SAFE-LOKETTEN
Oorlogs- en defensïeschade aan landerijen.
Maatregelen tot herstel.
AMSTERDAMSCHE BANKN.V.
De legerberichten van gisteren.
De schaarschte aan kleine pasmunt.
Tweede blad
PROVINCIALE ZEEUWSCHE COURANT
Zaterdag 3 Mei 1941
Een belangrijk werk ten bate van bodemproductie en
voedselvoorziening.
Het slechten van een stelling.
Er schijnt zoo wordt ons van be
voegde zijde geschreven voor ons volk
alleszins aanleiding, kennis te nemen van
een belangrijk werk, dat op het oogenblik
wordt verricht en dat in ruime mate aan
de opbrengst van onzen bodem en dus aan
onze voedselvoorziening ten goede komt.
Wij bedoelen het herstel van de schade,
toegebracht aan landerijen ten gevolge van
de, door het Departement van Defensie
genomen, maatregelen ter verdediging des
lands en van de krijgsverrichtingen, welke
na het uitbreken van den oorlog zijn ge
volgd. Dit herstelwerk vindt niet gecon
centreerd, maar in verscheidene streken
van ons land plaats en valt hierdoor
misschien,niet sterk op. Maar het heilzame
resultaat ervan is er niet minder om. Het
is het Bureau Ontruiming," een afdeeling
van het Rijksbureau voor de Voedselvoor
ziening, dat dezen arbeid leidt. Dit bureau
dankt zijn naam aan de taak; waarvoor
het oorspronkelijk is ingesteld, de voorbe
reiding van de evacuatie. De directeur der
Heidemaatschappij, ir. C. Staf, is ook di
recteur van het Bureau ontruiming.
Zooals men weet, heeft Defensie, om ons
land in staat van verdediging te brengen,
zich genoopt gezien tot een aantal maat
regelen,- die voor vele landerijen in onder-;
scheidenc deel en des lands een niet: gering
nadeel met zich' brachten. In de eerste
plaats moeten in dit verband de inundatiën
worden geno^nd. Voorts zijn stellingen op
geworpen, dikwijls midden in landerijen of
geheel om boerderijen heen, die aldus door
een muur van zand werden omringd. Men
kan nu nog op ettelijke plaatsen boom
gaarden zien, waarvan alleen de kruinen
boven het zand uitsteken. In tal van ge
vallen werden-de stellingen gecamoufleerd
met plantengroei. Daartoe werd op de
stellingen teeltgrond gelegd, die van de
landerijen, om de stellingen heen, werd af
gestoken. Prikkeldraadversperringen, zich
over lange afstanden uitstrekkende, maak
ten het land ontoegankelijk. Weiland en
bouwland werdén doorgraven met tank
vallen en loopgraven. Al deze 'en dergelijke
maatregelen waren in ae gegeven omstan
digheden onvermijdelijk, maar de landerijen
werden hierdoor onbruikbaar. En zulks in
een tijd, dat een zoo groot mogelijke op
brengst van dén bodem ter voorziening in
de behoeften van menseh en dier nood
zakelijker was dan ooit 1
Daarom besloot reeds op den avond van
de capitulatie de toenmalige Regeerings-
commissaris voor Akkerbouw en Vee
houderij, ir. S. L. Louwes, thans directeur-
generaal van de Voedselvoorziening, te
bevorderen, dat ten spoedigste met het
herstel van de, aan de landerijen toege
brachte schade, een aanvang zou worden
gemaakt. Juist ook met het oog op de
voedselvoorziening heeft van den aanvang
af het beginsel voorgezeten, dat de schade
wegens vernieling van de landerijen alléén
in geld zou worden vergoed, wanneer eerst
al het .mogelijke was gedaan om het land
in zijn ouden toestand te herstellen.
Waaruit de arbeid bestaat.
Toen het inundatiewater van de lande
rijen was afgevloeid, moest eerst het 'zoo
genaamde urgentiewerk worden verricht,
de ontsluiting van de boerderijen, welke
overal uit de wegneming van de prikkel
draadversperringen bestond. Dit prikkel
draad is evenals het materiaal van de
stellingen, voornamelijk zand en hout,
oorlogsbuit van de bezettende macht. Daar,
waar de bezettingsautoriteiten cot de op
ruiming van stellingen vergunning ver-
leenen en men hiervoor arbeidskrachten
verkrijgen kan, worden dé stellingen op
geruimd. Hier en daar zijn uitgebreide op
slagplaatsen van rollen prikkeldraad en
van stellinghout aangelegd. Voorts .wordt,
waar hiervoor toestemming is gegeven, het
zand van de stellingen weggehaald. Op
vele plaatsen vindt men nog hoopen zand,
waarvan nog geen stellingen waren ge
maakt. Het wegwaaiende zand heeft vooral
aaa tuinders heel wat last bezorgd. Ten
einde de vruchtboomen van fruittelers, wier
boomgaarden soms bgnij geheel door zand
wa^en overdekt, tegen verstikking te be
hoeden, heeft men aanstonds het zand,
om de boomen heen, uitgegraven, zoodat
de boomen nu als het ware in een nauwen
trechter staan en althans kunnen adem
halen.
Nu de landerijen weer toegankelijk zijn
gemaakt, moeten dikwijls eerst .tankval
len en loopgraven worden gedicht en soms
ook granaat trechters, gevolg van het
oorlogsgeweld. (Intusschen is, de schade,
(Foto G. J. Lanwers, Utrecht).
welke de landerijen als gevolg van de
krijgsverrichtingen hebben opgeloopen,
uiterst gering. Men kan ze op vijf percent
stellen, tegenover de vijf en negentig per
cent, gevormd door de schade, welke de
defensiemaatregelen hebben veroorzaakt.)
Ook gebeurt het wel, dat de, door Defensie
opgeworpen, stellingen den waterafvoer
van een polder blijken te belemmeren,
zoodat een nieuwe waterleiding moet
worden gegraven.
Is al zulk werk verricht, dan wordt de
grond,, eveneens vanwege het Bureau Ont
ruiming, geploegd, geëgd en gespit en, in
vele gevallen? ook bezaaid. (Ook werd aan
de boeren kunstmest, zaaizaad en poot-
goed verstrekt.) Wanneer zich ergens stel-
lingzand bevindt, dat mag verdwijnen,
haalt men'dikwijls van de naburige lande
rijen den teeltgrond even af om vervol
gens het zand op den ondergrond aan te
brengen, en den cultuurgrond daar weer
op' te leggen. Natuurlijk geschiedt deze
arbeid, evenals, alle andere werkzaam
heden, onder deskundige leiding.
Verbeteringswerk.
De grond gaat er niet alleen piet door
achteruit, maar dikwijls zelfs op vooruit..
Het" komtvoor, datzaïid wbrat wégge-'
werkt in èen 'móerassigën bo'detn, die tot
dusverre onproductief was, jnaat 'op deze
manier in goed weiland wordt veranderd.
Ook wordt het stellingzand vaak gebruikt
ter verbetering van de afwatering. Niet
zoo zeldzaam bij voorbeeld zijn de geval
len, waarin de buitenrand van de lande
rijen hooger is gelegen dan het midden
gedeelte. Dan fungeert dit midden als een
vergaarkom voor water, wat een averecht-
sche toestand is. Het stellingzand wordt
daarom aangewend ter verhooging van
het middengedeelte, dat aldus op iets hoo
ger peil komt te liggen dan de buiten
rand. Op deze manier wordt een juiste
afwatering verkregen. Zoo ook bewerk
stelligt men een verbetering van den
grond en deszelfs afwatexing, door bij
voorbeeld bepaalde slooten met stelling
zand te dempen en nieuwe slooten en
greppels te graven.
In al dergelijke gevallen blijft het dus
niet bij herstel van de landerijen in haar"
vooroorlogschen toestand, maar gebruikt
men de gelegenheid om ze in beteren staat,
dan voorheen, te brengen. Men maakt, als
dit noodig blijkt, den boer duidelijk, dat
hij door zulke maatregelen er op vooruit
gaat. Wordt het herstelwerk door de
Overheid bij wijze van schadevergoe
ding bekostigd, voor den verbeterings-
arbeid betaalt de boer bij. Maar hij betaalt
slechts den kostprijs van de verbetering,
niet de meerwaarde, bestaande uit het
verschil tusschen de oude en de nieuwe
waarde van den grond. Zoo kan hij op
een voordeelige manier bij voorbeeld een
egalisatie van zijn terrein verkrijgen,
welke aan de productiviteit er van aan
zienlijk ten goede komt.
Heel wat vruchtboomen, met name
kerse- en appelboomen, hebben bij de
inundatie het leven- gelaten. Welnu, doode
boomen worden gerooid en het land, waar
eertijds zich de bongerd bevond, wordt
zoodanig afgeleverd, dat er opnieuw boo
men kunnen worden geplant, maar dat er
ook bouwland van kan worden gemaakt.
Dit verdient de voorkeur boven de leve
ring van nieuwe boomen in den grond.
Zulks niet alleen, wijl het voor de be-
drijfsrèsultaten beter is, niet onmiddellijk
weer een boomgaard te planten doch hier
mee eenigen tijd te wachten, maar ook,
omdat de boer nu wordt geprikkeld, zich,
in plaats van met ooftbouw, met land
bouw bezig te houden en aldus bij te dra
gen tot de voorziening van ons volk met
de eerst-noodige levensbehoeften.
Hulp aan vijftienduizend
boeren.
Het groote belang van, al deze werk
zaamheden wordt duidelijk, wanneer men
weet, dat hierdoor niet minder dan in
totaal vijftienduizend boeren worden ge-i
holpen.
Met dit werk houden zich op het
oogenblik vijfduizend arbeiders bezig. De
Rijksdienst voor de Werkverruiming
thans het Rijksarbeidsbureau heeft
van den beginne af de grootste medewer
king verleend ten aanzien 'van de tewerk
stelling van arbeidskrachten. Het zijn
voornamelijk arbeider- uit de groote ste
den en andere industriecentra, die dit werk
verricht*»
April gaf een bijzonder ruime
tulnbouwoogst
Het zijn bijzohder interessante gegevens
omtrent het verloop van de eerste oogst
maand voor den Westlandschen tuinbouw,
die door de aanvoercrjfers van de groen
ten- en fruitveiling te Naaldwijk verkregen
worden. Die cijfers geven, aan, óaX de ver
ruiming welke dit jaar in de cultuur is
toegelaten, een belangrijke vergrooting in
aanvoer van voorjaarsproducten heeft ge
bracht, terwijl anderzijds de opbrengst der
producten aanzienlijk is gestegen. De to
tale aanvoercjjfers vermelden, dat in
April aan genoemde veiling vóbr een be
drag van 294.309 is omgezet, tegen
106.391 in het vorig jaar en van 102.817
in 1939. Het omzetcijfer in de afgeloopen
maand heeft dus een hoogte bereikt, die
sinds vele jaren niet is verkregen.
Vroeger was de teelt van sla in druiven-
kassen van bepaalden leeftijd niet toege
staan.. Het verbod werd dit jaar opgehe
ven. Het resultaat is een aanvoer van ruim
twee millioen kroppen fn de maand, tegen
nog geen millioen stuks in het vorig jaar.
Ook de aanvoer van bloemkool steeg
enorm, n.l. van 6904 stuks in het vorig
jaar tot 27.755 stuks in April van dit jaar.
Echter zijn nu geen planten bevroren, wel
beide vorige jaren. De aanvoer van radijs
bedroeg het dubbele van het vorig jaar, n.l.
bijna 600.000 bossen- Vrijwel gelijk bleef
echter de' oogst van spinazie met 226.674
kilo. Deaanvoer van andijvie was even
eens belangrijk grooter. Maar daarnaast
heeft ook de belangrijk hoogere opbrengst
het höoger veilingsbedrag doen ontstaan.
De gemiddelde prijs van sla was het vo
rig jaar 3.91 per 100 kroppen, doch thans
7.38. Voor bloemkool werd het vorig
jaar gemiddeld 19.54 per 100 betaald,
en thans 20,92. De radijs bracht nu ge
middeld op 3,02 en het vorig jaar 2,34.
Voor spinazie werd het vorig jaar 10.87
betaald, doch thans steeg de prijs tot
18,41 per 100 k.g. Door al deze omstan
digheden is dus het totale omzetcijfer der
veiling meer dan verdubbeld. En, wat ook
van veel belang is, de staat „onverkochte
producten" is voor de afgeloopen maand
oningevuld gebleven
CLANDESTIENE HANDEL IN HAM
IN BLIK.
De inspecteurs voor de prijsbeheersching
hebben in de afgeloopen weken herhaal
delijk uitgebreide gevallen van ketting-
handel behandeld. Heeft men eenmaal een
der tusschenpersonen gevat, dan is het in
den regel niet moeilijk den ketting zoo
wel in teruggaande als in doorgaande lijn
aan het daglicht te brengen.
Ongeveer een jaar geleden verkocht een
bona fide slager te Utrecht 100 blikken
ham aan den vleeschhandelaar T., even
eens te Ütrecht. T. betaalde hem daar
voor den normalen prijs van 1,35 per
kg., doch hg was niet van zins deze'n
voorraad met een gebruikelijke winst
verder te verkoopen. Eerst eenige weken
geleden kwam hij er weer mee voor den,
dag en dezelfde blikken, die hij voor i.$5
had ingekocht, verkócht hij nu voor ge
middeld, 4,20 ,pei-.~ kg. Veerttg—blikken -
ham kwamen bij den slager M_ te Utrecht,
die de partij denzelfden dag vóór een prijs
van 4,70 per kg. doorverkocht aan den
vertegenwoordiger W. te Utrecht. Voor
5,per kg. ging de ham naar den
heer S., een fabrikant, die bij verschillende
kennissen een gedeelte liet opslaan.
De politie kreeg lucht van de zaak en
binnen enkele dagen was de geheele ket
ting haar bekend. De geheele hoeveelheid
ham kwam bij de verschillende huiszoe
kingen te voorschijn en werd in beslag
genomen. De kettinghandelaars kregen
daarenboven boeten variëerende van 50
tot 400.
GEVAARLIJK SPEL.
Gisteravond had te Scheveningen een
ongeval plaats, dat aan een 9-jarigen jon
gen het leven kostte. Spelenderwijs sprong
de jongen op de treeplank van den aan
hangwagen van een motorwagen van lgn
3a, doch hg viel er af en geraakte onder
den laatsten wagen. Met zware verwondin
gen werd hij door den GD. naar het
Roode-Kruis ziekenhuis overgebracht, waar
hg bij aankomst overleed.
BIJKANTOOR MIDDELBURG
EFFECTEN COUPONS
ASSURANTIE
CREDIETEN DEPOSITO
HET DUITSCHE.
Het opperbevel van de Duitsche weer
macht maakt bekend
In Griekenland hebben de afdeelingen
van hetDuitsche leger de bezetting van
den .Peloponnesus voltooid. Op het Griek-
sche vasteland bevindt zich geen vechtende
Brit meer. In de Zuidelijke havens van den
Peloponnesus werden de overblijfselen van
de vluchtende Britten achterhaald, voordat
zij op de schepen konden gaan en gevangen
genomen. Het aantal Britsche gevangenen
steeg hierdoor tot 8200 man. Pantserwa
gens brachten op 30 April in de Golf van
Corinthe een vijandelijk transportschip tot
zinken en'dwongen een ander schip zich
over te geven.
In Noord-Afrika hebben sterke Duitsche
en Italiaansche afdeelingen gevechtsvlieg
tuigen herhaalde Nmalen doeltreffend de
verdedigingsinstallaties van den vijand bij
Tobroek gebombardeerd. Bomvoltreffers
stelden batterijen buiten gevecht en ver
oorzaakten hevige ontploffingen in het fort
Pilastrino en in munitie-opslagplaatsen.
Formaties torpedovliegtuigen grepen suc
cesvol in den strijd te land in en schoten
in -luchtgevechten vier- jachtvliegtuigen van
het type Hurricane neer en vernielden een
ander vliegtuig op den grond.
Marine-artillerie schoot in de Middel-
landsche Zee vier Britsche torpedovlieg-
tüigen neer.
Vliegtuigeh der gewapende verkenning
bombardeerden met bijzonder succes een
wapenfabriek aan de Engelsche Zuidkust
en brachten ten Zuiden van Plymouth een
koopvaarder tot zinken. Vèrdragend je-
schut van de marine nam scheepsdoelen
voor Dover doeltreffend onder vuur.
Dnderdagnacht bestookten formaties ge
vechtsvliegers de ravitailléeringshaven Li
verpool opnieuw met brisant- en brand
bommen. Er ontstonden uitgestrekte bran
den en verscheidene ontploffingen in voor
den oorlog belangrijke doelen van het ha
ven- en stadsgebied. Andere luchtaanvallen
waren gericht op havens, industrieele in
stallaties en vliegvelden in Zuid- en Zuid-
west-Engel and. Boven het vlootsteunpunt
Scapa Flow werden twee versperringsbal
lons neergeschoten.
Boven het Duitsche rijksgebied vondeni
overdag, noch des nachts vijandelijke ge
vechtshandelingen plaats.
Bij de gevechten In Macedonië en Thra-
cië. hebben zich majoor Esch, de kapiteins
Mayerhofer en Pfeifer van een regiment
bergjagers, majoor Von Viebahn en kapi
tein Nietzsche van een regiment infante
rie, alsmede majoor Girscher van een regi
ment artillerie zich door bijzondere dap
perheid onderscheiden.
Luitenant Wolf van een afdeeling ver
kenners heeft in Afrika voor de zevende
maal een vijandelijken pantserwagen ka
potgeschoten.
HET ITALIAAN SCHE.
Het Italiaansche weermachtsbericht no,
331 luidt als volgt;
Onze vliegtuigen hebben de haveninrich
tingen van La Valetta gebombardeerd.
Duitsche jagers hebben drie Hurricanes
neergeschoten tijdens luchtgevechten bo
ven het eiland Malta.
In Noord-Afrika meldt men uit den sec
tor van Solloem activiteit van Italiaansch-
Duitsche detachementen en van Duitsche
vliegtuigen, die in scheervlucht vgandelgke
auto's, troepenconcentraties en batterijen
hebben aangevallen.
Italiaansche en Duitsche vliegtuigen zijn
voortgegaan mét intensief bombardeeren
van Tobroek, waar onze druk steeds ster
ker wordt. Vier vijandelijke vliegtuigen
werden door Duitsche jagers neergescho
ten. De vijand heeft luchtaanvallen gedaan
op Derna en Benghasi. Er werd lichte
schade aangericht, er viel geen enkel
Uit Oost-Afdika valt niets te melden.
Er gaat te veel geld in de oude kous.
Voorloopig geen noodgeld.
Is de plaats van den arbeid niet al te
ver van hun woonplaats gelegen, dan rei
zen zij dagelijks heen en terug. Onder, de
ze omstandigheden kan hun werkweek
soms echter niet langer zgn dan drie-en-
dertig uur. Ook bij zulk een beperkten
werktijd zijn zij, ten gevolge van het
heen. en weer-reizen, dagelijks nog zeer
lang van huis.
Voorts worden wel arbeiders uit een
groote stad in de nabijheid van him werk
ingekwartierd. Dezen kunnen uiteraard
een normalen arbeidsdag maken. Met het
oog op het groote belang, dat erin schuilt,
zoo spoedig mogelijk een zoo groot moge
lijke bodemopbrengst te bewerkstelligen,
verdient inkwartiering, waar zij mogelgk
is. de voorkeur.
Praat men met de boeren, dan kan men
constateeren, dat zrj over het algemeen
over het werk van de arbeiders tevreden
zgn, al betreuren zij, dat het niet nog vlug
ger opschiet. Dit laatste is het gevolg niet
alleen van den langdurigen winter, die
achter ons ligt, en van het feit, dat vele
arbeiders slechts korte werkdagen kunnen
maken, maar ook van de omstandigheid,
dat het Bureau Ontruiming de beschikking
heeft over belangrgk minder arbeiders,
dan het zou kunnen te werk stellen. Al
leen in de Peel gezwegen van andere
streken des lands zou het nog wel vijf
duizend nieuwe arbeiders kunnen gebrui
ken.
In enkele gevallen worden,- als nood
maatregel, de werkzaam!.eden verricht in
vrg be dry f, door zoons van kleine boeren,
wier gezinnen gaarne wat willen bijver
dienen. Maar in het algemeen zgn er op
het platteland zelf geen arbeidskrachten
voor dit werk te krijgen.
Al blgft er dus ten aanzien van het tem
po nog wat te wenschen over, wij hopen,
te hebben duidelgk gemaakt, dat de bo
venomschreven arbeid zoo intensief, als
mogelgk is,en met alle krachten, waar
over men beschikt^ wordt verricht, van
groot nut voor bodemopbrengst en voed
selvoorziening is en uit dien hoofde de be-
i-o-cfoiUne' van on<? volk vn"**—-
De schaarschte aan kleine pasmunt
dubbeltjes, kwartjes en centen heeft
weer aanleiding gegeven tot vele, dwaze
geruchten.. Een redacteur van de V.P.B.
had een vraaggesprek over dit onderwerp
met dr. W. J. van Heteren, den rgksmunt-
meester, waarin deze eens temeer aan
toonde, hoe uitermate zinloos en dwaas het
„hamsteren" van dergelgke kleine munt-
stukkén is, daar deze als metaal slechts
een zeer geringe waarde hebben. Dit is
reeds herhaalde malen betoogd, ook ten
aanzien van de grootere pasmunt (ook in
een gulden zit slechts voor o.a. 21 edit,
zilver), doch het heeft niet mogen baten.
Dr. Van Heteren zette thans echter uit
een, hoe men voorloopig nog niet aan het
invoeren van noodgeld ter aanvulling van
de kleine pasmunt toe is, zoodat het pu
bliek het zichzelf alleen maar onnoodig
lastig maakt, door kwartjes, dubbeltjes en
centen aan de circulatie te onttrekken.
„Hef begon in December jongstleden",
zoo vertelde ons de rgksmuntmeester, dr.
W. J. van Heteren, „toen vroegen de twin
tig postkantoren, die belast zgn mét het in
omloop brengen van de kleine pasmunt in
één wéék voor 40.000 aan centen, aan
bedrag der eind 1936 per maand noodig
.was. Wij konden aan die aanvraag dan ook
niet aanstonds in zgn geheel voldoen. Met
de kwartjes en dubbeltjes ging het toen
nogal, dat begon later pas. Maar de vo
rige week werd er dan ook maar eventjes
voor 378.000 aan kwartjes en voor
met de andere soorten tezamen ruim
8.400.000 muntstukken. Het gevraagde
aantal dubbeltjes konden wij niet dadelgk
verzenden. Wg konden niet verder gaan
dan 60 anders zou onze voorraad te
spoedig op zgn. Op 1 Januari 1941 hadden
wg nog een voorraad van 19.500.000 dub
beltjes. maar 1 April was die al geslonken
tot 8.000.000 stuks. Volgende week gaan
wg met twee ploegen personeel werken
om te probeeren, of wg het op die manier
bij kunnen houden".
Practisch waardeloos.
„En wat is nu de'oorzaak van de enorm
gestegen vraag naar pasmunt?"
„In de eerste plaats natuurlijk weer de
oude kous. Een gedeelte van het publiek
schijnt nog altgd te gelooven, dat' het zin
heeft om kwartjes, dubbeltjes, stuivers en
centen op te sparen en te hamsteren. Het
is natuurlijk volmaaktzinloos, daar een
kwartje tenslotte niet veel meer dan zes
of zeven cent aan zilver bevat en een dub
beltje dus nog geen drie cent. De waarde
aan koper in een cent is vrijwel gelijk aan
nihil. Het eenige gevolg is, dat de men-
schen het zichzelf moeilijk maken, door
groote hoeveelheden pasmunt aan de cir
culatie te onttrekken".
„Leveren deze handelingen in het alge
meen een gevaar 'op voor het economische
leven van ons land?"
„Neen, want zelfs al moeten er nu mil-
lioenen kieine munten geslagen en in om
loop gebracht worden, dan betreft het ten
slotte altijd nog maar betrekkelgk kleine
bedragen, die niet van invloed zijn op het
geheel. Het is alleen maar lastig voor de
menschën zelf. Het merkwaardige van'het
1 ï- dat Wij Tir>T
weten van de wetten waaraan de circulatie
van de kleine pasmunt gehoorzaamt. Ik
maak er nu al jarenlang een studie van,
met het oog op de begrooting, welke elk
jaar ook voor de rgksmunt moet worden
opgemaakt, maar er zgn nog altyd geheim
zinnige dingen, waar ook een vakman
geen touw kan vastknoopen. Zoo is het by-
voorbeeld in normale tg den een 'gewoon
verschjjnSel, dat de vraag naar kleine pas
munt aan het einde van het jaar stijgt.
Misschien staat dit in verband met de
feestdagen in December. Anderzgds zou
men dan bgvoorbeeld in den tijd. van de
zomervacanties, als er veel gereisd en veel
verteerd wordt, ook iets dergeiyks moeten
zien. Maar neen, in de zomermaanden krij
gen wy juist veel kleine pasmunt terug
van de postkantoren. Zoo hebben wg bg
voorbeeld nooit kunnen ontdekken, waar
om het postkantoor te Leiden tot voor
kort nooit dubbeltjes noodig had, ja deze
zelfs nog wel naar ons opzond. Van an
dere plaatsen weten wg het te verklaren,
zooals byvoorbeeld door de kaasmarkt te
Alkmaar of de vischafslag te Umuiden,
maar het geval Leiden is altyd een raad
sel geweest.
Bezwaren van noodgeld,
„Zijn er nog andere factoren, die kunnen
bgdragen tot de schaarschte aan kleine
pasmunt, dan de zoeven genoemde?"
„Bgvoorbeeld de bevolkingsvermeerde
ring welke ons land,tengevolge van de be
zetting heeft ondergaan en voorts het uit
zagen van muntstukken. Doch de hoofd
factor is en blijft de oude kous".
„Zal het tekort op den duur niet moeten
leiden tot de invoering van noodgeld?"
„Zoover is het voorloopig nog lang niet
In de eerste plaats is het moeilijk om een
metaal aan te wijzen, waarvan men oogen-
blikkelgk voldoende voorraad heeft. Want
als men eenmaal met noodgeld begint,
moeten er ook aanstonds groote hoeveel
heden in circulatie gebracht worden, omdat
de oude munt dan gewoonlgk nog schaar-
scher wordt. Wg zullén liever probeeren
om voorloopig zooveel mogelgk aan de
vraag te blijven voldoen, desnoods door
met een drieploegenstelsel te werken. Ten
slotte is de geheele geschiedenis lastig,
zonder direct gevaar op te leveren. Zoodra
de toestand weer rustig is geworden, krg-
gen wij groote hoeveelheden pasmunt te
ruggezondenen dan is het voordeel, dat we
onze muntjes gemakkelijk een beetje kun
nen vernieuwen. Op het oogenblik zijn wg
in ieder geval zelfs weer druk bëzig met
het slaan van kwartjes, dubbeltjes, stui
vers, centen en zelfs weer van 2H cent
stukken. een munt waar sedert 1929, toen
de meeste muntgasmeters gewijzigd wer
den, geen vraag meer naas is geweest."
GEHEIME ZENDER ONTDEKT IN
ROEMENIË,
Volgens een qfficieel commAiqué is in
de gemeente Rosjoe in de nabijheid van
Boekarest by den mecanicien Emil Giurgea
een geheime zender ontdekt. Giurgea en de
- ba' hem werkende personen werden ter be-
nïer *nPS l schikking van den krijgsraad gesteld.