ONTVOERD
kleurd leien dak zal doen, dat hier
niet, als op het oude gebouw, steeds
direct tegen de lucht afsteekt, doch
telkenmale opgesloten zal liggen tus-
schen de, daarboven uitstekende hooge
muren en topgevels van het Gothische
deel.
Speelsche plaatsing van ramen en deuren
en een karakter dezer bouw-elementen
hetwelk goed geschikt is voor de gebruiks-
ï-uimten doch dat tevens in de traditie
geworteld is, zal de werking der gevels
voltooien.
Door het vrflleggen van het Stadhuis aan
de achterzijde zal ook het Middeleeuwsche
binnenplaatsje open komen. Hoewel het
toegejuicht moet worden, dat dit binnen
plaatsje een eigen functie in het bouw
werk verkrijgen zal, mag niet uit het
oog verloren worden, dat het volledig
openleggen daarvan minder fraai zou Kun
nen worden; immers de geringe breedte
van dit plaatsje zou aanleiding geven tot
het gevoel, dat hier een soort steeg is
opengelegd, terwijl de torenvoet, die. min
of meer kaai is, slechts werking heeft,
wanneer een scherpe perspectivische wer
king, die op een gesloten binnenplaats zal
optreden, weer wordt geïntroduceerd.
Ook de torenvoet wil ontdekt worden
en dit zal alleraardigst kunnen geschieden,
wanneer, door een verbindingslid tusschen
de nieuwe aanbouwen en ae Vleeschhal,
de binnenplaats zy het iets vergroot
weer gesloten wordt.
Wanneer een poort, onder dit verbin
dingslid door, den toegang tot de binnen
plaats mogelijk maakt, wordt daarin een
nieuw romantisch element gevonden, dat
in de sfeer van dit gebouw volkomen
passen zal.
Beheerscliing van het stadsbeeld.
Ook bij het opstellen van het nieuwe
stratenplan heeft het oogmerk voorgezeten
het Stadhuis zooveel mogelijk naar alle
zgden tot zgn recht te doen komen en
nog meer zelfs dan vroeger het stadsbeeld
te doen beheerschen.
Daartoe is het beloop van de Lange
Delft verlegd, zoodat men reeds in die
straat, in de richting van de Markt gaan
de, het gezicht op het Stadhuis zal heb
ben en dit vanuit de verte zal kunnen be
wonderen.
De lengte van de. Markt wordt grooter.
Bovendien wordt deze aanzienlijk afge
graven op het hoogste gedeelte meer
dan één meter en zal het verlaagde
oppervlak zeer licht glooiend in de rich
ting van het Stadhuis oploopen. Vóór het
Stadhuis komen z.g. „kleine steentjes",
welke een rustig voorplein zullen vormen
tusschen de pui en den eigenleken rgweg.
Door een en ander zal het Stadhuis nog
voornamer en waardiger boven het Markt
plein komen te staan.
Komende uit de Gortstraat, zal men
eveneens vanaf de nieuwe hodenmurkt,
aansluitend aan de Pottenmarkt, een over-
hoeksch gezicht, als tusschen coulissen
door, op het Stadhuis hebben.
Tegenover den Gothischen gevel aan
de Lange Noordstraat, den meest oor-
spronkeiyken thans nog bestaanden gevel,
is een straatje ontworpen, ongeveer ter
plaatse van den tuin van het vroegere
hotel „de Nieuwe Doelen", dat een prach
tig uitzicht op dezen gevel en den daar
achter fier oprijzenden toren, van het
Stadhuis zal geven.
De achterzijde van het nieuwe Stadhuis
complex grenst aan den verkeersw ;g,
welke vanuit de Lange Noordstraat in de
richting van Domburg zal voeren. Langs
dezen weg de stad binnenkomende,' gaat
men door de Volderijlaagte evenals
reeds thans het geval is recht op den
Stadhuistoren en den hcogen achtergevel
van de Vleeschhal aan. Ter hoogte van
het Stadhuis gekomen, ziet men door het
monumentale hek uit op het achterplein
en de achterzijde der gebouwen.
Tenslotte zal door afbraak van stal ge
bouwen in den langen Helm ook de zijgevel
van de Vleeschhal beter tot zijn recht
komen.
Hoe het Stadhuis inwendig wordt.
Met een beschrijving van het inwendige
mcenen wij te mogen besluiten.
De hoofdingang blijft aan de Markt,
waardoor men over.de pui in de ruime haJ
binnentreedt. Deze' hal, welke in den ioop
der laatste eeuwen door den bouw van
verschillende tusschenmuren was ver
knoeid, zal weer In zijn oude glorie her
steld worden en met zijn zes ramen aan
do Markt en die aan de Noordstraat een
prachtige toegang kunnen vormen.
In deze hal vindt men, onder den toren
door, evenais vroeger, de verbinding naar
het achtergelegen secretarie-gebouw; men
vindt hier op de plaats van de voorma
lige Vierschaar de trouwzaal; verder
een nieuwen hoofdtrap naar boven, onder
dezen trap een bodenkamer en tenslotte,
in het kleine torentje op de binnenplaats,
een wenteltrapje, dat naar de publieke
galerij in de Raadszaal leidt.
Gaat men den nieuwen hoofdtrap naar
boven, dan komt men onder het oude ge
welfstelsel, dat hier gespaard gebleven is
en dat in het boventrappenhuls zelfs ver
dubbeld zal worden.
Boven aan den trap vindt men rechts,
aan de Marktztfde van het gebouw, de
kamers voor den Burgemeester en den ge
meente-secretaris benevens een bodenka
mer, boven de trouwzaal de Wethouders
kamers en bovendien in den toren een
wachtkamer. Bg de Wethouderskamers
vindt men verbinding met de eerste ver
dieping van de secretarie en verder den
trap naar den zolder. Boven aan den
trap, naar links gaande, moet men nog
iets hooger klimmen en bereikt dan de
zalen, welke boven de Vleeschhal geprojec
teerd wei-den. Achter in dezen vleugel ligt
de Raadszaal, tevens ontvangzaal, verder
de leeszaal voor de Raadsleden, tevens
Commissiekamer en voorzaal by ontvang
sten, waarboven de publieke galery is ge
dacht. Verder ligt hier aan de zijde van de
Markt de kamer voor Burgemeester en
Wethouders, welke eveneens als Commis
siekamer kan dienst doen.
In deze verschillende ruimten zal de
Gothische sfeer zooveel mogeiyk terugge
vonden moeten worden, zij het ook met
gebruikmaking van moderne techniek. Ove
rigens vraagt juist die Gothische sfeer
naar eenvoud in de behandeling der wan
den, bekleeding hier en daar met eiken
lambrizeeringen, soms rijkere vloeren en
verder aankleeding met koperen kronen,
gobelins en goed meubilair.
Het secretariegebouw is bereikbaar van
uit de voorhal onder den toren door, van
waaruit een verbindingsgang leidt naar het
trappenhuis voor de secretarie. Het meeste
publiek blijft nu op den beganen grond en
vindt achter dit trappenhuis de secretarie
voor de afdeelingen Burgerlijke Stand en
Bevolking en wat daarmede samenhangt.
Aansluitend aan dit trappenhuis ligt een
secundaire ingang voor de secretarie aan
de zijde van de Lange Noordstraat.
Op de bovenverdieping van de secretarie
liggen de afdeelingen Algemeene Zaken,
Financiën en Onderwijs, welke, evenals de
ber.eden-secretarie, over een eigen kluis
zullen beschikken, verder de registratuur
en de typekamer. Onder den betonkap ui
len archiefruimten worden gelegd. In den
kelder zal men, behalve een rywielberg-
plaats, verdere archiefruimten en een
schuilkelder vinden. Een diensttrappenhuis
verbindt de secretarieruimten van kelder
tot zolder.
De kelder zal ook verbonden zijn met den
archief- en kluiskelder onder het ontvan
gersgebouw, dat overigens een vrgstaand
gebouw zal zyn.
In dit ontvangersgebouw vindt men een
ï-uimte voor het publiek, het ontvangers
kantoor en een kamer voor den ontvanger,
terwyi op den zolder, onder den betonkap,
ook archiefruimte zal worden aangetroffen.
De plaats voor den kelder voor de cen
trale verwarming wordt nog nader over
wogen in verban,, met de verwarmings-
mogelgkheid voor het geheele complex.
De plannen der overige gebouwen in het
complex moeten nog nader bestudeerd
worden en zullen Uwen Raad t.z.t. af
zonderlijk worden aangeboden.
De financiering.
Ofschoon het ons vanzelfsprekend niet
mogelgk is om by benadering te zeggen
welke totaal-uitgaven met den herbouw
van het Stadhuis en de restauratie van
het Gothische gedeelte zullen gemoeid zijn,
vertrouwen wij toch, dat U het van belang
acht te weten hoe het met de verzekering
van het Stadhuis c.a. gesteld is.
Zooals U bekend is, werd destijds het
gelukkige besluit genomen tot het aan
gaan eener vei-zekering tegen molest-risico
bg de Vereeniging van dien naam.
wy hebben ir. van der Steur aangezocht
om, samen met den deskundige van de
Vereeniging „Molest-Risico", de schade,
aan het Stadhuisgebouw toegebracht, te
taxeeren. De verzekeiing van het gebouw
beliep een totaai van 1:245.000,
Daartegenover wees de opgemaakte staat
der resten van het Stadhuis een totaal
aan van 423.000,Hieraan moest wor
den afgetrokken een bedrag, dat uitdruk
king gaf aan de waarde-vermindering der
resten tengevolge van vermindering van
de kwaliteit der muren. De beide deskun
digen kwamen tot overeenstemming om
trent een waardevermindering van 30
Na aftrek der kosten voor stut- en
sloopwerken ten beloope van rond
15.000,— kon aldus de waarde der
resten worden verminderd met rond
128.000,— tot 280.000,—.
Uiteindeiyk kon zoodoende de
geleden schade aan het gebouw wor
den vastgesteld op een totaal van
965.000,— 1.245.000,min
280.000,met welk schadebedrag
de Vereeniging „Molest-Risico" zich
accoord heeft verklaard.
De inventaris van het 'gebouw, met
inbegrip van de verzamelingen, was
tegen molest verzekerd voor 229.000.
Hierover zgn nog onderhandelingen
gaande.
Daar het Stadhuisgebouw niet door
een leeningsschuld bezwaard was, heeft
onze gemeente geen recht op een.bg-
drage in de oorlogsschade ingevolge
de bepalingen van het Besluit bgdragen
wederopbouw publiekrechtelijke licha
men, opgenomen in Verordeningenblad
4 van 1941. Wy hebben echter aan den
Secretaris-Generaal van het Departe
ment van Financiën verzocht, inge
volge art. 6, 2e lid van dat besluit,
een bgzondere bijdrage in de door onze
gemeente geleden oorlogsschade te mo
gen ontvangen.
Waar allerwege in Nederland de wensch
zal bestaan, dat het Middelburgsche Stad
huis op waardige wijze heVbouwd zal
worden, twijfelen wij niet of dit zal ons
mogelgk worden gemaakt. De spontane
hulp en bereidwilligheid, welke wij voort
durend van alle zgden mochten ontvangen,
zgn niervoor het beste Bewijs.
Verleening van opdrachten.
Het is met ©enigen schroom, dat wij
U de onderhavige voorstellen aanbieden,
bewust als v.g ons zgn van onze zware
verantwoordelijkheid tegenover Middelburg
zoowel als tegenover Nederland voor de
toekomst van ons wonderschoone Stadhuis.
Slechts na zeer grondige voorbereiding
zgn wg er daarom toe overgegaan dit
voorstel aan Uw oordeel te onderwerpen.
Ons College Is echter overtuigd, dat het
mogelgk moet zgn op de bovengestelde
wijze opnieuw een Stadhuis te verkrggen,
dat aan de hoogste eischen van schoon
heid voldoet en de oude architectuur vol
ledig tot haar recht zal brengen, terwgl
het anderzijds een practisch goed bruik
baar bouwwerk zal worden.
Wij zijn overtuigd, dat de oude Middel
burger, die met een zekeren weemoed zgn
Stadhuis betreden en beschouwen zal, ge
boeid zal worden door hetgeen hem in
het nieuwe kleed van dit gebouw zal wor
den geboden en dat hij daarin een ver
goeding zal vinden voor het leed, dat in
het afgeloopen Jaar over zyn stad is
heengegaan.
Gesterkt door deze overtuiging,
meent dan ook ons College uwen Raad
voor te moeten stellen tot herbouw
op de hier geschetste wijze te besluiten
en ons te machtigen verder de daar
voor noodlgc stappen te doen.
Die stappen zullen allereerst dienen
te bestaan in de verleening van de
definitieve opdrachten voor de uitwen
dige restauratie van de Gothische ge
vels en voor den herbouw van het
interieur en de nieuwe aanbouwen.
Na het bovenstaande vertrouwen wij,
dat U zult Instemmen met ons voor
stel om de restauratie op te dragen
aan den architect IL van Heeswjjk
en den herbouw aan den architect
ir. A. van der Stenr.
De secretaris-generaal van het departe
ment van opvoeding, wetenschappen en
cultuurbescherming, de inspecteur voor de
kunstbescherming en de rijkscommissie
voor de monumentenzorg evenals de alge
meen gemachtigde voor den wederopbouw
hebben zich vereenigd zoowel met de keuze
der architecten als met de ontwerpen.
DOOR P. MATTHEUS.
2)
Hy lteek nog eenmaal in de grijze oogen
en ging een beetje opzy.
Het meisje gaf echter nog geen gas,
Jerry merkte plotseling met ontzetting,
dat ze in haar taschje rondsnuffelde.
Goeie hemel Ze zal mij tóch hoop ik
geen tien dollar biljet in de hand stoppen?
dacht hy. Dat zal ze toch niet doen?
Daar stond hij, met een rood hoofd, de
vuisten zoo stevig gebald, dat de knok
kels er wit van werden. Toen loosde hy
een zucht van verlichting. Het was geen
geld, dat zy uit haar taschje haalde. Het
was een visitekaartje.
„Alstublieft", zei ze en stopte het hem
tusschen de vingers. „Neemt u dit van me
aan. Ik zou graag willen, dat u weet, waar
ik te vinden ben. Voor het geval, dat er
toch nog iets gebeurd mocht zijn. Begrypt
u?"
„Ik begrgp Bet", zei hy.
Haar hand tastte naar den versnellings-
handle.
„Nu, dan
vyf seconden lang voelde Jerry zich
door een aangename warmte doorstroomd,
vyf seconden lang rustten de grgze oogen
op hem. Hg maakte een tamelgk onhan
dige buiging. Zacht snorrend gleed de gele
roadster hem voorbij.
Jerry volgde den auto met zgn oogen,
zonder zich van zyn plaats te bewegen.
Vo'komen afgezien van zgn maag voelde
hij nog een ander gevoel van leegte in
zich.
Het was reeds lang begonnen donker
te worden. Nu scheen het hem, alsof het
licht met iedere seconde nog meer afnam.
Hij vond zichzelf een Idioot.
Toen beleefde hij een verrassing.
Twintig meter verder beschreef de auto
een boog om de grasstrook heen, reed een
eindje terug en stopte zacht en geruisch-
loos voor het huis, in welks beschouwing
Jerry tevoren verzonken was geweest.
De jonge dame stapte uit opende het
tuinhek en snelde de treden op naar den
ingang. Boven draaide ze zich ;iog eens
om en knikte hem toe.
Het volgende oogenblik was ze verdwe
nen.
Jerry merkte nu pas, dat hij nog midden
óp den rgweg stond. Hg maakte rechts
omkeert, ging naar zijn bank terug en
zette zich neer. Zgn blik viel op het kaar
tje in zgn hand.
Edna Tiggel, Flymore Park 5, stond
erop.
TiggelWaar had hij dien naam
meer gehoord? Was dat niet iemand in de
city daarginds, die het een en ander met
hout te maken had? Juist nu was hg
er Er was een man met den naam Tig
gel, die zoo ongeveer den geheelen hout
handel controleerde. Waanzinnig ryk- ver-
moedeiyk. Zou ze familie van hem zgn?
De dochter misschien?
Een geluid, dat van de overzijde kwam,
stoorde hem in zgn gedachten.
De garagedeur werd met een zwaai ge
opend en een jonge chauffeur kwam de
straat op om zich naar den gelen auto te
begeven. Na eenige manipulaties zette hij
zich achter het stuur, zette den motor aan
en reed den auto de garage binnen.
Op zgn dooie gemak fluitend deed hg de
garagedeur weer dicht. Hy sloot de deur
niet af, doch deed haar alleen op de klink.
Jerry lette er precies op.
Daarop slenterde de jonge man door den
tuin weg en verdween in een zydeur van
het huis.
Hg liet Jerry in een. hoogst weifelmoe
dige stemming achter.
Het was laat en byna geheel donker ge
worden. In ieder geval was het te laat om
nu nog naar de stad te gaan, teneinde een
onderdak voor den nacht te zoeken. Boven
dien had Jerry geen rooden cent op zak.
Er bleven, hoe men het ook beschouwde,
maar twee mogelgkheden voor hem over
óf in die buitenlucht op de bank slapen, öf
hm
Jerry keek weer in de lichting .van de
garage.
Eigeniyk beviel hem het geval niet bij
zonder goed. Het zou hem heel goed be
vallen zyn, als daar niet die jonge dame
geweest was. Aan den anderen kant, stel
het geval, dat hg betrapt werd waar
stond geschreven, dat zij het te weten zou
komen? In het algemeen worden derge-
lgke kleinigheden tusschen den chauffeur
en den betrokkene direct geregeld. Ruw
of minder ruw al naar de gemoedsstem
ming van den chauffeur. Heel gewiekste
jongens en Jerry rekende zich zelf
daaronder zorgden er over het alge
meen voor, dat zij bgtgds uit de voeten
kwamen.
Een soort trots kwam bg hem op. Wat
wilde hg dan eigenlijk? Stelen? Geen
denken aan Hg wilde een nachtverblgf
een warm en beschut nachtverblgf.
Verder niets. Hy had reeds twee nachten
in de buitenlucht geslapen. En de nachten
waren nog verbazend koel.
Jerry voelde zich geheel in zijn recht.
Maar hy draalde nog steeds, om dat te
doen, wat hg zich had voorgenomen. De
gedachte aan de grijze oogen hinderde hem
veel meer dan hy wilde toegeven. De hemel
dwong hem tot een beslissing.
Een paar dikke regendruppels vielen
vlak voor hem in het stof. In de boom
toppen boven hem rulschte en sputterde
het. Daarop kletterde een hevige regen
bui omlaag. Een
Het volgende oogenblik stond Jerry
overeind en gleed over het grasveld in de
richting van het huis. Nu was er geen
sprake meer van aarzeling. De deur van
dé garage werd geluidloos geopend en ge
sloten. Hij stond in de duisternis en merk
te den zwakken reuk van smeerolie en
benzine.
Met gestrekte handen ging hg tastend
vooruit. Twee wagens stonden er in de ga
rage de roadster en een groote limou
sine.
Hg koos de limousine. Hg stapte in, trok
het portier zachtjes achter zich dicht en
betastte de rugleuning. Juist daar lag
'een deken. Precies zooals hy het verwacht
had. Hg nam de deken en vouwde hem uit.
Dadelgk daarop ging hij bliksemsnel lig
gen en verroerde zich niet meer.
Buiten de garage klonken voetstappen.
De deur werd geopend en in de garage
werd licht aangedraaid. Iemand, die op
zijn gemak een wgsje floot, rammelde een
tijdje luid met allerlei blikken dingen.
Daarop hield het fluiten plotseling op. Het
licht werd uitgedraaid, de deur vloog dicht
en een sleutel werd knarsend in het slot
omgedraaid. De stappen buiten verwgder
den zich.
Jerry richtte zich met een zucht van
verlichting op. Dat was goed gegaan. Voor
dezen nacht was hy in veiligheid. Het was
niet aan te nemen, dat er nog iemand zou
komen. En morgenochtend? Nu, morgen
ochtend moest bg maar geluk hebben.
Hg maakte het zich zoo gemakkelijk, als
de omstandigheden het toelieten. Een met
pluche overtrokken voetkussen kon uitste
kend als hoofdkussen worden gebruikt
Spoedig daarop lag hy in elkaar gedron-
f en op den bodem van den auto, warm met
e deken toegedekt, en sloot de oogen.
Zelfs zyn maag gedroeg zich eenigszins
verstandig.
roeren trommelde op het dak ge
lijkmatig en slaapverwekkend. Jerry voel
de zich volkomen behagelijk.
Hij geloofde heel eenvoudig in een auto
gestapt te zgn. Hij had er geen vermoeden
van, dat hg rechtstreeks in een avontuur
was gestapt.
HOOFDSTUK IL
De heer Joram B. Tiggel werd wakker.
Iemand klopte zachtjes op de deur van
zgn slaapkamer en een stem zei ernstig,
eerbiedig en juist met de goede geluid
sterkte
„Acht uur, mister Tiggel
Het antwoord was een gesmoorde grond
toon, een geschraap van de keel en een
krakend geluid.
De heer Joram B. Tiggel was in zgn bed
overeind gaan zitten.
Hg geeuwde slaapdronken. Zgn oogen,
die gedurende de eerste seconden na het
ontwaken, vredig, onbezwaard en bgna
vTooIgk zagen, namen langzamerhand een
uitdrukking van bepaald wantrouwen aan.
Hg wierp eerst een schuinschen blik raar 't
veuster, stak ofschoon buiten de zon
scheen mismoedig zijn lippen naar vo
ren en keek dan op het tafeltje naast zgn
bed, waarop in bonte mengeling ten mins
te een dozyn pillendoosjes en verschillende
flesschen en fleschjes met patentgenees
middelen stonden.
Zgn blik werd duister en peinzend.
Mister Tiggel was zes en dertig jaar
oud, had een rond gezicht zonder baard
of snor en een vriendelgken kleinen punt-
buik. Zoo klein, dat de kunst van zijn
kleermaker zonder veel moeite in staat
was, deze te verbergen. Toch was dit buik
je een bron van voortdurende onrust en
angst voor mister Tiggel. Wel te ver
staan niet het buikje alleen Ook het
hart, het hoofd en de ademhalingsorganen.
(Wordt vervolgd.)