Tweede Blad PROVINCIALE ZEEUWSCHE COURANT Maandag 16 Juni 1941 NIEUWE DISTRIBUTIEKAARTEN Ditmaal zijn de kaarten tot stellen vereenigd. De legerberichten van gisteren. De strijd in Syrië. ONTVOERD De secretarissen-generaal van de departementen van landbouw en visscherö en van handel nijver heid en scheepvaart maakt be kend, dat dezer dagen op nader door de plaatselijke distributie- diensten bekend te maken data tot de uitreiking van nieuwe distribu tiekaarten zal worden overgegaan. Zooals bekend werden bij vorige uit reikingen aan kinderen beneden den leef tijd van 4 jaar halve kaarten voor vleesch, brood en aardappelen en bovendien een papkaart verstrekt, terwijl voorts kinderen van vier jaar en 'ouder, alsook volwasse nen heele kaarten ontvingen. Ten einde de uitreiking zoo vlot mogelijk te doen verloopen zijn ditmaal de kaarten tot stellen vereenigd, welke als volgt wor den uitgereikt Aan volwassenen en kinderen, die op 1 Juli 1941 reeds 4 jaar of ouder zfln* 1 stel kaarten A, bestaande uit 1 vleeschkaart (blad Al) 1 broodkaart (bladen A2 en A3) 1 kaart diversen (blad A4) 1 kaart algemeen (blad A5) Aan kinderen, die op 1 Juli 1941 nog geen 4 jaar oud zijn 1 stel kaarten B, bestaande uit vleeschkaart en 1 papkaart (blad BI) broodkaart (blad B2) 1 kaart diversen (blad B3) 1 kaart algemeen (blad B4) Bovendien wordt aan kinderen, die op 1 Juli 1941 14 jaar of ouder, doch nog geen 21 jaar oud zijn, extra uitgereikt; 1 kaart E (1/5 broodkaart). Voorts worden aan jonge kinde ren nog zeepbonkaartjes uitgereikt en tfrei als volgt Aan kinderen, die op 1 Juli 1941 nog geen 2 jaar oud zijn 1 kaart P bestaande uit 6 bonnen voor zeep en 6 bonnen voor toiletzeep. Aan kinderen, die op 1 Juli 1941 2 jaar of ouder, doch nog geen 8 jaar oud zijn: 1 kaart Q, bestaande uit 6 bonnen voor zeep. De aandacht wordt er op geves tigd, dat voor het gemak van het publiek thans ook bepaalde bon nen zgn gedrukt voor kaas en eieren, die op de kaart „diversen" van de stellen A en B voorkomen. Deze kaart „diversen" bestaan verder uit de bonnen voor bloem, waarvoor vroeger een aparte bloemkaart bestond, alsmede uit een aantal bonnen gemerkt met „reserve". De met „reserve" ge merkte bonnen zullen worden aan gewezen voor het koopen van aardappelen. Op de kaart voor „diversen" van stel B, welke aan kinderen beneden vier jaar wordt uitgereikt, komt slechts de helft van het aantal bonnen voor aardappelen Van de kaart voor „diversen" van stel A voor. Tegelgk met deze uitreiking zullen ook bonkaartenstellen worden uitgereikt voor hen, die zwaren of zeer zwaren arbeid ver richten. Deze personen ontvangen Indien zware arbeid wordt verricht 1 stel kaarten C, bestaande uit vleeschkaart Va aardappelkaart (reserve) (blad Cl) vetkaart Va broodkaart (blad C2). Indien zeer zware arbeid wordt verricht: 1 stel kaarten D, bestaande uit iy2 vleeschkaart (bladen Dl en D2) 2 vetkaarten en 1 aardappelkaart (blad D3). 1 broodkaart (bladen D4 en D5). Ten slotte wordt medegedeeld, dat de uitreiking van de nieuwe boter- en vet kaarten op een later tijdstip zal plaats vinden. HET DUITSCHE. Het opperbevel der Duitsche weermacht deelt mede> „Duikbooten hebben in het Noorden van den Atlantischen Oceaan vier vijandelijke koopvaarders en een tankschip met een gezamenlijken inhoud van 29.0000 ton tot zinken gebracht. De luchtmacht heeft met succes havenwerken en wapenfabrieken in het Zuiden en Zuidoosten van Engeland gebombardeerd. Bij het afweren van vijan delijke vliegtuigen, die het bezette gebied trachtten binnen te vliegen, hebben zich meermalen luchtgevechten ontsponnen, waarbij een vliegtuig van het type Bristol- Blenheim is neergeschoten. In Noord-Afrika bedrijvigheid van ar tillerie en verkenningsafdeelingen bij To- broek. Lichte Duitsche en Italiaansche gevechtsvliegtuigen hebben de haven en verdedigingswerken van Tobroek herhaal delijk met goed gevolg aangevallen. Op een Britsch vliegveld hebben zij verschei dene op den grond staande vliegtuigen met bommen en machinegeweervuur vernield. Een Britsche jager en drie gevechtsvlieg tuigen zijn bij luchtgevechten en door af weergeschut neergehaald. In het Middellandsche Zeegebied heeft een afdeeling Duitsche gevechtsvliegers op 13 Juni met succes een aanval gedaan op militaire installaties en een fabriek op het eiland! Cyprus. Ter hoogte van Beiroet hebben Duitsche gevechtsvliegtuigen een Britsch vlooteskader aangevallen en op een zwaren kruiser een voltreffer geplaatst. Zaterdagnacht hebben zwakke vijande lijke af deelingen op eenige plaatsen in West-Duitschland brisantbommen laten vallen, die echter slechts weinig schade aanrichtten". HET ITALIAANSCHE. Het 375ste communiqué van het Italiaan sche hoofdkwartier luidt: In den nacht van 13 op 14 Juni heeft de Italiaansche luchtmacht de vlootbasis Alexandrië gebombardeerd. In Noord-Afri ka hebben afdeelingen van de Duitsche en de Italiaansche luchtmacht herhaaldelijk de vestingwerken van Tobroek gebombar deerd, waax*bij groote branden uitbraken. Boven Tobroek zijn twee Hurricanes neer geschoten. De vijand heeft luchtaanvallen gedaan op Benghazi en andere plaatsen in Cyrenaica. Twee Engelsche vliegtuigen zijn door Duitsche jagers neergeschoten," een derde toestel werd door het Italiaan sche afweergeschut neergehaald. De be stuurder werd gevangen genomen. In het gebied van de Egelsche zee heb ben Engelsche vliegtuigen bommen op het eiland Rhodus geworpen. In Oost-Afrika hebben wjj in den avond van 10 Juni een vijandelgken aanval op de rivier de Baro, in het gebied van Gallo en Sidano, afgeslagen. Onze bewegingen en die van den vijand worden belemmerd door het slechte weer en den zeer slechten toestand der wegen. Bij Gondar beperkte de activiteit der vijandelgke artillerie, die door onze artillerie bestreden wordt. In de Middellandsche zee heeft een Itali aansche duikboot een watervliegtuig van het type Sunderland neergeschoten. Tijdens den strijd om Kreta heeft, naar thans blijkt, de onder bevel van corvetten- kapitein Logatelli staande duikboot een vijandelgk vlooteBkadeb aangevallen en door twee torpedo's een torpedobootjager tot zinken gebracht. CLANDESTIENE SLACHTINGEN. Een gevaar voor de volksgezondheid. Dat vleesch, van clandestiene slachtin gen afkomstig, voor de volksgezondheid gevaren kan opleveren, blijkt weer eens uit het volgende: De afdeeling technische contróle van den centrale crisis-controledienst heeft op het eiland Noor d-B e v e 1 a n d een uitgebreid onderzoek ingesteld, waaruit bleek, dat enkele personen in den loop der eerste vijf maanden van dit jaar vijf run deren en vier varkens hadden geslacht. Het vleesch was clandestien in de omge ving verkocht. Blgkens het weekrapport van 'de technische contróle was één dezer runderen een wrak dier, zeer ernstig lij dende aan tuberculose. Zoo ziet men weer eens, dat, als men niet voldoende sociaal gevoer heeft om geen vleesch, van clandestiene slachtingen af komstig, te koopen, men de aanschaffing daarvan toch uit welbegrepen eigenbelang achterwege moet laten. Uit het bovenver melde geval blijkt, hoe 'gevaarlijk het vleesch kan zgn, dat van een clandestiene slachting afkomstig, in omloop wordt ge bracht. De strijd In China. Uit Hankau meldt Demei: Japansche troepen gesteund door luchtstrijdkrachten, doen sinds Woensdagochtend vroeg hevige aanvallen op sterke strgdkrachten van Tsjoenkgking, gelegen op de noordelijke helling van het Wanyang gebergte, ten Noord-oosten van Tsoengyang in de pro vincie Hopeh. Bommenwerpers van de Ja pansche marine hebben voor de tiende maal een luchtaanval gedaan op Tsjoeng- king, de oorlogshoofdstad van Tsjang Kai Tsjek. Verschillende militaire doelen in het centrum van Tsjoengking werden aange vallen. Op meer dan tien plaatsen ontston den branden. Er werd groote schade aan gericht. De Japansche bommenwerpers ont moetten geen tegenstand van Chineesche vliegtuigen. MONTENEGRO ZAL WEER ONAFHANKELIJK WORDEN. Uit Rome meldt het D.N.B. De Italiaan sche hooge commissaris voor Montenegro, graaf Mazzoloni, heeft tijdens de aan gekondigde rondreis door Montenegro de verzekering gegeven, dat Montenegro zgn onafhankelijkheid en zijn vlag zal terug krijgen. Heftige tegenstand der Fransche troepen. Het D.N.B. meldt uit Vichy In Fransche militaire kringen verklaar de men gistermiddag, dat de militaire toe stand in Syrië Zaterdag werd gekenmerkt door een geringere vijandelijke bedrijvig heid. Nadat de Engelschen overal waren opgehouden en in verschillende sectoren zelfs verstrooid waren, hebben zij, naar de meening dezer kringen, van den Zaterdag gebruik gemaakt om hun strijdkrachten opnieuw te groepeeren en nieuwe stellin gen te betrekken. Zoo zgn Zaterdag dan ook slechts afzonderlijke acties van den vijand gemeld, vooral bij Merdj-Ajoem en Saida. Vermeld moet vooral worden de doeltreffende actie van de Fransche lucht macht in alle sectoren en tegen de Brit sche oorlogsschepen langs de Libaneesche kust. Volgens een bericht uit Beiroet is alleen langs de Libanon hevig gevochten. Ook Zaterdag heeft de Engelsche vloot het front bij Saida onophoudelijk gebombar deerd. In den avond van 13 Juni hebben Engelsche gepantserde strijdkrachten een aanval op de verdedigingslinie van Saida ondernomen, die betrekkelijk gemakkelijk werd afgeslagen. De aanval werd den 14en Juni des middags herhaald, doch eveneens zonder resultaat. De Fransche vloot en de luchtmacht hebben een gemeenschappelijke afleidings manoeuvre tegen de Britsche vloot onder nomen en met succes. In het gebied van Merdj-Ajoem zijn sterke vijandelijke lucht- afdeelingen in actie gekomen, doch haar operaties hadden maar weinig uitwerking. In het zuiden worden geen operaties gemeld. Te Beiroet, dat eiken nacht aan luchtaanvallen blootstaat, en te Damas cus is het volkomen rustig. Over de militaire operaties in Syrië maakte het ministerie van oorlog gisteren het volgende bekend De Fransche troepen blijven tegenstand bieden tegen de gecombineerde geweldige krachtsontwikkeling van de Britsche vloot en de strijdkrachten te land. Aan de Li baneesche kust werden zij in den afge- loopen nacht op noordelgker stellingen teruggetrokken, nadat zij aanvankelijk Saida heroverd en zich daar gisteren den geheelen dag gehandhaafd hadden, In het gebied van Merdj-Ajoem en ten zuiden van Damascus konden de Engelsche en Gaullistische strijdkrachten geen vor KAAfti* VAN P-ÈLT Op deze kaart zijn met zwarte pijltjes de opmarschrichtingen der Britten in het Zuidelijkste deel van Syrië aangegeven. De opmarsch der hoofdlegers begon in Palestina en Transjordanië later verdeel- de zich de hoofdmacht in 5 colonnes; een colonne opereerde langs de kust in de richting van Sidon (Saida) een tweede inde lichting van Merdj-Ayoem, een derde via Banias in de richting van Keunetra terwijl twee colonnes via Dera de hoofd wegen naar Damasctis volgden. De meeste gevechten hadden plaats ten zuiden van Sidon ten Noorden van Merdj-Ayoem, ten westen van het Hermon gebergte en bij Sassa, Hardnekkige te genstand ondervonden de Britten langs de hoofdwegen naar Damascus vooral bij Kiswe (Kissoue) waar de Franschen dede Britten een viertal dagen ophielden. Sanamein, ■G'abaghïb en Keunetra werden door de Franschen herhaaldelijk uit de lucht gebombardeerd. Dit zijn de voornaamste feiten die van 9 tol en met 15 Juni door de Fransche legerberichten zijn bekend gemaakt. deringen maken. Een Britsche pantseraf- deeling, die uit Irak kwam en 10 Juni met de Fransche voorposten te Aboe Essal in contact was gekomen, heeft Zaterdag deze vooruitgeschoven steunpunten inge nomen. De Fransche troepen werden bij hun tegenstand doeltreffend gesteund door het optreden van het luchtwapen. In den nacht van Vrgdag op Zaterdag hebben Fransche luchtstrijdkrachten den vijand zeer gehinderd door herhaalde bom bardementen ten Zuiden van Saida. Zater dag hebben eskaders Fransche bommen werpers om den druk van den tegenstan der op Fransche strgdkrachten aan de kust te verlichten twee vermetele aanvallen op de Britsche schepen uitgevoerd en deze daardoor genoopt zich tijdelijk van de kust te verwijderen. Deze acties hebben in groo te mate bijgedragen tot het feit, dat de Franschen Saida tot den nacht konden houden om daarna zich volgens bevel van den tegenstander los te maken. Het lucht wapen heeft nieuwe versterkingen uit het moederland gekregen. BRITSCHE PROPAGANDA TEGENGESPROKEN. O.F.L meldt uit BeiroetDe Britsche en Turksche radiozenders, alsmede de Ame- rikaansche zender Boston, blijven nog steeds in grooten omvang valsche berich ten verspreiden over de ontwikkeling van den toestand in Syrië. Radio Boston meld de, dat de oorlog in Syrië door de zege vierende bezetting van het land door de Engelschen zijn einde nadert. De waarheid is echter, dat de vijandelijke strgdkrachten overal worden opgehouden en dat onze troepen op talrijke punten tegenaanvallen ondernomen. Radio-Londen zou de wereld graag willen doen gelooven, dat de Engel sche strgdkrachten en de troepen van de Gaulle slechts daarom zoo langzaam op rukken, omdat het Engelsche opperbevel geen Fransch bloed zou willen vergieten. Van de heldhaftigen tegenstand der Fran sche troepen wordt niet gesproken. De Londensche zender beweerde o.a. „Wij staken den strijd en onderhandelen, zoo vaak wij kunnen. Wg willen de steden en dorpen niet nutteloos vernielen". Onze soldaten, die aan de kust van Li banon een taaien strijd voor het behoud van hun stellingen leveren en vastbesloten zgn, zich tot hun laatsten druppel bloed te verdedigen, zijn onder het trommelvuur van de Britsche vloot waarschijnlijk niet dezelfde meening toegedaan als Londen. Hetzelfde kan gezegd worden van de boe ren in den Libanon en in Syrië, wier hui zen door de Engelschen vernield zijn. De Londensche zender houdt de bewering staande, dat Fransche officieren en solda ten in grooten getale hun posten verlaten om zich bij de troepen van de Gaulle te voegen. Dit is onjuist. Het bericht, dat uit Mirak oprukkende colonnes Deir-ez-Cor hebben bezet, behoort tot het rijk der fa belen. Radio-Ankara beweerde, dat onder handelingen zouden zijn begonnen over de overgave van Damascus en Boston ver klaart zelfs, dat de hoofdstad van Syrië door de Engelschen is bezet. In feite wor den de Engelschen sedert vier dagen door onze verdedigingsstellingen bg Kissoue op gehouden. Bommen op Gibraltar. Uit Algeciras meldt het D.N.B. Gister nacht is in Gibraltar luchtalarm gemaakt. De zoeklichten traden in werking en ont dekten drie vliegtuigen, die door het luchtdoelgeschut beschoten werden. Er werden negen bommen geworpen. Men hoorde drie zware ontploffingen. Het aan tal slachtoffers is nog niet bekend. Na on geveer een kwartier verdwenen de vlieg tuigen weer. Nader wordt gemeld: Drie bommen zijn gevallen op de dockinstallaties en hebben twee kruisers beschadigd, die daar voor reparaties in de haven lagen, twee bom men kwamen neer in de nabijheid van het radiostation en een in de haven aan den uitgang naar zee. Ondanks het woedende vuur van het afweergeschut werd geen enkel vliegtuig getroffen. DOOR P. MATTHEÜ3. 33) Het was stikdonker geworden. Twintig meter nogtien meter Na twee krachtige laatste slagen trok Gill zachtjes de riemen in en hij boog zich naar voren. Het roeibootje gleed langszij den kotter en raakte bijna den wand aan. Gill ving den stoot handig met zgn arm op. Mister Tiggel verhief zich van zijn zitplaats. Op dit oogenblik doken boven hem twee hoofden achter de verschansing op. „Joram!" zei een stem. „Ik ben zoo blij, dat je er eindelijk bent". En een andere stem zei: „Wanneer u een beetje meer naar voren komt, mister Tiggel, dan vindt u daar een touwladder." HOOFDSTUK XVm. Het volgende kwartier verstreek aan boord van de „Zeespin" in een tameiyke verwarring. Mister Tiggel had zich het enteren van den grijzen kotter geheel anders voorge steld. Maar hg was niet onaangenaam verrast. Integendeel. Hij had schoten verwacht schoten en kruitdamp, tumult een geschreeuw. En hoe zag de werkelijkheid eruit? In plaats van glanzende revolve rloopen zag hij glanzende oogen, die hem bekend en vertrouwd voorkwamen, en in plaats van harde mannenvuisten strekten de zus terlijke armen van Edna zich naar hém uit. Hg had een tijdje noodig om van deze verrassing op zijn verhaal te komen. Gill ging het net zoo. Daarop werd in alle snelheid een soort krijgsraad gehouden, waarbij iedere partij aan de andere hoogst belangrijke mede- deelingen te doen had. Het resultaat was, dat broer en zuster voorloopig aan zich zelf werden overgelaten, terwijl Gill en Jerry tezamen in het luik van het ach terdek verdwenen. Daar beneden maakte de plotselinge verschijning van Gill aan alle geestdrift een einde. Kelly, die uit zijn kooi gehaald en naar de hut van Graddle gebracht werd, zag er tegelijk woedend en bezorgd uit en Graddle schonk Gill een lange stomme blik, die ook niet bepaald vreugde uitdrukte. Jerry liet de lichtstraal van zijn zak lantaarn over de gezichten van de twee mannen glijden, voordat hij begon te spre ken. „We zijn nu met ons vieren hier aan boord behalve jullie," zei hg. „Vier personen met drie revolvers. En we zijn vastbesloten, de revolvers, als het noodig ls, niet als speelgoed te gebruiken. Ilc neem aan, dat het jullie duidelgk is, "dat jullie het partijtje verloren hebben." Een zwijgen was het antwoord. „Volgens de wetten van dit land", ging Jerry bedaard voort, „wordt menschen- roof buitengewoon streng gestraft. Ook dat is jullie duidelgk, hoop ik." Opnieuw een zwijgen. De straal van de zaklantaarn speelde nog eens over de gezichten der beide mannen. „We zouden natuurlijk", voegde Jerry eraan toe, „ergens aan land kunnen gaan en de politie halen. Voor ons zou dat het eenvoudigste zijn en voor jullie erg on plezierig. Maar Hij streek zich over de kin en hield even een pauze. Voor de eerste maal begonnen de beide mannen zich te bewegen. Kelly richtte zich half op en Graddle keek Jerry on zeker en onderzoekend aan. „Wat bedoel je daarmee?" vroeg hij heesch. „Met dat: maar...?" Jerry glimlachte. „Denk maar niet", zei hij, „dat we vriendschappelijke gevoelens jegens jullie koesteren. Dat zou je ook nauwelijks kun nen verwachten. Het is heel eenvoudig een soort van transactie, die ik jullie wil voorstellen. Voor jullie hebben we be langrijk minder interesse dan voor jullie chef. We willen jullie opdrachtgever pak ken. Als je ons daarbij wilt helpen, zullen we zien, wat we voor jullie doen kunnen." Graddle kneep zijn oogen samen en wierp een snellen blik in de richting van Kelly. Kelly knikte. „Hm wat verlangt u dan van ons?" vroeg Graddle. Zijn toon was heel wat beleefder geworden. „We zullen jullie uit je touwen bevrij den," zei Jerry. „Wij eischen van jullie dat je hier gewoon dienst doet en dat je je precies zoo gedraagt, alsof er niets ge beurd is. Ik weet, dat er tusschen jullie en je opdrachtgever bepaalde afspraken bestaan. Aan die afspraken zullen jullie je houden. Je zult je chef hier aan boord laten komen, alsof de kotter nog altijd in jullie bezit is. Dat is alles, wat we ver langen. Is dat duidelgk?" „Volkomen", zei Graddle met een grijns lach. „Zoo duidelijk als je het maar hebben wilt. En wat", voegde hij er met een loe renden blik aan toe, „biedt u ons aan, voor het geval we erop ingaan?" Jerry keek een oogenblik zonder iets te zeggen op hem neer. „Onze persoonlijke aangelegenheid", zei hij daarop, „beschouw ik als afgedaan. Wij zgn quitte met elkaar. Ik zal probee- ren, miss Tiggel ertoe te brengen, dat zij haar getuigenis tegen jullie in een ietwat vriendelijken vorm giet." „Is dat alles?" stoof Graddle op. „Dat is verduiveld weinig!" „Weinig?" vroeg Jerry. „Vindt je dat weinig? Ik geloof, dat het je wel een paar jaar kan schelen, of miss Tiggel vriende lijk of onvriendelijk tegen je getuigt. Ik kan dat niet zoo weinig vinden". Graddle beet zich op de lippen en keek hem woedend aan. „Overigens," ging^ Jerry onverstoorbaar voort, „schijnt me 'jullie positie niet van dien aard te zijn, dat jullie ons voorwaar den kunt stellen. Wees nu maar tevreden met wat we jullie aanbieden. Als je daar heelemaal niet op wilt ingaan nou, goed dan! In dat geval zullen we ook zonder jullie een mogelijkheid vinden, om je chef te pakken te krijgen." Er ontstond een pauze. „Ik zal ueens wat zeggen", bromde Graddle tenslotte met een listig lachje. „Laat ons loopen en wij doen alles, wat u wilt. Nou? is dat een goed voorstel?" „Een heel slecht", antwoordde Jerry koel. „Dat kan ik niet aannemen. Dan moet ik dus nu de onderhandelingen als niet gelukt beschouwen." H\j keerde zich om en gaf Gill, een wenk, vooruit te gaan. „Ho, ho! Wacht u eens even!" schreeuw de Kelly hem na. Jerry draaide zich weer om. Kelly, die naast de kooi van Graddle op den grond lag, richtte zich op en fluis terde zgn kameraad een paar woorden in het oor. „Vooruit!" voegde hij er luider aan toe. „Wat is dat voor onzin om daar niet op in te willen gaan?" Graddle trok zijn wenkbrauwen op en dacht een korten tgd na. „Nou, goed dan", bromde hij eindelgk. „Accoord". „Ja we verklaren ons ermee accoord", bekrachtigde Kelly de woorden van zjjn compagnon. Jerry keek de beide mannen onderzoe kend aan. „Vergeten jullie niet", zei hg met na druk, „dat we hier met ons drieën ieder een revolver hebben. Vergeet dat asjeblieft niet! Wij schieten dadelijk, als jullie soms zoudt willen probeeren, ons een poets te bakken." „Welnee! Het is eerlijk spel!" verzekerde Kelly met een trouwhartigen oogopslag. „Nu ik vertrouw toch liever meer op mijn revolver", zei Jerry lachend. Daarop gaf hg Gill opdracht, de beide mannen van hun banden te bevrijden. Het dek van de „Zeespin" lag verlaten en in diepe duisternis, toen de vier man nen na elkaar uit het achterschip te voor schijn kwamen. Zelfs de lamp, die aan het dak van de stuurhut hing, brandde niet meer. Slechts het- water om den kotter heen had een grgzen en zilvef- achtigen schijn. Zoo nu en dan kwam de maan voor enkele seconden achter de wol ken te voorschijn. Heel ver weg aan de voorzijde daar, waar het einde van den inham zich be vond blonken een paar afzonderlijke lichtjes. „Beginnen jullie nu maar met je voor bereidingen", beval Jerry. „En houdt je precies aan onze afspraak." Kelly haalde zwijgend uit een hoek van de stuurhut een lantaarn te voorschijn, stak hem aan en bond hem achter aan den vlaggestok. Een melkachtige, gele schijn verbreidde zich over de omgeving. „Aha!" zei Jerry en hij knikte. „Dat is in orde." „Waar is miss Tiggel? Ik moet miss Tiggel in het vooronder opsluiten", bromde Graddle naast hem. „Miss Tiggel!" riep Jerry zachtjes. Ergens uit de duisternis dook Edna op en ging met hem naar voren. Ze betrok dezelfde hut, waarin ze tevoren was ge vangen gehouden. JWordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1941 | | pagina 5