Kroniek van den dag De naamgeving in den Noord-Oostpolder. Tweede Blad PROVINCIALE ZEEUWSCHE COURANT Donderdag 12 Juni 1941 Oorlog in Syrië. Wat velen gevreesd zullen hebben, ls gebeurd. De Britsche troepen hebben te zamen met de vrije Fransehe troepen van De Gaulie den strijd tegen Syrië aangebon den. De aanleiding daartoe is geweest, dat van Britsche zijde de aanwezigheid van Duitschers in Syrië een inbreuk werd ge acht op de bepalingen van het wapenstil standsverdrag. Zoowel te Berlijn als te Vichy is met stelligheid ontkend, dat er Duitsche troe pen in Syrië zijn, terwijl ook de beschul diging, dat de Duitschers de Syrische vliegvelden zouden hebben bezet, een pro pagandistisch verzinsel werd geheeten, ge lijk ook werd ontkend, dat de Duitschers de operaties in Irak op de een of andere wijze zouden hebben aangemoedigd en er aan zouden hebben deelgenomen. Wat er van dit alles zij, het is niet mogelijk de situatie juist te beoordeelen, nu het eigenlijke gebeuren schuil gaat ach ter de nevelgordijnen der propaganda. Het was slechts mogelijk de ontwikkeling in haar groote lijnen te schetsen. De ontwik keling, die haar hoogtepunt niet heeft ge vonden op Kreta en evenmin in Irak of in Abessinië en' voor de vestingwerken van Tobroek. Zij zal haar ontknooping moeten vinden in Suez en alles wat er thans in het Nabije Oosten gebeurt, houdt onmiddellijk verband met de voorgenomen stoot naar Suez. Al deze gebeurtenissen staan niet op zichzelf. Wij hebben er reeds vroeger op gewezen, dat er een onderlinge samenhang bestaat, die te duidelijker wordt naarmate de ontwikkeling voortschrijdt en waarvan men het geheele Schablone slechts naar waarde zal kunnen beoordeelen, wanneer de ontwikkeling is voltooid. Men is thans te licht geneigd, het gebeuren naar de bepaalde incidenten te beoordeelen. Terwijl het zaak is, juist thans de groote lijnen in het oog te houden: de groote lijnen van het Duitsche strategische plan eener continenten-omspannende tangbeweging. De tang die aan Suez moet worden toe geknepen, mag geen enkele zwakke plek vertoonen en zoo ziet men thans ook een streven de Duitschers om de armen dier beweging zoodanig te versterken, dat zich geen noodlottige breuken kunnen voor doen. Dat verklaart wellicht den betrekke- lijken stilstand in de operaties rond To broek voordat van daaruit de stoot naar Suez wordt ondernomen. Dat verklaart ook, waarom er na Kreta een zekere adempauze is ingetreden. Kreta was een Duitsche versterkings manoeuvre, een voorbereiding tevens voor nieuwe operaties welke zich op de linker helft van de tang moeten afspelen. In dat verband denkt men onwillekeurig aan Cyprus dat thans blijkens de laat ste berichten in staat van verdediging wordt gebracht aan Rhodos, waar een sterke Italiaansche vliegtuigbasis is ge vestigd. Men denkt aan de uitmondingen van de pijpleidingen uit Irak, in Haifa en de Libaneesche haven Tripolis, aan den Bagdadspoorweg, de Iraaksche pe- troleumvelden bij Mosoel, aan Irak zelf. Men denkt dus ook aan Syrië en aan Palestina en hier grijpen de operatieplan nen in elkander, voor zoover, om een enkel voorbeeld te noemen, de Arabische we reld in verzet schijnt te komen tegen de Britsche wereldheerschappij, en Eden op zijn beurt beloften doet met betrekking tot den steun der Britsche regeering voor het Arabische onafhankelijkheidsstreven. De situatie in het Nabije Oosten is geenszins duidelijk, het is een ingewikkeld spel van intrige, van beloften, van propa ganda en vage suggesties. De draden liggen over en door elkander, een onont warbaar kluwen en wie vermag den rooden draad, die er ongetwijfeld is, te ontwarren. Wie heeft dien draad in handen Is 't Rasjid Ali, of Ibn Saoed? Ztjn het de Londensche petroleumdictatoren of de Berlijnsche diplomaten Wavell of Dentz Syrië is oorlogstooneel geworden. Wie de zaak van dezen kant beziet, kan het niet onbegrijpelijk vinden, dat die gebeurte nissen in het Nabije Oosten dezen loop hebben genomen. De feitelijkheden over dezen nieuwen oorlog zijn nog zeer vaag. Voor de be oordeeling geven zij weinig houvast. Franschen trekken op tegen Franschen. De Gaulie, die partij heeft gekozen tegen Vichy gelijk reeds vroeger bleek, o.a. bij den aanval op Dakar heeft zich achter de Britsche plannen in het Nabije Oosten geplaat Nu is het maar de vraag, hoe Vichy uiteindelijk zal reageeren. Het argument van de Britten is en in deze opvatting worden zij door Washington gesteund, zoo zelfs dat de betrekkingen tusschen de Vereenigde Staten en Frankrijk er door in een critiek stadium schijnen te zijn ge treden dat Darlan verplichtingen heeft aangegaan, welke een inbreuk beteekenen op de besprekingen van het wapenstil- standsvedrag. Intusscl. ,n heeft men zoowel te Vichy als te Berlijn ontkend, dat er Duitsche troepen In Syrië zijn geconcentreerd. Lon den zou dus een stok hebben gezocht en zal nu in Syrië wel moeten ontdekken, dat deze stok niet te vinden is. Twee verklaringen zijn in dit verband van beteekenis. In de eerste plaats een uit Berlijn afkomstig commentaar, waaruit blijkt, dat de Wilhelmstrasse de gebeurte nissen in Syrië beschouwt als een aange legenheid, welke uitsluitend Frankrijk en Engeland aangaat. De tweede kwam van Darlan zelf in een radiorede, waarin hij een nadere toelich ting gaf op het politiek beleid, dat door de regeering eVichy is aanvaard. De kern daaruit is wel, dat de toekomst van Frank rijk gelegen is in het nieuwe Europa en de Matin heeft daaraan het volgende korte, maar veelzeggende commentaar verbon den: er bestaat tusschen Frankrijk en Duitschland geen afgrond meer. Syrië is een Fransehe aangelegenheid en Frankrijk moet, wil het zich zijn toe komst waarborgen volledig samenwerken met Duitschland. Daarmede heeft Darlan volledig gebroken met het oude stelsel, dat in Vichy nog min of meer werd gekoesterd. Is daarmede het wapenstilstandsverdrag naar den letter geschonden? Zeer zeker niet, wgl immers nadrukkelijk is verklaard, Historisch verantwoorde namen aanbevolen. Nu de Noordoostpolder steeds meer tot zgn eigenlijke bestemming nadert, wordt de kwestie der naamgeving actueel. Er zijn verschillende veronderstellingen geuit voor namen, die het meest in aanmerking zouden komen voor de dorpen, kanalen, vaarten en gemalen, zonder dat men hier op van officieele zijde heeft gereageerd. Thans is echter een rapport verschenen, houdende „een eerste suggestie van naam geving aan de voornaamste elementen in den Noordoostelijken polder". We mochten hier inzage van nemen en er een en ander uit overnemen, mits daarbg werd vermeld, dat het een suggestie is, en het plan als zoodanig de hooge goedkeuring nog be hoeft. Door deze naamgeving worden tal van historische bijzonderheden ook voor het nageslacht bewaard. Dat voorgesteld wordt den geheelen pol der Urkerland te noemen, is reeds vrijwel algemeen bekend. Aan de gemalen zou men de namen willen geven van belangrij ke strijders voor de plannen der inpolde ring, nl. Buma voor het gemaal bij Lem mer, de oprichter van de Zuiderzeevereeni- ging in 1886 Vissering voor het gemaal bij Urk naar mi*. G. Vissering, die de plannen vooral economisch en financieel heeft verdedigd, en Smeenge voor het gemaal bg De Voorst naar mr. Harm Smeenge, die zich vooral in meer populai- ren zin aan de propaganda voor de ver wezenlijking van den polder heeft gewijd. De bevolkingskernen zullen namen krij gen, volgens de hier bedoelde suggestie, van vroeger bestaand hebbende plaatsen in het gebied van den polder. Als zooda nig zullen Ens en Emmeleroord op Schok land blijven bestaan. Het hoofddorp, op de kruising van de vaart en den weg van Urk naar Zwolle, en den weg van Kampen naar Lemmer, zal Nagele worden genoemd, naar Nakala, dat hier omstreeks het jaar 1000 moet hebben gelegen. Meer Noordoostelijk, op het snijpunt van de wegen van Steen- wijk en Zwolle naar Urk, is Muinhuizen geprojecteerd, naar het vroegere Maen- huysen genoemd, dat niet ver van Emme leroord moet hebben gelegen. Aan den straatweg van Urk naar, Lemmer, Noord westelijk van Nagele komt, volgens het plan Ruthne te liggen. Voorts wil men de namen Espel en Algodel weer in eere her stellen, naar dorpen, die vroeger op het toen veel grootere eiland Urk moeten heb ben gelegen. Espel is geprojecteerd onge veer halverwege Urk en Schokland. Even voorbg Schokland zou dan het dorp Kara- perzand komen te liggen op het thans be staande Kamperzand. Aan den Kuinder- weg, tusschen Nagele en Kuinre, zou eerst de naam Veenhuizen zijn gegeven, doch daar deze naam reeds bestaat heeft men de voorkeur gegeven aan Kuinderveen. De hoofdkanalen stelt men zich als volgt voor te noemen: Van Nagele naar Lem mer: Lemstervaart, naar Urk: Urkervaart, naar De Voorst: Zwolsche vaart. De sluizen wil men doopen: die bij Lem mer: Friesche sluis, bij Urk: Urker sluis, bij De Voorst: Voorster sluis, de sluis in den polder bg Muinhuizen: Muinhuizer sluis, die in het Ganzendiep, buiten den pol der: Ganzensluis, de sluis bij Kadoelen: Kadoelersluis. De primaire wegen zullen, volgens het plan, aldus worden genoemd: Van Nagele naar den Ramspol: Kamperweg, van Na gele naar Urk: Urkerweg, van Nagele naar Lemmer: Lemsterweg, van Nagele naar Vollenhove: Zwolsche weg. Het haventje aan het eind van het Rand- kanaal ZwartsluisIJselmeer zal Schok kerhaven komen te heeten, omdat ze de haven en reede van Schokland vervangt; de vaargeul van de Schokkerhaven naar de Ramspol het Ramsdiep, en de afwate- ringsgeul bij Ramspol, de Ramsgeul; het meer bij Kampereiland, waarin het Zwarte- water zal uitmonden: het Zwartemeer; het kanaal KadoelenBlokzijl, langs het land van Vollenhové Vollenhoofsch kanaal en de nieuwe IJselmond door de Kattenwaard: Kattendiep. Voorts zijn er tal van secundaire water en landwegen ontworpen, die meestal ge noemd zijn naar de plaatsen waarop ze hoofdzakelijk aansluiting geven. Antonescu in München. BESPREKINGEN MET VON RIBBENTROP. De leider van den Roemeenschen staat, generaal Antonescu, is gisteren per vlieg tuig alhier aangekomen. Op het vliegveld werd hij welkom geheeten door minister Von Ribbentrop. Na zijn aankomst heeft hij een eerste bespreking gevoerd met den rijksminister van buitenlandsche zaken, Von Ribbentrop. Naar men verneemt, verliep het gesprek in den geest van de hartelijke vriend schap, die beide landen verbindt. In aan sluiting gaf de rijksminister ter eere van den gast een diner, waaraan het gezel schap van den Roemeenschen staatsleider en talrijke prominente Duitsche persoon lijkheden uit staat, partij en weermacht deelnamen. Zwaar ontploffingsongeluk In Yoego-Slavië. Enorme schade en veel slachtoffers. Een zwaar ontploffingsongeluk heeft zich voorgedaan in een Servische opslag plaats van buitgemaakt materiaal in de middeleeuwsche citadel van de Servische stad Semendria (Smederovo). Het ongeluk heeft eenige honderden dooden en gewon den geëischt onder de burgerbevolking. De stad heeft ook te lijden gehad. De schade gaat echter niet uit boven den gebruike lijk omvang. De citadel zelf bleef in hoofd zaak behouden. De Duitsche weermachts autoriteiten hebben, gesteund door Ser vische hulporganisaties, overal terstond helpend ingegrepen. Admiraal Lütjens omgekomen. Uit Berlijn meldt het D.N.B.: De vloot voogd, admiraal Lütjens, vheeft bij den on dergang van het slagschip „Bismarck" den heldendood gevonden. Tot zijn opvolger heeft de Führer en opperbevelhebber der weermacht den chef van den staf der oor logvoering ter zee, admiraal Schniewind, benoemd. Luchtgevecht bij Gibraltar. Uit Algeciras meldt het D.N.B.: Dins dagmiddag werd in Gibraltar luchtalarm gemaakt. Naar intusschen bekend is ge worden, hebben verscheidene bommenwer pers de vesting aangevallen. Er ontwikkel de zich een luchtgevecht boven de Middel lands che Zee tegenover de Spaansche ha ven Estepona. Bij dit gevecht werd een vliegtuig neergeschoten en een tweede be schadigd. ENGELSCHEN BRENGEN COLUMBIAANSCH SCHIP OP. Het Columbiaansehe schip „Alicia", 2233 brt, is op een geregelde diensttocht' van Rio Hacha naar Aruba door Britsche zee- strijdkrachten opgebracht, naar Woensdag ochtend uit Rio Hacha is gemeld. Ter moti veering van dezen maatregel beweren de Engelschen, dat het schip Duitsche oor logsschepen op zee van levensmiddelen heeft voorzien. De kapitein van de „Ali cia" wordt door de Engelschen op Aruba gevangen gehouden. dat Frankrgk zijn toekomstig lot zelf moet bepalen. In Londen en Washington oordeelt men er blijkbaar anders over. Daar heeft men zich op het standpunt gesteld, dat Frankrgk zoodoende vooruitloopt op de ontwikkeling en op deze wijze speelt in de kaart van den tegenstander, die al is er dan een wapen stilstand gesloten, ook tegenstander van Frankrgk is. Londen en Washington achten dus het verdrag van Compiègne naar den geest geschonden, waar Frankrijk zich scharend in het kamp van de asmogend- heden hun oorlogsdoelstellingen begunstigt. Ziedaar, de achtergrond van de gebeurte nissen in Syrië, gebeurtenissen, die te tragi scher zijn, omdat hier Franschen vechten tegen Franschen. Opleidingsschip „Prins Hendrik" te Rotterdam. Gisteren is te Rotterdam gearriveerd het opleidingsschip „Prins Hendrik" van het Onderwijsfonds voor de Scheepvaart. Aan boord bevinden zich de leerlingen van de Rotterdamsche dagnijverheidsschool voor de Rijn- en binnenvaart, die een oefentocht hebben gemaakt langs de groo te rivieren. Deze school werd op advies van een commissie, samengesteld uit ver tegenwoordigers van Rijnvaartreederijen en schippersorganisaties te Rotterdam, opge richt door het Onderwijsfonds voor de Scheepvaart. Wegens de oorlogsomstandigheden werd de school tijdelijk ondergebracht te Am sterdam. Om nu de belanghebbenden te Rotterdam in de gelegenheid te stellen met de school en het onderwijs kennis te maken zal de „Prins Hendrik" tot Maandag 16 Juni a.s. te Rotterdam blijven. Handel in certificaten van Amerikaansche waarden verboden. In opdracht van den secretaris-generaal van het departement van financiën, wordt medegedeeld, dat in de Nederlandsche Staatscourant van Woensdag zal, worden bekend gemaakt, dat met ingang van 1 Juli 1941 de handel in certificaten van Amerikaansche aandeelen, zooals deze sinds 1 Mei j.L plaats vond, verboden zal zgn. Tot 1 Juli 1941 zal de handel met ket tingverklaringen mogelijk blgven, de hier door verleende algemeene vergunning van het deviezen instituut blijft tot dien datum van kracht. Met ingang van 1 Juli 1941 zal, overeenkomstig de voorschriften van het deviezenbesluit 1941, elke beschikking over certificaten van Amerikaansche aan deelen slechts met een speciale vergun ning van het deviezen instituut voor elk bijzonder geval geoorloofd zgn. Voorts zullen alle prolongatiën, voor schotten in rekening-courant en andere geldleeningen waarvan het onderpand ge heel of gedeeltelijk bestaat uit certifica ten van Amerikaansche aandeelen, on geacht of zij al dan niet voor een bepaal den tijd gesloten zgn en ongeacht even tueel tusschen partijen gemaakte afspra ken, met ingang van 16 Juni 1941 onmid dellijk opeischbaar zgn, evenals de krach tens art. 2 der beursvoorschriften 1940 geblokkeerde prolongatiën, voorschotten in rekening courant of andere geldleeningen tegen onderpand van fondsen van vóór 10 Mei 1940 voor zoover het onderpand dezer geldleeningen geheel of gedeeltelijk uit certificaten van Amerikaansche aan deelen bestaat. Voor den inhoud der regeling wordt ver wezen naar de beursvoorschriften 1941 a. voor certificaten van Amerikaansche aan deelen welke in de Nederlandsche Staats courant van Woensdag zullen verschijnen. Wedstrijdroelbooten mogen gebruikt worden. De bevelhebber der marine in Nederland deelt in aansluiting aan de verordening van den rijkscommissaris nr. 100-1941, houden de buitengewone maatregelen voor de kust verdediging, mede, dat roeivereenigingen in het gebied waarvoor de verbodsbepalin gen gelden, hun wedstrijdroeibooten voor trainingsdoeleinden en wedstrijden mogen gebruiken (niet echter toerroeibooten, ped delbooten of kano's). De vereenigingen zgn strafrechtelijk verantwoordelijk voor elk misbruik. OVERSTROOMING IN AMERIKA. Tengevolge van een overstrooming in de stad Albana in Texas zgn, volgens berich ten van Associated Press, twaalf personen om het leven gekomen. Door het breken van een stuwdam zgn 35 huizen ingestort. Het nieuwe gebouw van de Kamer van Koophandel te Teraeuzen, dat vorige week in gebruik is genomen. DE INDIJKING EN DROOG- MAKING VAN DEN ZUID WESTELIJKEN POLDER. VOORLOOPIG PLAN IN ONDERZOEK. In het Driemaandelijksch bericht betref fende de Zuiderzeewerken wordt herinnerd aan het besluit van de regeering den Zuidwestelijken polder te maken en reeds dit jaar met de bedijkingswerken van dien polder aan te vangen. Hieromtrent wordt medegedeeld, dat in verband hiermede een algemeen plan voor dien polder werd opgemaakt, dat thans in onderzoek is. Dat onder zoek is bereids zoover gevorderd, dat de richting van de westelijke, Zuid westelijke en zuidoostelijke bedijking kon worden vastgesteld. Zoodra het algemeen plan ook verder zal ztjn vastgesteld, zal daarvan een beschrg- ving kunnen worden opgenomen. De geaardheid van den zeebodem in het zuidelijk deel van het IJsselmeer is van dien aard, dat aan de eigenlij ken dgkbouw een belangrijke grond verbetering vooraf moet gaan. De voorbereiding van de uitvoering van het eerste gedeelte van deze grond verbetering is bereids in een verge vorderd stadium. De stadsjeugd In den landbouw. Zooals onlangs is medegedeeld stelt het Rijksarbeidsbureau pogingen in het werk dit jaar jongens en meisjes gedurende de zomervacantie-maanden op het platteland als hulp in den landbouw onder te brengen. Het doel hiervan is de jeugd van 16 tot 20 jaar uit de stad nauwer in contact te brengen met het leven ten plattelande en daarnaast om meer werkgelegenheid te scheppen voor de Nederlandsche jongeren. Gedurende 3 maanden (soms iets korter) worden de „steedsche" jongens en meisjes bg boerengezinnen ondergebracht Gedu rende dien tgd moeten zij meewerken in het bedrijf. Onder dit meewerken wordt verstaan, dat lichte arbeid op landbouw gebied moet worden verricht. Aan de meisjes kunnen, behalve landbouwwerk- zaamheden ook huishoudelijke bezigheden op de boerderij worden opgedragen. Als tegenprestatie verschaft de boer aan de hulpen kost en inwoning, en een gulden zakgeld per week. De reiskosten van huis naar boerderg en van de boerderij naar huis worden door het Rijk betaald. Een nauwkeurige selectie naar moraal, arbeidsgeschiktheid, milieu, godsdienst e.d. wordt toegepast, zoowel ten aanzien van de hulpen als van de boeren, waar de jon gens en meisjes onderkomen vinden. Wij hebben bij het gewestelijk arbeids bureau te Middelburg geïnformeerd hoe de Zeeuwsche jeugd en de Zeeuwsche boer op dit initiatief van het Rijksbureau hebben gereageerd. De heer Koert, die met de plaatsing der jeugdhuipen in ons gewest belast is, deel de mede, dat de Zeeuwsche jongens en meisjes van H.B.S., Gymnasium, Kweek school en Mulo tot nu toe niet zoo gebrand zijn op werken bij den boer als in de meeste andere provincies het geval is. Uit Vlissingen gaven zich 3 jongens op, uit Middelburg één jongen en één meisje. Deze zullen worden ondergebracht bij boeren in Friesland, Groningen en Limburg, dus niet in eigen provincie. Uit de groote steden buiten Zeeland komen zeer vele aanvragen om voor de jeugdhulp in aanmerking te mogen komen, en de heer Koert is than3 bezig een aantal jongens en meisjes bij boeren in Zeeland onder te brengen. Jammer genoeg, aldus de heer Koert, staan vele boeren hier nog afkeerig tegen over deze nieuwigheid, doch met praten en met geduld bereiken wg toch eenige re sultaten. In dien Wilhelmina-polder en in den Bathpolder bijv. zullen tien jongens worden opgenoirten3 boeren in Arne- muiden en in Bouburg zgn jongens uit Rot terdam toegewezen en een Amsterdamsch meisje wordt in Souburg geplaatst. We hopen echter dat nog tal van boeren bereid zullen zijn een jeugdige hulp uit de steden te aanvaarden, en zoodoende mede te werken aan verbetering van het contact tusschen stad en platteland. De heer Koert vestigde er onze aan dacht op, dat elke boer kan opgeven van welke godsdienstige richting zijn tijdelijke hulp moet zijn, en dat naar alle candidaten in de steden een grondig onderzoek wordt ingesteld teneinde te voorkomen dat men ten plattelande met minder gunstige ele menten wordt bedacht. Voor de studeeren- de jongens en meisjes beteekent het ver- MERKWAARDIGE VONDSTEN TE OOSTBURG. GRAFKELDERS UIT DE 15E EEUW. ONTDEKT OOSTBURG. Toen arbeiders Woensdag bezig waren met graafwerk aan het Le- delplein ten behoeve van de rioleerings- werkzaamheden, stuitte men plotseling op een steenlaag. Het bleek spoedig dat men was terecht gekomen op gemetselde graf kelders. Nadat een aantal zware steenen was verwijderd, trof men een open ruimte aan, waarin een aantal beenderen werd gevonden, waaronder twee nog gave sche dels. Onder leiding van burgemeester Hoekzema en den gemeentesecretaris, den heer A. A. Aalbregtse, werd het graaf werk voortgezet. Het bleek dat er zich nog twee grafkelders naast de geopende bevonden. Voorzichtig werd daarom de tweede grafkelder open gemaakt en daar in trof men aan een volledig geraamte,, nog geheel gaaf en intact. De derde graf kelder zou men heden openen. Het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen te Middelburg is van de vondsten In ken nis gesteld. Vlakbij den eersten grafkelder werd eveneens een schedel gevonden, kennelijk een overblijfsel van een nog jeugdig per soon. Hoewel vanzelfsprekend nog niets met zekerheid kan gezegd worden over de iden titeit van de personen die aldaar waren begraven, staat toch wel vast dat deze grafkelders dateeren uit de 15e en 16e eeuw. De heer A. Hoolhorst, leeraar aan de R.H.B.S. te Oostburg in de nationale historie, die zich, evenals de heer Aal bregtse, voor deze vondsten speciaal inte resseert, was van meening dat de 'twee geraamten welke in één grafkelder zgn gevonden, behoorden aan een man en een vrouw. De schedels zijn echter zeer ver schillend en duiden er op dat de man van een zuidelijk en de vrouw van een noor delijk ras geweest moeten zijn. Opvallend is verder dat het hoofd van het nog gave geraamte, een compleet en gaaf gebit bezit. Naar wij van den heer Aalbregtse ver namen, heeft men hier te doen met graf kelders uit de oorspronkelijke kruiskerk van den H. Eligius uit de 15e eeuw. De thans bestaande Ned. Herv. Kerk, het oudste kerkgebouw, is daarvan een over blijfsel en bestaat nu nog uit een dwars- pand en koor, welke kerk hersteld werd in 1606. Schip en toren zijn ingestort in 1631 en niet meer opgebouwd. In het schip van de kerk werden vroe ger de voorname personen begraven, ter wijl daar omheen de begraafplaats was. Deze begraafplaats werd in 1829 gesloten. De kerk is meermalen ten gevolge van oorlogsgeweld en brand geteisterd en steeds weer opgebouwd, hetgeen aan de kerk goed is te zien. Zoo bestaat deze gedeeltelijk uit zeer oude steen, welke men in nagenoeg alle gedeelten weer kan terug vonden. Dezelfde steenen, waaronder groen geglazuurde, heeft men nu terug gevonden in de fundamenten van de graf kelders. Dezelfde geglazuurde steenen kan men ook nog in het oude kerkgebouw vinden. Ook de zware baksteenen getuigen van de degelijkheid waarmede in vroeger eeuwen werd gebouwd. Het dwarspand doet thans nog dienst als kerk, terwijl het koor als bergplaats is ingericht. Aan de Westzijde en op de Westhoeken van het dwarspand zijn zeer zware beeren aan gebracht. Het dwarspand heeft zes travee- ers en aan elk einde twee vensters met gothische profielen. De koorvensters heb ben aan de binnen- en de buitenzijde rijk geprofileerde baksteenen omlijstingen en zijn deels dicht gemetseld. Aan de Noord zijde van het dwarspand vindt men een deuromlgsting met rondboog, pilasters en kroonlijst (1634). Naast het koor staat aan de Zuidzijde een sacristie (15e eeuw), thans consistoriekamer, met verdieping. De vensters zgn in diepe nissen geplaatst en door rondbogen afgedekt. In den hoek van den Noordarm en het koor is een trap- toren, het bovenstuk bijgewerkt in 1634. Uit bovenstaande blijkt de ouderdom van de thans gevonden grafkelders. Het zal ongetwijfeld niet gemakkelgk zgn om na te gaan wie hier werden begraven. Daar de handen niet gevouwen waren, is men van meening dat het geen geestelijken waren. blijf van drie maanden op een Zeeuwsche boerderg een periode van gezonden arbeid en van goede voedingvoor den boer en de boerin beteekent de tijdelijke hulp ver lichtingen van 't dagelijksch werk. Ook den kinderen van onze boeren kan de omgang met jonge menschen uit de stad ten goede komen. Nadere inlichtingen worden verstrekt door het gewestelijk arbeidsbureau te Mid delburg.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1941 | | pagina 5