De geboortedag van Rembrandt te Amsterdam herdacht. Financiën. Dammen m JÉÜ 8 w tri*; §j§ Hf m 8 lip Hf ÉSi n H i§ fi 8 12 ?>t Si §f m as £i HP S j SÉ iü m S Radioprogramma STILLE No 9 Dr. T. Goedewaagen sprak over „Rembrandt en zijn tijd". Op plechtige wijze is Dinsdag te Amster dam den geboortedag van den grootsten aller Nederlandsche schilders, Rembrandt van Rgn, herdacht. Autoriteiten en eenvoudige burgers wa ren bijeengekomen in de Westerkerk, waar Rembrandt begraven ligt en waar slechts een al te eenvoudig gedenkschild herin nert aan den grooten meester. Maar ook de jeugd had zich niet onbe tuigd gelaten. Reeds voor de herdenking in de Wester kerk had de nationale jeugdstorm in de stad Rembrandt geëerd. Een afdeeling stormers en stormsters, meeuwen en meeuwkes was opgemarcheerd naar het Rembrandtplein. Voor het hek hield zij halt en maakte front naar het beeld van Rembrandt. De leider van deze afdeeling met een stormer en een stormster, legden een krans aan den voet van het stand beeld!, onderwijl de vlaggen neigden en de jongens en meisjes den groet brachten. Na de kranslegging marcheerde de na tionale jeugdstorm naar de Westerkerk, waar de jongens en meisjes de plechtige herdenkingsbijeenkomst bijwoonden. Een groot aantal belangstellenden vulde het kerkgebouw, en vele autoriteiten hadden rond de kansel plaats genomen. Men zag daar o.m. de secretaris-gene raal van het departement van volksvoor lichting en kruisten, dr. T. Goedewaagen, den secretaris-generaal van het departe ment van justitie, prof. mr. J. J. Schrieke, den commissaris der provincie Noord- Holland, mr. D. J. Backer, den Beauf- tragte van den Rijkscommissaris voor Am sterdam, senator dr. Boehmker en den re- geeringscommissaris van Amsterdam, bur gemeester E. J. Voüte. Terwijl de kerk zich langzaam vulde, speelde de organist, Frans Hasselaar, een improvisatie op het orgel. Nadat alle ge- noodigden hadden plaats genomen, werd de bijeenkomst geopend met de „Bede voor het vaderland" uit Valerius' Gedenk- clanck, gezongen door het Amsterdamsch gemengd koor. De organist speelde vervolgens varia ties op het koraal „Mein junges Leben hat ein End", van Rembrandt's tijdgenoot J. P. Sweelinck, waarna het koor op imponee- rende wijze „Merck toch hoe sterck" uit voerde. Daarna betrad dr. T. Goedewaagen het spreekgestoelte voor den kansel om te spreken over f3Rembrandt in zijn tyd". Rembrandt is niet alleen een Neder lander, maar d e Nederlander, de sa menvatting van alle wenschen, droomen en daden van ons volk, gisteren, heden en morgen, aldus spr. Maar ook is hij Hollander, geboortig uit het gewest, waar in dien tijd de kern van verzet tegen Habsburg en tevens de kern van positieven opbouw was gelegen. Niet toevallig is het, dat Vondel, de renaissancist, de Rubens der letteren, Rembrandt verwijt, de „eerste ketter in de schilderkunst te zijn", omdat hij met zijn licht en schaduw den klaren vorm door breekt en omdat bij hem de sfeer de klas- slcistische vormgeving van haar absoluut heid berooft. Het romanisme van zijn leer meester, Pieter Lastman, wierp de jonge Rembrandt spoedig van zich om in te gaan in de eeuwige waarden van zijn eigen volk. In zijn levensdynamiek, in de gespannen scheppingsdrift is Rembrandt evenzeer een kind van zijn tijd en zijn volk. Kort zijn zijn eigenlijke leerjaren, want al spoedig vinden wij den jongen Rem brandt zelfbewust op zoek naar eigen vorm. In deze periode vindt hij de volkswijken, de Jodenbuurt, de stemmige woonkamers der patriciërs en de gedroomde praal van Oostersche levensvormen als zijn werk terrein. Het is een feest, een hoogtij vol avontuur, een proeftijd, waarvan de nacht wacht het proefstuk levert, de rijpe vrucht van verre reizen in de landen van werke lijkheid en droom van realiteit en fantasie. Later, na den dood van Saskia is het werk stiller en meer verdiept geworden. Alles verinnigt en verinnerlijkt zich in werken/als de heilige familie van 1646, de barmhartige Samaritaan van 1648 of groote monumentale gestalten als de stal- meesteres van 1661 op het doek komen. Het zijn de werken van zgn rijpen man- nenleeftijd, waarin de vaste hand het heeft gewonnen en de onderzoekingstochten der jonge jaren slechts als herinnering nog meedoen. De laatste bestemming van Rembrandt was de mystische aanschouwing en ver beelding \an de meest innige gemeenschap tusschen mensch en mensch. In zijn laat ste jaren schildert hij de z.g. Joodsche bruid, beeld van twee jonge menschen in den eersten bloei van hun liefdede ver loren zoon de familiegroep in Brunswijk David en Saul en voor alles zichzelf, ver ouderd en soms haast al uitdoovend vuur, maar met den glimlach der wijsheid als de overwinning op het leven. Leg de werken uit deze laatste, mysti sche, periode naast die der vorige. Gij ziet in het spel van weleer de ernst der laatste jaren en in den wereldschen geest der jeugd de levenswijsheid van den grijsaard. In dit leven spiegelt zich alles in elkaar en herinnert alles aan elkaar. Zoo was Rembrandt een levenskunstenaar, die ook in zijn leven stralend licht en alles ver slindende duisternis te mengen kreeg, maar bleef heerschen met macht en genie. Uit dit leven kwam het werk omhoog, een unicum in de geschiedenis der schil derkunst. Rembrandt was een denker, die heel het leven en heel de wereld als een organische eenheid en als een zich ontwikkelend ge heel aanschouwt, die in tegenstelling tot een denken, dat klare en afgesloten vor men wil, alles om en in zich als een eeuwig worden verstaat. Rembrandt heeft het alledaagsche als goddeljjk gezien en het goddelijke in de sfeer van het eenvoudig menschelijke ge bracht Rembrandt's kleur is de kleur der inti miteit, de kleur van zelfbekentenis en vergeestelijking. Rembrandt heeft eigenlijk geen dingen of menschen geschilderd, doch slechts het leven, zooals het zich als ding en mensch openbaart. Daarom is zijn werk ook volko men on-klassicistisch en als men wil, bar- baarsch, zij het dan ook naar het woord van Langbehn, „Feinste Barbarei". Zooals de mensch Rembrandt, de faus- tische zelfoverwinnaar, de zoeker naar steeds ruimer ruimten en dieper diepten in zijn leven niet alleen den Hollander, maar ook den Germaanschen mensch ver tegenwoordigt, evenzoo is zgn wereldbeeld, dat in zgn werk werdi neergelegd, Ger- maansch van ziel en lijf. Het ruige, vormlooze, barbaarsche, dat hem verweten is, is het wezen van den Germaanschen mensch, door klassicisti- schen bril gezien en niet begrepen. Wij willen hier uitspreken, dat in de re- volutionnair ontwikkeling der komende jaren, ook op cultureel gebied, Rembrandt als een der grootste dragers van Ger- maansch cultuurgoed zal leven. In de Ger- maansche bewustwording dezer jaren, nu de strijd tusschen cultuur en chaos wordt gestreden, zal men den schilder van licht en duisternis uit een ander licht bezien, dan onze vaderlandsche cultuurgeschiede nis tot nu toe heeft gedaan. Voor ons is Rembrandt een mensch als Bach of Hegel weliswaar gesproten uit een der Germaan- sche landen, maar niettemin gemeenschap pelijk bezit van den geheelen stam. Rembrandt heeft zich in zijn werk zijn eigen monument gewrocht. Maar als wij te dezer plaatse telken jare op dezen dag den man gedenken willen, die morgen de opvoeder in een herleving van Germaansch cultuurbewustzijn kan worden, dan past het, aan dezen plek een vorm te geven, die ook uiterlijk van onze dankbaarheid ge tuigt. Het Nederlandsche volk heeft den groo ten Zwijger en vele zijne*» zeehelden met praalgraven geëerd. Rembrandt echter, dien de dood in de schaduwen, aim en on bemiddeld verraste, wacht nog steeds. Het volk, waar deze mensch geleefd en gewerkt heeftde stad, die hem huisveste en hem de mogelijkheid tot ontplooiing heeft gegeven zij beiden hebben den plicht hem ook in zijn rustplaats te eeren. Dr. Goedewaagen besloot zijn hulde met het neerleggen van een groote krans met Oranje-wit-blauwe linten, namens het de partement van volksvoorlichting en kun sten. Het koor zong vervolgens „Wilt heden nu treden", waarna Frans Hasselaar de chromatische fantasie D. kl. t. van J. P. Sweelinck uitvoerde. De plechtige bijeenkomst werd besloten met het zingen van de zesde strophe van het „Wilhelmus". JONGEN UIT AUTOBUS GEVALLEN EN GEDOOD. De 13-jarige E. H., leerling van de Wil- helminaschool te IJmuiden, zou met een aantal andere leerlingen van dit instituut voor bijzonder lager onderwijs, per auto bus naar zijn huis worden teruggebracht Door tot nog toe onopgehelderde oorzaak is hij door de achterdeur van de autobus op straat gevallen en met een ernstige schedelbasisfractuur opgenomen. Nog voor hij in het St. Anthonius ziekenhuis aan kwam, overleed het slachtoffer. De stand der rijksmiddelen. Aan het overzicht van den stand der rijksmiddelen op ultimo Juni jl. wordt het volgende ontleend: Directe belastingen. De. totale opbrengst van deze groep van belastingen was tot en met Juni van dit jaar 128.525.794,— tegen 65.939.298,— het vorig jaar, een vooruitgang derhalve van ruim 62% millioen gulden, een accres, dat in hooge mate tot voldoening stemt. Zooals we reeds bij vorige overzichten hebben opgemerkt, speelt de gewijzigde regeling van de heffing der opcenten op de grondbelasting bij dit mooie resultaat een groote rol. Bracht de grondbelasting het vorig jaar 10.472.498,op, thans is deze opbrengst gestegen tot 36.958.752, of bijna 26% millioen hooger. Doch nog meer is het gunstige resultaat te danken aan de sedert het vorig belas tingjaar ingevoerde winstbelasting, welke tot dusver 36.275.135,heeft bedragen, op welk bedrag evenwel in mindering moet worden gebracht de negatieve opbrengst van de dividend en tantieme belasting van bijna 2 millioen. Voorts hebben de opcenten op de ge meentefondsbelasting ten bedrage van 11.206.630 de kohieren met ruim 2.14 verhoogd vergeleken met het vorige jaar. Daarentegen is in de tot de vorige maand geconstateerde stijging van de op brengst der inkomstenbelasting een stil stand ingetreden, hetgeen te verklaren is uit het feit, dat thans vrijwel geen belas tingen meer worden betaald als gevolg van de ontheffingen in verband met de inge voerde loonbelasting. Tot einde Juni werd een inkomstenbelas ting ontvangen 33.856.832 of 1% millioen minder dan het vorige jaar. De beide andere belastingen van deze groep, de vermogensbelasting (opbrengst 7.002.694,en de verdedigingsbelas ting (opbrengst 3.225.749,bleven ieder iets meer dan een half millioen beneden het resultaat op ultimo Juni 1940. De overige middelen. Ook de opbrengst van deze belasting- groep kan alleszins bevredigend worden genoemd. Evenals de vorige maand kan ook thans de opbrengst over Juni nog niet vergeleken worden met die van dezelfde maand van verleden jaar, toen als gevolg van de om standigheden het resultaat slechts ruim 24 millioen gulden bedroeg. Thans bedraagt de opbrengst 51.829,757 of bgna 3.6 millioen minder dan in Mei van dit jaar. Voor het eerst is in dit overzicht opge nomen de nieuwe commissarissen-belasting, welke in Juni j.i. 264.644,heeft opge bracht. Wat de opbrengst over de eerste zes maanden van het loopende jaar betreft, kan worden medegedeeld dat deze 305.630.121,heeft bedragen, of bijna 103 millioen méér dan in het eerste half jaar van 1940. Daarvan bedroeg de op brengst van de loonbelasting 53.468,250. Slechts twee middelen hebben in dit tijdvak minder opgebracht dan het vorig jaar en wel de rechten op den invoer, welke als gevolg van de ingevoerde grens- faciliteiten nog slechts 11.921.071,op leverden en daarmede ruim 37 millioen bij het vorige jaar ten achter bleven en het statistiekrecht, dat bg een opbrengst van 727.065,ongeveer 283.000 minder op bracht. Alle overige middelen waren hooger dan in 1940 en wel de accijns op zout bijna 9 ton, de accgns op geslacht 3% ton, die op wijn ruim 3% ton, die op gedistil leerd bijna 3 millioen, de accijns op bier ruim 3% millioen evenals die op suiker. De accgns op tabak had een opbrengst van 56.963.570 en steeg daarmede bijna 36 millioen boven het resultaat van het vorig jaar. Ook de omzetbelasting gaf een enor me vooruitgang te zien en wel van bgna 26.3 millioen, waardoor dit middel thans kwam tot een opbrengst van 70.724.287. Ten slotte zij vermeld, dat de motorrgtui- genbelasting over het eerste halfjaar heeft opgebracht 4.493.128 tegen 9.246.214 het vorige jaar. STERKE AARDBEVING IN JAPAN. Uit Tokio meldt Domei: Een sterke aardbeving had Dinsdagavond in het Noor delijke gebied van het district Nagano plaats. Hierbjj kwamen 5 personen om het leven, terwijl 12 gewond werden. Meer dan dertig huizen stortten in, zooals door het departement, van binnenlandsche zaken werd bekend gemaakt. Deze instantie deel de tevens mede, dat door de aardbeving het spoorwegverkeer tusschen de districten Nagano en Niigata trjdelgk werd onderbro ken. Blijkens een mededeeling van het me- tereologisch instituut lag het epicentrum der beving in het Noorden van Nagano. De schok werd tevens in Tokio, Nagoya en Niigata gevoeld. REDACTEUR: J. A. VAN DIXHOORN. Baanstraat 85, Beverwijk. Het volgende fraaie stukje van den vroegeren Zeeuwschen problemist De Vroom bieden we onzen lezers ditmaal ter oplossing aan. Auteur: J. N. de Vroom, Dordrecht. 12 3 4 5 18 n Ut ÜP SI JU U 8 zm IB 8 JU mm 8 8§ -• 46 47 48 49 50 Stand in cijfers: Zwart 7 schijven op 12—15, 18 21 en 42. Wit 8 schijven op 24, 28, 29, 35, 37, 40, 48 en 49. Als steeds: Wit begint en wint. Oplossingen worden gaarne ingewacht vóór of op 30 Juli a.s. bij de Redactie der Prov. Zeeuwsche Crt. onder motto Damru- briek. Uit het Zeeuwsche damtournooi. In aansluiting op onze vorige rubriek la ten we onderstaand een partij volgen uit bovengenoemd tournooi, waarin de Middel burgers Boogaard en Lente elkaar be- kampten. Party No. 43. Wit: W. Boogaard, Middelburg. Zwart: W. Lente, Middelburg. 1. 32—28 18—23 2. 34—29 23X32 3. 37X28 12—'18 4. 41—37 7—12 5. 37—32 19—23 6. 28X19 14X34 7. 39X30 20—25 8. 44—39 25X34 9. 39X30 10—14. De opening is uit gespeeld en de opbouw van het middenspel neemt een aanvang. 10. 50—44 1419 11. 44—39 5—10 12. 46—41 10—14 13. 41—37 18—23 14. 33—28 14—20 15. 39—33 20—24 16. 31—27 12—18 17. 49—44 Een niet voor de hand liggende zet. Voorkeur verdiende uit positioneel oogpunt 3731. 1717—21 18. 44—39 1—7 19. 30—25 7—12 20. 37—31 15—20 21. 25X14 9X20 22. 3934 410. Ter versterking van den linkervleugel. 23. 34-^30 3—9 24. 30—25 9—14 25. 43—39 10—15 26. 42—37 21—26! 27. 47—42 11—17 28. 27—21! Na tuurlijk. 28:...16X27 29. 31X11 6X17. 30. 3631 27? De foutzet, waardoor wit een damzet kan uitvoeren. Stand na 30 zetten. Zwart: W. Lente, Middelburg. 1 2 3 4 5 m m m V/;;: ym,-. w, 46 47 48 49 50 Wit: W. Boogaard, Middelburg. (Wordt vervolgd). Oplossing probleem Ir. W. Vrijlandt. Dit in onze rubriek van 25 Juni j.l. aan geboden miniatuurtje had den volgenden stand: Zwart 7 schijven op 8, 14, 17, 19, 27, 32 en 37. Wit 7 schgven op 23, 33, 38, 43 en 45—47. De keurige ontleding verloopt aldus: 43—39 32X34 (meerslag); 4641! 19X39 Goed prijshoudende stemming op de Amsterdamsche beurs. Op de Amsterdamsche Effectenbeurs was de stemming gisteren goed prijshou dend. Bjj de opening werd meerendeels op een llchtelgk verhoogd peil gehandeld, waarna een kleine inzinking intrad, maar per saldo legde de markt toch een groot weerstandsvermogen aan den dag en de koerswinsten, welke dezer dagen konden worden gemaakt, konden over het alge meen gemakkelijk gehandhaafd blijven, ter wijl in verscheidene gevallen zelfs nog een kleine verbetering kon worden geconsta teerd. De industrieelen voerden verreweg den boventoon, Aku's gaven geregeld vrij drukke affaire te zien. Unilevers, die Dins dag vrij snel naar boven waren geloopen, konden zich nog verder verbeteren. De Phi- lipsaandeelen zakten na vaste opening een paar punten in, maar gingen nadien weer iets naar boven. In Calvé Delft werd tame lijk druk zaken gedaan op een lichtelijk verhoogd peil. De affaire in Van Berkels bevond zich voor een groot gedeelte in handen van beroepshandelaren. Ook hier kon de koers iets hooger komen. Van de cultuurrubrieken gaf de suikerafdeeling ge ringe affaire te zien in H.V.A.'s. De ta bakken waren wederom goed gedisponeerd. De rubbermarkt was stil. De handel in scheepvaartaandeelen was van kleinen om vang. Voor de beleggingsmarkt werd slechts matige belangstelling getoond. A Incasso-bank 118 118%J Bataafsche Petr. Mij. Obl. 3% 86% 87 A K.M. De Schelde Nat Bez. 1109% 110 Nederland le lng 1940 4 100% 100% Nederland 2e lng 1940 4 9911/16 9911/16 NederL met bel. fac. 1940 4 100% 100% Ned. k 1000 1938 (3%) 3 93% 93-9315/16 Indië k 1000 1937 3 95% 95% Indië k 1000 1937 A 3 94 94 A Koloniale Bank 197% 198%' A Ned. Ind. Handelsbank 129% 130% C Ned Handel Mg. 134 135%' A Van Berkels Pat. 85 88—85 C Calvé Delft 90% 93%— 92% A Lever Bros en Unilever 128% 135%"—132% A Philips Gloeil. Gem. Bez. 231 236%—233 A Algemeene Kunstzijde Unie 148% 151—149% A Fokker Vliegt, fabriek 191 195 A Holland-Amerika lijn 11S 118%—120 A Java-China-Japanlijn 154 154 A Kon. Ned. Stoomboot Mij. 167 169—168 A Kon. Petroleum Mij. 250 256—252% A Dordsche Petr. Ind. Mij. 223 225 A Arendsburg Tabak Mij. 335 335 A Javasche Cultuur Mg. 260 A Ned. Scheepvaart Unie 180%' 181%'183 A Handelsv. Amsterdam 432% 432437 A Ned. Ind. Suiker U. 240 244%' C Deli Mg. a 1000 289% 295—293 A Senembah Mij. 227 232%—233% A Sumatra Rubber Cult 242 A Ver. Ind. Cultuur Ouden 190 189%' C Amsterdam Rubb. 282%" 285—282%' A Deli Batavia Rubb. Mg. 230 230 A Hessa Rubber Mg. 143 144 Nederland 1941 4 100 99% 99%' C Oostkust k 500 163 165 Vrijdag 18 Juli 1911. HILVERSUM I. 415.5 M, 6.45 Gram. 6.50 Ochtendgymn. 7.00 Gram. 7.45 Ochtendgymn. 8.00 BNO: Ber. 8.15 Schriftlezing en meditatie (Christ. Radio-Stichting). 8-25 Ge wijde muziek (gr.pl.). 8.45 Gram. 9.15 Voor de huisvrouw. 9.20 Gram. 1.00 Amabile-sextet. 11.20 Declamatie. 11.40 Amabile-sextet. 12.00 Omroep orkest. 12.40 Almanak. 12.45 BNO: Nieuws- en econ. ber. 1.00 Orgel. 1.30 Musette-orkest „Le.a gars de Paris" en gram. 2.00 Amliemsche or- kestver. en soliste, en gram. 4.00 Cursus „Een dominé over de kerk" (Vrjjz. Protest. Kerk- comité). 4.20 Gram. 5.15 BNO: Nieuws., econ.- cn beursber. 5.30 Voor de jeugd. 5.-15 Nieuw Hongaarsch Strijkkwartet. 6.30 Sportwetens- waardigheden. 6.40 Orgel. 7.00 BNO: Vragen van den dag. 7.15 Voor de kleuters. 7.25 Gram. 7.30 Onze cursus fotografie. 7.50 Gram. 8.00 BNO: Ber. 8.15 Spiegel van den dag. 8.30 Amu sementsorkest. Omroeporkest y solist. 9.30 Ber, Engelsch. 9.45 BNO: Ber. 10.00-rl0.15; Uitzen ding in de Engélsche taal. HILVERSUM II. 301.5 M. 6.45 Gram. 6.50 Ochtendgymn. 7.00 Gram. 7.45 Ochtendgymn. 8.00 BNO: Ber. 8.15 Gram. 10.20 Piano (gr.pl.). 11.00 Voor de kleuters. 11.20 Zang met piano en gram. 12.00 Ber. 12.15 Ensemble Bandi Balogh. 12.45 BNO: Ber. 1.00 Gevarieerd niiddagprogr. 3.00 Voor de vrouw. 3.45 Gram. 4.30 Voor de jeugd. 5.00 Gram. 5.15 BNO:' Nieuws-, econ.- en beursber 5.30 Orgel en zang. 6.00 Causerie „Het heidendom als gods dienst" (Christ. Radio-Stichting). 6.15 Klaas van Beeck en zijn orkest. 6-45 Toeristische raad gevingen. 7.00 BNO: Econ. vragen van den dag. 7.15 Fransch-Italiaansch muziekprogr. 8.00 BNO:' Ber. 815 Utrechtsch Stedelijk orkest. (9.009.20 Boekbespreking). 9.45 BNO: Ber. 10.00 Avond wijding (Vrüz. Prot. Kerkcomité). 10.05—10.15 Gram. (meerslag)41X3dam en wint in bekenden slots tand. Goede oplossingen ontvingen we van de heeren S. v. E. en v. d. M., beiden te Vlis- singen, W. B. en H. D., beiden te Middel burg, A. C. en H. M. S.. beiden te Goes en J. N. de V. te Dordrecht. Geschreven door DASHIELL HAM M ETT Teekeningen van ALEXANDER RAYMOND 94 EN JU LIEGT OQkrr DE INBREKER KREEG 'I GELD NIET JU 95. „Ik weet niet wat XT bedoelt, meneer", zegt Anderson en zijn oogen draaien angstig in zijn bleek gezicht. Dexter sleept den huisknecht aan zrjn jas mee naar het openstaande raam. „Dat weet je wel. Kom hier en kjtJk". De detective wgst naar buiten. Daar staat een man. Met een hand is hg aan een boom in den tuin vastgebonden. Hij heeft een onguur voorkomen en doet alle mogelijke moeite om los te komen. „Ik pakte hem", vervolgt Dexter, „hy had het geld niet by zich en zei, dat jy het in je handen had, toen hij binnen kwam. Hy had geen tijd het je af te nemen". Dexter houdt Anderson, wiens tanden van angst tegen elkaar klapperen, nog steeds stevig vast. „Het is niet waar", probeert Anderson er nog tegen in te brengen. Dan' komt een stem van buiten. Het is de man aan den boom, die spreekt, zyn stem klinkt ruw en onverschillig. „Hij liegthij stopte de heele bos bankjes in zijn zak, toen ik hem een oplawaai gaf. Ik had geen tijd ze in te pikken". Met een zucht van spy t zwygt de man aan den boom. Een oogenblik is het heel stil. Dan pakt Dexter den huisknecht forsch beet. „Zeg op, waar is het geld", zegt hij gebiedend. Anderson wijkt achteruit en ineenkrimpend onder den stevigen greep van den man tegenover hem, zegt hij benauwd: „Het ligt onder het kussen van dien grooten stoel". Dexter laat den huisknecht los en gaat naar den aangewezen stoel. XDinsdag xeryplg).

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1941 | | pagina 7