Prov. Zeeuwsch Comité tot hulp en herstel. Hel geheim van het doodeiijke Overzicht van hetgeen gepresteerd werd. In hotel „De Burg" te Middelburg heeft het provinciaal Zeeuwsch Comité tot hulp en herstel, gistermiddag vergaderd. De voorzitter van het comité, rar. P. Dieleman, begroette de aanwezigen en zei, dat geruimen tijd niet vergaderd is, om dat de getroffenen, die geholpen moesten worden, grootendeels geholpen zyn. Thans rest nog slechts het brengen van finan- cieele hulp. Spr. zei, dat de vergadering hoofdzakelijk is belegd om afscheid te kunnen nemen van den penningmeester, den heer Hoegen van Hoogelande, die uitgetreden is in verband met zyn voorge nomen vertrek uit Zeeland. Spr. heette vervolgens speciaal de dames-leden wel kom, en verzocht den secretaris, mr. W. IC H. Dieleman, verslag der werkzaamhe den van het comité uit te brengen. Verslag der werkzaamheden. Aan dit uitvoerige verslag ontleenen wij het volgende In de laatste week van Mei 1940" werd op initiatief van den waarnemend Com missaris der provincie, mr. P. Dieleman een groot comité opgericht, waaruit een dagelijksclt bestuur werd samengesteld, bestaande uit mr. P. Dieleman voorzitter, mr. A, Bolle, dr. W. F. Th. van der Bijl, P. W. M. Hoegen van Hoogelande, pen ningmeester, mr. W. F. E. Baron van der Feltz, C. A. van. Woelderen, terwijl als se cretarissen optraden mr. J. I, v. Doorninck en mr. W. K. H. Dieleman. Hoe kwam het comité aan gelden? Aan een oproep voor het storten van gaven, voldeden velen. Op 13 Juni kwam de eerste gift 25) binnen, sedertdien gevolgd door vele groote en kleine giften. Er waren er van 10.000, 1000 en 500, doch ook van 1 en 2.50. Inmiddels was in de eerste weken van het bestaan van het Comité een landelijke inzameling voor oorlogsslachtoffers geor ganiseerd door een daartoe opgericht Co mité van Nationale inzameling onder de auspiciën van den secretaris-generaal van Binnenlandsche zaken. In de meeste Zeeuwsche gemeenten werd hiervoor ingezameld. Ruim het tien voudige wat in Zeeland werd gecollecteerd werd in onze provincie uitgekeerd, waar van ongeveer 500.000 uit de nationale in zameling. Vervolgens werd een adressenbureau in geschakeld, dat circulaires op een bijzon dere wijze aan groote bedrijven en maat schappijen toezond. Btj een kostenbedrag van enkele tientallen guldens, werd ruim 5000 ontvangen. Deze derde golf die in Augustus plaats vond, werd door een vierde in September gevolgd. De laatste golf die goud gekuifd de kus ten van het geteisterd! gewest bespoelde, was van meer dichterleken aard. De dich ter Martien Beversluis stelde een Zeeuw sche bundel samen die met groote mede werking van den uitgever Callenbach werd uitgegeven. „De Zeeuwsche Lier' wierp een bate af van ruim 1000, afgezien nog van de giften die extra door vele lezers gezonden werden. Naast deze acties uitgaande van het Comité zelf en welke van secundair be lang waren, werd de hoofdschakel van het benoodigde bedrag verstrekt door de na tionale Inzameling geadministreerd door het Nationaal Fonds van Bijzondere Noo den. Goederen. Nauwelijks ha.d het Comité bekend ge maakt, dat het gelden en goederen drin gend noodig had of geheel Nederland maakte zich op om ook met kleeding en huisraad ons te helpen. Door de groote verwoesting van Mid delburg was het vinden van geschikte bergruimte het moeilijkste probleem dat opgelost moest worden. Doch het ging, z|j het met veel zorgende moeite. Nadat de eerste stroom oud goed ver werkt was, kwam da behoefte aan nieuw goed op. Van veie benoodigdheden was on voldoende voorraad aanwezig. Ook kon men niet oud1 en afgedragen goed blijven géven. Half Juli kwamen de eerste zendingen nieuw goed, heerencosturaes, binnen die \-lug van de hand gingen. Later werd er nog voor tienduizenden guldens gekocht aan kleeding, terwijl la ter huisraad werd aangeschaft. Groote be stellingen meubels werden b|j Bruynzeel in Zaandam geplaatst, gefinancierd door het Herstelfonds tot ongeveer 40.000. Organisatie der hulpverleening. Terstond na zijn oprichting werd door het comité aan. alle gemeenten in Zeeland meegedeeld, dat alle steunaanvragen over gelden zond buiten ons om. Tevens werd bevorderd dat plaatselijke ons moesten loopen, terwijl Den Haag geen comitê's overal werden opgericht. Van de burgemeesters werd do volle me dewerking bljjvend ondervonden. Al vlug strekten de werkzaamheden zich over een dertigtal gemeenten uit. In principe was de richtsnoer van het comité, dat in alle gevallen waar recht- streeksche oorlogsschade geleden was, ge holpen moest worden. In verband met de taak van het comité gesteld, werd een bedrag ter overbrugging voor bedrijven tot een maximum van 300 ter beschikking gesteld. In totaal werd buiten Middelburg in 1261 gevallen hiervoor' steun verleend tot een bedrag van 185.587,79» in Middelburg werd ruim 74.463.92 gegeven voor 309 gevallen. In totaal werd in natura en in geld voor kleeding (bulten Middelburg) 40.942.95 verdeeld over 1188 gevallen uitgereikt Voor Middelburg alleen was dit 105.345.76 voor 671 gevallen. Afzonderlijk mag vermeld worden de verzorging der getroffenen met noodwonin gen. Reeds terstond kon het comité de be schikking kr|jgen over een dertigtal mili taire barakken in Walcheren en Zuid-Be veland dank z|j de welwillendheid der Duitsche autoriteiten. Hiervan werden er enkele in Middelburg geplaatst, terwijl het grootste aantal verdeeld werd onder de ge meenten Yerseke, Kruiningen, Hansweert, Schore en Kapel!e. Voor de inrichting dezer woningen wer den gelden beschikbaar gesteld uit het Herstelfonds. De schadeopgaven van het personeel, In dienst der, provincie, werden bjj het comité ingediend, dat In overleg met de eerste afdeeling der Provinciale Griffie de defi nitieve c|jfers aan Ged. Staten kon voor leggen. Voor een bedrag van ruim 20.000 is op deze w|}ze uitgekeerd kunnen worden. Er Is in totaal in 1875 gevallen geld of goe deren uit het Herstelfonds uitgedeeld tot een bedrag van 152.890 (weer buiten Middelburg). Voor deze stad was het 203.086;38 voor 636 gevallen. In totaal is voor 400.000 zoo uitgekeerd uit het fonds voor Bijzondere Nooden en Herstelfonds, terwijl zeker een ongeveer even groot bedrag aan Middelburg ten goede kwam, zoodat w|j kunnen vaststel len, dat ruim 800.000 voor Zeeland tot dusverre ter beschikking gesteld is, ver deeld over 50 gemeenten. Met bijzondere hulpverleeningen welke niet geregistreerd werden, zal het totaal bedrag dat Zeeland ten goede is gekomen, niet ver van 1DOO.OOQ z|jn. Aftrek van registratie. Hoewel oorspronkelijk de bedoeling voor zat om de gelden uit de Nationale Inza meling door het Fonds voor Bijzondere Nooden verstrekt h. fonds perdu aan da getroffenen uit te keeren, bleek later dat dit niet was vol te houden, omdat dan in vele gevallen b|j een latere schadeuitkee- rlng door het R|jk de gedupeerden meer zouden ontvangen dan hun schade was en anderzijds degenen, die geen bedrag uit de fondsen gehad hadden, zouden achterstaan b|j degenen die wel zoo gelukkig waren. In overleg met het departement van fi nanciën is toen vastgesteld, dat alle be dragen welke door het Fonds voor Bijzon dere Nooden waren verstrekt voor bedrijfs geld of kleeding, zouden afgetrokken wor den van de schadeuitkeering (w.o. ook kleine schaden en herstelkosten beneden 100). Het comité werd verzocht deze bedragen op te geven aan het Herstelfonds en het Fonds voor Bijzondere Nooden, die na eon- tróle de definitieve gegevens aan het de partement van financiën zouden verschaf fen. Hiertoe werden souehe's verstrekt die door ons moesten worden ingevuld. Voor de goede orde werd door het comité tevoren overgegaan om de geheele hulp verleen ing op kaart te stellen, zoodat een kaartsysteem voor de geheele provincie tot stand zou komen, waaruit steeds te zien was Welke uitkeering een getroffene had gehad. Deze kaarten z|jn thans door de zorg van het bureau geheel gereed. Zfl z|jn vol ledig b|j tot 15 Maart. Van gevallen nadien behandeld, wordt een aparte kaart aange legd. In totaal z|jn buiten Middelburg dat nog niet gereed ls 3061 kaarten aangelegd, wat dus wil zeggen dat 3061 gedupeerden in Zeeland voorloopig door óns zijn geholpen. Voorwaar een respecta bel aantal 1 Van Middelburg komen er nog 803 b|J, zoodat w|j dan 3884 oorlogsslacht offers geregistreerd hebben. Verdere hulpverleening. Al moet voorop gesteld worden, dat de hulpverleening aan oorlogsslachtoffers staatstaak is en de getroffenen recht heb ben op een volledige vergoeding hunner schade en niet aan de liefdadigheid over geleverd moeten worden, valt. er toch voor ons comité in de toekomst veel te doen. Langzamerhand is het comité inplaats van een charitatieve instelling meer gewor den een orgaan, dat zijn bemiddeling geeft aan getoffenen, die terstond geen schade uitkeering van rijkswege ontvangen, een voorschot te geven om den wachttijd door te komen. Door het lange uitblijven der schadever goeding wenden zich weer velen tot ons, die eerst het konden uitzingen, doch thans in geldverlegenheid komen. Deze oude schadegevallen moeten dus nog geholpen worden. In de tweede plaats is de oorlog nog niet ten einde en kunnen nieuwe schade gevallen zich voordoen, waar hulp ter stond geboden is. Daartoe wordt door ons een voorraad goederen aangehouden. Na dit uitvoerige verslag deed de voor zitter voorlezing van het accountantsrap port, waaruit bleek, dat de ontvangsten van het comité hebben bedragen 523431.56, en de uitgaven 508322,21. Mr. P. Dieleman zei vervolgens, dat b|j het werk, dat het comité zich destijds voorstelde te ondernemen, zoowel het hart als het hoofd moesten spreken. Er waren noodig toewijding, medeleven en verstand. Wetende, dat de vrouw als het helpen be treft, in haar element is, is een beroep ge daan op de dames, die hier aanwezig zijn. Spr. bracht haar dank en hulde voor de wijze, waarop zij zich in dienst der getrof fen samenleving hebben gesteld. Een spe ciaal woord van waardeering had mr. Die leman voor de dames Priems en PeL Spr. zeide te hopen, dat Zeeland voor verdere rampen gespaard zal blijven, doch sprak de verwachting uit, dat alle dames, als nogmaals een beroep op haar zal worden gedaan, zich wederom ter beschikking zul len stellen. Huldiging van den penningmeester. Na in geestlgen trant enkele moeilijk heden te hebben geschetst, waarmede het comité te kampen heeft gehad, richtte mr. Dieleman zich tot den scheidenden pen ningmeester, den heer Hoegen van Hooge lande, die met de passie, en de stuwkracht, hem eigen, hoogst belangrijk werk voor het comité heeft gedaan. Spr. herinnerde er aan, dat de heer Hoegen ook geheel belangeloos leden van zijn personeel voor het werk ter beschikking heeft gesteld. „Ge waart van plan Zeeland te verlaten", aldus ging mr. Dieleman voort., „maar om dat Zeeland U niet los kon laten, hébt ge besloten domicilie hier te houden. Dit ver blijdt ons, want als het noodig is, kunnen we dan ook in da toekomst op Uw raad en steun rekenen". Spr. dankte vervolgens alle andere leden van het comtié voor hun toewijding, en wees op het mooie, dat schuil gaat in het werk voor de getroffen provinciegenooten. Velen onzer, aldus mr. Dieleman, is veel ontvallen, maar niemand kan óns de her innering ontnemen. De herinnering aan het werk tot hulp en herstel móge van de' dorre plekken in uwe harten een goede oase maken. De heer Hoegen van Hoogelande zei, dat bet scheiden va.n dit werk hem zwaar viel. Aanvankelijk was hij voornemens geweest Zeeland geheel te verlaten, doch tenslotte kon hij niet voor goed verdwijnen uit de provincie, waarmede hij zich zoo verbon den gevoelt. Werkzaamheden zullen hem veelvuldig naar elders roepen, maar Zee land blijft z|jn woon-provincie, en als het comité hem noodig heeft, zal hij zich over elk beroep op hem verheugen. Spr. wen telde de hem gebrachte hulde af op z|jn personeel, en zei dat men hem geen dank verschuldigd is. Dankbaar, aldus de heer Hoegen, moet ik zijn, dat ik in staat ben gesteld dit werk te doen. H|j prees zich gelukkig, in goede harmonie met alle le den van het comité, te hebben mogen hel pen aan den opbouw van Zeeland. Na dit officieele gedeelte z|jn de leden van het comité nog geruimen t|jd gezellig b|jeen gebleven. DOODELÏ.JK ONGELUK. De arbeider D. B„ woonachtig te Rotter dam en te Broek op ^ngendijk werkzaam als montagemeester b|j de Hollahdsche con strue Uemaatschappij is gisteren b|j de werkzaamheden van den bruggenbouw door het breken van een stutbalk bekneld ge raakt tusschen een ijzeren balk en een be tonnen muur van de brug. De man was op slag dood. 9«t DOOR FRANK F. BRA UN, 27) Toen de chauffeur voor het pension van Ladislaus Marczali stil hield, stapte ze uit. Een oogenblik overlegde ze b|j zichzelf, of ze den man zou laten wachten, maar daar op nam ze een ander besluit, betaalde en liet hem gaan. Het dienstmeisje van het pension opende, toen Angelica gebeld had. Toen ze naar Ladislaus Marczali vroeg, werd ze ondanks het late uur binnengelaten. Blijk baar was het Angelica aan te zien, dat ze inderdaad een goede reden voor dit late bezoek had. Haar gezicht drukte verbeten vastbeslotenheid uit.. Ladislaus Marczali was nog öp. Hij ont ving haar met merkbaren schrik. „Wat is er, Angelica?" „Ik moet je spreken." Hij liet haar ha.nd los. „Hier?" „Ik ben er nu toch. Het komt er niet op aan. waar en wanneer." „Nu dan, ga zitten. Een sigaret? Wat heb je op het hart?" Ze vond, dat h|j koel was, maar ze vond dat niet erg. Ladislaus Marczali was door haar, en meer nog door haar moeder, slecht behandeld geweest. Wanneer ze nu toch naar hem toe kwam, was dat do proef op de som. Want ik zal toch niet op mijn besluit terugkomen, peinsde ze, ik maak me toch zelf niet ieta wijs! Ze schudde onwillekeurig haar hoofd en zette deze gedachten van zich af. Neen, ze was zeker van zichzelf, reeds lang. Ze zag rijn hand met het veelkleurige doosje naar zich toekomen, „Dank je, nee, geen sigaret Dat wil zeg gen: als jö rooken wilt ga dan je gang." Ze pauzeerde even. Ze vermeed het, in de kamer rond te zien, maar merkte toch, dat achter het kamerscherm zijn bed stond. De lucht in de kamer was zwaar, een zoete mengeling van parfum of haar water en sigarettenrook. Ze ketek naar het raam. Lucht dacht ze, lucht moet ik heb ben. Maar daarop herstelde ze zich. „Kun jo denken, waarom ik gekomen ben?" vroeg ze, en toen h|j z|jn hoofd, schudde, vervolgde ze: „Ik heb je noodig, Ladi." „Je kunt over m|j beschikken", zei h|j. Dat was geen vurige verzekering van zijn bereidwilligheid. Goed, dacht ze, nu weet ik, waar ik aan toe ben. „Weet je, wie m|jn stiefbroer Joaohim vergiftigd heeft?" „Nee, ik denk, dat niemand het nog weet," „Ik weet het, of tenminste, ik vermoed het. Maar ik moet bewijzen hebben," „Wie was het?" stootte Marczali uit. „Inge Lotter?" „Nee, geeu meisje, een man. Maar vraag me niet verder". Ze hield weer op. Het was toch alles zoo moeilijk, nu bemerkte ze het eerst goed. „Heb je moed, Ladi?" „Ik denk van wel. W|j Hongaren Ze onderbrak hem, daar z|j den verderen zin van zijn woorden kende, die van de dapperheid van de Hongaren in den we reldoorlog wilde vertellen. „Het gaat niet om de Hongaren, maar om jou. Vertrouw je me?" „Ja, heelemaal. Waarom vraag je dat?" „Volledig vertrouwen?" „Zeker." Hij knikte met het hoofd als om z|jn woorden kracht b|j te zetten, maar zijn handen werden onrustig. De dunne rookpluim van zijn sigaret beefde en ver ried rijn gemoedstoestand. „Dan zul je het doen, Ladi. Ga naar de politie en beken, dat jtj Joaohim vergiftigd hebt," HU sprong ontzet terug, als had ze WJ verrassing een wapen in den aanslag ge bracht- „Maar ik heb het niet gedaan! Hoe kom je erb|j, zooiets te vermoeden?'?» „Niemand weet beter dan ik, dat j|j bet niet gedaan hebt", zei ze en ze slaagde cr in te glimlachen. „Juist daarom kun je het doen. De politie zal je in hechtenis nemen. Dat heb ik noodig. Ik wil den moordenaar in de val lokken. Hij zal er in loopen. Vertrouw maar op mij." „Je komt hier Jaat in den avond b|f me, Angelica, je vertelt geheimzinnige dingen en je verlangt het onmogelijke van me." „Waarom is het onmogelijk? Ik zal je wel helpen. Als mijn plan gelukt, ga ik dadelijk naar de politie en leg alles uit." „Zouden ze je dan gelooven? Mijn be kentenis zal zonder twijfel zwaarder we gen," 30.000 boete wegens prijs- verhooging van melkpoeder. De inspeoteur voor de prjjabeheerachïng te Amsterdam heeft een coöperatieve fa briek van melkproducten veroordeeld tot een boete van 30.000,wegens over treding der prijsvoorschriften van melk poeder. Tusschen November en Februari bracht deze fabriek groote partijen magere melk poeder in den. handel, waarvoor prijzen werden gevraagd, welke belangrijk uit gingen boven den geldenden maximum prijs. Zoo vroeg men voor doazen, be vattende 12 blikken van k.g. melkpoe der, een bedrag van. 5,41 por doos, ter wijl de fabriek, indien z|j binnen de gren zen van het pr|jzenbeslult 1940 (zuivel producten) was gebleven, slechts 3,35 had mogen bedingen. Een nog grootere marge bestond tusschen den prijs, wel ken zij vroeg voor doozen, inhoudende 24 blikken Yz kg. en den toelaatbaren prijs. De verschillende transacties hadden betrekking op meer dan 100.000 k.g. melkpoeder. In haar verweer beriep verdachte er zich op, dat een belangrijk gedeelte van de door haar verkochte melkpoeder vóór de vaststelling van den maximumprijs op 21 November van het vorige jaar was ge kocht Z|j meende ten aanzien van deze hoeveelheid te moeten worden beschouwd als handelaar in melkproducten. Z|j zou dus den door baar betaalden inkoopsprijs mogen verhoogen met de gebruikelijke, op 9 Mei 1940 geldende, in geld uitgedrukte winstmarge. De inspecteur voor de prijsbeheersching verwierp evenwel de opvatting, dat ver dachte niet uitsluitend als producent doch ook als. handelaar te beschouwen zou z|jn. Een dergelijke opvatting zou ertoe leiden, dat de prijzen van melkpoeder oneindig zouden kunnen worden verhoogd, indien zich maar voldoende schakels zouden be vinden in den keten tusschen producent en consument. Dat dit niet de bedoeling is, bl|jkt uitdrukkelijk uit het prijzenbesluit 1940, waarin wordt verboden gebruik te maken van andere handelskanalen dan vroeger. Ten aanzien van alle transacties, welke verdachte dus verrichtte, valt z|j als producent te beschouwen en daar z|j als tusschenschakel fungeert, dient rij haar winst te zoeken in een korting op den door haar te betalen inkoopsprijs. In de tweede plaats werd het verweer verworpen, omdat een eventueel© in geld uitgedrukte winstmarge slechts mag worden berekend binnen den vastgestelden minimumprijs en niet boven den in afwijking daarvan be taalden hoogeren inkoopsprijs. B|i de bepaling van de strafmaat hield de inspecteur rekening met de ox'erwe- gingen, welke verdachte ertoe hadden be wogen de overtredingen te begaan. Voor haar fabriek waren door den sterk ver minderden aanvoer van melk geringere productiemogelijkheden van melkpoeder en een daarmede gepaard gaande daling van inkomsten. B|j het bepalen van de boete op 30.000,is verder rekening gehouden met de financieel® draagkracht van ver dachte en met de overweging, dat van de betaling van dit bedrag het personeel niet de dupe mag worden. Als bijkomende straf werd publicatie van het vonnis opgelegd. VORDERING VAN MIJNHOUT» De productiecommissaris voor don bosch- bouw en do houtteelt deelt mede, dat de vrijwillige aangeboden hoeveelheden mijn- hout niet voldoende zijn om de behoefte der mijnen te dekken. In verband daarmede is het noodzakelijk, thans op grond van de Bodemproductie- wet 1939 mjjnhout voor velling en af levering voor de mijnen aan te w|jzen. Deze aflevering zal uitsluitend mogen geschieden door erkende mtjnhoutha.ndela.ren. De aandacht wordt in het bijzonder ge vestigd op den voor mijnhout vastgestelden maximumprijs van 11.50 per m3 op stam. Er zal streng op worden toegezien, dat deze maximum prys niet wordt ovei'- schreden. Amerikaansche luchtbases op Groenland, De rageering der Ver. Staten heeft gis teren bekend gemaakt, dat de Ver. Staten, ovei-eenkomstig de Doensch-Amerikaan- sche overeenkomst, luchtbases zullen in richten op Groenland, welke moeten die nen ter bescherming van Groenland en van het Westelijk halfrond. 1 „Ze zullen wel van je gelooven, dat je me hebt willen helpen, want ik zal ze den moordenaar noemen." Hij stond op, bleef voor haar staan en wendde zich daarna af. „Angelica", zei hij en sprak tegen het met een gordijn bedekte venster, „het is onmogelijk, wat je van me verlangt. Geen verstandig menscb zal dat doen. Ja hebt misschien ieta heel slims uitgevonden, maar je kunt niet te werk gaan, zooals ie het in je hoofd hebt. Ik wil je niet bc- leedigen, maar je maakt den indruk - nu, dat je overspannen bent" „Ik ben bo vendien buitenlander ik weet niet goed hoe het recht hief zijn loop heeft, althans niet goeed genoeg om zulk een risicc op m|j te durven nemen." „Je kunt op mij vertrouwen," >4?ou je in mijn geval toestemmen?" „Als jij me dat vragen zou: ja!" «DanH|j trok vermoeid z|jn schou ders op en maakte zijn zin niet af. „Ik kan het niet Ik zal je helpen. Ik zal je nog dezen nacht over de grens brengen. Ik heb ginds goede vrienden, j© komt er beslist over. ïn Hongarije, ah, daar kan ik voor je zorgen. Je komt nog verder naar het Oosten, daar ben je gered en in vei ligheid." „Dat is het niet, waarom ik je gevraagd heb!" Haar toon was harder on haar mond vertrok zich. „Je stelt me vreesoljjk teleur." „Dat spijt me, maar je verlangt meer van me, dan billijk is." „Zeker, dat weet ik; maar toch geloofde ik, dat je het doen zou. Anders was ik niet gekomen." Hy stond plotseling voor haar. Z|jn Het onderwijs in den komenden Nederlandschen staat. Rede van dp, W. F. de Groot voor hot opvoedersgllde. Het opvoedersgilde, dat zich o.a. ten doel stelt de herziening van de opvoeding en het onderwas in volkschen geest, organi seerde gisteravond een vergadering te Den Haag, waar dr. W. F. de Groot, directeur van de baiton-H-B.S. aldaar, een uiteenzet ting gaf van de organisatie van het onder wijs in den nieuwen Nederlandschen staat, Spr. onderschrijft volkomen de woorden die dr. Goedewaagen in z|jn boeltje over het onderwijs gebruikte: nationalistisch© vor ming is een der eerste eiachen, Vooral aan de Nederlandsche taai zal meer aandacht moeten worden besteed. Heemkunde, kennis van streek en bodem, waaraan men zich gebonden moet weten, is een px-achtig veld voor zelfwerkzaamheid. Het ondexwijs daarin moet van den grond af worden opgebouwd, Radio en film kunnen meer dienstbaar worden gemaakt aan het onderwijs. De uit gaven voor de hiervoor noodlge toestellen kunnen gemakkelijk, bijv, met twee cent per week en per leerling door de gezamen lijke leerlingen worden gedragen. De lichamelijke vorming moet meer alge meen worden, waaraan ook de leeraren in de intellectueele vakken kunnen mede werken. Wat het middelbaar en voorbereidend hooger onderwijs betreft hier is een schei ding txisschen jongens- en meisjesscholen gewenscht. Voor de jeugdbeweging dient veel t|jd over te blijven, om te zorgen voor een goede stijlvoxming in de gedragingen. In het tweede gedeelte van z|jn voor dracht gaf dr. De Groot een uiteenzetting van het Dalton-onderwijs en van eenlgc andere op zelfwerkzaamheid berustende me thoden van onderricht. POSTVERBINDING MET YOEGOSLAVIiS EN GRIEKENLAND VERBROKEN. In verband met den ingetreden oorlogs toestand tusschen Duitschland en Yoegosla- vië en Griekenland is de postverbinding met deze laatste landen verbroken. Poststukken voor deze landen worden niet meer aange nomen, resp, wanneer z|j in de brieven bussen worden aangetroffen, aan de afzen ders terugbezorgd. De buitenlandsche schepen in Amerika. Uit Washington meldt hot DNB-In een boodschap aan het Congres heeft pre sident Roosevelt gisteren om machtiging verzocht-, „in buitenlandsch bezit jrtjndo schepen welke in havens van de Ver. Sta ten liggen, tegen passende vergoeding in bezit te mogen nemen". De Ver, Staten en Singapore. Uit Washington meldt het D.N.B.De democratische senator Juee, die reeds her haaldelijk door de Amerikaansche regee rtng gebruikt is als wegbereider voor ko mende maatregelen, heeft gisteien voor gesteld, dat de Amerikaansche vloot do bescherming van Singapore op zich neemt om den Engelsehen gelegenheid te geven hun vloot op de strrjdtooneelen te verster ken. Graan voor onbezet Frankrijk. Uit New-York meldt het D.N.B.De Fransche ambassadeur in de Ver. Staten, Henry Haye, heeft opnieuw een onderhoud gehad met den Amerikaanschen vice-mi nister van buitenlandsche zaken, Sumner Welles, waarin hij weer de kwestie ter sprake bracht van den aankoop van 490.000 teon graan voor het onbezette Franach gebied. De ambassadeur verklaarde, dat deze hoeveelheid noodig is om tot eind© Augustus de bevolking van brood te voor zien. Anders zou de bevolking van het on bezette gebied twee maanden lang zonder brood zitten. De New-York Times meldt hierover uit Washington, dat in de onderhandelingn met de Engelsehen de kwestie van nieuwe verschepingen naar Frankrijk niet ter sprake wordt gebracht, zoolang niet is vastgesteld, hoe de beide ladingexx meel, welke thans nog door het Amexdkaangchy Roode Kruis verscheept worden, verdeeld en gebruikt zullen wox-den. Twee scheeps ladingen zullen waarschijnlijk de volgende week vertrekken, doch, naar de Fransche ambassadeur mededeelde, zullen z|j slechts voor dag voldoende zijn. oogen fonkelden. „Wie zegt me, dat dit ook geen valstrik is? Ik heb eens op een Fabreanl vertrouwd en werd teleurgesteld. Misschien ben je wel bl|j, wanneei* er iemand bekend heeft. Waarom moet ik het z|jn? Ik heb van je gehouden en doe dat zelfs nog. Is dat nu je dank V' Angelica stond op. Hier behoefde geen woord meer gezegd te worden. „Heb je van me gehouden, Ladislaus?" merkt© ze iro nisch op. „Wat gelukkig, dat te juister tijd weer over is gegaan. Stel je voor, dat je van m|j hield en dat je m|jn verzoek had ingewilligd. Je zou morgen in voor loopig© hechtenis zitten en ik zou me dood lachen over zooveel domheid van een man. Wat goed. dat je verstandig was en de in trige dadelijk dóór had Ik feliciteer je, m stak haar hand uit, „Tot ziens, La dislaus, beste jongen." Haar oogen namen afscheid. Dit knappe mannengezicht was nog steeds hetzelfde Het stond beter als het lachte. Het was over het algemeen niet geschapen vopr ernstige dingen. Bij dezen man moest je met zulke dingen niet aankomen. Je moest met hem tennissen en een tango dansen en een kus wisselen. Ladislaus Marczali nam haar hand. H|j drixkte er zelfs een kus op, precies als vroeger. Angelica dacht beschaamd: Ik heb hem met m|jn verwijten onrefcht gedaan. Hij is dezelfde gebleven. Ik zie hem nu alleen anders, dat is het, [(Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1941 | | pagina 6