06 T)irigent Waar blijven onze gebruikte distributiebonnen De legerberichten van gisteren. Zenuwachtig Tweede Blad PROVINCIALE ZEEUWSCHE COURANT Vrijdag 29 Augustus 1941 ——■W Eerst contröle, dan vernietiging. Het stoffelijk wel en wee van practisch alle Nederlanders is in dezen oorlogstijd in belangrijke mate afhankelijk van het cen traal distributiekantoor, welke overheids instelling de geheele technische uitvoering van de Distributiewet 1939 in handen heeft. Dat deze opdracht geen peulschilletje is en dat een buitenstaander zich nauwelijks kan voorstellen, hoe' omvangrijk en gecompli ceerd het distributieapparaat wel is, zal voor iedereen duidelijk zijn. De moeilijkhe den, welke zich hierbij voordoen en welke dikwijls op zeer korten termijn om een oplossing vragen, zijn vele en men zal haar eigenlijk eerst dan beseffen, wanneer men een kijkje achter de schermen neemt en dan niet alleen de zeer moderne mechanische administratie ziet en bewondert en daarbij allerlei astronomische getallen van te ver werken kaarten en bonnen hoort, maar te vens getuige is van het laatste distributie stadium: de nacontröle van de ingeleverde opplakvellen en de daarop volgende papier vernietiging. Met nacontröle het woord zegt het reeds wordt bedoeld een con tröle op de contröle, welke door de distribu tiediensten .wordt verricht. Voor deze nacontröle moest destijds een apart gebouw in gebruik worden genomen Het werd gevestigd in Den Haag, dicht bij den hoofdzetel van het Centraal Distributie kantoor. Reeds spoedig echter bleek, dat de taak zoo omvangrijk was, dat besloten moest worden de groote steden het werk der nacontröle zelve te laten uitvoeren. Bo vendien en deze toestand was allerminst ideaal moest de nacontröle voor enkele artikelen, nl. voor vleesch, textiel en brood, achterwege blijven. Bykantoren in Hattem en Gennep. Thans is ook aan dezen onbevredigenden toestand eeh einde gemaakt. De oplossing is gezocht en gevonden in de richting van de centralisatie, waarbij het land in twee deelen is gesplitst. De noordelijke provincies leveren hun op plakvellen in bij een in Hattem gevestigd bijkantoor en de zuidelijke bij een kanton, dat in Gennep is gesticht. De organisatie van dit nieuwe systeem maakt het noodzakelijk, dat de groote ste den haar opplakvellen voorloopig nog naar Den Haag sturen. In October echter zuilen deze steden de bonnenvellen naar één der bijkantoren moeten zenden. Gedurende Me eerstvolgende weken is de toestand dus zoo, dat de bonnen van .rond 3.350.000 personen in Hattem, van rond 3.260.000 personen in Gennep en van rond 2.230.000 personen in Den Haag worden in geleverd, ook de vleesch-, textiel- en brobd- bonneri. Het bijkantoor in Hattem is zijn werk zaamheden op 18 Augustas begonnen. Den daarop volgenden dag kwamen de eerste opplakvellen met vleeschbonnen daar bin nen. Na verloop van twee weken volgen tex- tielbonnen en nog een week later de brood bonnen. Daarna zullen de petroleumbonnen aan de beurt komen en dan zal kunnen wor den overgegaan tot het overhevelen van alle tot nu toe in Den Haag verrichte werk zaamheden naar Hattem, voor zoover het De Britsche verliezen in de luchts NEGEN SPITFIRES NEERGESCHOTEN. Naar het D.N.B. verneemt, heeft de Engelsche luchtmacht -gisteren bij aanval len op de Kanaalzöne 9 Spitfires verloren. Gistermiddag probeerden 25 tot 30 Spit fires het kustgebied van West-Frankrijk te naderen. Sterke groepen Duitsche jagers gingen terstond tot de achtervolging over. Een escadrille van deze formaties trof de geheele vijandelijke groep aan en viel den numeriek sterken tegenstander terstond aan. Na hevige luchtgevechten schoten de Duitsche jagers 6 Spitfires omlaag. De escadrille Messerschmidts keerde zonder verliezen op haar uitgangspunt terug. Voorts vloog gistermiddag een Spitfire naar het Noord-Fransche kustgebied en werd door Duitsche jagers neergeschoten. Voorts is gisteren door marineartillerie een Britsche Vicker's-Wellington machine aan de kust van het Kanaal omlaag ge schoten. ENGELSCHE VLIEGTUIGEN BOVEN DUITSCHLAND. Britsche vliegtuigen hebben in den nacht van Donderdag op Vrijdag in West-Duitsch- land een aantal bommen neergeworpen, die slechts geringe schade aanrichtten. Totdusver is bericht .ontvangen, dat zes vijandelijke vliegtuigen door nachtjagers en de luchtdoelartillerie zijn neergeschoten. natuurlijk de noordelijke provincies betreft. Het bijkantoor in Gennep begint de vol gende week volgens hetzelfde plan te wer ken. Einde September zal dan bereikt zgn, dat alle bonnen, ook die, welke tot nu toe bij de distributiediensten bewaard bleven, nagecontroleerd en vernietigd worden. Men zal zich wellicht afvragen, waarom juist Hattem en Gerttxep zijn uitgekozen. In de eerste plaats kwamen deze gemeenten in aanmerking, omdat zij ten opzichte van het gebied, dat den bijkantoren is toegewezen, centraal zijn gelegen en in de tweede plaats, omdat in beide dorpen een papierfabriek is gevestigd, welke het vernietigde papier kan verwerken. Dat dit laatste van veel betee- kenis is, moge blijken uit het feit, dat alleen reeds de brood- en vleeschbonnen per week een hoeveelheid van 8000 9000 k.g papier vertegenwoordigen. Door den aanvoer van dit distributiepapier worden deze febrieken in staat gesteld een gedeelte van het bedrijf continu op gang te houden. In Hattem heeft men voor het bijkantoor beslag kunnen leggen op een oud en niet meer in gebruik zijnde schoolgebouw, ter wijl het bijkantoor in Hennep in de fabriek zelve ondergebracht kon worden. In elk der bijkantoren zijn ongeveer 80 menschen te werk gesteld. Het spreekt vanzelf, dat zoowel Hattem als Gennep de vestiging dezer bijkantoren in hun gemeenten met yreugde hebben be groet. Immers het overgroote deel van het personeel, dat in elk der kantoren te werk is gesteld, bestaat uit inwoners dezer plaat sen en het is voornamelijk de kleirfe mid denstand, die hiervan profiteert. De beteekenls voor de papierindustrie. Tenslotte nog iets over de beteekenis van deze ontzaglijke hoeveelheden gebruikte bonnen voor de papierindustrie. Zooals be kend, vormt de aanvoer van grondstoffen voor deze industrie in oorlogstijd een zeer moeilijk vraagstuk. De voornaamste grondstoffen, hout en uit hout bereide halfproducten als geslepen houtstof en cellulose, moeten uit het bui tenland komen en dit gaat zoo moeilijk en met zooveel stagnatie, dat de grondstof situatie voor de papierindustrie de grootste zorgen baart. Indien al het oud-papier in alle vormen zooveel mogelijk als grondstof beschikbaar kwam, zou dit een aanmerkelijke verbete ring beteekenen. Weliswaar moeten ver schillende papiersoorten bij gebruik van oud rapier als grondstof aan heldere kleur en aan vastheid iets inboeten, maar in de hui dige omstandigheden is hoofdzaak, zooveel mogelijk te kunnen voldoen aan de enorme papierbehoefte van de moderne samenle ving. Weliswaar beschikte de Nederlandsche papierindustrie bij het uitbreken van den oorlog over groote voorraden en was ook de handel goed voorzien, dóch deze voorra den zijn reeds sterk afgenomen en niemand kan voorzien hoelang wij ër hög'mee "Zulléh toe moetpn komen. Daarom is het een prij zenswaardig initiatief geweest, het distribu tiepapier na vernietiging onmiddellijk weer productief te maken. De strijd tegen het communisme in Frankrijk. DRIE DOODVONNISSEN. Uit Parijs meldt het D.N.B. In het kader der maatregelen van de Fransche regeering tegen de sabotagedaden der com munisten hebben Woensdag bijzondere rechtbanken, die krachtens een wet van 22 Augustus waren ingesteld, voor het eerst vonnis geveld. Drie personen werden ter dood veroordeeld. De vonnissen werden gisterochtend voltrokken, naar van 'bevoeg de Fransche zgde vernomen wordt. Zes anderen werden veroordeeld tot tuchthuis straffen van zeven jaar, tot levenslang en twee tot gevangenisstraffen. De plannen voor een conferentie te Moskou. Naar de Zweedsche Nya Dagligt Alle- handa uit Londen meldt, valt daar onte vredenheid op te merken in verband met de vertraging van de conferentie te Mos kou. In Britsche regeeringskringen is men van meening, dat men niet veel kan doen, voordat Washington zijn besluiten heeft medegedeeld.Men acht het mogelijk, dat Eden en Be^verbrook naar Moskou ge zonden zullen worden. DR. G0EBBELS OVER DE DUITSCHE BERICHTGEVING. ONDERGESCHIKT AAN DE BELANGEN VAN WEERMACHT EN VOLK. y spreekt wanneer het tyd is. In een artikel in het tijdschrift „Das Reich" karakteriseert rijksmini-ter dr. Goebbels de bijzondere kenteekenen van de Duitsche berichtenpolitiek, zooals die vooral gebleken zijn uit de vereischten van den oorlog. Dr. Goebbels begint met te verklaren, dat er in de geheele oorlogsgeschiedenis geen voorbeeld aanwezig is, waarin een oorlog gevoerd is, zonder dat de regeering invloed uitoefende op de openbare meening. Zelfs in de z.g. democratische landen bestaat in den oorlog niets, wat men met „vrijheid van meening" kan kenmerken. Wanneer men bedenkt, dat het voeren van £e berich tenpolitiek geheel ondergeschikt gemaakt moet worden aan de belangen van het volk en vooral aan die van zijn weermacht, spreekt het vanzelf, dat de politieke berich tendienst in den oorlog niet op goed geluk georganiseerd mag worden, doch uitsluitend volgens een breed grootsch opgezet plan. Al moeten wij ook om militaire redenen feiten van den meest uiteenloopenden aard verzwijgen, toch staat het openbare leven in Duitschland voor de kennisneming van lederen neutralen vreemdeling open. Wij hebben het niet noodig om, zooals de En- gelschen doen de toegang tot heele steden of provincies te verbieden. Bij ons kan iedere buitenlandsche correspondent onbe lemmerd met het buitenland telefoneeren of telegrafeepen, terwijl in het z.g. democra tische Engeland de censuur op buitenland sche telegrammen al bij het begin van den oorlog werd ingevoerd., Natuurlijk ja- ten wij ons onze berichtenpolitiek niet door den,vijand voorschrijven. Wanneer wij derhalve op bepaalde leugens van vijandi- gen kant niet reageeren, dan hebben wij daarvoor goede redenen. De vijand .anceert vaak bepaalde berichten, om ons tot een antwoord te noodzaken dat den vijand van nut zou kunnen zijn. Onze berichten politiek moet derhalve soms ook zwijgen over dingen en gebeurtenissen, die in bet binnenland algemeen bekend zgn. Rijksminister dr. Goebbels trekt vervol gens een vergelijking tusschen de Duit sche en de Engelsche berichtenpolitiek en komt tot de conclusie, dat Duitschland zich als gevolg van zijn openlijke en eer lijke berichtgeving ook een tijdelijk ver stommen van zijn nieuwsorganen kan per- mitteeren. Anders daarentegen de Engel- schen. Wanneer de menschen niet zoo ver geetachtig waren, zouden zg van den Loh- denschen nieuwsdienst geen woord meer gelooven. Daar heeft men altijd slechts valsche prognoses gesteld. De minister her innert in dit verband ami de keten van Engelsche leugenberichten, te beginnen bij het Poolsche leger voor de poorten van Berlijn, tot de beweerde nederlagen in het Oosten, om van de bolsjewisten maar te zwijgen. Zij liegen niet uit noodzaak, maar uit. wellust. Zg geven zich niet eens meer de moeite, aan hun berichten een zweem V^n waarschijnlijkheid te g^ven. Ten slotte merkt dr. Goebbels op, dat het Duitsche volk van zijn leiding verwacht ter overwinning geleid te worden. Op welke wijze zij dat doet. moet aan haar zelf worden overgelaten. Zij spreekt, wan neer het tijd is om te spreken, zij zwijgt, wanneer het tijd is om te zwijgen. Menzies afgetreden als Australische minister-president. PADDEN ZIJN OPVOLGER. Reuter meldt uit Melbourne, dat de Australische minister-president Menzies, die sinds 1936 in functie en ook minister voor de coördinatie van het defensiepro gram was. is afgetreden. De plaatsvervan gende minister-president, Fadden, die Men zies vervangen heeft tijdens diens verblijf in Engeland, is eenstemmig in een gemeen schappelijke vergadering van de vereenig- de Australische partijen en de boerenpartij tot minister-piesident gekozen. Het aftre den van Menzies treedt formeel Vrijdag in werking. In een persconferentie verklaar de hij te hopen, dat zijn aftreden een gun- stigen invloed zou hebben op de eensge zindheid tusschen de regeering en de par tgen. ""■aAkkuTUËVL Duitschland strijdt voor Europa. Het opperbevel der Duitsche weer macht deelt mede: „Aan het geheele Oostelijke front ontwikkelden zich de operaties ook Woensdag volgens de plannen. Aan het Finsche front hebben Duitsche en Finsche troepen in nauwe samen werking een belangrijk succes be- naald. Na onder de moeilijkste ter rein- en weersgesteldheid gevoerde gevechten, die dagen duurden, is ten Oosten van Salla een vijandelijke strijdmacht ter sterkte van twee di visies vernietigend verslagen. x Slechts kleine gfdeelingen slaag den er in, met achterlating van vrij wel alle oorlogsmateriaal te ont komen. Af deelingen der Duitsche lucht macht hebben Woensdag, overdag 109 Sovjetvliegtuigen vernietigd. Bo vendien werden door Tongaarsche ja gers 10 en door Italiaansche jagers 8 Sovjettoestellen neergeschoten. In de Engelsche wateren heeft-een gevechtsvliegtuig overdag bij de Fa- roër een vrachtschip van 4000 ton tot zinken gebracht. Op verscheidene Engelsche vliegvelden zijn geslaagde nachtelijke aanvallen gedaan. Aan de kust van het Kanaal verloor de Britsche luchtmacht eergisteren 11 vliegtuigen bij luchtgevechten en 2 door afweergeschut. Duitsche gevechtsvliegtuigen heb ben in den macht van 26 op 27 Augustus bomtreffers geplaatst op de installaties van het vliegveld Is- maila aan het Suezkanaal. Britsche vliegtuigen hebben Woensdagnacht het gebied rondom Mannheim aangevallen. De schade is onaanzienlijk. Een der aanvallende bommenwerpers is door afweerge-v schut neergehaald". Burgers in nood. Er is weinig nnodig om te kunnen be seffen, hoe het de burgerbevolking in het strijdgebied van de Sovjet-Unië vergaat. Evacuatieplannen, zooais die in de Wester- sche landen waren gemaakt en ook tijdens den strijd werden uitgevoerd, bestaan in de Sovjet-Unie niet. De burgers, vrouwen, kinderen en gnjsaards zijn geheel op zich zelve aangewezen en wanneer het front zich meer en meer naar hun woonsteden vèrpj^atst, nemen zij als opgejaagd wild de wijk. Niemand bekommert zich om hen totdat het gebied, waarin zij zich bevinden, in Duitsche handen is gevallen. Dan ont fermen zich de Duitsche ambulances en hulpexpeditie, over deze opgejaagde stak kers, die eenmaal terug gekomen in hun woonplaatsen, tot de verschrikkelijke ont dekking komen, dat de terugtrekkende Sovjet-troepen geen huis hebben gespaard. Zoo maken deze menschen, die jarenlang onder het juk van de Sovjets geleefd heb ben voor het eerst kennis met de Wèster- sche opvatting van naastenliefde. Liefderijk worden zij opgenomen en ver zorgd door dr ambulances. Medische hulp wordt hun verleend en voedsel uitgereikt. Daar is een geweldige organisatie voor noodig om dit alles te verrichten, een orga nisatie, die arbeidt onder de witte vlag met het roode kruis. Nederland zal ook aan dit werk mee doen! Nederland zendt een ambulance naar het Oostfront. Nederland weet, dat dit zgn plicht is! Ook veel geld is noodig om dit werk uit te voeren, doch de organisatoren ken nen het Nederlandsche volk. Zij weten, ddt er nimmer vergeefs een beroep pp dit volk is gedaan als het er om ging anderen te helpen. Nederlanders, weet wat u te doen staat. Steunt naar uw vermogen de tot stand koming van de Nederlandsche ambulance. Stort uw bgdrage, iets meer dan u kunt missen, op girorekening Nederlandsche ambulance, Koninginne gracht 22, 's-Gravcnhage. DRIE IRAKSCHE STAATSHOOFDEN GEDEPORTEERD. Uit Tunis meldt het D.N.B.: Drie Irak- sche staatshoofden zgn gearresteerd en naar Voor-Indië gedeporteerd. Als protest tegen de Engelschen en tegen de huidige Iraaksche regeering hadden zij. de burger lijke ongehoorzaamheid geproclameerd. Voorts hadden zij geweigerd belasting te betalen en na een oproep der autoriteiten te verschijnen. HET ITAIJAANSCHE. Het 450ste communiqué van het Italiaan sche hoofdkwartier luidt „De Duit3ch-Italiaansche luchtmacht heeft Woensdag een levendige bedrijvigheid ontplooid tegen de vesting Tobroek. Sterke af deelingen Italiaansche en Duitsche bom menwerpers hebben, begeleid door onze ja gers, havenwerken, batterijen-en andere doelen bestookt..Boven Sidi el Barrani heb ben Duitsche jagers twee Britsche vliegtui gen van het type Curtiss neergeschoten. Italiaansche escadrilles hebben de vijande lijke stellingen in de oase Dzjaraboeb ge bombardeerd. Aan het landfront van To broek aanzienlijke bedrijvigheid van voor uitgeschoven afdeelingen en artillerievuur. De Engelsche luchtmacht heeft opnieuw aanvallen gedaan df> Tripolis en Benghazi. In Oost-Afrika is een hevige vijandelijke aanval op Wolsjefit afgeslagen dooi; den hardnekkigen tegenst^Vid van onze troepen, die werden gesteund door een welonderhou- den artillerievuur en de doeltreffende actie onzer dappere vliegers. In de Middellandsche Zee hebben Italiaan sche torpedovliegtuigen in opeenvolgende golven 2 vijandelijke oorlogsschepen aan gevallen en getroffen, nl. een lichten kruiser en een hulpkruiser van 12.000 ton. Een onzer vliegtuigen is niet op zijn basis terug gekeerd." Japan en de Ver. Staten. NOMOERA OVERHANDIGT ROOSEVELT PERSOONLIJK SCHRIJVEN VAN KONOJE. De Japansche ambassadeur te Washing ton, Nomoera, heeft president Roosevelt een persoonlijk schrijven van den Japan- schen minister-president overhandigd. In aansluiting daarop heeft Nomoera een on derhoud gehad met president Roosevelt en met den minister van buitenlandsche za ken, Cordell Huil. Nomoera weigerde den journalisten eenige aanduiding te verschaf fen omtrent den inhoud van de boodschap. Na de ontvangst van den Japanschen am bassadeur verklaarde minister Huil, dat president Roosevelt op den persoonlijken brief van den Japanschen minister-presi dent ook persoonlijk zal antwoorden. DE AMERIKAANSCHE BENZINE VERSCHEPINGEN NAAR WLADIYV OSTOK. Onder vette koppen houden zich zoowel de New York Times als de New York He rald Tribune bezig met de verklaring van den Amerikaanschen minister van buiten landsche zaken Cordell Huil omtrent de Amerikaansche leveringen naar Wladiwos- tok en omtrent de Japansche reactie op deze leveranties. De bladen berichten voorts over de Woensdag uitgevaardigde proclamatie van. Roosevelt, krachtens welke al het oorlogs materiaal en alle grondstoffen en machine rieën voor de vervaardiging van oorlogs materiaal onder exportlicentie geplaatst worden. Deze verordening betreft in de eerste plaats de Philippijnen, waarvoor geen exportlicenties meer zullen worden goedgekeurd. De New York Times meldt in dit ver band uit Washington, dat de verklaring van Huil betreffende Japan zoo uitgelegd moet worden, dat de Ver. Staten ook ver der het recht opeischen, Amerikaansche schepen over den Stillen Oceaan naar Wla- diwostok te zenden, ongeacht de positie van Japan. De New York Herald Tribune schrijft Zoowel Roosevelt als Hull hebj>en in hun jongste verklaringen te verstaan gegeven, dat de Amerikaansche regeering vastbeslo ten is, den bolsjewisten vliegtuigen en ben zine te doen toekomen, evenals zij vastbe sloten is te verhinderen, dat Japan vêor de oorlogvoering belangrijke leveranties van de Philippijnen zou kunnen betrekken. De oorlog in China. De Japansche strijdkrachten, die doende zijn met veelomvattende omsingelings operaties tegen Chineesche communisten in het grensgebied van de provincies Sjansi en Hopeh, hebben het belangrijke vijande lijke hoofdkwartier Tsjankiajoean ingeno men op vijftig kilometer ten Noordwesten van Sjimen, zoo wordt gemeld van een Japansche basis in Indo-China. Deze aan val geschiedde met medewerking van Ja pansche legervliegtuigen. Nadat de "Chinee sche troepen uit de stad waren verdreven, geraakten de Japanners nogmaals slaag met de Chineezen te Tsjentsjwang. op om streeks dertig kilometer ten Zuiden van Foupïng, in het Westen der provincie Hopeh. door O. R. 7) „Ja, van Sadi." De oogleden zonken ge heel dicht, zij ademde met moeite. „Als geschenk ter herinnering en ter ver dediging." „Maar hij flehield het zelf onder de hand, want nu zat het toch in den zak van zijn pels?" Nu sprak ze snel, kort van adem. Haar oogen hingen angstig spiedend aan de zijne. „Ja, hij ;sou het voor me dragen tot later. Twee dagen geleden, toen we hier aan kwamen, bestelde hij het wapen voor mq bij een juwelier. U ziet mijn monogram op het handvat. Vanmorgen gingen we sa men uit om het af te halen. Ik vroeg hem, het voor me te dragen en hij stak het in den zak van zijn pels." „En nu kwam u naar beneden om het te halen. Ja, ja. Net nu! Zoudt u daar misschien een speciale reden voor heb ben?" Ze keek hem aan zonder te antwoor den, met opeengeklemde handen, verkoos eindelijk haar schouders op te halen als een soort antwoord. „Mademoiselle Chervais", zei Van Mieth, „u staat me toe, u nu naar uw kleedkamer te begeleiden. Later zal ik mij misschien genoodzaakt zien, u nog met een paar vragen lastig te vallen." Ze keerde zich om. „Mij begeleiden be hoeft u niet, en op meer antwoorden dan ik al gedaan heb, dat kan ik later ook niet. Maar het pistool is van mij, niemand weet er van dan ik, niemand heeft het gezien, behalve ik, en zelfs Sadi heeft zon der twijfel vergeten, dat hij het in zijn zak had anders had hij natuurlyk zoo'n ge vaarlijk ding weggelegd in zijn kamer, of het naar mijn kamer gestuurd, zooals we uitdrukkelijk hadden afgesproken. Meer kan ik u niet zeggen én meer zal iemand anders ook niet in staat zijn u te zeggen." Van Mieth keek haar gestalte na, die als een visioen van wit en violet in het schemerig donker van de gang verdween. Op dit oogenblik kwam dr. Charbin dwars over het tooneel op hem toe. Van Mieth reikte hem de revolver. „Kijk eens", zei hij, „maar wees voor zichtig, er zitten nog vijf patronen op." De gerechtsmedicus opende het maga zijn. „Ja", zei hjj, „vijf scherpe patronen en een afgeschoten huls. Het kaliber is 6 mm. Er is geen twijfel." Hij bekeek naden kend den pels, dien Van Mieth hem wees. „Zooveel staat nu vast", zei Van Mieth, dat we hier één van de taflta gezochte punten hebben: het wapen, fikt gebruikt is en 'bovendien, dat het genomen is uit dien jaszak door iemand, die in elk geval geweten heeft, dat het zich daar bevond en die na de daad, terwijl hier alles tumult en verwarring was, het af geschoten wapen weer op zgn plaats heeft gebracht. Dat ziet er al leelijk uit voor 's pelzen eigenaar. Maar dat is allemaal nog maar één punt en wat we nu moeten zoeken als punt twee, om de lijn te kun nen vastleggen, is volgens den goeden, logischen regel: de beweegreden." Pe dokter haalde zijn schouders op en lachte goedmoedig. „De gewone juridische systematiek! Jul lie gaan altijd uit van logische regels en veronderstellingen bg iedere wetbreuk en psychologisch bewuste en geordende be weegreden. Ontbreekt die toevallig, dan staan de juridische heeren met de handen in het haar en het raadsel blijft onopge lost!" „Intusschen moet ik nu een getuige heb ben", zei Van Mieth. „Wil je met me mee naar den bariton gaan, naar monsieur Sadi, die zeker geïnterneerd is in zgn kleed kamer. 't Lijkt me het beste, dat we hem zgn pels brengen." Van Mieth ging vooraan, en, den dokter, die den pels onder zijn hoede had geno men, verzoekend, zich wat achteraf te hou den, klopte hij aan de deur van Sadi's kleedkamer, die den langen corridor af sloot. Sadi opende snel de deur op een kier, zijn gezicht vertoonde zich spiedend; toen ging hg haastig een paar stappen achteruit en liet Van Mieth binnen. Sadi was zichtbaar veranderd, sinds Van Mieth hem een uur geleden achter de coulissen ontmoet had. Zijn gelaatstrekken hadden hun kalmte ver_ loren, hadden iets geforceerds gekregen, zijn blik was geladen met heimelijke vrqes, op zijn huid vertoonden zich roode ner veuze vlekken. Hij stond te knikken in zijn knieën, de handen slap neerhangend boven het open deksel van een grooten, bruinen koffer, dien hij bezig was te pakken. „Ik zie, monsieur Sadi, dat u zich klaar maa'ct om af te reizen." Van Mieth gaf den dokter een teeken om binnen te ko men. „Ik heb mij die mogelijkheid inge dacht en breng u daarom uw pels." Sadi probeerde te glimlachen; zijn oogen keken opgejaagd naar de zwarte massa, die over Charbin's armen hing. Hij deed een stap naar voren, zijn handen grepen de pelsjas, keerden die binnenste buiten, voelden in de zakken. Met een kort, droog keelgeluid trad hij terug, streek met de hand over zijn voorhoofd en stond eenige seconden zwijgend. „U ziet", zei hij, hoe onbeheerscht ik me gedraag. En ik begrijp, dat de reden daax-van u al duidelijk is. De revolver hebt u dus bij u. Laat mij haar zien. Toe, laat u mij haar zien. Sinds een half uur ge leden de gedachte bij me op is gekomen, dat die den geheelen avond daar in mijn zak gezeten heeft, heb ik geen rustig oogenblik gehad." Van Mieth legde de revolver voor hem. „Wanneer heeft u haar geladen?" vroeg hij. Sadi dacht na, hrj was kalmer nu, maar zijn stem was zwak geworden; hij hield zijn hand tegen zijn keel gedrukt: „Van morgen, dadelijk nadat ik thuis kwam. Ja. Ik wou het kaliber probeeren en deed zes patronen in het magazijn. En later het is onvergeeflijkdat weet ik heb ik vergeten „U hebt daarna de revolver niet weer te voorschijn gehaald, monsieur Sadi?" Sadi keek hem aan; eenige oogcnblikken overwoog hij iets. Eindelijk knikte hij:' „Jawel. Vlak voor het eten. Beneden, in het Theater-café. Velen hebben het gezien. Ik veronderstel, dat u van anderen ge hoord hebt, wat er voorgevallen is. Ik kan me best begrijpen, welke conclusies u daar uit meent te moeten trekken: die conclu sies liggen trouwens voor de hand. Wel! ik kan alleen volhouden, dat die episode niet in verband staat, in géén verband hoegenaamd, met wat er vanavond ge beurd is. Ik was driftig vanmiddag, en daar had ik misschien alle reden toe. Maar ik denk, dat ik toen gelegenheid genoeg heb gehad om me te uiten in een daad, als ik in ernst iets had willen doen." „Vertelt u mij eens, monsieur Sadi: is déze revolver dus voor u gekocht? Goed! Vandaag? Wel! en ze behoort u toe?" „Ja „Maar dit zilveren monogram met de zuil met zeven kransen van violen, dat zijn toch zeker uw voorletters niet?" Sadi's oogen knepen samen; hrj zat in gespannen en gepijnigd te denken. „Nu", zei hij, „het wapen was bestemd tot een geschenk." (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1941 | | pagina 5