Prov. Zeeuwsch Comité tot hulp en herstel.
Hel geheim
van het
doodeiijke
Overzicht van hetgeen gepresteerd werd.
In hotel „De Burg" te Middelburg heeft
het provinciaal Zeeuwsch Comité tot hulp
en herstel, gistermiddag vergaderd.
De voorzitter van het comité, rar. P.
Dieleman, begroette de aanwezigen en zei,
dat geruimen tijd niet vergaderd is, om
dat de getroffenen, die geholpen moesten
worden, grootendeels geholpen zyn. Thans
rest nog slechts het brengen van finan-
cieele hulp. Spr. zei, dat de vergadering
hoofdzakelijk is belegd om afscheid te
kunnen nemen van den penningmeester,
den heer Hoegen van Hoogelande, die
uitgetreden is in verband met zyn voorge
nomen vertrek uit Zeeland. Spr. heette
vervolgens speciaal de dames-leden wel
kom, en verzocht den secretaris, mr. W.
IC H. Dieleman, verslag der werkzaamhe
den van het comité uit te brengen.
Verslag der werkzaamheden.
Aan dit uitvoerige verslag ontleenen wij
het volgende
In de laatste week van Mei 1940" werd
op initiatief van den waarnemend Com
missaris der provincie, mr. P. Dieleman
een groot comité opgericht, waaruit een
dagelijksclt bestuur werd samengesteld,
bestaande uit mr. P. Dieleman voorzitter,
mr. A, Bolle, dr. W. F. Th. van der Bijl,
P. W. M. Hoegen van Hoogelande, pen
ningmeester, mr. W. F. E. Baron van der
Feltz, C. A. van. Woelderen, terwijl als se
cretarissen optraden mr. J. I, v. Doorninck
en mr. W. K. H. Dieleman.
Hoe kwam het comité aan gelden?
Aan een oproep voor het storten van
gaven, voldeden velen. Op 13 Juni kwam
de eerste gift 25) binnen, sedertdien
gevolgd door vele groote en kleine giften.
Er waren er van 10.000, 1000 en 500,
doch ook van 1 en 2.50.
Inmiddels was in de eerste weken van
het bestaan van het Comité een landelijke
inzameling voor oorlogsslachtoffers geor
ganiseerd door een daartoe opgericht Co
mité van Nationale inzameling onder de
auspiciën van den secretaris-generaal van
Binnenlandsche zaken.
In de meeste Zeeuwsche gemeenten
werd hiervoor ingezameld. Ruim het tien
voudige wat in Zeeland werd gecollecteerd
werd in onze provincie uitgekeerd, waar
van ongeveer 500.000 uit de nationale in
zameling.
Vervolgens werd een adressenbureau in
geschakeld, dat circulaires op een bijzon
dere wijze aan groote bedrijven en maat
schappijen toezond. Btj een kostenbedrag
van enkele tientallen guldens, werd ruim
5000 ontvangen. Deze derde golf die in
Augustus plaats vond, werd door een
vierde in September gevolgd.
De laatste golf die goud gekuifd de kus
ten van het geteisterd! gewest bespoelde,
was van meer dichterleken aard. De dich
ter Martien Beversluis stelde een Zeeuw
sche bundel samen die met groote mede
werking van den uitgever Callenbach werd
uitgegeven. „De Zeeuwsche Lier' wierp
een bate af van ruim 1000, afgezien nog
van de giften die extra door vele lezers
gezonden werden.
Naast deze acties uitgaande van het
Comité zelf en welke van secundair be
lang waren, werd de hoofdschakel van het
benoodigde bedrag verstrekt door de na
tionale Inzameling geadministreerd door
het Nationaal Fonds van Bijzondere Noo
den.
Goederen.
Nauwelijks ha.d het Comité bekend ge
maakt, dat het gelden en goederen drin
gend noodig had of geheel Nederland
maakte zich op om ook met kleeding en
huisraad ons te helpen.
Door de groote verwoesting van Mid
delburg was het vinden van geschikte
bergruimte het moeilijkste probleem dat
opgelost moest worden. Doch het ging, z|j
het met veel zorgende moeite.
Nadat de eerste stroom oud goed ver
werkt was, kwam da behoefte aan nieuw
goed op. Van veie benoodigdheden was on
voldoende voorraad aanwezig. Ook kon
men niet oud1 en afgedragen goed blijven
géven.
Half Juli kwamen de eerste zendingen
nieuw goed, heerencosturaes, binnen die
\-lug van de hand gingen.
Later werd er nog voor tienduizenden
guldens gekocht aan kleeding, terwijl la
ter huisraad werd aangeschaft. Groote be
stellingen meubels werden b|j Bruynzeel
in Zaandam geplaatst, gefinancierd door
het Herstelfonds tot ongeveer 40.000.
Organisatie der hulpverleening.
Terstond na zijn oprichting werd door
het comité aan. alle gemeenten in Zeeland
meegedeeld, dat alle steunaanvragen over
gelden zond buiten ons om.
Tevens werd bevorderd dat plaatselijke
ons moesten loopen, terwijl Den Haag geen
comitê's overal werden opgericht.
Van de burgemeesters werd do volle me
dewerking bljjvend ondervonden. Al vlug
strekten de werkzaamheden zich over een
dertigtal gemeenten uit.
In principe was de richtsnoer van het
comité, dat in alle gevallen waar recht-
streeksche oorlogsschade geleden was, ge
holpen moest worden.
In verband met de taak van het comité
gesteld, werd een bedrag ter overbrugging
voor bedrijven tot een maximum van 300
ter beschikking gesteld.
In totaal werd buiten Middelburg in 1261
gevallen hiervoor' steun verleend tot een
bedrag van 185.587,79» in Middelburg
werd ruim 74.463.92 gegeven voor 309
gevallen. In totaal werd in natura en
in geld voor kleeding (bulten Middelburg)
40.942.95 verdeeld over 1188 gevallen
uitgereikt Voor Middelburg alleen was dit
105.345.76 voor 671 gevallen.
Afzonderlijk mag vermeld worden de
verzorging der getroffenen met noodwonin
gen. Reeds terstond kon het comité de be
schikking kr|jgen over een dertigtal mili
taire barakken in Walcheren en Zuid-Be
veland dank z|j de welwillendheid der
Duitsche autoriteiten. Hiervan werden er
enkele in Middelburg geplaatst, terwijl het
grootste aantal verdeeld werd onder de ge
meenten Yerseke, Kruiningen, Hansweert,
Schore en Kapel!e.
Voor de inrichting dezer woningen wer
den gelden beschikbaar gesteld uit het
Herstelfonds.
De schadeopgaven van het personeel, In
dienst der, provincie, werden bjj het comité
ingediend, dat In overleg met de eerste
afdeeling der Provinciale Griffie de defi
nitieve c|jfers aan Ged. Staten kon voor
leggen.
Voor een bedrag van ruim 20.000 is op
deze w|}ze uitgekeerd kunnen worden. Er
Is in totaal in 1875 gevallen geld of goe
deren uit het Herstelfonds uitgedeeld tot
een bedrag van 152.890 (weer buiten
Middelburg).
Voor deze stad was het 203.086;38 voor
636 gevallen.
In totaal is voor 400.000 zoo uitgekeerd
uit het fonds voor Bijzondere Nooden en
Herstelfonds, terwijl zeker een ongeveer
even groot bedrag aan Middelburg ten
goede kwam, zoodat w|j kunnen vaststel
len, dat ruim 800.000 voor Zeeland tot
dusverre ter beschikking gesteld is, ver
deeld over 50 gemeenten.
Met bijzondere hulpverleeningen welke
niet geregistreerd werden, zal het totaal
bedrag dat Zeeland ten goede is gekomen,
niet ver van 1DOO.OOQ z|jn.
Aftrek van registratie.
Hoewel oorspronkelijk de bedoeling voor
zat om de gelden uit de Nationale Inza
meling door het Fonds voor Bijzondere
Nooden verstrekt h. fonds perdu aan da
getroffenen uit te keeren, bleek later dat
dit niet was vol te houden, omdat dan in
vele gevallen b|j een latere schadeuitkee-
rlng door het R|jk de gedupeerden meer
zouden ontvangen dan hun schade was en
anderzijds degenen, die geen bedrag uit de
fondsen gehad hadden, zouden achterstaan
b|j degenen die wel zoo gelukkig waren.
In overleg met het departement van fi
nanciën is toen vastgesteld, dat alle be
dragen welke door het Fonds voor Bijzon
dere Nooden waren verstrekt voor bedrijfs
geld of kleeding, zouden afgetrokken wor
den van de schadeuitkeering (w.o. ook
kleine schaden en herstelkosten beneden
100).
Het comité werd verzocht deze bedragen
op te geven aan het Herstelfonds en het
Fonds voor Bijzondere Nooden, die na eon-
tróle de definitieve gegevens aan het de
partement van financiën zouden verschaf
fen. Hiertoe werden souehe's verstrekt die
door ons moesten worden ingevuld.
Voor de goede orde werd door het comité
tevoren overgegaan om de geheele hulp
verleen ing op kaart te stellen, zoodat een
kaartsysteem voor de geheele provincie tot
stand zou komen, waaruit steeds te zien
was Welke uitkeering een getroffene had
gehad.
Deze kaarten z|jn thans door de zorg
van het bureau geheel gereed. Zfl z|jn vol
ledig b|j tot 15 Maart. Van gevallen nadien
behandeld, wordt een aparte kaart aange
legd. In totaal z|jn buiten Middelburg
dat nog niet gereed ls 3061 kaarten
aangelegd, wat dus wil zeggen dat 3061
gedupeerden in Zeeland voorloopig door
óns zijn geholpen. Voorwaar een respecta
bel aantal 1 Van Middelburg komen er nog
803 b|J, zoodat w|j dan 3884 oorlogsslacht
offers geregistreerd hebben.
Verdere hulpverleening.
Al moet voorop gesteld worden, dat de
hulpverleening aan oorlogsslachtoffers
staatstaak is en de getroffenen recht heb
ben op een volledige vergoeding hunner
schade en niet aan de liefdadigheid over
geleverd moeten worden, valt. er toch voor
ons comité in de toekomst veel te doen.
Langzamerhand is het comité inplaats
van een charitatieve instelling meer gewor
den een orgaan, dat zijn bemiddeling geeft
aan getoffenen, die terstond geen schade
uitkeering van rijkswege ontvangen, een
voorschot te geven om den wachttijd door
te komen.
Door het lange uitblijven der schadever
goeding wenden zich weer velen tot ons,
die eerst het konden uitzingen, doch thans
in geldverlegenheid komen. Deze oude
schadegevallen moeten dus nog geholpen
worden.
In de tweede plaats is de oorlog nog
niet ten einde en kunnen nieuwe schade
gevallen zich voordoen, waar hulp ter
stond geboden is. Daartoe wordt door ons
een voorraad goederen aangehouden.
Na dit uitvoerige verslag deed de voor
zitter voorlezing van het accountantsrap
port, waaruit bleek, dat de ontvangsten
van het comité hebben bedragen
523431.56, en de uitgaven 508322,21.
Mr. P. Dieleman zei vervolgens, dat b|j
het werk, dat het comité zich destijds
voorstelde te ondernemen, zoowel het hart
als het hoofd moesten spreken. Er waren
noodig toewijding, medeleven en verstand.
Wetende, dat de vrouw als het helpen be
treft, in haar element is, is een beroep ge
daan op de dames, die hier aanwezig zijn.
Spr. bracht haar dank en hulde voor de
wijze, waarop zij zich in dienst der getrof
fen samenleving hebben gesteld. Een spe
ciaal woord van waardeering had mr. Die
leman voor de dames Priems en PeL Spr.
zeide te hopen, dat Zeeland voor verdere
rampen gespaard zal blijven, doch sprak
de verwachting uit, dat alle dames, als
nogmaals een beroep op haar zal worden
gedaan, zich wederom ter beschikking zul
len stellen.
Huldiging van den penningmeester.
Na in geestlgen trant enkele moeilijk
heden te hebben geschetst, waarmede het
comité te kampen heeft gehad, richtte mr.
Dieleman zich tot den scheidenden pen
ningmeester, den heer Hoegen van Hooge
lande, die met de passie, en de stuwkracht,
hem eigen, hoogst belangrijk werk voor
het comité heeft gedaan. Spr. herinnerde
er aan, dat de heer Hoegen ook geheel
belangeloos leden van zijn personeel voor
het werk ter beschikking heeft gesteld.
„Ge waart van plan Zeeland te verlaten",
aldus ging mr. Dieleman voort., „maar om
dat Zeeland U niet los kon laten, hébt ge
besloten domicilie hier te houden. Dit ver
blijdt ons, want als het noodig is, kunnen
we dan ook in da toekomst op Uw raad
en steun rekenen".
Spr. dankte vervolgens alle andere leden
van het comtié voor hun toewijding, en
wees op het mooie, dat schuil gaat in het
werk voor de getroffen provinciegenooten.
Velen onzer, aldus mr. Dieleman, is veel
ontvallen, maar niemand kan óns de her
innering ontnemen. De herinnering aan het
werk tot hulp en herstel móge van de'
dorre plekken in uwe harten een goede
oase maken.
De heer Hoegen van Hoogelande zei, dat
bet scheiden va.n dit werk hem zwaar viel.
Aanvankelijk was hij voornemens geweest
Zeeland geheel te verlaten, doch tenslotte
kon hij niet voor goed verdwijnen uit de
provincie, waarmede hij zich zoo verbon
den gevoelt. Werkzaamheden zullen hem
veelvuldig naar elders roepen, maar Zee
land blijft z|jn woon-provincie, en als het
comité hem noodig heeft, zal hij zich over
elk beroep op hem verheugen. Spr. wen
telde de hem gebrachte hulde af op z|jn
personeel, en zei dat men hem geen dank
verschuldigd is. Dankbaar, aldus de heer
Hoegen, moet ik zijn, dat ik in staat ben
gesteld dit werk te doen. H|j prees zich
gelukkig, in goede harmonie met alle le
den van het comité, te hebben mogen hel
pen aan den opbouw van Zeeland.
Na dit officieele gedeelte z|jn de leden
van het comité nog geruimen t|jd gezellig
b|jeen gebleven.
DOODELÏ.JK ONGELUK.
De arbeider D. B„ woonachtig te Rotter
dam en te Broek op ^ngendijk werkzaam
als montagemeester b|j de Hollahdsche con
strue Uemaatschappij is gisteren b|j de
werkzaamheden van den bruggenbouw door
het breken van een stutbalk bekneld ge
raakt tusschen een ijzeren balk en een be
tonnen muur van de brug. De man was op
slag dood.
9«t
DOOR FRANK F. BRA UN,
27)
Toen de chauffeur voor het pension van
Ladislaus Marczali stil hield, stapte ze uit.
Een oogenblik overlegde ze b|j zichzelf, of
ze den man zou laten wachten, maar daar
op nam ze een ander besluit, betaalde en
liet hem gaan.
Het dienstmeisje van het pension
opende, toen Angelica gebeld had. Toen ze
naar Ladislaus Marczali vroeg, werd ze
ondanks het late uur binnengelaten. Blijk
baar was het Angelica aan te zien, dat ze
inderdaad een goede reden voor dit late
bezoek had. Haar gezicht drukte verbeten
vastbeslotenheid uit..
Ladislaus Marczali was nog öp. Hij ont
ving haar met merkbaren schrik. „Wat is
er, Angelica?"
„Ik moet je spreken."
Hij liet haar ha.nd los. „Hier?"
„Ik ben er nu toch. Het komt er niet op
aan. waar en wanneer."
„Nu dan, ga zitten. Een sigaret? Wat
heb je op het hart?"
Ze vond, dat h|j koel was, maar ze vond
dat niet erg. Ladislaus Marczali was door
haar, en meer nog door haar moeder,
slecht behandeld geweest. Wanneer ze nu
toch naar hem toe kwam, was dat do
proef op de som. Want ik zal toch niet
op mijn besluit terugkomen, peinsde ze, ik
maak me toch zelf niet ieta wijs! Ze
schudde onwillekeurig haar hoofd en zette
deze gedachten van zich af. Neen, ze was
zeker van zichzelf, reeds lang. Ze zag rijn
hand met het veelkleurige doosje naar zich
toekomen,
„Dank je, nee, geen sigaret Dat wil zeg
gen: als jö rooken wilt ga dan je gang."
Ze pauzeerde even. Ze vermeed het, in
de kamer rond te zien, maar merkte toch,
dat achter het kamerscherm zijn bed
stond.
De lucht in de kamer was zwaar, een
zoete mengeling van parfum of haar
water en sigarettenrook. Ze ketek naar het
raam. Lucht dacht ze, lucht moet ik heb
ben. Maar daarop herstelde ze zich.
„Kun jo denken, waarom ik gekomen
ben?" vroeg ze, en toen h|j z|jn hoofd,
schudde, vervolgde ze: „Ik heb je noodig,
Ladi."
„Je kunt over m|j beschikken", zei h|j.
Dat was geen vurige verzekering van zijn
bereidwilligheid.
Goed, dacht ze, nu weet ik, waar ik aan
toe ben. „Weet je, wie m|jn stiefbroer
Joaohim vergiftigd heeft?"
„Nee, ik denk, dat niemand het nog
weet,"
„Ik weet het, of tenminste, ik vermoed
het. Maar ik moet bewijzen hebben,"
„Wie was het?" stootte Marczali uit.
„Inge Lotter?"
„Nee, geeu meisje, een man. Maar vraag
me niet verder". Ze hield weer op. Het was
toch alles zoo moeilijk, nu bemerkte ze
het eerst goed. „Heb je moed, Ladi?"
„Ik denk van wel. W|j Hongaren
Ze onderbrak hem, daar z|j den verderen
zin van zijn woorden kende, die van de
dapperheid van de Hongaren in den we
reldoorlog wilde vertellen.
„Het gaat niet om de Hongaren, maar
om jou. Vertrouw je me?"
„Ja, heelemaal. Waarom vraag je dat?"
„Volledig vertrouwen?"
„Zeker." Hij knikte met het hoofd als
om z|jn woorden kracht b|j te zetten, maar
zijn handen werden onrustig. De dunne
rookpluim van zijn sigaret beefde en ver
ried rijn gemoedstoestand.
„Dan zul je het doen, Ladi. Ga naar de
politie en beken, dat jtj Joaohim vergiftigd
hebt,"
HU sprong ontzet terug, als had ze WJ
verrassing een wapen in den aanslag ge
bracht- „Maar ik heb het niet gedaan!
Hoe kom je erb|j, zooiets te vermoeden?'?»
„Niemand weet beter dan ik, dat j|j bet
niet gedaan hebt", zei ze en ze slaagde
cr in te glimlachen. „Juist daarom kun
je het doen. De politie zal je in hechtenis
nemen. Dat heb ik noodig. Ik wil den
moordenaar in de val lokken. Hij zal er in
loopen. Vertrouw maar op mij."
„Je komt hier Jaat in den avond b|f me,
Angelica, je vertelt geheimzinnige dingen
en je verlangt het onmogelijke van me."
„Waarom is het onmogelijk? Ik zal je
wel helpen. Als mijn plan gelukt, ga ik
dadelijk naar de politie en leg alles uit."
„Zouden ze je dan gelooven? Mijn be
kentenis zal zonder twijfel zwaarder we
gen,"
30.000 boete wegens prijs-
verhooging van melkpoeder.
De inspeoteur voor de prjjabeheerachïng
te Amsterdam heeft een coöperatieve fa
briek van melkproducten veroordeeld tot
een boete van 30.000,wegens over
treding der prijsvoorschriften van melk
poeder.
Tusschen November en Februari bracht
deze fabriek groote partijen magere melk
poeder in den. handel, waarvoor prijzen
werden gevraagd, welke belangrijk uit
gingen boven den geldenden maximum
prijs. Zoo vroeg men voor doazen, be
vattende 12 blikken van k.g. melkpoe
der, een bedrag van. 5,41 por doos, ter
wijl de fabriek, indien z|j binnen de gren
zen van het pr|jzenbeslult 1940 (zuivel
producten) was gebleven, slechts 3,35
had mogen bedingen. Een nog grootere
marge bestond tusschen den prijs, wel
ken zij vroeg voor doozen, inhoudende 24
blikken Yz kg. en den toelaatbaren
prijs. De verschillende transacties hadden
betrekking op meer dan 100.000 k.g.
melkpoeder.
In haar verweer beriep verdachte er
zich op, dat een belangrijk gedeelte van
de door haar verkochte melkpoeder vóór
de vaststelling van den maximumprijs op
21 November van het vorige jaar was ge
kocht Z|j meende ten aanzien van deze
hoeveelheid te moeten worden beschouwd
als handelaar in melkproducten. Z|j zou
dus den door baar betaalden inkoopsprijs
mogen verhoogen met de gebruikelijke, op
9 Mei 1940 geldende, in geld uitgedrukte
winstmarge.
De inspecteur voor de prijsbeheersching
verwierp evenwel de opvatting, dat ver
dachte niet uitsluitend als producent doch
ook als. handelaar te beschouwen zou z|jn.
Een dergelijke opvatting zou ertoe leiden,
dat de prijzen van melkpoeder oneindig
zouden kunnen worden verhoogd, indien
zich maar voldoende schakels zouden be
vinden in den keten tusschen producent en
consument. Dat dit niet de bedoeling is,
bl|jkt uitdrukkelijk uit het prijzenbesluit
1940, waarin wordt verboden gebruik te
maken van andere handelskanalen dan
vroeger. Ten aanzien van alle transacties,
welke verdachte dus verrichtte, valt z|j
als producent te beschouwen en daar z|j
als tusschenschakel fungeert, dient rij haar
winst te zoeken in een korting op den
door haar te betalen inkoopsprijs. In de
tweede plaats werd het verweer verworpen,
omdat een eventueel© in geld uitgedrukte
winstmarge slechts mag worden berekend
binnen den vastgestelden minimumprijs en
niet boven den in afwijking daarvan be
taalden hoogeren inkoopsprijs.
B|i de bepaling van de strafmaat hield
de inspecteur rekening met de ox'erwe-
gingen, welke verdachte ertoe hadden be
wogen de overtredingen te begaan. Voor
haar fabriek waren door den sterk ver
minderden aanvoer van melk geringere
productiemogelijkheden van melkpoeder en
een daarmede gepaard gaande daling van
inkomsten. B|j het bepalen van de boete
op 30.000,is verder rekening gehouden
met de financieel® draagkracht van ver
dachte en met de overweging, dat van de
betaling van dit bedrag het personeel niet
de dupe mag worden.
Als bijkomende straf werd publicatie van
het vonnis opgelegd.
VORDERING VAN MIJNHOUT»
De productiecommissaris voor don bosch-
bouw en do houtteelt deelt mede, dat de
vrijwillige aangeboden hoeveelheden mijn-
hout niet voldoende zijn om de behoefte
der mijnen te dekken.
In verband daarmede is het noodzakelijk,
thans op grond van de Bodemproductie-
wet 1939 mjjnhout voor velling en af
levering voor de mijnen aan te w|jzen. Deze
aflevering zal uitsluitend mogen geschieden
door erkende mtjnhoutha.ndela.ren.
De aandacht wordt in het bijzonder ge
vestigd op den voor mijnhout vastgestelden
maximumprijs van 11.50 per m3 op
stam. Er zal streng op worden toegezien,
dat deze maximum prys niet wordt ovei'-
schreden.
Amerikaansche luchtbases op
Groenland,
De rageering der Ver. Staten heeft gis
teren bekend gemaakt, dat de Ver. Staten,
ovei-eenkomstig de Doensch-Amerikaan-
sche overeenkomst, luchtbases zullen in
richten op Groenland, welke moeten die
nen ter bescherming van Groenland en
van het Westelijk halfrond. 1
„Ze zullen wel van je gelooven, dat je
me hebt willen helpen, want ik zal ze den
moordenaar noemen."
Hij stond op, bleef voor haar staan en
wendde zich daarna af.
„Angelica", zei hij en sprak tegen het
met een gordijn bedekte venster, „het is
onmogelijk, wat je van me verlangt. Geen
verstandig menscb zal dat doen. Ja hebt
misschien ieta heel slims uitgevonden,
maar je kunt niet te werk gaan, zooals
ie het in je hoofd hebt. Ik wil je niet bc-
leedigen, maar je maakt den indruk -
nu, dat je overspannen bent" „Ik ben bo
vendien buitenlander ik weet niet goed
hoe het recht hief zijn loop heeft, althans
niet goeed genoeg om zulk een risicc op m|j
te durven nemen."
„Je kunt op mij vertrouwen,"
>4?ou je in mijn geval toestemmen?"
„Als jij me dat vragen zou: ja!"
«DanH|j trok vermoeid z|jn schou
ders op en maakte zijn zin niet af. „Ik
kan het niet Ik zal je helpen. Ik zal je
nog dezen nacht over de grens brengen.
Ik heb ginds goede vrienden, j© komt er
beslist over. ïn Hongarije, ah, daar kan
ik voor je zorgen. Je komt nog verder naar
het Oosten, daar ben je gered en in vei
ligheid."
„Dat is het niet, waarom ik je gevraagd
heb!" Haar toon was harder on haar mond
vertrok zich. „Je stelt me vreesoljjk teleur."
„Dat spijt me, maar je verlangt meer
van me, dan billijk is."
„Zeker, dat weet ik; maar toch geloofde
ik, dat je het doen zou. Anders was ik
niet gekomen."
Hy stond plotseling voor haar. Z|jn
Het onderwijs in den komenden
Nederlandschen staat.
Rede van dp, W. F. de Groot voor hot
opvoedersgllde.
Het opvoedersgilde, dat zich o.a. ten doel
stelt de herziening van de opvoeding en
het onderwas in volkschen geest, organi
seerde gisteravond een vergadering te Den
Haag, waar dr. W. F. de Groot, directeur
van de baiton-H-B.S. aldaar, een uiteenzet
ting gaf van de organisatie van het onder
wijs in den nieuwen Nederlandschen staat,
Spr. onderschrijft volkomen de woorden
die dr. Goedewaagen in z|jn boeltje over het
onderwijs gebruikte: nationalistisch© vor
ming is een der eerste eiachen,
Vooral aan de Nederlandsche taai zal
meer aandacht moeten worden besteed.
Heemkunde, kennis van streek en bodem,
waaraan men zich gebonden moet weten,
is een px-achtig veld voor zelfwerkzaamheid.
Het ondexwijs daarin moet van den grond
af worden opgebouwd,
Radio en film kunnen meer dienstbaar
worden gemaakt aan het onderwijs. De uit
gaven voor de hiervoor noodlge toestellen
kunnen gemakkelijk, bijv, met twee cent per
week en per leerling door de gezamen
lijke leerlingen worden gedragen.
De lichamelijke vorming moet meer alge
meen worden, waaraan ook de leeraren in
de intellectueele vakken kunnen mede
werken.
Wat het middelbaar en voorbereidend
hooger onderwijs betreft hier is een schei
ding txisschen jongens- en meisjesscholen
gewenscht. Voor de jeugdbeweging dient
veel t|jd over te blijven, om te zorgen voor
een goede stijlvoxming in de gedragingen.
In het tweede gedeelte van z|jn voor
dracht gaf dr. De Groot een uiteenzetting
van het Dalton-onderwijs en van eenlgc
andere op zelfwerkzaamheid berustende me
thoden van onderricht.
POSTVERBINDING MET YOEGOSLAVIiS
EN GRIEKENLAND VERBROKEN.
In verband met den ingetreden oorlogs
toestand tusschen Duitschland en Yoegosla-
vië en Griekenland is de postverbinding met
deze laatste landen verbroken. Poststukken
voor deze landen worden niet meer aange
nomen, resp, wanneer z|j in de brieven
bussen worden aangetroffen, aan de afzen
ders terugbezorgd.
De buitenlandsche schepen in
Amerika.
Uit Washington meldt hot DNB-In
een boodschap aan het Congres heeft pre
sident Roosevelt gisteren om machtiging
verzocht-, „in buitenlandsch bezit jrtjndo
schepen welke in havens van de Ver. Sta
ten liggen, tegen passende vergoeding in
bezit te mogen nemen".
De Ver, Staten en Singapore.
Uit Washington meldt het D.N.B.De
democratische senator Juee, die reeds her
haaldelijk door de Amerikaansche regee
rtng gebruikt is als wegbereider voor ko
mende maatregelen, heeft gisteien voor
gesteld, dat de Amerikaansche vloot do
bescherming van Singapore op zich neemt
om den Engelsehen gelegenheid te geven
hun vloot op de strrjdtooneelen te verster
ken.
Graan voor onbezet Frankrijk.
Uit New-York meldt het D.N.B.De
Fransche ambassadeur in de Ver. Staten,
Henry Haye, heeft opnieuw een onderhoud
gehad met den Amerikaanschen vice-mi
nister van buitenlandsche zaken, Sumner
Welles, waarin hij weer de kwestie ter
sprake bracht van den aankoop van 490.000
teon graan voor het onbezette Franach
gebied. De ambassadeur verklaarde, dat
deze hoeveelheid noodig is om tot eind©
Augustus de bevolking van brood te voor
zien. Anders zou de bevolking van het on
bezette gebied twee maanden lang zonder
brood zitten.
De New-York Times meldt hierover uit
Washington, dat in de onderhandelingn
met de Engelsehen de kwestie van nieuwe
verschepingen naar Frankrijk niet ter
sprake wordt gebracht, zoolang niet is
vastgesteld, hoe de beide ladingexx meel,
welke thans nog door het Amexdkaangchy
Roode Kruis verscheept worden, verdeeld
en gebruikt zullen wox-den. Twee scheeps
ladingen zullen waarschijnlijk de volgende
week vertrekken, doch, naar de Fransche
ambassadeur mededeelde, zullen z|j slechts
voor dag voldoende zijn.
oogen fonkelden. „Wie zegt me, dat dit
ook geen valstrik is? Ik heb eens op een
Fabreanl vertrouwd en werd teleurgesteld.
Misschien ben je wel bl|j, wanneei* er
iemand bekend heeft. Waarom moet ik
het z|jn? Ik heb van je gehouden en doe
dat zelfs nog. Is dat nu je dank V'
Angelica stond op. Hier behoefde geen
woord meer gezegd te worden. „Heb je van
me gehouden, Ladislaus?" merkt© ze iro
nisch op. „Wat gelukkig, dat te juister
tijd weer over is gegaan. Stel je voor,
dat je van m|j hield en dat je m|jn verzoek
had ingewilligd. Je zou morgen in voor
loopig© hechtenis zitten en ik zou me dood
lachen over zooveel domheid van een man.
Wat goed. dat je verstandig was en de in
trige dadelijk dóór had Ik feliciteer je,
m stak haar hand uit, „Tot ziens, La
dislaus, beste jongen."
Haar oogen namen afscheid. Dit knappe
mannengezicht was nog steeds hetzelfde
Het stond beter als het lachte. Het was
over het algemeen niet geschapen vopr
ernstige dingen. Bij dezen man moest je
met zulke dingen niet aankomen. Je moest
met hem tennissen en een tango dansen
en een kus wisselen.
Ladislaus Marczali nam haar hand. H|j
drixkte er zelfs een kus op, precies als
vroeger.
Angelica dacht beschaamd: Ik heb hem
met m|jn verwijten onrefcht gedaan. Hij is
dezelfde gebleven. Ik zie hem nu alleen
anders, dat is het,
[(Wordt vervolgd).