Hr. Ms. Kortenaer loopt de 30 mijl! Spreek Hollandsin België Misdaad tiert in Griekenland De duinen lokken! 40.000 P.K. jagen hei schip door de Middellandse Zee Grandioos schouwspel Indisch Journaal Rond héi Tobameer (II) Alleen Frans waar het nodig is TWEEDE BLAD PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT MAANDAG 10 MEI 1948 Middellandse Zee, 16 April. Hr. Ms. Kortenaer is een torpedojager, dat wil zeggen een schip, op snelheid, op vaart, op hoog tempo ge bouwd en sinds de dag, dat ik aan boord ben werd me in Hfet oor gefluisterd, dat de Kortenaer in staat was 30 mijl te lopen. Dat wil zeg gen: 30 mijlen, van ieder 1852 meter lang. Zeemylen dus. Maar van 2 April -tot vandaag vaart het schip 15 mijl en ik vreesde, dat er van een snelheidskrachtproef niets meer zou komen. Die proef is wel gekomen. Van morgen, aan de Noordkust van Afrika, tussen de Golf van Solum en Alexandrië, heb ik mij even kunnen overtui gen. Het schouwspel was grandioos! Ik liep naar de hak en keek tegen een schuimgebergte aan, dat zich een paar meter hoog achter de Kortenaer verhief. Het schip rende z'n 30 mijl en de beide schroeven maalden het voort met een 300 om wentelingen per minuut. Een schuimgebergteeen ra zende massa wild water, dat opgedreven werd. weggeslin gerd en vermaald tussen de bladen der schroeven. Diep lag het achterschip van de jager weggedrukt in dat schuim en de Kortenaer deed me in deze ogenblikken den ken aan een projectiel, dat afgeschoten was en zich met grote snelheid naar een be- doel voortbewoog. HET VOORSCHIP. Was het beeld van de schuimberg achteruit impo sant, niet minder was dat van het voorschip. Scherp als een mes kerfde de Korte naer zich door het blauwe water, sneed het in tweeën, en joeg voort. Aan beide zij den drukte zij het water weg, dat wild en hoog weggewor pen werd. Opnieuw moest ik denken aan een opgejaagd paard, dat weg vloog, met de witte manen en.'t sneeuw witte schuim op het bit. Het schip deed prachtig zijn best en de snelheidsproef slaagde volkomen. Er werd goed werk geleverd door alle mannen, die bij deze kracht proef betrokken waren en bewezen werd waartoe dit onderdeel van onze oorlogs- vloot in staat is als het op snel varen aankomt. Er lie pen zachte, soms nauwelijks waarneembare trillingen door het schip. Dan was het, hls- of de Kortenaer even een violoncelsnaar was, in vibra tie gebracht door een onzicht bare hand. Zo jogg de jager door de Middellandse Zee, tussen de Golf van Solum en Alexan drië en ieder, die kans zag aan dek te zijn was aan dek om getuige te ztfn van deze merkwaardige momenten. DRIEMAAL. Driemaal liep ik terug naar de bak, om tot driemaal toe te zien naar dat beeld van tomeloos opgejaagd wa ter, naar die berg van schuim, die achter de Korte naer verrees en eerst tiental- door Anthony v. Kampen len meters verderop begon af te brokkelen en te ver pulveren. En zo ver ik kon zien, zo ver reikte de wijde brede baan kielzog en het was net alsof een ontzaglijk grote ploeg door de zee was gegaan, die de zee had open- gekorven en haar stukgesla gen en verminkt achterliet. De jongens van de Korte naer vonden het een machtig mooi schouwspel en ik weet niet hoevelen ik er rond zag lopen met fototoestelletjes, om deze ogenblikken vast te leggen. Tevergeefs! Deze mo menten zijn niet vast te leg gen. Er bestaat geen foto, die in de verste verte in staat is ook maar bij benade ring een suggestie te geven van de wildheid van het wa ter, het verblindende schuim, dat tomeloze openkerven van de zee door de boeg en heel dat wondere, aangrij pende, stilmakende beeld van een op topkracht voortijlend schip door een hei-blauwe zee. Het is evenmin te be schrijven en als ik deze re gels, een half uur na diot alles neertyp, besef ik hoe ontoereikend het menselijk vermogen is om werkelijk zeer emotionele ogenblikken in de vorm van woorden weer te geven. GEEN GETUIGEN. Er waren, behalve de man nen van de Kortenaer, geen getuigen van deze race op topsnelheid. Er was geen meeuw, geen enkele andere zeevogel te zien en er was geen dolfijn. die zich ook maar op mijlen afstand inde nabijheid van deze furieuze verschrikking vaft voortijlend staal, deze 40.000 pk, waag de. En dat was jammer, want het zou me een lief ding waard geweest zijn als vele anderen hadden kunnen zien wat Hollandse zeelui uit een schip kunnen «halen, hoe ze zich gedragen als de zaken er op aankomen en hoe, zo wel het menselijk als tech nisch mechanisme, loopt in momenten van hoogspanning! Hollandse zeelui, die beho ren tot lang niet het slecht ste deel der Nederlandse na tie: de Koninklijke Marine! De „jongens" kunnen het wennen. In Slantar. (Van onze correspondent.) Rivieren Archipel, April. Bij die tocht om het Toba meer zyn we van Soribog Do- lok ineens op Prapat overge. sprongen. Daar ligt echter het een ander tussen. Onderweg passeert men kleine posten van soldaten, die weinig te doen hebben. Alleen reeds hun aan wezigheid is voldoende om de bevolking te garanderen, dat zij rustig kan werken en sla pen. Net het enige dat zy no dig heeeft. Dekjongens kunnen hier volop van natuurschoon gettieten, het klimaat in de bergen is heerlijk. Zy jagen en vissen in de vrije tijd. Er zijn wilde varkens en ook tijgers. Een officier had tweemaal een ontmoeting met zo'n knaap. Beide malen had het dier het loodje moeten leggen, nadat de officier, zoals hy" gulweg er kende, geweldig in angst ge- Tweehonderd meisjes ontvoerd uit Konitza. Lange lijst van gewelddaden (Van onze correspondent). ATHENE, Mei. In vaste regelmaat publiceert de Griek se regering de laatste maan den berichten over de actie van de partisanen, waarbij meer dan eens de aandacht wordt gevestigd op de vele misdrijven, waaraan Markos' volgelingen zich schuldig ma ken. Het hoogtepunt dezer ac tiviteit schynt tot nu toe ge legen te zijn in het wegvoe ren van Griekse kinderen. Een officieel Grieks rapport, zich uitstrekkend over een pe riode van tien weken, maakt evenwel duidelyk, hoezeer het Griekse volk te lijden had, reeds voor de kinderroof. Het rapport bevat een lange op somming van gewelddaden. Aanslagen, verwoestingen, moord en deportage behoren in het na-oorlogse Grieken land tot de feiten van de dag. Niet minder dan zes-en-tach tig plaatsen werden geteisterd door binnenvallende benden, die zich niet ontzagen, de be volking te terroriseren. Zo vond men te Yerakion in Laconia, nadat de partisanen waren verdreven, vele lyken van inwoners, die meer dan vyf-en-twintig verwondingen vertoonden. In Amalia (Pa tras) kwamen bandieten binnen in de uniformen van politie agenten. In Marina (Naoussa) werden vyf-en-dertig huizen niet de grond gelijk gemaakt. Uit Konitza en omstreken werden 200 jonge meisjes weggevoerd. Uit de gemeente kas van Andrltsaina werd tachtig mlllioen drachmen ge stolen. Gedurende deze periode werden tientallen huizen in brand gestoken, bruggen ver hield, telegraafdraden doorge sneden en treinrails onklaar gemaakt. VERSCHRIKKINGEN. Het aantal doden is moei lijk geheel juist te schatten. De lyst is verschrikkelijk door de eentonig lijkende opsom ming van de slachtoffers: twee van vijf weggevoerde burgers dood buiten het dorp gevon den te Drapanaia; Polygyron (Chalkidiki)60-jaar oude schaapherder gedood; Cona (Larissa)man en zijn twee kinderen gèdood door mortier vuur op hun huis; Metochi (Chalkis): boerenman en zijn vrouw gedood; Distomo": drie jonge mannen gedood. En zo gaat deze opsomming voort... ONTVOERINGEN. En dan komt de lange lijst van weggevoerde burgers. Het aantal in totaal loopt in de honderden. En met hen wordt het vee meegenomen en het voedsel. Uit Polyneri verdwe nen achttien jonge mannen en vijftien paarden; in Pappa Serres) werden behalve twaalf dorpelingen practlsch alle aan wezige voedselvoorraden weg gesleept; In het Xeniados-dis- trict (Larissa) kidnapten de rebellen in vier dagen honderd meisjes. Uit Panagista, Amit- sa, -Philota en Fyrgos werden volgens mededelingen van het Rode Kruis meer dan twee honderd oude mannen, vrou wen en kinderen onder de vijf tien jaar meegenomen. Dit zijn alle feiten, welke onomstotelijk vaststaan. Zy werden bevestigd, niet alleen door de plaatselijke autoritei ten, maar In vele gevallen ook door neutrale commissies. Zo lydt het Griekse volk onder de verschrikking van de strjjd. (Nadruk verboden). zeten had dat niet de tijger, maar hij de pisang zou worden. De jongens kunnen het best wennen, wanneer zij af en toe een brief van huis krijgen. Blijft die uit, dan voelen zij zich in de eenzaamheid veria, ten. KAMPEMENT. Bij Poerbakinalang is een groot kampement onder com mando van It. kolonel Rom- bouts, die in het burgerleven Ieraar Frans is. Hier ligt on geveer 1000 man, die hun oplei ding in Zuid-L^ren kregen. Aanvankelijk was het grootste deel Drenten, later is, door af. Vloeiing en aanvulling, hun percentage kleiner geworden. Deze troepen hebben nu onge veer drie jaren dienst gedaan en hopen binnenkort naar het vaderland te kunnen terugke ren. Dat verlangen bleek dui delijk bij de gesprekken. OP PALEN. In de buurt ligt een Batak- kampong met de familiehuizen op palen en de typische daken. Elk huis heeft de gestyleerde hagedis als teken van bescher ming. De bewoners verschenen in de opening boven de trap en beantwoordden onze groet „Horas" (heil en zegen). Van een del* huizen mochten we de bewerkte trap (teken dat er één der hoofden woont) be klimmen en het interieur be kijken, doch daar was het voor iemand, die uit het zonlicht binnentreedt te donker om iets te kunnen onderscheiden. De yrouwen hadden zich zo dege lijk teruggetrokken, dat zij in het halfduister opgelost sche nen te zijn. In Pematang Siantar tij dens de politionele actie cen trum van verzet, heette een commissie van ontvangst onder leiding van de pi. com. mandant de journalisten wel kom. Verscheidene autoriteiten van de Negara waren aanwe zig. De burgemeester, mr. D ja jan Poerba, sprak tydens de lunch een hartelijk woord. Wtf hadden het genoegen de enige vrouw in het ge zelschap, mevrouw Overak- ker, als tafeldame te heb ben. Zij is de weduwe van - generaal Overakker, die in Atjeh het verzet leidde en doorde Jappen werd ge. executeerd, en treedt hier op als directrice van de A. M.V.J., welke in geheel Indonesië uitstekend werk verricht inzake o.a. het con tact tussen de militairen en hun familieleden in Neder land. In Siantar moest het feest ter gelegenheid van de plech tige bestuursoverdracht nog beginnen. De Pasar Malem (avondmarkt met allerlei pret jes voor de bevolking), was in opbouw. Na de lunch reed het gezëlschap met de gasthe ren naar Prapat. IN SIANTAR. Hierna "terug naar Siantar, langs de zeer goede weg op de flanken der bergen, waar. van men voortdurend het uit zicht heeft op het meer in de diepte. De republikeinen heb ben bruggen over diepe ravfl- Arabische vluchtelingen uit Palestina op een schip in Port-Said. DE ACTIVITEIT TE HAAMSTEDE. Zal het de grootste badplaats yan Zeeland worden? Deze stille" zomermorgen heb ik oog noch oöt voor de gril- lig-schone ongereptheid van het duinlandschap. Ik spoed me voort, gejaagd en in span ning, over de plat gelopen konijnenpaadjes, de fotospul len op de rug. Ginds toch zit 'n watersnipje op z'n vier bon te eitjes en 't zal er vandaag om gaan. hem op de gevoelige plaat te krijgen. Het is een hoge .zeldzaam heid hier. Ik heb hem nog niet Gistarcn vond ik, in de loop van zoveel jaren, mijn tweede nest. Het mannetje verried eigen zaak door zijn geblaat daar hoog in de lucht. Dit ge luid is allerminst vocale mu ziek, daar het juist wordt voortgebracht door het ande re lichaamuiterste, de staart. De vogel zet de buitenste staartveren zijwaarts uit en schiet van grote hoogte in snelle vaart schuin omlaag. Door het strijken van de lucht nu langs de staartveren ont staat het eigenaardig blatend geluid, waarnaar de vogel plaatselijk de namen weer- lam en liemelgeit Kreeg. Daar man-snip alleen in de broed tijd deze hebbelijkheid over zich heeft, wist ik, waar ik aan toe was. Ik vond vlug 't nest; het wijfje vloog voor mijn voeten op Het lag goed verborgen in lang gras en ruigte. Binnen een half uur lag op twee pas afstands een overdekte zandkuil gereed, van waaruit ik, de camera bij me, morgen de vogel op zijn nest zou trachten te hemen. En nu is het morgen! Hoor, daar heb je weer het geblaat, hoopvol teken, dat de vogel zijn nest niet in de steek ge laten heeft uit vrees voor de plotselinge gebergtevorming vlakbij. Daar vliegt hij al, is toch wat schuw geworden, ook al. doordat ik het nest wat heb moeten blootleggen. Ik kruip in myn kuil, plaats de camera op een paar gras zoden in de daartoe openge laten ruimte en wacht maar weer, desnoods, tot de zon ter kimme neigt. DAAR STAAT HIJ Hoog boven blaat het man netje er weer lustig op los. Door mijn loze bedekking heenturend, zie ik enige be weging een tiental meters achter het nest. Is het moge lijk Zouden de gebraden duiven me zó in de mond vliegen? Ik zit nog nauwe lijks een kwartier. Inderdaad, het is de snip. Nu ben ik hem weer kwyt! Zijn grauw geve- derte met de lichte en don kere lengtestrepen doet hem tussen 't konijngrijs (dwirg- wilg) niet opvallen, ten zij hij zich beweegt. Het daar op getrainde oog echter vindt hem toch wel. Daa,r staat hij met zyn ellenlange snavel, doodstil. Weer schuifelt hij na der, blijft tussen de dwerg wilg, geeft zich niet bloot op vlak terrein. Reeds staat hij achter het nest nooit be leefd zet zich op de eieren, woelt wat heen en weer, om de eieren in aanraking te brengen met de onbèvederde broedplekken van de warme huid en zit. Tikde opna- nen vernield, doch die zijn her steld. In Siantar werd even gepauseerd. We vertrokken, na afscheid genomen te hebben van de gastheren, om zeven uur, reden in snelle vaart via Tebing Tinggi naar Medan, weer we om negen uur aan. kwamen. Een tocht, waaraan de deelnemers de mooiste her innering zullen bewaren, om dat hy hen voerde langs -één der meest grootse natuur schoonheden van Indonesië. Slechts een vluchtige aante kening van de ontvangst op de avond van Goede Vrijdag in de nieuwe soos van Medan, door de Jappen gebouwd en bedoeld als tempel. Thans is deze aan Bacchus gewijd. Hier waren verschillende autoritei ten, o.w. de sultan van Deli, Tengkoe Ottoman, in vol or_ naat. Hy vertelde zeer onder houdend van zijn ervaringen, gelukkig een der weinige sul tans te zyn, die de republikei nen hebben gespaand. me is gedaan, myn collectie met 'n nieuwe en hier zeker zeldzame vogel verrijkt. Hij maakt geen schrikbewegingen maar trippelt toch de kruip wilg in. Vlug een nieuwe plaat voor! Tien minuten later is de tweede opname er, de vogel ten voeten uit naast 't nest. Ik zou me vandaag wel Arm kunnen kieken. Daarom mag mijn snipje een uurtje rustig broeden. Ik ga een praatje maken op de boerderij achter de elzenman teling. In de ruime woonkeu ken met zijn sterk geteyi- perd licht zit de vrouw, al leen, het manvolk is naar de akker. Ze verwelkomt me vriendelijk, gaat naar de kast, om een schoon kopje tc krij- fen De koffie staat! Ik volg aar met de ogen, haar be wegingen, als ze koffie schenkt, mij het kopje over reikt. Dat donkere type, zo fans en al afwijkend van ons londe ras. Knappe vrouw! Iet wat lijdend ziet ze eruit. De bleekheid 'van het smalle', fijnbesneden gelaat door het gitzwarte haar. De zwarte japon daarbij maakt haar in derdaad tot een verschijning, Ik vraag me af, vanwaar? «a.s. aio Stroomt haar nog hloed door J ik laa£ in de namiddag op- de aderen van de Spaanse krygers uit onze tachtigjari ge worstelstrijd Het heet im mers, dat het donkere type in Westeiyk Schouwen daar zijn oorsprong vindt? DE POES Myn oog dwaalt het raam uit. Op het kleine bleekveld, zwaar beschaduwd door ka stanje en noteboom, ligt op eeh wagenrad een ledige teer- vat. Aan de ton een ketting, niet te zwaar, en aan het an dere eind van de ketting een poes, naar de dikke kop te oordelen, een welgedane oranje-gele kater. Hij ligt in het gras, languit", de achter poten ver van huis, helemaal geen houding voor een -poes. „Och ja, mijnheer", zegt de v|rouw glimlachend, op myn verbaasd, vragende blik, „dat mö 'k wè doe, A 'k 'n nie vastblnde. dan loapt 'n weg, nae d'n dunes' Aevens magt 'n in uus komrae Want 't is zo'n lieve poes,... ik ouwe zovee van z'n poes?.... Bij deze woorden piept zacht het wagenrad; poes is over eind gekomen, heeft de vrouw gehoord, ziet voor de ruit 't bleke gelaat, -vernauwd de oogleden tot spleetjes, opent de bek: „Maeuw! „Oak goeie morrege!" lacht de vrouw„Vin je 't zo errig, om aan je kettinkje te liggen?" „Maeuw!" „Ja. maeuw jie mar Poesje mag toen nie los „Poesj' is ondeugend....poes je loap wegnac d'n dune, om knientjes te vangen „Maeuw!" „Ja,...van die kleine knien tjes, die even buten der olletje komme kiekeIn dan komt die boze man mit z'n geweer in dan schiet 'n poesje dood „Maeuw!" „Ja,...dood,...poesje weet toch nog wè van Fik je,...die is ook nooit veromm' ëkom- me „Maeuw! „Nee, nee,... poesj' an z'n kittinkje,... dat is het beste... Poesje mot bie 't vrouwtje bluve... 't vrouwtje kan poes je nie misse... dat weet poes je wel! DE BOZE MAN Langs geurende meidoom en kampei-foelie ga ik weer naar myn snipje toe, mijmerend nog over de donkere, bleke vrouw en haar poes... En ik hoor nog haar zachte stem: „In dan komt de boze man mit z'n geweer Het weerlam roept me te lg tot de realiteit van -de iUe, zonnige zomerdag. Als De Griekse terechtstellingen. De Britse regering heeft de Griekse ervoor gewaarschuwd, niet de indruk te wekken, dat de „terechtstelling van rebel len" een vergeldingsmaatregel ls voor de moord op de minis ter van justitie ,Ladas. Koning Paul van Grieken land heeft inmiddels de nieuwe regering beëdigd. Scheepvaartbeweging. In de maand April zijn te schepen, metende 1.947.943 bruto reg ton, tegen 448 sche pen, met* 1.211.163 bruto reg. ton in Apiril 1947. Te Amsterdam kwamen in April binnen 253 schepen met 387.448 bruto -reg. ton, tegen 168 schepen met 428.000 bru to reg. ton in April 1947. De Antwerpse haven. In Maart omvatte het in- en uitgaand verkeer in de Ant werpse haven 5963 schepen met een laadvermogen van 2.271.335 ton. Dit is ongeveer 5 procent onder het peil van 1938. Het belang der binnenvaart voor de Antwerpse haven en de Belgische economie wordt vol doende aangetoond door het feit, dat zij vertegenwoor digt van het gehele zeeverkeer. DE HARINGVISSERIJ In de grote zaal van het koninklijk instituut van in genieurs houdt de reders vereniging voor de Neder landse haringvisserij in sa menwerking met de stichting van de Nederlandse Visserij Donderdagmiddag 27 Mei a.s. een algemene vergadering. Prof. dr. G. P. Baarends zal spreken ov'er „Rationele be vissing van de Noordzee". breek, heb ik watersnippen ge noeg voor heel mijn verder leven. Maar als v/éér de lente bloesems bloeien, is de lieve, donkere vrouw er niet meer: gestorven aan de Spaanse griep. Wèg is de ton, het wagenrad piept niet meer; waar is de oranje-gele kater? '„Ja", zegt. de boer. „de kaeter is oak weg! Je begriept wel, dat ik m'n eige dae nie mee bemoeie kon, in de jon- boel opëruumd, in de kater is gers oak nieM'n ebbe de wegëloape,die lei wel er- regens in d'n dunemit 'n schot aegel in z'n bast..." J. VIJVERBERG Vlamingen meestal tweetalig (Van onze reizende redacteur). Brussel. Apr. In dc tweede helft van deze eeuw zal er in België tenslotte nog een Waal zijn op drie Vlamingen, hebben de statistici aan de hand van het beschikbare cij fermateriaal over geboorte en sterfte uitgerekend. Zo ver is het nu nog niet, waar wel hebben de Vlamingen reeds de overhand: van de acht millioen Belgen spreken er vijf millioen Nederlands en drie millioen Frans van huis/ uit, waarbij echter opgemerkt dient te worden, dat het bij ve len een Nederlands is van een gehalte, dat om verbetering vraagt Natuurlijk, elke stad en el ke streek hebben hun eigen volkstaal, die afwijkt van het algemeen beschaafd: dat geldt evenzeer voor hét Frans als voor 't Nederlands. Maar terwijl de Waal en de Franstalige Brusselaar behal ve zijn patois over het alge meen ook het Frans hanteert „tel qu'on le parle a Paris", kan men van de gemiddelde Vlaming helaas niet zeggen, dat hen behalve zijn moers. taal ook het Nederlands „zo als men het spreekt te Hille- gom" (het dialect van dit dorp is voor meer dan 99 gelük aan het algemeen be schaafd, dat hier te lande geen geboorteplaats heeft) heeft geleerd. In dit opzicht schiet zijn onderwijzer te- koFV maar die kan het ook J.A.P.I» liet zich niet kennen. J.A.P.I., de Jeugd-ac- tie-papier-inzameling, is een grandioos succes geworden In Nov- en Dec. 1947 en Jan- 1948 werd in totaal 753-540 kg. papier ingezameld. 738-990 leerlingen van 4797 scholen droegen hun steentje bij tot de deviezen-besparing- Over deze periode werd aan de scholen 'n bedrag- uitgekeerd van 125-978.60, besteed aan ontspanningsdoel einden. Scholen in Tietjerksteradeel, Loos. drecht en Putten, waarvan iedere leer ling gemiddeld rond 60 kg. papier verzamel den, kregen prijzen. Doordat kinderen met vuur speelden brak brand uit in een kippenhok te Helden- Panningen. Twee kinderen van vier jaar verloren hierbij het leven- niet helpen, want naar men mij verzekerde ligt de oor zaak van dit tekort verderop, in de normaalschool. Is dat nodig? De Zuid-Ne derlandse letterkunde heeft boeken voortgebracht, die tot de allerbeste taal behoren, ook boven de Moerdijk graag en veel gelezen worden en in Zuid.Afrika mede behoren tot de bron der oer-cultuur van hen, die het Afrikaans als oertaal weten hoog te houden. De Vlaamse omroep spreekt een Nederlands, die de toets van elke critiek glansrijk kan doorstaan. De Vlaamse dagbladen worden volgeschreven door lieden, die het Nederlands beter ge zuiverd hebben van vreemde smetten dan de Nederlanders dat plegen te doen. En toch Waar ligt het aan? Kan dit euvel verholpen worden? Het is een vraagstuk, dat elkeen, die de Nederlandse taal en de Nederlandse cul tuur liefheeft, belang in moet boezemen. x FRANS TAAL DER ELITE. Het komt mij voor, dat de oorzaak gezocht moet worden in het feit, dat het Neder lands als voertaal in de hoog ste kringen van het land nog te jong is. Zeker, de univer siteit van Gent doet al haar geestelijke arbeid in het Ne. derlands, de stad Anwerpen heeft het Frans geheel uit het stadhuis en de overheids diensten gebannen, de depar tementsambtenaren moeten beide talen kennen, maar daarmee is men er nog steeds niet. De (afwezige) Koning kent uitstekend Nederlands» maar spreekt het slechts zel den, leidende figuren als Paul Henri Spaak en Paul van Zeeland zijn, ondanks hun Vlaamse namen, Frans talig, 'n baron van der Straa- ten Waillet hanteert beide talen even vlot, maar als mi. nister van buitenlandse han del zal hij in de omgang met zijn collega's en met zün ambtenaren meer Frans spre ken, omdat dat de meesten het gemakkelijkst afgaat. In het pai'lement heeft hij, die Frans spreekt, een aandach tiger gehoor (omdat iedereen hem dan terstond volge;n kan) dan hij, die zich in het Nederlands uitdrukt (dat bij na geen enkele Waal kent). Datzelfde geldt voor de ge meenteraad van Brussel, waarin o.a- twee Nederlands schrijvende journalisten zit ting hebben. Zij kennen bei. de talen, hetgeen van lang niet al hun medeleden ge zegd kan worden; ook niet van burgemeester van de Meulebrogck, wiens Neder lands erbarmelijk slecht is, als is ook hij een Vlaming van-kom-af. Enerzijds hebben de Vla- mingen een voorsprong, sinds voor vele functies ken nis van beide landstalen wordt vereist, omdat zij doorgaans ook wel Frans kennen, anderzijds komt het numerieke overwicht der Ne. derlandssprekênden niet tot zijn recht, daar de minder heid der Frans-sprekenden èn door haar eentaligheid èn doordat zij een sterke gees telijke elite, in het bijzonder in de hoofdstad, tot rugge- graat heeft. VOORTDURENDE STRIJD. De veel kleinere geestelij. ke elite, die zich van het Ne derlands bedient, heeft het daardoor moeilijk. Zij moet voortdurend strijd voeren en dat doet zii ook. Daarbij heeft zij recht op de welge meende steun van alle Neder landers, maar daar ontbreekt het helaas nog wel eens aan. Toen enige dagen geleden de commissaris-generaal van de Nederlandse collectieve in zending der Brusselse jaar beurs de pers ontving, reikte hij al ziin geschriften in het Frans uit, een slecht gebaar. Een bekend feit is, dat Ne derlanders te Brussel door. gaans Frans (trachten te) spreken. Enerzijds laten zii zich overdonderen, doordat zii steeds in die taal worden aangesbroken zonder te be seffen. dat zii in meer dan 9 van de 10 gevallen gerust in het Nederlands kunnen ant woorden, anderzijds beschou wen zij een bezoek aan Brus sel als een geschikte gelegen heid om weer eens een beetje Frans te oefenen. De Vlamingen betreuren dat, hetgeen, gezien hun nimmer aflatende taalstrijd, zeer verklaarbaar is. Laten wii afspreken daar voor voortaan" wat begrip te tonen en ons (doorgaans nog al erbarmelijk) Frans te be perken tot daar waar het niet anders gaat. (Nadruk verboden).

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1948 | | pagina 5