MOEDER DES VADERLANDS IN HET GOUD
Wilhelmina, Koningin
der Nederlanden
Zeeuwse namen van
Koningin Wilhelmina
In voor- en tegenspoed een
baken voor haar volk
31 AUGUSTUS
1898 - 1948
DERDE BLAD
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
ZATERDAG 28 AUG. 1948
NA VIJFTIG JAREN
Langer dan een der andere vorsten uit haar Huls
heeft Koningin Wilhelmina het bewind gevoerd over de
lage landen b(j de zee. Slechts Koning Willem Hl heeft
met 41 jaren het gouden jubileum enigszins benaderd.
Reeds op 18-jarige leeftijd werd zijn dochter geroepen
tot de Koninklijke waardigheid. Bij haar inhuldiging be
sloot zij een toespraak met de woorden: Het devies van
mijn beminde vader maak ik tot het mijne „Oranje kan
nooit, ja nooit genoeg voor Nederland doen."
Dit devies heeft KomnglnWilhelmina gedurende haar
50-jarige regeerperiode nauwgezet tot richtsnoer voor
haar liandelen gemaakt en daarmee heeft zjj over de ge
hele wereld de grootste ach ting verworven.
Wilhelmina Helena Paulina
Maria was het enig kind
van Koning Willem m en
Koningin Emma, wier huwe
lijk op 7 Januaxi 1879 ge
sloten werd. Op 12 October
1880 hield Koningin Emma
de Prinses ten doop in de
Willemskerk te 's-Gravenha-
ge. Toen in 1884 Prins Alex
ander overleed, werd Wilhel
mina troonopvolgster.
Koningin Emma heeft haar
taak als opvoedster op geluk
kige wijze vervuld en haar
dochter een vrolyke jeugd
bezorgd. Zij besefte, dat ook
bij de ontwikkeling van een
koningskind drie factoren
van groot belang zijn: na
tuurlijke aanleg, milieu en
opvoeding. De natuurlijke
aanleg was aanwezig, het
milieu schiep de nog jonge
Koningin, die zelf de opvoe
ding zoveel mogelyk ter nand
nam.
Wilhelmina was als alle
andere kinderen: ze hield van
poppen en ze bracht pretti
ge middagen door met ande
re kinderen, met wie ze spel
letjes deed. De jeugdige Fran-
gaise mademoiselle Liotajrd
was aanvankelijk haar gou
vernante en speelmakkertje.
Later werd zij vervangen
door de Engelse miss Saxton
Winter.
Reels in haar jeugd 'kwam
de liefde voor de natuur,
voor bloemen en dieren tot
uiting. De Prinses had haar
eigen paardje, haar eigen
hond en verzorgde kippen en
duiven. Spoedig openbaarden
zich in haar de karakter
eigenschappen der Oranjes:
zelfbeheersing, plichtsbesef
en scherpzinnigheid. Zij, die
haar les gaven getuigden
van een meer dan gewone
intelligentie en grondigheid
bn hun koninklijke leerlinge.
Wilhelmina genoot privé on
derricht.
Toen zij 14 jaar was kwam
het hoger onderwijs reeds
aan de beurt, dat eveneens
in privé-lessen gegeven werd.
De leiding bij het brjbel-on-
derricht hield Koningin Em
ma zelf in de hand en zij
legde in haar dochter, die
later steeds weer blijkende
vroomheid en godsdienstzin.
Op 16-jarige leeftijd deed de
Prinses haar belijdenis bij de
hofprediker, dr. van der Flier,
die haar op haar levensweg
deze tekst meegaf: „Wees
getrouw tot in de dood en ik
zal U geven de kroon des
levens."
HAAR BELEID.
In een levensperiode, wel
ke voor een nauwelijks vol
wassen meisje in de regel de
meest ideale en onbezorgde
is, had Wilhelmina reeds de
druk der regeringszorgen op
zich te nemen, daarbij de
vele plichten aanvaardend,
aan haar hoge ambt
grondwettelijk verbonden wa
ren. Z\j heeft het met be
wonderenswaardige blijmoe
digheid en overgave gedaan.
Zich steeds streng houdend
aan het parlementair consti
tutionele stelsel, heeft zij,
zonder haar eigen mening of
overtuiging prys te geven, ge
regeerd, zoals de staatkundi
ge toestand, die veelal aan
sterke wisseling onderhevig is
feweest, dat medebracht,
s'oar het voorbeeld van Ko
ningin Victoria van Enge
land heeft zij zich onthouden
van directe invloed op de
richting der regerlngspolitiek.
Het is waarschijnlijk wel deze
sterke karaktereigenschap,
die zelfs op principiële tegen
standers van het koningschap
grote indruk heeft gemaakt
en haar bij het gehele Neder
landse volk en ook elders
grote achting deed verwer
ven. Over haar regering zal
slechts met lof gesproken
kunnen worden.
Begon de regering van Ko
ningin Wilhelmina In een be
trekkelijk rustige t*jd, een
periode van toenemende bloei
van handel en nijverheid, al
gauw dreven telkens wolken
samen boven ons land, die
de Koningin voor moeilijke
beslissingen stelden.
DE „ENIGE MAN."
Er hoeft slechts herinnert
te worden aan de boerenoor
log. In September 1900 stel
de ztf de oude president van
Transvaal „Oom Paul Kru-
ger" de Nederlandse kruiser
„Gelderland" ter beschikking
om hem het verlaten van
zijn overwonnen vaderland
mogelijk te maken. Terwijl de
staatshoofden van landen,
waar luidruchtig gejuicht
was over de vrijheidsstrijd
der Zuid Afrikaners, niet
thuis gaven, ontving Wilhel
mina hem aan haar hof. De
Zuid Afrikaanse gezant, dr.
van Broekhuizen noemde haar
toen „de enige man op de
troon."
Toen vele jaren later, in
1920, Clemenceau namens de
geallieerden de uitlevering
verzocht van ex-keizer Wil
helm n, die in ons land asyl
had gekregen, gaf onze Ko
ningin een weigerend ant
woord even vastbesloten was
haar houding toen als jegens
Oom Paul. De geallieerden
waren geïmporteerd en zagen
af van verder aandringen
DE le WERELD
OORLOG.
Na het uitbreken van de
eerste wereldoorlog hield de
Koningin zich dag en nacht
ter beschikking. De soldaten
van 1918 herinneren zich nog
haar talloze inspecties. In
weer en wind, dikwijls te
paard, de Marine haar tocht
op een duikboot. Haar ini
tiatieven tot hulpverlening
en weldadigheid verdubbelden.
De vermoeiende réizen tast
ten haar gezondheid aan en
in 1916 werd de Koningin
ziek. Gelukkig niet voor lang.
helmina Hertog Hendrik van
MecklenburgSchwerin, die
zich steeds heeft aangepast
aan de moeilijke positie van
Prins-gemaal. Het duurde
lang voor uit het huwelijk
der Koningin een kindje werd
geboren. Nadat een ernstige
typhus de Koningin aan ae
rand van het graf had ge-
natie echter de blijde tijding^
dat een Prins of een Prinses
je op komst was. Dertig
April 1909 deden 51 saluut
schoten het volk kond, van
de geboorte van een Prinses.
Zy kreeg de namen Juliana,
Louise, Emma, Marie, Wil
helmina
Naast' haar vele werkzaam
heden toonde de Koningin
zich een goed moeder, die
alle zorg en aandacht be
steedde aan de opvoeding van
haar dochter.
Het jaar 1934 was voor
moeder en dochter een jaar
van rouw. De 20ste Maart
overleed de Koningin-Moeder,
de 3de Juli Prins Hendrik.
Maar 1936 werd een jaar
van blydschap: de verloving
van Prinses Juliana met Prins
Bemhard van Lippe-Biester-
feld werd bekend gemaakt.
7 Januari 1937 word het hu
welijk gesloten en op 31 Ja
nuari 1938 werd de Konin
gin grootmoeder door de ge
boorte van Prinses Beatrix.
De „gelukbrengende" bete
kent deze naam. Irene, „vre
de" heette het tweede Prin
sesje, dat 5 Augustus 1939
werd geboren.
Maar er brak een periode
aan, die noch geluk, noch
vrede bracht. Het beleid en
het optreden van de Konin
gin in de jaren van haar
hallingschap wordt uitvoerig
elders in dit blad belicht. ZU
heeft er ten volle mee ver
diend de hoogste titel, waar
mee minister Treub haar
vereerde toen hij zyn erva
ringen van de vier oorlogs
jaren 19141918 te boek
stelde. Dit werk droeg hy
op aan haar, „die zich in
moeiiyko dagen heeft doen
kennen als een ware moeder
des vaderlands".
Koningin Wilhelmina op ll-jarlgo leeftyd.
In de Novemberdagen van
1918 waren er door de be
faamde „vergissing" van
Troelstra even moeilijkheden.
Het resultaat van de woeling
was echter een spontane ma
nifestatie van trouw op de
Haagse Maliebaan.
De na-oorlogse opleving
werd gevolgd door de econo
mische crisis van 1929, die
zwaar op het land drukte.
De Koningin nam het initia
tief tot de oprichting van 't
Nationaal Crisiscomité dat
de eerste nood trachtte te
lenigen. Nooit ontbrak zij op
het terrein van rampen of
daar waar hulp of belang
stelling nodig waren. Uiter
aard ging de roerigheid van
nationaal socialisten ook niet
langs haar heen
GEZINSLEVEN.
Het leven van de Koningin
is er altijd een van ijzeren
plichtsbetrachting geweest,
van stage werkzaamheid, 't
Zou troosteloos zijn geweest
zonder het bezit van een fleu
rig dochtertje. Zo komen we
op haar gezinsleven.
In Januari 1901 huwde Wil-
„De parlementaire monar
chie past meer de man dan de
vrouw" heeft eens de bekende
historicus Japikse geschreven.
Overheersende eisen om een
foed koning te zijn in de mo-
eme tijd blijven Inzicht, be
kwaamheid en karakter, be
wustzijn vooral van de hoog
ste taak, die op het boven ae
partijen staand koningschap
rust, dat koningschap, dat de
hoogste drager der natuurlij
ke tradities moet zyn. Aan die
eisen kan een begenadigde
vrouw evengoed voldoen als
een man, al zijn zulke bege
nadigden in beide sexen dun
gezaaid.
De zo dikwijls vereiste re
signatie en opofferinggezind
heid monden echter in 't al-
femeen de vrouw beter dan
e man".
De regeringsperiode van
Koningin Wilhelmina heeft
deze stelling volledig onder
steund.
Markiezin van Veere en Vlisslngen, Barones
van Colijnsplaat, St. Maartensdijk en
Scherp enisse.
Banden, die reeds vier
eeuwen oud zijn.
Het aantal titels, dat de
Koningin voert, is vier en zes
tig en het getal Nederlanders
dat in straat is deze titels op
te sommen, zal wel ontstellend
gering zyn. Onder die titels be
vinden zich echter ook Zeeuw
se namen en het is bij het gou
den regeringsjubileum van H.
M. Koningin Wilhelmina en
met het oog op de troonbesty-
ging van Prinses Juliana zeker
interessant om by de banden,
die het Oranjehuis aan Zee
land binden even stil te slaan.
Van de vier en zestig titels,
die de Koning of de Koningin
der Nederlanden draagt, zijn
er 23 afkomstig van buiten
landse bezittingen van het
huis van Oranje-Nassau,
twaalf stammen van Noord-
Brabantse bezittingen (de
banden tussen Brabant en
Nassau waren zeer hecht!),
acht uit Zuid-Holland en even
veel uit Gelderland, en daarna
komen Utrecht en Zeeland,
die beide aan het Oranjehuis
vijf titels schonken. Limburg
en Friesland schonken aan
ons Koningshuis ieder een ti
tel. Van Groningse, Drentse of
Noord-Hollandse oorsprong is
geen enkele titel.
De bekendste Zeeuwse naam
van H.M. de Koningin is wel
die van Markiezin van Veere,
ook wel omschreven als Mark
gravin of Markiezin van Veere
en Vlissingen. Keizer Karei V
stelde in 1555 dit Markiezaat
in, dat toen het grootste deel
van Walcheren omvatte. On
der meer behoorden er toe de
heerlijkheden Veere, Vlissingen,
Zandenburg, Vrouwenpolder,
Westkapelle, Domburg, Pop-
kensburg en andere. Toen in
1565 Maximiliaan III van
Kruiningen aftrad, kwam het
Markiezaat te koop, maar
toen er geen gegadigden voor
waren, trok Philips II het
weer aan zichzelf. De Staten
van Zeeland wezen het Mar
kiezaat in 1581 aan Prins Wil
lem I toe en sedertdien zyn deze
titels aan het Oranjehuis ge
bleven. Vooral Veere heeft
zijn banden met het Oranjehuis
in ere gehouden. In stadhou
derloze tijdperken was de
Oranjeliefde er spreekwoorde
lijk.
Op verzoek van de Vlissin-
gers heeft de Prins van Oranje
in 1581 de Heerlijkheid Vlis
singen gekocht. Op 10 Augus
tus 1581 is de Prins Willem I
als Heer ingehuldigd en na
hem heeft dit met alle Stad
houders plaats gehad.
Koningin Wilhelmina kon
natuurlijk geen Heer van Vils-1
singen zyn en is dus toen als
erf-opvolgster Vrouwe van
Vlissingen geworden.
Maar behalve de titels Mar
kiezin van Veere en Vrouwe
van Vlissingen, draagt de Ko
ningin der Nederlanden nog
drie andere Zeeuwse namen.
Zij is Barones van Colijnsplaat,
Barones van Sint Maartens
dijk en Barones van Scherpe-
nisse.
Deze Zeeuwse namen zyn
aan de Oranjes gekomen, door
dat in 1551 Anna van Egmond,
gravin van Buren, huwde met
Prins Willem I. De baronieën
Koningin Wilhelmina en
Prins Hendrik.
behoorden aan de graven van
Buren en by haar huwelijk
aan Anna, die tevens gravin
van Buren was.
Zoals bekend, is niet alleen
de Oranjeliefde in Zeeland
groot, maar hebben de leden
van het Oranjehuis op hun
beurt ontelbare malen blijk ge
geven, een bijzondere belang
stelling voor Zeeland te heb
ben. Het is niet te gewaagd,
te veronderstellen, dat het
feit, dat het Oranjehuis nu
reeds vier eeuwen lang door
namen en titels met Zeeland
verbonden Is, daarop van zeer
veel invloed is geweest.
Aan deze titels zijn thans
een rechten meer verbonden,
"èl zyn er in Zeeland nogal
wat bezittingen van het
Kroondomein, vooral op Tho-
len en in Zeeuwsch Vlaande
ren, maar ook op Walcheren
en de Bevelanden.
gei
W(
Koningin en krant.
Een van de pitoreskste huis
jes van de hoofdstad is zonder
twijfel het voormalig Koren
metershuisje, N.Z. Kolk 28, de
zetel van de stichting „Het
Nederlandsch Persmuseum".
In de feestweek zal dit ge
bouwtje een bescheiden plaats
onder de bezienswaardigheden
van de hoofdstad innemen. De
stichting heeft n.l. op insti
gatie van de secretaris en
waarnemend conservator, de
heer C. J. Schotel Fzn. een
tentoonstelling ingericht, on
der de titel „Koningin en
krant", welke een overzicht
geeft van de publicaties in
verschillende dagbladen, over
hoogte- en helaas ook diepte
punten, in de 50-jarige rege
ringsperiode van Koningin
Wilhelmina.
Voor het laatst zullen op deze 31ste
Augustus de klokken beierende trompetten
worden gestokende klaroenen schallen, de
bazuinen juichen. Voor het laatst zullen op
deze van weemoed vervulde vreugdedag in
alle kerken orgelklanken ruisend opstijgen
tot voor de troon des Allerhoogsten. Voor
het laatst zal tot in de kleinste gehuchten
op deze datum de nationale feesttooi wap
peren, zoals dat een halve eeuw lang het
goede, vertrouivde, het bijna dierbare ge
bruik is geweest.
Zelfs voor de oudsten onzer is vanaf hun
prilste herinnering de laatste van Augus
tus een dag geweest, die zich onderscheidde
van alle andere dagen van het jaar. Voor de
alleroudsten, in het begin: de verjaardag
van een argeloos prinsesje, dat zich ver
heugen mocht in het bezit van een even
lieftallige, als bedachtzame wijze moeder.
Voor de ouderen is aan de een en dertigste
dag van Augustus onafscheidelijk verbonden
de herinnering aan een jonge Koningin,
wier karakter gekenmerkt werd door een
blijde spontaneïteit, zoals die der jeugd eigen
is. en van wie het volk niet zonder trots
vertelde, dat zij als iri een sprookje
het schoonste Koninginnetje ter wereld was.
Wie van middelbare leeftijd is en aan de
31ste Augustus denkt, ziet voor zich een
vorstin, gerijpt in de eerste levenssformen,
gestaald door vele moeilijkheden, die waar
lijk was geworden tot staatslmofd, tot leid
ster van een volk, dat in uren van nood
naar haar opzag met nooit beschaamd ver
trouwen, dat in de uren van zijn vreugde
Haar steeds en terecht in het midden plaatste
van zijn feestbetoon.
Het tegenwoordige geslacht behoeft zich
niet te herinneren.
Het kan op een weergaloos heden wijzen.
Hoe dierbaar immers aan ouderen de
herinnering moge zijn en hoe dankbaar op
zijri beurt een volk ook is, dat het zich kan
koesteren in de gulden glans van zulk een
schat van herinneringen, de banden, die ons
heden binden aan Hare Majesteit Koningin
Wilhelmina, de betekenis, die haar persoon
lijkheid heeft voor ons volk, de plaats, die
zij inneemt te midden van haar onderdanen,
zij alle zijn van aard veranderd.
Er heeft zich in de laatste decennia een
wonder proces voltrokken in Vorstin en
Volk. Toen in de dertiger jaren Prins
Hendrik stierf en Koningin Emma ten grave
was gedragen, scheen het even, dat de
liefde, die het Nederlandse volk zijn vorstin
vanaf de eerste dag heeft toegedragen, tot
bijna dominerende ondertoon zou krijgen het
stille ontzag, dat de eenzaamheid inboezemt.
Wie aan Oranje dacht, dacht aan een
koninklijk paleis, dat hunkerde naar het
laweit van jolige kinderstemmen. Wie Wil
helmina zeide, zag een rouwende vorstin,
genoodzaakt om alleen de lasten van de
zware tijd te dragen. En wie aan Juliana
dacht, verlangde zonder dit uit te spreken
naar het ogenblik, dat haar weg de weg van
alle vrouwen zou worden, dat zij huwen zou
en moeder worden. De eenzaamheid der
beide laatste Oranjes lag als een schaduw
over gans een volk.
Toen geschiedde het wonder.
Verloving en huwelijk vaagden een
zaamheid en stilte weg. Het ontzag, ont
zag is altijd kil verdweenEn na het
uitschieten van de eerste loot aan de
Oranjestam, bloeide schoner dan ooit de
liefde open van volk tot Vorstin. Men zag
eensklaps weer. hoe zuiver menselijk haar
vreugden en levensgeluk waren, hoezeer
alles wat voor gewone vrouwen levensver
vulling betekent, dit ook voor haar was.
Het menselijke element in de verhouding
Vorstin—Volk werd nu in waarheid over
heersend.
Toen het eerste Prinsesje geboren werd,
was de hemel reeds zwanger van onheil.
Bitter als alsem waren de beproevingen, die
volk en Vorstin wachtten. Maar zie: in
deze grootste nood werd Koningin Wil
helmina tot wat vóór haar toch slechts
één Oranje waarlijk was geweest: symbool
van wat ons volk aan deugden heeft, sym
bool van standvastig Godsbetrouwen. sym
bool van eenheid, symbool van hoop en
vrijheid, tol Moeder des Vaderlands.
Gelouterd en bekleed met nieuwe Majes
teit kwam onze Vorstin uit wat ondergang
scheen opnieuw bij haar volk.
Zo zien wij Wilhelmina in dit uur van
gulden jubel: eenvoudig en menselijk, een
voorbeeld in plichtsbetrachting en Gods
vrucht beide, maar daarbovenuit door leed
en beproeving verheven en geadeld symbool
van wat een Nederlander dierbaar is.
Van weinig vorstinnen in de loop der
eeuwen kan dit worden getuigd!
Dankend voor wat Hij Nederland in Wil
helmina schonk, buigen wij ons daarom
voor God.
Vijftig jaar lang is de 31ste Augustus
voor ons volk een nationale feestdag ge
weest. Ditmaal is hij het voor het laatst
Voortaan zal de laatste van Augustus nog
slechts de verjaardag zijn van een Prinses
der Nederlanden.
Triest stemt het wegvallen uit ons volks
bestaan van zulk een dag. Moge nog lange,
lange jaren deze 31ste een dag zijn, waarop
ons volk zich een Vorstin herinnert, die door
haar levenswandel en haar adel zich een
plaats verwierf onder de grootsten van haar
geslacht, maar bovenal: een plaats in het
hart van ieder van haar onderdanen.
G. B.