Modeflitsen
KNIPPATRONEN
voorjaar 1941
Schoonheidsfouten
Hand versierde dessous, zakdoekjes enz
Niemand onzer zal verwachten, dat de
snode in oorlogstijd ingrijpende veranderin-
jgen brengt, doch haar traditie getrouw
zorgt zij evenwel toch voor een groote ver
scheidenheid van details, die aan het mode
beeld voor het komende voorjaar een nieuw
aspect verleenen.
We hebben al meermalen in ons weke-
lijksch modepraatje betoogd, dat we tegen
woordig vrijwel alles kunnen dragen, mits
rekening gehouden wordt met de hoofdlij
nen. We zullen onze kleeren in de naaste
toekomst op alle mogelijke manieren trach
ten te moderniseeren, waarbij de fantasie
een groote rol kan spelen. moch zou Ma
dame Mode, grillig als zij zich steeds ge
toond heeft, zichzelf niet blijven, indien
zij volstrekt geen nieuwe gezichtspunten
zou weten te openen. Zij brengt een reeks
van details, die niet alleen afwisseling
brengen" en menigmaal zeer apart werken,
doch tevens eenzijdigheid weten te voor
komen.
Enkele nieuwe ontwerpen geven nog
vleermuismouwen te zien, doch dooreen
genomen vinden deze weinig navolging. In
de eerste plaats wellicht, omdat zij meer
stof en in verband hiermede meer punten
vragen, terwijl deze mouwen zich slechts
leenen voor een bepaald genre japonnen en
alleen geschikt zijn voor slanke, niet te
kleine dames. Verscheidene modeljaponnen
waren fantasiën, samengesteld van tweeër
lei kleur, waarvan enkele zelfs zeer con-
trasteerende kleuren te zien geven, o.a.
zwart-geel. Wij zagen een zwarte japon,
Öie gedragen werd met een mouw- en
kraagloozen mantel van gele wollen stof,
met ruim, eenigszins bloezend bovendeel.
De rokdeelen van dit model hadden aan de
zijkanten twee splitten, die tot aan de taille
reikten. Een ander detail, dat wij evenmin
öls de vleermuismouwen een roemrijke toe
komst voorspellen, is het smalle, afneem
bare middenbaantje van afstekend materi
aal, dat ons sterk doet denken aan de
schortjes, die onze grootmoeders plachten
te dragen. We zagen een zwarte japon met
rugpand, waarvan de mouwen alsmede het
schortje van gele zijde waren gemaakt. Het
smalle baantje, dat tot pl.m. 15 cm. boven
den zoom reikte, was aan den bovenkant
ingerimpeld en aan een rechten band 'te
vens ceintuur gezet.
Over h'èt algemeen valt een tendens
Waar te nemen om modellen te ontwerpen,
Öie weinig stof vragen en eventueel aange
vuld kunnen worden met ander materiaal.
De rokken blijven kort en zijn matig wijd,
het was trouwens niet te verwachten, dat
wij in de komende maanden weer stofver-
slindende modellen als b.v. de swingrok te
zien zouden krijgen. Ware dit het geval,
'dan zouden we in een minimum van tijd de
laatste punten van onze textielkaart zien
verdwijnen en, zuinig als we hierop zijn,
houden wij toch graag nog wat over voor
een nieuwe zomer japon. De keuze van gar
neering is nog steeds vrij uitgebreid en
terwijl wij aan de sportieve modellen gaar
ne stiksels, biezen, plooien en knoopen aan
brengen, bieden de middagjaponnen nog
andere mogelijkheden. In de eerste plaats
handhaven zich passementerie en goudbor
duursel, terwijl applicaties van goud- of
wit glacéleer zeer aparte effecten te zien
geven en motieven van kraaltjes, metalen
plaatjes en miniatuur pailletten eveneens
toepassing vinden. Onze schets geeft een
middagjapon te zien van Benedictine zij-
WANNEER DE SCHOONMAAK IN AAN
TOCHT IS....
Succespatroon A 648.
Prys 40 cent.
Japonschorten, gemaakt van waschechte
weefsels, zijn de meest practische dracht
voor een huisvrouw, die in de morgenuren
verschillende huiselijke bezigheden te ver
richten heeft en er prijs op stelt er toch
aardig gekleed uit te zien. Het model de-
Succespatroon A 649.
Prijs 30 cent.
Geeft een practisch schort te zien, dat de
japon grootendeels bedekt en aan de voor
zijde uit drie, achter uit twee banen be
staat.
den crêpe, waarvan model en garneering
een harmonisch geheel vormen.
De laatste bestaat uit kleine motiefjes,
waarvan de omtrek door gouddraad is aan
gegeven, terwijl hier en daar groepjes
gouden kraaltjes afwisseling aanbrengen en
tevens aanvullend werken. Om aan den on
derkant van den rok meer ruimte te geven,
is een godet van roomkleurige crêpe aan
gebracht, welke tevens als garneering van
het bovenstuk is aangewend.
Sluiting rugzijde met lange split met lus
jes en knoopjes.
(Nadruk verboden).
(G. C. M.—S.)
MODERN KAPSEL
voor oudere dames
Het is een verkeerde opvatting van oude
re dames met grijs haar, dat zij niet zoo
veel zorg meer aan haar kapsel behoeven
te besteden. Inderdaad zullen zij eventueel
permanenten en onduleeren slechts aan
een goeden kapper(ster) moeten toever
trouwen, aangezien grijs haar met zorg be
handeld dient te worden.
Grijs haar verleent vele vrouwen bijzon
dere charme, reeds daarom stelt het hooge
eischen aan het kapseL Onze schets geeft
een zeer eenvoudig, doch flatteus kapsel
voor oudere, grijze dames te zien. Het voor
ste haar is in losse golven naar achteren ge
kamd en bedekt de ooren halverwege, ter
wijl het haar van het pchterhoofd opge
kamd en in één losse krul is gelegd.
Met naald en draad en
kleurige restjes wol
Een pullover, die den geheelen winter
door onze dochters gedragen is, verdient
wel eens een kleine opfrissching en krijgt
een volkomen ander aanzien, indien er
kleurige randen met restjes wol opgewerkt
worden. In kruissteekboekjes, die men voor
een klein bedrag in handwerkwinkels kan
koopen, staan een menigte aangegeven, die
zich voor verschillende doeleinden leenen.
Men kan het gemakkelijkst over een reep
stramien werken, waarvan men later de
draden uithaalt.
A 648.
zer schets geeft een japon te zien, gemaakt
van effen zephir en bestikt met schuine
biezen aan bovendeel en zak. Men kan de
ze effen, doch in een andere kleur verwer
ken, doch ook strepen, ruiten en moezen
leenen er zich voor evenals andere motie
ven. Deze japon sluit met een puntig aan
geknipt voorpand met drie knoopen en
wordt in het middel bijeen gehouden door
een smalle ceintuur. Vlot kleeden de korte
pofmouwtjes.
Patronen in de maten 404244.
A 649.
De punten aan voorzijde en het rechte,
doch opgeknipte rugdeel hebben een gar
neering van gekleurd katoenband, terwijl
de draagbanden aan de rugzijde worden
opgeknipt.
Patronen in de maten 444648.
KNIPPATRONEN VAN DEZE MODELLEN
«ijn verkrijgbaar tegen den aangegeven
orijs bij „Het Practisch Modeblad", Post-
nus 38. Den Haag.
Betaling steeds vooruit per giro (post
rekening 203203) per postwissel of in post
zegels. mits deze een waarde hebben van
iy2. 3 of 7V3 ct.
Handborduursel geeft steeds een bijzon
der cachet, zoowel aan boven- als onder-
kleeding.
Op onze schets vindt men enkele gebor
duurde bloemenmotievën aangegeven, die
zich voor versiering van dames- en kinder-
kleeding leenen. Men teekent de motieven
na met behulp van doorzichtig papier en
brengt ze op de stof over met carbonpa
pier, waarna de omtrekken nageregen wor
den met kleine rijgsteekjes. Als materiaal
wordt borduurkatoen aangewend, dat men
Jonge meisjes, die over het algemeen
smal zijn, kunnen horizontale garneeringen
dragen, zonder dat deze een te forschen in
druk maken. Aardig zijn jumpers, gemaakt
van couponnetjes stof met gebreid boord,
zooals op onze afbeelding onderaan te zien
is, terwijl geheel bovenaan een jumper van
wollen stof is aangegeven, die met raglan-
mouweri is gemaakt. Aan den onderkant
van jumper en mouwen is een boord in
geribd patroon gebreid, waarvoor men
langs een smal ingerold zoompje een rand
vasten haakt, die men met fijne breinaal
den opneemt, zoodat men het werk op deze
grondsteken kan voortzetten.
die de mode beïnvloeden
Het is een bekend feit, dat de mode door
verschillende omstandigheden beïnvloed
wordt; minder bekend is evenwel, dat zij
meermalen eer uitvloeisel is van ijdelheid
zooals o.a. het geval is met den hoepelrok
die jarenlang de belangstelling der dames
heeft gehad. De overlevering wil. dat de
Spaansche Infante Isabella een goed figuur,
doch te breede heupen had. waaraan zij
zich danig ergerde. Zij liet een japon met
ruimte om de'heupen ontwerpen, waarover
haar hofdames zóo enthousiast waren, dat
zij haar voorbeeld al spoedig volgden en
haar rokken dienovereenkomstig gingen
dragen. Uit deze modellen werd ten slotte
de crinoline geboren, die tot ongeveer 1870
in de mode bleef, om daarna plaats te ma-
trek dezer dessous ook met een a jour aan
gezette bies worden afgewerkt. Beide mo
tieven, waarvan de opengewerkte bloem
onder de opgeknipte punten komt, worden
op het hemdje en op den pantalon overge
wat de dikte betreft, in overeenstemming
verwerkt met het weefsel. Voor zijden kin
derjurkjes wordt ook waschzijde aange
wend, die in verschillende mooie tinten
verkrijgbaar is.
Het dessous, dat op onze schets is aange
geven, is afgewerkt met een feston, waar
van de afbeelding rechts te zien is; boven
iederen schulp wordt een klein gaatje ge
werkt, waarvan de festonlusjes naar den
buitenkant vallen. Eventueel kan de om
bracht, terwijl men deSverkiezende alleen
met één motief in het midden kan vol
staan. Het zakdoekje, dat met een feston,
eventueel met een open zoom wordt afge
werkt, heeft in een der hoeken een bloe-
menmotief en aan beide zyden hiervan een
groepje van geborduurde moesjes.
ken voor modellen genre „robe princesse."
De geschiedenis der mode leert ons, dat
er talrijke voorbeelden zijn aan te wijzen,
dat beroemde mannen en vrouwen modellen
wisten te doen ontwerpen, waardoor een of
ander lichaamsgebrek, dat zij hadden, ge
camoufleerd kon worden. Aan dit feit zijn
dan ook de verschillende uitwassen in de
mode te danken.
Keizerin Joséphine en haar kanten
zakdoekje.
Een inderdaad eigenaardig verleden heeft
de kanten zakdoek, die tientallen jaren
lang op feesten en bals in de hand gedra
gen werd, een mode. die de gemalin van
Napoleon. Joséphine de Beauharnais deed
ontstaan. Zij hield steeds op coquette wijze
het kostbare doekje voor den mond bij het
spreken en lachen, wanneer zij zich in ge
zelschappen bevond, teneinde haar leelijke
tanden en onwelriekenden adem te ver
bergen.
De voorhoofdband werd in de mode ge
bracht door een hofdame van een Fran-
schen koning, teneinde een groot litteeken
te bedekken.
Dat de lange, slepende avondtoiletten te
danken zijn aan de overmatig groote voeten
van een prinses is slechts weinig bekend.
Lodewijk XIV, vader van de pruik.
Zelfs de pruik dankt haar ontstaan aan
een schoonheidsfout. Lodewijk XIV, de.
Zonnekoning, constateerde tot zijn verdriet,
dat zijn haar steeds dunner werd en zijn
hoofd ten slotte kaal begon te worden, al
thans een „maantje" vertoonde.
Om dit te verbergen droeg hij den hof-
kapper -op. een pruik te ontwerpen met
lange, tot de schouders reikende haren, een
mode, die aan vele Europeesche hoven na
volging vond, zoowel bij vorsten als hove
lingen en aristocraten.
De Franschman Pierre Frac heeft den
rok uitgevonden, het kleedingstuk. dat de
heeren der schepping bij bepaalde feeste
lijke en officieele gelegenheden dragen.
De uitvinding was evenwel geen uitvloei
sel van een lichaamsgebrek, doch het ont
staan ervan is te danken aan een vet
vlek. Het was in den zomer van het jaar
1787, dat de achtenswaardige Pierre Frac.
gekleed in lange, gekleede jas, op het punt
stond zich bijzijn gasten te voegen, toen
hem te binnen schoot, dat hij zijn kok nog
een order te geven had.
Snel begaf hij zich naar de keuken, toen
uit een pan vet omhoog spatte, waardoor
zijn nieuwe ambtskleedij danig werd be
vlekt. Wat te doen? Goede raad was duur.
want een nieuw kleedingstuk had hij niet
bij de hand. IJlings ontbood hij zijn kleer
maker. liet deze stukken van de beide
voorpanden afknippen en omwerken.
Zoo ontstond de frak of rok. die storm-
achtigen bijval bij het aanwezige gezelschap
mocht oogsten.
Puntschoenen met belletjes.
Wie kent niet de oude afbeeldingen,
waarop de „snavelschoenen" te zien zijn.
welker ontstaan te danken was aan de
pijnlijke voeten van den graaf de Planta
genet? Man van de wereld als hij was, ont
brak hij op geen enkele feestelijke bijeen
komst. doch leed soms ondragelijke pijnen,
doordat eksteroogen on eel'tplekken hem
het leven zuur maakten. Schoenen, althans
normale modellen, kon hij niet meer dra
gen; om aan dit lijden een eind te maken
liet hij een apart soort schoeisel vervaar
digen met lange omgebogen punten.
En is het thans wel beter gesteld met al
lerlei modegrillen? Hoeveel kledingstuk
ken hebben thans bok wellicht nog indi
rect hun ontstaan te danken aan kleine li
chaamsgebreken? Laten we niet verder on
derzoeken. want we weten uit de practijk.
dat kleine oorzaken dikwijls groote gevol
gen hebben en zelfs de mode zich hieraan
niet onttrekken kan.
(Nadruk verboden).
Verzorging van het schoeisel
verleng^ den levensduur
Goed verzorgde schoenen hebben een
langeren levensduur, dan die, welke min of
meer nonchalant behandeld worden. Lees
ten en spanners bewijzen ons goede dien
sten, omdat zij den vorm van het schoeisel
doen behouden e^ het leer glad blijft. Zoo
dra zich hierin rimpels vertoonen, bestaat
de mogelijkheid, dat het leer gaat barsten.
Indien men geen leest of strekkers heeft,
kan men de schoenen, die na het uittrek
ken steeds moeten uitluchten, opvullen met
proppen courantenpapier, hetgeen vooral
noodig is, indien het leer nat geworden is.
Teveel schoen crème is even verkeerd als
het slechts zelden gebruiken hiervan, ter
wijl een goede kwaliteit meerdere waar
borgen biedt. Zooals steeds is goedkoop
duurkoop, want ook hier kan een slechte
kwaliteit, de hoedanigheid van het leer in
hooge mate doen verminderen. Ook aan het
uitpoetsen van schoencrême wordt niet
steeds de noodige zorg besteed, waardoor
de poriën van het leer op den duur ver
stoppen en het hard wordt. Gebruikt men
een ouden doek, b.v. een niet te kleinen lap
fluweel of een kussentje met fluweel over
trokken, dan worden de schoenen niet al
leen mooi glimmend*, doch ook het leer
blijft soepel. Voor het uitwrijven leenen
zich ook oude dameskousen.
De levensduur der zooien wordt ver
hoogd, indien men deze met lijnolie be
handelt, zoodat het intrekken van vocht op
regenachtige dagen voorkomen kan wor
den. Indien men de hakken spoedig scheef
loopt, is het inslaan van kléine metalen
hoefjes aan te bevelen, terwijl ijzeren
plaatjes onder kinderschoenen aan te beve
len zijn. Men zorge er dan evenwel voor,
dat in huis pantoffels gedragen worden,
want deze ijzertjes zijn nu juist niet be
vorderlijk om het krassen op parketvloeren
en op lineoleum te voorkomen.
NUTTIGE WENKEN.
Likeurvlckken
verwijdert men het best door ze met ver
dunde spiritus in te wrijven en met lauw
water na te wasschen.
IMottenverdelging.
Tapijten kan men tegen motten beveiligen
door ze met natte doeken te beleggen en
deze met een heet ijzer te bestrijken; de
damp. die hierdoor ontstaat, doodt alle mot
ten, eitjes of larven.
Reinigen van borduurwerk.
Gekleurd borduurwerk doet men het eerst
tn water met een flinke scheut azijn en
wassche het daarna in een zeer lauw sopje
van vlokkenzeep. flink naspoelen in koud
water, daarna uitknijpen en op een schoone
doek op het vloerkleed leggen en opspan
nen. zóó dat de verkeerde kant boven ligt
en vóór het geheel droog is met een niet
te heet ijzer droog strijken. Het werk zal
er dan als nieuw uitzien.