Provinciale Zeeuwsche Courant
Middelburgsche, Vlissingsche,
Goesche en Breskensche Courant
Matzjek in het kabinet Simowitsj.
waarin opgenomen de
184ste JAARGANG NUMMER ,82
ZATERDAG 5 APRIL 1941
Uitgave der Firma's F. van de Velde Jr. en G. W den Boer
ABONNEMENTSPRIJS:
19 cent per week of f 2.42 per kwartaal
Franco per post t 2.63 per kwartaal.
Afzonderlijke nummers 5 cent.
ADVERTENTIEPRIJS:
Van 1-5 regels *1.65. iedere regel meer
33 cent Bij abonnement speciale prijs.
Kleine advertenties van 1—5 regels '0.55,
iedere regel meer 11 ct (max. 8 regels).
POSTREKENING 359300 (MIDDELBURG)
Dit nummer bestaat uit vier bladen
Duitsche legatie uit Belgrado vertrokken.
DuitschYoego-Slavlsche
spanning duurt voort.
De leider der Kroaten, dr. Matsjek is
gisteren te Belgrado aangekomen, waar
hy door verscheidene ministers werd
welkom geheeten. H\j heeft den eed
afgelegd, waarna een ministerraad
werd gehouden.
Naar Stefani uit de Yoegoslavische
hoofdstad meldt, verwacht men van
dezen ministerraad voor den vrede
gunstige resultaten.
In de situatie is naar te Berlijn werd
verklaard nog geen wyziging ingetre
den. Officieele kringen in Berlyn too-
nen zich zeer gereserveerd ten aan
zien van de gebeuifenissen.
Op desbetreffende vragen wees men
er van Duitsche zijde slechts op, dat
met uitzondering van het technisch
noodzakelijke personeel a!Ie leden van
de Duitsche legatie uit Belgrado zyn
vertrokken.
MOBILISATIE VOORTGEZET.
Stefani meldt uit Belgrado, dat Belgrado,
Zagreb en Ljoebljana tot open steden zijn
verklaard. De troepen en pantserwagens,
die in de straten in Belgrado gesta-
tionneerd waren hebben zich teruggetrok
ken op de omringende heuvels. Den gehee-
len nacht is de mobilisatie voortgezet. Het
spoorwegverkeer is ondei'broken. De Zuid-
slavische pers acht het een gunstig tee-
ken, dat de italiaansche dagbladen een
toespeling hebben gemaakt op de mogelijk
heden van ^overleg tusschen Italië en
Zuidslavië in den geest van het pact van
Belgrado.
BERLIJNSCHE OPVATTINGEN.
Te Berlijn Is, in antwoord op een des
betreffende vraag verzekerd, dat van een
termijn voor den terugkeer van den ge
zant Von Heeren naar Belgrado niets be
kend is.
Met vrij groote stelligheid kon men ook
zeggen, aldus werd hier van Duitsche zyde
aantoegevoegd, dat de Zuidslavische ge
zant, Andritsj. niet in contact is getreden
met den ryksminister van buitenlandsche
zaken, Von Ribbentrop. Ook het bericht
omtrent het toetreden van Matsjek tot de
regeering te Belgrado heeft geen wijzi
ging gebracht in de meening van de poli
tieke kringen der rijkshoofdstad. De ach
tergronden van het toetreden van Matsjek
tot de regeering, zoo verklaarde men hier
gisteren, zijn in Berlijn in bijzonderheden
niet bekend, evenmin als de voorwaarden
en de prijs voor zijn toetreding. In dit ver
band kan men van Duitsche zijde slechts
opnieuw uitdrukking geven aan de beken
de opvatting van Duitschland, dat de bin-
nenlandsche politieke problemen van den
Zuidslavischen staat voor Duitschland
geen voorwerp van aanmerkingen kun
nen vormen. Men kan in Berlijn slechts
opnieuw vaststellen, dat het Kroatische
volk nog steeds zijn sympathie voor de
spil niet verheelt. Aan de antipathie der
Kroaten tegen de excessen op de straat in
Belgrado en tegen de kuiperijen der kliek
in Belgrado schijnt niets veranderd te zijn.
AMERIKA EN YOEGO-SLAVIË.
Volgens de „New York Times" heeft de
minister van financiën, Morgenthau, in
zijn persconferentie verklaard, dat hij
hoopt spoedig ruim 50 millioen dollar van
bevroren Zuidslavische saldi te kunnen
vrijlaten. Het staatsdepartement moet
echter goedkeuring hechten aan het vrij
laten. De Zuidslavische regeering verzet
zich weliswaar tegen de spil, maar for
meel is de toetreding van Zuidslavië tot
de spil nog niet herroepen. De Zuidslavi
sche gezant, Fotitsj, verklaarde, dat hij
bij zijn onderhoud met Roosevelt den pre
sident dank heeft gezegd voor zijn per
soonlijke boodschap aan koning Peter.
HOE DE STAATSGREEP ZICH
x VOLTROK.
Omtrent de toedracht van den staats
greep te Belgrado deelt de correspondent
van „Das Reich" te Sofia het volgende
mede
De putsch werd hoofdzakelijk volbracht
door het te Belgrado gestationneerde 4de
vliegerbataljon, dat op 27 Maart om 2
uur in den morgen de openbare gebouwen
bezette, tanks de straten op commandeer
de en den leden van de regeering huis
arrest oplegde. Men moet aannemen, dat
de lijst van personen die deel uitmaken
van het nieuwe kabinet reeds geruimen
tijd was voorbereid. Om zich de deelne
ming van de Kroaten te verzekeren, werd
het hotel Bristol, dat buiten de omsingelde
zóne gelegen was door militairen inge
sloten van de daar wonende Kroatische
ministers werd de belofte afgedwongen,
ook aan de nieuwe regeering deel te ne
men. Op dit beslissende oogenblik bevond,
de plaatsvervangende minister-president
de Kroatische leider, Matsjek zich niet té
Belgrado maar te Zagreb. Na de actie mi
litair verzekerd te hebben begaf generaal
Simowitsj zich naar het koninkljjk paleis
en liet den troonopvolger wekken. Toen
hij hem met de woorden „Gy zijt koning
van Zuidslavië met alle rechten welke den
heerscher toekomen" begroette, had hij
reeds een oorkonde in zijn tasch, waarin
regentschapsraad zijn „vrijwillig aftre
den" bevestigde. Dat geschiedde tezelfder
tijd dat een kolonel der vliegers, minister
president Tswetkowitsj die 36 uren tevo
ren zijn handteekening onder het protocol
van Weenen gezet had, gevangen nam.
WAARSCHUWING VAN DE DIPLO.
In Yoegoslavië hebben zich sedert de
regeeringsverandering gebeurtenissen af
gespeeld, die nu niet juist .een beantwoor
ding van de vriendschappelijke gevoelens
kunnen worden genoemd, welke van Duit
sche zijde sinds jaren getoond is voor de
Yoegoslavische en niet in de laatste plaats
ook voor de Servische bevolking, zoo
schrijft de „Deutsche Diplomatisch Poli-
tische Korrespondenz". De Korrespondenz
verklaart, dat in de anti-Duitsche exces
sen in Belgrado en andere plaatsen een
gezindheid tot uitdrukking is gekomen,
die in Duitschland weliswaar de grootste
verontwaardiging heeft gewekt, maar die
toch met een opmerkelijke kalmte is ge-
registeerd. Deze souvereine wijze, waarop
door Duitschland deze ongehoorde gebeur
tenissen ter kennis van het publiek wer
den gebracht, zoo gaat de Diplo verder,
heeft er in Belgrado niet toe geleid ten
scherpste deze gebeurtenissen af te keu
ren en met alle middelen de daders op te
sporen en ze te bestraffen. Men vond het
klaarblijkelijk gemakkelijker de feiten, die
door talrijke getuigen gestaafd zyn, een
voudig te loochenen en bovendien nog de
dagbladen en agentschappen van Duitsch
land, zooals dit mefnairj.e geschiedde door
de Prawda op de meest onbehoorlijke wijze
te beschimpen. Jiten moest in Belgrado
liever een beetje voorzichtiger zyn, zoo
waarschuwt de Diplo, en er op vertrou
wen, dat de zaken, die thans met alle mid
delen worden verzwegen, eens toch aan
het daglicht komen. Niemand "zal van de
Servische agitatie geloovén, dat de laffe
slagen, toegebracht aan den voor een
Duitscher gehouden Zweedschen gezant
slechts een incident vormen en dat be
halve dit "aan 'ieder bekende incident ver
der geen aanvallen op Duitschers zijn
voorgevallen. Slechts een deel van wat er
gebeurd is, is tot.dusverre doorgedrongen
tot het publiek, voor zoover getuigen de
mogelijkheid hadden zich in veiligheid te
brengen over de Hongaarsche en de Roe-
meensche grens. Op plaatsen, vanwaar
thans geen berichten naar buiten kunnen
doordringen, hebben zich heel wat meer
daden van terreur voorgedaan. Dit alles
ligt in de consequente lijn van de Servi
sche Tsjetniki-methoden, die ons bekend
zijn geworden in de lange lijst van over
vallen en aanslagen, waaraan alleen in den
loop van den tijd na den oorlog leden van
de Duitsche volksgroep en var. het Kro
atische volksdeel ten offer zyn gevallen.
De atmosfeer van Belgrado is er noch be
roemd voor een gunstige voedingsbodem
te vormen voor teedere omgangsvormen,
noch voor een verscherping van den blik
voor realiteiten, zoo 'merkt de Diplo ten
slotte op. Men moet derhalve zich geens
zins verbeelden, ook de overige wereld
het perspectief voor oogen te kunnen too-
veren, dat de Servische propaganda thans
in haar eigen schuld te danken situatie
gewenscht acht.
Luchtaanvallen op Britsche
schepen in de Middellandsche
Zee.
DE HAVEN VAN KORFOE
GEBOMBARDEERD.
Een speciale verslaggever van Stefani
seint, dat gistermorgen verkenningsvlieg
tuigen in de haven van Korfoe twee sche
pen van groote tonnage, die daar voor
anker lagen, hebben verrast Onmiddeliyk
startten escadrilles duikbommenwerpers
en deden een aanval op deze doelen. Het
luchtafweergeschut trad onmiddeliyk in
werking, maar de snelle vastberadenheid
van den aanval lieten geen manoeuvres
toe. Een schip kreeg een voltreffer en
zonk. De haven liep ontzaglijke schade op.
De vliegtuigen keerden allen onverlet op
hun bases terug. De schade, die de vijan
delijke basis opgeloopen heeft, moet bij
zonder ernstig geacht worden.
Aanval op een convooi bjj Kreta.
Uit Berlijn meldt het D.N.B. Het En
gelsche convooi, dat in het Oosten der
Middellandsche Zee door Duitsche bom
menwerpers is aangevallen, was zeer
krachtig beschermdhet werd begeleid
door verscheidene torpebootjagers en een
luchtafweerkruiser. In weerwil van het
hevige versperringsvuur slaagden de Duit
sche toestellen er in, met succes bommen
te werpen op een passagiersschip van
12.000 ton, naar alle waarschijnlijkheid
een troepentransportschip. Onmiddellijk
nadat het vaartuig midscheeps door twee
bommen was getroffen, sloegen vlammen
naar buiten. Kort daarop hoorde men ver
scheidene zeer hevige ontploffingen, ter
wijl het schip in vlammen was gehuld. Cp
60 kilometer afstand was het vuur nog
te zien. Het schip is waarschijnlijk geheel
verloren. Een ander schip van middelbare
grootte werd door bominslag in de nabij
heid, onder de waterlijn beschadigd en
kreeg slagzij.
ENGELSCHE BOMAANVALLEN.
Engelsche vliegers hebben in den nacht
van Donderdag op Vrijdag hier te lande
weder eenige bommen uitgeworpen. Met
uitzondering van één geval, waarin een
brandbom lichte brandschade veroorzaak
te, hebben deze bommen alleen schade
aan glasruiten van woonhuizen toege
bracht. Personen werden niet getroffen.
MAXIMUMPRIJZEN VOOR
GARNALEN EN MOSSELEN.
De secretaris-generaal van het departe
ment van landbouw en visschery deelt
mede
Met ingang van Maandag 7 April 1941
zijn maximumprijzen vastgesteld voor gar
nalen, mosselen en mosselzaad, waardoor
zoowel producenten, pellerijen, groot- als
kleinhandelaren aan bepaalde pryshoogten
zijn gebonden.
Wat garnalen betreft, mag den
consument voor gepelde garnalen
ten hoogste 0.26 en voor onge
pelde garnalen niet meer dan 0.08
per ons in rekening worden ge
bracht.
De prijzen van mosselen mogen
voor den consument niet hooger
zyn dan 0.10 per kg voor onge
knipte en 0.15 per kg. voor ge
knipte mosselen.
Voor de overige prijzen wordt verwezen
naar de in de dagbladen opgenomen afzon
derlijke publicatie.
Aangezien het van groot belang is, dat
de consument te allen tijde bekend is met
de hoogte van de prijzen, zijn de handela
ren, die direct aan het publiek verkoopen
en afleveren, verplicht op voor de koopers
duidelijk zichtbare plaatsen prijslijsten te
bevestigen.
Deze prijslijsten zullen van flinke afme
tingen moeten zijn en bij winkeliers zijn
aangebracht in den winkel en de etalages.
By de venters, die bij het verhandelen van
voertuigen gebruik maken, zullen de prijs
lijsten op in het oog vallende wijze daarop
moeten worden bevestigd.
OMZETBELASTING VAN VEE.
Van bevoegde zijde wordt het volgende
medegedeeld
In verband met de omstandigheid, dat
de heffing van omzetbelasting van vee
geheel overeenkomstig de bepalingen van
het besluit op de omzetbelasting 1940 tot
vele moeilijkheden aanleiding zou geven
en mede in verband met het feit, dat al
het voor de slacht bestemde vee moet
worden afgeleverd door tusschenkomst van
de Nederlandsche Veehouderijcentrale, is
ten aanzien van de heffing van omzetbe
lasting van vee tot nader order de na
volgende regeling getroffen.
De levering door veehouders van
runderen, varkens, paarden, scha
pen en geiten hierna kortheids
halve aangeduid als vee is on
derworpen aan een heffing naar
het tarief van twee en een half
percent.
Het vorenstaande lijdt slechts uitzonde
ring in gevallen, waarin de veehouder kan
aantoonen. dat hij als veehandelaar is
opgetreden. Een veehouder is aan te mer
ken als veehandelaar ten aanzien van
ingekocht vee, dat hij binnen zeer korten
tijd doorlevert.
Terzake van den eigenlijken
handel in vee wordt omzetbelasting
slechts geheven bij levering door
de Nederlandsche Veehouderijcen
trale en wel naar het tarief van
een half percent. De levering van
vee door veehandelaren behalve
de Nederlandsche Veehouderijcen
trale is mitsdien niet aan om
zetbelasting onderworpen.
Hieruit volgt tevens, dat een veehouder,-
die vee levert, ten aanzien waarvan hij
volgens het vorenstaande als veehandelaar
kan worden aangemerkt, voor deze leve
ring omzetbelasting niet is verschuldigd.
Ter zake van het door veehouders voor
rigen gebruik beschikken over vee vindt
belastingheffing niet plaats.
In verband met de omstandigheid, dat
de Nederlandsche Veehouderijcentrale over
het grootste gedeelte van het eerste kwar
taal heeft gerekend met betaling door
haar aan het rijk van omzetbelasting naar
het tarief van twee en een half percent,
is, om redenen van practischen aard,
goedgekeurd, dat de belastingheffing by
veehouders terzake van de levering van
vee een aanvang neemt met ingang van
1 April j.l.
Tuinzaden.
Nu het tuinzaadbesluit 1941 tot stand
is gekomen, heeft de secretaris-generaal
van het departement van landbouw en
visscherij voor de ingestelde groepen
(tuinzaadtelers, -handelaren en -expor
teurs) vereischten vastgesteld, waaraan
moet worden voldaan om aanspraak te
kunnen maken op toelating tot de onder
scheidene groepen.
Duitsche troepen passeeren den Brenner op weg naar Italië. Steeds weer nieuwe
transporten komen op het station aan, om na korten tijd hun weg naar het Zuiden
te vervolgen. (Foto Weltbild)
DE ONTRUIMING VAN BENGHAZI.
Een overhaaste terugtocht van de Britsche troepen.
Uit Berlyn meldt het D.N.B. In Noord-
Af rika hebben de Duitsche en Italiaansche
troepen, welke Agedabia hadden ingeno
men, Chémines in Zuidelijk Benghazi be
reikt.
Naar men weet is gisteren van Britsche
zyde medegedeeld, dat ook Benghazi reeds
door de Engelschen is ontruimd.
In een communiqué van Reuter over de
ontruiming van Benghazi wordt medege
deeld, dat voor den aanvang van den
terugtocht al wat aan levensmiddelen in
de stad voorradig was, vernietigd werd.
De te Benghazi achtergebleven burgerbe
volking is derhalve aan den honger over
geleverd. Of de zorg voor haar voorziening
wordt aan den vijand overgelaten.
Van Duitsche zijde wordt hierover op
gemerkt juist zoo zijn de Engelschen in
Nederland. België en Noord-Frankrijk op
getreden. Later heeft de Engelsche pro
paganda weliswaar weer geloochend, dat
Engelsche troepen in strijd met de grond
beginselen van het volkenrecht de levens-
middelenvoorraden van de burgerbevol
king aangetast hadden.
Een overhaaste aftocht.
Er kan geen sprake van zyn, dat de
Engelsche leiding by den overhaasten af
tocht via Benghazi de vrijheid van besluit
bezeten heeft zich „haar eigen slagveld
te kiezen", betoogt men met nadruk in
Berlynsche militaire kringen. In tegen
stelling tot de bewering van het Engel
sche opperbevel, dat de beteekenis van de
Britsche nederlaag wil verzwakken, werd
het slagveld door de DuitschItaliaanschte
leiding bepaald. Zy heeft den vijand den
strijd daar opgedrongen, waar zij hem wil
de uitvechten. De wet van handelen werd,
zoo wordt nadrukkelijk vastgesteld, door
de leiding der verbonden mogendheden
aan de Engelschen voorgeschreven.
Het D.N.B. verneemt over de oorlogs
handelingen in Cyrenaica nog de volgen
de bijzonderheden de aftocht der Engel
schen via Agedabia voorbij Benghazi ge
schiedde zoo snel, dat de vijand geen tyd
vond, zich te weer te stellen. In tegen
stelling tot het byzonder geringe aantal
slachtoffers onder de bondgenooten, waren
de Engelsche verliezen aan gesneuvelden,
gewonden, gevangenen en materiaal bij de
felle achtervolging aanzienlijk. De mede-
deeling van het opperbevel van het Brit
sche Nyl-leger, dat de Engelsche troepen
by hun aftocht den troepen van de asmo-
gendheden groote verliezen aan man
schappen en strijdwagens hebben toege
bracht, is pure fantasie.
ANSALDO OVER DE STRATEGISCHE
FOUT VAN GENERAAL WAVELL.
Den stilstand in het Engelsche offen
sief na de verovering van Cyrenaica noemt
Ansaldo in het blad „Telegrafo" een ern
stige strategische fout van den opperbe
velhebber der Britsche strijdkrachten in
Noord-Afrika, gen. Wavell. Alleen door 'n
snellen opmarsch tot Tripolis, aldus Ansal
do, had 't den Engelschen kunnen gelukken
de asmogendlieden van het Afrikaansche
continent te verdrijven. Den stilstand in
het Britsche offensief bij El Agheila ver
klaart Ansaldo ten eerste door een zekere
uitputting van het leger van generaal Wa
vell, niet in de laatste plaats door het
heldhaftige verzet van de Italianen en ten
tweede door de versnippering der krach
ten van het Empire op andere fronten van
het Italiaansche rijk en Griekenland, na
d!e besprekingen van minister Eden.
Groot? verbittering In Londen.
„United Press" meldt uit Londen over
den terugtocht van de Britsche troepen
in Lybië nog het volgende
De ontruiming van Benghazi heeft in
Londen groote verbittering en mismoedi-
ging gewekt. Hier was men n.l. van mee
ning, dat de operaties der laatste dagen
by El Agheila en Agedabia van geringen
omvang waren en men herinnert zich nog,
hoe de Engelsche autoriteiten in den laat-
sten tyd van Duitsche troepenversterkin
gen naar Tripolis spraken. Ook de Londen-
sche correspondent van het Stockholmscho
blad „Aftonbladet" bevestigt, dat de ont
ruiming van Benghazi voor het publiek in
Engeland een yskoude douche is geweest,
want het Engelsche volk heeft generaal
Wavell, den opperbevelhebber van de
Britsche strijdkrachten in Afrika, als een
afgod vereert.
Duitsche persstemmen.
De Berlynsche avondbladen houden zich
in hun hoofdartikelen bezig met de ont
ruiming van Benghazi, de voornaamste
haven van Oost-Lybië door de Britsche
troepen. Dé beteekenis van Benghazi als
vooruitgeschoven steunpunt voor den Mid
dellandsche Zee-oorlog ter zee en in de
lucht, zoo schrijft de „Deutsche AJlge-
meine Zeitung", konden de Engelschen
enkele weken geleden niet duidelijk ge
noeg verkondigen. Thans verklaren zij, dat
zy Benghazi als haven in het geheel niet
gebruikt hebben. Het blad is verder van
meening, dat het Duitsche vliegercorps
tot dit vrijwillig afzien der Britten om
Benghazi als haven te gebruiken, iets by-
gedragen heeft en herinnert in dit ver
band aan bet feit, dat niet lang geleden
de Londensche regeering nog getracht
heeft onder het parool „boter of Beng
hazi" de Britsche bevolking over de toe
nemende moeilijkheden in de vetvoorzie-
ning te troosten. Het blad besluit met dc
woorden „Het einde is, boter noch Beng
hazi".
Het nationaal-socialistisehe Duitschland
maakt van de ontruiming van Benghazi
geen ophef zoo schryft de „Nachtaus-
gabe". Het constateert nuchter, dat de
Engelschen enkele weken geleden nog do
inneming van deze Lybische havenstad
„een schitterend hoofdstuk in de Britsche
historie" hebben genoemd, terwyl zy thans
van de ontruiming van Benghazi opnieuw
een van hun bekende „zegevierende terug
tochten" probeeren te maken.
WAVELL WAS WOENSDAG
TE BENGHAZI.
Uit Cairo meldt S.P.T. Omtrent de ont
ruiming van Benghazi door de Engelschen
wordt nader vernomen, dat generaal Wa
vell Woensdag per vliegtuig aldaar was
aangekomen en onmiddeliyk de vernieti
ging heeft gelast van het buitgemaakte
Italiaansche oorlogsmaterieel.
Daarna hebben de Engelsche troepen de
stad verlaten.