PROVINCIALE ZEEUWSCHE COURANT WOENSDAG 25 MAART 1942 De Landstand in Zeeland. Installatie van den Ned. Landstand in Zeeland. ABONNEMENTSPRIJS 19 'ct. per week of 2.42 per kwartaal Franco per post' 2.63 per kwartaal Afzonderlijke nummers 5 cent ADVERTENTIEPRIJS Van 1-4-5 regels S 1.65. Iedere regel meer 33 cent. Bij abonnement speciale prijs. Kleine advertentiesvan 15 regels 0.55, Ie'Qere regel'meer 11 ct. (max. 8 regels). „Brieven, of adres bureau van dit blad" 10 cent extra. Dit nummer bestaat uit 4 bladzijden. WAARIN OPGENOMEN DE MIDDELBURGSCHE, VLISSINGSCHE, GOESCHE EN BRESKENSCHE COURANT UITGAVE DER FIRMA'S F. VAN DE VELDE JR. EN G. W. DEN BOER POSTREKENING 359300, PROVINCIALE ZEEUWSCHE COURANT. MIDDELBURG Directie F. van de Velde, F. B. den Boer 185ste JAARGANG NUMMER 71 HoofdredacteurJ. C. Visser, Vlissingen De BUREAUX van de Provinciale Zeeuwsche Courant zijn gevestigd te -: VLISSINGEN Redactie en Adroini- stratie Walstr. 58-60, tel. 10 (2 lijnen) Redactie na kantoortijd telefoon 678 MIDDELBURG: LondenscHe Kaal 29 Redactie telefoon 269, na kantoortijd telefoon 826, Administratie telefoon 139 GOES: Red. en Admlnistr. Turfkade 15, tel. 2863, na kantoortijd tel. 2475 SOUBURG Kanaalstraat 45, tel. 35 OOSTBURG Redactie en Admini stratie Breedestraat 45, telefoon 102 BRESKENS: Dorpsstraat 35, tel. "21 AANGESLOTEN BIJ HET BUREAU VOOR PUBLICITE1TSW A ARDE, INGESTELD DOOR DE VEREENIGING „DE NEDERLANDSCHE DAGBLADPERS I Voor de Zeeuwsche boerén was de instal latie van den boerenleider, W. F. van Gor gel, een belangrijke gebeurtenis. De be- teekenis daarvan werd geaccentueerd door de aanwezigheid van vele boeren, van den landelijk boerenleider Roskam, van tal van N.S.B.-functionarissen en van verte genwoordigers van het N.V.V., van Winter hulp—Nederland en van den N.V.D. Dat de vertegenwoordiger van den Beauftragte voor Zetland deze gelegenheid heeft aange grepen, om den zin der Duitsche boeren- politiek te verduidelijken, gaf aan deze bijeenkomst een veel wijdere strekking, dan die der installatie op zich zelf. Want deze gebeurtenis werd daardoor geplaatst in het breede kader van het trjdgebeuren. Wat zjch thans in onze nationale boeren samenleving voltrekt en ook in het Zeeuwsche land^erwezenlijkt wordt, is te herleiden tot eem^enkele grondgedachte. De Nederlandsche boer wordt zich zijn boer- zijn weer bewust. Het is al vroeger gecon stateerd'en in de opkomende organisaties vond deze overtuiging haar kristallisatie Landbouw en Maatschappij was daar voor wel het meest de aandacht trekkende symptoom. Onze boeren waren te veel los gewerkt van den grond, dien zij bearbeid den. De maatregelen van overheidswege dwongen den boer in een keurslijf, waar door hij stelselmatig vervreemd werd van den diepen zin van zijn werk, waardoor hem zijn vrijheid werd genomen. De boer werd vastgeklonken aan 'een politiek gesjacher, hg werd zijns ondanks gebonden aan,belangen, welke in wezen en werking het boerenbelang miskenden. En zoo voltrok zich een vervreemdings-, een ontrechtings- en een verarmingsproces, waarvan niet slechts de boer de dupe werd, maar waardoor de geheele samenleving ais gemeenschap uiteengeslagen dreigde te worden. Niet alleen in sociaal:politiek opzicht, ook uit zedelijke overwegingen moest een dergelijke ontwikkeling bezorgdheid wek ken. Landbouw en Maatschappij heeft daartegen een scherp protest verheven. In den Nederiandschen Landstand, heeft de gedachte welke Smid en de zijnen bezielde, nieuwe vormgeving gevonden. De boer wordt zich zijn boer-zijn wederom bewust, hij wordt wederom de vrije man, wiens erf zijn bezit is. Hij wordt weer terugge voerd tot een geheiligde traditie. Daar naast, in dit ontwaakte boerenbewustzijn wordt de voorwaarde voor. een gezonde samenleving geschapen. Daaraan wil de Nederlandsche Landstand als aller belan gen en opvattingen overkoepelende orga nisatie werken. De landelijke boereneider Roskam heeft hij de installatie van Zeelands boerenlei der het een en'ander medegedeeld over de hindernissen welke genomen moesten worden, om tot den nieuwen organisatie vorm te geraken. Daarbij heeft hij een analyse gegeven 'van de landbouwcrisis- politiek uit de jaren, die aan den oorlog vooraf gingen, daarmede beoogend- te ver duidelijken, hoe in deze landbouwcrisis- politiek niet het boerenbelang op den voorgrond stond, maar hoe dit boerenbe lang was gekoppeld aan buitenlandsche kapitaalsinteressen. De boer was de slaaf van het groot-kapitaal. N- Dfe vrije boer, heer en meeteter op eigen erf, de vrije boer als de drager der natio nale welvaart het was een begrip zon der zin geworden. Aan dezen verworden toestand is door de oprichting van den Nederiandschen Landstand een einde gemaakt.. Boerenleider Roskam heeft een overzicht gegeven van' de tegenwerking, welke van de zijde der landbouworganisaties werd on dervonden. Slechts in Zeeland werd steun gevonden en in dit verband gewaagde de landelijk boerenleider met voldoening» van de gelukkige samenwerking ,met den voor zitter der Z.L.M., mr. P. Dieleman. Het was dan ook te betreuren, dat de heer Dieleman verhinderd was, deze instal latieplechtigheid mede te maken. Zijn schrijven aan den heer Van Gorsel legde .echter op ondubbelzinnige wijze getuigenis v af van de opvattingen van den voorzitter der thans opgeheven Z.L.M. Nu de Land stand officieel zijn - intrede in Zeeland heeft gedaan is het goed op dit schrijven, van mr. Dieleman nadrukkelijk de Aan dacht te vestigen. Want daaruit blijkt, hoe. zeer deze vëchter voor het Zeeuwsche boerenbelang van het nut en de groote perspectieven van den Landstand voor Zeeland overtuigd is. De boeren van dit gewest, voorzoover zij nog afzijdig staan naar de heer Roskam mededeelde is dit maar een zeer gering percentage en van den nieuwen organisatievorm niet wil len weten,, mogen zich aan dit klare getui genis van den voorzitter der vroegere Z. LM. spiegelen. Er is ook met betrekking tot den Land stand sprake van veel onderaardsch ge peuter. Er zijn er die zich bedienen van uitvluchten om zich aan de voor het wel slagen der nieuwe organisatie noodzake lijke medewerking te onttrekken. Men be hoefde daarvoor zgn oor maar te luisteren te leggen. Zeker, er zijn'nog tal van on effenheden en niemand kan daar blind voor zijn. Maar "het verwijt, dat met betrekking tot de Z.L.M. gesproken zou moeten wor den van afbraak van een hecht gebouw voordat de fundamenten van het nieuwe gelegd zijn, is toch, ook blijkens dit getui genis van den heer Dieleman, misplaatst. De boeren van Zeeland 'zullen het ant woord moetèn geven, een antwoord, dat niet voor tweeërlei uitleg vatbaar is. Het Landstand-apparaat is thans in Zeeland officieel in beweging gezet en op de schouders van den nieuwen boei'enleider ■rust nu de volle en zware verantwoorde lijkheid voor het welzijn van den Zeeuw- De grondslag voor de organisatie over de geheele provincie is reeds gelegd. Dinsdagmiddag yond in de raadszaal te Goes de installatie plaats van den Neder iandschen Landstand in Zeeland. In de geheel bezette raadzaal, die met bloemen, vlaggen en symbolen decoratief en smaakvol versierd was, merkten wij o.a. op referent Korte, als vertegenwoordiger van den Beauftragte van den Rijkscommis saris in Zeeland, de héér Jan Dekker, ge machtigde van den leider der N.S.B. in Zeeland W. F. J. Quaedvlieg, boerenleider der provincie Limburg ir. Dorst, voedsël- comrnlssaris voor Zeeland mr. Dieleman Jr., directeur van „Winterhulp" in Zee land; ir. Welleman, dir. Bureau Arbeidsbe middeling burgemeester Lenshoek van Goes; verschillende N.S.B.-functionnarissen en burgemeesters en voorts de streek- en dorpsboerenleiders. De heer J. C. Droogendijk, p.v. boeren leider, .sprak woorden van welkom, in het bijzonder tot de hierboven genoemden en deelde mede, dat ir. Droogendijk, land- bouwconsulent, bericht van verhindering zond. Ook mr. P. Dieleman, wn. commis saris van Zeeland, was verhinderd en zond het volgende schrijven „Met buitengewoon leedwezen moet ik meedeelen de installatie van den Zeeuw- schen Landstand niet te kunnen bijwonen. Ik ben nl. een paar weken geleden, toen het zoo glad was, bij het uitstappen uit mijn auto uitgegleden en op mijn hoofd gevallen, tengevolge waarvan ik tenminste een maand bedrijst moet houden, die eerst de volgende week is afgeloopen. Ik heb aan den Beauftragte vriendelijk gevraagd of hij zijn invloed niet kon aan wenden, dat de installatie van den Land stand niet zoude zijn vóór in de Paasch- week of nog later, omdat ik deze gaarne zoude bijwonen en eigenlijk had beloofd een rede te houden, hetgeen ik dan ook gaarne zoude hebben gedaan. Blijkbaar kon het. niet worden uitgesteld. Ik moet thans het dus bg dit schrijven laten en verzoek U daarvan officieel mede- deeling te doen. Ik verklaar mij als provinciaal bestuur volledig bereid tot samenwerking en steun, waar mij dat mogelijk zal zijn. Dit des te meer, omdat, gelijk ik immers reeds eerder schreef, ik om velerlei reden de in stelling toejuich, hoe smartvol het af scheid van onze oude organisatie ook moge zgn, wg in de -toekomst znoeten- blikken en als goede Zeeuwen thans dit ons gegeven middel moeten, aangrijpen om land- en tuinbouw en de daarmede bezigzgnde be volking in Zeeland zoo krachtig mogelijk te helpen. Wij mogen in dezen niet afzijdig staan, waar. heilige plicht ons roept. Zeeland ga ons boven alles en dus met moed voor waarts in vast geloof aan een gelukkige toekomst vanons volk. Ik wensch U geluk met Uw benoeming en hoop, dat Gij met Uw bekwamen se cretaris straks geflankeerd door veel be kwame en welwillende mannen, zult kun nen arbeiden in het waarachtig belang, van ons gewest. Ik verzoek U tevens de aanwezigen mijn beste groeten over te brengen". De heer Droogendijk wees er dan op, dat de dag waarvoor velen jaren werkten thans bereikt is, en de boeren nu medezeggen schap zullen krijgen in één ondeelbare or ganisatie. Spr. besloot met de hoop te uiten, dat zij die nog tegenstanders zgn voorstanders zullen worden. Rede van den boerenleider Roskam. De boerenleider, de héér E. J. Roskam, hierna het woord verkrijgende, zeide, dat velen zich, met alle nieuwe besluiten en voorschriften wel eens afvragen ja, aan wien moet ik mij nu houden, en nu is daar ook nog de landstand bijgekomen, weer een nieuwe last. Maar redeneerende in schen boer, dien hg den weg zal hebben te wijzen naar een nieuwe toekomst. Of deze toekomst beter zal zijn, dat hangt voor een groot deel van de boeren zelf af. Zij moeten hun nieuw verworven vrijheid dragen en tot het inzicht komen dat deze vrijheid bepaald wordt door tweeërlei ge bondenheid. Gebondenheid aan den grond en aan de groote Zeeuwsche boerentraditie, gebondenheid ook aan onze volksgemeen schap. Zoo ziet het de Landstand, zob ziet het ook de boerenleider Van Gorsel. wiens redevoering getuigenis aflegde van zijn vaste voornemen, om de hindernissen te overwinnen. Van Gorsel is geen vreemde voor de Zeeuwsche boeren. Zelf Zeeuw heeft hij zich ook in organisatorisch opzicht, een warm voorvechter getoond van de opvattingen, zooals die in den Landstand zijn be lichaamd. In 1906 geboren te Rilland Bath, be zocht hg,na voorbereidende H.B.S.-oplei- ding de rijkslandbouwwinterschoofote Goes om in 1932 zijn vader in het bedrijf op te volgen. In dat jaar trad hij toe tot de N. S.B. en op grond daarvan kon zijn activi teit in het agrarisch vereenigingsleven 'niet tot ontplooiing komen. Zgn organisatie-talent stelde hij in. diertst der N.S.B., waar hij in verschillende functies werkzaam was, o.a. in de agrari sche afdeeling dier beweging. Van 19351939 had hij zitting in de Provinciale Staten. Thans is deze Zeeuwsche boer geroepen om de belangen der boeren te verdedigen en onder zgn leiding zal de Landstand in zijn yele vertakkingen ook in Zeeland tot ontwikkeling worden gebracht. Het applaus, waarmede zjjn installatie in de Goesche raadzaal werd .begroet, mogo voor zijn werkzaamheid een betee- kenisvol omen zijn. 4 dezen- geest, aldus spr., zult u de land stand niet verstaan, want de landstand wil uw taak niet verzwaren maar verlich ten. De landstand moet niet gezien worden in den geest van den landbouwcrisisdienst, maar uit een geheel andere wereld. Als de boer voor zijn land staat, gevoelt hij, dat er maar één macht is aan Welke hij in hoogste instantie verantwoording schuldig is, den Schepper. In aansluiting hierop he kelde spr. de landbouwpolitiek der voor gaande jaren en de machten, die buiten het hoerendom staande, de draden van het boerenlot in handen hielden, en die, zooals mede bleek uit uitingen van de voormalige ministers Van Steenberghe en Colgn, de Nederlandsche landbouwpolitiek afhanke lijk stelden van buitenlandsche factoren. Terloops wees spr. de klagers over de lage voedselrantsoenen die hij ook gaarne verhoogd zag er op, dat volgens de statistiek het gemiddeld gebruik van boter, melk en vleesch in 1935 niet hooger was dan nu. De landstand berust op geheel anderen grondslag dan buitenlandsche factoren en wereldeconomie en is het tegendeel van een ambtelijk apparaat. De landstand is de vrije, zelfstandige boer zelf, en de ge organiseerde boer in het natuurlijk ver band. Spr. getuigt dan met waardeering over het werk, der oude organisaties. Waren deze er niet geweest, dan zou er ooki geen landstand zijn gekomen en de boerenstand reeds lan£| kapot geslagen zijn. Men weet,, dat het sprekers ideaal was, mét de be staande organisaties gezamenlijk de nieu we orde te stichten, maar er was alleen contact te verkrijgen met de Z.L.M. Deze was stonde aan het meest onbevangen en bereid om mee te bouwen, al kon de voor zitter dan ook niet het geheele bestuur achter zich krijgen. Die houding strekt de Zeeuwen tot èer en legt den landstand groote verplichtingen op. Wat hier in bijna een eeuw is verricht^ zal voortgezet wor den in verre geslachten. Van de eigendom men der Z.LM.' zal geen cent verhuizen naar buiten de provincie. Binnenkort zal spr. met de Zèfeuwsché boeren een verga dering houden en dan precies verslag uit brengen hoe alles zich ontwikkelde en het geheel is opgebouwd. Spr. schetste dan den practischen arbeid van. den landstand en zeiée daarbij, dat er een erfhoevewet komt, die den boer vrij zal maken van buitenlandsche geldschie ters en andere kapitalistische invloeden. Spr. betreurde het, dat vooral in het apparaat der voedselvoorziening ambte naren werkzaam zijn, die zich systematisch tegen den opbouw hebben verzet en nu gram staan tegenover den landstand. De landstand is tot volkomen royale sa menwerking bereid. Het gaat hier niet om de macht, maar om de belangen van onze boeren en visschers en van het Nederland sche volk. Spr. wees er hierbij nog op, dat ook het geheele apparaat der voedsel voorziening, grondkamer, enz., bij den Ne deriandschen landstand ingeschakeld zal worden. De heer Roskam benoemde hierna den heer W. F. van Gorsel tot boerenleider der provicie Zeeland, en zeide dan tegen hem, dat hier een systematische tegenstand te overWinnen is. Maar spr. kent het Zeeuw sche volk, het is gehecht aan eigen volks aard, buigt voor niets en niemand, dan den Schepper, maar 'daarom is het ook juist geëigend om den landstand te aan vaarden, omdat de landstand het eigenste eigen is van den vrijen boer en den trou wen visscher. Rede Referent Korte. Nadat een korte pauze gehouden was, verkreeg Referent Korte het woord, die mededeelde, dat de Beauftragte van den Rijkscommissaris tot zijn leedwezen ver hinderd was, en diens groeten overbracht. Sprekers gedachten gaan thans onwille keurig uit naar zijn eigen landstreek, Oost-Friesland. Het is hier hetzelfde land, met dezelfde menschen, gehecht aan hun arbeid, hun erf. Spr. denkt terug aan de jaren voor 1933, toen de grond in Duitsch- land nog winstobject was voor kapitalis tische en joodsche machten. De boer had vergeten welke groote taak hg had in dienst van de gezondheid van zijn -volk. Zij trokken weg van hun erf, naar de stad, en ook het volk zelf kende geen waardeering voor zijn levensbron. Toen kwam de Führer, met zijn nieuwe ideeën, zgn groote waardeering voor den grond die de Schep per den boer gaf om dien te bebouwen voor zgn volk. Door hem leerden wij zien welke groote beteekenis de boer heeft. Spr. schetste dan den arbeid van den boer voor zgn gezin, op het erf, dat hij weer hoopt door te geven aan zijn zoon, en ook hier greep de Führer in, opdat de boer weer eigenaar van zijn erf werd, en er kwam een prijzenverordening, die den boer zijn loon «waarborgde, en daarmede kreeg de boer weer liefde voor zijn grond en zijn volk en zal hij uit den grond voor zijn volk halen wat er uit te halen is. En dan, wgzend op het Oostfront, waar ook de boeren staan, zeide spr., dat zij daar niet alleen kampen voor den eigen grond, maar voor de cultuur van geheel Europa. Tenslotte zeide spr. tot den heer Van Gorsel, dat de menschen, die hij hier leer de kennen, het waard zgn, dat men zich voor hen inzet, en hij besloot, den heer Van Gorsel het beste t'e wenschen in den dienst voor den Zeeuwschen boer. Rede Van Gorsel. De heer Van Gorsel, hierna het woord nemende, uitte de hoop, dat hij het ver trouwen dat de boerenleider in hem stelde, waardig zal zijn. En evenzoo hoopte hg, de harten der Zeeuwsche boeren te winnen, doordat zij zullen inzien, dat de landstand de ware vrijmaking en een rechtmatige belooning voor den noesten arbeid van on ze plattelandsbevolking voorstaat.' Spr. weet, dat zijn taak zwaar is, vele leidinggevende personen weigerden mede te werken aan den landstand. Toen hun gevraagd werd de leiding op zich te ne men, weigerden zg die. Om de éénwording der boeren niet in den weg te staan, hield spr. zich op den achtergrond, hoewel hij steeds overtuigd was, dat dit pogen op een mislukking moest uitloopen, omdat men, om in dezen tgd iets grootsch tot stand- te brengen, in de eerste plaats' de tegenwoordige, geestelijke revolutie inner lijk moet beleven. Gelukkig kan spr. deze Heden, die aldus tegenwerkten, op zijn vingers tellen. Hij richt tot hen, die het verzet organiseeren, echter de ernstige waarschuwing, zich terug te trekken uit alle landbouwinstellingen, ook al vallen deze thans nog niet onder den landstand. Verdere - sabotage zou voor hen minder prettig kunnen worden. Gelukkig, aldus spr., staat het grootste deel der Zeeuwsche boeren niet afwijzend tegenover het nieuwe. Maar een Zeeuw sche boer besluit pas na wikken en wegen of iets goed voor hem is, doch dan geeft hij zich ook tenvolle en is geen offer hem te zwaar. Daarom kan spr. ook zeggen, dat zij, die zich bereiif verklaarden om mede te bouwen aan den landstand, zich voor dë volle honderd procent zullen ge ven, En het zijn waarlijk de slechtsten der Zeeuwsche boeren niet, die gekomen zijn om mede te bouwen. De grondslag voor de organisatie is dan ook over de geheele provincie reeds gelegd. Spr. schetste dan de verantwoordelijke taak der boerenraden. en wees er daarbij op, dat hg ook op de landarbeiders doelt, want helaas zijn er nog boeren die hun arbeiders gelijk stellen met een machine. Van den toekomstigen dorpsboerenlel- der, aldus spr., zal het in de eerste plaats de taak zijn,, om op zijn dorp een ware sociale dorpsgemeenschap op te bouwen. Dan zal de landstand in de naaste toe komst een zegen zijn voor onze platte landsbevolking. De verschillende toespraken werden her- haaldelijk door bijval onderbroken. Gemeenschappeljjken maalt yd. Het gezelschap vereenigde zich hierna aan een gemeenschappelijken maaltijd in Hotel „De Korenbeurs". Onder den maaltijd werd nog gesproken door den heer Jan Dekker, gemachtigde van den leider der N.S.B. in Zeeland, die er aan herinnerd?, hoe hij indertijd met Van Gorsel in de Provinciale Staten kwart% en toen reeds voorspelde wat heden plaats vond. Hoewel spr. betrekkelijk ter zijde van den landstand staat, is hij er, als gemachtigde vön den leider, toch zeer bij geïnteresseerd. Hij heeft den boerenleider Roskam om diens werk bewonderd, want of men het goed of slecht-doet, men is het er toch niet mede eens. Het verheugt spr., dat Van Gorsel boerenleider van Zeeland geworden is. Het werk is thans aange vangen, aldus spr., en gij moet het nu voortzetten. Spr. besloot met op de heeren Roskam en Van Gorsel een heildronk uit te brengen. Ir. Welleman, directeur van het bureau Arbeidsbemiddeling te Middelburg wenschte den heer Van Gorsel geluk met zijn benoe ming en uitte de verwachting, dat de sa menwerking een vlot verloop zou hebben, daar de heer Van Gorsel i-eeds te kennen gaf, dat de belangen der arbeiders hem na aan het hart liggen. Zijn dienst zal aan die behartiging zooveel als mogeijk is gaar ne medewerken. De heer Van den Boschpoort, van den Nederiandschen Radio Omroep, wees er op, jdat de radio vroeger voor den boer ge sloten was, thans noemde de directeur de afdeeling land en volk de voornaamste. Dit legt ook aan het hoerendom in Zeeland verpUchtingen op. Ook de stem van den Zeeuwschen boer moet door den aether klinken. Spr. besluit met een beroep op aller medewerking. Mevrouw Groenewegen-Nelemans sprak gelukwenschen voor de Zeeuwsche platte landsvrouw. voor zoover deze den nieuwen tijd verstaan. Burgemeester Lenshoek uitte zijn ge lukwenschen voor Goes, waarbij hij wees op Goes als centrum, ook voor de belangen der boeren, die hier, doordat Goes zetel was van de Z.L.M., reeds een eeuw bij eenkwamen. Spr. hoopt, dat Goes nog vele jaren gastvrouw zal mogen zijn. Nadat nog eenige aanwezigen hun ge lukwenschen hadden geuit, sloot de wn. boerenleider, de heer Droogendijk, met een kort woord den maaltijd. Acht Spitfires neergeschoten. Naar het opperbevel der weermacht meedeelt hebben in den loop van Dinsdag middag Duitsche jagers den strijd aarige- bonden met een Britsche formatie bom menwerpers, die onder krachtige bescher ming van jagers het Belgisch-Fransche ge bied binnenvloog. Tijdens de verbitterde luchtgevechten werden volgens de tot dusver ontvangen berichten acht Spitfires neergeschoten. Twee Amerikaansche torpedojagers verloren gegaan. In een door Associated Press gepubli ceerd communiqué van het Amerikaansche ministerie van marine wordt bekend ge maakt, dat de Amerikaansche torpedoja gers „Pillsbury" en „EdsaÜ" sinds begin Maart in de Javasche wateren worden ver mist ensWfarschgnlgk £ils verloren moeten vror?cn 1 vi. EXTRA BERICHT VAN HET DUITSCHE OPPERBEVEL. NIEUWE SUCCESSEN VAN DUITSCHE DUIKB00TEN EN VLIEGTUIGEN. Hoofdkwartier van den Führer, 24 Mrt. (D.N.B.). Het opperbevel def* weermacht deelt mede „Duitsche duik booten hebben voor de Amerikaansche kust 13 vijandelijke koop vaardijschepen met een gezamenJ ijken in houd van 80.300 ton tot zinken gebracht. De vijandelijke tankscheepsruimte werd daarbij op bijzonder gevoelige wijze getrof fen. Tot de tot zinken gebrachte schepen behooren groote tankschepen. Een achtste tankschip vaji 11.000 ton «werd door tor pedo's zóó ernstig beschadigd, dat het eveneens verloren geacht kan worden. Ook in de Middellandsche -Zee werdeni den vijand zware verliezen toegebracht. In samenwerking met Italiaansche lucht en vlootstrijdkrachten slaagde de Duitsche' luchtmacht er in, een convooi, dat koers zette naar Malta, uiteen te drijven. Daarbij brachten Duitsche vliegtuigen alleen reegis 3 koopvaardijschepen met een gezamenlij- ken inhoud van ongeveer 18.000 ton tot zinken. Zij brachten voorts zware schade toe aan 3 ^koopvaardijschepen, een kruiser en een torpedojager". DE NIEUWE BOTERBON. De secretaris-generaal van het departe ment van landbouw en visscherij maakt bekend, dat gedurende het tijdvak van 26 Maart tot en met 11 April a.s. bon 16 zoowel van de boterkaart als van de vet- kaart, uitsluitend recht geeft op het koo- pen van margarine. Voorts geeft gedurende genoemd tijd vak bon 17, zoowel van de boterkaart als van de vetkaart, naar keuze recht op het koopen van boter, margarine of vet, zulks met dien verstande, dat men niet steeds het artikel zal kunnen verkrijgep, waaraan men de voorkeur geeft, doch genoegen zal moeten nemen met het artikel of de arti kelen, waarover de winkelier beschikt. Bieraflevering zat worden hervat Naar het rijksbureau voor de Voedsel voorziening in oorlogstijd mededeelt, zgn de bijzondere omstandigheden, die eenigen tijd geleden, hebben genoopt tot stopzet ting van de aflevering van bier door de brouwergen, thans zoodanig gewijzigd, dat met ingang van 30 Ma?rt a.s. deze aflevering zal kunnen worden hervat. Het spreekt vanzelf, dat na de stagna tie, die eenige weken geduurd heeft, niet ieder zijn volledige rantsoen terstond zal kunnen ontvangen en dat in den eerstko- menden tijd nog onregelmatigheden in den aanvoer kunnen optreden. Een raad voor de voedselvoorziening. De secretaris-generaal van het departe ment van landbouw en visscherij Heeft bij besluit van 24 klaart 1942 ingesteld een raad voor de voedselvoorziening. De raad heeft tot taak den secretaris-» generaal van advies te dienen bij de uitvoe ring van het organisatiebesluit voedsel voorziening 1941 en van andere wetteüjke regelingen op het gebied der voedselvoor ziening. Voorts zal in den raad het contact gelegd worden tusschen de bij de uitvoering f van dit besluit betrokken ambtelijke in stanties eenerzijds en de organisaties en groepen, ten behoeve van de voedeslvoor- ziening ingesteld of ingeschakeld, ander zijds. De directeur-generaal van de voedsel voorziening, de heer ir. S. L. Louwes is voorzitter van den raad. De raad zal op 31 Maart dobr den secretaris-generaal worded geïnstalleerd. Bolsjewistische verliezen hij het Hmenmeer. Naar het opperbevel der weermacht mee deelt, hebben Duitsche infanteristen ten Zuidoosten van het Hmènmeer den 23sten Maart de gedeeltelijk door artillerie onder steunde aanvallen der bolsjewisten afge slagen. Alle aanvalspogingen stortten we derom met zware, bloedige verliezen voor de bolsjewiki ineen onder het Duitsche spervuur en de bommen der Duitsche lucht macht. Tot in den nacht toe herhaalden de bolsjewisten hun vergeefsche aanvallen. Nieuwe gereed gehouden troepen der bols jewisten werden door artillerie en ge vechtsvliegtuigen uiteengeslagen. Formaties van de Duitsche luchtmacht hebben in het gevechtsgebied van het II- menmeer bolsjewistische stellingen en haar den van verzet met bommen van allerlei kaliber bestookt. Duitsche jagers schoten in dit gedeelte van het front tijdens luchtgevechten 11 vijandelijke toestellen neer. Twee andere vliegtuigen werden op den grond vernield. In het Donetsgebied zijn afzonderlijke hevige aanvallen der bolsjewisten afgesla gen. Daarbij kwam een Duitsche aanval midden tusschen voor den aanval gereed staande strijdkrachten terecht, die vernie tigd werden. Ook in het gebied ten Oosten van Char- kof werden de bolsjewistische" aanvallen afgeslagen. De bolsjewisten leden groote bloedige verliezen. 38 DOODVONNISSEN IN MADRID. Als gevolg van het sinds eenigen tgd te Madrid (Spanje) loopende proces tegen een groep communisten, zgn 38 doodvonnissen geveld.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1942 | | pagina 1