SAFE
het doornige Pad
De zaak vein de Utrechtsche Bankvereeniging.
POOLSCHE TOESTANDEN.
Loketten vanaf
f 5.— per jaar.
Maak uw tuin
productief.
Derde Blad
PROVINCIALE ZEEUWSCHE COURANT
Zaterdag 2 Augustus 1941
Financieel bconomisch Overzicht
„Ik zoek de Poolsche beschaving".
Men zal zich herinneren, dat kort ge
leden de Utrechtsche Bankvereeniging is
vastgeloopen, maar dat het feit, dat de
instelling haar verplichtingen niet meer
kon nakomen eerst bekend is geworden
door de mededeeling, dat de activa waren
overgedaan aan de Incasso-Bank, nadat
te voren de Nederlandsche Bank reeds
bleek te hebben ingegrepen.
Men zal zich voorts herinneren, dat de
Icwestie nogal critiek heeft uitgelokt, in
zooverre, dat de jaarverslagen geenszins
den indruk hadden gegeven, als zou de
instelling haar geheeie aandeeienkapitaal
hebben verloren, zooals achteraf maar al
te zeer het geval bleek te zijn. De ver-
liezen waren zoo groot, dat zonder de
overneming door de Incasso-Bank de vor
deringen van crediteuren lang niet ten
volle hadden kunnen worden voldaan. En
deze toestand bleek dan te zijn ontstaart
door een zeer lichtvaardige wijze van cre-
dietverleening. Daarbij kwam dan nog de
vreemde kwestie, dat er kort voor het
bekend worden van den stand van zaken,
in financieele kringen tips waren verspreid,
om de aandeelen te koopen, "omdat de
.toestand naar het heette belangrijk ver
beterd zou zijn. Van welken kant die tips
afkomstig zijn geweest is op het oogen-
blik nog niet bekend. Naar het schijnt is
de justitie er echter i" gemoeid en deze
doet coans een onderzoek instellen door
een Rijksaccountant. Het betreffende ac-'
countantsrapport zal echter uit den aard
der zaak alleen aan de Rechtbank ter ken
nis worden gebracht.
Het is daarom begrijpelijk, dat aandeel
houders zelf een onderzoek wilden doen
instellen tior een commissie, maar het
bleek al spoedig, dat t bestuur hiertoe
zijn medewerking niet wilde verleenen. Het
kon echter niet verhinderen, dat het punt
op de agenda werd geplaatst van de alge-
meene vergadering, die j.L Woensdag werd
gehouden en die van half 4 tot 7 uur
heeft geduurd.
In die vergadering is het nogal warm
toegegaan. Het doel van die vergadering
was te stemmen over het voorstel tot liqui
datie. Want het spreekt van zelf, dat nu
de zaken door de incasso-Bank waren
overgenomen en de crediteuren voor hun
vorderingen de voilé garantie hadden ge
kregen, de vennootschap zou moeten wor
den ontbonden.
Gok op de,vergacu-ing werd weer hef
tige critiek uitgeoefend, vooral op h,et
feit, dat een kleine bankinstelling als deze
aan enkele ondernemingen credieten heeft
verstrekt, die buiten verhouding staan tot
haar middelen. Verder werden er balansen
gepubliceerd, waarin de hüfct vrij groote
zekerheid te verwachten of reeds bestaande
verliezen niet tot uitdrukking werden ge
bracht.
De aandeelhouders, die op de vergadering
in de oppositie waren, hebben intusschen
geen stemmenmeerderheid gehad, toen er
gestemd moest worden over de benoeming
van de Commissie van Onderzoek. Dit
voorstel werd dus verworpen. Daaren
tegen kon het liquidatievoorstel niet het
vereischte quorum 2/3 der stemmen niet
verwerven, zoodat ook dit voorstel werd
verworpen.
Zoo ontstond dus de eigenaardige toe
stand, dat de activa van de instelling aan
de Incasso-Bank zijn overgedregqn, zon
der dat aandeelhouders hiervoor hun sanc
tie hebben willen verleenen, welke sanc
tie als het ware belichaamd was in het
liquidatievoorstel. Toch zal de overeen
komst met de Incasso-Bank door het af
stemmen van het liquidatievoorstel, naar
wij hooren niet worden aangetast. De
overneming zal dus doorgaan en crediteu
ren kunnen gerust zijn; Met dit al zal de
toestand toch ook in rechten moeten wor
den geregeld en de eenige mogelijkheid is
nog, dat er faillissement wordt aange
vraagd of een rechtelijke bewindvoerder
wordt aangesteld. Een faillissementsaan
vrage kan echter all-en door de Insacco-
Bank worden ingediend, daar de gewone
crediteuren geheel worder voldaan. Het is
niet uitgesloten, dat de I. B. hiertoe over
gaat, teneinde tot een afwikkeling te
kunnen geraken.
Maar ook aandeelhouders kunnen even
tueel toch nog iets doen; zij kunnen n.l.
op grond van art. 53 van de Wet op de
Naamlooze Vennootschap de gerechtelijke
benoeming van de Commissie van aandeel
houders vorderen. Daarvoor zal echter
eenig geld noodig zijn.
Op de beurs heeft de stemming in de
afgeloopen week nogal eens gewisseld. Nu
en dan was de stemming vast, doch her
haaldelijk trad er weer een reactie in. Ten
aanzien van Indische fondsen neemt de
markt eenige reserve in acht, zulks in
verband met de mogelijKheid van het uit
breken van een conflict "in het Verre
Oosten waarin Ned. Indië zou kunnen wor
den betrokken.
Het feit, dat er bij de in Amerika ver
kochte tabak zeer bevredigende prijzen
zqn gemaakt heeft tijdelijk de afdeeling
voor tabaksaandeelen gunstig beïnvloed.
De werkelijke opbrengst in guldens valt
echter moeilijk te berekenen, daar niet be
kend is of de saldi in dollars al of niet
onmiddellijk in guldens worden omgezet,
terwij ook de betreffende omrekenings
koers niet bekend is.
Wenken voor den leek.
OOK EN DEN ZOMER BLIJVEN WE
ACTIEF.
Telkens is er weer een ander deel van
den groententuin dat de aandacht vraagt
en onze opmerkzaamheid mag dan ook niet
verslappen, maar van dag tot dag blijven
we speuren naar noodzakelijke karweitjes.
Hebben we het witlof wel uitgedund, de
stokboonen wel aangeaard en houden we
den grond tusschen de staken wel goed
los? Hebben we er wel aan gedacht dat
de sjalotten rijp worden en ze na het rooien
in de zon moeten drogen, om dan 's avonds
binnen gebracht te worden Hebben we
steeds de „diefjes" uit de tomaten gehou
den, de zijscheuten die in de oksels van
de bladeren ontstaan? En zoo kunnen we
doorgaan, want er valt ook in den zomer
heel wat te zorgen in' den moestuin.
Inmiddels zijn de tomaten de laatste we
ken hard gegroeid en als er. drie goede
trossen aan dé" planten gevormd zijn, ne
men we den kop'uit de planten, omdat la
ter gevormde trossen toch slechts kleine
vruchtjes voortbrengen. De scheuten, die
op de vruchttrossen zelf ontstaan, nijpen
we ook, omdat wp daarmee den groei der
vruchten bevorderen. Bij warm weer zullen
we begin Augustus de eerste vruchten
kunnen oogsten, en dan zoo verder tot half
October. Als dan nog-' niet alles rijp is,
zullen we ze prachtig in huis voor een zon
nig venster kunnen laten narijpen.
Liefhebbers van boerenkool kunnen
thans .reeds plantjes zetten, eventueel nog
tot begin Augustus, maar later ook niet,
omdat zij anders vóór den winter niet vol
doende uitgegroeid zijn. We planten op 60
cM. afstand, en probeeren het dit jaar eens
met het nieuwe soort Roem. van Hees, met
fijn gekroesd blad in een geelgroene kleur,
die meer en meer in trek komt door haar
ongewone malsch- en zachtheid. -
Als de aardbeiplanten afgedragen zijn,
nemen we de uitloopers weg om stevige
planten te behouden,alleen als we jonge
planten wenschen, laten we een of hoog
stens twee plantjes aan de uitloopers zit
ten, die we bij voorkeur laten wortelen in
een potje dgoede tuinaarde, dat we onder
de plantjes -in den grond graven, terwijl
we de rank met houtjes- vast zetten.
Het voordeel van deze methode is, dat we
flinke planten krijgen met een stevige
wortelkluit, zoodat ze gemakkelijk te ver
planten zijn.
A. C. MULLER1 LiZlüRDA..
Een oorlogscorrespondent van de Waffer
S.S. achrtJft:
Onze divisie kwam op weg naar
het front door_Polen. Wij hadden gelegen
heid indrukken te verzamelen zooals wij
nog nooit beleefd hebben. Verscheidene
malen "achtten wij het niet mogelijk, dat
hetgeen wij zagen, iets met de werkelijk
heid te maken had, ja, wij geloofden onze
eigen oogen niet. Ik vroeg mg af, waar
blijft de in Denemarken en in andere lan
den zoo ijverig verdedigde Poolsche be
schaving? Is hetgeen wij hier zien wer
kelijk de bijdrage van het door de demo
craten der geheeie wereld als flink- en
ijverig gekenmerkte Poolsche voik tot de
beschaving Voor ons die zoo juist uit
Duitschland komen, was dit beeld verplet
terend.
Toestanden in den Poolschen
landbouw.
De bevolking van het Poolsche platteland
heeft in het geheel geen begrip voor
menschwaardige omstandigheden. In een
dorpje in Zuid-Polen, - waar wij verblijf
hielden, had ik gelegenheid haar nader te
leeren kennen, doch men moet er wel op
letten, dat dit niet letterlijk gebeurt, daar
men anders met luizen en ander ongedierte
besmet zou raken. Dit dorp bestond uit
verspreid liggende hutten, zij waren zoo
primitief en onbeholpen gebouwd als men
ia de Noordsche landen zelfs niet in de.
vroege middeleeuwen gekend heeft. De
hutten waren opgetrokken uit ruwe steen
en leem en voorzien van een enkel raam,
dat was aangebracht in de „goede kamer",
d.w.z. in een van de beide vertrekken,
die in de woning aanwezig waren. IA deze
ruimte, die het minst smerigst was, ver
bleven de menschen, varkens, ganzen, kip-'
pen, honden en katten. Tevens diende de
ruimte als keuken en dus stond er een
stookgelegenheld in. Door de deuropening
trok de rook naar buiten. Het Mariabeeld
aan den muur was het r enige voorwerp,
dat min of meer zonder vuil was. In het
andere vertrek, dat geen raam had en
diende zoowel voor het opbergen van
gereedschappen als voor graanschuur, zag
men behalve eenige bergen aardappelen
ook een zeer magere koe, waarvoor men
blijkbaar in de „woonkamer" geen plaats
had. Zoo snel mogelijk ging ik nu naar
De Engelsche aanval op Petsamo.
ONTSTEMMING IN DE FINSCHE EN
DUITSCHE PERS.
In den grootsten opmaak met koppen
over de geheeie pagina publiceeren de Fin-
sche bladen den Britsch-bolsjewistischen
aanval op Petsamo. In het bijzonder wordt
de nadijuk gelegd op ue hooge verliezen die
de aanvallers bij dit bbmbardement geleden
hebben. De bladen spreken van een „vreem
de daad" en zij herinneren aan de langdurige
betrekkingen van vriendschap tusschen
Finland en Engeland en schrijven Men
moet er wel verbaasd over zijn, dat Enge
land voor zijn aanvallen geen ander doel
gevonden heeft dan het kleine Finland.
De Duitsche bladen noemen den Britschen
overval op de Finsche haven een gemeenen
inbreuk op het volkenrecht.
BRISTOL BLENHEIM NEERGESCHOTEN
Een Engelsche Bristol Blenheim is giste
ren, naar het D.N.B. verneemt, door een
Duitsch patrouillevaartuig neergeschoten.
Britsch gezant uit Helsinki
teruggeroepen.
Het Foreign Office te Londen heeft de
volge«de mededeeling gedaan over het af
breken van de diplomatieke betrekkingen
tusschen Engeland en Finland.
Gisteren is de Finsche gezant, Gripen-
berg, door Eden ontvangen. In opdracht
van ztjn regeering berichtte Gripenberg het
afbreken van de diplomatieke betrekkingen
tusschen Finland en Groot-Brittannië. Na-
dezen maatregel heeft de Britsche gezant
te Helsinki, Vereker, opdracht gekregen
o^ zjjn pas te verzoeken.
buiten om frissche lucht te happen. Daar
stond da boer, wanneer men hem althans
zoo kan noemen.
v
Ik spreek met een Poolschen
„boer".
Hg sprak een beetje Duitsch, aangezien
hij vroeger in Duitschland gewerkt had.
Hij vertelde mg, dat het den boeren hier
uiterst slecht ging, diaar de stad -— hij
wees op een grootcn puinhoop op eén $aar
kilometer afstand het eigenlijke afzet
gebied was voor de armzalige producten,
welke dit schrale dorp kon opbrengen. Hij
vertelde mg ook, dat zelfs toen de stad
er nog stond, zij een ellendig, bestaan ge
leid hadden, daar zij in het geheel geen
invloed hadden op de prijsvorming van
hun producten. Deze stad telde 8000 in
woners, waarvan 6000 Joden. Zooals overal
had ook hier het „uitverkoren volk" de
volledige economische contróle over dit
dorp in handen. De Pool vertelde verder,
dat zij verscheidene malen geprobeerd had
den hierin verandering te brengen door
zich te richten tot het gemeentebestuur
van de stad. Doch alles was vergeefs ge
weest, daar ook het gemeentebestuur on
der invloed van de Joden stond. Die Jpden
op hun beurt onderhielden nauwe betrek
kingen met hun rasgenooten in de ver
schillende openbare lichamen van War
schau.
Daardoor reeds kreeg men een uitste
kend inzicht in de toestanden, welke
heerschten in een staat, die zich geroe
pen voelde tezamen met Engeland de be
schaving namens de menschheid naar het
Westen te dragen en de Duitsche „bar-
baarschheid" te vernietigen. Hoewel wij
over het algemeen de zonen van Polen
niet al te zeer mogen vertrouwen, kan
men zich toch een beeld van den toestand
maken.
Wanneer men dan tegelijkertijd van dit
dorp uit het hoofdgebouw ziet, behoorende
bij een der geweldig groote landgoederen
van den Poolschen geldadel goederen
met een bezit aan land van meer dan
1000 morgen dan krijgt men een hel
der beeld van de brutaliteit 'en huichelarij,
welke Engeland aan den dag legde, toen
het een garantie gaf voor de onschend
baarheid en den socialen standaard van
Polen.
Rede van Goebbels.
Minister Goebbels heeft gisteren de gouw
gemachtigden van de N.S.-Volkswolhfahrt
uit geheel Duitschland ontvangen, die te'
Berlijn zijn bijeengekomen voor een werk
vergadering van enkele dagen.
Goebbels betoogde in zijn toespraak, dat
niemand thans nog den socialen wil van
Duitschland kan betwijfelen. Deze sociale
orde, die voor het Duitsche volk reeds
vanzelf spreekt, werkt ook op andere
volken aanlokkelijk en fascineerend.
De minister zette daarop in bijzonder
heden uiteen welke taak voor de N.S.-
Volkswohlfahrt voortvloeit uit de groote
politieke conflicten en verklaarde, dat
het Duitsche volk thans beseft, dat het
dezen oorlog moet voeren ter handhaving
van zijn levensrecht, ter verdediging van
zgn sociale orde en .daarmee voor het
bestaan en het welzijn- van het geheeie
land. Het geheeie volk begrijpt waarom het
ditmaal gaat. Het 'weet wat in dezen
oorlog te winnen is, maar ook in welk
gevaar wij ons bevonden en wat ons had
bedreigd, als het bolsjewisme uit het
Oosten in een onbewaakt oogenblik
Duitschland had overvallen. In deze. gi
gantische worsteling zal de overwinning
bevochten worden door de Duitsche weer
macht onder het veldheersgenie van den
Führer.
WESTKAPELLE.
Abonnementen en advertenties voor de
Provinciale Zeeuwsche Courant worden
aangenomen door den Agent.
P. LIEVÉNSE.
De Nederlandsche ambulance
vraagt Uw steun.
Onder de witte vlag met het Roode Kruis
zal straks de Nederlandsche .ambulance
naar het Oosten trekken om de wonden te
heelen, die de gigantische strijd, welke daar
gevoerd wordt, aan weerszijden slaat. Het
Nederlandsche volk zal deze onbaatzuch
tige hulpactie natuurlijk steunen.
Immers, ons volk staat bekend om zrjn
charitatievën inslag. Nimmer werd ver
geefs een beroep gedaan op ons volk, als
het er om ging, den nood 'elders te leni-
gen. In dlibbele mate dus, wanneer het onze
eigen landszonen betreft.
Nederlanders, kent uy plicht!
Helpt mede aan het tot stand komen en
net inrichten van de Nederlandsche ambu
lance vair het Vrijwilligerslegioen Neder
land.
Stort uw bijdrage ook de kleinste is
welkom op girorekening no. 87600, ten
name van de Nederlandsche ambulance,
Koninginnegracht 22, 's-Gravenhage.
BEPERKING GIROCHEQUE-VERKEER
OP ZATERDAG.
In verban'd met de beperking van de
werkzaamheden bij den postchèque- en
girodienst op Zaterdag zal met ingang
van 2 Augustus a.s. de afdoening van
chèque-adviezen Tïlet gewone of telegra
fische spoedbèhandeling' en van giro- en
stortingbiljetten met spoedbehandeling' op
dien dag alleen plaats vinden yoor zoover
de adviezen vóór 12 uur op het centraal
girokafitoor worden ontvangen.
EERSTE KINDERTEHUIS DER N.S.B.
DOOR MUSSERT GEOPEND.
De persdienst van de N.S.B. meldt dat
het eerste van de reeks kindertehuizen, dat
de N.S.B. binnen afzienbaren tijd hoopt te
stichten, Woensdagmiddag op feestelijke
wijze door den leider der N.S.B. is geopend
in het groote heerenhuis „Westerhelling",
gelegen aan den Sophiaweg no. 40 op de
grens van Berg en Dal en Nijmegen. Vele
hooge functionarissen uit de N.S.B. en
Duitsche autoriteiten woonden deze plech
tigheid bij. Deze maanden zullen reeds 57
kinderen hun vacantie in dit tehuis door
brengen.
FRANCES BRAYBROOKE
34)
Ondanks al de pogingen, die zij daartoe
in het werk stelde, kon Mavis er niet
achter komen wie in het bestuur zitting
hadden. Vechtend met de problemen, die
•elk oogenblik van haar tijd vulden, deed
zij haar best voor de kinderen, die gebrek
leden aan voedsel zoowel als aan liefde.
Het waren schatten, die zich hechtten
aan de eenige persoon, die vriendelijk voor
hen was. Ze had weinig last met hen,
nadat ze eenmaal voor regel en orde had
gezorgd.
„Aan het einde van de week heb ik u
niet meer noodig, zuster Casslene", zei
juffrouw Fortescue op een morgen, toen
Mavis er ongeveer een veertien dagen
werkzaam was. „Zuster Batman komt ge
lukkig weer terug."
„Uitstekend." Mavis liep langzaam de
trap op. Hoe kon ze die kinderen achter
laten in de liefdelooze hoede van drie
vrouwen, die er alleen maar op uit waren,
geld aan hen te verdienen? O,'kon ze
maar iets doenl Het bestuur met haar
bevindingen in kennis stellen!
Ze ging naar haar least om een schoo
ien zakdoek te krijgen. Plotseling ont
dekte ze, dat uit de ebonieten doos, al
het geld, dat ze daarin bewaarde, ver
dwenen was. Behalve de enkele ponden
öp de bank bezat ze geen ander geld
meer. Ze zocht verwoed er naar, doch
vond niets. Het was natuurlijk gestolen
de kokkin of misschien de directrice
zelf wel!
Sidderend van woedè, rende Mavis de
trap af, om juffrouw Fortescue te ver
tellen wat er gebeurd was, maar haar
verhaal werd met schampere opmerkingen
ontvangen.
„Ik geloof niet, dat u dat geld ooit hebt
gehad. Het is natuurlijk een truc", gaf
ze ten antwoord.
„Ik had dat geld wel degelijk in m'n
kast liggen", hield Mavis vol. „Ik had
vijf bankbiljetten van een pond in m'n
zakdoekendoos liggen en die zgn spoorloos
verdwenen."
„Durft u mij er van te beschuldigen,
dat ik het heb weggenomen?" kwam de
booze vraag.
„Neen, ik beschuldig niemand, maar als
het geld itfet wordt teruggevonden, zal ik
naar de politie moeten gaan en een on
derzoek vragen."
„Welke bewijzen hebt u, dat het geld
daar in uw kast lag?" vroeg Connie ha
telijk. „Niemand zal een dergelijk zwak
verhaal gelooven, zeker niet van iemand,
die op staanden voet uit haar vorige be
trekking werd ontslagen. Een mooi ka
rakter hebt u om op deze wijze te trach
ten geld van ons los te Moppen!"
Op dat oogenblik werd een telegram
bezorgd en de directrice verschoot van
kleur, toen ze de onverwachte boodschap
las.
„Mevrouw Greyson, de nieuwe presiden
te, komt vandaag de weezen bezoeken. Ze
noemt geen tijd en brengt een vriendin
mee. Ze kan elk oogenblik hier zijn",
kondigde ze aan.
Verschrikt keken zij en haar zuster
elkaar aan. Enkele minuten later was
het geheeie huis in rep en roer om maat
regelen te treffen voor de komst van de
onwelkome bezoeksters. De keuken werd
opgeruimd, de vodden van dekens op de
bedjes werden door behoorlijke vervan
gen en de kinderen in nette kleeren ge
stoken. Met zeer veel spoed werd het
akelige grauwe huls veranderd in een
tamelijk gezellig verblijf.
Dan ging Connie winkelen, om terug
te keeren met een voorraad koekjes en
andere lekkernijen. Zij en haar zuster
staken zich nu ook in haar uniformen.
Het eten, dat dien middag werd opge
diend, was een rijkelijk maal, dat met
groote vreugde werd begroet.
Mavis, 'die al die voorbereidingen gade
sloeg, vond het buitengewoon jammer, dat
de presidente niet volkomen onverwacht
was gekomen. Alles was in gereedheid,
toen even na twee uur een groote auto
voor het huis stil hield.
Juffrouw Fortescue, die haar bezoek
sters met veel plichtplegingen ontving,
loosde een'zucht van verlichting. Mevrouw
Greyson zag er gelukkig niet angstaanja
gend uit en zou evenzeer om den tuin
te leiden zijn als haar voorgangsters. De
elegant gekleede vriendin telde natuurlijk
niet mee.
„Wat is het hier helder en warm",
merkte mevrouw Greyson bewonderend
op. „Ik heb van het bestuur al veel over
uw buitengewone toewijding gehoord",
voegde ze de directrice toe. „Mijn vrien
din hier legt veel belangstelling aan den
dag voor liefdadigheid, waarom ik besloot
haar eens te laten zien hoe goed onze
weezen liier worden verzorgd", besloot ze
met een goedkeurenden, stralenden glim
lach. Toen het gezelschap het vertrek,
waar de kinderen speelden met voor deze
gelegenheid uitgedeeld speelgoed, binnen
kwam, herkende Mavis de vriendin van'
mevrouw Greyson. Het was de moeder van
Michael Lascott, die met veel omhaal van
woorden aan de directrice uiteen zette,
dat ze met haar zoon voor verder herstel
naar Londen was gekomen. De jongen
stond hier onder behandeling van een be
roemden specialist. De adellijke dame ver
waardigde zich niet een blik te werpen
op de jonge verpleegster, die daar zoo
rustig in den anderen hoek van het ver
trek stond. Dergelijke menschen waren
geheel beneden haar aanmatigende waar
digheid. Het gezelschap trok weer verder
het huis door, zonder dat lady Lascott
Mavis had herkend.
De thee werd geserveerd in de kamer
van de directrice.
„Wat wenscht u, zuster?" vroeg de di
rectrice scherp, toen Mavis midden in een
gesprek over een extra toelage voor melk,
de kamer binnen kwam.
Mavis keek met een bleek gezicht regel
recht de presidente aan, zonder notitie
te nemen van juffrouw Fortescue.
„Ik waarschuw u, mevrouw Greyson, om
deze vrouw geen cent extra meer te
geven", zei ze met heldere stem. „Ze ver
waarloost de kinderen en laat hen honger
lijden. Het geld steekt ze in haar eigen
zak, daarbij geholpen door haar zuster en
de kokkin!"
HOOFDSTUK XIX.
dat is zuster Casslene!" riep lady
Lascott nu plotseling uit, met een gezicht
alsof ze haar eigen oogen niet geloofde.
„Kent u haar?" vroeg de presidente ver
baasd.
„Inderdaad, ik ken haar maar al te
goed", was het veelbeteekenende ant
woord. „Ik weet, dat ze uit St Austins
ziekenhuis werd weggestuurd omdat ze
betrokken was in de een of andere vul
gaire zaak van mishandeling. Zc is keele-
maal niet geschikt om onschuldige" kin
deren te verzorgen. Ongelukkigerwijze
heeft ze mijn zoon verpleegd, dus ik weet
waar ik over pr&at", voegde ze er hatelijk
aan toe.
„Ik heb niets gedaan waarover ik me
behoef te schamen", gaf Mavis trots ten
antwoord. „Luistert u alstublieft naar mij,
mevrouw Greyson, ik zweer, dat ik de
waarheid spreek."
Op levendige wijze vertelde ze nu den
beiden dames haar ondervindingen in dit
huis en haar verhaal Monk zoo aanneme
lijk, dat mevrouw Greyson tegen wil en
dank onder den indruk kwam.
JU eve help!" viel de directrice, die over
haar eersten schrik heen was, nu plotse
ling uit. „Het is een leugen van het begin
tot het einde. Ik heb dit meisje vanmor
gen haar ontslag medegedeeld. Dit is haar
wraak. Onze verpleegster was plotseling
ziek geworden. Zij is hier voor tijdelijk
geweest en. ze heeft van begin af aan al
moeilijkheden veroorzaakt. Als ik niet zoo
om hulp verlegen had gezeten, dan zou
ik haar geen dag hier hebben gehouden."
Lady Lascott voegde hier nog haar be
vindingen aan toe, bewerend, dat de in
vloed van Mavis óp haar zoon allertreu
rigst was geweest.
Mevrouw Greyson keek hulpeloos rond.
Juffrouw Fortescue was hier al jaren
werkzaam. Het bestuur kon haar niet ge
noeg roemen. Dit meisje was opstandig,
omdat ze ontslagen, werd. Ze 'trachtte
haar te ruïneeren* dat moest niet wórden
toegestaan.
„Zal ik-zuster Casslene maar onmiddel
lijkwegsturen, mevrouw?" vroeg de di
rectrice, die inwendig sidderde. „Ze is nog
gevaarlijker dan ik dacht."
„Ja, ja, natuurlijk", was h§t onmiddel
lijke antwoord.
„Daar zal ik blij om zijn", riep Mavis
opgewonden uit, „als u er maar voor zorgt,
dat de diefstallen, die hier worden ge
pleegd, ophouden. U kunt laten consta-
teeren, dat hetgeen ik zeg de waarheid is.
Al3 u een dokter laat komen, dan zal die
het met me eens zijn, dat de kinderen op
erge wijze ondervoed zjjn. Dat kunt u
trouwens zelf ook wel zien. Het kan me
niets schelen wat er gebeurt, als u alleen
maar laat onderzoeken of hetgeen ik be
weer de waarheid is."
De presidente keek haar koel aan.
„Ik kan u beter direct zeggen, zuster
Casslene, dat ik juffrouw Fortescue ver
trouw. Ze heeft deze inrichting jarenlang
bestuurd. U bent een slechte en leugen
achtige jonge vrouw en hoe eerder u weg
gaat, des te beter dat is."
Ziende dat verdere woorden toch niets
meer zouden uithalen, verliet Mavis de
kamer, terwijl de tranen van ergernis
haar over de wangen stroomden. De direc
trice deed alle mogelijke moeite om haar
bezoeksters weer op haar gemak te stel
len.
(Wordt vervolgd.)