Eva Peron, de kleine madonna T Erwtenbouw in België en Nederland I Een teken aan de wand? Militairen mogen haar niet erg Zeeuwse Almanak Van Vrouwioi Vrouw ante Sabine grijpt in MARIA SAWERSKY TWEEDE BLAD PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT ZATERDAG 26 FEBRUARI 1949 Politiek conflict in de huize Peron De berichten van de laatste weken uit Argentinië maken melding van een toenemende politieke spanning in het grootste land van Zuld-Amerika. Een van de oorzaken daarvan is de zo op het oog lieftallige vtouw van president Peron, Eva Duarte. Naar de mening van een aantal leger leiders wordt z\j te populair, bemoeit zij zich teveel met politiek' en vooral, doet zij dat op een wijze, die hun niet aanstaat. Deze militairen eisen van president Peron, dat hij vrouwlief tot de orde roept. Peron heeft ferm gewei gerd op deze eisen in te gaan en gewaarschuwd tegen* een mogelijke staatsgreep. marsino, een speciaal vriend van Peron, de president, met een belangrijke opdracht naar Washington reisde. Tenminste, in de door Eva beïnvloedde kranten werd van deze reis veel ophef gemaakt. De president liet echter een officieel communiqué verschij nen, waarin het heette, dat Lagomarsino in de Ver. Sta ten niets te zoeken had en indien hij er toch heenging hij dat op eigen gelegenheid deed. Nog duidelijker kwam het verschil van mening, tussen de beide echtgenoten tot uiting, toen tijdens een grote ontvangst, waarbij ooit diplo maten tegenwoordig waren, Eva met hartstochtelijke stem de president voor de voeten wierp: „Jouw Bramuglia (de Argentijnse minister van Bui tenlandse Zaken) saboteert mrjn sociaal program". Later zei generaal Peron Eva Peron, de Argentijnse Pompadour, zoals ze in de Nooidamerikaanse pers wordt genoemd, begon haar loop baan bescheiden. Door haar schoonheid en haar welbe spraaktheid slaagde zij er echter al spoedig in zich bo ven haar omgeving uit te werken. Als zangeres in nachtlokalen en als reclame- omroepster in de radiostudio wist ze in militaire en indu striële kringen belangrijke re laties aan te kweken. Als propogandiste van- schoon heidsmiddelen, schoencrêmes, kaas en andere artikelen, wist ze bovendien een aardig kapi taal te vergaren. Een keerpunt in haar leven was de kennismaking met haar toekomstige echtgenoot, de even eerzuchtige als poli tiek handige, jonge overste Peron. Eva ging zich met po litiek inlaten en haar schoon heid en charme droegen in niet geringe mate bij tot de car rière van haar man. Zij werd als .radiospreekster zeer po pulair en verstond daarnaast de kunst op massa-meetings de ontevreden stadsbewoners voor zich en haar man te winnen. Als een volmaakte demagoge ging zy daarby te werk. Zo vertoont zy zich op volksvergaderingen bij voor keur in fraaie Parijse toilet ten en getooid met juwelen. Dan zegt ze tot de toehoor ders: „Niet lang geleden was ik gekleed zoals U, maar dank zy myn moed en ons na tionaal programma heb ik in het leven succes gehad. Als- U my volgt zal U een der gelijk geluk ten deel vallen". Het is begrypelyk, dat dezi vorm van demagogie, in dt deftige societykringen en on der de aanhangers van Peror. in het leger niet bijster in de smaak viel. SALONOORLOG De natuurlijke tegenstelling tusen Eva' Peron en dè oude heersersklasse werd nog ver diept door de botte afwijzing van alle pogingen tot toena dering van de zijde der knap pe echtgenote van het staats hoofd. Er ontstond een soort salonoorlog tussen Eva en de zogenaamde hogere kringen. Deze animositeit deed zelfs zijn uitwerking gevoelen bui ten de Argentynse kringen. Toen de knappe Eva eens als ambassadrice van haar land een reis ondernam naar Span je, Rome en Parijs verscheen in de kiosken van de Franse hoofdstad een brochure met de schandalige titel: „Van het bordeel tot het Vaticaan". Zo nodig kan Eva Peron op koude en berekenende wijze haar zakelijke belangen be hartigen. Zo is ze sterk ge ïnteresseerd in handelsonder nemingen, die zij een mono polie heeft verschaft en streeft ze er volhardend naar haar familieleden in de staat en in de party belangryke functies te verschaffen. Bij het najagen van haar persoonlijke doeleinden ge raakte ze zelfs in conflict met haar echtgenoot, president Peron. Dit conflict in den huize Peron bleek voor de eerste keer naar buiten, toen La go- WEGENWACHT VOOR VOETGANGERS. Soms komen er van lezers brieven binnen, die zich niet lenen voor de rubriek Lezers Schrijven en die toch de moei te meer dan waard zijn. Zo ligt daar vanmorgen een briefje op mijn tafel en het is bedoeld voor bovenbedoeld ru- briékje, maar het leent zich eigenlijk veel beter voor de Al manak. Oordeel zelf: „Tot mijn groot genoegen lees ik, dat in navolging van de we genwacht voor automobilisten nu ook de wielrijders hun we genwacht krijgen. Maar waar blijven nu de wandelaarsHet is een eis van sociale rechtvaar digheid, dat ook deze categorie van weggebruikers geholpen ioordt. Hoe dikwijls gebeurt het niet, dat men al wandelende een spij ker in de schoen krijgt, een ve ter breekt, of een bretelknoop het begeeft! De wandelende we genwacht moet zijn hulpkistje, inhoudende hamer, nijptang, en spijkers, een paar bosjes zwarte en bruine veters en naaigereed- schap, zou alle moeilijkheden met een slag oplossen. Hopelijk is de dag niet ver meer, dat we onze wandelende wegenwachten met hun kistjes ochtends zien uitzwerven, tot hulp en troost der zwaarbe proefde wandelaars" Zo zij het, voegen wij er slechts aan toe. EVA PERON. Lr aanleiding van deze scène tot enkele vrienden: „Als een man zijn vrouw po litieke medewerkster laat worden, is er altijd kans, dat zij zich met teveel dingen gaat bemoeien. Als de echtge noot het bemerkt is het veel al te laat". ALLES OF NIETS Ondanks deze conflicten denkt Eva er niet aan haar machtspositie op te geven. Als klein meisje reeds ging zij uit. van het principe: alles of niets: Ook nu kent zij haar mogelijkheden. Zy heeft in- vloedryke vyanden in katho lieke kringen en vooral ook in het leger, waar vele aanhan gers van Peron zich vrolijk maken over de presidente. Ze heeft echter ook betrouw bare volgelingen, die zy op handige wyze ln posities weet te brengen. Een oudere zuster is politiek leidster van provincie Junin, haar broer is chef van het kabinet van de president, verschillende echtgenoten van. vroegere jeugdvriendinnen .zijn op ande re belangryke posten gema noeuvreerd. Eva weet deze groep aan zich te binden door steeds weer te verklaren: „Als ik val, vallen zy met mij". Eva kan ook rekenen op fa natieke aanhangsters onder de Argentynse vrouwen, die haar zelfs „onze kleine ma donna" noemen. Het is voor- ai Eva geweest, aan wie die vrouwen het algemeen stemrecht te danken hebben, tegen het verzet in van de militairen. Het zou fout zyn de stryd tussen Eva Peron en haar echtgenoot tc zien als een conflict tussen twee huwelyks- partners. Beide vertegenwoor digen een politiek principe. Eva is de knappe demagoge, wie de macht naar het hoofd is gestegen en die tot geen prijs haar populariteit wil veriiezen. De generaal is de berekenende politicus, die zijn best doet op goede voet te blyven met de conservatieve en militaire machten in het land, omdat hij er van over tuigd is, dat anders zyn machtspositie wordt aange tast. De grote massa in Ar gentinië volgt do ontwikke ling van het conflict als ware het een spannend toneelstuk. Als by een boksmatch vraagt ieder zich af, wie zal winnen. De dictator, wiens ijzeren vuist verborgen is in een flu welen handschoen, of de blon de Eva, die door haar aan. hangers als een heilige wordt vereerd. DRIE VROUWEN Waar de stryd ook op uit draaien zal, Eva Peron blijft een van de merkwaardigste vrouwen in onze tijd. Misschien zyn er op het ogenblik slechts drie vrouwen, die waarlijk gewicht in de schaal der politiek werpen. De eerste is mevr. Tsang Kad Sjek, die haar echtge noot meer dan enig ander heeft geholpen by het aan de macht komen en die er ver volgens veel toe bijdroeg hem het vertrouwen van het volk te ontnemen. De tweede is Anna Pauker, die reeds twee jaar in Roe menië voor dictator speelt, maar wier positie enigszins geschokt lijkt, omdat Moskou haar niet meer volkomen ver trouwt. De derde vrouw is Eva Pe ron, die een strijd voert om haar politieke bestaan en die daarbij toevalligerwijs ook haar echtgenoot tot tegen stander heeft. Ups en downs van de grondstoffenprijzen. Het brood, dat wij eten, het cos- tuum dat wij dragen, de krant die wij lezen, de fiets waarop wij rij den en het bed waarin wij liggen, zij zijn gemaakt van grondstoffen, die wij hebben moeten invoeren. Het is droevig maar nu eenmaal waar, dat Nederland arm, zeer arm aan grondstoffen is (alleen wat ko len, turf. zout en aardolie), zo dat wij volledig op het buitenland zijn aangewezen. Een blokkade of toepassing van sancties, stel eens dat deze voor lange tijd doorvoerbaar zijn, zou ons langzaam maar zeker naar het levenspeil van onze Bataafse en Friese voorouders voeren. Dit ech ter terzijde, want wij kunnen, zij het dan nog niet volop, alle grond stoffen en voedingsmiddelen in 't Tapijlsmokkelaars berecht.' De Bredase rechtbank zet te de behandeling voort van de zaak tegen de smokke laarsfamilie Martens uit Chaam en een aantal ande ren, die totaal circa 4000 Belgische tapyten naar Ne- lerland smokkelden. Mop Martens, die zich in België schuil houdt, kreeg 1 jaar en drie maanden gevan genisstraf plus een jaar ryks- werkinrichting. Zfln vrouw kreeg 500 boete plus 5 maanden voorwaardelijk. Een jongere broer kreeg een jaar gevangenisstraf en 9 maan den rijkswerkinrichting. Anderen kregen lichtere straffen, terwyl verscheidene zaken nog berecht moeten worden. Het tekort aan brandstoffen. VRAGEN AAN DE MINISTER. Het Tweede Kamerlid, de heer Nederhorst (P.v.d.A.) heeft thans vragen gesteld aan minister van den Erink in verband met de brandstoffenpositie. De heer Ne derhorst herinnert daarbij aan de feitelijke weerlegging door publiek en brandstoffenhandel van de me dedelingen van de minister ter zake in de Kamer gedaan. De branstoffenhandel meent, dat er niet alleen voor anthraciet, maar ook voor bon vrije brandstoffen een grote achterstand is er. dit rijmt zich niet met de mededeling van de minister, dat de moeilijkhe den in hoofdzaak veroorzaakt zou den worden door de geneigdheid van het publiek om zo min mo gelijk minder gewenste brandstof fen af te nemen. De heer Nederhorst vraagt de minister dan ook of de moeilijkhe den in feite niet liggen in een on juiste i.e. veel te hoge ra ming van de productie en aan de aanzienlijk hogere afname door de industrie. Ten slotte vraagt de heer Nederhorst. of de minister mede delingen kan doen omtrent de maatregelen, welke hij denkt te nemen om in het bijzonder in het tekort aan bonvrije brandstoffen te voorzien. De heer K. Leyenaar te Leeqwarden is benoemd tot alge meen-secretaris der Nederlandse Jeugdherbergcentrale. buitenland kopen. Uiteraard mits wij betalen. Hoe hoger dus de prijzen van deze producten zijn, des te minder kunnen wij, bij een gegeven in houd van onze gezamenlijke porte- monnaie met buitenlandse betaal middelen, kopen. En naar mate de ze prijzen zakken, zullen wij meer kunnen inslaan. De prijzen van vele, zo niet dc meeste goederen komen tot stand door vraag en aanbod op enkele grote Amerikaanse markten (New York en Chicago) en wij moeten onze blik dus naar deze steden richten om aan de weet te komen wat ons de granen, de katoen, kof fie, suiker, cacao, rubber, oliën, vetten en metalen zullen kosten. Het beeld, dat wij daar te zien krijgen (en dit is trouwens de re den, dat wij deze koek aansnij den) is voor onze portemonnaie niet ongunstig. De prijzen toch zijn, en dit geldt in het bijzonder voor de agrarische producten, zeer gevoelig gedaald. Op 31 Dec. 1947 noteerde tarwe 302 dollarcents per bushel, op 14 Febr. 1949 was dit 218 cents; mais daalde van 252 tot 130 cents, reu zel van 26 tot 13 cents per lb., ka toen van 36 tot 33','3 cents per Ib. Nog frappanter wordt deze daling, als wij weten, dat deze prijzen in 1948 nog veel hoger waren dan eind 1947. Tegenover dit goedkoper worden van de consumptiemiddelen zijn, spijtig genoeg, de metalen, die zo nodig zijn voor uitbreiding en ver nieuwing van machines, schepen, sporen, enz., sedert 31 Dec. 1947 behoorlijk gestegen: lood 15 tot 21 dollarcent per lb., koper 21.6 tot 23.6, tin 94 tot 103, zink 10'/2 tot 17 </2 cent per lb. DE TOEKOMST? De toekomst ls buitengewoon moeilijk te voorspellen: de vo rige week gingen er b.v: stemmen op. die het hadden over nieuwe laagterecords: deze week waren de Amerikaanse markten echter we der vast gestemd en de prijzen waren andermaal iets gestegen. Belangrijker daarom dan de toe komst te voorspellen, achten wij het de betekenis van de prijsdaling eind 1947 te schetsen. Voor de Amerikaanse boer be tekent zij een vermindering van zijn koopkracht: dit moet zyn te rugslag hebben op de verkoop van tal van consumptie- en productie middelen in Amerika, hetgeen de bedrijvigheid in en buiten dit land niet ten goede zal komen. De prijsdalingen willen zeggen, dat de Amerikaan meer voor zyn dol lar kan kopen: deze wordt dus meer waard, waardoor de zwakke positie van de Europeese valuta's tegenover deze dollar des te dui delijker aan het licht treedt en dê noodzaak van een algehele devalu atie slechts groter wordt. Lagere prijzen voor vetten en granen zullen op de duur ook de Europese marktpryzen omlaag drukken: alle producenten en han delaren zullen hiervan de weer slag ondervinden, hetgeen ook hier de effectenkoersen omlaag zal schroeven. Tenslotte, en nu 'n vrolyker noot kunnen wij in Nederland voor elke S 1000 meer goederen kopen, ter wijl bovendien de groothandels- pryzen en kosten van levenson derhoud kunnen dalen, hetgeen de spanning tussen lonen en prij zen vermindert. Wij zien dus wel. dat een prijs daling, vooralvals die steeds ver der gaat, geen onverdeeld genoe gen behoeft te zyn. In eerste in stantie komt zij ontegenzeggelijk onze berooide deviezenpot ten goe de doch zy zou anderzijds het sein kunnen zijn, dat een depressie in aantocht is. En wy zouden dan verder van ons vooroorlogse huis af zyn dan ooit. Het zachte weer betekent een voordeel voor de vissers op het IJselmeer. In de havens rond onze binnenzee heerst alweer een gezellige drukte en spoedig hoopt men een aanvang to maken me' de pallngvisserij; Wat gaat it doen in de Boekenweek? Wat een mal le vraag, zult 11 zeggen. Wat heb ik nu met de Boeken week te maken. Die is goed voor mensen met een flink gespekte beurs, die heerlijk achteloos een boekwinkel kunnen binnenstappen, een tientje op de toonbank leg gen en zeggen: Och, geeft u mij es even dat boek van Dinges over de ideeën van Hoe-heet-hij en als u dat niet hebt, dan maar de ver zamelde werken van Her man Gorter of de complete Top Naeff. En. al moet er dan nog eens een tientje of meer bijgelegd worden dat is voor zulke lieden van geld immers maar een bagatel. Maar ik, gewone huismoe der, die met dubbeltjes moet rekenen, en dan nog met veel te weinig dubbeltjes, die nooit boter op het brood eet en maar getroost de lap pen op de lompen zet ik ben zo vrij om die Boeken week rustig: „Niet nodig", aan de deur te geven. Hoog stens blijf ik eens ondér 't winkelen een paar minuten voor zo'n étalage staan, taant zo'n uitstalling van boeken is toch altijd wel een fleu rig gezicht. Maar dan loop ik gauw weer door naar de Leesbibliotheek en haal voor m.ijn dubbeltje een fijn, dik gezellig boek voor de Zondagavond Hola daar heb ik u, en nu moet ik u toch even by de arm vasthouden, want dit is belangrijk. Een fijn dik gezellig boek. Als we eens een enquête onder de le zeressen Melden: Welke boeken leest u 't liefst? dan zouden, daar durf ik wat on der verwedden, negentig van de honderd antwoorden daartoe terug te brengen zijn. Fijn, dik en gezellig. Dat zijn de allereerste eisen, die een vrouw aan haar lec tuur stelt. Waarom fijn dik? om vooral flink lang te kun nen genieten van dat: gezel lig. En gezellig ja, wees nu maar eerlijk, wij zijn toch onder elkaar gezellig: om er eens helemaal uit te zijn, om eens een poosje vacantie te hebben, al is het dan maar een uurtje op Zondagavond, van de eeuwige zorgen en nesterijen, de kapotte schoe nen en sleetse vitrages, het hoge kruideniersboekje en het schriele vleesrantsoen, de kinkhoest van Jantje en het slechte rapport van Marie- tje. Een gezellig boek: dat is een vlot, plezierig verhaal over aardige mensen op een riant buiten, midden in een De lege piank l idyllische tuin, met de nodi ge dwaze en genoeglijke ver wikkelingen, bekoorlijke heldinnen die met welge schapen helden in de mane schijn op het terras eh naar de nachtegaal zitten te luisteren, bazige mama's, we reldwijze papa's en een slot waarbij iedereen volkomen content is. En als je dat dan voor één dubbeltje cadeau kunt krij gen wat steekt daar dan voor kwaad in? Kwaad? Het ts een volkomen onschuldig genoegen, waaraan niet al leen huismoeders maar ook mannen met baarden en rid derorden zich wat graag te buiten gaan. Alleen het is geen lezen. Het is een op pervlakkige vorm van ver strooiing, waarvoor we even goed, zij het wat duurder in de bioscoop bij Walt Disney of op de kermis terecht kun nen. Maar het werkelijke le zen vereist inspanning. Le zen is een geestelijke maal tijd, en ook daarbij kunnen we onmogelijk voortdurend op een dieet van taartjes en moccapunten leven. Ook al zijn wij de schoolbanken al lang ontgroeid, dan nog heb ben en houden wij de plicht om geest en verstand te ont wikkelen. Als iemand tot mij zegt: Ik heb alleen maar ze ven jaar lagere school ge had dan vraag ik: En wat hebt u dan daarna gedaan? Er waren toch boeken in overvloed om u verder on der id ijs te geven? Ik zal geen haar kwaad spreken van zo'n gezellig boek voor de Zondagavond. Maar toe, zoekt u het ook eens een beetje hoger op. Die gezelligheid bent u na een week toch grondig ver geten. Weet u wel, hoe prachtig het ts, een boek te lezen dat u nooit weer ver geet. Misschien komt u het vandaag of morgen eens te gen. Zo'n boek, dat u aan grijpt en aan 't nadenken zet. Dat u dichtslaat met de gedachte: Jammer, dat ik het maar een week mag houden. Dart bent u op de goede weg, en krijgt de Boekenweek op eens een heel andere zin. U schrijft de titel van dat boek op, en u informeert eens naar de prijs. Bijna vijf gul den dat is een gekheid. Maar op de een of andere manier, met dubbeltjes van- lege flessen en uitgespaarde busritjes krijgt u het bij elkaar. Dan, o glorie, stapt u óók zomaar een boekwin kel binnen en u krijgt het in handen glanzend, gaaf, onbeduimeld, van u alleen. U zet het thuis, met trots, op de boekenplank, door uw echtvriend getimmerd. U weet van dat ene schaap en die dam? Precies dat ts nu de bedoeling van de Boe kenweek. SASKIA. Vooruitzichten Yoor export van pootaardappelen. Het is een«bekend feit, dat in de oorlog practisch overal ter wereld een grote uitbreiding van de aard appelteelt was te bespeuren, waar uit een belangryke stijging van de vraag naar pootaardappelen is voortgevloeid. Voor ons land heeft dat het grote voordeel gehad, dat vanaf 1940 t.m. het vorig jaar steeds de gehele oogst aan poot- aardaapelen afgezet is kunnen worden. Reeds verleden jaar. in de aanvang van het seizoen, bleek, dat er zich in dit opzicht een ken tering voordeed en dat dientenge volge de vraag naar pootaardap pelen zou gaan afnemen. Door misoogst, tengevolge van droogte in een groot aantal landen zijn wy er uiteindelyk in geslaagd het ge hele export overschot te plaatsen, doch dit jaar is wel duidelijk ge bleken. dat op een voortzetting van deze grote exporten in de toekomst niet kan worden gerekend. Met een verdere daling zal ernstig re kening moeten gehouden wor den o.a. om de volgende redenen; Aangenomen moet worden, dat de algemene voedselsituatie geleide lijk nog beter zal worden, waar door het aardappelgebruik zal af nemen en de behoeften aan poot- goed kleiner zal worden: de eigen pootgoêd-productie in dc diverse landen breidt zich geleidelijk uit en gaat ook kwalitatief een beter product opbrengen: de concurren tie van andere aardappel-produce rende landen is zeer groot- Zoals het zich monenteel laat aanzien zal de export van de oogst 1048 in totaal op ongeveer 270.000 ton komen, hetgeen weliswaar 170.000 ton minder is dan de oogst van 1947, maar als wij een verge- ^yking maken met de export in de vooroorlogse jaren, die gemiddeld rond de 150.000 ton bedroeg, dan mogen wij nog niet klagen. We mogen echter wel aannemen dat in dc eerstvolgende jaren de export van pootaardappelen zich nog meer in de richting van de voor oorlogse hoeveelheden zal gaan be wegen. Peulvruchten-studiecombinatie vergaderde. Nieuw bestrijdingsmiddel. Onder leiding van ir. K. T. Tjal- lema. directeur van akker- en wei- debouw aan het ministerie van landbouw, visserij en voedselvoor ziening. hield de Peulvruchten- studiecombinatic Donderdag in Utrecht de jaarlijkse ledenverga dering. Dc Rijkslandbouwconsu- lcnt voor de peulvruchtencultmir en tevens deskundige der combi natie, ir. R. P. Lammers, gaf een overzicht der lopende werkzaam heden eh onderzoekingen der P.S. C.. welke als coördinerend orgaan wil optreden. Spr. wees er voorts op, dat het nieuwe zaaizaadont- smettïngsmiddel Pliygon, dat uit de U. S. A. werd geïmporteerd, grote opgang heeft gemaakt. Dit middel geeft een stevige rugge steun voor de tuinbouwerwten- verbouw in ons land. vooral voor de vriesconservenindustrie. De crwtenverbouw in 1948 had met moeilijkheden te kampen, vooral door het veelvuldig optreden van voet- en vaatziekten. Er wordt door diverse instellingen hard ge werkt aan de oplossing van dit ziekteprobleem. Over het algemeen bestaat er 'n tekort aan droge peulvruchten, meer speciaal aan fijne peulvruch ten. Een actie, door de P.S.C. ge voerd, heeft tot doel het areaal fijne peulvruchten uit te breiden. Dr. W. J. Haan, ingenieur bij de Rijkstuinbouwvoorlichtings- dienst, gaf hierna voorschriften voor de bestrijding van erwtenin secten nml. wormstekeligheld. luis en bladrandkever. DDT vormt een goed bestrydingsmiddel. Met de heliocoptcre werden het afgelo pen jaar vele bcstrydingsproeven ERWTENBOUW IN BELGIË. Over de erwtenbouw in België sprak ir. U. Simons, provinciaal directeur van de landbouwdiensten voor West-Vlaanderen. Juist dit gebied is voor dc Belgische erw tenteelt, zowel voor droge erwten als voor conserven, van betekenis. In hel algemeen is de erwtenteelt in België, aldus ir. Simons, niet van groot belang. Er worden in verhouding tot ons land weinig onderzoekingen verricht. Men pro fiteert van de Nederlandse en Franse ervaringen. Het zaaigoed betrekt men uit Nederland. In 1949 werd 250 ton zaaierwten naar onze Zuiderburen geëxporteerd. Men heeft in België twintig fabrie ken. die doperwten verwerken, doch slechts één conservenfabriek. De vriesconserven produceert men in België lang niet in die mate al* in ons land. Enige fabrieken be zitten tevens eigen gronden, soms van honderden hectare. Op deze wyze produceert men voordelig. De Belgische boeren geven in te genstelling met de Hollandse col lega's stalmest aan erwten en hun opbrengsten bedragen normaal 3500 kg. per h.a. In 1948 lagen de opbrengsten belangrijk lager (ge middeld 1200 kg. per h.a.) nis ge volg van de ook in ons land be kende voetziekten. Met een be roep op groter en intenser samen werking met Nederland besloot ir. Simons zyn inleiding. De volgende vergadering van d« P.S.C. zal op IC en 17 Juni a.s. worden gehouden te Wageningen en Breda. Dan zal tevens het tien jarig bestaan der P.S.C. worden gevierd. FEUILLETON 63 „Geachte mejuffrouw Mengel berg", zo luidde Laura's epistel „Van juffrouw Reuder vernam ik, dat u zich bijzonder voor planten, vogels enz. interesseert en dat u in het algemeen een grote natuurliefhebster bent. Ik ben nu voornemens morgen een uitstapje naar de kust te maken en ik zou het bijzonder op prijs stellen, wanneer u mij daarbij zoudt willen vergezellen. Regelt u het dan s.v.p. zo, dat wij de gehele dag weg kunnen blijven. Met vriendelijke groeten aan uw oom, uw L. Kruger". „Vindt u het goed, dat ik ga oom" vroeg Beate, die door de vriendelijke invitatie aange naam verrast was. „Natuurlijk!" antwoordde de kapitein. „Je zou wel dom zijn, als je het niet deed. Maak je over mij maar niet ongerust. Irene zal tydens jouw afwe zigheid, de huishouding wel zo lang waarnemen". De oude heer wierp een spot tende blik op het knappe nicht je, dat zich nogal scheen te amuseeren over de uitnodiging en enige sarcastische opmerkin gen maakte. „Arme Beate, je zult je met die ouwe jongejuffrouw natuur lijk stierlijk vervelen. Ik ben blij, dat ze m ij niet gevraagd heeft. Waarschijnlijk is het haar niet ontgaan, dat ik een wat minder doorgefourneerde na tuurliefhebster ben. Gelukkig maar!" Beate liet zich door Irene's spot niet beïnvloeden, maar liep direct naar Sabine Reuder's wo ning om Laura Kruger telefo nisch mee te delen, dat zij graag van de party zou zijn. Ze zou den elkaar de volgende ochtend aan de tramhalte ontmoeten en dan samen de korte reis naar zee maken. Reeds vóór dag en dauw was Beate uit de veren, rich als een kind verheugend op het uit stapje. Voor de huishouding had zij de vorige avond de nodige maatregelen ggetroffen, opdat oom Jules niets te kort zou ko men. Peter en de werkster had den verschillende instructies gekregen. Irene werd pas wakker, toen haar nichtje op het punt stond te vertrekken. Ook rij verheug de zich op deze dag, omdat zy cr een ongestoord samenzijn van verwachtte met Felix Reu der, die haar de laatste tijd on- begrijpeiykerwijze steeds uit de weg was gegaan en een al even onbegrijpelijke belangstelling voor Beate aan de dag had ge legd. Toen zy beneden kwam om te ontbijten, was Beate weg en zat de kapitein reeds aan tafel. Ze begroette haar oom met een kus. „Vandaag zal ik nu eens voor u zorgen, oompje", lachte ze. U zult zien, dat alles piekfijn in orde komt. Ik zal roereieren voor u maken: daar ben ik een matador in". Jules Mengelberg trok een gezicht, alsof hij azijn dronk. Niets verafschuwde hij meer dan roereieren. „Maak je maar niet druk", meende hij haar te moeten ad viseren. „Beate heeft al voor alles gezorgd. Ik krijg gebraden kip met verse sla". Daar Irene hiermee als kook ster had afgedaan, begaf ze zich nog vroeger dan anders naar de woning van juffrouw Reuder,, maar daar wachtte haar een zeer onaangename verrssing. Tante Sabine nam de gebruikelyke bloemenhulde met een suikerzoet lachje in ont vangst en schoof op Irene's vraag naar Felix vervolgens haar, reeds met zorg voorbe reide pyl af. „Mijn neef is niet thuis, juf frouw Larsen. Hij is met Laura Kruger en uw nichtje naar zee. Ach, wist u dat niet?" Irene wist het inderdaad niet en zy vermocht haar grenzeloze verbazing en teleurstelling over deze onverwachte onthulling nauwelijks te verbergen. Ook Beate was verrast, toen zy bij de tramhalte Felix Reu der in gezelschap van Laura Kruger aantrof. Haar hart klop te sneller, toen zij Reuder be groette, maar ze had weinig gelegenheid dit alles te over denken. want reeds enige mi nuten later reed de tram voor om hen naar hun plaats van bestemming te brengen. (Wordt vervolgd)

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1949 | | pagina 3