Het witte paleis te Soestdijk
Het „Wilhelmus"
g
ORANJEKINDEREN
Vorstelijke Moeders
V
Herinneringen uit het „Gouden boekje van Soestdijk"
WAAK KONINGSKINDEREN VAN EEN
ONBEZUBGOE JEUGD GENIETEN
Drie paar kindervoetjes
trippelen door het paleis
Soestdijk en over eenige tijd
zullen het er vier zijn. Het
groote witte huis in de bos-
schen tusschen Baarn en Soest
is de woning: van een jong- en
groeiend gezin, sinds het Prin
selijk Paar er zijn intrek heeft
genomen. Dat was het voor
dien lang niet meer geweest.
Het had leeg gestaan, jaren
achtereen, sedert de dood van'
Koningin Emma, die er als een
eenzame oude vrouw een
groot deel van haar leven heeft
gesleten. En voor de Koningin-
WeduweMaar laten wij
hier iets vertellen over de ge
schiedenis van deze prinselijke
residentie, die nu in het mid
delpunt der belangstelling
staat.
Aanvankelijk was het bui
tenverblijf niet meer dan een
jachtslot. Tot 1815 miste het
dan ook dfe beide vleugels, die
het gebouw een zoo geheel an
der karakter hebben gegeven.
In de geschiedenis van het pa
lels is dat jaar trouwens van
veel beteekenis geweest. Men
heeft nl. de herinnering aan
de veldtocht tegen Napoleon,
waaraan de Nederlandsche le
gerscharen hebben deelgeno
men onder opperbevel van den
kroonprins, zoon van koning
Willem I, levendig willen hou
den door aan den „Held van
Quatre Bras en Waterloo" uit
naam van het Nederlandsche
volk een geschenk aan te bie
den. Dat geschenk is gewor
den dit paleis, daartoe afge
staan met de bepaling, dat
tegelijkertijd een monument de
beteekenis van de veldtocht zou
vereeuwigen. Het monument
bestaat uit een gedenkzuil,
vermeldende het bedoelde wa
penfeit.
EEN ZELDZAAM
BOEKJE.
De lotgevallen van Soestdijk
zijn beschreven in een thans
uiterst zeldzaam geworden
boekje, dat de heer H. I. Caan,
lid van de Ridderschap en Ge
deputeerde Staten van de pro
vincie Zuid-Holland, heeft sa
mengesteld en doen vervaardi
gen op verzoek van H. M. de
Koningin in het jaar 1841. Op
19' Januari 1842, te weten de
verjaardag van 's Konings Ge
malin, geboren grootvorstin
Anna Paulowna, heeft de heer
Caan het boekje aan de Ko
ningin aangeboden.
Om meer dan één reden is
dit document van groote
waarde. De tekst is niet gezet,
doch geheel op de steen ge-
teekend in fraai handschrift,
afgewisseld met sierletters,
krullen en tierlantijnen. Het is
in een zeer beperkte oplaag
gedrukt, waarby men zich uit
sluitend van gouddruk heeft
bediend. Alleen de drie afbeel
dingen en het kaartje zrjn met
behulp van een gewone zwar
te drukinkt vervaardigd. De
bladzijden zjjn niet genum
merd en de inhoud bestaat dan
ook eigenlijk niet uit een lo
gisch opgebouwde beschrij
ving van de geschiedenis van
het domein. Men vindt er o.a.
extracten uit de geboortere
gisters van de gemeente Baarn
en de doopregisters van de
kerkelijke gemeente Baarn en
Eembrugge, vermeldende de
namen van de op het slot ge
boren prinsen; verder eenige
gedichten; een brief van den
schrijver aan de Koningin;
een Latijnsch titelblad en en
kele korte historische mede-
deelingen. Een titel heeft het
boekje eigenlijk niet, tenzij
men de eenvoudige vermelding
van de naam van het ko-
ninklQk landgoed op de om
slag als zoodanig wil be
schouwen. Het merkwaardige
werkje wordt doorgaans aaji-
Het Witte
Palels ligt in ben prachtige omgeving,
(Foto KX.M.)
LIED VAN HET LIJDEN EN VAN DE GLORIE
Schoonste van alie volksliederen
Wat is een Nederlandsch
volksfeest zonder Oranje
Enwat is een oranjefeest
zonder Wilhelmus!
Nu thans weer alom ons
schoone volkslied werd aan
geheven, met nieuwe Jfrissche
kracht om de zeer blijde ge
beurtenis en in de komende
uren nog vaak zal worden
gespeeld en gezongen, wij de
mysterieuze kracht dezer ver
heven hymne weer sterker dan
voorheen gevoelen, gaan onze
gedachten onwillekeurig uit
naar het verre verleden, naar
de glorieuze vrijhei-sstryd te
gen het wreeds Spaansche
regime, dat wij in aeze da
gen duidelijker dan wanneer
ook kunnen doorvoelen door
de smartelijke jaren van be
zetting, van gruwzaam Teu-
toonsch geweld, welke nog zoo
dicht achter ons liggen.
Uit die verre tijden stamt
het aan zin rijkste volkslied
aller volken der aarcie. „God
save the King" lean tenslotte
ieder volk, dat een vorsten
huis heeft in zijn eigen taal
aanheffen. Zoo kan men „Wien
Neerlands Bloed", door het
van een ander bijvoeglijk
naamwoord te voorzien, pas
klaar maken voor welk volk
ook. Maar geen /olk kan het
Wilhelmus op zichzelf van toe
passing maken, omdat dit het
lied ls van de geheele Neder
landsche stam en van hem al
leen; een der machtigste natio
nale hymnen, welke ooit in
de geschiedenis van een volk
ls ontstaan.
HET GEVAAR.
Vreeselijk was het gevaar,
dat de Nederlanden bedreigde,
toen de valsche Spaansche
koning, Philips II, de door nem
bezworen volksrechten ver
trappend, met de inacht van
zijn wereldrijk pogen ging, de
vrijheidslievende Nederlanders
te knechten. Dit streven was
veel gevaarlijker tenslotte, dan
de Duitsche overheersching
ooit geweest is, want wn wa
ren toen eigenlijk alleen In de
wereld tegen de belagers van
menschelijkheid en vrije gees
telijke ontplooiing.
Toen stond een man op
Prins Willem van Nassau,
„de herder die niet slapen
zou". Hij wees de weg Van
bloed, vuur en tranen, in die
dagen van zware beproeving
werd in de Nederlanden een
lied geboren, waarin de Prins
leefde en waardoor de Neder
landers in staat waren troost
en kracht te vinden, telkens,
wanneer tweedracht verdeeld
heid trachtte te zaaien.
HET LIED.
Dit lied is het Wilhelmus,
ons aloude Wilhelmus van
Nassauwe. waarin de Prins
zegt wie htf is, ernstig, vast
beraden, godsvruchtig, in man
nelijk zelfbewustzijn: ..Wilhel
mus van Nassaue, Ben lek van
Duytschen bloed".
In de loop der tijden Is er
herhaaldelijk op aangedrongen,
en ook wel in deze dagen, dat
die woorden zouden worden
gewijzigd, dat men niet steeds
zou blyven zingen van dat
Duitsche bloed en van den
Koning van Hispanje, die
moest worden geëerd. Maar
men heeft er gelukkig
Sb~
De Spook-Telex.
Dezer dagen heeft zich
n de journalistenkamer
van het Astoria Chalet te
daarn een merkwaardige
gebeurtenis afgespeeld.
Het daar opgestelde te-
iexapparaat stond eenige
oogenblikken stil, omdat
er van Den Haag uit niet
gezonden werd. Een
werkster kwam binnen en
stofte plichtsgetrouw ook
het apparaat af, toen er
plotseling werd gezonden
en de schrijfmachine be
gon te „tikken", als be
wogen doo" een onzicht
bare hand. Dit was haar
te veel. Gillend van angst
snelde zij met wapperen
de stofdoek de deur uit.
Het kostte moeite haar
er van te overtuigen, dat
een telexapparaat geen
spook-instrument is.
Als „geschiedenis" een
niemendalletje doch
onder de wachtende jour
nalisten van Baarn was
het een „evenement".
nooit aan gewild, ook nu niet,
want met „Duytsch" of Dietsch
wordt bedoeld (in het oude
Nederlandsch)van het eigen
volk, dus Nederlandsch, welke
woorden vooral in gebruik
kwamen, toen men In de Ne
derlanden de eigen taal, de
eigen kunst ging stellen te
genover de vreemde. Veelvul
dig is die beteekenis misver
staan.
STRIJD.
Stryd tegen het onwettig
optreden van het gezag en
toch trouw blyven aan den
Landheer dien het Wilhelmus
„den Koninck van Hispangien"
noemt, maakt de taak van
Prins Willem ontzettend
moeilyk en zwaar envoor
velen onbegrijpelijk. In het
volkslied zien wy dan ook den
Prins „vrij onverveerd", met
opgeheven hoofde voor ons
;taan, „Edel en Hooch ghe-
boren, van Keyserlicken Stam",
doelende op een der voorou
ders, Adolf van Nassau, die
tot Keizer van Duitschland
was verkozen.
Naast zelfbewuste taal
treft men regelen van diepe
ootmoed en vertrouwen op
God:
„In Godes vrees te leven
Heb ick altyt betracht".
Dat is volkomen in overeen,
stemming met d? innigste en
Intiemste ontboezemingen van
den Prins, in zijn vertrouwe
lijke brieven aan zijn moeder,
Juliana van Stolberg, aan zyn
broeders, vooral aan Lodewijk
en aan zijn goede vrienden.
Het uit vijftien coupletten be
staande Wilhelmus is een
naamvers, waarvan de eerste
letters de beginregels de
woorden „Willem van Nas
sau" vormen. Het dateert van
omstreeks 1568, van het begin
van de bloedige tachtigjarige
oorlog.
DE DICHTER
Wie was de dichter? Zeker
heid bestaat daaromtrent niet.
Aangenomen wordt, dat Mar-
nix van St. Aldegonde de
dichter van het schoone lied
geweest is, doch ook wordt
Coornhert of Johan Uy ten boo.
gaert. genoemd. En nog an
dere dichters. Omtrent de
compositie van het lied tast
men geheel In 't duister. Ver
moedens in de richting van
oude, kerkelijke liederen be
staan. Doch hoe dan ook, Ne
derland bezit in het Wilhelmus
een machtig lied, dat een brug
slaat naar een roemrijk ver
leden; het is een eloofs. en
tevens een strijdlied: een
hymne -van vaderlandslievende
trouw en vroomheid. Het ge
tuigt van de wil naar eenheid
en verdraagzaamheid; geen
eenheid gedicteerd van boven
af maar de hoogere eenheid,
van binnen geboren.
temidden van het volk
Opvoeding in school en huis
Het Nederlandsch gezin
geduid als het gouden boekje
van Soestd(jk.
Hoe groot de oplaag van het
boekje is geweest, ia niet met
zekerheid Delcefld. Men meent
te weten, dat er niet meer dan
75 a 100 exemplaren van ge
drukt zijn. In elk geval wa
ren er tien jaari geleden nog
maar een half dozijn bekend
Door de vriendelijke bemidde
ling van den heer C. Horsman
te Baarn waren wij in de ge
legenheid van de inhoud ervan
kennis te nemen. De heei
Horsman bezit een door der
schrijver gesigneerd exem
plaar.
In de brief vun den schrij
ver aan H. M. de Koningin
wordt de reden van het ont
staan van het gouden boekje
medegedeeld.
De heer Gaan dan, zoo blijkt
ons daaruit, moet op 6 Decem
ber 1841, den 49sten verjaar
dag van den Koning aan Z.M.
hebben aangeboden eenige ge
lithografeerde bladen met be
trekking tot het lusthof Soest
dijk. Naar men weet was de
Koning van 1841 dezelfde als
de Kroonprins en legerbevel
hebber van 1815. De Kroon
prins (later Koning Willem H)
en zyn Gemalin vertoefden
dikwijls op het slot, waar
eenige kinderen uit dit huwe
lijk zijn geboren. Koningir
Anna Paulowna dan had groo
te belangstelling aan de dag ge
legd voor die gelithografeerd-
bladen.
Zij verzocht daarom den
heer Caan deze kleine verza
meling 'historisclie gegevens
uit te breiden. Nauwgezet en
uiterst vlug kweet deze zich
van deze eervolle taak. Want
reeds op 19 Januari 1842, dus
ruim zes weken later, dat was
de geboortedatum van de
Koningin, was de heer
Caan in staat een bundel van
33 fraai gelithografeerde bla
den, tot een boekje samenge
bonden in een wit linnen
bandje, aan H. M. aan te bie
den. Als men nagaat, dat de
samensteller In zes weken
tijds niet alleen de noodlge
feiten en datums moet hebben
verzameld, maar ook de bla
den moet hebben geteekend (of
doen teekenén). dan blijkt daar
wel uit, dat hij met groote
voortvarendheid te werk is ge-'
gaan. En daarnaast had de
schrijver dan nog altijd zijn
dagelyksche bezigheden In Den
Haag als gedeputeerde van
Zuid-Holland.
NIEUWE BEWONERS.
Het boekje dan maakt mel
ding van het huwelijk van den
toen 23-jarlgen Kroonprins
met de 20-jarige Anna Pau
lowna van Rusland op 21 Febr.
1816. Een jaar tevoren had de
Kroonprins het jachtslot ten
geschenke gekregen.
Op last van de regeering
was men toen ijlings begon
nen onder de leiding van de
architecten De Greef en Reij-
ers het lustslot in een bewoon
bare staat te brengen Het
monument ter herinnering aan
de slag bfl Waterloo werd ge
bouwd onder toezicht van den
heer Van der Harz. De archi
tect Zocher legde het park
aan. De meubileering stond
onder directie van een niet
met name genoemden referen
daris van het departement
van Binneniandsche Zaken, die
op 21 Mei 1818, toen de Prins
en de Prinses hun intrek na
men in het paleis, nog niet ge
reed was gekomen. Het kan
ook zijn, dat hij met opzet de
aankomst van het Vorstelijk
Paar heeft afgewacht: in elk
geval is in overleg met de be
woners de meubileering ge
completeerd. Ook de bouw van
de beide zijvleugels was op
dat tijdstip nog niet voltooid.
Pas twee jaar later kwam
men daarmee gereed.
Dat het moedige gedrag van
den Prins In de veldslag ten
Zuiden van Brussel op onze
landgenooten diepe indruk
moet- hebben gemaakt, blijkt
duidelijk uit dit sobere boekje.
Telkens weer wordt van dit
roemruchte wapenfeit melding
-gemaakt. Het opschrift van de
herinneringszull lri vie»' talen,
de moed van den Prins roemen^
vindt men er in exténsö in af
gedrukt. In de liederen wordt
den Held van Quatre Bras
volop lof toegezwaaid. In één
der zalen van het paleis hangt
een schilderij van den schilder
Pienemen, voorstellende „de
slag onder bevel van Z.K.H.
den Prins van Oranje op de
Kruisweg bij het dorp Fralsne,
waardoor de belangrijke posl
tie van Les Quatre Bras Is be.
hóuden gewórden".
De afbeelding van de zuil.
die in het boekje voorkomt, is
met de hand gekleurd. Het
jachtslot, dateerend van 1674
het 1b derhalve nu 273 jaren
oud is dus pas in 1815 pa
lels geworden. En het heeft
als zoodanig een eigen geschie
denis. Nog versch in het ge
heugen liggen de vjjf jaren,
gedurende welke het niet be
woond was. Kort' na de bevrij
ding trokken de Prinses eD ue
Prins er weer in. nadat het
mede dank zij de hulp van om
wonenden weer bewoonbaar
was gemaakt. Mogen zy er
thans temidden van hun vroo-
lijke kinderschare nog een lang
én gelukkig leven, tegemoet
gaan.
De drie prinsesjes.
Wanneer buitenlanders in
:ontact komen met de bewo-
aers van Nederland, verbazen
ze zich gewoonlijk .over de
groote plaats, die de koninklij
ke familie inneemt in het
volksleven.
I Engelschen vinden het bij-
voorbeeld een beetje overdre
ven, dat we de verjaardagen
van de Koningin en van Pnn-
Ises Juliana feestelijk vieren.
Zij zijn dat niet gewoon. En
van de levendige belangstel-
Ing, die men destijds in Bel
gië had voor het gezin van
Koningin Astrid en nu in Ne
derland heeft voor het gezin
van Prinses Juliana, begrijpen
ze weinig.
Zy hebben een andere
ontwikkeling meegemaakt.
Wy moeten daaraan di
rect toevoegen, dat in Ne
derland het nauwere con
tact eerst in de laatste
jaren van de negentiende
'eeuw cn liet begin van de
twintigste de vorm aan
nam van talrijke openbare
feestelykheden en dat toen
pas naast de enkele groo
te Oranje-vereenigingen
de kleinere buurtvereeni-
gingen ontstonden, die
zorgden voor buurtver-
sienng, kinderfeesten enz.
Nu staat dan het Oranje
gezin temidden van deze leven
dige belangstelling en het heeft
tot taak dwars tegen de na-
deelige invloeden van die be
langstelling in, de Oranjekin
deren op te voeden tot de
deugden, die wij zoo graag»ge-
investeerd willen zien in elk
Nederlandsch hulsgezin en in
elk Nederlandsch kind, name
lijk de deugden van vroomheid
en eenvoud, van opofferings
gezindheid, van dienst aan de
gemeenschap, "Van arbeidzaam
heid en bescheidenheid. Meer
dan eens heeft Prinses Juliana
een beroep op de Nederlan
ders eedaan om toch vooral
Liefde van Prinsessen en Koninginnen
en van een Keizerin
Wij willen het Prinsesje bewaken,
Het kindeke feeder en klein,
Dat Kindje, aan Nederland geschonken,
Zal Nederland's lieveling zijn.
haar kinderen als gewone Ne
derlandsche kinderen te zien
en te behandelen. Zn weet, dat
overmatige belangstelling sto
rend werkt by kinderen en we
moeten helaas constateeren,
dat velen zich niet aan het
verzoek van de Prinses hou
den. Er wordt nog teveel aan
dacht geschonken aan de
school in Bilthoven, waar de
Oranjekindertjes leeren en
spelen. Er zyn teveel .men-
schen, die in dagbladen en
tijdschriften de kleinste bijzon
derheden uit deze kinderlevens
publlceeren en analyseeren, al
leen maar - om goedkoope
nieuwsgierigheid te bevredi
gen. Welnu; de Oranjekinderen
zijn In Bilthoven op. een gewo
ne school, waar zé temidden
van allerlei kinderen spelen
en leeren. Het zijn normale
schoolkindéren, precies als alle s
andere Nederlandsche school
kinderen, ze krijgen er dezelf
de opgaven en dezelfde aan
merkingen als anderen
wanneer er een bioscoopje is
en ze komen te laat orn een
plaats te krijgen, dan blijven
ze staan tussch;n de andere
laatkomers. Als z goed ge
werkt hebben, krijgen ze een
pluimpje.
Meer .valt er in feite niet te
vertellen van dit onderwijs.
Het Prinselijk echtpaar heeft
wat "de opvoeding in huis be
treft een groot geluk. De
kinderen groeien op in eer,
groot gezin en dat bant direct
alie opvoedingsnarighèden van'
het een of twee kinderen-stel
sel uit.- In het groote gezin
leeren de kinderen van elkaar»
zoo heel veel van dat, wat
ouders slechts moeizaam aan
'e kinderen kunnen bijbrengen.
En nu komt dan in dat ge
zin een baby. Dat is een feest
voor de ouders en de kinde
ren. Dat is ook een feest voor
alle. Nederlandsche huisgezin
nen, die in het Prlnselyk"gezin
toch eigenlijk een symbool
wiLlen zien van het Nederland
sche gezinsleven in zijn volle
ontplooiing. Is niet in elk ge
lukkig gezin de binnenkomst
van een kindje een bujde ge
beurtenis, waarvoor gelukwen-
schen gewisseld worden en een
doopfeest aangericht wordt?
Daarom viert Nederland feest
bij de geboorte van deze
Oranjetelg en spiegelt zich
thar.s het Nederlandsche ge
zinsleven aan het Prinselijk
gezin.
Mogen de kinderen op Soest
dijk ongroeien tot een sieraad
van het Nederlandsche gezins
leven!
Aldus zongen de schoolkin
deren Juliaantie toe, toen zij'
met haar Vader en Moeder
voor het eerst meeging naar
Amsterdam, en de Vorstin,
staande op het balcon van
het Dam-palels, haar kind tot
onbeschrijflijke geestdrift van
de menigte, hoog ophief om
het te laten zien.
Telkenjare zagen wy Prin
ses Juliana, onder de beste
vooruitzichten, grooter worden
Hoe snel gaat het leven toch!
Die eigenlijk nog zoo kort
geleden een jong, dartel meis
je was, student, bruid, echt-
genoote, is nu reeds moeder
van vier kinderen. De Ko
ningin, die bejaarde landge
nooten zich nog uitstekend
kunnen herinneren als „Wil-
lemientje" is een eerwaardige,
gryze dame geworden evenals
wijlen de „Koningin-ÏJoeder",
H. M. Emma, als jonge
bloeiende vrouw naar Neder
land gekomen dat eens
was.
EEN VOORBEELD.
De vrouwen uit het Oranje
huis hebben vooral als Moe
der door de geheele ge
schiedenis heen pracht voor
beelden gegeven van hechte
liefde en toewijding voor ge
zin en kinderen, daarmee lo
genstraffend de vooral vroe
ger wel heerschende meening,
dat moederliefde bij een Ko
ningin of een Prinses onmoge
lijk is.
De groote Juliana van Stol
berg, stammoeder der Oran
jes, staat wel hoog bovenaan.
En tallooszijn verder de
schoone voorbeelden. Stralend
is de herinnering aan Louise
de Colïgny, Charlotte de Bour
bon, Amalia van Solms, Mary
Stuart, als echtgènoote van
Prins Willem III, was de trou
we, verknochte gade van den
Koning-Stadhouder
VOL TROTS.
Nadat Nederland een Ko
ninkrijk was geworden, ir
1815, heeft ons land steeds
met eere en vol trots kunnen
wyzen op Koninginnen, die
leefden voor gezin en land.
Speciaal Koningin Sophie, gade
van Koning Willem III, heeft
als moeder een zware taak
fehad bij de opvoeding van
aar zoon, Prins Alexander,;
die door haar onvermoeide en
liefdevolle toewijding nog veel
kon inhalen van wat anders
misschien verloren had gegaan
door zrjn zonderlinge, grillige
aard. En natuurlijk is overbe
kend de schier voorbeeldlooze
moederliefde, welke Koningin
Emma, als weduwe en regen
tes, heeft gewyd aan de op
voeding van het Kroonprin
sesje Wilhelmlna. En ook
weer onze Koningin wist Prin
ses Juliana op te voeden tot
de uitstekende vrouw en moe
der. welke zy thans is.
GELUK.
Er zrjn in de geschiedenis
wel andere voorbeelden aan te
halen, welke ten scherpste
contrasteeren met wat wy
hierboven schetsten. Maar ge
lukkig zijn onze voorbeelden
niet de eenige. Gelukkig ge
zinsleven zien wy thans in
Engeland, in de Scandinavische
ryken. Koningin Astrid was
wel een exempel van heerlyk
moederschap. Maarzal
men zeggen is' er wel ooit
een regeerende vorst ge
weest, bulten ons land, die te
vens een model-moeder was?
Ja. Zelfseen Keizerin.
Maria Theresia van Oosten
rijk had vyf zonën en elf
dochters. En zelfs na het hu
welijk van haar kinderen bleef
zy voortdurend met hen in
contact. Uit haar briefwisse
ling met Marie Antoinette en
Marie Caroline kan men de
moeder leeren kennen. Toen
haar zoon, Leopold, groother
tog van Toscane en later
Duitsch keizer, in 1768 voor
het eerst vader werd. ontving
zy dit bericht nog diezelfde
avond. Buiten zichzelf van
vreügde rende zy in haar
nachtgewaad door de eindeloo-
ze vertrekkenreeks naar het
Burgtheater, waar zij vanuit
de koninklijke loge door de
volle zaal schreeuwde: „Leor
pold heeft een zoon gekregen,
juist op mijn verjaardag
Öf hy ook galant is!"
Het Prinselijk gezin op de trappen van het Pal els te
Soestdyk.