PROVINCIALE ZEEUWSCHE COURANT
DINSDAG 13 JANUARi 1942
Landing van Japansche troepen op
Ned. Borneo en Celebes.
Landarbeiders zijn boeren.
De legerherichten van gisteren.
ABONNEMENTSPRIJS:
19 ct. per week of 2.42 per kwartaal
Franco per post 2^53 per kwartaal
Afzonderlijke nummers 5 cent
ADVERTENTIEPRIJS:
Van 1—5 regels 1.65. Iedere regel
meer 33 cent. Bij abonnement speciale
prijs. Kleine advertenties: van 15
regels 0.55. Iedere regel meer 11 ct.
(ma* 8 regels). „Brieven, of adres
bureau van dit blad" 10 cent extra.
Dit nummer bestaat uit
4 bladzijden.
WAARIN OPGENOMEN DE MIDDELBURGSCHE, VLISSINGSCHE, GOESCHE EN BRESKENSCHE COURANT
UITGAVE DER FIRMA'S F. VAN DE VELDE JR. EN G. W. DEN BOER POSTREKENING 359300. PROVINCIALE ZEEUWSCHE COURANT. "MIDDELBURG
Directie P. van de Velde, F. B. den Boer
185ste JAARGANG
NUMMER 10
HoofdredacteurJ. C. Visser, Vlissingen
De BUREAUX van de Provinciale
Zeeuwscbe Courant zijn gevestigd te
VLISSINGEN Redactie en Admini
stratie Walstr. 58-60. tel. 10 (2 lijnen)
Redactie na kantoortijd telefoon 578
MIDDELBURG: Londensche Kaai 29
Redactie telefoon 269. na kantoortijd
telefoon 885, Administratie telefoon 139
GOES: Red. en Administr. Turfkade
15. tel. 2863, na kantoortijd tel. 2475
OOSTBURG Redactie en Admini
stratie Breedestraat 45, telefoon 102
SOUBURG Kanaalstraat 45. tel. 35
BRESKENS: Dorpsstraat 35. tel. 21
aangesloten bij het bureau voor publiciteitswaarde. ingesteld door de vereeniging „de nederlandsche dagbladpers
Het eiland Tarakan gecapituleerd en de bezetting van Menado
voltrokken.
Japansche troepen ztfn aan land
gegaan op Nederlandsch Borneo en
Noord Celebes. Men kan aannemen,
dat de Japansche vloot haar acïiera-
dius uitstrekt tot het geheele gebied
tusschen de Javazee ten Noorden van
Java en ,de Bandazee ten Noorden van
Timor.
Naar het Japansche hoofdkwartier
officieel bekend maakt, hebben de
strijdkrachten van den tegenstander op
het ten Noord-Oosten van Borneo ge
legen eiland Tarakan gecapituleerd. De
bezetting van Menado is voltrokken.
In een officieel communiqué wordt te
Tokio bekend gemaakt,, dat met het oog
op de vijandelijke hóuding van Neder-
landsch-Indië Japan is gedwongen tot de'
gemelde militaire operaties en dat daar
mede tusschen beide landen de oorlogstoe
stand bestaat.
HET NEDERLANDSCH-INDISCHE
LEGERBERICHT.
HetNederlandsch-Indische legerbericht
van Zondag, 11 Januari 1942 luidt:
In den nacht van 10 op 11 Januari heeft
de vijand het eiland Tarakan in het Noord
westen van Borneo aangevallen. De Ja
panners zetten des nachts troepen aan
land. De bezetting bood verbitterden tegen
stand aan de aanvallers.
Tegelijkertijd zette de vijand troepen aan
land bij Minahassa in het Noorden van
Celebes, waarbij hij gebruik maakte van
valscherm troepen. Volgens een voorbereid
plan werd overgegaan tot het verrichten
van uitgebreide verwoestingen.
Minahassa is een vruchtbaar gebied,
waar koffje. rijst en cocos groeit. Het gar
nizoen heeft verbitterden tegenstand ge
boden.
Volgens berichten, te Batavia van Ta
rakan en de Minahassa ontvangen, is in
beide streken een verbitterden strijd ge
voerd.
Te Balikpapan zijn dertig gewonden aan
gebracht, afkomstig van een Nederlandsch
Indisch snarinevaartuig, dat nabij Tarakan
was aangevallen. Een vliegtuig van de
marine moet als verloren worden be-
- schouwd. Overigens zijn te Batavia geen
nadere berichten over den strijd binnen
gekomen.
JAPANSCHE VALSCHERMTROEPEN
NAMEN AAN HET OFFENSIEF DEEL.
Volgens een in de Zweedsche pers ge
publiceerd United Press-bericht uit Bata
via heeft een groot aantal Japansche val
schermjagers aan het offensief tegen Né-
derlandsch-Indie deelgenomen. Op vele pun
ten op Borneo eril Celebes, alsrpede op
Tarakan, een belangrijk olie-centrum ten
Noordoosten van Borneo, zijn met vlieg
tuigen troepen aan land gezet. Gelijktijdig
hebben troepen op groote transport vlotten
landingspogingen ondernomen. De strate
gie der Japanners beoogt, zoo meent Uni
ted Press, de zeestraat tusschen Celebes
en de Molukken af te sluifen, zoodat de
Amerikanen eventueel daar niet door kun
nen komen.
~ÖE BEZETTING VAN TARAKAN.
De beteekenis der bezetting van het
eiland Tarakan, gelegen aan de Noordoost
kust van Borneo, ligt in de eerste plaats
in de belangrijke petroleumbronnen op het
eiland, zoo meldt de Britsche nieuwsdienst.
Van groot strategisch belang is evenwel
het feit, dat Japan van hier uit zich met
zijn andere strijdkrachten in Borneo kan
vereenigen en dan in Zuidwestelijke en
Westelijke richting tot den grooten aan
val op Singapore kan overgaan.
NIEUWE JAPANSCHE SCHEEPS-
BEWEGINGEN IN ZUIDELIJKE
RICHTING.
Uit dé Straat van Makassar tiisschen
Borneo en Celebes wordt melding gemaakt
van nieuwe scheepsbewegingen in Zuide
lijke richting. Daaruit kan men concludee-
ren, dat het werkelijke doel der Japanners
de hoofdstad van Celebes, Makassar,
zelf is.
Makassar ligt aan de Zuidelijke punt
van het eiland en telt ongeveer 90.000
inwoners, waarvan rond 4.000 Europe
anen. Zoowel Menado als ook Makassar
zijn belangrijke uitvoerhavens voor rubber,
Copra en tabak. Het eiland Celebes is
sinds 1819 Nèderlandsch bezit en heeft
rond 4.5 millioen inwoners, onder wie 80Ö0
Europeanen.
JAPANNERS BEZETTEN OLONGAPO.
Het Japansche hoofdkwartier meldt, dat
de Japansche troepen op 10 Januari Olon-
gapo, een belangrijk steunpunt aan de
Oostkust van het schiereiland Bataan op
de Philippijnen, geheel bezet hebben.
Olongapo ligt ongeveer honderd kilo
meter van Manilla en was een gewichtige
duikboótbasis voor de Amerikaansche
vloot. Het bezit een drijvend dok, waarin
oorlogsschepen met een inhoud tot twaalf
duizend ton kunnen wqrden opgenomen.
DE STRIJD OP MALAKKA.
Het gisteren te Singapore gepubliceerde
legerbericht meldt, dat de Britsche troe
pen na den val van Kwala Loempoer zgn
teruggetrokken tot een punt ten Noorden
van Seremban, welke stad omstreeks 60
km. ten Zuiden van Kwala Loempoer' en
300 km. ten Noorden van Singapore is ge
legen. Het Britsche legerbericht erkent
voorts, dat deze stelling reeds weer onder
het vuur der Japanners ligt.
LUCHT AA NV ALLEN.
Naar het keizerlijk hoofdkwartier mede
deelt, zijn bij een verrassenden luchtaanval
op een vijandelijke vloot in de Straat van
Malakka twee duikbooten zwaar bescha
digd* en verscheidene treffers geplaatst op
twee vrachtschepen van 7000 en 3000 ton.
Men neemt aan, dat het een vijandelijk
convooi betreft, dat zich op weg naar
Singapore bevond.
Verder wordt officieel medegedeeld, dat
massa-aanvallen van bombardementsvlieg
tuigen van het Japansche leger hebben
plaatsgevonden op de Britsche troepen, die
in het Zuidelijk deel van Malakka op den
terugtocht zijn. Deze aanvallen hebben op
merkelijk succes gehad*.
MALEISCHE VORSTEN BEREID TOT
SAMENWERKING MET JAPAN.
De vraag, ,hoe zich het politieke lot der
Maleische sultanaten na de bezetting der
betreffende gebieden door de Japanners zal
ontwikkelen, kan, naar de woordvoerder
der regeering desgevraagd mededeelde,
voorloopig nog niet beantwoord worden.
De woordvoerdeV bevestigde evenwel, dat
veel Maleische vorsten reeds blijk hadden
gegeven van hun bereidheid, met Japan
samen te werken.
TWEE BRITSCHE VLIEGTUIGEN IN
CANADA VERONGELUKT.
Volgens den Britschen berichtendienst
zjjn twee Britsche militaire vliegtuigen,
behoorende tot de basis op Prins Edward-
eiland, vijf kilometer van Charlottetotarn in
Canada, verongelukt, waarbij zeven vlie
gers om het leven zijn gekomen. Men
neemt aan, dat de toestellen met elkander
in botsing zijn gekomen.
De inzameling van wo' en bont voor
de soldaten aan het front Bij het in
zamelingsbureau is geen kamer onbezet
Hier woidt alles :n bundeltjes gepakt in
afwachting van de verzending neer het
front Pelygeon-Sagers
KAART VIN PEIT
Bolsjewistische aanvallen
afgeslagen.
In den sector van een Duitsche divisie in
het gebied ten Oosten van Orel hebbej^ de
bolsjewistische troepen op 10 Januari zeven
aanvallen ondernomen, zoo verluidt van
militaire zijde. Al deze aanvallen mislukten
echter als gevolg van den Duitschen afweer.
Vele dooden en gewonden bolsjewisten la
gen na de zware afweergevechten voor de
Duitsche linies.
Ook in het gebied van Wolokolamsk on
dernam de vijand dienzelfden dag ter sterk
te van een bataljon vijf opeenvolgende aan
vallen. Het bolsjewistische ba taljon werd bij
zijn aanval door verscheidene pantserwa
gens ondersteund. De Duitsche soldaten
verijdelden alle pogingen der bolsjewisten
om de Duitsche linies te doorbreken en
schoten vijf der aanvallende pantserwagens
kapot.
GENERAAL-MAJOOR DER WAFFEN-SS
HERMANN GEVALLEN.
Het D.N.B. meldt, dat aan het Ooste
lijke front op 27 December bij een
aanval der bolsjewisten in den strijd om
Duitschlands vrijheid, de commandeur van
een eenheiu der Waffen-SS, SS-brigade
führer en generaal-majoor der Waffen-SS
Richard, Hermann is gesneuveld, die in den
wereldoorlog was onderscheiden mét het
ijzeren kruis tweede en eerste klasse en in
dezen oorlog de onderscheiding met de ges
pen kreeg, evenals het kruis van oorlogs
verdiensten. In hem verliest de SS een
voorbeeldig soldaat.
De strijd in Noord-Afrika.
Naar het D.N.B. van militaire zijde ver
neemt, hebben Duitsche gevechtsvliegtui
gen op 11 Januari en irt den daarop vol
genden nacht in den Noord-Afiikaanschen
gevechtssector hun bomaanvallen voortge
zet op wegen en troepenkampen. Het ver
keer van* Britsche colonnes op den kust
weg en op verscheidene voetpaden werd
gestoord en treffers werden geplaatst op
tentenkampen. 'Ook een vliegveld bij To-
broek vormde het 'doel van een Duitschen
luchtaanval.
Een bijzondgre correspondent van de
Times meldt uit. Cairo, dat^nfet Engelsche
offensief in Noord-Afrika „langzamer
hand" aan élan inboet. De *troe_pen van
.Rommel strijden „volkomen wanhopig" en
de Engelschen worden niet slechts door
deze hardnekkige gevechten, maar ook
door groote koude, regen en zandstormen
opgehouden. De Britsche troepen in de
voorste linies hebben het dientengevolge
ook zwaar.
Langzamerhand blijkt het voor de En
gelschen ook moeilijk regelmatig verbin
ding met de voorste linies te onderhouden.
De militaire correspondent van de Times
van zijn kant meent de belemmering van
den Engelschen opmarsch te moeten toe
schrijven aan de mijnenvelden, die door
Rommels troepen zijn gelegd. Bovendien
maakt de zachte zandbodem het moeilijk
vooruit te komen. Het valt nauwelijks aan
te nemen, dat er binnen afzienbaren tijd
verbetering komt in deze „ellendige om
standigheden", want de woestijn, die zich
in het Westen voor de Engelschen uit
strekt, is nog veel zandiger en onbe-
gaahbaarder.
Naar de Britsche berichtendienst meldt,
is de oorlogscorrespondent van Reuter b\j
de Middellandsche Zeevloot, Massy Ander
son, om het leven gekomen, toen de krui
ser „Galatea" voor Alexandrië tot zinken
werd gebracht.
BRITSCH CONVOOI BESCHOTEN.
Duitsche waarnemers merkten op 12
Januari des avonds een Britsch convooi in
het Kanaal op Vèrdragend Duitsch geschut
opende daarop het vuur, zoodat het convooi
gedwongen was de steven te wenden.
Laat in den avond werd ook Dover door
een Duitsche battery vèrdragend geschut
beschoten. Treffers in militaire installaties
konden waargenomen worden.
„Waarom" en „hoe" van den Nederlandschen Landstand.
(Van onzen Haagschen correspondent.)
Op een persconferentie, gewijd aan den
onlangs opgerichten Nederlandschen Land
stand, gevestigd te 's-Gravenhage, aan de
Zeestraat 69, hebben de heeren J. de Lange,
Landarbeidersleider van den Nederland
schen Landstand, en F. Tuininga, hoofd
van de afdeeling Arbeidsbescherming van
den Landstand, gesproken over het „waar
om" en het „hoe" van deze organisatie,
waarin boeren, landarbeiders, visschers en
allen, die bij de productie op deze terreinen
betrokken zijn, georganiseerd worden.
De heer De Lange ging allereerst in den
breede na. hoe men den landarbeider in
het verleden, naar liberale en marxistische
beginselen, placht te zien, en beantwoord
de vervolgens de vraag, hoe wij hem wèl
moeten zien. Bij zijn beschouwingen ging
de heer De Lange uit van de woorden:
„Wat verschijne, wat verdwijne, Hangt
niet aan een los geval. In hetheden
ligt 't verleden; in het nu, wat worden
zal". Nadrukkelijk bestreed' spr. de mis
vatting, dat de landarbeider minder zou
zijn dan de fabrieks- of stads-arbeider.
Niettemin kunnen landarbeiders niet in één
organisatie worden ondergebracht met an
dere arbeiders, want landarbeiders zijn al
lereerst boeren. Als zoodanig hooren zij in
de boerenorganisaties thuis, welk beginsel
thans erkenning heeft gevonden in den Ne
derlandschen Landstand, die bovendien een
overkoepeling wil zyn van de veelszins be
treurenswaardige gescheidenheid, waardoor
ook de organisatie van den Iandelijken
stand ten onzent onder het vorige bewind
zich kenmerkte.
De heer Tuininga betoogde hierna even
eens, dat de Ned. Landstand wordt ge
vormd door de boeren- en arbeidersbevol
king en niet door het administratieve ap
paraat, waarbij hij herinnerde aan de woor
den van den Boerenleider Roskam: „Het
platteland zal niet vanuit Den Haag be-
dokterd worden", terwijl de directeur-ge
neraal van den landbouw, de heer G. J.
Ruiter, onlangs bij de opening van de
Rrjkslandbouwwinterschool te Assen ver
klaarde: „De boer moet zichzelf mennen".
Dit principe ligt mede ten grondslag aan
de verordening, die den Nederlandschen
Landstand in het leven riep en deze maak
te tot.een op de grondwet berustend pu
bliekrechtelijk lichaam met verordenende
bevoegdheden. Het is echter niet zóó. dat
een boer of landarbeider kan zeggem- dat
er ook nog zooiets van een Landstand be
staat. Integendeel: hijzelf is die Landstand;
«j is er de belichaming van.
De vraag besprekend, of arbeiders bij
arbeiders behooren, hetgeen spr. een libe-
ralistisch-marxistisch wanbegrip noemt uit
den tijd, toen iedereen op eigen gelegen
heid georganiseerd was, hetgeen leidde tot
klassenstrijd en klassenhaat, constateert
de heer Tuininga, dat met egoïsme en haat,
met kapitalisme en bolsjewisme, geen be
tere wereld gebouwd kan worden, 'en zeker
geen wereld van sociale rechtvaardigheid
naar den eisch van het Goddelijk gebod.
Een landarbeider is ongetwgfeld een vak
arbeider: want hij moet boer zijn. Hij
zwoegt dagelijks mee met den boer.
Komend tot de door hem geleide afdee
ling van den Landstand, de afdeeling Ar
beidsbescherming, die tot taak heeft, me
dewerking te ferleenen bij het scheppen
van gezonde en juiste verhoudingen op het
terrein van den dagelijkschen arbeid van
den landarbeider, ontvouwt de heer Tui
ninga de volgende doelstellingen: zorgen,
die de landarbeider heeft, wegnemen; de
toekomst van het landarbeidersgezin en
de landarbeidersjeugd verhelderen; onder
linge verbondenheid en kameraadschap
aankweeken; de strijd voor een volwaardige
belooning; de zorg voor een rechtmatig
deel van de gemeenschappelijke winst; de
bevordering van de onderlinge en weder-
keerige waardeering tusschen boer en land
arbeider.
In het vervolg van zijn uiteenzettingen
betoogt spr.. dat vastgestelde prijzen ook
vaste landarbeidersloonen beteekenen. Dus
een beschermd bedrijf, waarbij een mini
mum levensbestaanszekerheid gewaarborgd
is, zonder daarbij het volksbelang uit het
oog te verliezen. Hiertoe zullen landarbei
ders naast boeren aan één tafel moeten
beraadslagen, ieder als gelijkberechtigd
deel van de plattelandsbevolking. Na ver
volgens de zorg voor de landarbeidersvrouw
en voor de kinderen besproken te hebben
en met enkele woorden gewezen te hebben
op de noodzakelijkheid eener vakopleiding,
wijdt de heer Tuininga, behalve aan de
mogelijkheden, die de toekomstige N.O.-
polder zalbieden, nog aandacht aan het
kolonisatie-vraagstuk in het Oosten, waar
door voor meerderen de wensch om baas
te zyn op eigen terrein, in vervulling zal
kunnen gaan.
VERNIETIGING VAN
DISTRIBUTIEBESCHEIDEN.
De secretaris-generaal van het departe
ment van landbouw en visscherij - maakt
bekend, dat de volgende distributiebeschei
den niet zullen worden geldig verklaard
en dus kunnen worden Ver
nietigd:
a) De met „50" genummerde bonnen
van de thans niet meer in gébruik zijnde
vleeschkaart, broodkaart, aardappelkaart
en de met „R" gemerkte melkkaarten.
b) Van de oude bonkaart algemeen:
de bonnummers 165 en 166, alsmede de
bonnummers 170 t/m 178.
c) De cacaokaart, waarvan de bonnen
zijn gemerkt met „een rantsoen cacao".
d) De z.g. groene melkkaart (groen met
zwarten opdruk), welke indertijd in ge
bruik is geweest bij volwassenen, zoowel
als kinderen.
e) De bonkaart Diversen.
Met nadruk wordt er op gewezen, £at
men de laatstgenoemde kaart niet moet
verwarren met de thans in gebruik zijnde
bonkaart reserve, welke natuurlijk niet
mag worden vernietigd.
Engelsche luchtaanvallen.
Tijdens het weekeinde hebben Engelsche
vliegtuigen op enkele plaatsen vluchten
boven Nederlandsch gebied ondernomen. Zij
lieten een aantal brisant- en brandbommen
'vallen, die meerendeels op open land te
recht kwamen. In een plaats werd een
broeikast vernield, waarbij groote glas
schade werd aangericht. In een plaats in
het Noorden des lands werden twee woon
huizen door bommen zwaar beschadigd.
Een gering aantal personen werd het
slachtoffer van deze bomaanvallen.
Duitschland strijdt voor Europa.
Het opperbevel der Duitsché weer
macht deelt mede
De gevechten in hét centrale deel
van het Oostelijk front en in het Wal-
dai-gebied duren voort. In de overige
sectoren geen gevechtshandelingen
van beteekenis.
Een batterij vèrdragend geschut der
marine heeft Dover beschoten. Waar
genomen kon worden, dat de schoten
doel troffen.
Onderzeebooten hebben op den At-
lantischen Oceaan een Britschen tor
pedojager tot zinken gebracht en er
een op de Middellandsche Zee getor
pedeerd.
In Noord-Afrika levendige verken
ningsactiviteit. Duitsche gevechts
vliegtuigen hebben den kustweg van
Cyrenaica alsmede Britsche vliegvel
den op tiet eiland Malta gebombar
deerd.
In het tijdvak van 1 tot 10 Januari
heeft de Britsche luchtmacht 42 vlieg
tuigen verloren, waarvan' 19 boven
de Middellandsche Zee en in Noord-
Afrika. In dezelfde periode gingen in
den strijd tegen Groot Brittannië ne
gen eigen vliegtuigen verloren.
Bij de in het weermachtbericht van
7 Januari gemelde Sovjet-Russische
landingsacties te Eupatoria op den
Krim liet de vyand in taaie gevechten
in de huizen en op de straten 600
doode soldaten en 1300 partijgangers
op het slagveld achter. Er vielen ons
203 gevangenen in handen. Dit suc
ces is in het bijzonder te danken aan
het vastberaden optreden van den
eersten luitenant Von Boddien, die als
commandant der verkenningsafdee-
ling eener infanteriedivisie in deze
gevechten gesneuveld is. De Führer
en opperbevelhebber der weermacht
heeft dezen dapperen officier pos-
thuum met het eikenloof behoorende
bij het ridderkruis van het ijzeren
kruis onderscheiden.
HET ITALIAANSCHE.
In zijn weermachtsbericht no. 589 maakt
het Italiaansche opperbevel het volgende
bekend:
Aan het front van Cyrenaica schermut
selingen tusschen patrouilles. De Duitsch-
Italiaansche luchtmacht ontwikkelde een
groote activiteit en deed aanvallen op de
vijandelijke vliegvelden van Gam boet en
Agedabia, waar talrijke vliegtuigen op den
beganen grond ernstig beschadigd werden.
Op marsch zijnde troepen werden met ma
chinegeweren beschoten. Formaties tanks
en gemotoriseerde strijdmiddelen werden
met bommen bestookt. Drie Curtiss-ma-
chines en een Hurricane werden door
Duitsche jagers neergeschoten. Op het
eiland Malta werden tal van luchtaanval
len ondernomen.
De luchtaanvallen op Engeland.
Op 11 Januari en in den nacht van 11 op
12 Januari heeft de Duitsche luchtmacht,
naar van militaire zyde verluidt, slechts
geringe*strijdkrachten in den strijd gewor
pen tegen de Britsche eilanden en het Wes
telijke zeegebied.
Gevechtsvliegtuigen vlogen boven dit ge
bied voor gewapende verkenning en hebben
Zondagnacht een haven aan de Kanaalkust
aangevallen.
DE AANVALLEN OP MALTA.
De Duitsche luchtmacht heeft, naar het
D.N.B. verneemt, ook Zondag in den loop
van den dag het bombardement op talrijke
voor den oorlog belangrijke objecten op
Malta voortgezet.Behalve andere doelen
werden in het bijzonder weer enkele vlieg-*
velden met bommen bestookt.
INZAMELING VAN SCHROOT IN
ENGELAND.
Volgens den Britschen nieuwsdienst heeft
de Engelsche minister van arbeid last ge
geven tot een inzameling van afval van
ijzer en staal, daar. de invoer van deze be
langrijke grondstof uit de Ver. Staten thans
heeft opgehouden.