het doornige Pad De Raad van Oostburg vergaderde. Het ambtenarencorps ter secretarie. De huisvesting van „het Vrije van Sluis". Bezwaarschriften tegen het uitbreidingsplan. De raad dezer gemeente kwam Maandag middag, onder voorzitterschap van burge meester Hoekzema, in openbare vergade ring bijeen. Mededeeling werd gedaan van goedkeuring door Ged. Staten van diverse raadsbesluiten. Verder van de in orde bevin_ ding van kas en boeken van den gemeente ontvanger en van de overdracht door den tijdelijk benoemden gemeente-ontvanger P. A. Bril aan den nieuw benoemden gemeen te-ontvanger H. P. Everwijn. Deze mede- deelingen werden voor kennisgeving aange nomen. Van een aantal vergunninghouders voor den verkoop van sterken drank in het klein, was een bezwaarschrift ingeko men tegen den aanslag ten aanzien van vergunningsrecht 1941-42 en waarin ver zocht wordt deze terug te brengen tot 50 van den aanslag. Van het bestuur der vereeniging „Immanuel" kwam een verzoek in om een voorschot over 1941 voor het salaris van zijn vakonderwijzer in de lichamelijke oefening. Daar deze beide laatste stukken te laat waren inge komen, werden zij in handen gesteld van B. en W. om advies. Op voorstel van B. en W. werden de uren van openstelling der secretarie, spe ciaal wat betreft de zitting van den ge meente-ontvanger, gewijzigd inplaats van •Vrijdag op Woensdag, zulks met het oog op het gemak voor het publiek. Een Se ambtenaar ter secretarie? Op voorstel van B. en W. werden de jaarwedden van de ambtenaren ter secre tarie als volgt vastgesteld De aanvangsjaarwedde bedraagt voor den eersten ambtenaar 1300, met 5 tweejaarlijksche verhoogingen van 100 voor den tweeden ambtenaar 900 met 5 tweejaarlijksche verhoogingen van 80 voor den derden ambtenaar 600 met 5 tweejaarlijksche verhoogingen van 60. Voor het bezit van diploma A in de ge meente-administratie wordt een vergoe ding toegekend aan den eersten ambtenaar van 200aan den tweeden ambtenaar van 100. Deze verordening wordt geacht in wer king te zijn getreden op 1 Januari 1941. Hieruit volgt dus dat de mogelijkheid is geopend een derde ambtenaar te benoe men. Een nieuwe verordening op de heffing van rioolrechten werd vastgesteld. Op voorstel van B. en W. werd afwijzend be schikt op een verzoek van het bestuur der schoolvereeniging „Immanuel" om gelden voor de uitbreiding van het school gebouw in verband met de invoering van het onderwijs in de lichamelijke oefening, daar voor dit onderwijs gebruik kan wor den gemaakt van het gymnastieklokaal der openbare lagere school. De veldwachtersverordening werd gewij zigd, evenals de gemeente-begrooting over 1940. Aangenomen werd het voorstel van B. en W. om aan het waterschap „Het Vrije van Sluis" de geheele bovenverdie ping van het huis Markt 2, met inbegrip van de gang en het gedeelte gelijkvloers, niet grenzende aan het gemeentehuis, te verhuren voor onbepaald en tijd, ingaande 1 Juli 1941 tegen een jaarlijkschen huur prijs van 750 en onder bijzondere voor waarden. Een verzoek van den Ned. Kappersbond om een verplichte sluiting der kappersza ken op Maandagmiddag, werd op voorstel van B. en W. voor kennisgeving aange nomen. Besloten werd om aan F. de Smet een muur, eigendom van de gemeente en waar van De Smet reeds sedert 1928 voor het gebruik daarvan jaarlijks 5 betaald, te verkoopen voor 1. Tevens werd aan voornoemden De Smet vergunning verleend tot het leggen van een septie-tank in gemeentegrond op het Kerk plein. In verband met het feit dat de heer De Smet het voornemen heeft de zijgevel van zijn magazijn aan het Kerkplein zoo danig te veranderen, dat deze geheel zal aanpassen aan de omgeving, ontstond eenige discussie, zulks in verband met de daar ter plaatse staande brievenbus. Bij de gestelde voorwaarden zal nu wor den ingelascht de bepaling, dat deze brie venbus ter plaatse moet blijven staan. Tijdens de terinzagelegging van het ont werp van het plan vair uitbreiding, zyn bezwaren ingebracht door mej. J. W. C. Ie Nobel, H. J. M. Ie Nobel en C. Ie Nobel, eigenaren van eenige perceelen grond, ge legen nabij het „Groote Gat", die bezwaar maken tegen de ligging van den geprojec- teerden rijksweg en tegen het feit, dat hun grond niet voor bouwterrein is aangewe zen. B. en W. merken naar aanleiding daarvan op, dat tegen den geprojecteerden rijksweg niet bij de gemeente, maar bij den rijkswaterstaat gerequestreerd zal moeten worden dat voor den aanleg van straten aan de overzijde van den rijksweg op gron den, gelegen tegen het Groote Gat, geen aanleiding bestaat, doch dat het integen- "deel wenschelijk is de uitbreiding van een gemeente als Oostburg, indien zulks mo gelijk is, aan één zijde van den grooten weg te doen plaats vinden. Verder zijn de bedoelde terreinen steeds als landbouw- of veeteeltterrein gebruikt. Er bestaat dus niet de minste aanleiding om de eigen dommen van de familie Le Nobel in hun geheel in het uitbreidingsplan op te nemen. Op voorstel van B. en W. wordt daarom afwijzend beschikt -op bovengenoemd re quest en wordt het gewaarmerkt plan van uitbreiding der gemeente in hoofdzaak vastgesteld. Besloten werd tenslotte in de plaatselijke politieverordening een kleine aanvulling te brengen. Rondvraag. Bij de rondvraag wees de heer VAN KAMPEN op het vele zand in de Zuidzand- sche straat, dat hinderlijk voor de bewo ners is. De VOORZ. antwoordde dat de langdu rige droogte daarvan de oorzaak is. De heer ROSEVELT zag gaarne dat de patates friteskraam op het Kerkplein daar niet de geheele week bleef staan. De heer DE VUIJST klaagde over het lange wachten op het postkantoor en de raad besloot, op zijn voorstel, daarover een request in te dienen aan den directeur- generaal der posterijen. Nog informeerde de heer DE VUIJST naar de rattenbestrijd ng, waarbij de heer MIJS wees op den toestand op de vuilnis belt en aan de achterzijde van de am bachtsschool, nu aldaar een keuken is ge vestigd. De VOORZ. beloofde deze kwestie nog eens ter hand te zullen nemen. TROELSTR ABE WEGING (T.B.N.) IN DE N.S.N.A.P. OPGENOMEN. Na besprekingen tusschen den leider van de N.S.N.A.P., dr. E. H. van Rappard en den leider van de Troelstrabeweging (T.B. N.) Paul Kiès, heeft de Troelstra-beweging, na de meening van haar leden te hebben ingewonnen, eenstemmig besloten, tot de N.S.N.A.P. over te gaan. De heer Kiès zal naar wij vernemen een taak krijgen in de algemeene pro paganda van de N.S.N.A.P. en bovendien als inspecteur in Friesland de leiding in de organisatie op zich nemen. De Troelstrabeweging werd vier jaar ge leden als gevolg van een conflict in Fries land tusschen Paul Kiès en de leiding van de S.D.A.P. opgericht. In dit conflict liep een zeer groot deel der Friesche aanhan gers van de S.D.A.P. naar den heer Kiès over. Hoewel het zwaartepunt van de Troel strabeweging in Friesland bleef, breidde de jonge beweging zich steeds meer over het land uit, vooral in Noord Holland, Am sterdam en Den Haag. De Troestrabeweging, die nooit bij een internationale is aangesloten geweest, on derwierp zich na dc capitulatie van het vorige jaar aan een nieuwe orienteering en sprak zich tenslotte in het voorjaar van 1941 voor het hakenkruis uit. In punt 2. van haar program werd reeds gezegd, dat de Troelstrabeweging bereid is, in een hoo- gere eenheid op te gaan. Gedreven door de aanhankelijkheid jegens den Fiihrer en door het inzicht, dat het bestaan en optre den van meer dan een partij, die het ha kenkruis voert, met het zinnebeeld zelf in strijd is, heeft de leider van de Troelstra beweging trouw gesteund door de geheele organisatie van zijn beweging, thans zijn program verwezenlijkt. KATS. Voor abonnementen en advertentiè'n J. S. VERSPRILLE. Het huis van Oranje. De Nederl. Politieke Dienst (Nepodi) schrijft Officieel gewerd ons het bericht, dat Koningin Wilhelmina dezer dagen voor de Britsche microfoon heeft gesproken en daarbij de Ne'deranders opwekte om schou der aan schouder met de bolsjewieken te gen de spilmogendheden strijd te voeren. .Wij ontvingen dit bericht met diepe droefenis. De Oranjekleuren zijn ons dier baar. Ze zijn symbool van ons rijk ge schiedkundig verleden en van een band, gedurende eeuwen van gezamenlijke noo- den en gezamenlijke uitkomsten gelegd. Wij zouden om wat liefs willen, dat de toekomst in dit opzicht „open" bleef. Maar ieder zal gevoelen dat op deze wijze elke mogelijkheid daartoe vernietigd wordt en wij vragen ons verbijsterd af hebben Gerbrandy en de zijnen daar te Londen dan in het geheel geen hersens meer De raadgevers van Koningin Wil helmina hebben aan het Oranjehuis wel een zéér slechten dienst bewezen. Of heeft men dit te Londen reeds gevoeld? Naar uit goede bron verluidt, moet het in het Nederlandsche „kabinet" aldaar kraken en staan verscheidene leden ervan op het punt om uit te treden of hebben dit deels al reeds gedaan. Maar inmiddels is het kwaad gebeurd. Wij constateeren dat Nederlanders, die als raadgevers den bovengenoemden stap van Koningin Wilhelmina ondersteunden en als ministers door hun aanblijven dekken, be zig zijn hun vorstenhuis te vermoorden. Er was immers in de gegeven omstan digheden slechts één mogelijkheid beider zijds van de Noordzee, om de toekomst „open" te houden nl. indien over en weer gezwegen kon worden. Met alle respect gezegd het Oranje huis was hiertoe ook verplicht want Ne derland heeft gecapituleerd. Sindsdien is Nederland verplicht van eiken .strijd af te zien en loyaal zich aan de voorwaarden der capitulatie te houden. Bovendien heeft de agent van het naar Londen gevluchte bewind, de gewezen opperbevelhebber ge neraal Winkelman, in naam van de Konin gin formeel en officieel zijn toestemming er aan gegeven, dat de hoofden der Ne derlandsche departementen en met hen het geheele Nederlandsche volk loyale samen werking met de bezettingsautoriteiten aan vaardden. Dat is officieel en formeel over eengekomen en onderteekend. Daaraan is men te Londen krachtens de aan generaal Winkelman gegeven volmachten formeel en officieel gebonden en inbreuk daarop is politiek, juridisch en moreel op geen enkele wijze te rechtvaardigen. Wij staan thans voor den toestand, dat en niet voor den eersten keer noch- thans een flagrante inbreuk heeft plaats gevonden. Het is ook om andere redenen onbegrij pelijk. Wat kan een vorstenhuis, dat den tsaar aller Russen neef noemde, van al de uitmoordingen in Rusland van de schan daalgevangenissen van Barcelona en zoo veel meer afweet, de - ideeën der proleta rische wereldrevolutie kent en reeds vele malen in practjjk heeft gezien, met de Sovjetunie van doen hebben? De' conse quentie van een Sovjet-overwinning zou de wereldrevolutie, ook in -Nederland, zjjn. Wij verbazen ons. Verderde vroegere regeeringen in Nederland hebben althans deze deugd ge had, dat zrj nimmer de bolsjewiekenregee- ring erkend hebben. Heeft deze geschiede nis niets meer te zeggen Zal een regee ring, die de vlucht nam en nu geen con tact met de bevolking hier te lande meer heeft, buiten ons om en tegen ons in de bolsjewieken gaan erkennen? Voorts nog ditdat er menschen zijn, die nog steeds een Engelsche overwinning verwachten of althans daarop hopen, wij weten het. Doch ook z(j die hierop vast rekenen, moeten mede de andere, heel wat waarschijnlijker mogelijkheid van een Duit- scbe overwinning in het oog houden. In het laatste geval regeeren hier te lande de vrienden van Duitschland. Heeft het vor stenhuis er belang bij, deze voor goed en volkomen van zich te vervreemden? Is het verstandig de brug volledig af te breken? De vraag stellen is haar beantwoorden. Ten slotteNederland moet kiezen. Duitschland verwacht van- het Nederland sche broedervolk, dat het zyn bekende af wijzing van het bolsjewisme juist nu niet verloochent en met beslistheid zich te genover het bolsjewisme stelt. Geschiedt dit niet of in onvoldoende mate, dan worde zulks in de geschiedannalen met onuit- wischbaren inkt opgeteekend en verliest Kazerne politiebataljon Amsterdam geopend. Met eenig zij het dan door de tijds omstandigheden bescheiden gehouden officieel vertoon, is Woensdagochtend de kazerne van het politie-bataljon Amster dam in gebruik genomen. Ter gelegenheid hiervan heeft het bataljon, alsmede een aantal andere afdeelingen der. hoofdstede lijke politie, een défilé gehouden voor Duit- sche en Nederlandsche politie- en justitie- autoriteiten, in den namiddag gevolgd door een marsch door de stad. De hoofdcommissaris van de Amster- damsche politie, kolonel S. Tulp, heeft de pers willen inlichten over het nieuwe po litiebataljon, dat is te beschouwen als een onderdeel van de komende reorganisatie van de geheele Nederlandsche politie en daarop in zekere mate reeds vooruit is geloopen. De dit en het volgende jaar door te voeren reorganisatie brengt mede, dat de politie van de grootste zes steden van ons land: Amsterdam, Rotterdam, Den Haag, Utrecht, Groningen en Eindhoven, rijks politie wordt, onder de hoofdleiding van den inspecteur-generaal der Nederlandsche politie. Het half Mei j.l. opgerichte politie bataljon is voornamelijk te beschouwen als een uitgebreide voortgezette opleiding voor politie-agent, d.w.z., dat degenen, die voor plaatsing in aanmerking komen en aan de exameneischen hebben voldaan, hier ge durende zes jaren instructie en onderwijs ontvangen. De lessen en oefeningen omvatten: exer citie, straatgevecht (w.o. klewang-scher men), schieten, gasbeschermingsdienst, po- litiekennis, motorkennis, Duitsch, projec tie-teekenen (situatieschetsen bij verkeers ongevallen), sport (w.o. jiu-jitsu, scher men, zwemmen), zang, afstandsmarschen en indoortraining. Na deze eerste zes jaren gaan de agen ten over in verschillende takken van dienst, om, na weer zes jaar, geplaatst te worden by de recherche of de gendar merie. Het bataljon in zijn huidige samenstel ling bestaat, wat de manschappen betreft, geheel uit nieuw personeel, allen oud militairen uit den jongsten mobilisatietijd. RIJKSBUREAU VOOR HET NATIONALE PLAN Het rijkscommissariaat maakt bekend: De rijkscommissaris voor de bezette Ne derlandsche gebieden heeft op grond van par. 1 zyner verordeningen no. 90/41, waardoor de verordening no. 108/40 vier de verordening over bijzondere bestuurs rechtelijke maatregelen wordt aangevuld, den secretaris-generaal in het ministerie van binnenlandsche zaken, dr. Frederiks, met de voorloopige waarneming der zaken van voorzitter van het rijksbureau voor het nationale plan belast, en hem opge dragen, den opbouw van dit rijksbureau ter hand te nemen. Nederland te Berlijn méér Jan de sympathie alleen. Zijn de thans te Londen, door de Nederlandsche Koningin gesproken woor den op die voor de toekomst van het 'Ne derlandsche volk zoo belangrijke geschied kundige moment verstandig te noemen? Gaat van deze woorden een goede invloed uit op het Nederlandsche volk Wordt onze toekomst daardoor gediend? Niemand aan deze zijde van het Kanaal zal dit kunnen staande houden. Dat Oranje in oorlog is met Duitschland, wij weten het. Nederland heeft gecapitu leerd, Oranje ging heen. Maar de eenige mogelijkheid om deze moeilijke positie op draaglijke wijze door te komen is zwijgen. Indien Oranje in zoo verre zw g, dat 't zich zorgvuldigbuiten de Nederlandsche aangelegenheden hield en het hier niemand moeilijk maakte, zou ooit anderzijds gezwegen kunnen worden, zou ook en men vergete het belang hiervan niet Berlijn kunnen zwygen. Spreken echter beduidt wederzijds breuk We constateeren het met diépe droefe nis. En we denken met het tegengestelde van dankbare gevoelens aan de Nederland sche raadsleden dér I roon te Londen, die na hun vlucht niets hebben nagelaten om de verhouding moeilijker te maken en daardoor' den ondergang van het Oranje huis nabij te brengen. Officiel wordt gemeld, dat de Nederland sche politieke dienst een onderafdeeling is van het Algemeen Nederlandsch Pers bureau. Zij staat onder leiding van dr. v. d. Vaart Smit. Handel in gebruikte motorrijtuigen geordend. Het is noodig gebleken den koop en ver koop van gebruikte auto's en motorrijwie len aan bijzondere voorschriften te bin den. De basis van de prijscontröle, de ver gelijking van den prijs op 9 Mei 1940 was voor den handel in tweedehands motorrij tuigen niet zeer bruikbaar, omdat deze pi-ys in den regel ontbrak. In de plaats daarvan heeft men, naar de gemachtigde voor de prijzen mededeelt, een taxatiesysteem ingevoerd. Dit is om schreven in een beschikking van de secre tarissen-generaal van de departementen van handel, nijverheid en scheepvaart en van waterstaat, welke in de staatscourant van heden is gepubliceerd. Voortaan zal men nog slechts een ge bruikt motorrijtuig mogen koopen of ver koopen, indien er een waardebewijs aan wezig is. Dat bewijs kan men aanvragen bij de rijksverkeersinspectie, die er voor zorgt, dat de auto of de motor door des kundigen wordt getaxeerd. De getaxeerde waarde wordt bij het waardebewijs ver meld. Het is uitdrukkelijk verboden een prfls te betalen of te vragen, die hooger is dan de taxatieprijs, indien de verkooper een ge bruiker is. Is de verkooper een handelaar, dan mag hij den taxatieprijs met ten hoog ste 15 verhoogen. Nadere mededeellngen. Omtrent de uitvoering van de prijzen- beschikking gebruikte motorrijtuigen 1941, no. 1 wordlt ons van de zijde van de rijks verkeersinspectie het volgende medege deeld Ieder, die een gebruikt motorrijtuig in den zin van art. 1 van de pryzenbeschik- king gebruikte motorrijtuigen 1941, no. 1 wenscht te verkoopen of te ruilen, dient een aanvrage tot het verkrijgen van een waardebewijs in 3-voud in bij den rijks inspecteur van het verkeer voor het per sonenvervoer binnen wiens district hij woonachtig of gevestigd is. Voor de aan vrage wordt een formulier gebezigd, dat op alle kantoren van de rijksinspectie en op de bureaux van verschillende organi saties op toeristisch en vervoergebied gra tis verkrijgbaar is. De door den aanvrager te betalen taxa tiekosten bedragen 15 per personenauto en 10 voor elk ander voertuig. Deze kosten moeten op de postgirorekening van den rijksinspecteur worden bijgeschreven. De aanvrager ontvangt een oproeping om het voertuig waarvoor een waardebe wijs is aangevraagd op een bepaalde plaats en tyd ter taxatie voor te brengen. Voor zoover noodig verleent die rijles- inspecteur den aanvrager voor dit doel een bijzondere rijvergunning en wijst hem de noodige brandstof toe. Op grond der gehouden taxatie wordt den aanvrager een waardebewijs ver strekt. By verkoop van het motorrijtuig is de houder van het waardiebewys verplicht den rijksinspecteur van het verkeer, die het waardebewijs heeft afgegeven, ter stond mededeeling te doen van naam en adres van den kooper. Indien een voertuig niet op de aange wezen plaats en tyd ter taxatie is voorge bracht en niet tijdig een bericht van ver hindering is ingekomen, verbeurt die aan vrager de gestorte taxatiegelden. Btinrca 8 dagen na dagteekening van het waarde bewijs kan de aanvrager tegen het vast gestelde waardebedrag schriftelijk bezwa ren indienen bij den rijksinspecteur van het verkeer, die het waardebewijs heeft afgegeven en hertaxatie vragen. Hiervoor ziin opnieuw de taxatiekosten verschul- digd. Het verzoek moet met redenen zijn om kleed en vergezeld gaan van het afgegeven waardebewijs. POSTVERKEER DIET DE SOVJET-REPUBLIEKEN VERBROKEN. Tot nader order wordlt geen correspon dentie en pakketpost ter verzending naar de Vereenigde Sovjet republieken aange nomen, dit geldt eveneens voor de vroe gere staten Litauen, Letland en Estland. Reeds ter post bezorgde stukken zullen aan de afzenders worden teruggezonden, BIJ HET ZWEMMEN VERDRONKEN. Maandagavond is de 16-jarige J. van E., onder de gemeente Maartensdijk in het nieuwe kanaal bij het zwemmen' verdron ken. Een Utrechtsche politieman trachtte den jongen door duikpogingen te redden, doch dit mocht helaas niet lukken. Na on geveer een half uur dreggen is het lichaam van het slachtoffer opgehaald, doch de levensgeesten bleken toen reeds te zijn ge weken. FRANCESBRAYBROOKB 10) Mavis bleef stil staan op de trappen van het zusterhuis en keek uit naar een taxi. Aan de uitgave dacht ze heelemaal niet. Ze had nog een flink gedeelte van haar toelage op de bank laten staan en had er niet over nagedacht, wat er zou gebeuren als dat allemaal op zou zijn. Ze was er zoo aan gewend met kwistige hand uit te geven, dat het niet in haar hoofd opkwam, dat een taxi een onnoodige bui tensporigheid was. Ze wandelde langzaam de stille straat in. „Hallo Mavis!" Tony's wagen stond plot seling naast haar stil. „Wat denk je van een ritje en misschien ergens lunchen?" „Dank je. Ik vind het erg vriendelijk, maar ik heb een afspraakje met Sam en we gaan picniccgn", zei ze, wijzend op het mandje, dat ze bij zich had. „Hij wacht op het marktplein op me." „Stap in, dan ryd ik je er heen", ant- nieuws verwe woordde Tony kortaf, het onwelkome nieuws verwerkend. Hij had Sam Hart nog nooit gezien. Hij zou deze gelegenheid aangrijpen om ken nis met hem te maken en hem te doen beseffen, dat hij een te vreezen tegen stander was. Na aanvankelijk te hebben geaarzeld, gaf Mavis aan zyn verzoek gevolg. De comfortabele auto van Tony was verre te verkiezen boven een hobbelende taxi. Ze aanvaarden zijn aanbod dankbaar. Het was vriendelijk van Tony. „Moe?" vroeg hij liefjes, haar aankij kend, terwijl hij de auto startte. „Neen", gaf ze hem stuurs ten ant woord, „natuurlijk niet." Hij glimlachte ongeloovig, zich er over verwonderend, dat ze dit werk tot nu toe nog had volgehouden. „Ik ben een paar avonden geleden bij je vader op bezoek geweest. Wist je dat hij weg gaat? Voor een groote reis, om de wereld of zoo iets, Shadowlands wordt gesloten en aan de hoede van een huis bewaarder overgelaten. Ik geloof, dat hij al heel gauw vertrekt", voegde hij er aan toe. „Ik wist het niet", antwoordde Mavls rustig. „Het zal paps goed doen." Hij keek haar opnieuw aan. Ze was bleeker en smaller dan ze geweest was, maar haar wilskracht en vastberaden heid spraken uit eiken trek van haar knap gelaat. Het was nog een tamelyke afstand van het ziekenhuis naar het marktplein. St. Austin's stond in het armere gedeelte van de stad. Als ze Tony niet had ontmoet, dan zou ze de bus hebben moeten nemen, want de mand was te zwaar om er langen tyd mee te loopen, en het scheen dat er op Zondagmorgen geen taxi's te krijgen waren. „Je vader heeft me verzocht op je te letten", zette Tony het gesprek voort. „Het lykt me, dat dit een inspannend baantje is. Je houdt er van, je eigen weg te gaan, is het niet, Mavis?" „Ik ben geen kind, Tony. Waarom zou ik m'n eigen weg niet gaan?" bracht ze in het midden. „O, kijk daar is Sam!" Ze wuifde opgewonden naar een langen man, die op den hoek stond en op wiens blonde haren de zonnestralen vroolijk dan sten. Sam Hart was opvallend knap en van een bijzonder type. Tony zag dat in een oogopslag. De jonge man maakte zóo'n goeden indruk, dat hij zich niet langer verwonderde over de gevoelens van het meisje naast hem. Jaloezie kroop Tony's hart binnen en vermeerderde nog, toen hij keek in Sam's eerlijke, wijd-open blauwe oogen, met wihpers, welke iedere filmster hem benijd zou hebben. Ze knikten beleefd tegen elkaar, toen Mavis, die straalde van geluk en trots, hen aan elkaar voorstelde, waarbij zij zich beiden bewust waren van een zekere vijandigheid. Met een verstolen minachtenden blik op het weinig toonbare" motorrijwiel, dat tegen den trottoirband stond, maakte Tony aanstalten om hen te verlaten. De man, waarvan Mavis hield en dien hij bijna had veracht, was geen nietsnut, wien het er om te doen was een meisje om haar geld te trouwen, maar een krachtige en aantrekkelijke man, op wien ieder meisje verliefd zou worden. De vastbe raden trekken en de stevige figuur waren Tony niet ontgaan. Ter wille van Sam Hart klom Mavis Casslene, die sinds zij zich iets herinne ren kon, slechts in kostbare auto's had gereden, vroolijk op de duo van een af gejakkerde motorfiets en ze zette er nog een tevreden gezicht bij ook. Op zyn lip pen bijtend, reed Tony weg, de twee ge liefden, die te zeer in elkaar opgingen om zyn vertrek te bemerken; alleen latend. Mavis voor zich te winnen, zou moei lijker blijken dan hij zich had voorge steld, zelfs als het John Casslene gelukte, Hart naar een ander deel van het land te doen verplaatsen. Met de picnic-mand onder zijn hoede, reed Sam snel naar het uitgestrekte heu- velgebled, dat op dezen uitgelezen Zon dagmorgen buitengewoon in trek bleek te zijn. Het viel niet mee om een rustig plekje te vinden, waar zij konden zitten praten tot het tijd was om het kostelijke maal, waar Mavis voor had gezorgd, aan te spreken. „We gaan nog verder op", besliste Sam. „Ik weet tien kilometer hier vandaan een leuke plek." „Zoo ver als je wilt", gaf Mavis ten ant woord, „maar denk er aan, dat ik precies om twee uur in liet ziekenhuis terug moet zijn." „Tijd genoeg", verzekerde Sam haar, terwijl hy zijn weg vervolgde. Toen zij Fording Wells bereikten, was het daar rustig genoeg, zelfs voor hen, rustig en mooi. Op een schaduwrijk plekje nam Sam haar in zijn armen en kuste haar keer op keer. „O, liefste, wat ben ik blij, dab ik je weer zie", zei Mavis, met haar hoofd op zyn schouder. „Het lijkt zoo lang geleden sinds ik voor het eerst in het ziekenhuis kwam en toch ben ik er pas kort." Hij vroeg haar belangstellend naar haar werk en nam als vaststaand aan, dat Hilda Bloom haar uiterste best deed om haar te helpen en aan te moedigen. Mis schien deed ze dat ook wel, dacht Mavis, want per slot van rekening was ze ver antwoordelijk voor de zusters van haar afdeeling. Ze moest Hun de les lezen en standjes uitdeelen om haar het werk te leeren en natuurlijk had zij de noodige fouten gemaakt en stommiteiten begaan bij het uitvoeren van dc ongewone taken, die haar waren opgedragen. Onderwijl ze nog steeds in de armen van Sam rustte, kwam een groepje pra tende en goed gekleede menschen nader bij. Blozend bevrijdde Mavis zich en keek dan op. „Wel Mavis, ben jij het werkelijk?" riep lady Fonthill ongeloovig uit, daarbij Sam aankj^end. Allerlei praatjes hadden er over de dochter van John Casslene de ronde gedaan dat zij en haar vader oneenigheid hadden gehad over een of ander verschrikkelijk jongmensch, met wien Mavis omging, en waarschijnlijk be rustte dit alles op waarheid. De adellijke dame verstrakte en met een koele buiging liep zij verder zonder Mavis gelegenheid te geven haar metgezel voor te stellen. „Ik haat haar!" riep Mavis boos toen de schelle stemmen waren weggestorven. „Ze was beestachtig onbeschoft tegen ons, Sam". „Ik ben bang, dat je aan dat soort din gen zult moeten wennen", zuchtte Sam. „Natuurlijk staan al je vrienden aan den leant van je vader en denken ze, dat ik een fortuinjager ben. Wat heb ik je aan te bieden in vergelijking tot dien jongen dokter, die je naar me toe heeft gere den?" Ze legde glimlachend haar hand op zyn mond. „Ik houd van ie cn dat is het eenige belangrijke verxlaarde ze. „Je denkt toch zeker niet, dat de meening van deze nietsnutten' er iets toe doet? Ze tellen heelemaal niet mee. Ik zal hun allemaal laten zien, dat ik evenals de beste van hen in myn eigen onderhoud kan voor zien", zei ze met een trotsch en nadruk kelijk gebaar. Ze wist niet hoe moeilijk de stryd om het bestaan zou zijn, dacht Sam, terwijl hij haar opnieuw kuste. Wat gaf ze toch een hoop voor hem op! (Wordt vervolgd.)'

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1941 | | pagina 6