Organisatiebesluit voedselvoorziening. De verhooging van prijzen in verband met de omzetbelasting. Het geheim van het doodelijke 9if De Rotterdamsche schaderegeling. Regelen omtrent den opbouw et In het verordeningenblad is verschenen ♦en besluit van den secretaris-generaal van het departement van landbouw en vissche- rö betreffende den opbouw van een organi satie voor de voedselvoorziening. Hierin wordt bepaald, dat genoemde secretaris-generaal regelen stelt om trent den opbouw van zoodanige orga nisatie, zoomede omtrent de aan deze toe te kennen bevoegdheden. Tot de voedselvoorziening worden geacht te behooren de voortbrenging van den han del in en de be- en verwerking van alle producten van de voedselvoorziening met inbegrip van genotmiddelen zoo mede van die producten van den Nederland- schen landbouw, welke niet voor de voedsel voorziening zgn bestemd. Hierbij wordt onder landbouw verstaan: a. Akkerbouw, tuinbouw of eenige andere tak van bodemcultuur, met uitzondering van boschbouw. b. Veehouderij en pluimveehouderij. Tot de voedselvoorziening wordt voorts geacht te behooren de handel in die artike len, welke als grondstoffen en hulpmidde len voor den landbouw en de visscherij van bijzondere beteekenis zyn. Ten behoeve van de organisatie voor de voedselvoorziening worden lichamen in den zin van artikel 152 van de grondwet ingesteld. Deze lichamen (organisaties) kunnen zfln bedrijfsorganisaties, andere bedgfsor- ganisaties, vakorganisaties, vakgroepen en ondervakgroepen. De bedrijfsorganisaties en onderbedrüfsorga- nle&tles omvatten a. Producenten in den landbouw en in de vis scherij b. Vakorganisaties of vakgroepen en zoo noo dig ondervakgroepen van handelaren, bewerkers en verwerkers op het gebied van de voedsel voorziening. De bedrijfsorganisaties en onderbedrUfsorgani- aaties op het gebied van de grondstoffen en hulp middelen omvatten producenten in den landbouw en in de visscherij en vakorganisaties of vak groepen en ondervakgroepen van handelaren. De organisaties kunnen plaatselijke en provin ciale afdeelingen instellen Als vakgroepen en ondervakgroepen van han delaren, bewerkers en verwerkers op het gebied van de voedselvoorziening worden gebezigd or ganisaties, ingesteld of erkend op grond van bet besluit no. 206/1940 betreffende den opbouw van een zelfstandige organisatie ter ontwikkeling van het bedrijfsleven. Deze vakgroepen en ondervakgroepen kunnen tot vakorganisaties worden samengevoegd. Behoudens ten aanzien van de zoo juist ge noemde vakgroepen en on d er vakgroep* n ge schiedt. de instelling van een organisatie door den secretaris-generaal, waarhij tegelijk wordt vastgesteld een reglement, regelende haar sa menstelling, Inrichting en bevoegdheid. De taak der organisaties. De taak van de organisaties Is advisee- rend, uitvoerend en besturend. Een organisatie omvat alle deelnemers ongeacht den rechtsvorm, waarin het bedrijf wordt uitgeoefend die werkzaam zijn op het gebied der voedselvoorziening, waarvoor de organisatie is ingesteld. Aan de organisaties kan verordenende bevoegdheid, als bedoeld in artikel 153 der grondwet, worden verleend. Indien aan een organisatie verordenende bevoegdheid is verleend, maakt zij de ver ordeningen, welke z\j voor het belang van het gebied der voedselvoorziening, waar voor zij is ingesteld, noodig oordeelt. Deze verordeningen kunnen onder meer de volgende onderwerpen betreffen a. Regeling van de voortbrenging, den invoer, den afzet waaronder mede begrepen de uit voer de verdeeüng en aanwending waaron der mede begrepen de opBlag en de be- eu ver werking - van producten van de voedselvoor ziening. b. Regeling van de vestiging. uitbreiding, be perking, reorganisatie, tijdelijke of blijvende stillegging, fusie, vervreemding of het verpach ten van bedrijven op het gebied der voedsel voorziening, waarvoor de organisatie is ingesteld. c. Het verleenen van vergoedingen aan hen, die door «enigen maatregel als bedoeld onder b, ernstig economisch nadeel ondervinden, zoomede het opleggen aan hen, die van een roodanigen maatregel economisch voordeel genieten, van de verplichting tot bet betalen van een geldsom. d. Vaststelling van prijzen en marges zoomede van betalings- en leveringsvoorwaarden met be trekking tot producten van de voedselvoorziening. e. Vaststelling van voorschriften voor de tot de organisatie behoorende ondernemers betref fende het voeren van hun boekhouding en admi nistratie, zoomede betreffende het verstrekken van mondelinge en schriftelijke gegevens aan de organisatie. de toe te kennen bevoegdheden. Wat de regelingen kunnen Inhouden. De regelingen als bedoeld onder a kun nen onder meer inhouden 1. Het opleggen van de verplichting tot het betalen van eeu geldsom ter zake van het ver richten van een handeling op het gebied van de voedselvoorziening. 2. Het opleggen van een verplichting tot inle vering van cenig product. 3. Het brengen van de aan de uitvoering der regeling en het daarop uit te oefenen toezicht verbonden kosten ten laste van alle personen, voor wie de regeling verbindend is. De organisaties kunnen bij dwangbevel, mede brengende het recht van p&rzate executie, invor deren al hetgeen haar ter zake van een krachtens bovengenoemde bepalingen opgelegde verplich ting verschuldigd is. Indien de organisaties bevoegd zijn tot het uitvaardigen van verordeningen betreffende de vaststelling van prijzen enz., vindt bet bepaalde in artikel 3 van het besluit in zake de benoeming van een gemachtigde voor de prijzen overeen komstige toepassing. Het algemeen toezicht op de organisaties, voor zoover betreft haai- werkzaamheden, geregeld in dit besluit, berust bij den secretaris-generaal of een of meer door hem daartoe gemachtigden. V(jf raden ingesteld. Voor de coördinatie van de werkzaam heden der organisaties worden vijf raden ingesteld, elk bestaande uit twee of meer leden en wel a. Een raad voor de organisatie, ingesteld voor het geoied van de producten van den ak kerbouw en daarmede gelijk te stellen producten. b. Een raad voor de organisaties, ingesteld voor het gebied van de producten van de vee houderij, zoomede van margarine, vetten en oliën. c. Een raad voor de organisaties, ingesteld voor het gebied van de producten van den tuin bouw. d- Een raad voor de organisaties, ingesteld voor het gebied van de visscherij. e. Een raad voor de organisaties, ingesteld voor het gebied van de grondstoffen en hulp middelen. De besluiten en verordeningen van de organi saties kunnen door den secretaris-generaal of door een door hem aan te wijzen instantie wor den geschorst of vernietigd, waarbij tevens de gevolgen worden geregeld. Verordeningen in zake prijzen, marges, betalings- en leveringsvoorwaarden z\jn steeds aan de goedkeuring van den secre taris-generaal onderworpen. In de bevoegd heden van den gemachtigde voor de prijzen wordt geen wijziging gebracht. Geschilion. Geschillen tusschen een organisatie en een of meer ondernemers worden bjj uit sluiting in eerste instantie beslist door een scheidsgerecht, ingesteld by den raad, waartoe de betrokken organisatie en de ondernemer behooren. Van de uitspraak van een scheidsgerecht staat binnen 20 da gen beroep open bg den secretaris-generaal. Deze beslist niet dan nadat een commissie van advies is gehoord. Het scheidsgerecht beraadslaagt en beslist met drie leden, waaronder een rechtsgeleerd lid moet zijn. Geschillen tusschen organisaties onderling worden bij uitsluiting beslist door den sëcreta- ris-generaai, gehoord den betrokken raad of de betrokken raden. Aan bedrijfsorganisaties of onder bedrijfsorga nisaties kunnen aparte lichamen worden verbon den, welke bevoegd zijn tot het aan- en verkno pen en opslaan van producten van de voedsel voorziening, zoomede tot het doen van andere daarmede verband houdende handelingen Deze lichamen zijn rechtspersonen, Hun instelling ge schiedt door den secretaris-generaal. Zij worden in en buiten rechte door een of meer directeuren vertegenwoordigd. Raad voor de voedselvoorziening. De secretaris-generaal stelt voorts een raad voor de voedselvoorziening in, welke hem van advies dient en welke in de plaats treedt van het college voor de voedselvoor ziening. De directeur-generaal van de voedselvoorziening ls voorzitter van den raad. Hy die in strjjd handelt met een bij of krachtens dit besluit of in een op grond van dit besluit uitgevaardigde verordening gesteld verbod of vastgesteld voorschrift, of aan een opgeiegde verplichting niet of niet behoorlijk voldoet, wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste een jaar of geld boete van ten hoogste 25.000 gulden. Hg die opzettelijk handelt in strijd met zoodanig verbod of voorschrift of opzette lijk niet of niet behoorlijk voldoet aan een opgelegde verplichting, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste acht jaren of geldboete van ten hoogste 50.000 gulden. Kruideniers mogen sommige prijzen naar boven afronden. DOOR FRANK F. BRA UN, 20) Maar daarin vergiste ze zich. Haar chef had alleen een bijzondere manier om ern stige dingen te bespreken. Otto Horn, dien h(j graag mocht, beviel hem niet meer. Een of andere zorg drukte den jongen man. Hij was menschenkenner. Hij had in dertijd den beroemden Messenjanus ver dedigd, die tot op het laatst ontkend had, den moord gepleegd te hebben, en pas op het allerlaatste oogenblik door de mand was gevallen. Hij had verstand van die menschen, die een schuld hebben te dragen. Maar hij hoedde zich ervoor, iets uit te spreken, wat hij niet kon bewijzen. Hij dacht alleen, en wel zonder zelfverheffing als ik de rechter van instructie was, dan zou ik Otto Horn zijn bekentenis wel we ten te ontfutselen. Otto Horn trok zijn donkerblauwe cos- tuum aan. Hij koos een overhemd met roode 'strepen en een das, waarin rood en blauw waren dooreengemengd. Hij waa ijdel, in het bijzonder wanneer hij naar dames toeging. Om in ieder geval met schoone schoenen aan te komen, nam hij een taxi. Onderweg liet hij voor een bloe menwinkel even stoppen en kocht een bouquet. Dora opende hem de deur. „Hebben de dame3 al gegeten?" informeerde hij, ter wijl hij de speld uit het vloeipapier nam, waarin de bloemen gepakt \yareru „Ben ik te vroeg?" „Welnee", zei Dora en ze vergat voor een oogenblik haar goede opvoeding als dienstmeisje. „In de blauwe salon. Die is nu werkelijk blauw, mijnheer Braubach rookt maar steeds door". Ze was er boos over. Tevoren had hier in dit huis alleen maar Angelica gerookt en dan nog met mate. Nu lagen in alle aschbakjes siga rettenpeukjes en overal, op den vloer, op vloerkleeden en meubels, vond ze asch- restjes. „Wie?" vroeg Otto verwonderd, maar verbeterde zichzelf dadelijk, want hij had het heel goed verstaan en zei „Is mijn heer Braubach vandaag ook hier?" „Mijnheer Braubach is hier altijd. Hij woont hier", zei Dora. Daarna opende ze hem echter de deur naar de gang. „Alstublieft, mijnheer Horn". Mevrouw Fabreani begroette hem reeds buiten de kamer. „Ah i" zei ze. „Mijnheer Horn, dat is aardig van u". De rest van den zin slikte ze in, zooals dat gewoonte was by haar. HIJ had gelegenheid, z\jn bloemen te overhandigen. „Wat heerlijk, Marécha! Nielwist u dat ik zooveel van theerozen hield?" Hij maakte een beleefd gebaar, dat noch ja noch neen beteekende. Ze traden den salon binnen. „Ach, wat aardig, dat je gekomen bent", zei Angelica- Ze stond by de deur en hield haar handen tegen de tralies vanhet kastje om de centrale verwarming, of schoon de buizen daarachter koud waren. Hij kuste haar hand. Ze zag er betoo- verend uit in haar donkerblauwe japon van velours-chiffon, die haar figuur op zyn voordeeligst deed uitkomen. Zijn blik zei het haar, zij glimlachte tegen hem blijkbaar begreep ze. Op den divan zat Peter Braubach te rooken. Zijn gezicht lag in da schaduw van de lampekap. Hü zag eruit, alsof hij in diep nadenken was verzonken. Hy stond op en de beide jongelui gaven elkaar de hand. „Aardig, dat je gekomen bent". „Ja, ili breng jou nu ook een bezoek. Ik wiet heelemaal niets van je verhuizing". Wenschen van de Kamer van Koophandel. In de gisteren gehouden vergadering van de Kamer van Koophandel en Fabrie ken voor Rotterdam heeft de voorzitter, mr. K. P. van der Mandele medegedeeld dat de stichting Rotterdam 1940 ook in de afgeloopen maand haar credietverleening heeft voortgezet en zelfs uitgebreid tot enkele nieuwe terreinen. Het totaal van de verleende credieteu is thans gestegen tot 23.331.022, verdeeld over 50.074 ge vallen. Ook de centrale commissie voorziening Rotterdam heeft zich in den loop van Maart verder ontplooid. Van groot belang is de regeling welke is getroffen, teneinde het den gedupeerden reeds thans mogelijk te maken ln verrekening met de hun in verloop van tijd uit te betalen bijdrage voor huisraadschade, nieuwe meubelen aan te koopen by de winkeliers, die aangeslo ten zijn by de commissie de meubelbranche van de centrale commissie. Dit is een zeer gelukkig resultaat van langdurige en diep gaande besprekingen met de betrokken autoriteiten, die door hun toestemming een bewijs van vertrouwen hebben gegeven in den Rotterdamschen winkelstand. De Kamer heeft, naar.de voorzitter mededeelde, eenigen tgd met het de partement van financiën van gedach ten gewisseld over de overgangsbepa lingen voor de winstbelasting. In dit kader is de aandacht getrokken door het verband tusschen deze heffing en den wederopbouw van Rotterdam. Met voldoening heeft de Kamer ver nomen, dat stille reserves, welke aan het licht komen by de vaststelling van bedrijfswinst over het boekjaar, waarin oorlogsschade is geleden, door dat dientengevolge aanspraak is ont staan op een rijksbijdrage, welke de (fiscale) boekwaarde van het te loor gegane bedrijfsmiddel overtreft, in verband met de aan de toekenning daaraan verbonden verplichting tot herbouw of vervanging buiten aan merking zullen worden gelaten voor de heffing van winstbelasting zoowel als van inkomstenbelasting. Het bureau der Kamer stelt nu voor aan het departement te verzoeken deze lijn consequent door te trekken door het beginsel ook van toepassing te verklaren op de uitkeering bedoeld bij het tweede lid van artikel 1 van het besluit herstel Rijn en Binnenvaartvloot 1, alsmede op uit keering van raoleatverzekeraars, voor zoo ver de belastingschuldigen santoonen, dat d« daarvoor te hunner beschikking ko mende stille reserves zyn of worden aan gewend voor den wederopbouw. De Kamer heeft daaraan haar goedkeu ring gehecht. DUITSCHERS MOGEN GEEN BUITENLANDSCHE EFFECTEN AANSCHAFFEN. Naar gistermorgen op de persconferen tie werd medegedeeld is de aankoop van buitenlandsche effecten door Ryksduit- schers niet geoorloofd. Hiervoor behoeft men de toestemming van het deviezen- instituut, dat deze volgens de thans gel dende bepalingen geeft. Ter zake van niet-nakoming van door de orga nisatie uitgevaardigde regelen kan door of na- meus de organisatie tuchtrecht worejen uitge oefend, waarvan de regeling door de organisa ties de goedkeuring van den secretaris-generaal behoeft. Hangende de totstandkoming van vakgroepen en ondervakgroepen worden in de bedrijfsorga nisaties en onderbedrijfBorganisaties de hande laren en he- en verwerkers op het gebied der voedselvoorziening vertegenwoordigd door per sonen, die hen in de rechtspersoonlijkheid be zittende lichamen, als bedoeld in artikel 13 van de Landbouworisiswet. vertegenwoordigen. De handel in grondstoffen en hulpmiddelen wordt daarin vertegenwoordigd door daartoe door den secretaris-generaal in overleg met zijn ambtge noot van handel, nijverheid en scheepvaart aan te. wijzen personen. De producenten worden in de bedrijfsorganisaties eu onderbedrüfsorganl- saties tot nsdere voorziening eveneens vertegen woordigd door hun huidige vertegenwoordigers in de reehtperaoonlljkheid bezittende lichamen, als bedoeld in artikel 13 van do Landbouw- crisiswet. Dit besluit treedt heden in werking. „Het is ook zeer verrassend gegaan ook voor my. My'n tante stond erop en wat bleef my anders over, dan ja te zeggen". „Natuurlijk, ik moet hem toch eerst eens verplegen,totdat hg heelemaal weer beter is", zei mevrouw Fabreani. Dora klopte aan de deur en kwajn bin nen. „Mevrouw, er is telefoon voor u". „Is het voor mö?" informeerde de ge ne raalswedu we. Dora knikte stom. Maar mevrouw Fabreani wilde blijkbaar niet gaan. „Wie is het dan?" „De politie", fluisterde Dora, maar ze hoorden het toch allen. Angelica ging mee de kamer uit. Binnen was de stem van mevrouw Febreani aan het toestel in de gang te hooren. „Peter Braubach" zei ze. „Zeker, waarom vraagt u dat" Peter Braubach stond op. „Neem me niet kwalijk", verzocht hy, „het schynt voor mij te zyn". Otto Horn knikte. Hy stond by de schrijftafel toen Peter de kamer uitging. Ei verliep een lange tijd en toen kwa men ze alle drie weer bLrrnen. „Een voiko men onschuldige informatie", zei Angelica tevreden. „De politie had in het ziekenhuis naar Peter gevraagd ze hadden hem daar als genezen ontslagen en door een vergis sing is ztjn tegenwoordig adres by ons daar niet genoteerd. De politie wilde we ten, waar hy gebleven was". Peter Braubach kwam als laatste weer binnen. Zijn gezicht stond strak, maar hy zei niets. Otto Horn stond nog steeds by de schrijftafel. Het was het kleine dames bureautje van mevrouw Fabreanihet paste uitstekend in deze salon. Bovenop stond een foto in een lijst. De generaais- weduwe liep erheen. „Dat is Joachim, niet waar?" zei Otto Horn. „Het moet al van een tydje geleden zyn, maar ik herinner het me nog best, dat pak met die streepjes heeft hy een tydlang erg graag gedragen". Op grond van het „besluit op de omzet belasting 1940" mag de omzetbelasting niet meer afzonderiyic aan de afnemers in rekening worden gebracht Dit houdt in, dat de leverancier den prifs inclusief om- zettelasilng moet vaststellen. Een der voorschriften luidt dat indien by de door berekening afronding der prijzen noodza kelijk is, deze afronding naar beneden moet geschieden. In afwijking van dit voorschrift mogen de kruideniers met ingang van heden de noodzakeiyke afronding naar boven uit voeren voor zoover betreft artikelen met een verkoopprijs van 10 cent of meer, doch minder dan 20 cent By de beoordeeling of een artikel be hoort tot de prijsklasse „10 cent of meer. doch minder dan 20 cent' moet eerst de nieuwe prijs inclusief omzetbelasting en zonder hfronding worden berekend. De al dus berekende prijs is beslissend voor de indeeling van het artikel in de genoemde prijsklasse. Een artikel, waarvan de nieuw bere kende pry's vóór afronding uitkomt op 9.99 cent of lager, valt er derhalve buiten en de afronding biyft voor dit artikel naar beneden geschieden. In het Verordeningenblad is opgenomen een verordening van den rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied be treffende de organisatie van het staats bedrijf der posteryen, telegrafie en tele fonie. Hierin is met ingang van Dinsdag 1 April het volgende bepaald: Alle goederen, rechten en ver plichtingen van het rijk der Ne derlanden, het staatsbedrijf der posterijen, telegrafie en telefonie betreffende, gaan met de goede ren, rechten en verplichtingen van den postchèque- en girodienst krachtens deze verordening over op een rechtspersoon, welke op treedt onder den naam „Staats bedrijf der posteryen, telegrafie en telefonie" en welke te 's-Graven- bage is gevestigd. Dit staatsbedrijf als rechtspersoon treedt in de plaats van hetbedrijf in den zin van de bedryvenwet 1928 en van het or ganiek besluit P.T.T. 1928. De directeur-generaal is belast met het dagelijksch bestuur over het Staatsbedrijf. Hg ressorteert onder den secretaris-gene raal van het departement van binnenland- sche zaken en is dezen ter zake van de regelmatige leiding van het bestuur ver antwoording verschuldigd. De directeur-generaal wordt door den secretaris-generaal van het departement van binnenlandsche zaken benoemd en ontslagen. De bepalingen betreffende de voorwaar den en de kosten voor het gebruik van de instellingen van het staatsbedrgf der P. T.T. worden door den secretaris-generaal vastgesteld. Hg kan deze bevoegdheid op den directeur-generaal overdragen. De ambtenaren van het staatsbedrijf, met inbegrip van den directeur-generaal, worden beschouwd als rgksambtenaren. Ter verzekering van een gelgkmatig be heer van bet staatsbedryf dient een re serve te worden aangelegd, welke wordt beheerd door den directeur-generaaL Na afloop van ieder begrootlngsjaar dient het staatsbedrijf het rijk een uit keering te doen. De secretaris-generaal van het depar tement van financiën en de secretaris generaal van het departement van binnen landsche zaken stellen gezameniyk de richtlgnen voor het geldelijk beheer van het staatsbedrgf en voor het toezicht op dit beheer vast. Mevrouw Fabreani knikte. Ze boog wat voorover en schakelde de bureaulamp in. Ze wilde het doen en raakte het knopje aan. Er klonk een knappend geluid. De oude dame viel met een steunenden zucht op den grond. Op hetzelfde moment gingen alle lichten uit. De gordynen voor het venster aan de straatzgde waren niet dicht. Een mat, geelachtig licht van een straatlantaarn viel in de kamer. Men kon er niet veel bg zien slechts Juist de omtrekken van de meubels en de donkere gestalten van de menschen. Mevrouw Fabreani lag op den grond. Ze was zacht terecht gekomen op het dikke Chlneesche vloerkleed, zonder veel lawaai te veroorzaken. De beide mannen sprongen naderby. Angelica zat al by haar geknield. Het slachtoffer bewoog zich niet. Haar gezicht was getrokken. Ze ademde niet meer. Dora stak haar hoofd om de deur. „O, is het licht hier ook uitgegaan" Ze hield plotseling op en bleef sprakeloos staren naar het tooneel, dat ze voor zich zag. „Help eens een handje, Braubach". .zei Otto resoluut; „we zullen mevrouw Fabreani naar haar kamer dragen". Angelica Uep vooruit Ze opende de deuren. Mevrouw Fabreani werd op het groote bed gelegd. Angelica en Dora be gonnen haar uit te kleeden. De heeren gingen de kamer uit „Een dokterriep Angelica hen na. „Peter, jy kent onzen hulsdokter". Peter Braubach knikte. Hy liep naar de telefoon, bladerde ln het boek, bladerde en kon het juiste nummer niet vinden. „Hoe heet de dokter?" vroeg Otto Horn ongeduldig. „Zal ik het even overnemen?" „Dokter Holterman", zei Braubach, Hy bracht de woorden er met moeite uit. Otto nam het telefoonboek, hy vond den naam en draaide het nummer. Do dokter was thuis. Hy beloofde, dadelijk te komen. By de berekening der nieuwe prijzen moet de kruidenier het volgende in acht nemen 1. In de berekening mag als bruto- win"t geen hooger geldbedrag worden op genomen dan het bedrag, dat op 9 Mei hiervoor werd gecalculeerd. 2. Zoowel de afronding naar boven als die naar beneden moet tot op een halve cent geschieden 3. Het doorberekenen der omzetbelas ting is niet geoorloofd a. Ten aanzien van die artikelen by wel ker verkoop de kruidenier gebonden is aan vaste of maximum-prijzen inclusief om zetbelasting, welke door of vanwege de overheid nè. 1 Januari zgn vastgesteld of goedgekeurd of alsnog worden vastgesteld of goedgekeurd. b. Ten aanzien van die artikelen by welker verkoop de kruidenier gebonden is aan vaste of maximum prijzen inclusief omzetbelasting, welke door of vanwege den fabrikant of leverancier van die goe deren nè. 1 Januari 1041 zgn vastgesteld of alsnog worden vastgesteld. Daarbij worden meer in het bijzonder vast gesteld a. Het bedrag der bovenbedoelde reserve, de tijdruimte, waarin deze dient te worden aan gelegd, alsmede welke bedragen bü deze re serve moeten worden gevoegd. b. Het bedrag der uitkeering aan het rijk. hetwelk op een onveranderlijk percentage der inkomsten van het bedrijf moet worden vast gesteld C. De'beginselen inzake het aangaan van lee ningen en het opnemen van kredieten, alsmede voor het beleggen van geiden. d. Het aanleggen van verdere reserves. Het rijk stelt het staatsbedrijf zoo noodig de vereisrhte kasmiddelen ter beschikking. Het rgfr waarborgt voorts de volledige nakoming door het staatsbedrijf van al zijn .erplichtingen. welke voortvloeien uit den postchèque- en girodienst Voor het geven van adviezen in aange legenheden, het staatsbedrijf betreffende, wordt in de plaats van den bg de post- raadwet ingestelden postraad een uit vier leden bestaande commissie van advies ge vormd, welke in principieele en buiten gewoon belangrgke aangelegenheden dient te worden gehoord. Voorzitter dezer commissie is de direc teur-generaal. De leden van de commissie worden op voorstel van den directeur- generaal van het departement van binnen landsche _zaken voor den duur van drie jaren benoemd. Zg genieten geen bezoldi ging. De commissie wordt, zooveel zulks noo dig is, by eengeroepen. Wettelgke bepalingen, met deze veror dening in stryd zgnde, treden in zooverre buiten werking. Vervoer werkverrulmlngs- arbeiders. Rectificatie. Het bericht in ons no. van gisteren be treffende de nieuwe regeling voor het ver voer van werkverruimingsarbeiders behoeft in zooverre verbetering, dat geen vergoe ding wordt gegeven wanneer de dagelijks af te leggen afstand minder bedraagt dan 2 X 10 K.M. en niet zooals wg meldden minder dan 2X5 K.M. OPHEFFING „ONDERSTEUNINGSMARKEN". Naa^ wg van bevoegde zgde vernemen, - allen, nu het geheele betalingsverkeer vrij is, de zg. „ondersteuning!, marken" komen te vervallen. „Kunnen wij intusschen nog iets doen?" „Neen, niet veel", antwoordde dokter Holterman. „Het hart afkoelen en kunst matige ademhaling toepassen". Hy hing de telefoon op. Het geval was dringend. Otto Hom draaide zich om. Peter Brau bach stond niet meer naast hem. Hg zat in den blauwen salon op den divan, waar hg tevoren ook gezeten had. Hg hield zgn hoofd in zgn handen en staarde naar de figuren van het vloerkleed. Op een klein rooktafeltje ontdekte Otto een roode kaars. Die stak hy aan met zgn sigarenaansteker. De kaars gaf niet veel licht, maar het was voldoende. „Weet je, waar de zekeringen zijn?" vroeg hy. Peter hief zijn hoofd op. „Nee", zei hg. „Ik hooi hier eigenlgk ook niet thuis. Maar Dora zal het weten". „We zullen Dora nu maar by de dames laten. Ga maar mee, dan zullen we den electriciteitsmeter eens gaan opzoeken, daar zullen de zekeringen ook wel zgn". Hg nam zonder verder iets te zeggen de kaars en verliet de kamer. In de gang was een kast, vlak tegen den muur aange- timmerd en blijkbaar niet als kleerkast bedoeld. Hg opende die en vond den elec triciteitsmeter. Een doos met zekeringen stond erbjj. Otto zocht een oogenblik. Wel ke zekering was kapot gesprongen? Toen vond hy er een, waar het groene stipje aan ontbrak. Voordat hy een nieuwe zekering inzette, Uep hy naar den salon terug cn trok den stekker van de bureaulamp uit het stopcontact. „Ik geloof, dat de lamp de oorzaak van de fout is", zei Braubach en hy had het bg het rechte eind. „Dat spreekt vanzelf, daarom schakel ik die lamp ook maar heelemaal uit". Otto ging weer de gang in en draaide de zeke ring vast. Het" licht vlamde op. Hij knikte tevreden* Wordt vervolgd)* De organisatie van het staatsbedrijf der P.T.T. Een vsoerdening van den rijkscommlsaris.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1941 | | pagina 6