Eva Peron, de kleine madonna
T
Erwtenbouw in België
en Nederland
I
Een teken aan de
wand?
Militairen mogen haar niet erg
Zeeuwse Almanak
Van Vrouwioi Vrouw
ante Sabine
grijpt in MARIA SAWERSKY
TWEEDE BLAD
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
ZATERDAG 26 FEBRUARI 1949
Politiek conflict in de huize Peron
De berichten van de laatste weken uit Argentinië maken
melding van een toenemende politieke spanning in het
grootste land van Zuld-Amerika. Een van de oorzaken
daarvan is de zo op het oog lieftallige vtouw van president
Peron, Eva Duarte. Naar de mening van een aantal leger
leiders wordt z\j te populair, bemoeit zij zich teveel met
politiek' en vooral, doet zij dat op een wijze, die hun niet
aanstaat. Deze militairen eisen van president Peron, dat
hij vrouwlief tot de orde roept. Peron heeft ferm gewei
gerd op deze eisen in te gaan en gewaarschuwd tegen* een
mogelijke staatsgreep.
marsino, een speciaal vriend
van Peron, de president, met
een belangrijke opdracht naar
Washington reisde. Tenminste,
in de door Eva beïnvloedde
kranten werd van deze reis
veel ophef gemaakt.
De president liet echter een
officieel communiqué verschij
nen, waarin het heette, dat
Lagomarsino in de Ver. Sta
ten niets te zoeken had en
indien hij er toch heenging hij
dat op eigen gelegenheid deed.
Nog duidelijker kwam het
verschil van mening, tussen
de beide echtgenoten tot
uiting, toen tijdens een grote
ontvangst, waarbij ooit diplo
maten tegenwoordig waren,
Eva met hartstochtelijke stem
de president voor de voeten
wierp: „Jouw Bramuglia (de
Argentijnse minister van Bui
tenlandse Zaken) saboteert
mrjn sociaal program".
Later zei generaal Peron
Eva Peron, de Argentijnse
Pompadour, zoals ze in de
Nooidamerikaanse pers wordt
genoemd, begon haar loop
baan bescheiden. Door haar
schoonheid en haar welbe
spraaktheid slaagde zij er
echter al spoedig in zich bo
ven haar omgeving uit te
werken. Als zangeres in
nachtlokalen en als reclame-
omroepster in de radiostudio
wist ze in militaire en indu
striële kringen belangrijke re
laties aan te kweken. Als
propogandiste van- schoon
heidsmiddelen, schoencrêmes,
kaas en andere artikelen, wist
ze bovendien een aardig kapi
taal te vergaren.
Een keerpunt in haar leven
was de kennismaking met
haar toekomstige echtgenoot,
de even eerzuchtige als poli
tiek handige, jonge overste
Peron. Eva ging zich met po
litiek inlaten en haar schoon
heid en charme droegen in niet
geringe mate bij tot de car
rière van haar man. Zij werd
als .radiospreekster zeer po
pulair en verstond daarnaast
de kunst op massa-meetings
de ontevreden stadsbewoners
voor zich en haar man te
winnen. Als een volmaakte
demagoge ging zy daarby te
werk. Zo vertoont zy zich op
volksvergaderingen bij voor
keur in fraaie Parijse toilet
ten en getooid met juwelen.
Dan zegt ze tot de toehoor
ders: „Niet lang geleden was
ik gekleed zoals U, maar
dank zy myn moed en ons na
tionaal programma heb ik in
het leven succes gehad. Als-
U my volgt zal U een der
gelijk geluk ten deel vallen".
Het is begrypelyk, dat dezi
vorm van demagogie, in dt
deftige societykringen en on
der de aanhangers van Peror.
in het leger niet bijster in de
smaak viel.
SALONOORLOG
De natuurlijke tegenstelling
tusen Eva' Peron en dè oude
heersersklasse werd nog ver
diept door de botte afwijzing
van alle pogingen tot toena
dering van de zijde der knap
pe echtgenote van het staats
hoofd. Er ontstond een soort
salonoorlog tussen Eva en de
zogenaamde hogere kringen.
Deze animositeit deed zelfs
zijn uitwerking gevoelen bui
ten de Argentynse kringen.
Toen de knappe Eva eens als
ambassadrice van haar land
een reis ondernam naar Span
je, Rome en Parijs verscheen
in de kiosken van de Franse
hoofdstad een brochure met
de schandalige titel: „Van het
bordeel tot het Vaticaan".
Zo nodig kan Eva Peron op
koude en berekenende wijze
haar zakelijke belangen be
hartigen. Zo is ze sterk ge
ïnteresseerd in handelsonder
nemingen, die zij een mono
polie heeft verschaft en
streeft ze er volhardend naar
haar familieleden in de staat
en in de party belangryke
functies te verschaffen.
Bij het najagen van haar
persoonlijke doeleinden ge
raakte ze zelfs in conflict met
haar echtgenoot, president
Peron.
Dit conflict in den huize
Peron bleek voor de eerste
keer naar buiten, toen La go-
WEGENWACHT VOOR
VOETGANGERS.
Soms komen er van lezers
brieven binnen, die zich niet
lenen voor de rubriek Lezers
Schrijven en die toch de moei
te meer dan waard zijn.
Zo ligt daar vanmorgen een
briefje op mijn tafel en het is
bedoeld voor bovenbedoeld ru-
briékje, maar het leent zich
eigenlijk veel beter voor de Al
manak. Oordeel zelf:
„Tot mijn groot genoegen lees
ik, dat in navolging van de we
genwacht voor automobilisten
nu ook de wielrijders hun we
genwacht krijgen. Maar waar
blijven nu de wandelaarsHet
is een eis van sociale rechtvaar
digheid, dat ook deze categorie
van weggebruikers geholpen
ioordt.
Hoe dikwijls gebeurt het niet,
dat men al wandelende een spij
ker in de schoen krijgt, een ve
ter breekt, of een bretelknoop
het begeeft! De wandelende we
genwacht moet zijn hulpkistje,
inhoudende hamer, nijptang, en
spijkers, een paar bosjes zwarte
en bruine veters en naaigereed-
schap, zou alle moeilijkheden
met een slag oplossen.
Hopelijk is de dag niet ver
meer, dat we onze wandelende
wegenwachten met hun kistjes
ochtends zien uitzwerven, tot
hulp en troost der zwaarbe
proefde wandelaars"
Zo zij het, voegen wij er
slechts aan toe.
EVA PERON.
Lr aanleiding van deze
scène tot enkele vrienden:
„Als een man zijn vrouw po
litieke medewerkster laat
worden, is er altijd kans, dat
zij zich met teveel dingen
gaat bemoeien. Als de echtge
noot het bemerkt is het veel
al te laat".
ALLES OF NIETS
Ondanks deze conflicten
denkt Eva er niet aan haar
machtspositie op te geven.
Als klein meisje reeds ging
zij uit. van het principe: alles
of niets: Ook nu kent zij haar
mogelijkheden. Zy heeft in-
vloedryke vyanden in katho
lieke kringen en vooral ook in
het leger, waar vele aanhan
gers van Peron zich vrolijk
maken over de presidente.
Ze heeft echter ook betrouw
bare volgelingen, die zy op
handige wyze ln posities weet
te brengen. Een oudere
zuster is politiek leidster van
provincie Junin, haar broer
is chef van het kabinet van
de president, verschillende
echtgenoten van. vroegere
jeugdvriendinnen .zijn op ande
re belangryke posten gema
noeuvreerd. Eva weet deze
groep aan zich te binden door
steeds weer te verklaren: „Als
ik val, vallen zy met mij".
Eva kan ook rekenen op fa
natieke aanhangsters onder de
Argentynse vrouwen, die
haar zelfs „onze kleine ma
donna" noemen. Het is voor-
ai Eva geweest, aan wie
die vrouwen het algemeen
stemrecht te danken hebben,
tegen het verzet in van de
militairen.
Het zou fout zyn de stryd
tussen Eva Peron en haar
echtgenoot tc zien als een
conflict tussen twee huwelyks-
partners. Beide vertegenwoor
digen een politiek principe.
Eva is de knappe demagoge,
wie de macht naar het hoofd
is gestegen en die tot geen
prijs haar populariteit wil
veriiezen. De generaal is de
berekenende politicus, die zijn
best doet op goede voet te
blyven met de conservatieve
en militaire machten in het
land, omdat hij er van over
tuigd is, dat anders zyn
machtspositie wordt aange
tast. De grote massa in Ar
gentinië volgt do ontwikke
ling van het conflict als ware
het een spannend toneelstuk.
Als by een boksmatch vraagt
ieder zich af, wie zal winnen.
De dictator, wiens ijzeren
vuist verborgen is in een flu
welen handschoen, of de blon
de Eva, die door haar aan.
hangers als een heilige wordt
vereerd.
DRIE VROUWEN
Waar de stryd ook op uit
draaien zal, Eva Peron blijft
een van de merkwaardigste
vrouwen in onze tijd.
Misschien zyn er op het
ogenblik slechts drie vrouwen,
die waarlijk gewicht in de
schaal der politiek werpen.
De eerste is mevr. Tsang
Kad Sjek, die haar echtge
noot meer dan enig ander
heeft geholpen by het aan de
macht komen en die er ver
volgens veel toe bijdroeg
hem het vertrouwen van het
volk te ontnemen.
De tweede is Anna Pauker,
die reeds twee jaar in Roe
menië voor dictator speelt,
maar wier positie enigszins
geschokt lijkt, omdat Moskou
haar niet meer volkomen ver
trouwt.
De derde vrouw is Eva Pe
ron, die een strijd voert om
haar politieke bestaan en die
daarbij toevalligerwijs ook
haar echtgenoot tot tegen
stander heeft.
Ups en downs van de
grondstoffenprijzen.
Het brood, dat wij eten, het cos-
tuum dat wij dragen, de krant die
wij lezen, de fiets waarop wij rij
den en het bed waarin wij liggen,
zij zijn gemaakt van grondstoffen,
die wij hebben moeten invoeren.
Het is droevig maar nu eenmaal
waar, dat Nederland arm, zeer arm
aan grondstoffen is (alleen wat ko
len, turf. zout en aardolie), zo
dat wij volledig op het buitenland
zijn aangewezen.
Een blokkade of toepassing van
sancties, stel eens dat deze voor
lange tijd doorvoerbaar zijn, zou
ons langzaam maar zeker naar het
levenspeil van onze Bataafse en
Friese voorouders voeren. Dit ech
ter terzijde, want wij kunnen, zij
het dan nog niet volop, alle grond
stoffen en voedingsmiddelen in 't
Tapijlsmokkelaars berecht.'
De Bredase rechtbank zet
te de behandeling voort van
de zaak tegen de smokke
laarsfamilie Martens uit
Chaam en een aantal ande
ren, die totaal circa 4000
Belgische tapyten naar Ne-
lerland smokkelden.
Mop Martens, die zich in
België schuil houdt, kreeg 1
jaar en drie maanden gevan
genisstraf plus een jaar ryks-
werkinrichting. Zfln vrouw
kreeg 500 boete plus 5
maanden voorwaardelijk. Een
jongere broer kreeg een jaar
gevangenisstraf en 9 maan
den rijkswerkinrichting.
Anderen kregen lichtere
straffen, terwyl verscheidene
zaken nog berecht moeten
worden.
Het tekort aan
brandstoffen.
VRAGEN AAN DE MINISTER.
Het Tweede Kamerlid, de heer
Nederhorst (P.v.d.A.) heeft thans
vragen gesteld aan minister van
den Erink in verband met de
brandstoffenpositie. De heer Ne
derhorst herinnert daarbij aan de
feitelijke weerlegging door publiek
en brandstoffenhandel van de me
dedelingen van de minister ter
zake in de Kamer gedaan. De
branstoffenhandel meent, dat er
niet alleen voor anthraciet, maar
ook voor bon vrije brandstoffen
een grote achterstand is er. dit
rijmt zich niet met de mededeling
van de minister, dat de moeilijkhe
den in hoofdzaak veroorzaakt zou
den worden door de geneigdheid
van het publiek om zo min mo
gelijk minder gewenste brandstof
fen af te nemen.
De heer Nederhorst vraagt de
minister dan ook of de moeilijkhe
den in feite niet liggen in een on
juiste i.e. veel te hoge ra
ming van de productie en aan de
aanzienlijk hogere afname door de
industrie. Ten slotte vraagt de heer
Nederhorst. of de minister mede
delingen kan doen omtrent de
maatregelen, welke hij denkt te
nemen om in het bijzonder in het
tekort aan bonvrije brandstoffen
te voorzien.
De heer K. Leyenaar te
Leeqwarden is benoemd tot alge
meen-secretaris der Nederlandse
Jeugdherbergcentrale.
buitenland kopen. Uiteraard mits
wij betalen.
Hoe hoger dus de prijzen van
deze producten zijn, des te minder
kunnen wij, bij een gegeven in
houd van onze gezamenlijke porte-
monnaie met buitenlandse betaal
middelen, kopen. En naar mate de
ze prijzen zakken, zullen wij meer
kunnen inslaan.
De prijzen van vele, zo niet dc
meeste goederen komen tot stand
door vraag en aanbod op enkele
grote Amerikaanse markten (New
York en Chicago) en wij moeten
onze blik dus naar deze steden
richten om aan de weet te komen
wat ons de granen, de katoen, kof
fie, suiker, cacao, rubber, oliën,
vetten en metalen zullen kosten.
Het beeld, dat wij daar te zien
krijgen (en dit is trouwens de re
den, dat wij deze koek aansnij
den) is voor onze portemonnaie
niet ongunstig. De prijzen toch
zijn, en dit geldt in het bijzonder
voor de agrarische producten, zeer
gevoelig gedaald.
Op 31 Dec. 1947 noteerde tarwe
302 dollarcents per bushel, op 14
Febr. 1949 was dit 218 cents; mais
daalde van 252 tot 130 cents, reu
zel van 26 tot 13 cents per lb., ka
toen van 36 tot 33','3 cents per Ib.
Nog frappanter wordt deze daling,
als wij weten, dat deze prijzen in
1948 nog veel hoger waren dan
eind 1947.
Tegenover dit goedkoper worden
van de consumptiemiddelen zijn,
spijtig genoeg, de metalen, die zo
nodig zijn voor uitbreiding en ver
nieuwing van machines, schepen,
sporen, enz., sedert 31 Dec. 1947
behoorlijk gestegen: lood 15 tot
21 dollarcent per lb., koper 21.6
tot 23.6, tin 94 tot 103, zink 10'/2
tot 17 </2 cent per lb.
DE TOEKOMST?
De toekomst ls buitengewoon
moeilijk te voorspellen: de vo
rige week gingen er b.v: stemmen
op. die het hadden over nieuwe
laagterecords: deze week waren de
Amerikaanse markten echter we
der vast gestemd en de prijzen
waren andermaal iets gestegen.
Belangrijker daarom dan de toe
komst te voorspellen, achten wij
het de betekenis van de prijsdaling
eind 1947 te schetsen.
Voor de Amerikaanse boer be
tekent zij een vermindering van
zijn koopkracht: dit moet zyn te
rugslag hebben op de verkoop van
tal van consumptie- en productie
middelen in Amerika, hetgeen de
bedrijvigheid in en buiten dit land
niet ten goede zal komen. De
prijsdalingen willen zeggen, dat
de Amerikaan meer voor zyn dol
lar kan kopen: deze wordt dus
meer waard, waardoor de zwakke
positie van de Europeese valuta's
tegenover deze dollar des te dui
delijker aan het licht treedt en dê
noodzaak van een algehele devalu
atie slechts groter wordt.
Lagere prijzen voor vetten en
granen zullen op de duur ook de
Europese marktpryzen omlaag
drukken: alle producenten en han
delaren zullen hiervan de weer
slag ondervinden, hetgeen ook hier
de effectenkoersen omlaag zal
schroeven.
Tenslotte, en nu 'n vrolyker noot
kunnen wij in Nederland voor elke
S 1000 meer goederen kopen, ter
wijl bovendien de groothandels-
pryzen en kosten van levenson
derhoud kunnen dalen, hetgeen
de spanning tussen lonen en prij
zen vermindert.
Wij zien dus wel. dat een prijs
daling, vooralvals die steeds ver
der gaat, geen onverdeeld genoe
gen behoeft te zyn. In eerste in
stantie komt zij ontegenzeggelijk
onze berooide deviezenpot ten goe
de doch zy zou anderzijds het sein
kunnen zijn, dat een depressie in
aantocht is. En wy zouden dan
verder van ons vooroorlogse huis
af zyn dan ooit.
Het zachte weer betekent een voordeel voor de vissers op het IJselmeer. In de havens rond onze
binnenzee heerst alweer een gezellige drukte en spoedig hoopt men een aanvang to maken me'
de pallngvisserij;
Wat gaat it doen in de
Boekenweek? Wat een mal
le vraag, zult 11 zeggen. Wat
heb ik nu met de Boeken
week te maken. Die is goed
voor mensen met een flink
gespekte beurs, die heerlijk
achteloos een boekwinkel
kunnen binnenstappen, een
tientje op de toonbank leg
gen en zeggen: Och, geeft u
mij es even dat boek van
Dinges over de ideeën van
Hoe-heet-hij en als u dat
niet hebt, dan maar de ver
zamelde werken van Her
man Gorter of de complete
Top Naeff.
En. al moet er dan nog
eens een tientje of meer
bijgelegd worden dat is
voor zulke lieden van geld
immers maar een bagatel.
Maar ik, gewone huismoe
der, die met dubbeltjes moet
rekenen, en dan nog met
veel te weinig dubbeltjes,
die nooit boter op het brood
eet en maar getroost de lap
pen op de lompen zet ik
ben zo vrij om die Boeken
week rustig: „Niet nodig",
aan de deur te geven. Hoog
stens blijf ik eens ondér 't
winkelen een paar minuten
voor zo'n étalage staan, taant
zo'n uitstalling van boeken
is toch altijd wel een fleu
rig gezicht. Maar dan loop ik
gauw weer door naar de
Leesbibliotheek en haal
voor m.ijn dubbeltje een fijn,
dik gezellig boek voor de
Zondagavond
Hola daar heb ik u, en
nu moet ik u toch even by
de arm vasthouden, want dit
is belangrijk. Een fijn dik
gezellig boek. Als we eens
een enquête onder de le
zeressen Melden: Welke
boeken leest u 't liefst? dan
zouden, daar durf ik wat on
der verwedden, negentig van
de honderd antwoorden
daartoe terug te brengen
zijn. Fijn, dik en gezellig.
Dat zijn de allereerste eisen,
die een vrouw aan haar lec
tuur stelt. Waarom fijn dik?
om vooral flink lang te kun
nen genieten van dat: gezel
lig.
En gezellig ja, wees nu
maar eerlijk, wij zijn toch
onder elkaar gezellig: om
er eens helemaal uit te zijn,
om eens een poosje vacantie
te hebben, al is het dan maar
een uurtje op Zondagavond,
van de eeuwige zorgen en
nesterijen, de kapotte schoe
nen en sleetse vitrages, het
hoge kruideniersboekje en
het schriele vleesrantsoen, de
kinkhoest van Jantje en het
slechte rapport van Marie-
tje. Een gezellig boek: dat is
een vlot, plezierig verhaal
over aardige mensen op een
riant buiten, midden in een
De lege piank
l
idyllische tuin, met de nodi
ge dwaze en genoeglijke ver
wikkelingen, bekoorlijke
heldinnen die met welge
schapen helden in de mane
schijn op het terras eh
naar de nachtegaal zitten te
luisteren, bazige mama's, we
reldwijze papa's en een slot
waarbij iedereen volkomen
content is.
En als je dat dan voor één
dubbeltje cadeau kunt krij
gen wat steekt daar dan
voor kwaad in? Kwaad? Het
ts een volkomen onschuldig
genoegen, waaraan niet al
leen huismoeders maar ook
mannen met baarden en rid
derorden zich wat graag te
buiten gaan. Alleen het
is geen lezen. Het is een op
pervlakkige vorm van ver
strooiing, waarvoor we even
goed, zij het wat duurder in
de bioscoop bij Walt Disney
of op de kermis terecht kun
nen. Maar het werkelijke le
zen vereist inspanning. Le
zen is een geestelijke maal
tijd, en ook daarbij kunnen
we onmogelijk voortdurend
op een dieet van taartjes en
moccapunten leven. Ook al
zijn wij de schoolbanken al
lang ontgroeid, dan nog heb
ben en houden wij de plicht
om geest en verstand te ont
wikkelen. Als iemand tot mij
zegt: Ik heb alleen maar ze
ven jaar lagere school ge
had dan vraag ik: En wat
hebt u dan daarna gedaan?
Er waren toch boeken in
overvloed om u verder on
der id ijs te geven?
Ik zal geen haar kwaad
spreken van zo'n gezellig
boek voor de Zondagavond.
Maar toe, zoekt u het ook
eens een beetje hoger op.
Die gezelligheid bent u na
een week toch grondig ver
geten. Weet u wel, hoe
prachtig het ts, een boek te
lezen dat u nooit weer ver
geet. Misschien komt u het
vandaag of morgen eens te
gen. Zo'n boek, dat u aan
grijpt en aan 't nadenken
zet. Dat u dichtslaat met de
gedachte: Jammer, dat ik het
maar een week mag houden.
Dart bent u op de goede weg,
en krijgt de Boekenweek op
eens een heel andere zin. U
schrijft de titel van dat boek
op, en u informeert eens
naar de prijs. Bijna vijf gul
den dat is een gekheid.
Maar op de een of andere
manier, met dubbeltjes van-
lege flessen en uitgespaarde
busritjes krijgt u het bij
elkaar. Dan, o glorie, stapt
u óók zomaar een boekwin
kel binnen en u krijgt het in
handen glanzend, gaaf,
onbeduimeld, van u alleen.
U zet het thuis, met trots, op
de boekenplank, door uw
echtvriend getimmerd. U
weet van dat ene schaap en
die dam? Precies dat ts
nu de bedoeling van de Boe
kenweek.
SASKIA.
Vooruitzichten Yoor export
van pootaardappelen.
Het is een«bekend feit, dat in de
oorlog practisch overal ter wereld
een grote uitbreiding van de aard
appelteelt was te bespeuren, waar
uit een belangryke stijging van de
vraag naar pootaardappelen is
voortgevloeid. Voor ons land heeft
dat het grote voordeel gehad, dat
vanaf 1940 t.m. het vorig jaar
steeds de gehele oogst aan poot-
aardaapelen afgezet is kunnen
worden. Reeds verleden jaar. in de
aanvang van het seizoen, bleek,
dat er zich in dit opzicht een ken
tering voordeed en dat dientenge
volge de vraag naar pootaardap
pelen zou gaan afnemen. Door
misoogst, tengevolge van droogte
in een groot aantal landen zijn wy
er uiteindelyk in geslaagd het ge
hele export overschot te plaatsen,
doch dit jaar is wel duidelijk ge
bleken. dat op een voortzetting van
deze grote exporten in de toekomst
niet kan worden gerekend. Met
een verdere daling zal ernstig re
kening moeten gehouden wor
den o.a. om de volgende redenen;
Aangenomen moet worden, dat de
algemene voedselsituatie geleide
lijk nog beter zal worden, waar
door het aardappelgebruik zal af
nemen en de behoeften aan poot-
goed kleiner zal worden: de eigen
pootgoêd-productie in dc diverse
landen breidt zich geleidelijk uit
en gaat ook kwalitatief een beter
product opbrengen: de concurren
tie van andere aardappel-produce
rende landen is zeer groot-
Zoals het zich monenteel laat
aanzien zal de export van de oogst
1048 in totaal op ongeveer 270.000
ton komen, hetgeen weliswaar
170.000 ton minder is dan de oogst
van 1947, maar als wij een verge-
^yking maken met de export in de
vooroorlogse jaren, die gemiddeld
rond de 150.000 ton bedroeg, dan
mogen wij nog niet klagen. We
mogen echter wel aannemen dat in
dc eerstvolgende jaren de export
van pootaardappelen zich nog
meer in de richting van de voor
oorlogse hoeveelheden zal gaan be
wegen.
Peulvruchten-studiecombinatie vergaderde.
Nieuw bestrijdingsmiddel.
Onder leiding van ir. K. T. Tjal-
lema. directeur van akker- en wei-
debouw aan het ministerie van
landbouw, visserij en voedselvoor
ziening. hield de Peulvruchten-
studiecombinatic Donderdag in
Utrecht de jaarlijkse ledenverga
dering. Dc Rijkslandbouwconsu-
lcnt voor de peulvruchtencultmir
en tevens deskundige der combi
natie, ir. R. P. Lammers, gaf een
overzicht der lopende werkzaam
heden eh onderzoekingen der P.S.
C.. welke als coördinerend orgaan
wil optreden. Spr. wees er voorts
op, dat het nieuwe zaaizaadont-
smettïngsmiddel Pliygon, dat uit
de U. S. A. werd geïmporteerd,
grote opgang heeft gemaakt. Dit
middel geeft een stevige rugge
steun voor de tuinbouwerwten-
verbouw in ons land. vooral voor
de vriesconservenindustrie. De
crwtenverbouw in 1948 had met
moeilijkheden te kampen, vooral
door het veelvuldig optreden van
voet- en vaatziekten. Er wordt
door diverse instellingen hard ge
werkt aan de oplossing van dit
ziekteprobleem.
Over het algemeen bestaat er 'n
tekort aan droge peulvruchten,
meer speciaal aan fijne peulvruch
ten. Een actie, door de P.S.C. ge
voerd, heeft tot doel het areaal
fijne peulvruchten uit te breiden.
Dr. W. J. Haan, ingenieur bij
de Rijkstuinbouwvoorlichtings-
dienst, gaf hierna voorschriften
voor de bestrijding van erwtenin
secten nml. wormstekeligheld.
luis en bladrandkever. DDT vormt
een goed bestrydingsmiddel. Met
de heliocoptcre werden het afgelo
pen jaar vele bcstrydingsproeven
ERWTENBOUW IN BELGIË.
Over de erwtenbouw in België
sprak ir. U. Simons, provinciaal
directeur van de landbouwdiensten
voor West-Vlaanderen. Juist dit
gebied is voor dc Belgische erw
tenteelt, zowel voor droge erwten
als voor conserven, van betekenis.
In hel algemeen is de erwtenteelt
in België, aldus ir. Simons, niet
van groot belang. Er worden in
verhouding tot ons land weinig
onderzoekingen verricht. Men pro
fiteert van de Nederlandse en
Franse ervaringen. Het zaaigoed
betrekt men uit Nederland. In
1949 werd 250 ton zaaierwten naar
onze Zuiderburen geëxporteerd.
Men heeft in België twintig fabrie
ken. die doperwten verwerken,
doch slechts één conservenfabriek.
De vriesconserven produceert men
in België lang niet in die mate al*
in ons land. Enige fabrieken be
zitten tevens eigen gronden, soms
van honderden hectare. Op deze
wyze produceert men voordelig.
De Belgische boeren geven in te
genstelling met de Hollandse col
lega's stalmest aan erwten en hun
opbrengsten bedragen normaal
3500 kg. per h.a. In 1948 lagen de
opbrengsten belangrijk lager (ge
middeld 1200 kg. per h.a.) nis ge
volg van de ook in ons land be
kende voetziekten. Met een be
roep op groter en intenser samen
werking met Nederland besloot ir.
Simons zyn inleiding.
De volgende vergadering van d«
P.S.C. zal op IC en 17 Juni a.s.
worden gehouden te Wageningen
en Breda. Dan zal tevens het tien
jarig bestaan der P.S.C. worden
gevierd.
FEUILLETON
63
„Geachte mejuffrouw Mengel
berg", zo luidde Laura's epistel
„Van juffrouw Reuder vernam
ik, dat u zich bijzonder voor
planten, vogels enz. interesseert
en dat u in het algemeen een
grote natuurliefhebster bent. Ik
ben nu voornemens morgen een
uitstapje naar de kust te maken
en ik zou het bijzonder op prijs
stellen, wanneer u mij daarbij
zoudt willen vergezellen. Regelt
u het dan s.v.p. zo, dat wij de
gehele dag weg kunnen blijven.
Met vriendelijke groeten aan
uw oom, uw
L. Kruger".
„Vindt u het goed, dat ik ga
oom" vroeg Beate, die door de
vriendelijke invitatie aange
naam verrast was.
„Natuurlijk!" antwoordde de
kapitein. „Je zou wel dom zijn,
als je het niet deed. Maak je
over mij maar niet ongerust.
Irene zal tydens jouw afwe
zigheid, de huishouding wel zo
lang waarnemen".
De oude heer wierp een spot
tende blik op het knappe nicht
je, dat zich nogal scheen te
amuseeren over de uitnodiging
en enige sarcastische opmerkin
gen maakte.
„Arme Beate, je zult je met
die ouwe jongejuffrouw natuur
lijk stierlijk vervelen. Ik ben
blij, dat ze m ij niet gevraagd
heeft. Waarschijnlijk is het haar
niet ontgaan, dat ik een wat
minder doorgefourneerde na
tuurliefhebster ben. Gelukkig
maar!"
Beate liet zich door Irene's
spot niet beïnvloeden, maar liep
direct naar Sabine Reuder's wo
ning om Laura Kruger telefo
nisch mee te delen, dat zij graag
van de party zou zijn. Ze zou
den elkaar de volgende ochtend
aan de tramhalte ontmoeten en
dan samen de korte reis naar
zee maken.
Reeds vóór dag en dauw was
Beate uit de veren, rich als een
kind verheugend op het uit
stapje. Voor de huishouding had
zij de vorige avond de nodige
maatregelen ggetroffen, opdat
oom Jules niets te kort zou ko
men. Peter en de werkster had
den verschillende instructies
gekregen.
Irene werd pas wakker, toen
haar nichtje op het punt stond
te vertrekken. Ook rij verheug
de zich op deze dag, omdat zy
cr een ongestoord samenzijn
van verwachtte met Felix Reu
der, die haar de laatste tijd on-
begrijpeiykerwijze steeds uit de
weg was gegaan en een al even
onbegrijpelijke belangstelling
voor Beate aan de dag had ge
legd.
Toen zy beneden kwam om
te ontbijten, was Beate weg en
zat de kapitein reeds aan tafel.
Ze begroette haar oom met een
kus.
„Vandaag zal ik nu eens voor
u zorgen, oompje", lachte ze.
U zult zien, dat alles piekfijn
in orde komt. Ik zal roereieren
voor u maken: daar ben ik
een matador in".
Jules Mengelberg trok een
gezicht, alsof hij azijn dronk.
Niets verafschuwde hij meer
dan roereieren.
„Maak je maar niet druk",
meende hij haar te moeten ad
viseren. „Beate heeft al voor
alles gezorgd. Ik krijg gebraden
kip met verse sla".
Daar Irene hiermee als kook
ster had afgedaan, begaf ze
zich nog vroeger dan anders
naar de woning van juffrouw
Reuder,, maar daar wachtte
haar een zeer onaangename
verrssing. Tante Sabine nam de
gebruikelyke bloemenhulde met
een suikerzoet lachje in ont
vangst en schoof op Irene's
vraag naar Felix vervolgens
haar, reeds met zorg voorbe
reide pyl af.
„Mijn neef is niet thuis, juf
frouw Larsen. Hij is met Laura
Kruger en uw nichtje naar zee.
Ach, wist u dat niet?"
Irene wist het inderdaad niet
en zy vermocht haar grenzeloze
verbazing en teleurstelling over
deze onverwachte onthulling
nauwelijks te verbergen.
Ook Beate was verrast, toen
zy bij de tramhalte Felix Reu
der in gezelschap van Laura
Kruger aantrof. Haar hart klop
te sneller, toen zij Reuder be
groette, maar ze had weinig
gelegenheid dit alles te over
denken. want reeds enige mi
nuten later reed de tram voor
om hen naar hun plaats van
bestemming te brengen.
(Wordt vervolgd)