kapittel hebben. Niét-
temin zullen zij zich kunnen laten ho
ren, omdat Arabieren en Chinezen in
de delegatifes van de Republiek en cfe
B.F.O. zijn opgenomen.
Ook bij de heer Snel leeft het ver
langen om zich ter R.T.C. over zijn
verlangens te uiten, maar niet als lid
of adviseur van de Nederlandse dele
gatie. Want dit zou betekenen, zo be
ëindigde hij ons onderhoud, dat ik zelf
een tegenstelling ga scheppen met de
B.F.O. en de Republiek. Wij willen na
melijk ook Indonesiërs zijn en dan
moeten we ons niet binden aan de
Nederlandse delegatie.
(Nadruk verboden)
Het Wereldgebeuren
Het werk van
de I.R.O.
Dezer dagen werd er via een offi
ciële publicatie nog eens aan herin
nerd, dat half 1950 de internationale
vluchtelingen-organisatie van de V.N..
de I.R.O., de werkzaamheden zal
stopzetten.
Deze organisatie, die veel humanitair
werk heeft verricht en in Juli 1947
startte zal nog een keer algemene in
ventarisatie houden en dan de reste
rende zaak overdragen. Het is belang
wekkend met enkele cyfers het pro
bleem, waarvoor de I.R.O. stond, nog
even te illustreren. Bij het einde van
de oorlog immers bevonden zich liefst
12 millioen personen buiten hun va
derland.
Toen de I.R.O. in Juli 1947 haar
taak aanving, had zij ongeveer
1.300.000 verplaatste personen en
vluchtelingen in de vele Europese
landen in bescherming te nemen en
te trachten deze naar een definitie
ve bestemming te brengen. Het is
echter duidelijk, dat dezè werkzaam
heden een tijdelijk karakter moesten
hebben. Vroeg of laat moeten deze
personen een definitieve bestemming
gevonden hebben. Op de verplaatste
personen, die zich merendeels in
kampen in Centraal Europa bevinden,
wordt invloed uitgeoefend om een
definitieve bestemming voor de naas.
te toekomst te kiezen.
De I.R.O. heeft sinds 1 Juli 1947,
505.000 personen naar hun bestem
ming gebracht. Naar schatting zijn
er thans nog 650.000 personen over,
waarvan men verwacht, het grootste
deel in de loop van het volgend jaar
naar zijn definitieve bestemming ge
bracht te hebben.
Dit is mogelijk door de zgn. „resett
lement schemes.", volgens welke door
de Ver. Staten 200 000. door Canada
100.000 en door Australië eveneens
100.000 personen in die landen zullen
worden opgenomen.
Per maand worden ongeveer 30.000
tot 35.000 personen overzee vervoerd.
Voor een der grote problemen dér
emigratie, de mogelijkheden van ver
voer, heeft de I.R.O. een oplossing
gevonden door zelf schepen in de
vaart te nemen. In totaal zijn er op
het ogenblik 33 schepen door de I.R.
O. voor deze transporten in de vaart
gebracht.
Dat alles betekent, dat, indien alle
geselecteerde personen zijn vertrok
ken en de aantallen zijn bereikt, er
naar schatting nog een 150.000 perso
nen zullen overblijven. Men moet de
ze beschouwen als de ..harde kern".
Daarvoor zal geen verplaatsing mo
gelijk zijn. Het betreft hier ouden
van dagen, zieken, personen, die in
gezinsverband willen blijven. Zij zijn
verspreid over verschillende landen.
Zo ziin de meesten in Duitsland, ve
len zijn er ook in Italië en Oosten
rijk. In mindere mate verblijven er
in andere landen, zoals in ons land.
De enige oplossing voor deze groep
zal zijn, dat zij door de nationale on
dersteuningsorganen wordt opgevan
gen.
Als de werkzaamheden van de I.R.
O. op 30 Juli 1950 een einde genomen
hebben dan hoopt men, dat er door
de Ver.' Naties een lichaam wordt in
gesteld', dat de vluchtelingen en ver
plaatste personen onder zyn bescher
ming kan nemen.
Het is moeilyk te zeggen hoeveel
vreemdelingen zich in ons land be
vinden, die menen recht te hebben op
bescherming van de I.R.O.Onze
Rijksvreemaelingendienst beschikt
niet over de definitieve cijfers. Men
schat evenwel, dat dit aantal ln ons
land ongeveer 20.000 bedraagt.
Nu verleent de I.R.O. enerzijds wet
telijke bescherming. Zij geeft advie
zen en medewerking in al die geval
len, waarin betrokkenen zich niet
kunnen wenden tot bijvoorbeeld het
ministerie van buitenlandse zaken of
tot de diplomatieke vertegenwoordi
ger van hun land. Anderzijds geeft
do I.R.O. financiële steun voor le
vensonderhoud, die echter alleen ge
boden wordt, indien de betrokkenen in
uiterst zorgelijke omstandigheden ver
keren en de nodige ,hulp niet van an
dere instanties ontvangen.
Het aantal personen, dat in ons
land financieel door de I.R.O. ge
steund wordt, is in de loop van de
laatste drie jaar teruggebracht van
zes zevenhonderd tot ongeveer 160.
De I.R.O. heeft ook 60 naar ons
land uitgeweken buitenlandse stu
denten onder haar bescherming ge
nomen. Er worden pogingen ln net
werk gesteld nog een veertigtal voor
het laatste studiejaar hier toe te la
ten. waarna de aan afgestudeerden
hier een werkkring kunnen vinden.