LOF DER ZEILSPORT Tsjechische platteland 125.000 buitenlanders bezochten Sluis in 1947 Alles klopt en hamert op de werven De zoeker van de eenzaamheid en de massa-mens Gemeentebegroting Vlissingen Rusf op hef Mysterie Prinsengracht TWEEDE DI.AD PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT DINSDAG 39 ".'.AART 1948 Op alle jachtwerven in ons land wordt thans onder hoge druk gewerkt. Niet zozeer om nieuwe jachtjes te bouwen dq behoefte er aan bestaat wel, maar het materiaal is nog schaars en de prijzen zijn schrikbarend hoog dan wel om de bestaande vloot op te kalefateren. De zachte winter deed al in Februari de hartstochtelijkksten onder de zeilers ver langen om zich zo spoedig mogelij^ weer aan hun geliefde sport te wijden en thans is het een algemeen gedrang em een plaatsje op de werf, teneinde zijn schip zeilree te krijgen en het gebrekkige onderhoud tijdens de oorlogs- en eerste na-oorlogsjaren te vervangen door een grote beurt. Heel wat schepen zijn daar aan toe; men behielp zich tot dusver dan maar zowat: het materiaal was schaars en wat er was kenmerkte zich door uiterst wrakke kwaliteit. Nu is er op dit gebied althans weer wat ruimte gekomen; hout en ander, materiaal voor herstellingen is er naar het schiint wel voldoende, en het is weer goed. Alleen met de textiel is het krapjes; een nieuw stel zeilen is niet ge makkelijk te krijgen. En zo zal men ook dit jaar boven de wateren nog heel wat „adver tentieblaadjes". oude zeilen met een lapje hier, een nieuwe baan daar, zien zwalken. Maar goed, ook de eigenaren van een dergelijk tuig zullen weer zeilen van het iaar, met een zorgelijk gezicht soms. wan neer een wat erg stevige vlaag de zwakke krachten van hun doek op de proef stelt, met wat ialouzie in het hart jegens de trotse bezitters van fonkel nieuwe, blinkende tuigen die strak van gaffel tot giek ge bold staan en geen streek be hoeven op te loeven bii de niidigste vlaag en dezulken zullen er, de textiélnood ten spijt, heus toch wel weer zijn! IEDER OP EIGEN MANIER. En tenslotte zal toch ieder een op zijn eigen wijze ge nieten, die gevoel heeft voor die zeldzame harmonie der elementen, voor dat één zijn met de natuur en dat wisse lende kansspel met de wind. dat, alles tezamen met nog een hele reeks verrukkingen, de bekoring van het zeilen uit maakt. We schrijven dit in Fries land, dat wel de zeilerspro vincie bij uitstek is, het heel „grote werk" in Zeeland dan buiten beschouwing gelaten. Maar de Kaag, Brasemer, Loosdrecht en Reeuwijk wat zijn zij in vergelijking met machtige vlakten als de Fluessen, de Tjeuke-, Snee- ker- en Slotermeer. en met die eindeloze variatie van grotere en kleinere veenplas- sen. door intieme in het riet verscholen vaartjes verbon den, welke de bekoring van het gebied tussen Grouw en Eernewoude uitmaakt? Waar zijn de brugwachters zó behulpzaam (zelfs een .spoorbrug draaien ze buitèn de vastgestelde tijden voor u open als het maar even kan), de waterherbergen zó gast vrij en gul, waar leeft de hele bevolking zó belangeloos en hartelijk met u mee als in Friesland, waar 't zeilen eên volkssport is en schier ieder aan de waterkant wel een soortement bootje bezit? En ermee gaat „hardzeilen" op een van die talloze zeilwed strijden, die het jaarlijks weerkerend festijn van een dorps- of streekvereniging ziin. Dan komt de vlag op de toren, en die trekt als een magneet alle zeilers in dc om trek aan, is het niet ofti mee te- dingen, dan toch om toe te kijken. Sommige van die ver enigingen organiseren ook wedstrijden voor „beurt- en vrachtschepen", en als die .tialken elkaar bekampen, stroomt al wat schinoer is van heinde en ver samen. DE „GROTE DAGEN". En dan zijn er nog de grote wedstrijden, van Sneek, van Gróuw, waar de Koninklijke Zeilvereniging Oostergo haar honderdjarig bestaan dit sei zoen met een daverend feest wil vieren en de rood-wit ge streepte standaard met gou den kroon wel extra trots van de oeroude Sint Pieter zal wapperen. Er zal natuurlijk wóer een elfstedentocht zijn van alles en nog wat dat ma$r drijven wil. en de Dokkumse „Watergeuzen" zullen hun Princehoftocht organiseren naar- en rond Eernewoude, dat zij, hun naam getrouw, jaren geleden veroverden. En daar komt dan weer een tou- ristenwedstrijd aan te pas. langs een lang traject met vele verrassingen en moeilijk heden. STILTE EN EEN ZAAMHEID. Ja, er zal genoeg volte heersen op de Friese wateren. Maar dat is juist zo plezierig voor een toer-zeiler, die de stilte en de eenzaamheid zoekt. Want die drukte, dat samenpakken van wolken blanke zeilen, voltrekt* zich 1 plaatselijk, om enige centra. En Friesland is groot en ruim, en nog veelszins ongerept. En wanneer zo'n tourist de agen da's voor wedstrijden en an dere gebeurtelijkheden maar even raadpleegt, dan weet hij precies, waar hij het niét moët zoeken, en derhalve ook, waar hii zich ongestoord zal kunnen overgeven aan die jacht naar de schone illusie: met zijn bootje alleen op de wereld te zijn. Ja, in de buurt van de grote steden, op de Sneekermeer, in de Oude Venen en het Prin senhof, die al jaren lang het domein van de steeds groeien de vloten uit Sneek en Leeuwarden zijn, is de rust gedurende het seizoen wel definitief gestoord. Maar als hij de weg weet, vindt hij zelfs niet ver van die gebie den nog wel een rustig hoekje, een klein, intiem meertje met misschien een oude boerderij aan de oever en een paar zadeldaktorentjes in het blau we verschiet. En voor het overige is daar dat machtige gebied van het Zuid-Westen, waar de meren grote en kleine, vooral die vaak zo prachtige kleine zó talrijk zijn en met hun allen zulk een oppervlakte beslaan, dat 't er nooit vol kan worden En waar het oude, weidse Friese landschap de milde, moederlijke armen strekt naar de mens, die de zenuw slopende baaierd van het mo derne massa-leven ontvluch ten wil. (Nadruk verboden). DE CANTOR IN ERE HERSTELD Een oude functie, die de protestantse ere dienst van de dagen der reformatie af tot in de tjjd van Joh Seb Bach kende, doch sinds dien meer en meer in onbruik raakte, wordt hier en daar weer in eer hersteld. Bedoeld wordt het ambt van or ganist-cantor, de func- tionnaris, die tijdens de godsdienstoefeningen de leiding heeft van mu ziek en zang. In Ede is de Evan gelisch Luthersche kerk overgegaan tot wederinstelling van dit oude ambt-en als ge volg daarvan werd de zer dagen tot organist cantor benoemd de mu sicus Kees Geytenbeek te Woudenberg. Conferentie te Havannl geëindigd. De internationale handels conferentie te Havanna is be sloten met het ontertekenen van een slotovereenkomst door de afgevaardigden van 53 landen. Argentinië en Po len hadden reeds eerder te kennen gegeven dat- zij de overeenkomst niet zouden te kenen en.de Turkse delegatie moet op verdere instructies uit Ankara wachten. Bij re Tweede' Kamer is ingediend het wetsontwerp bestrijding van het gevaar van de aspervlieg. Er zullen reinigingsrechten geheven worden. Enkele subsidies worden verhoogd. B. en W. van Vlissingen heb ben bij de gemeenteraad in gediend de gemeentebegro ting 1C48. De inkomsten en uitgaven worden wat de gewone dienst betreft beide geraamd op 4.682.586.65. Op aanwijzing van de minister van financiën is bij het opmaken van de ge meentebegroting rekening ge houden met het nog in te dienen wetsontwerp „Nood voorziening gemeentefinan- ciën". Dit wetsontwerp voorziet in een viertal uitkeringen uit het gemeentefonds, namelijk: Gedeeltelijke vergoeding van de jaarwedden, die be taald worden aan burgemees ters en secretarissen, een uit kering voor lager onderwijs uitgaven, een belastinguitke ring. afkomstig van opcenten off de grondbelasting en per sonele belasting en indien nodg een bijzondere uitke ring in de jaren 1948, 1949 en 1950 om de gemeentebegro ting sluitend te maken. DE POLITIE. Volgens regelen, bii alge mene maatregel van bestuur te stellen, zal aan gemeenten met eigen politie een bijdrage uit 's-Hijks kas beschikbaar festeld worden ter tegemoet- oming in of tot goedmaking van de gemeentelijke kosten Bala-fabrieken genationaliseerd De industrie in Bohemen doqr Bob. Schrijvers. ZLIN, Maart Het platte land van Tsjecho-Slowakije is nauwelijks beroerd door de re volutie in_de grote steden. En uw correspondent heeft het betrekkelijk warme, com fortabele Praag verlaten om te reizen door Moravië, dat ondanks het voorjaarsachtige weer nog met sneeuw bedekt is. Want in dit land verdwijnt de sneeuw niet zo snel. Er is hier niet zo veel van te mer ken dat er nieuwe heersers zijn gekomen; misschien zal men het te zijner tijd gaan merken als de nationalisatie in de landbouw definitief beslag krijgt. Maar zover is" het nu nog niet en het gerucht, dat in Praag gemaakt wordt, gaat verloren in het wijde land, waar de sneeuw te harde ge luiden dempt. Na de opwin dende gebeurtenissen, procla maties en nietszeggende pers conferenties deed uw cores pondent zich te goed aan de rust. Het vervoer langs de weg van Nederland naar Tsjecho- Slowakije gaat nog altijd door eir zo gebeurde het, dat ik in een cafetaria een Nederlandse chauffeur een bord uit de hand liep enwerd uitge nodigd eens mee te rijden naar het Oosten. Twee dagen later zat ik in een wagen, die la ding moest halen in Bratisla va. De zon, die al hoog aan de hemel staat, scheen fel over de wijde witheid, die verblin dend schitterde en waarin zwarte plekken waren van bossen en boerenplaatsen. De motor zoemde gestaag en trok ons naar de verte, waar berg ketens de horizon afsloten. De correspondent genoot, want vorstelijk hoog gezeten, voelde hij zich in het landschap an ders dan in de trein, die niet over maar door en langs de bergen gaat. De chauffeur, die een uitge doofde sigaret in een mond hoek had hangen, neuriede en streelde met zijn harde handen het gladde stuurwiel. Het zat mee, deze hele winter al. Er kwam een verhaal van de vo rige winter, toen de sneeuw soms meters hoog lag, de wa gens bleven steken tegen de hellingen en de chauffeurs soms wekenlang opgesloten zaten in een klein gat tussen mensen, waarvan zij de taal niet verstonden. Nee, nu ging het beter tot er iets met de motor gebeurde, wat weet ik nog steeds niet. Maar ik moest ruim een uur lopen om in het dichtsbijzfjnde station 'n trein naar Brno te halen. Die avond laat ben ik in de koude en lichtloze industriestad van Mo ravië aangekomen. DUUR REIZEN. Reizen per spoor is in Tsje- cho-Slowakge vlug noch voor delig. Duur is het wist men mg te vertellen om te ver mijden dat de zwarte hande laars de provincie intrekken om goedkope waren te halen. Dat het niet vlug gaat is niet de schuld van de Tsjechen, want de spoorwegen werden hier aangelegd in de tijd van de Oostenrijks-Hongaarse mo narchie, zodat zrj nagenoeg al lemaal in de richting van We nen lopen. De reis van Brno naar Zlin de stad van „Ba- ta" dat is hemelsbreed een afstand van 75 km., duurde dan ook. ruim viereneenhalf- uur. Maar het was de moeite waard; Zlin is de wonderstad van Tsjecho-Slowakije. VACANTIBOORD. Eigenlijk waant men zich daar in een vacantieoord. De stad, die ongeveer 50.000 in woners telt, ligt schitterend tussen de heuvels, uitlopers van de Beskidon. De gebouwen zgn er geriefelijk en licht en men merkt nauwelijks, dat hier de grootste schoenfabrieken van Europa staan. Nu ja, Zlin is een modelstad, in de laatste decennia gegroeid met de Ba- tafabrieken, waar, behalve schoenen, autobanden, kousen en machines vervaardigd wor den. Alles is er dan ook Bata: de huizen, de reusachtige in ternaten voor jongens en meis jes, een ^ïorm hotel, zwembad en sportvelden, eèn schouw burg ende bewoners, waarvan er 29.000 in de fa brieken werken. Zlin maakt een opgewekte indruk; er is een zonnige, haast luchthartige sfeer: stad en fabrieken zijn er voor elkaar. BATA. Uiteraard zijn de Bata-fa- brieken genationaliseerd, wat ongetwijfeld sociale verbete ringen met zich meegebracht heeft. Zo heeft men bijvoor beeld het stelcel, dat de jon gelui 's ochtends naar school gaan en 's middags in de fa briek werken. Overigens deugt er tegenwoordig niets meer van Bata zoals het vroeger was; de grondleggers der fa brieken worden nu afgeschil derd als beestachtige slaven drijvers, de huizen en instellin gen die zij bouwden zou men het liefst als scheppingen van de huidige bedrijfsleiding zien. Men zou Zlin kunnen noemen het „Propaganda-instituut voor communisme en nationalisa tie"; objectief gezien is het in ieder geval iets schoons. Een geheel ander karakter heeft Ostrava, het centrum van Tsjecho-Slowakge's be langrijkste kolenbekken Tjes- jin. Sombere en grauwe hui zen wisselden er af met fa brieken en mijnen; de stad wordt gemarkeerd door de liftbokken boven de mijn schachten, fabrieksschoorste nen en gashouders. Hier is al les vuil, zelfs de sneeuw is na enige uren met een laagje roet bedekt. Ostrava is een conglo meraat van een stuk of zes stadjes met tezamen 180.000 inwoners. Het ligt op de grens van Moravië, Slowakije en Po len en heeft daardoor een ty pisch, levendig karakter, ge heel anders dan het saaie Brno. De ligging van dit kolengebied aan de grens brengt bovendien wel eens internationale ver wikkelingen met zich mee. Tje- sjin heeft in de politieke ge schiedenis een bekende klank. MORAVIË. Het zgn belangrijke indus triesteden, die in Moravië lig gen. Zij vormen de rgkdom der Tsjechoslowaakse repu bliek en dragen voor een niet onbelangrijk deel by tot de weerbaarheid en laat ons hopen van niet tot de agres sieve kracht van het Slavische blok. De rode ster is boven de gebouwen aangebracht als symbool van de ideologie die een eventuele Slavische agres sie teweeg zou kunnen bren gen. Ostrava is geen model stad, het is grauw en trooste loos als iedere andere fabrieks stad overal elders. Maar van een bijzondere schoonheid is het platteland van Moravië met zgn bergen, bossen en beken. Daar zijn ook rode sterren, het zijn de bloe sems op *de berghellingen, die binnenkort zullen ontbloeien. Dan wedijvert het land in kleuren met de bonte kleding van de bewoners. (Nadruk verboden). terzake van de politie. Blijkens ontvangen aanwij zingen ligt 't in de bedoeling dat de politiekosten, wanneer deze binnen te stellen normen blijven, geheel door het Rijk zullen worden vergoed. De bijdrage van het Rijk wordt geraamd op 197.000. Ten aanzien van het jaar 1947 bleef nog ruim 52.000 ten laste der gemeente. Ingevolge genoemd wets ontwerp zullen de formule uitkering en de uitkering per inwoner, tezamen voor 1947 geraamd op 195.853.08, ver vallen. In de plaats hiervan krijgt de gemeente de alge méne en de belastinguitke ring. welke voor 1948 respec- teveliik worden geraamd op 276.700 en 42.400. BIJZONDERE UITKERING. De bijzondere uitkering werd vanwege het ministerie wan binnenlandse zaken voor lopig berekend op 530.000. Bij het bepalen van dit be drag is geen rekening gehou den met de kosten voortvloei ende uit de herziening van de salarissen en lonen, welke kosten op 75.000 werden ge raamd. Zodra deze herziening van kracht' is geworden, zal van rijkswege worden nage gaan met hoeveel het bedrag ad 530.000 dient te worden verhoogd. Zij willen aan de Stichting Zeeland voor Maatschappelijk en Cultureel werk en de Stichting „Economisch Tech nologisch Instituut voor Zee land" (E.T.I.). beiden geves tigd te Middelburg een subsi die van 0.10 per inwoner ge* ven. De vaste kern van de brand weer is thans tot de gewenste sterkte, te weten 9 personen, teruggebracht. Ingevolge ontvangen nieu we voorschriften kon de bij drage in hét exploitatietekort der noodwoningen en win kels, welke voor 1947 was ge raamd op 40.000 voor 1948 worden teruggebracht tot 6000. REINIGINGSRECHTEN. Bij dé voorlopige vast stelling van de bijzondere bijdrage werd van rijkswe ge rekening gehouden met de heffing van reinigings rechten. De opbrengst werd geraamd op f 20.000 per jaar. Een voorltel, om tot invoering van deze rechten over te gaan. zal Ubinnenkort bereiken. Verwacht wordt, dat de heffing hiervan qp 1 Juli 1948 zal kunnen ingaan, zodat op hoofdstuk VI een raming van 10.000 voor komt. Als gevolg van het toene men van het aantal leerlingen der H.B.S. moest de verschul digde bijdrage 6700 hoger worden geraamd dan vorig jaar. De subsidies aan de Zee vaartschool en de Middel baar Technische school wor den geraamd op respectieve lijk 33.043 en 3577. Vorig jaar bedroeg de raming voor de Zeevaartschool 28.209, terwijl voor de M.T.S. in de oorspronkelijke begroting nog niets werd uitgetrokken. De subsidie voor het Gast huis, Burger Weeshuis en de gemeentelijke instelling voor Maatschappelijk hulpbetoon zijn respectievelijk geraamd op 33.180. 1200 en 148.000 Voor 1947 bedroegen deze ra mingen resp. 34.500, 3000 en 147.250. BEDRIJVEN. De nadelige saldi van het Waterleidingbedrijf, van de gemeentelijke Reinigings dienst en het Woningbedrijf, alsmede het aandeel van de gemeente Vlissingen in het nadelig saldo van de Vee- en Vleeskeuringsdienst voor de kring Vlissingen worden ge raamd op resp. 22.390 (vo rig jaar 32.700). 91.000 (vorig jaar 73.685), 3600 '(vorig jaar 3159.54) en 5500 (vorig jaar 5000). Ter voorziening in de nodi* ge kasmiddelen is machtiging verkregen tot het opnemep van kasgeld tot een maxi mum van 3.000.000. Op 1 Januari 1948 was een bedrag van 1.600.000 opgenomen. In verband met de daling» van het bedrag der aan kasgeld opgenomen gelden kon wor den volstaan met een raming van 40.000 kasgeldrente (ra ming 1947 100.000). OUDE TEKORTEN. De tekorten van de gewo ne dienst, voorzoyep deze ten laste d%r gemeente blijven worden tot en met 1945 ge raamd op 600.000. Raming 1947 300.000, totaal voor 1946 400.000, idem voor 1947 300.000. totaal 1.300.000. SUBSIDIES. Terzake van de subsidies stellen B. en W. voor: De subsidie aan het Wit-Gele Kruis te verhogen tot 500 en die aan het comité Zeeuw se ^Hervormde Diaconessen- inrichting te verhogen tot 900 per jaar. Afwijzend willen B. en W. beschikken op 'n subsidiever zoek van de kunstkring „Het Zuiderkruis" en van de Hoofdcommissie voor de Nor malisatie in Den Haag. HET VAN DE FEUILLETON Tjeerd Adema 13 „Neen, neen, mevrouw, wij moeten nog een stapje Verder." Met het meisje aan zijn arm liep hij vlug de trap af, ging het pakhuis binnen en begaf zich naar de kelderruimte. „Wat duurt het verschrik- kelgk lang, Henk voor..." Enkele schreden van hen af viel met een reutelend geluid een lichaam op de vloer. „Het lijk!" riep Marietje verschrikt. „Jakkes, wat doet ie griezelig!" Op hetzelfde moment klonk uit het pakhuis de schorre schreeuw van een man. „Achteruit, Marietje!" riep de inspecteur gebiedend. „Er is... er is iets niet in orde!" Hij deed enkele passen naar voren en streek een lucifer af. „Is... is U het lijk, meneer?" De weds'rijden voor beurt- en vracht schepen trekken al wat schipper ls Friesland tot zich. vroeg hg bij het flakkerend schijnsel. De man op de grond gaf geen antwoord. De inspecteur zocht met tril lende handen een andere luci fer, maar het doosje was leeg. „Hierheen!" riep hij, toen hy het schijnsel der zaklantaarns zag. „Aha!" riep de advocaat, „we hebben niet lang te zoe ken. Neen, U moet op uw plaats blijven, meneer Beek man!" „Meneer De Wit!" riep de jonge man luid, „is U hier?" „Is er iets bgzonders?" vroeg een stem uit het don ker. „Ja, ik ben b^ng, dat er een ongeluk gebeurd is. Wilt U onmiddellijk licht laten ma ken?" „Een moment!" riep de heer De Wit geschokken. Hij haastet zich naar de womng en een halve minuut later wierp de electrische lamp haar licht door de kel der. Uit het pakhuis drong een bonte stoet van mannen en vrouwen naar de kelder. „Is er al weer iets misge lopen?" vroeg de kaashande laar. „Ik ben met permissie het lijk. Er kunnen d'r toch geen twee zgn!" Zyn zoon gaf geen ant woord. Hy knielde by het lichaam van een lange man, die in rokcostuum op de vloer lag. „Meneer De Vries", zei hy zeuwachtig. „Mag ik U verzoeken, da mes en heren, niet dichterbij te komen. Dokter Van Bre men, wilt U even kijken?" De dokter knielde by de gevallene. Toen hy opkeek zag hij niets dan van angst vertrok ken gezichten. „Meneer De Vries is dood", zei hy schor. „Neen, neen!" riep een vrouw. Zrj trachtte naar vo ren te dringen, maar zakte bewusteloos in elkaar. Uit het pakhuis klonk een rauwe gil, die door de mu ren van het keldergewerlf weerkaatst werd. „Kunkun je je niet verbissen?" vroeg de heer De „Neen, de man is dood", zei de dokter grimmig. „Hg is vermoord!" Hg tilde voorzichtig het hoofd van de gevallene op en wees op het beft van een dolk, die onder het linker schouderblad was gestoken. Een straaltje bloed zocht traag zijn weg over de vuile stenen. HOOFDSTUK Hl. Politie en justitie. Inspecteur Beekman consta teerde tot zijn verwondering, dat zg nervositeeit plotseling was verdwenen. „Ik moet U verzoeken naar de salon te gaan!" riep hy. „Niemand mag dit huis zon der mijn toestemming verla ten. Heeft U de sleutel van de kelder, meneer De Wit?" „Diedie zit in de deur", zei de makelaar. „Uitstekend, dan zal ik die afsluiten. U is er toch zeker van, dat deze man dood is, dokter?" „Absoluut", zei dokter Van Bremen. „Laat de anderen weggaan; ik moet even Hij knielde bg het lichaam van de bewusteloze vrouw, ondersteunde haar hoofd en liet haar aan een flesje rui ken, dat hy uit zgn vestzak gehaald en ontkurkt had. „Wie is het, dokter vroeg de inspecteur, naderby ko mend. „Myn vrouw", zei de dok ter een beetje onwillig. „Ze is de laatste tijd erg nerveus en ze heeft dit biykbaar niet kunnen verdragen. (Wordt vervolgd.) Ongeveer 5000 soldaten zgn speciaal opgeleid om het ge bied van Triëst te bewaken. Een patrouille op een weg, die naar Triëst leidt. Dit jaar wordt weer veel drukte verwacht Ondanks het feit, dat Sluis zwaar door de oorlog Weeft geleden, is het yreemdelin- genbezoek, dat vroeger ook reeds een belangrgke bron van inkomsten voor het stad je betekende, nog aanzienlijk. In 1947 bezochten nietv min der dan 125.000 buitenlan ders Sluis, naar globale schatting waren dit 45.000 Belgen, 40.000 Engelsen, 20.000 Amerikanen en 20.000 Fransen. Hoewel de toeristen regeling tussen Groot Britr tannië en resp. Frankrijk en Nederland doet verwachten dat het bezoek van Engelsen aan die landen dit jaar gro ter zal zijn dan in 1947, zal dit waarschgnlijk weinig in vloed hebben op het bezoek aan Sluis. De meeste Engel sen nl. bezochten Sluis van de Belgische badplaatsen uit en een toeristenregeling tus sen Groot Brittannië en Bel- dë is nog niet tot stand ge- :omen. Een dergelgke toeloop van buitenlanders schrijft men ge deeltelijk toe aan de verwoes tingen in Sluis, die voor ve len een bezienswaardigheid zgn. Anderzgds meende de alg. ver. van Vreemdelingen verkeer, dat het drukke be zoek uit België zeker ook moet worden toegeschreven j aan het feit, dat de guldens in België zeer goedkoop zyn. I Een verblgf in Nederland, en speciaal in Sluis, dat gemak kelijk te bereiken is, is dan ook wel zeer verleidelijk. GREN SP ASSEN. Ten einde het bezoek van uit België aan Sluis te ver gemakkelijken overweegt men om in het a.s. seizoen grens- Eassen uit te reiken, die een ezoek aan West-Zeeuwsch- Vlaanderen en Walcheren mogelgk maken. Om dit bezoek te stimule ren worden concerten en sportgebeurtenissen georgani seerd. Zo zal o.a. het orkest van de Gist- en Spiritusfa brieken te Brugge en door harmoniën uit Hegst, Knocke en Oostende uitvoeringen worden gegeven. Ter gelegen heid van de opening van het nieuwe gemeentelijke sport park op 8 Augustus staat onder meer een internationale voetbalontmoeting op het programma. Jantje van Sluis, de legen darische figuur uit het veer tiende eeuwse raadhuis, die vrgwel ongedeerthjuit de puin hopen van het stadhuis te voorschyn is gekomen, zal voor de ruïnes weer zijn plaats krggen. Voorts wor den pogingen ondernomen om toewgzingen te verkrijgen, waardoor aan de bezoekers weer als vanouds rozgnen- brood, de befaamde Sluise cramiek; voorgezet kan wor den.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1948 | | pagina 3