Krijgt de zon concurrentie? Guerilla in de Oekraine In Amerika hoopt men in 1952 een Atoom-centralegereed te hebben Partisanen zouden goed van wapens zijn voorzien HOME-PERMANENT BRITTEN KUNNEN NOG 540 JAAR KOLEN DOEN DELVEN KRUISTOCHT DOOR EUROPA DOKTERS-ASSISTENTE 4 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT VRIJDAG 10 JUNI 1949 Problemen van grondstoffen en kostprijzen. (Van onze economische medewerker) „Na de periode van straal voortstuwing komen we in het tijdperk van de vliegmachines, die worden voortbewogen door motoren, die hun kracht ontlenen aan de atoomenergie". Met dez« woorden zette dr. Plesman on langs het mes in een uiterst teer onderwerp. De atoomperiode, die wü eigenlijk alleen nog maar kennen door de bommen op Hiroshima en Nagasaki in Augustus 1945 en op Bikini in Juli 1946, wordt ons nu voor de verbaasde ogen gesteld als een nabije werkelijkheid. Tot nu toe is bij het spreken over de atoomenergie voornamelijk ge dacht aan de atoombom; niet alleen in de hogere regionen van politici en militairen maar ook door de massa van het publiek. Hierdoor werd te veel uit het oog verloren, dat de ele menten uranium, thorium en plutoni um na splitsing van hun atoomkernen (naast hun explosieve en radio-actieve krachten voor vernietiging) ook een gunstige hitte uitstralen, welke uit stekend benut kan worden voor het opwekken van electrische energie. Het is dus zo, dat in principe gro te centrales mogelijk zijn, waar ura nium wordt gesplitst en waarbij een grote hitte wordt ontwikkeld. Deze hitte wordt dan gebruikt om water in stoom om te zetten, welke daarna (evenals in een normale electrische centrale) een turbine aandrijft die weer een electrische generator doet draaien, welke daardoor electrische stroom kan leveren. MOEILIJKHEDEN. Wij zeiden: in principe, omdat het bouwen van die grote kerncentrales op enorme moeilijkheden stuit; zelfs in de Ver. Staten. In de eerste plaats toch moeten èn personeel èn materia len beschermd worden tegen de. zich tegelijkertijd ontwikkelende radio actieve stralen en tegen de voor een gunstige werking noodzakelijke hoge temperaturen. Er wordt echter met man en macht aan het oplossen van deze moeilijk, heden gewerkt en inderdaad denkt men in de Ver. Staten In 1952 een eerste volledige atoomcentrale klaar te hebben. Niet omdat men daar nu verlegen zit om deze uraniumenergie, maar om verder te kunnen experi. monteren zowel met het eindproduct, de bijproducten en de grondstoffen. Hier komt het kostenprobleem om de hoek kijken. Laten wij nu nog maar even buiten beschouwing, dat die centrale ca. 50 millioen zal kos ten. dan is de eerste vraag of die atoomenergie goedkoper is dan de energie, opgewekt uit kolen. Men is op dit punt uiterst voorzichtig en verscheidene uitlatingen spreken elk aar dan ook min of meer tegen. Toch nemen Amerikaanse economen wel aan. dat de kosten van een atoomcen trale voor het opwekken van 1 kwh electrische energie iets hoger liggen dan die van een kolencentrale, welke gelegen is in een kolengebied en waar dus de transportkosten van de kolen naar de centrale een geringe rol spe len. Maar zodra de kolen van verre moeten komen, zodra de kolen (een nieuw punt!) schaars worden, dan zal de atoomcentrale voordeliger worden. Bovendien worstelt deze centrale nim mer met een transportprobleem: 1 kg. uranium geeft dezelfde energie als ca. 3000 ton steenkolen; de bedrijfs leider kan dus a.h.w. dagelijks de grondstoffen in zijn actetas mee naar de centrale nemen. DE GRONDSTOFFEN. Een geheel ander probleem is dat van de grondstofvoorziening. Uranium is tamelijk volop aanwezig; doch dit moet, om het zo eens uit te drukken, gezuiverd worden in U 235 en U 238; het voor de splitsing bruikbare ura nium (U 235) vormt echter maar 1/141 deel. Men zoekt nu naar wegen om die 140 andere delen uranium (U 238) voor de volle 100 pet. om te zetten in plutonium, dat evenals Uranium 235 gesplitst kan worden en daarbij hitte geeft. Alle vindbare uranium was dan te benutten voor de atoom centrales;' thans is dat nog niet voor 1 pc. het geval. OOK SCHEPEN. Doch niet alleen aan centrales denkt men; ook voor schepen wil men atoomenergie gebruiken. Men aarzelt zelfs niet om hiervoor 80 millioen uit te geven in de Ver. Staten. Zo te gen 1953/54 hoopt men ons er meer van te kunnen zeggen. Tegen die tijd zal ook het atoomvliegtuig. waarvoor vooral de Amerikaanse luchtmacht de grootste belangstelling koestert, wat meer tot ontwikkeling zijn gekomen, zodat de voorstelling van dr. Plesman nog niet zo gek is geweest als zij op het eerste gezicht wel lijkt. Dat natuurlijk ondertussen de pro ductie van atoombommen niet stil staat, zullen wij dan maar op de koop toe moeten nemen. (Nadruk verboden) Het Zuidelijk deel van de V.S. heeft steeds meer behoefte aan elec trische energie. Het aantalkrachtstations breidt zich dan ook snel uit. De foto toont een enorm waterwiel, dat in verbinding wordt ge bracht met een 32.000-lölowatt generator, in één der stations van de T.V.A., het Tennessee Valley authority system. (Speciale berichtgeving) Enkele Duitse dwangarbeiders, die werkzaam waren in de uraniummij- nen en dezer dagen in de Amerikaanse zóne arriveerden, vertelden, dat er in de dwangarbeiderskampen al enkele weken geruchten de ronde deden over de opstand in de Oekraine. Ook juist uit Oost-Europa teruggekeerde rei zigers wisten in Parijs te vertellen, dat de opstand in de Oekraine, die aan vankelijk gesmoord was, opnieuw in volle hevigheid was uitgebroken. Een nieuwtje voor de dames. Nadat reeds in 1943 in Engeland en Amerika eenvoudige preparaten de handel waren gebracht, waarmede de dames thuis zelf hun lokken kun nen permanenten, zal de Pin-up, zo als deze methode heet, weldra ook in Nederland worden toegepast. In Amerika heeft Pin-up het per manenten bij de kappers grotendeels verdrongen. Het maken van kapsels duurt natuurlijk onverminderd voort. Tijdens een in 1948 in Amerika in gesteld onderzoek verklaarde 77 pCt der dames, die een home-permanent gebruikten, dat zij dit product prefe reerden, omdat het zo gemakkelijk is de permanent thuis te kunnen aan brengen; 42 pCt schonk de voorkeur aan een home-permanent, omdat het voordeliger is en 28 Ct vond het re sultaat beter dan met een gewone permanent. De huisvrouw kan zich met de Pin-up met een beetje han digheid geheeel zelf helpen. Velen roepen echter de hulp van een vrien din in. Zo liet in 1948 71 pCt der Amerikaanse vrouwen zich door een vriendin of huisgenote helpen. De nieuwigheid is voor Nederland ongetwijfeld belangrijk. Er zijn in Nederland ca. 2.285.000 huisvrouwen, van wie 67 pCt het haar permanent en er zijn ca. 700.000 werkende meis jes. van wie 75 pCt het haar perma nent. In totaal zijn er dus 2.056.000 vrouwen in Nederland, die het haar permanenten en zij doen dit met een frequentie van gemiddeld 1,2 perma nent per jaar d.w.z. dat er gemiddeld per jaar ongeveer 2.500.000 perma nents in Nederland worden aange bracht. 37 pCt der huisvrouwen, die zich laten permanenten, betaalt niet meer dan ƒ7.50; 74 pCt betaalt niet meer dan 10.—. De totale geldomzet van permanents in Nederland wordt op opgevecr 18 millioen gulden per jaar geschat. Uit betrouwbare inlichtingen, welke we te Parijs verzamelden, blijkt, dat er inderdaad sprake schijnt te zijn van een oproer, zoals dat na de oor log niet is voorgekomen. In Oekraine- kringen te Parijs ontkent men even wel, dat dit het eerste oproer zou zijn. Men geeft hier te kennen, dat sedert begin 1945 in de Oekraine de ene uit barsting is gevolgd op de andere. Na dat de Russische troepen er echter in geslaagd waren in Juli 1947 de sterke strijdmachten der verzetslieden ge deeltelijk te verslaan, de restanten samen te drijven en al vechtende de enorme Oekrainse vlakte enigszins „te zuiveren", bleef het enkele maan den rustig. Duizenden en duizenden strijders, vaak tot aan de tanden bewapend, waren er echter in geslaagd uit te wij ken, voornamelijk naar Slowakije. Op bevel van Moskou zette de regering te Praag enkele acties in. Men zond Slowaakse keurcorpsen naar het ge bied, waar de Oekrainse verzetslieden zich schuil hielden, doch nadat het tot enkele kleine schermutselingen was gekomen, moest Praag de strijd sta ken omdat vele Slowaakse soldaten en officieren naar de Oekrainers wa ren overgelopen. Maanden hebben deze lieden van de U.P.A. zjch in Slowakije verborgen gehouden. Gesteund door de bevolking die evenzeer anti-communistisch was, geproviandeerd vanuit de lucht, met modern materiaal zwaar bewapend, zijn vele duizenden van de Bandera's er thans opnieuw in geslaagd in de Oekraine te geraken. Slechts enkele onbetekenende groepen, strijdens moer de, zochten een toevlucht in Beieren. Inmiddels was de terreur in de Oekraine sterk toegenomen. Vergel dingsacties hadden tienduizenden Oekrainers naar het gevreesde Sibe rië gedeporteerd. V ERZETSBE WEGIN G Onder deze omstandigheden keerde de kern van de U.PA.. terug. Wat zich toen afspeelde laat zich raden. Duizenden en duizenden mannen kwa men de gelederen versterken. Lang zaamaan vormde zich een legermacht die men in Parijs thans meent te mo gen schatten op enkele honderddui zenden leden. D,eze macht bestaat vrijwel uitslui tend uit bekwame, geoefende mannen. Behalve over lichte wapenen, welke in voldoende mate aanwezig zijn, beschikt men tevens over mortieren, auto's tanks en ook enkele vliegtui gen. Hoewel er een krachtige, centrale leiding is, hebben de commandanten der onderscheidene legergroepen zeer ruime bevoegdheden. Het gehele leger zit in kleine groepen, welke soms slechts 50 man sterk zyn, verdeeld over geheel de Oekraine. Er is evenwel een modern, goed ge regeld contact tussen deze afzonder lijke strijdmachten, zodat georgani seerde grote aanvallen uitgevoerd kunnen worden. Zo is er volgens on ze inlichtingen begin April een forme le veldslag geleverd, waarbij aan weerszijden sterke eenheden in de strijd zijn gebracht. De verzetslieden hebben hierbij opnieuw vrij grote hoeveelheden oorlogsmateriaal buit gemaakt. Contactmannen der verzetslieden zwerven door het land. Anderen drin gen door tot in Slowakije, Hongarije, Polen, Estland, Letland en Litauen, Men hoopt op deze wijze niet alleen de veel kleinere en minder openlijk optredende verzetsgroepen in deze landen met wapens en materiaal te steunen, doch tevens in de wapen handel bedreven mannen te vinden, die bereid zijn huis en goed in de steek te laten om zich te melden bij het sterke centrale verzetsleger in de Oekraine. Inderdaad! Er is opstand in de Oe kraine, aldus onze zegsman. In de steden is het rustig. Wel is er sabota ge aan de lopende band. Wel verdwij nen er spoorloos Russische militai ren, wel worden er kleine, snel uit gevoerde overvallen gepleegd, indien zulks werkelijk noodzakelijk is. Op het land is het anders. Door de enor me uitgestrektheden hebben de Rus sen hier wat minder vat op de bevol king. Openlijk steunt men vaak de verzetslieden. Op tal van plaatsen is het reeds tot uitbarstingen gekomen. Nieuwe lagen ontdekt in Engelands Midlands. (Van onze reizende redacteur). Madeley, Juni Een kolenveld van twintig millioen ton, dat tot dus ver onbekend was, is ontdekt in de omstreken van Madeley in het graafschap North Staffordshire. Er zijn lagen bij van drie meter. De Na tionale Kolenraad zal anderhalf millioen gulden ter beschikking stellen om de exploitatie op gang te brengen. Over twee jaar kan de produc tie beginnen. Deze mededeling deed de heer I. W. Cumberbatch, algemeen direc teur van de afdeling West Midlands van de Engelse Nationale Kolenraad. Een paar dagen tevoren was een soortgelijke vondst in Wittington be kend gemaakt ter grootte van 400 millioen ton. En dan hadden Zweed se boormeesters even eerder in South Staffordshire een veld ontdekt, waar van de omvang nog niet vast staat, maar dat op 800 meter diepte ligt. De lagen zijn daar van 1 tot 2.50 meter dik. Deze ontdekkingen zijn van grote betekenis, want nog altijd vormen de kolen de sleutel tot Engelands welvaart. Het delven van kolen is 300 jaar geleden begonnen, later dan in Nederland, maar heeft zich op een veel grotere schaal ontwikkeld. Er ontstond een uitgebreide handel in en bovendien groeide al heel vroeg een reusachtige en veelzijdige nijverheid uit op grond van de toepassing van met kolen gestookte stoommachines. Die nijverheid heeft al lang voor een groot deel op electriciteit overgescha keld, maar ook daarvoor zijn kolen nodig, want het land leent zich niet voor grote waterkrachtstations. Volgens een officiële en voorzich tige schatting kan men nog 540 jaar voortgaan met het delven van kolen als men zich „beperkt" tot 250 mil lioen ton per jaar, d.i. twintig maal zoveel als de Nederlandse voort brenging. Er werken 800.000 mensen in en boven de Engelse mijnen en er Is een omzet in kolen ten bedrage van 4000 millioen gulden. Het aantal mijnen bedraagt nu 1049 en groeit nog steeds. Geen wonder ook, dat de naasting van al deze mijnbedrijven een soort revolutie betekende. De naastingswet voor het mijnbedrijf werd in Juli 1946 aangenomen eri trad op 1 Janua- Monster van Storsjö weer present. Na een periode van een jaar is het monster van het in Zweden gelegen Störsjömeer, weer gezien, zo verklaart radio Stockholm. De passagiers en de piloot van een vliegboot, zagen kort nadat het vlieg tuig in de lucht was aan de opper vlakte een „visachtig, begroeid, merk waardig vervormd monster van onge veer dertig meter lengte". De beschrij vingen van de passagiers kwamen overeen met de notities in het logboek van de piloot. ri 1947 in werking. Die Nieuwjaars nacht werd de staat de grootste on dernemer, die er in Engeland te vin den is. De leiding werd in handen gelegd van de Nationale Kolenraad, een zelfstandig lichaam, dat reken- plichtig is aan de regering. De raad zware verantwoordelijkheid dragen, bestaat uit negen mannen, die een Er zijn 49 districten, elk onderver deeld in acht afdelingen. (Nadruk verboden). Een vrij huis.. Te Amersfoort is een zekere H. C. J. R. uit Putten gearresteerd, die in een aantal bladen de volgende adver tentie plaatste: „Een vrij huis bouwen wij voor U voor ƒ2500, excl. grond, desgewenst hypotheek beschikbaar. Inlichtingen gratis en vrijblijvend. Houtbedrijf „De Veluwe", E 36, Put ten (G)". Dit was echter fantasie en een middel van R. om goedgelovende burgers op te lichten, waarin hij ook enige malen is geslaagd. 14e Nederlandse Landbouwweek. Van Maandag 11 t.m. Vrijdag 15 Juli 1949 zal het Nederlands Genootschap voor Landbouwwetenschap, in samenwerking met het Nederlands Instituut voor Land bouwkundige Ingenieurs te Wageningen de veertiende Nederlandse Landbouw week houden. Evenals in de voorafgaande jaren heeft de regelingscommissie voor de landbouw- weken, met medewerking van verschil lende verenigingen en instellingen, voor dit jaar een programma samengesteld, waarin ruime aandacht wordt geschon ken aan de actuele aspecten van het land bouwbedrijf. Op Maandag 11 Juli en Dinsdagmorgen 12 Juli zullen voordrach ten over aardappelvraagstukken gehou den worden (selectie) (aardappelziekte en bewaring). Deze aardappeldag wordt georganiseerd door de N.A.K. Dinsdagmiddag 12 Juli en Woensdag morgen 13 Juli zijn gewijd aan graanstu- dievraagstukken (veredeling, drogen, voe dingswaarden en kwaliteitsonderzoek van meel). Deze voordrachten worden mede gehouden in het kader van studiedagen de Nederlands-Belgische Vereni ging van Graanonderzoekers. welke ver eniging hierbij tevens voor het voetlicht van de Nederlandse landbouw treedt. Het programma voor de Woensdagmid dag is nog niet bekend. Waarschijnlijk zullen dan cultuurtechnische vraagstuk ken worden behandeld. Donderdag 14 Juli zal evenals in de vo rige jaren, een zuiveldag zijn. Op deze dag staan voordrachten over samenvoe ging van melk- en zuivelbedrijven. Op de laatste dag volgt een aantal voordrachten voor de veetelers, welke zullen handelen over het vraagstuk steri liteit (erflijke oorzaken en voeding en in fectie als oorzaken). Generaal Eisenhower schrijft geschiedenis. Een belangrijk boek. Generaal Eisenhower, de opper bevelhebber der geallieerde strijd krachten op het West Europese oor logstoneel in 1944, heeft zijn oorlogs ervaringen beschreven in een lijvig boekwerk, dat onder de titel „Kruis tocht door Europa" thans door de Uitg. Mij. HeinemanNederland te Den Haag in vertaling is verschenen. Het spreekt vanzelf, dat Kruistocht door Europa een belangrijk boek is, omdat niemand over het materi aal kon beschikken, dat in het bezit was van de man, die zelf de gigantische veldtocht leidde. Zoals alleen Churchill de politieke geschie denis van de jaren 19391945 kan schrijven, zo kan alleen Eisenhower de geschiedenis van de militaire zege praal beschrijven. Zijn boek is boeiend van de eerste tot de laatste bladzijde en bovendien is het openhartig. Genoegzaam is bekend, dat er herhaaldelijk zeer ernstige meningsverschillen beston den tussen Eisenhower enerzijds en Churchill en Montgomery anderzijds. Zonder ergens doekjes om te winden, behandelt Eisenhower die conflic ten maar nergens op een kwetsende manier. Hij legt op vele bladzijden een oprechte, hartelijke bewondering aan den dag voor Churchill en Montgome ry en geeft hun opinie en de zijne eerlijk naast elkaar. Ziedaar een van de dingen, die dit boekwerk sym pathiek maken. Overigens bevat deze geschiedenis van de overwinning natuurlijk een groot aantal zeer belangwekkende onthullingen. Wie zich een beeld wil vormen van deze episode der wereld geschiedenis, zal „Kruistocht door Europa" nimmer ongelezen kunnen laten. Zowel de landingen in Afrika en Italië, als de grote veldtocht van- FEU1LLETON 21 „Ik weet nog niet, hoe ik zal be ginnen", bekende hij. „We moeten echter ergens beginnen en Ed dat is die krantenvriend van wie.ik jul lie vertelde is een even goed uit gangspunt als welk ook. Misschien krijg ik nog een helder idee. Mis schien ook niet. Maar tijd zal het ze ker kosten". Hij keek Eileen Mc Rae aan. „Kop op", zei hij met zijn brede, vertrouwenwekkende glimlach, die zelfs aan de meest troosteloze nog moed zou hebben geschonken. „Zo dra ik kan, zal ik contact met u zoe ken". Eileen slaagde er in flauwtjes te glimlachen. Ze hield nog steeds een vochtig vodje van een zakdoek, haar door Janice gegeven, in haar hand ge klemd, maar ze huilde niet meer. „Ik zal het proberen". Het was de belofte van haar kant om haar uiter ste best te doen. Samen wandelden ze naar de toegang tot de ondergrondse waar Eileen zou afdalen om een trein naar de buitenwijken te nemen. Ze trachtte nog iets te zeggen, voor ze hem verliet, maar ze kon niet. Haar ogen vulden zich met tranen en de woorden kwamen haar dichtgesnoer- de keel niet uit. Janice schudde aar hoofd en streel de Eileen's hand. „Hindert niet", zei ze. „Ik verwacht je morgen bij de dokter", voegde zij erbij en ze liet het klinken als een bevel. Ze wist dat het beter voor Eileen was om de dage lijkse routine te blijven volgen. Nadat Eileen een poging tot een knikje en een glimlach had gedaan, en de ondergrondse haar had ver- „Arme dapper door ADELAIDE HUMPHRIES zwolgen, zei Janice tot Ben: stakker. Ik wist wel dat ze was; ze zal zich wel redden, wanneer ze uit deze ellende ontsnapt is. Eigen lijk is zo'n schok een goed ding; het verdooft je zintuigen. Je gaat verder als een slaapwandelaar, beweegt je automatisch. Pas wanneer het voor bij is ontwaak je en begint te voelen. Dan wordt het pas echt naar". ..Hoe weet je dat?" vroeg Ben langs zijn neus weg. Hij paste zijn lange stappen aan de hare aan toen ze zich omdraaiden om naar haar straat te rug te lopen. „Ik ben verpleegster", hielp Janice hem herinneren. „Ik wist wel dat een verpleegster verstandig moest zijn, maar ik dacht, dat je zó verstandig niet kon zijn zonder bittere eigen ervaring". Janice vertelde hem niet of eigen ervaring haar kennis had verrijkt of niet. Ze sloegen haar straat in en ze zei: „Ik zou je wel vragen om bin nen te komen, Ben. maar „Heb geen tijd", onderbrak hij, „het zal moeite genoeg kosten om Ed te pakken te krijgen. Hij is een gladde kerel, maar misschien kan ik hem op dit uur van de dag aan een zekere bar vinden. Een rauwe tent. maar Ed is dan ook een rauwe kerel". „Dat bedoelde ik ook", zei Janice. Ze stonden voor het afgesloten gras perkje, dat het kleine huis wat meer naar achteren plaatste dan zijn im posante buren. Het perk was niet langer groen, maar de kleine denne tjes in hun potten gaven toch een komen, dacht Janice. Misschien had ik die arme Eileen niet alleen terug moeten sturen naar die lege flat. Ik had haar mee naar huis moeten ne men. Maar dat zou explicaties aan de familie met zich mee hebben ge bracht en dat zou Eileen nog niet hebben kunnen verdragen. „Ik zal je van me laten horen zo dra ik iets weet", zei Ben, net zoals hjj ook aan mevrouw Mc Rae had ge zegd. „Waar je ook bent op dat ogen blik, bij de dokter of thuis, ik zal je wel weten te vinden". Janice's ogen dankten hem opnieuw. Ze leek een ogenblik te aarzelen. Toen zei ze: „Het spijt me Ben, van laatst". Ze kon hem niet laten gaan zonder iets te zeggen, nu hij zo aar dig was geweest. „Het was dokter Holbrook's verjaar dag", legde ze uit. „Hij vroeg me op 't laatste ogenblik om met hem te gaan eten. Zie je, mevrouw Holbrook was juist naar Frankrijk vertrokken en ik had het gevoel dat hij zich nog al eenziaam voelde". Janice had gedacht, dat dit een re delijke verklaring was; het klonk echter als een laf excuus. Maar Ben accepteerde het. Hij glimlachte haar toe. „Zand er over", raadde hjj aan„zoals ik al zei, het is nu mosterd na de maaltijd". „Ben je er dan niet boos om?" „Waarom zou ik?" Zijn glimlach verbreedde zich, maar hij voelde zich van binnen nogal geladen. Dus dat was het de dokter voor wie ze werkte, de man met wie ze dag in dag uit 'samen was. blijkbaar ook nog na de werkuren. En zijn vrouw was in Frankrijk, dat maakte het hele maal erg. Ben zou de dokter graag een fikse kaakstomp hebben gegeven. Natuurlijk kon niemand hem kwalijk nemen, dat hij verliefd was gewor den op Janice. Geen enkele man zou zo lang in haar buurt hebben kunnen 1 zonder het te pak- en wen een zo lang u aardig, vriendelijk effect Vrolijk licht zijn als d< stroomde uit dc smalle hoge ramen, ken t" kri.ic.en Het was altijd gezellig om thuis te 1 „Ik ben bljj dat je het begrijpt". zei Janice. Haar stem. die zo warm en levendig was, klonk opgelucht. Haar ogen toonden hem dat ze hem niet had willen kwetsen, maar dat ze er niets aan had kunnen doen. Goeie hemel! Ben was verbaasd, dat dat er niet kreunend uitkwam, in plaats van dat het zachtjes in hem zelf echode. Ze had net zo goed kun nen zeggen: „Ik kan er niets aan doen. Bengy, dat ik van iemand anders houd. Het spijt me zo voor je, werke lijk. Maar ik kan het heus niet hel pen". Haar ogen zeiden het. Janice had zulk soort ogen. oprecht en eerlijk. Zodat Ben er niet boos om kon zijn. Hij had er ook het recht niet toe, daar hij immers in hetzelfde schuitje zat. Hij wist, dat als je van iemand hield, je er niets aan kon doen. Je moest stokstijf blijven zitten, al ging de boot ook onder. „Ik begrijp het", zei hij. Maar al te goed, had hij er bij kunnen voegen. Ben vond het niet leuk, helemaal niet zelfs. En hij dacht daarbij nog niet eens aan zichzelf. Hij dacht uitslui tend aan Janice. Het was erg genoeg geweest om thuis te komen na al die eindeloze maanden van wachten en verlangen, en je meisje veranderd te zien in een werkende vrouw, die zo gewend was aan een dikke envelop pe, dat ze de smaak verloren had voor zaken als trouwen, borden was sen, uitkomen met de huishoudkas. luiers en zuigflessen. Maar om boven dien te ontdekken dat ze zo dodelijk verliefd was geworden op de kerel voor wie ze werkte, dat ze er geen streep meer onder kon zetten ja, dat was haast te veel. „Ik wist, dat je het gezellig zou vinden om Albie mee te nemen", zei Janice. „Ja zeker. Albie en ik hebben ge weldig veel plezier gehad". Dat was waar, dat hadden ze. Albie was een allerleukst kind. maar ze was niet Janice, ze was Albie maar. (Wordt vervolgd). uit Normandië vindt men er uitvoe rig in beschreven en zeer belangwek kend is ook het relaas over de laatste fase van de strijd en over de ontwik keling van de tegenstelling tussen Engelsen en Amerikanen en Russen. GEALLIEERDEN WAREN NIET FEILLOOS. Heeft men dit boek eenmaal gelezen en denkt men over de inhoud na, dan komt men tot interessante conclusies. In Nederland zijn na de verschij ning van het eerste deel van het ver slag der Parlementaire Enquête commissie vlijmende critieken ver schenen over het beleid van onze vooroorlogse opperofficieren en van de regering. Men kan troost putten uit de onthullingen, die Eisenhower doét. Men was er in Amerika niet veel beter aan toe, noch in Engeland en als de Duitsers eens vijf en twintig pro cent sterker waren geweest, en in 1940 meteen hadden doorgetast, zou het er wellicht vreemd hebben uitge zien. Ook de Amerikaanse diplomaten en waarnemers waren geen bekwame maar vaak decoratieve figuren, die voor hun functie volkomen ongeschikt waren. Maar in hun handen rustte dan toch op verscheidene momenten het lot van Europa. Zelfs tijdens de oorlog beoordeelden Amerikanen en Engelsen de situatie dikwijls volkomen onjuist. Geen enkel voorbeeld toont dit zo duidelijk aan als wat men verwachtte van de houding der Fransen in Noord Afrika. Men zal zich herinneren, hoe onbegrijpelijk kort na de invasie de situatie in Afrika was. De Gaulle zat te springen om naar het door de ge allieerden bezette Franse gebied te gaan, maarin Afrika be schouwde men hem als een verrader. Petain werd door leger en vloot ver eerd, hij was het wettige staatshoofd en werd als zodanig door de meerder heid van het Franse volk erkend. Van daar dat de geallieerden geen toestem ming gaven aan de Gaulle om naar Afrika te gaan. Wel werkten zij sa men met generaal Giraud, die uit Frankrijk naar Afrika was ontsnapt. Zij verwachtten van de populariteit van Giraud zeer veel, maar zijn ge zag was gering. De Fransen verzetten zich tegen de invasie en vochten af en toe verbeten. Zij bleven Petain trouw. Darlan echter had als naaste medewerker van Petain wel degelijk gezag en aan zijn medewerking is 't te danken geweest, dat de talloze pro blemen in Noord Afrika opgelost kon den worden. Over deze duistere oorlogsperiode doet Eisenhower zeer belangwekken de mededelingen, maar hij doet ze ook op ander gebied. En daarom moet zijn boek beschouwd worden als een van de belangrijkste boeken, die over deze oorlog zijn verschenen. Dr. P, J. Idenburg, directeur-gene raal van de Statistiek, ts benoemd tot grootofficier in de Orde van Leopold II van Bejgië, Voor het Bijz. Gerechtshof te Arn hem werd 15 jaar gevangenisstraf geëist tegen de SS-er Egenolf, die ln dienst van de S. D. vele slachtoffers heeft gemaakt.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1949 | | pagina 4