11
mm
mm
mw
wm'
m
fü
M
u
§§f
iét
s
jf§
I
1P
ggf
J§
9
mi
kJÊ
M
m
0
9
wA
Door de jeugd
Bij de mooiste roofvogels van ons land.
KORTE PREDICATIE
GOD EENZAAM OP AARDE.
Mare. 3 7-35.
Zijn moeder dachtdat Hij krankzinnig was
geworden. Galilea was in beroering. Menigten
verdrongen zich. Armen, kreupelen, blinden,
bezetenen, stroomden samen, een havelooze
miserie, en Jezus, vreemde mankeek door die
zieligen heen, genas hun kwalen, sprak vrij
van zonde, gaf bevelen aan een onzichtbare
wereld van demonen. Maar toen Hij twaalf
leerlingen tot zich riep, omdat een gehate te
groot is voor een stil werk Gods. was het geen
vechtploeg, doch een wonderlijk onkrijgshaftig
troepje. En toen de schriftgeleerden, de man
nen van gezag, de mannen van invloed, ver
ontrust uit Jeruzalem kwamen, stootte Hij hen
ter wille van de waarheid radicaal van zich
af. Zoo liet Hij zijn kansen voorbij gaan.
V/eldra zal het volk zich eveneens teleurge
steld afwenden. Eenzaam staat de Zoon Gods
tusschen de armen der wereld en laat zich door
de geestelijke gezaghebbers een bezetene noe
men. Wel gaat Hij op deze aantijging ernstig
in. toont haar onhoudbaarheid, wel waarschuwt
Hij: één stap verder en gij hebt Gods erbarmen
voorgoed achter u gelaten, weet wat gij doet!
Zijn moeder dacht, dat Hij krankzinnig was
geworden en nam de broers mee om Hem vei
lig thuis te halen. Dan moet om Gods wil de
laatste en liefste band losgemaakt worden, de
band met thuis. Dan zal Hij volslagen een
zaam staan.
Toen God in de wereld kwam, om aan die
wereld zijn erbarmen voor te leven in een
mensch. (ten. werd het een rel om Hem heen.
zoolang Hij enkel gaf en niet? vroeg. Daarna
het men Hem alleen. De vromen en de wijzen
verklaarden Hem krankzinnig, omdat Hij an
ders dacht en sprak dan zij. Wanneer God
heden wederkeerde, zou Hem~ dan niet het
zelfde geschieden in deze wereld? Zouden wij
Hem niet weer volgen zoolang Hij gaf en
Hem verlaten zoodraHij vroeg? Wij weten
hoe Hij behoort te zijn. en als Hij niet zoo
isOf zou Hij een kring vinden, broeder,
zuster en moeder? En zou ik in dien kring
■gezeten zijn? F.
ZEEUWSCHE KRONIEK
DAMMEN
REDACTEUR J. A. VAN DIX HOORN,
Baan straat 85, BeverwUk.
.Het volgende schitterende stukje van den oud-
wereldkampioen Springer, dat we aantroffen in
..1001 miniaturen", bieden we onzen lezers dit
maal ter oplossing aan.
I '4 3 6
46
Antenr Bi Springer, Den Haag.
Ccferstelüng Zwart 7 schijven óp 10. 16.
IS—20, 24 en 30.
Wit 7 schijven op 26, 29, 33, 37, 40. 47 en 48.
Als steeds Wit begint en wint.
Oplossingen worden gaarne ingewacht vóór of
op 24 September as. I ij de Redactie der Prov.
Zeeuwsche Crt. ojjder motto Damrubriek.
Onze match met Barend Dukcl.
We komen thans nog even terug op de laatste
cn beslissende vijfde partij uit bevenstaapden,
nu reeds weer twee maanden geleden, beëindig
den tweekamp, die in dammerskringen allerwege
da aandacht heeft getrokken. In deze hoogst in
teressante partij mocht het den sterken meester-
speler, dank zij zijn bijzondere spelkwaliteiten.
gelukken een gelijk spel uit het vuur te sleeRen
en dat nog wel in een oogenschijnlijk verloren
stelling. Met twee schijven voorsprong mochten
we niet het genoegen sipakcn onzen geachten te
genstander een nederlaag toe te brengen. Het
verrassende offer, dat we op den 53-en zet brach
ten. bleek hoe prhehtig ook berekend niet
voldoende om de zoozeer begeerde winst te be
reiken. Tijdens de partij hadden we echter ook
ons oog laten vallen op een ander offer, n.l.
1520. inplaats A'an het door ons uitgevoerde of
fer met 1419. Wanneer we dit offer hadden ge
bracht, zou de volgende diagramstand ontstaan
Zwart Van Dlxhoorn, Beverwijk.
wyyyfr
Wit Barend Dnkel, IJmuiden.
De witspeler is thans in zijn zetten zeer be
perkt. Immers, op 15—10 zou volgen: 46x7 10x19
en 7x45 met gewonnen stand. Speelt wit in den
diagramstand 12—8 dan volgt 46x40 35x44 en
3 x 12 met een, tebereiken winststelling.
Wanneer wit eerst het offer 29—23 brengt, dan
volgt 46x19 12—7 en 19—23, waarna schijf 88 ver
loren gaat en een voorsprong van 2 schijven
wordt verkregen. ^let offer met 32—27 en 21x43
bezorgt zwart al spoedig een tweede dam, het
geen ook als verlies kan worden aangemerkt. Met
liet oog op de belangrijkheid van dit eindspel
laten wij verdere onderzoekingen gaarne aan on
ze lezers over, onder' mededeeling, dat wiJ.de
meest uitgebreide inzendingen gaarne in onze
rubriek zullen opnemen.
Oplossing probleem Hühl.
Dit in onze rubriek van 20 Augustus J.J. aange
beden probleem had den volgenden stand: Zwart
7 schijven op 69. 13. 26 en 40. Wit 7 schijven op
16 31, 36—38, 46 en 50.
De fraaie ontleding verloopt aldua: 5044
40x49 dam: 16—11 49x41 (meersl.)11x4 dam
26x37 4x42 41—47 42—15 6—11: 4641 11—17;
41—37 17—21; 36—31 21—26 en 31—27.
Goede oplossingen ontvingen we van de heeren
S. v. E. en v. d. M.. beiden te Vlissingen: W. B.
te Middelburg, A. C en H. M. S., beiden te Goes
en J. N. de V. te Dordrecht.
SCHORE ÉN VLAKE.
I.
De geschiedenis van elk der beide plaat
sen is zeer nauw met elkaar verbonden.
Wel waren zij een afzonderlijke ambachts
heerlijkheid, maar hadden vrij spoedig
steeds denzelfden ambachtsheer. Toen de
hervorming op Zuid^Beveland vasten voet
kreeg, werden zij samen één kerkelijke ge
meente. Tot voor enkele maanden waren
zij ook-, één burgerlijke gemeente.
Belde plaatsen liggen in de groote oude
kern van Zuid-Beveland, de breede Wate
ring bewesten Yerseke. In het Zuidoosten
hiervan werd een schor bedijkt, vandaar
de naam Schortf. Meer noordelijk hiervan
lag veel vlak land, het Vlake. Men sprak
vroeger van de moeren van Vlake. Nog is
deze onjgeving zeer vlak en dus veel laag
gelegen welland.
In oude stukken over de Roomsche kerk
van Schore, dus in het Latijn, wordt dit
dorp Score of ook wel Schora genoemd.
Schore en Vlake moeten vrij oud zijn.
De parochie Schore wordt reeds in 1252
gemeld in een charter van den Roomsch-
koning Willem. Een zekere Dodinus de
Schore, zijn vrouw Gheila en hun dochter
Cecilia schonken toen hun goederen te
Schore aan een zeker St. Bernardsklooster.
De kapel of Roomsche kerk te Schore was
voor dien tijd gesticht door de nonnen van
het naburige klooster Jeruzalem te Bieze-
linge. De kerk had een vicary, waarvan het
altaar gewyd was aan St. Nicolaas. Een
rijk persoon of een geestelijke had aan de
kerk een" legaat of een stuk land geschon
ken. In de kerk werd een afzonderlijk al
taar gemaakt en een kapelaan aangesteld,
die op 't altaar op geregelde tijden ziele-
missen moest 'lezen voor den afgestorvene,
den erflater. Hij werd hiervoor beloond met
de rente van het legaat of de pacht van
het land. Zoo'n Schenking heette een vica
ry. Bijna elke Roomsche kerk had vroeger
een of meer vicary's.
Het klooster te Biezelinge had het
patroonrecht der kerk te Schore, d.w.z. het
benoemde de geestelijken, die in de kerk
dienst deden. De Roomsche kerk, na de
hervorming een Protestantsche kerk ge
worden, stond op dezelfde plaats, waar de
tegenwoordige hervormde kerk staat, dus
midden in het dorp en wel op de hoogst
gelegen plaats. t
De oude pastorie der Roomsche kerk
moet gestaan hebben aan de Oostzijde van
het dorp, waar later een hofstede is ge
bouwd, heetende Rust na Onrust. De hof
stede is 25 jaar geleden gesloopt. Het ter
rein is daarna volgebouwd met'woonhuizen.
Onder een aldaar staanden timmermans
winkel zijn nog twee groote gave kelders
als overblijfsels der oude hofstede. Ook
staan er nog twee arduinsteenen palen met
de woorden Rust na Onrust. Het woonhuis
'1 met timmermanswinkel wordt bewoond
door een der nazaten der vroegere hof
stede, welke sedert het begin der 18e eeuw
in hun bézit was.
Vlake is niet veel minder oud dan Scho
re. In 1245 was er een ambachtsheer, die
zich de Vlaca of Van Vlake noemde. De
oude Roomsche kerk bestond reeds voor
1300. Het patronéatsreclit had de deken
van het kapittel der St. Salvatorskerk te
Utrecht. Na de hervorming werd de kerk
ook gebruikt voor den protestantschen
eeredienst. Wij zullen later melden, hoe
Schore en Vlake één hervormde kerkelijke
gemeente werden met eenzelfden predikant
en kerkeraad, doch elk een afzonderlijk
kerkgebouw, waar omheen het oude kerk
hof lag.
In de laatste helft der 17de eeuw hing
er in de kerk te Vlake een schilderij. Over
het algemeen houden de protestanten niet
van opsiering hunner kerken met schilde
rijen. Doch wat op dit schilderstuk* was
afgebeeld, was iets bijzonders.
Op het doek of bord was namelijk de
duivel geschildei'd, die met de pen in de
hand en papier en inkt voor zich, gereed
was om te schrijven. Hij wilde toch niet al
de zonden der kerkgangers aanteekenen
Neen, dan zou zijn werk wellicht te zwaar
zijn geweest. Het was hem te doen om één
persoon, nl. den prediker. Van dezen zou
hij aanteekenen de verkeerde leeringen in
zijn preeken om ze in het oordeel van God
te brengen. Dat dit het doel was van den
satan, stond in de volgende LatQnsche re
gels op de schilderij geschreven
Fragmina verborum
Titevullus colligit horum.
Deze woorden beduiden De satan (Tite
vullus) teekent aan de misslagen in de re
devoeringen om ze in het oordeel van God
te brengen ter waarschuwing voor allen,
die hier het woord voeren. Wanneer en op
wiens last deze schilderij in de kerk was
opgehangen, is niet bekend. Wel weten wij
hoe zij verdwenen is. Toen Cornells Lands
man te Schore en Vlake predikant was
(hij diende de gemeente van 16611701)
kon hij het blijkbaar moeilijk velen, dét
zijn woorden, van den kansel gesproken,
door den duivel zouden worden gewikt en
gewogen en al naar bevinding te worden
opgeteekend. Hij wilde bij zijn prediking,
als hij de schilderij zag, ten minste daar
aan niet herinnerd worden. In navolging
van den grooten hervormer Luther, die met
zijn inktkoker naar den duivel wierp, dien
hij in zijn kamer meende te zien en daar
door hem verdreef, moest de geschilderde
duivel volgens hem ook uit de kerk ver
dwijnen. Hij gaf aan den koster last de
schilderij weg te nemen en haar te ver
branden. Dit verbranden van den duivel
geschiedde omstreeks 1675.
De kerk te Vlake is in 1802 afgebroken,
niet omdat zij toer. zoo bouwvallig was
geworden, maar omdat het aantal wonin
gen er om heen was verminderd. De kerk
had ook een toren en was inwendig volko
men gelijk aan de toenmalige kerk te
Schore. Wanneer zij voor het laatst dienst
heeft gedaan, is niet bekend. In 1740 was
de klok reeds verkocht aar. de hervormde
gemeente te Oostburg tegeif^ 0.50 het
pond. Op de klok staatBeirues heet ic en
ben ghegoten van Sijmoen Waghenes in
't jaar MVC en vitj. Verder twee wapens
en het beeld van Onze Lieve Vrouwe en dat
van een bisschop.
Later zijn van de fundamenten der kerk
de steenen opgegraven en hiervan een paar
omliggende woningen gebouwd. Toen zijn
ook enkele grafsteenen opgegraven. Een er
van lang 2.3 m. en breed 1.7 m. heeft voor
de vroegere Roomsche kerk te Goes gele
gen. Er stond een afbeeldsel van een pries-
BEVELAN'SE BRIEVEN
Bram z'u nachtgöed.
Den are weke kwam den dokter, volgens
belofte, nae' Bram kieke. Die een slech
ten tied achter de rik. Van beterschap was
niks te bespeurenden aevend te voren
den nog 'ezeid, toen ten overènd zat
om te 'oesten, „ik nie vee' baete ble
m'n dokter". Ie begust de moed kwiet te
raeken. En daerden are mirreg, k ten
net, voe d' êerste keer een bord mirregeten
vóór z'n zat, dae' stapt den dokter binnen.
Net ofdat 'n percies uut'erekend
'oeneer k de ziekte een kêer zou neme.
„Hè", ie zei„dat gaet 'ier è^óed g'lóof
ik". Noe was 't waer, dé, Bram dien dag
voe d' êerste kêer prombêerden om wat te
eten, en nie allêene prombêere het gieng
smaekelik nae' binnen. En ie 6 'êle voe-
mirreg mee één óore buten z'n slupmusse
ligge luustere wat k ter zö-è.' omgieng, ok
•voe d' êeste kêer. Noe was 'n daerom toch
nie van plan om dat zömae mie een
praatje af te laete löopen. Ie zei„wil je
dat bord is anpakke?" en gieng wee mee
z'n 'Óod op 't kossen ligge. Toen vroog 'n:
„dokter, 'k vraege mag, zou der is niks
tegen dat zwêeten te doen weze? Ik bin
een 'êel endje de kant op'ekrope, d's waer,
mae' da' 's vandaege nog mae voe den
êesten dag, en dat zwêeten ik voe mien
g'löove, da.' een méns dae' vee' van ver
zwakt".
„Me zulle is kieke", zei den dokter, „en
me zullen is luustere'. Toen begust 'n Bram
te onderzoeken polse voele, tonge bekieke,
op z'n blöote rik kloppe en luustere mee
dat dienk, mee die slangen in z'n óoren.
Daer Bram z'n goed voe los motte maeke
en tw'int ten dae' mee bezeg was, gienge
die öogen van den dokter 'oe langer 'oe
wieder open. Wien k dat Mertiene wies
'emaekt dat weet ik niet, moe' ze voe
Bram een pyama op-'esolferd en z' den
werentig zövarre 'ekrege, dat 'n die an-
'edaen ok. Dus, voe den dokter z'n ver
wonderde óogen begust Bram z'n eigen te
pellen êest z'n pyamajasje, toen z'n onder
vest. z'n 'ols-doeR, z'n boezeloen, z'n gouwe
knoppen uut z'n 'emsbieze. Den dokter
docht „ikg'löove, dat 'n ginêens e^n
borstrok an eit". En dat was waer dae'
kwam niks mi' as z'n finel.
Nou, toen k den dokter oalles goed be
klopt en beluusterd trok 'n die slangen
uut z'n ooren en stak dat dienk wee' in z'n
binnenzak. Bram begust oalles wee' één
voer één an te {toen.
De dokter vroog „onder 'oevee' dekens
lig je?" Mertine stleng er ok bie en die
gaf antwoord: „viere dokter, mae' die op 't
laeken is maer een ketoenen dae' een
wollen op ligt. dan vin''je je laeken den
aren ochend oltied tenden de voeten En
mie een ketoenen je dat nie".
De dokter zei „doen dan dien gestikten
der Avast maer is of" en tegen Bram „en
geef jie dat boezeloen en dat ondervest
maer is an je vrouwe en dien 'olsdoek.
Kaerel-lleve DA' je niet 'estlkt bint Oe
verzin je 't, om mie oal die klêeren an
onder zóvee" dekens te krupen een 'emde
en een pyama, mêer 'óor je nie An 't èn".
Mae' dae' begon Bram is tegen te sparte
len. Die wou z'n ondervest nie ofgeve. Den
dokter gaf ok nie toe die begreep glad
nie wat k Bram dae toch in zag. maer
eindelienge kwam 't 'öogev woord er uut
„dae' zit m'n zakboek in en dae' ei een aar
nie mee nóodeg". Den dokter, die zat wee'
net te kieken ofdat 'n van z'n verstand of
was. Ie begust„mae' m'n goeie man
jen- eigen vrouwe„Ja-ja, 't is góed",
zei Bram en ie stak z'n 'and in 't ermsgat,
„t is k wel k de kommies overoal z'n neuze
in mö steke".
„Mae", den dokter zei, ,,'oe zou je dat
dan motte maeke k je is in een zaak zat
mee een boek-'ouwer en een dêel klerken,
die k oal jen ontvangsten en jen uutgaeven.
toet de leste cent moste boeke? Die soort
ménsen bluve dae' gin óogenblik bie stille
stae".
,Dat motte zulder wete", zei Bram, „dat
bin mien zaken nie. En joe zaak is mien
van dat zwêeten of-'elpe".
,,'k Zé.' een recept schrieve", zei den dok
ter en ie gieng nae' den taefel om 't te
schrieven en liet het dae' opügge, toen k
ten wiggieng. Mertine gieng mee nae' de
vö'-deure. Toen k ze mee' vrom kwam,
vroog Bram „leest is, wat k ter op staet
of geeft 't is 'ier". Ie von' dat toch nogA'
van belank een recept voe den aptheek.
Mertine kust het niet zie-e zonder bril,
dus ze kwaem der mee nae' de bestie en
Bram las „luchtige nachtkleeding hemd
en pyamaéén lakeh en twee wollen de-
kens". h. C. H.
UIT ONZE COURANTEN VAN
VOOR 50 JAAR
Ste week 1891.
Door het prov. kerkbestuur van Gronin
gen is tot de evangeliebediening toegela
ten de heer P. de Buck, theol. doet. te
Oost-Souburg.
Van 5 tot 11 September vervoerden de
mailbooten der Mij. „Zeeland"- 1973 passa
giers, nl. 947 uit Queenboro en 1026 uit
Vlissingen.
Beroepen bjj de Ned. Herv. gemeente te
Oostkapelle cand. P. de Buck te Souburg;
te Zaamslag cand. C. J. van Paassen te
Franeker.
Naar de „Stand." meldt, is het voorstel
tot vereeniging met de Chr. Geref. Kerk
door de Synode der Ned. Geref. Kerk een
parig aangenomen.
ter op met het randschriftHier leit be
graven heer Kornelis Jansz van Hoeke,
pastóor van Vlake, wien stierf in 't jaer
1452 op Sinte Pontiaansdag, bidt voor de
Siele.
Op een hofstede te Schore lag een klei
nere steen, waarop stond hier is begraven
Ollners Sone priester van de kerke en cap-
pitul te Vlake stierf in 1352, bid voor de
Siele.
Het kerkhof te Vlake is tot plm. 1875
als begraafplaats gebruikt
(Wordt vervolgd).
B. J. d. M.
De boomvalken bewoners van de zandverstuivingen.
BEHENDIGE JAGERS EN SNELLE
VLIEGERS.
De zon bllkkers over de oneindige zand
verstuivingen van de Veluwe. Onbarm
hartig heet is het rulle zand, waar we
nu al meer dan een half uur doorheen
sjouwen, en een zware geur van hars golft
om ons heen. Want de verspreide dennen
op de zandverstuiving, zweten in het zon
netje, dat het een aard heeft!
In het Hulshorster zand.
Een vreemd landschap is dit Toen we
het kleine Veluwe-dorp Hulshorst verlie
ten, leek alles nog heel gewoon: denne-
bossen met hier en daar een stukje hei
develd er tussen, soms een korenakker
waar de schoven klaar stonden om te wor
den opgehaald door den boer, zo nu en dan
een boerenwoning met wat kippen en var
kens, kortom, een echt Veluwe-landschap.
Maar voor we goed en wel wisten, wN»t er
gebeurde, werd het bos dunner veel duri-
ner, en voor ons strekte zich een buiten
gewoon merkwaardig landschap uit: het
Hulshorster zand. Niet de enige zandver
stuiving van Nederland, o nee! Want de
Brabanders kennen naast vele kleinere
complexen, de enorme Loonsche en Dru-
nensche duinen, de Drenten bezitten o.m.
hun Balinger- en Mantingerzand en ook
in Friesland (de Boschhoek) in Overjjsel
en in Utrecht vinden w.» zandverstui
vingen. Dat zijn nu je ware woeste gron
den! Oorspronkelijk waren hier wellicht
heidevelden, bossen, wie zal het zeggen.
Toen kwam er toevallig een flink gat in
de begroeiing, door graafwerk van men
sen of dieren, en dat gat lag precies zo,
dat de Zuia-Westen wind er in blies. Die
blies iedere dag wat meer zand weg, de
begroeiing begon te sterven, er kwam
een heel valleitje, en toen dat zo een paar
jaar was doorgegaan, lag er al een aar
dige zandverstuiving. Je voelt wel, een
houtvester, een bosbouwer of een grond
bezitter is niet direct verheugd, wanneer
er in zijn gebied een zandverstuiving op
treedt. Deze plaatsen woekeren nl. steeds
verder, breken hele bossen af, overstromen
heidevelden met brede zandgolven, en er
is vrijwel niets dat er tegen helpt, want
de wind transporteert het fijne zand steeds
verder.
SCHAKEN
REDACTEUR J. M. MULLIó.
Onderstaande partij is de vijfde uit de zoo Juist
gespeelde match tusschen de heeren Maartense en
v. d. Ende.
Grünfeld-Indisch.
Wit: J. J. v. d. Ende. Zwart: K. Maartense.
I. d2d4 Pg8—f6 2. c2c4 g7—g6
3. Pbl—c3 d7—d5 4- Lel—f4 Lf8—g7
5. f2e3 0-0 6. Tal—cl c7—<5
'7. d4 x c5 DrlSaö 8. c4 x d5 Tf8—d8
9. Lfl—-c4 Voor deze variant verwijzen we naar
een artike* van S. Landau, in het Tijdschrift van
den Kon. Ned. Schaakbond, jaargang 1939 pag.
257. getiteld: „De GrUnfeld-verdediging in een
kritiek stadium". Hierin komt deze zin voor:
zooals analyses echter aantoonen, kan wit met
Lflc4 de gehéele speelwijze van zwart weer
leggen, men zie:
1. 9 Lfl—c4 Da5 x cS 10 Ddl—b3 a7—a8 11
a2a4 Ph8—d7 12 e3e4,
2. 9 Lflr-c4 Pf6 x d5 10 Lc4 x d5 e7—e6 11
Lf4—d6
3. 9 Lfl—<4 Pf6e4 10 Pgl—e2
4. 9 Lfl—c4 Lc8—e6 10 Ddl—a4 Da5xa4 11
Po3xa4 Pf6xd5 12 Pgl—f3 Pd5-b4 13 a3—a3
Le6xc4 14 Tclxc4 Pb4—d3f 15 Kei—e2 etc.
De negende zet van wit nl. Lfl—<4 wordt dus
als de weerlegging van de door zwart gekozen
verdediging beschouwd.
Merkwaardig genoeg komt in deze partij wit
evenwel in het nadeql, zonder direct aan te too-
nen groote fouten, cn slechts doordat zwart de
juiste voortzettingon mist verliest hij tenslotte
nog.
9e7—e6 een omwisseling van den 9en
en lOen zet, welke toch niet geheel juist is o.i.,
daar wit 10 d5—d6 kon spelen.
10. Lf4d6 e6xd5 11. Lc4xd5 Pf6xd5
12. Ddlxd5 Pb8c6 13. a2—a3 een on
aangenaam tempo-verlies. Wit wil Pb4 verhinde
ren, en uit eigen onderzoekingen is ons gebleken,
dat deze zet inderdaad voor wit niet prettig is.
13 Lc8e6 4. Dd5—13 Lg7—«51
Styling na 14Lg7—e5
il
Üi
psr
glli
i
#J§
11
ié!
H
U'
Ël
SB
BE
15. Df3dl hierdoor blijft de witte dame voort
durend bedreigd, en daarom lükt deze zet, hoe
wel voor de hand liggend niet de beste. Ont
wikkeling van Pgl leek meer aan te bevelen.
1 5b7—b6 opnieuw goed gespeeld, de
positie van den raadsheer op d6 wordt er niet
beter op.
16. Pgl—13 thans komt deze ontwikkeling te
laat.
1 6Le6—c4? deze zet doet het voordeel
van zwart vervliegen. Hier moest 16b6xc5
17 Pf3xe5 Pc6xe5 18 0—0 Peö—c4 19 Pc3-e4
Da5—b6 en Ld6 gaat verloren.
17. Pf3—d2! Lc4—d3 18. f2—f4! Le5xd6
19. cöxdö Td8xd6? 20. Pd2—c4! Da5-c5
21. Pc3a4! wit manoeuvreert handig met zijn
paarden, en hoewel zwart alles in het werk stelt,
kan hij materieel nadeel niet vermijden.
21Ld3xc4 22. Pa4xc5 TdBxdlf
23. Kei x dl Ta8d8t 24. Kdlel Lc4-d5
25 e3e4 Td8—e8 26. Kei—12 en zwart
gaf op.
De zoogenaamde voorwedstrijd om het kam*
pioenschap is geëindigd met onderstaand resul-
taat:
1. J. M. Mullié 13 pnt.2. H. Strooband 10 pnt.
3. W. de Graaf 9 pnt.: 4. P. D. de Zeeuw IVt
pnt.; 5. P. M. de Kleyn 6Vj pnt.; 6. J. F.
Heemskerk 6 pnt: 7. H. J. Kraak 3 pnt; 8. J.
Scheltens 1 pnt.
Opgemerkt moet worden, dat de heer Scheltens
niet alle partijen meer kon uitspelen voor den
vastgestelden termijn, waardoor hij diverse par
tijen reglementair verloor. Hoewel er nog enkele
andere partijen op deze manier .beslist moesten
worden, had een en ander toch geen invloed op
den einduitslag.
De heeren Mullié, Strooband en De Graaf ko
men dus in aanmerking om mee te spelen in den
kampioenswedstrijd.
Een dankbaar excurslegebled.
Voor ons, natuurvrienden, behoren de
ze zandverstuivingen tot de schoonste ex
cursie-gebieden die er te vinden zijn. In
de eerste plaats om de schoonheid van het
landschap zelf, die met niets te verge
lijken is. Troosteloos en grauw onder re
genluchten, gloeiend als een woestijn on
der de zomerzon, maar altijd even weids
en schoon altijd even verrassend en grillig.
Nergens kan je zulke prachtige wolken
luchten zien als boven de zandverstuivin
gen.
Maar vooral komen we hier zo gaarne
om de interessante dieren die op de zand
verstuivingen waar te nemen zijn. Naar
de insecten hebben we al eens gekeken,
en we zullen ons dan ook voornamelijk
bezig houden met een van de belangwek-
kenste vogels van de zandverstuivingen, en
bovendien een vogel, waar nog betrekke
lijk weinig van bekend is: de boomvalk.
Een slanke rover.
Wanneer we zo over de zandvlakte
trekken, zullen we vast op een gegeven
ogenblik een vrij kleine, slanke vogel over
ons hoofd zien schieten, 't LQkt een heel
grote zwaluw, zo slank zijn vleugels en
staart, maar de grootte zegt ons toch wel
direct, dat we met een andere vogelsoort
te doen hebben. Als je nu even later een
hoog en vrij scherp geluid hoort: „Klikli-
kli", dan kun je zeker zijn van je zaak:
dit is de boomvalk, de vogel waarvoor wij
vandaag speciaal naar de zandverstuiving
zyn getrokken. Het zal je nog niet mee
vallen om deze sinjeur goed te leeren
kennen. HQ is niet alleen een buitenge
woon snelle vlieger, die alweer voorbij is
voor je hem goed en wel gezien hebt,
maar bovendien is de vogel» vrij schuw, en
erg algemeen is hQ niet.
Laten we maar eens veronderstellen,
dat we hem met erg veel moeite hebhen
beslopen tot op een zo geringe afstand,
dat v/e de kleuren en de tekening der ve
ren kunnen waarnemen. De onderzijde van
de vogel is lichtbruin met een gele tint,
en vertoont allerlei lichte en donkere vlek
ken. De kleur van de vleugels Is donker
grijs, van ,de rug een weinig lichter. De
keelvlek is wit, en loopt naar de nek
nog een aardig eindje door. Ook boven
snavel en ogen zitten vrQ veel witte of
lichte veren en daardoor zijn tussen keel
en snavel de „snorren" van de boomvalk
ontstaan, donkere veren, die inderdaad
veel op snorren gelijken en die een van de 1
belangrijkste herkenningstekenen van de
boomvalk uitmaken.
Insecteneter bQ uitnemendheid.
De boomvalk is een uitstekende jager.
In razende vaart kan hij door de lucht
schieten: zijn' zeer dunne en spitse zwa
luwvleugels stellen hem in staat een snel
heid te -bereiken die groter is dan die van
welke andere Nederlandse vogel ook. Die
snelheid komt hem goed van pas, want
hij voedt zich met snelvliegende insecten,
vooral met grote libellen. Dat kunnen we
zien uit het braakballenonderzoek, dat al
tijd een groot aantal gazige libellenvleugels
bevat.
Het nest van een boomvalk ligt zo een
zaam mogelQk, heel ver van de mensen in
hoge, oude dennen en sparren. Daar ko
men dan drie eieren van een geelwitte
grondkleur, waarop honderden rode stip
peltjes. Ze hebben nu evenwel bjjna vol
wassen jongen, die worden gevoed vooral
met kleine zangvogels. In de zomer bela
gen de oude boomvalken onze kleine zan
gers voortdurend, en daar zjj zulke feno
menaal snelle viegérs zQn, hebben zij met
het bijeenscharrelen van voedsel voor hun
jongen weinig moeite. Ze vliegen zo snel,
dat ze zelfs zwaluwen kunnen vervangen.
Het zQn echter zomervogéls, de boomval
ken. Eerst in April komen zQ op hun broed
plaatsen en reeds in September reizen zQ
naar het warme Zuiden.
GEMENGD NIEUWS
CLANDESTIENE HANDEL IN
SCHOENEN.
VQf fabrieken zullen gesloten worden.
Bij een in samenwerking met het Rijks
bureau voor huiden en leder te Amsterdam
gehouden controle bij schoenwinkeliers ter
plaatse, kwam'de gemeentepolitie te Zwol
le een uitgebreiden clandestienen handel in
schoenen op het spoor.
Bij den schoenwinkelier O. werd gecon
stateerd, dat schoenen in den handel ge
bracht waren op andere wijze dan een
bonafide schoenfabriek deze onder de
thans geldende voorschriften behoort af te
leveren.
Dit leidde tot aanhouding van O., die
daarna bekende een kleine twee duizend
schoenen frauduleus verkocht te hebben.
Niet allen voor den schoenwinkelier zul
len de gevolgen onaangenaam zQn, doch
ook .de schoenfabrikanten, 5 in getal, pluk
ken thans reeds de wrange vruchten van
hun bedrQf, daar zij onmiddellijk na het
bekend worden van hun handelwQze hier
omtrent gehoord zQn, terwijl hun fabrieken
gesloten zullen worden. Verdere arrestaties
staan nog te wachten. De voorraad van
den winkelier O. is in beslag genomen.
Tevens zullen de koopers, die schoenen
zolder bon van dezen winkelier hebben
betrokken, hiervoor worden vervolgd.
1 LEEUWENPLAAG IN RHODESIË.
Een gevaarlijk avontuur heeft, volgens
een bericht in het Kaapstadsche blad The
African World, een vrouw beleefd in het
Mlanje-gebied in Rodesië. Op een eenza
men tocht door de steppe sprong plotseling
een leeuw op het dak van haar auto. ZQ
had de tegenwoordigheid van geest vol gas
te geven, waardoor zij na eenigen tQd den
onpleizlerigen passagier kwijtraakte.
Een andere leeuw heeft bij Zomba een
auto der posterijen aangevallen. Het beest
klemde zich vaat aan het portier. De
chauffeur kon hem eindelijk, nadat hij
zware beschadigingen had toegebracht aan
de auto, kwijtraken.
In hetzelfde gebied zQn zes inboorlingen
door leeuwen verscheurd. De dieren drin
gen ten gevolge van de buitengewone
droogte van dezen winter steeds weer door
in bewoonde streken.