Frankrijk manipuleert met zijn francs Veertig jaar journalist in Zeeland Voorgestelde schaderegeling onaanvaardbaar Roman van Vjissingse beschuiten TWEEDE BLAD PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT ZATERDAG 7 FEBRUARI 1948 Onbillijkheden aan de lopende band Voorbeelden uit de practijk Meer en meer komt de publieke opinie in verzet tegen het wetsontwerp „vergoeding materiële oorlogsschade". En inderdaad er zouden kolommen te vullen zijn met steek houdende bezwaren tegen de regeling der schadevergoeding, zoals die dóór dit ontwerp van wet zou worden. Opvallend is wel dit: dat er critische stemmen te over zijn, maar dat er van perscommentaren, die het wetsontwerp in bescherming nemen nauwelijks, of in het geheel niet ge sproken kan worden. Algemeen wordt stelling genomen tegen de onrechtvaardigheid, welke dit wetsontwerp brengt. Er is geen perscommentaar tot dusver te vinden, dat deze onrechtvaardigheid bestrijdt, behalve dan een notitie in de Groene, waarvan de schrijver zich op het standpunt stelt, dat men de benodigde gelden beter kan halen waar over vloed is, dan waar tekort is. Welnu: zo lang er in de nood- gebieden het tegendeel van overvloed is, zou men dus de oorlogsgetroffenen vrij moeten stellen, van extra lasten. En juist dit doet het wetsontwerp niet! Het lijkt niet el'g, iemand, die bijvoorbeeld Het wetsontwerp doet dit niet. Het stelt zich niet op het standpunt, dat iedere oorlogs getroffene recht heeft op vol ledige schadevergoeding, zoals België bijvoorbeeld wel doet, het gaat uit van het stand- Sunt, dat de schadevergoe- ng, die iemand ontvangt, af hankelijk behoort te zijn van zijn draagkracht. Een dergelijk standpunt is uitermate onrechtvaardig; Iedere Nederlander heeft ge lijke rechten. Tot dusver kwam de draagkracht slechts in het geding bij de belasting heffing en daar kan men moeilijk de billijkheid ont kennen van een regeling, wel ke de best gesitueerden ook het zwaarste treft. Bij vergoeding van ter wille van de staat en het gehele volk geleden schade is onge lijke schadevergoeding echter niet anders dan onaanvaard baar. dat meen millioen gulden bezit en een ton schade heeft, veel minder krijgt, dan iemand, die twee ton bezit en dezelfde schade leed. Plaatst men echter de eerst genoemde tegenover een niet Êetroffene, die een millioen ezit, dan springt de onrecht vaardigheid duidelijk in het oog. Gelijk worden beiden pas, als de schade volledig vergoed is. Als men dan zegt, dat de man met het millioen meer bij moet dragen in de financiering van de schade vergoeding dan een ander, zal niemand daaraan aanstoot nemen! BELGIë DEED HET ANDERS. Het wetsontwerp merkt te dien aanzien op, dat nergens in de Nederlandse wetgeving de integrale schadevergoeding is aanvaard. Op zichzelf is deze opmerking juist, maar de Nederlandse wetgeving kende in tegenstelling tot België en Frankrijk dit pro bleem ook niet. Wij waren in meer dan een eeuw niet in een oorlog gewikkeld ge weest. Wij hadden geen oor logsschade Juister zou het daarom zijn, als volledige schadevergoe ding voor iedereen het uit gangspunt van dit wetsont werp was, desnoods zonder dat een termijn genoemd wordt voor de uitbetaling daarvan. Dit is ook in België Seschied. Daar heeft men ook ifferentiatie, maar men heeft de mogeliikheid opengelaten om aan diegenen, die thans geen volledige vergoeding kriigen, deze later alsnog toe te kennen. Dat is een grote stap vooruit VOORBEELDEN UIT DE PRACTIJK. Wat nu de practijk aangaat dient te worden vastgesteld, dat althans de lichte gevallen inderdaad een integrale ver goeding krijgen. Wie een huis had, of een bedrijf, waarvan de verkoopwaarde de 5000 niet te boven gine op 9 Mei 1940 en dit bedrijf zelf uit oefende of het huis zelf be woonde, krijgt volledige ver goeding. tylag men een dergelijke regeling evenwel „differentia tie" noemen? Neen, hier is sprake van een volmaakt willekeurige LEZERS SCHRIJVEN DE OORLOGSSCHADE. De heer Iz. de Bruiine te Sluis schrijft naar aanleiding van het Wetsontwerp vergoe ding materiële oorlogsschade: Men heeft in Den Haag nog niet veel geleerd sinds 1940. De regering vergeet m.i. dat de oorlogsschade een gevolg is van oorlog tussen de Staal der Nederlanden en Duits land. Welnu, het is derhaive logisch dat de Staat der Ne derlanden dan zorgt dat de verwoeste papden en roeren de goederen worden hersteld. Dat een totale vergoeding gevaar zou opleveren voor in flatie, is moeilijk aan te ne men. Als een pand klaar is, moet het worden betaald, waardoor er vrij geld in de circulatie wordt gebracht. Wanneer het huidige ont werp zou worden aangenomen, zou dit een grootscheepse liefdadigheid van de ene be volkingsgroep aan de andere betekenen. BEGRENZING! Die dan bo- bovendien nog schromelijk on rechtvaardig is. Hier immers wordt geen rekening gehouden met de draagkracht, maar alleen met de omvang der schade en de waarde van het object. Hoe onbillijk dit is, blijkt uit het volgende voorbeeld. Stel dat iemand een huis heeft, dat op 9 Mei 1940 een verkoopwaarde had van 4000. maar dat hij tevens 100.000 aan effecten bezit. Hy krijgt dan Integrale scha devergoeding. Iemand echter met een huis met een verkoopwaarde van 6000, dat belast is met een hypotheek van 2000, wordt terwijl hij verder wellicht van onbeperkte willekeur. niets bezit tot de economisch sterkeren gerekenden krijgt geen integrale vergoe ding. De eigenaar van een klein bedrijf, dat een goudmijn was, wordt als economisch zwakker beschouwd, dan de gene, die een net uitkomend bedrijf van grotere omvang heeft. VERKEERD UITGANS- PUNT. Ten overvloede is de ver koopwaarde van Mei 1940 een volkomen foute uitgangsbasis, omdat deze verkoopwaarde lang niet overal gelijk was en omdat deze verkoopwaarde ook absoluut niet klopt met de bouwkosten van Mei 1940. De practijk zal dus vermoede lijk zo zijn, dat ook de minst draagkrachtige groep der oor logsgetroffenen zelf behoor lijk in de portemonnaie zal moeten tasten om te kunnen bouwen. Wil men ook deze onbillijk heid wegnemen, dan moet men voor de vergoeding der oorlogsschade de bouwkosten van Mei 1940 als uitgangspunt nemen en dan bovendien re kening houden met bijzondere Plaatselijke omstandigheden, zoals die zich met name in Zeeland voordoen. In een volgend artikel zul- wij de credietregeling en de vergoeding der huisraadscha- de aan een beschouwing on derwerpen. Bovenstaande voorbeelden evenwel tonen reeds genoeg zaam aan, dat men, wordt het wetsontwerp ongewijzigd tot wet. voor onbillijkheden aan de lopende band komt te staan en voor de mogelijkheid Het m.s. „Stock holm", een nieuw Zweeds schip, dat 20 knopen per uur kan lopen en 359 passagiers en la ding kan vervoe ren. Er was teveel geld in omloop. Het Engelse pond in gevaar. Een deskundige geeft hier onder een eenvoudige uiteen zetting van de moeilijkheden, welke de Franse regering heeft met het Franse betaal middel. De Franse regering is over gegaan tot devaluatie van de frank. Wat heeft dit te be- kenen? In de oorlog zijn alle prijzen gestegen en alle lonen omhoog- gegaan. Het bedrag aan bank biljetten in circulatie is zeer sterk gestegen. Velen verloren het vertrouwen in het geld en staken hun geld in goederen. Het aanbod der goederen nam steeds af terwijl de vraag toe nam. Het gevolg was dat de prijzen steeds sterker stegen De lonen bleven eerst, achter, maar toen de lonen stegen, stegen ook de kostprijzen dei producten, zodat nieuwe prijs verhogingen het gevolg waren. WAARDELOOS GELD. Dit proces van prijs- en loonstijgingen wordt de infla tiespiraal genoemd. Onder de bezetting bleken de persen bij zonder geduldig te zijn en het bedrag aan bankbiljetten in omloop steeg zeer sterk. Door te grote uitgifte van bankbil jetten zoals dat in oorlogstijd voorkomt ontstaat dus inflatie. De gevaren, die hieraan ver bonden zijn, zijn niet te onder schatten. Het klassieke voor beeld hiervan vormt de afschu welijke Duitse inflatie in 1923, die eindigde in een sociale- en economische ineenstorting. Toen de Duitse regering een eind maakte aan dit drama kregen de Duitsers voor een billioen (1 met 12 nullen) mark één mark terug. Daarom pro beert men door prijsbeheersing en andere maatregelen de ge varen der overmatige gelduit gifte te verhinderen. Een van de belangrijkste pro- Herinneringen aan een voorbije periode, Geen auto's, geen radio, geen telex, maar toch een krant Als schryver dezes 'n t.erug- blik werpt op 'n 4U-jarig tijd perk, waarin hij ais journalist in Zeeland heelt mogen ar beiden, dan denkt hij in de eerste plaats aan de avond m Juni 1907, toen hij op verzoek van de toen alom bekende heer Herman Snijders deze gezelschap hield op een tocht per rijwiel naai- Aagtekerke, waar de heer S. in debat zou traden met mr. de Wilde, die aldaar een verkiezingsrede zou houden. Deze tocht duurde destijds een kleine twee uur! Het zou nu met een auto wel wat vlugger gaan. Onder weg zeide onze medereiziger, dat het hem zeer speet dat er geen verslaggever van de Middel burgse Courant mede was ge gaan en even later vroeg hij mij, die tot op dat ogenblik nog nimmer zich op net terrein van de journalistiek had be wogen, of ik een verslag wilde maken. Aanvankelijk heb ik niet begrepen hoe ik dat aan durfde, maar ik deed het en zat in een niet meer gebruikt schoollokaal onder een petro leumlamp op een bank zon der leuning in een gewoon opschrijfboekje aantekeningen te maken: de eerste! Het was Zaterdagavond en toen ik weer in Middelburg terug was, was de Zondag reeds aangebroken. De dag waarop ik later mijn verslag zou maken, dat als eerste product van mijn poging in die richting 's Maandags in de Middelburgse Courant ver scheen. Dit gaf moed en na aan vankelijk af en toe iets te hebben geleverd, kwam ik begin 1908 bij het persbureau van wijlen de heer D. A. P. de Zeeuw en kon ik onder zijn eminente leiding meer en meer speciaal de reportage gaan beoefenen, terwijl na enkele iaren ooit de Middel burgse Courant verzocht van mijn ervaring, speciaal op het ^ebied van Middelburgse en algemeen Zeeuwse zaken, 'te mógen profiteren. Dit was in de tijd. dat men m de couranten wel af en toe -en telegram en later een '.-•leforusoh bericht kreeg. -'aar van radio of *elex no«* 'ets bekend was. Fr is we1 -"d veranderd ook op ons "^ein. DE EE .STE WERELD OORLOG. In de besproken 40 jaar Jen twee wereldoorlogen. /er de tweede zullen wii in ..it korte bestek maar niel reken, maar over de eerste nierbij 'n enkele herinnering. W-ij denken dan aan de bom men op Sluis, Goes, Vlissingën en Zierikzee, waarvan de laatste doSen tengevolge had; aan de mijnontpioffing, o.a. die aan de Westkappelse dijk met slachtoffers onder mili tairen, de dijkwerkers en ambtenaren van de Polder vValchéren. Ook gaan onze gedachten terug naar de stroom van Belgische vluchtelingen, die enkele faren in Zeeland ver toefden. Een wanklank was het toen na het einde van de strijd, het annexatiespook dóór Zeeuwsch-Vlaanderen ronddoolde. KONINKLIJKE BEZOEKEN. In die tijd kwam H.M. de Koningin meermalen naar Zeeland en wij denken o.a. aan de inspectie van de op Walcheren liggende troepen, die op het Molenwater te Mid delburg voor Haar défileerden, waarbij onze vorstin te paard was. Bii een daarop volgend bezoek aan Vlissingën dook H.M, met een duikboot in de buitenhaven van Vlissingën. Wij willen niet verhelen, dat wij en andere op de ponton aanwezigen, een zucht slaak ten, toen de periscoop van de duikboot weer öoven kwam. Wij kenden de capaciteiten van de onderzeeërs toen nog niet zo goed als nu. Ook m vredestijd hebben de Koningin en andere leden van ons Vorstenhuis herhaaldelijk Zeeland bezocht en wii moch ten daarvan steeds verslagen maken. In het bijzonder den ken wii aan het vierdaags be zoek aan Tholen, Schouwen en Duiveland. Walcheren, de Bevelanden en Zeeuwsch- Vlaanderen en herinneren ons hoe wij 's Woensdags in de wo ning van de Commissaris der Koningin werden ontboden en ons door de particuliere secre taris van H.M. werd opge dragen te zorgen, dat dezelfde avond in alle bladen in de vooruit verstrekte redevoe ring, die H.M. des middags in de Statenzaal zou uitspreken, woorden werden ingevoegd, waaruijt bleek hoe diep de Koningin getroffen was door de huidebetoging op het Mo lenwater. Dit is ons gelukt, maar hoe begrepen wij zelf niet geheel. Dat zou thans met de telex wel gemakkeliiker gaan. Dat de tocht door Zee land besloten werd met een bezoek van H.M. en wijlen Z.K.U Prins Hendrik aan de nagelaten betrekkingen van Vlissingse en Arnerhuiuse vis sers, cue omgekomen waren bij een kort ie voren plotse ling opgekomen orkaan, neeit ons en ane Zeeuwen toen wei zeer getroiien en was een be wijs hoe H.M. met ae Devol- king in alle omstandigheden meueleefde. Onaer de overtalrijke ver gaderingen, die wij „versloe gen" in al de achter ons liggende jaren, namen naast tuè der oinciëie lichamen ook die van de Z.L.M. en andere organisaties op het terrein van landbouw, tumbouw en veeteelt een zeer voorname plaats in. De jaarlijkse verga deringen der Z.L.M., die tel kens in een ander deel dei- provincie werden gehouden, brachten ook steeds de zo be langrijke tentoonstellingen met zich mede en een en an der maakte de dagen tot drukke voor ons. maar m het belang van de landbouw werkten wy als rechtge aarde Zeeuw steeds met gijote liefde. HOEDENHISTOR1E Wij herinneren ons daarbij nóg een typisch voorval. Te Sluis' zou de toenmalige Mi nister, die ook landbouw on der zich had, de tentoonstel ling openen en dit geschiedde in een tent, waar de journa listen een omgekeerde kist voor lessenaar gebruikten. De Minister vroeg toestemming om zijn hoge hoed op de kist te mogen leggen en vroeg levens of wii er niet in wilden kijken, want het was een oude. Natuurlijk keken wij wel en ontwaarden op de lederen rand tekenen van veel dragen van de hoed. Dit zou op zichzelf niets bij zonders zijn, maar het tweede bedrijf volgt nog. Enkele maanden later was dezelfde bewindsman te Sas van Gent bii de herdenking van het 25- iarig bestaan van de Coöpe ratieve Suikerfabriek aldaar. Toen na de maaltijd eerst de gasten voor de richting Hol land waren vertrokken en later de Zeeuwen boven de Schelde dit voorbeeld zouden volgen, miste een vooraan staande Zeeuwse autoriteit ziin hoge hoed en konden wii aantonen, dat wèl die van de Minister er nog hing. De zelfde kentekeningen van De eerste officiële foto van. Gandhl, genomen vlak na de moord. Een nicht van de Mahatma strooit bloemen op z^jn voorhoofd. Sluis waren er nog in en de hoed was geruild voor een nieuwe van de, Zeeuwse gast! EEN MINISTER VERSPRAK ZICH. Nu wii toch in Zeeuwsch- Vlaanderen zijn met onze ge dachten, willen wij even herinneren aan de eerste steenlegging en later de ope ning van de electrische Centrale te Westdorpe, wat voor „de overkant" van zulk een eminent belang was. Dit gold zeker niet minder van de opening van de R.ti.B.S. te Oostburg, door de toenmalige minister vah onderwijs. Op de opening volgde een maaltijd, tijdens welke deze excellentie i a. zeide. dat er nu toch ook een landbouwschool in die omgeving moest komen. Het bleek ons bij de terugreis, dat de minister zijn mondje voor bij had gepraat toen hij ver zocht over die. landbouw school liever niet te gewagen, want dan kreeg hijruzie met ziin collega van land bouw. Wij hebben aan het verzoek voldaan, want we wilden geen ruzie tussen deze bewinslieden bevorderen. Terugkerende naar Walche ren, denken wij aan de strijd voor het stichten van het eerste electrische gemaal. Zouden er nu nog tegenstan ders ziin na hetgeen deze ge malen hebben gepresteerd bii het droogmalen van het eiland na de inundatie van 1944? Natuurlijk komen nog veel meer bijzondere gebeurtenis sen voor onze geest o.a. de herhaalde strijd om de an nexatie van 't Zand door Middelburg, welke laatste in 1941 door het ingrijnen van de toenmalige secretaris-generaal van binnenlandse zaken, zelf oud-Middelhurger. een voor de hoofdstad gunstig einde nam. PRETTIGE MEDEWERKING Alvorens een slotwoord te schrijven willen wij vast leggen, dat. wij bij ons werk de medewerking van autori teiten een enkele uitzonde ring daargelaten steeds hebben mogen ondervinden. Dat het tegenwoordig zo zware strijd is om autoriteiten buiten Zeeland te doen be grijpen hoe volkomen Zeeland aanspraak heeft op vergoe ding en steun, nadat het voor het beëindigen van de oorlog zulk een groot offer heeft ge bracht, is voor ons wel ten dele te verklaren uit erva ringen. die wij opdeden tij dens de tijd. dat wij od last van de ..moffen" buiten de provincie moesten vertoeven. Het heeft ons toen meermalen getroffen en wy hebben ons er wel over geërgerd, hoe- velen „boven de rivieren" geen flauw idee hebben van Zeeland en zelfs niet wisten, dat in 1940 daar niet 4 doch 7 dagen is gevochten en op 17 Mei Middelburg het slacht offer werd van de onbesuisde aanvallen van de Duitse troe- nen en luchtmacht. Als wii thans de verslag- geverii hebben overgedragen aan ion«"»re krachten. da?' zien wii torn" on "p" mnn'r arbeid, waarbij wij altHd ge tracht hebben de ba'angen van onze mooie orovineie naar onze beste krachten te dienen. J. DOORENBOS De Italiaanse regering zal 18,000 manschappen en 2000 officieren charteren vooi politiediensten op tijdelijke basis, voor waarborging van de openbare orde in het bijzonder tijdens de aanstaande verkie zingsperiode. blemen, die wij na de bevrijding op te lossen hadden was dat der geldsanering. Deze werd begonnen in 1946 ondermi nister Lieftinck, en duurt nog steeds voort. Of dit plan zal slagen zal de geschiedenis npg moeten leren. Eerst werd by ons de hoe veelheid geld tot een minimum teruggebracht. Het oude geld is op de zinken munten en het opgepotte zilveren geld na ver dwenen. Er is nieuw geld voor in de plaats gekomen. Op het ogenblik is er weer evenveel geld in circulatie als voor de sanering, maar er is dit ver schil met voorheen dat de hoe veelheid goederen nu veel gro ter is. Relatief staan we ër dus beter voor. NIET GESANEERD. In Frankrijk kent men deze geldsanering niet. Het volume geld is ook na de bevrijding steeds meer vergroot. Lonen en nrijzen staan in een wanver houding tot elkaar. De geleer den zijn het er niet over eens of iedere vergroting van het geldvolume als inflatie be schouwd moet worden, maar op Frankrijk zal welhaast iedereen de term inflatie toe willen passen. Staking volgde op staking en deze waren wer kelijk niet alleen te wijten aan politieke spanningen. Bovendien was de koers van de valuta, dat wil zeggen, de munteenheid, niet in overeen stemming met het binnenlands prijspeil. De frank was te hoog gestabiliseerd. Deze wissel koers belemmerde de uitvoer, njaar wakkerde de invoer aan. Het water was den Fransen tot de lippen gestegen. De re gering stond geplaatst voor verschrikkelijke moeilijkheden Zij kwam met een ingewikkeld ontwerp, dat Frankrük uit zijn diepe financiële ellende zal moeten opheffen. Dit plan heeft drie aspecten, die wij nu een voor een langs gaan. DEVAL lAJA^IE. In de eerste plaats werd de frank gedevalueerd. Dit komt hier on"neer dat wij. Nederlan ders, die tot voor kort 50 frank voor een gulden kregen er nu SO kriigen. Als dit alles was "ou iedereen do devaluatie toe juichen. Maar dit betekent ook dat een Nederiand.se exporteur voor 80 frank aan goederen op de Franse markt moet rongen om een gulden te ver dienen. Onze uitvoer naar Frankrijk is op het ogenblik groter dan de invoer uit Frank rijk, maar do waardeverminde ring van de frank zal niettemin ziin terugslag ook or> ons eco nomisch loven hebben. De Ponsen zelf kunnen nu natuur lijk veel gemakkelijker expor teren. Franse auto'8 worden een stuk gooedkoper, althans voor onze .regering. Of ook de prUs voor consumenten naar beneden gaat, staat nog te be zien. Deze maatregel bemoeilijkt dus voor Frankrijk de import, maar stimuleert de export. Met het evenuele exportsaldo wil de Franse regering het gewel dige begrotingstekort dekken. Vooral Groot-Brittannië wordt door deze maatregel zwaar gedupeerd. Frankrijk is een belangrijk afzetgebied voor Britse producten en het be moeilijken van de toegang tot de Franse markt betekent een nieuwe slag voor Groot-Brit tannië. Daarom is Engeland vierkant tegen dit Franse plan. VRIJE MARKT. Het tweede aspect betreft een vrye markt voor enkele va luta's, w.o. de Amerikaanse dollar, de Zwitserse frank en de Zweedse kroon, maar niet het Engelse pond en onze gul den. Het geval doet zich voor dat er aardig wat goud onder de Franse middenstand zit. Dit wil men losweken. De Franse louis d'or zijn het beste te ver gelijken met onze gouden tientjes. Nu zullen de Franse exporteurs de helft van het be drag, dat zij met exporteren verdienen, zelf mogen behou den. De andere helft is voor de regering. Dit bedrag, dat dus bestaat uit vreemde geldsoor ten mag op een vrije geldmarkt aangeboden v/orden. Hier tre den de importeurs naar voren, die eventueel met behulp van goud dc beschikking krijgen over vreemd geld en dan zelf kunnen bepalen wat zij in zul len voeren. Dit is een stap te rug naar de vrijhandel. Van daar het oorspronkelijke ver zet der socialisten, die tegen standers zyn van vrijhandel en voor willekeur op de valuta markt. Zy meenden dat de monetaire conferentie van Bretton Woods in 3944 immers eindelijk gestabiliseerde wissel koersen gebracht had. De Franse regering is Beide voorname tegenstanders tege moetgekomen door Groot-Brit tannië te beloven dat het poncl niet op de vrije valutamarkt toegelaten zal worden en de socialisten dat dit plan voorlo pig zes maanden van kracht •zal zyn. MINDER GELD. Het derde aspect beoogt een maatregel ter inkrimping van het geldvolume. Dit herinnert dus aan ons systeem. De bankbiljetten van 5000 frank zijn aan de circulatie onttrok ken en hierdoor werd de totale geldhoeveelheid meteen aan zienlijk verminderd. Dit vormen de belangrijkste punten van het jongste Franse monetaire plan. Vanuit Frans gezichtspunt zit het uitstekend in elkaar, maar van succes ver- -zekerd is de Franse regering niet. Het is immers de vraag of de nieuwe koerswaarde juist gekozen is. Als dat niet het ge val is bestaat de kans .dat de totale inkomsten van de rege ring afnemen in plaats yan 'voenemen. De slag van de devaluatie van de frank heeft Brittannia's zorgen aanzienlijk vermeer derd. Het is waarschijnlijk dat de regering te Londen spoedig krasse maatregelen zal treffen en een devaluatie van het pond ligt wel voor de hand. K. B. Na tien jaar voor Prinses Beatrix. „Symbool" tijdens de bezetting. Het kan gek gaan met be schuiten met muisjes. Ten minste het ing een beetje eigenaardig met deze kraam- visite-tractatie van een Vlis- sings meisje. De 31e Januari 1938 werd Prinses Beatrix geboren en heel Nederland at beschuit mèt muisjes. Natuurlijk ook Vlissingën. De schoolkinderen werden getracteerd en namen de lekkernijen opgetogen mee naar huis. Moeder moest ze bekijken en Vader moest er eens van proeven en tenslotte peuzelden de kinderen zelf de beschuiten op. Behalve éen. En juist met de beschuiten van die éne ging het wat eigenaardig. Ze waren van een meisje. Dit meisje, laten we ze Jopie noe men, vond het eigenlyk wel wat jammer om die mooie ronde bakkersbeschuiten met die fijne oranje muisjes op te eten. Ze wilde ze liever be waren. - Moeder pakte ze in een doosje en ze werden in een kast gezet. Daar bleven ze staan, 1938, 1939, 1940 de Meidagen EVACUATIE. Heel het gezin moest eva- cuëren, ook Jopie. De be schuiten gingen mee. Het was een herinnering geworden aan een tijd, die voorlopig voorbij was, een tijd waarin nog oranjemuisjes op tafel konden komen. Dc oorlogsja ren kropen omterug in Vlissingën werd het nuis van de familie gebombar deerdde beschuiten wer den echter gered. Weer werd geëvacueerd de beschuiten gingen mee na veel omzwervingen kwam Jopie weer in Vlissingën met de beschuiten. Wat eens een lekkernij was, was nu een kostbaar "bezit geworden! Bommen en granaten hadden deze „vrijheidstrofeeën" nog niet vernietigd,1 het ging er nu om ze veilig de oorlog door te loodsen. Het water kwamweer werden de beschuiten gered... gelukkig werd eindelijk de be vrijding gehaald. En nu, tien jaren later, heeft Jopie, die intussen een charmante jongedame is ge worden, de beschuiten aange boden aan H. K. H. Prinses Beatrix voor haar tiende ver jaardag. BRIEF VAN DE PRINSES. Van de particulier secreta resse van H. K. H. Prinses Juliana kreeg ze een brief waarin deze namens de Prin ses heel hartelijk dankte voor de leuke attentie. „Ik begrijp heel goed", al dus lazen wy in deze brief, „dat deze beschuit van veel leed zou kunnen vertellen, wanneer ze praten kon. Vlis singën heeft gedurende de oorlogsjaren heel veel meege maakt. Prinses Beatrix had met haar vriendinnen en zus- ies een heerlijke verjaardag. )e Prinsesjes zenden je hun hartelijke groeten, speciaal Prinses Beatrix." Zo eindigde de geschiedenis van een paar Vlissingse be schuiten /met muisjes Behandeling plan-Marshall Minister Marshall heeft Woensdag verklaard, dat de behandeling van het plah- Marshall door de Amerikaan se Congres reeds aanzienlijk over tijd is en dat het program voor hulp aan Europa zeer zou worden.belemmerd,"als het niet voor 1 April kracht van wet zou hebben gekregen. De 16 bij het plan betrokken landen zul len moeten uitmaken of Span je voor uitdeling in aanmer king kan komen.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1948 | | pagina 3