„De wapens moeten beslissen" PV Met de „Goeree"op mijnenjacht de Waar is jane Grey? i WÈÊÊË ÊM Een liquidatie-stemming in Indonesië Dialect-onderzoek in Zeeland Vrees voor Joodse industrie en sociale vooruitgang Successievelijk worden de Zeeuwse wateren schoongeveegd TWEEDE BLAD PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT DINSDAG 30 NOVEMBER 1948 Waarom willen de Arabiereq niet over Palestina onderhandelen? Het Pan-Arabisch wereldrijk (Van onze correspondent te Parijs.) Twee jaren geleden zei Jamal Effendi Husseini. één der leiders van de Hoge Arabische Raad voor Palestina, die door de Groot Moefti van Jerusalem wordt beheerst, tegen de Anglo-Amerikaanse com missie van onderzoek: „Reeds vaak werd het lot der volkeren door de wapenen beslist. Ook in Palestina zullen de wapenen tussen Joden en Arabieren het laatste woord spreken". Het ging toen nog slechts over Trumans voorstel om 100.000 Euro pese Joden, die zich uit de vernietigingskampen van Hitier hadden kunnen redden toestemming te geven zich in Palestina te vestigen. De meerderheid van het wereldjodendom was toen nog niet voor de gedachte van een eigen Joodse staat gewonnen en had genoegen ge nomen met het opnemen in Palestina van de allerergste slachtoffers van de tweede wereldoorlog, zonder pertinent een wijziging van de status quo van het Heilige Land te verlangen. Doch de Arabische tegenstand betekende tevens het einde van de vergeefse Britse ver zoeningspogingen. volk. doch in feite uitsluitend een vrij kleine groep feodale Effendi'g. die pogen hun historische voor rechten en rijkdommen zeker te stellen. Daarin kunnen zij alleen slagen indien het grootgrondbezit gehandhaafd blijft in zijn huidige vorm. Ook daarom zien de Arabische leiders met misnoegen en wan trouwen, hoe de industriële revolu tie van Palestina gepMrd gaat met een sociale evolutie"die straks ook de sociale structuur van hun eigen land volkomen zou kunnen wijzigen. Ook dit is een reden waarom de leiders van de Arabi sche Liga willen doorvechten en tegenstanders zijn van elk compro mis. Een gevolg van hun domweg vasthouden aaft verouderde econo mische begrippen is. dat het com munisme hier een vruchtbare voe dingsbodem vindt. Daarover mo gen we het eens zijn! En daarvan zouden we nog wel eens veel na righeid kunnen beleven. vooral omdat het niet te miskennen is. dat ook het Joodse Palestina rijk is aan rode cellen en communes. (Nadruk verboden). Paul Kiès komt voor. Paul Kies, 53 jaar oud, van beroep journalist en wonende te Amsterdam, moet op Dinsdag 30 dezer voor het bijzonder ge rechtshof te Leeuwarden terecht staan. Er zijn in deze zaak 24 getuigen gedagvaard. Zoals men weet, was Kies voor de oorlog lid van de S.D.AJP., waarin hij scheuring teweeg bracht door het oprichten van de T.B.N., de Troelstra-beweging-Nederland. De ten laste legging is zeer uit voerig en beslaat 17 getypte vellen. Er blijkt uit. dat hij in het tijdvak tussen Mei 1940 en Mei 1945 opzettelijk, aanvanke lijk als leider van de op groot Germaansch standpunt "staande Troelstra-beweging, en later deel uitmakende van de lande lijke leiding van de groot- Duitse beweging, de N.S.D.A.P. gesteund heeft in haar poging Nederland onder Duitse macht te brengen. In 1941 stelde hij dr. Volkmar voor alle partijen te ontbinden en de N.S.D.A.P. open te stellen voor Nederlan ders. Juist door de Arabische tegen stand d he' wereldjodendom definitief gewonnen voor de dachte voor een eigen. Joodse staat. In plaats van een langzame overgang naax zelfstandigheid Joods-Arabische samenwerking kwam er een openlijke oorlog, die de Arabische staten tot nu toe grote offers heeft gekost: behalve 700.000 Arabische vluchtelingen veroorzaakte de oorlog grote finan ciële en militaire lasten. In feite hebben de wapens volgens de wens van Jamal Effendi Husseini. reeds brslist. want na de venijni ge worsteling, die aan beide zijden met volle hevigheid is gevoerd en waarbij meer doden zijn gevallen, dan de wereld zich tot nu toe durft te realiseren, staat de militaire si tuatie in Palestina voor de Arabie ren zwak, tot zeer zwak. WAAROM NIET? Men vraagt zich af. nu de oor log tot nog toe voor de Arabieren zeer onvoordelig is geweest en de finanoië.' - lasten ongemeen hoog, waarom zij nog in het geheel geen geneigdheid tot onderhande len tonen. Daarbij spelen mystieke, nationale en religieuze oorzaken een rol. De Arabieren zien in Pa lestina niet alleen al meer dan 2000 jaar hun natuurlijke invloeds sfeer, doch vooral „het heilige land,", de heilige aarde der mos lems. minstens even belangrijk als Mekka. Terwijl het moderne Zionisme zich steeds meer van de religie distancieert. staat de poli tiek der Arabische volkeren nog steeds in de invloedssfeer. vay het Mohammedaanse geloof, in 't te ken van de religieuze mystiek van de Islam. Vooral di zijn historisch-reli- gieuze betekenis is Palestina in het oog der Arabieren de zuil, waarop straks het pan-Arabische wereldrijk, dat zich moet uit strekken van Dakar tot Bagdad, moet rusten. Hoe fantastisch dit plan In het kader der bewezen Arabische zwakte ook lijkt, mag men toch zijn betekenis als impulse en richtsnoe: der Arabische politiek niet onderschatten. In het bijzonder onder de Ara bieren, die nog onder vreemde heerschappij leven en zo gaarne de macht der vrije Arabische sta ten verhonderdvoudigen is de droom van het pan-Arabische rijk urgent. De onrust onder de Noord- Arfikaanse Arabieren is b.v. ge deeltelijk een gevoV van het plot seling zo acuut geworden verlan gen naar een eigen staat in de pan-Arabische levensruimte. Voor al bij de Arabieren, waar dromen, nationalisme, opkomend commu nisme c-n mystiek zich doorecn- strengelen. kunnen dergelijke ver langens gevaarlijke gevolgen heb ben, zowel voor zich zelf als voor anderen. ECONOMISCH ONDERSCHEID Als achtergrond van het feit, dat de Arabieren niet tot onderhande lingen zijn t bewegen, moet men eveneens in ogenschouw nemen 't fundamentele onderscheid tussen de economische plannen van par tijen. zocht verklaarde de woordvoerder: ,45e Arabieren in Palestina hebben uitsluitend de landbouw op bet oog en wensen industrie-producten in te voeren, terwijl de Joden reeds bezig zijn een sterke in dustrie op te bouwen". Kort en nuchter is hiermee wel de voor naamste hindernis geconstateerd, waarom directe onderhandelingen door de Arabieren niet worden gewenst. Inderdaad willen de Joodse eco nomen van Palestina een industri eel blowerk maken. „Israël zal het Zwitserland van het Midden-Oos ten worden", aldus verklaarde o. a. dr. Weismann en hij bdeoelde daarmee, dat Israël zal pogen om het gehele Midden-Oosten van eindproducten te voorzien. De hele in- en uitvoerpolitie'.; is hierop reeds ingesteld. Vrijwel uitsluitend is de invoer van ruwe materialen toegestaan. Ondanks de officieel geproclameerde boycot van Jood se producten worden in de Arabi sche landen nog steeds Israëlise in dustrieproducten verkocht, vooral pharmaceutische artikelen. De zwakke en bloedarme Arabische industrie vreest natuurlijk de Joodse concurrentie, wat wel dui delijk naar voren komt in de on langs gesproken woorden van de minister van financiën van Egyp te „Het is mijn plicht de Arabi sche landen te wijzen op de ge vaarlijke en hevige concurrentie van de Zionistische industrie. Wij moeten onze eigen industrie be schermen, willen we niet het ge vaar lopen haar door de Joodse gewurgd te zien", FEODALE REGIEM. Er komt nog iets bijin de Ara bische landen regeert niet het jprjM w iplwr 'M j üi^ «ao A,. - - hPMmIBPII Weinig vertrouwen in Djocja. (Van onze correspondent te Medan) Wanneer men ons vraagt: hoe ls nu de stemming onder de Nederlanders in Indonesië en men wil een eerlijk antwoord, dan kan ik niets anders en niets beters zeggen dan: er heerst een liquidatie-stemming. Misschien heeft men geen gelyk en misschien is die stemming maar van tijdelijke aard, maar dat z\j bestaat, is boven iedere twijfel verheven. Men koestert overal het gevoel „dat het afloopt" in Indonesië en daar be doelt men dan mee, dat het slecht afloopt. Sombere verwachtingen. Soms wordt een sprookje werkelijkheid. Onlangs is een Deense vrouw gestorven, van wie vermoed werd, dat ze zeer arm was. Ze liet echter een vermogen van 3 millioen Deense kro nen na. ongeveer 600.000 do Hars. In Denemarken had ze geen verwanten en een verre neef in Chicago heeft daardoor het vermogen geëefd. De gelukkige erfgenaam, chauffeur van een melkwagen, wordt door zijn ka meraden hartelijk gefeliciteerd. De nieuwe directeur van de Unesco. De Mexicaan J. Torzps Bodet is met 30 van de 35 uitgebrachte stemmen, w.-.aronder twee blanco, tot direc teur-generaal van de Unesco (de organisatie der V.N. voor onder wijs, wetenschap en cultuur) geko zen. Jaime Torres Bodet is in 1902 te Mexico City geboren. In 1922 kwam hij in dienst van het departement van openbaar on derwijs als hoofd van de afdeling der bibliotheken en twee jaar na dien werd hij benoemd tot profes sor in de Franse letterkunde aan de faculteit van letterkunde. Van 1943 tot 1946 was hij minis ter van openbaar onderwijs. Sedert 1 Dec. 1946 is hij minister van bui tenlandse zaken. Torres Bodet. die doctor honoris causa is van verscheidene Ameri kaanse universiteiten, is tevens een talentvol romanschrijver en dich ter. ZWARTE BAL IN TOP Zwaar werk in een notedopje „Switch on!" Kortaf klinkt het bevel over de „Goeree", een rode wimpel, die halverwege de mast hangt, gaat naar boven en dan begint de op het achterdek van de mijnenveger opgestelde diesel motor op volle toeren te draaien om stroomimpulsen te geven aan een langwerpig voorwerp, dat door het schip wordt gesleept en dat uit de verte op een boomstam lijkt. Het is de z.g. M.V.S., die een magnetisch veld „uitzet" om de verraderlijke magnetische mijnen aan te trekken en in het water te laten ontploffen. Het eerste, wat de vierjarige Minke Wuite bij aankomst op bet vliegveld La Guardia bij New York deed, was haar klompjes uittrekken, die haar na de lange reis van Amster dam wel een beetje waren gaan knellen. De familie Wuite, be staande uit vader, moeder, 2 jongens en 2 meisjes, is uit Warga in Friesland naar de Ver. Staten geëmigreerd, waar zjj zich in New Berg (Oregon) zal vestigen. Zoals de boer zijn land beploegt. zo trekken de mijnenvegers, die thans in Vlissingen zijn gestation- neerd, sedert twee weken dag in, dag uit „baantjes" door bepaalde gedeelten van de Zeeuwse wate ren, waar de aanwezigheid van mijnen wordt vermoed. Vaak meer dan éénmaal over dezelfde strook, soms zelfs 13 keer. Een saai werk? Integendeel, want het legt de be manning de plicht op voorturend op haar qui-vive te zijn, het eist inspannend nauwgezet manoeuvre ren, terwijl de onzekerheid wat er een volgend moment kan gebeu ren, de spanning er in houdt. Want het werk is zeker niet van gevaar ontbloot. „Dat wordt nog te wei nig beseft", vindt luit. ter zee 2e kl. H. Hopman, commandant van de „Goeree", waarmede wij deze dagen een tocht hebben meege maakt. IN OPTOCHT. Wanneer deze mijnenvegers "n erfenis van de Duitsers naast de logge „Vulkaan" in de Vlissing- se haven liggen, zijn zij maar nie tige notedopjes. Maar niet zodra zijn zi] „los" en varen zij langs de boulevard of zij worden wereldjes op zichzelf, waarop de 26-koppige bemanningen eensgezind een lange en moeilijke werkdag beginnen. Het eerste zware karwei komt overigens hoofdzakelijk voor re kening van het „Vulkaan"-perso- neel: de bevestiging van de M.V.S. aan het schip. Dat 17-tons gevaarte heeft een rond oppervlak en je moet niet bang zijn uitgevallen om daarover te wandelen, wanneer de staaldraad en de stroomkabels midden op de Schelde bevestigd moeten worden. Wanneer wij later met een 13-mijls vaart naar de Deurlo gaan en de Walcherse dui nen langzamerhand zien wijken, is een ware optocht gevormd: eerst de mijnenveger, dan op enige af stand van elkaar de drijvers om de kabels omhoog te houden, vervol gens de M.V.S., waartegen het schuim hoog opspat en tenslotte een rode kogel, die zijn voorgan ger in toom houdt. Ook de „Room pot" en de „Schouwen" worden door vier schuimbergjes gevolgd, maar de „Walcheren" heeft geen last te torsen, want dit vaartuig dient deze keer voor verkenning en het uitzetten van boeien. Wanneer om 10 uur de eerste met gekleurde vaantjes getooide boei gepasseerd wordt en wij dus in het te vegen gebied zijn geko men, nemen de schepen een an dere formatie in (ltn. Hopman is daarover divisiecommandant) en begint de seiner met zijn vlagge- tjesspel. Voorlopig gebeurt er ech ter niets, want de Hanomag-die- selmotor, die 15 ampère levert, vertoont nukken. In korte tijd heeft de sergeant-machinist echter het euvel opgespoord en verhol pen en dan kunnen voor de eerste maal de rode vlaggen omhoog gaan. BEPERKTE RUIMTE. Drie mijl uit de kust begint nu het vegen en het geschiedt gron-1 dig: geen enkele vierkante meter mag worden verwaarloosd. Boei na boei wordt gepasseerd en wanneer de laatste achter ons ligt wordt rechtsomkeerd gemaakt en begint het werk opnieuw. Iedere huis vrouw kan daarvan nog leren Een mijnenveger is geen zeekas teel en men kan er geen riante verblijven verwachten. De ruimte, waar wij een maaltijd klaar vin den staan en waar de korporaals en manschappen moeten slapen, eten en in him weinige vrije tijd zitten, doet haar naam dan ook geen eer aan: je hebt moeite elk aar te passeren. Enkele mannen, die vrij van dienst zijn, slapen een uurtje, andere eten en komen onr derwijl trots aandragen met de werkstukken, die zij 's avonds in elkaar knutselen, zoals modellen van hun schip cn een mat van uit geplozen touw. Zij zijn uit het goe de Hollandse hout gesneden, want zij kankeren wel eens op dit en dat, maar lopen er de kantjes niet van af. De enige keer. dat wij hen de lijn zagen trekken, was bij het inhalen van de boeien en toen ge beurde dat nog letterlijk. „Ik heb respect voor mijn man nen. dat zij onder zulke moeilijke omstandigheden zo opgewekt en goed hun werk doen", zegt de commandant Hopman. En inder daad, gemakkelijk hebben zij het niet. Het is altijd behèlpen aan boord (voor 20 man is er maar één toilet en zijn er slechts twee was bakken), er worden lange werk dagen gemaakt, van de f 3 geva- rengeld per dag moet een deel naar de belasting worden gebracht, men hoort weinig van wat er in de wereld gebeurt, want er is geen radio aan boord en kranten ziet men ook weinig, de diensttijd is met 16 maanden verlengd en dan zijn er dikwijls moeilijkheden thuis, zoals huisvestingsproblemen voor de vrouw. Maar zij z{jn Hol landse jantjes en slaan zich er dus door. GEEN MIJNEN. Als wij uit hun verblijf komen, is de „Goeree" op weg naar de kust voor Zoutelande. Hier wor den. evenmin als in de Deurlo, die nu geheel schoon „gebezemd" is, geen mijnen aangetroffen. Voor zichtig varen is het parool, want wij zijn boven banken. Wanneer wij hier later terugkeren om de boeien binnen te halen (de M.V.S. werd inmiddels afgegeven), mis lukt dit werk hier dan ook, want het water staat zo laag, dat het gevaar om vast te lopen acuut is. Meer succes heeft de commandant in de Deurlo, waar alle boeien in een uurtijds opgepikt zijn. Het is aardedonker als de „Goe- e" full-speed naar Vlissingen te rugkeert. De zwarte ballen, die aangaven, dat geveegc' werd, zijn uit de mast verdwenen: weer is een stukje van de Zeeuwse wateren veilig verklaard voor het scheep vaartverkeer. Morgen de Roompot, volgende week het gat van Brou wershaven... de Kon. Marine is paraat om te voorkomen, dat vier jaar na de oorlog door oorlogstuig van het meest geniepige karakter slachtoffers worden gemaakt. De bewoners van West-Ber- lijn krijgen met Kerstmis 25 zram koffie en 100 gram versnaperin gen. Op de suikerbon zullen zij 200 gram echte thee en op de broodbon 300 gram gedroogde vruchten kun nen kopen. Wat is de oorzaak, wat de betekenis hiervan? Laat ik, om alle misverstand te voor komen, aanstonds vaststellen ■dat dit gevoel van „aflopen" niet in verband staat met de datum van 1 Januari 1949, de dag waarop de interim-rege ring moet worden ingesteld. Ook betekent deze liquidatie stemming geenszins, dat men de positie der Nederlanders in de Archipel door de vloed van het nationalisme nu opeens als geheel verloren beschouwd. De oorzaak ligt ergens anders en het is typerend voor de ernst der motieven, dat het hier ge schetste onaangename gevoel door zeer vele Indonesiërs in de deelstaten eveneens gekoesterd wordt. Ook bij de Indonesische intellectuelen in de deelstaten heerst bezorgdheid, valt on rust waar te nemen en loopt men met sombere gezichten rond. Dit alles is t© wijten aan de positie van Nederland ten opzichte van Djocja. DE REPUBLIEK. Er is vrijwel geen enkele Nederlander in Indonesië, die nog geloof hecht aan enige ge neigdheid b\j de Republiek om tot een eerlijke samenwerking te komen. Men wil nog wel aannemen, dat er in de Repu bliek constructieve krachten zijn, die deze samenwerking willen, omdat zij in het belang van de gehele gemeenschap zou zijn, maar zij vormen de minderheid en zij bezitten niet de macht hun wil aan het volk en het leger van de Republiek op te leggen. Dit volk en dit leger zyn gedurende een period© van meer dan vyf jaar, eerst door de Japanners en toen door rupublikeinse fanati ci, tot haters van Neder land opgevoed. Daar is een generatie gegroeid pre cies als in Duitsland on der de Nazi's die niet beter weet of de Neder landers zyn gevaariyke schurken, uitbuiters en moordenaars. Ze hebben nooit anders gehoord cn ze hebben de werkelijkheid der verhouding tussen blank en bruin hier nooit of nauwelijks gezien. Welnu wanneer het er van mocht komen, dat deze Republiek met Nederland een overeenkomst sluit (in welker waarachtigheid hier bijna nie mand gelooft) en dus haar plaats inneemt in de toekom stige interimregering, dan val len de volgende dingen te ver wachten: Ten eerste zal de Repu bliek al het mogelijke doen om de jonge deelstaten van de Fe deratie onder haar invloed te brengen. Zy is daar in feite reeds mee begonnen. Het zal niet lang duren of verschillen de deelstaten gigden naar de republikeinse ideologie af, want de propaganda van Djocja is beter georganiseerd, fanatieker, suggestiever dan die van de deelstaten, waar men meer in de sfeer ener nuchtere werkelijkheid leeft. En de deelstaten zijn nog jon ge, tere plantjes, van ijle con structie. Dit betekent dus een liquidatie van de huidige Indo nesische autoriteiten in die deelstaten, voorzover zij niet bijtijds eieren voor hun geld kiezen en naar de Republiek overgaan. DE CHAOS Het tweede gevolg zal zyn, dat alle Nederlandse posities zo vlug mogelijk worden geli quideerd. want de haat van de republikeinse jeugd zal zich willen uitleven. En het derde en laatste resultaat zal zyn, dat er een algemene chaos ont staat, dat honger, corruptie en terreur geweldige afmetin gen zullen aannemen en dat het in Azië zo snel opprukkend communisme de kang van zijn leven krijgt. Dit is een somber beeld, maar het valt hier temidden van de realiteit der feiten en gebeurtenissen voor de mees te mensen moeilijk het anders te zien. En dit geldt zowel voor Nederlanders alg voor talloze ontwikkelde en eenvoudige In donesiërs het zijn er vele millioenen die op nieuwe basis eerlijk in het federale ge bied met ons zijn gaan samen werken. Thans raken zij hun vertrouwen kwijt. De enige hoop, waar men zich hier aan vastklampt is, dat de Neder landse regering in Den Haag in het hernieuwde politieke con tact met Djocja een zeer krachtige houding zal aanne men, dat zy niet tot nieuwe concessies bereid zal blyken te zyn en dat zij de feiten en de concequenties, zoals wij die hier alle kennen, klaar en duidelijk onder de ogen zal zien. GEEN GELOOF Men gelooft hier niet meer in Djocja en men houdt zijn hart vast by het lezen van ie der courantenberichtje, waar uit men meent te concluderen, dat Den Haag er nog wèl wat in ziet. Zo is de stemming en zo luidt de hier vrywel alge mene opinie. Men kan het er mee eens zyn of niet, men kan er in geloven of niet en men zal mogen zeggen, dat wy in dit warme land de Indonesi sche zaken veel te somber en verkeerd inzien... wy kunnen er niets aan doen. dat wij met een zekere beklemming het jaar uitgaan... (Nadruk verboden) LEZERS SCHRIJVEN Inlichtingen voor de „Walcherse man". Zeer geachte heer Redacteur, Mag ik, namens de Zeeuwse Ver eniging voor Dialect-onderzoek, de „Walcherse man", die zich zo op recht bezorgd maakt, of het wel Zeeuws is. wat er door ons onder zoek aan het licht komt, enkele inlichtingen geven over onze werk wijze? Misschien bereik ik er mee dat hij en andere plattelanders hun kennis van onze streektaal, die wij zozeer nodig hebben, tot onze beschikking stellen. Mijn eer ste gedachte bij het lezen van zijn stukje was: hier is een man, die we gebruiken kunnen. Maar nu ter zake. Toen we be gonnen. hadden we de beschikking over twee woordenlijsten in hand schrift: die van de oud-secretaris van Domburg, de heer Kesteloo, geboren en getogen Walchenaar. en die van de heer Steketee, dito Zuid-Bevelander. Weldra ontvin gen we een uitvoerige lijst van Dr. de Hullu voor West Zeeuwsch- Vlaanderen. een voor Oost-Zuid- Beveland (Kruiningen) van de heer J. Dek. voor Schouwen van de heer J. Hubregtse, voor Goeree (taalkundig bij Zeeland behorend) van de heer F. den Eerzame», voor Oost Zeeuwsch-Vlaanderen van de heren Dieleman (Land van Axel) en Eggermont (Land van Hulst). Sedert zonden onze mede werkers, die voor het overgrote deel geboren Zeeuwen en dialect sprekers zijn, op ons verzoek een uitgebreide verzameling woorden en uitdrukkingen in. uit alle delen van het Zeeuwse taalgebied. Dit alles vormde de basis voor ons on derzoek. Ook systematisch gerangschikt materiaal ontvirtgen we. als de on derdelen van een molen, van een boerenschuur, van landbouwter men, waaronder het door de Wal cherse man genoemde „torengce- re"; alles met bijbehorende schets jes. Deze categorie is echter niet zo uitgebreid. Al het verkregen materiaal con troleren we door het verspreiden van dialectlijsten, waarop Zeeuwse woorden met hun Nederlandse be tekenis staan opgetekend. De be antwoording dezer vragen door on ze medewerkers maakt het moge lijk vast te stellen: le. of een woord algemeen Zeeuws is. of slechts plaatselijk bekend; 2e. of de ons verstrekte Nederlandse bete kenis juist is: 3e. of de uitspraak plaatselijk .afwijkt. En wat nog belangrijker is: we ontdekken het plaatselijk verschil in woorden schat. Zo heet, om een enkel voor beeld te noemen, een ragebol op Walcheren „koppespinder", of „koppespinvaeger". in West Zw.- Vlaanderen „koppejaoger", op Zuid-Beveland „ruugs'óód", op Goeree „rae(g)shööd", in Land van Hulst „spinnekopbostel". Door de woorden en uitdrukkin gen. die de invullers naar aanlei ding van het gevraagde op de dia lectlijst aantekenen, wordt onze woordvoorraad nog gestadig aan gevuld. Ook deze worden op hun beurt weer voor het gehele gebied gecontroleerd, alvorens in kaart te worden gebracht voor het Woor denboek. Op bovenbeschreven wyze heb ben we altijd getracht het inder daad bestaande gevaar te onder vangen, dat de „dames en heren", die in onze vereniging „aan de touwtjes trekken", ook al zijn ze Zeeuwen, niet geheel „ter zake kundig" zijn. Om U de waarheid te zeggen: op het gebied van Zeeuws dialect bestaat geen enkel persoon, die voor het gehele taal gebied „ter zake kundig" is, daar voor zijn er te veel plaatselijke verschillen. En dan: wij „trekken niet aan de touwtjes": wij verza melen, wat ons door dialectspre- kers-van-huis-uit wordt toegezon den en laten cüt materiaal door dia lect-sprekers-van huis-uit nog eens controleren. Dat in ons werk nog vele lacunes zyn en blijven, dat wc. vooral waar het vaktermen geldt, dikwijls voor moeilijkheden staan, we weten 't maar al te goed. Niets zal ons liever zijn, dan van echte plattelanders, boeren en andere vaklieden, medewerking te verkrij gen. Men geve zich daartoe op aan 't onderstaande adres: Mej. Dr. H. C. M. GHIJSEN, Weststraat. Sou burg. Beeldromans en radio. Mijnheer de Redacteur. Met bijzondere voldoening heb ik en waarschijnlijk zeer velen met mij, kennis genomen van Uw aanval op de z.g. „beeldromans" in Uw blad van Vrijdag 26 Nov. Gaarne echter had ik behalve dit verderfelijk soort literatuur, ook ccn signalenring gehad van de slechte hoorspelen in onze toch al zo cultuurarme radiowereld. En dan denk ik hierbij voornamelijk aan het m.i. immorele luisterspel in een aantal delen, waarmede een der Nederlandse omroepen Zon dagsavonds onze huiskamers on veilig maakt. Onveilig in de meest letterlijke betekenis. Ik be doel een stuk als ..Paul Vlaande ren grijpt in". Wanneer hier inge grepen dient te worden, dan lijkt mij dit de overheid te moeteh zijn, welke een dergelijke Hogeschool der Misdaad, zeer zeker in het be lang der opgroeiende jeugd in deze moeilijke tijd zal moeten ver bieden. Met dank voor de plaatsing. A. G. WAGENSVELD. Middelburg. Feuilleton T Romantisch verhaal van H. Morgan Suckett, 'n vlotte vent, die ori ginaliteit met typisch Am. za kengeest weet te verbinden, ontdekte op zekere dag in zijn ateliers een figurantje. wier uiterlijk en talent een grootse carrière in de filmbranche be loofden. Hy ontfermde zich over deze jongedame, liet een paar proefopnamen maken... en beeld, zowel als klank wa ren voortreffelijk en voldeden ten volle aan zijn verwachtin gen. Hy besloot derhalve de nieuwe ster aan het publiek voor te stellen... met een re clame. zoals die tot dusver haar weerga nog niet had ge vonden. Haar naam moest door een of andere opzienbare af faire zo populair worden, dat hg reeds vóór de première van haar eerste film tot in de ver ste uithoeken van de Staten was doorgedrongen en met recht kon worden vevwacht. dat er niemand meer was, die hem niet kende! Buck Snow- den, de perschef van de United Film Corporation, kwam by het zoeken naar een goede reclame op een idéé, dat zo absurd was, dat het aanvanke lijk direct werd verworpen. Toen men het echter, op zyn aandringen, eens wat nader be studeerde, moest mèn tenslot te toegeven, dat het eigenlijk uitermate origineel was... en bovendien zo door en door Amerikaans, dat aan een ecla tant succes niet kon worden getwijfeld. Robby Walter's belangstel ling groeide met elk woord, dat de detective sprak. Hy be gon langzamerhand te begrij pen. waar Brown heen wilde. „Je bent plotseling zo ver- schrikkelyk breedsprakig. Brown! Korter... korter, alsje blieft ,Ik ben eigeniyk al aan het eind van m'n verhaal. Het Idee van Snowden werd ten uitvoer febracht. Het sloeg nog eter in dan men had durven hopenzij werd bet ge-( sprek van de dag ln heel Acne-1 rikahet werd een algeme ne jacht op Jane Grey, zoals men die nog nooit gekend had. De vraag: „Waar is Jane Grey beheerste alles en iedereeen... ook hen, die niets van de film wilden weten en door de gewone filmreclame niet te bereiken zyn ,.Nu begriip ik het: Jane Grey is geen oplichtster en geen bedriegster!" „Net zo min als jy en ik!" „Ze heeft dus niemand gedu peerd?" „Niemand is ooit een cent aan haar te kort gekomen!" „En de politie?" „Die is gedeeltelijk voor de gek gehouden, maar voor 'n ander deel wist zy van de re clametruc. De hoofdcommis saris in Hollywood was van het begin af volkomen op de hoogte; aanvapkelyk heeft hij zich natuurlyk cnet handen en voeten tegen elke vorm van medewerking verzet, maar ten slotte liet hg zich toch bepra ten. zyn vriendschap met Suck ett, alsmede het feit, dat hij zyn positie toch in zekere zin aan de filmindustrie, althans aan de ontwikkeling van Hol lywood te danken had en last not least de originali teit van het idee, deden hem besluiten mee te doen. (Wordt vervolgd) In de Sowjet-zóne van Duite land wonen op elke 100 mannen tussen de 20 en 25 aar 229 vrou wen vin dezelfde leeftijd.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1948 | | pagina 5