Kunst en
Wetenschappen
Gemengd Nieuws
Radioprogramma
Loterijen in Zeeland.
WENKEN VAN DE
EENIGE RECEPTEN V<
Het voorlichtingsbureau van den voe
dingsraad deelt het volgende mede:
Het gebruik van schapenvleesch.
Nu het weer mogelijk is schapenvleesch
te verkrijgen, is het aan te raden, dat de
huisvrouw er ook gebruik van maakt.
De voedingswaarde van het schapen
vleesch is gelijk aan dat van andere vleesch-
soorten. Desondanks worden schapenvleesch
en lamsvleesch in ons land weinig gebruikt.
Deels komt dit uit vooroordeel, deels om
dat men de goede bereiding niet kent. Het
schapenvleesch heeft een aparten smaak,
maar bij een goede behandeling is het zeer
smakelijk te maken.
Als vet bij het braden kan schapenvet
dienst doen. Smakelijker is het echter om
hiervoor ander, zachter vet, boter of mar
garine te gebruiken, daar schapenvet
spoedig stolt. Om dezelfde reden gebruikt
men warme borden bij den maaltijd.
Het schapenvet kan dan dienst doen voor
het braden van rundvleesch en gaat zoo
doende niet verloren. Door op deze wijze
te werk te gaan, heeft men bovendien
minder last van den smaak van het vet.
Nu volgen eenige recepten voor de be
reiding van schapenvleesch, berekend voor
4 personen.
In de recepten kan men in plaats van
foelie, peperkorrels en laurierblad ook ge
mengde vleeschkruiden nemep. Deze zijn in
busjes in den handel.
Soep van schapenvleesch.
150200 gr. schapenvleesch of 100 gram
vleesch en wat beentjes 1'% 1. water, ui,
een wortel, selderij, peterselie, een flinke
eetlepel rijst of gort, zout, aroma.
Het vleesch en de beentjes met wat zout
met koud water opzetten, aan de kook
brengen en 2 uur laten trekken. Na 1% u.
het vet van de soep scheppen, dit echter
bewaren en ha het afkoelen byv. voor het
IDINGSRAAD.
OR SCHAPENVLEESCH.
braden van rundvleesch, n
stamppot gebruiken. Indien men beentjes
gebruikt, de bouillon zeven. Het laatste half
uur de gesnipperde ui, wortel en selderij
toevoegen met de gewasschen rijst. Alles
nog een half uur zachtjes laten koken. Dc
soep op smaak afmaken en met aroma en
de fijngehakte peterselie toevoegen. De
soep op vooraf verwarmde borden scheppen.
Gebruikt men in plaats van rijst gort, dan
wordt deze vooraf in een weinig water gaar
gekookt.
Wie de soep dikker wil hebben, kan deze
met wat bloem binden.
Gestoofde schapenlappen.
300 gr. schapenlappen, vet, boter of mar
garine om te bakken, zout, gemengde
vleeschkruiden, zoo mogelijk wat tomaten
puree of een versche tomaat, aardappelmeel.
Het vleesch schrappen en met kruiden en
het zout inwreven. De lappen in boter of
het vet bruin bakken. Een weinig water
en de tomatenpuree of de in stukken ge
sneden tomaat toevoegen. De lappen gaar
laten stoven. De jus op de gewensente
hoeveelheid brengen met wat water en
binden met aardappelmeel.
Schapengehabt.
250 gr. schapenvleesch, wat oud brood, be
schuit of gekookte aardappelen, wat el of
melk, een weinig peper, nootmuscaat, kruid-
nagelgruis, gemalen foelie, geraspte ui,
zout, vet, boter of margarine om in te
bakken.
Het vleesch wasschen, fijnmalen en ver
mengen met het ei of de melk, het ge
weekte, goed uitgeknepen brood, de beschuit
of de fijngehakte koude aardappelen, de ui,
de kruiden en het zout. Een bal er van
maken, deze door wat beschuitkruim of
paneermeel wentelen en aan alle zjjden
bruin bakken. Wat water toevoegen en het
gehakt gaar stoven.
IN DIENST DER
WELDADIGHEID.
BEVREDIGING VAN DE SPEELZUCHT.
Dat het degelijke Holland de bakermat
Jieeft gevormd der loterijen, zal menigeen
verbazen. De geleerden zijn het daar niet
over eens, want sommigen beweren dat
Italië het land zou zijn waar het idee der
lotery het eerst in werkelijkheid werd ge
bracht. Hoe het zij; dat ze er in Holland al
vroeg bij waren is zeker. We moeten daar
bij niet vergeten, dat het tegenwoordige
België tot in de 17de eeuw mèt de Noorde
lijke Nederlanden deel uitmaakte van één
groot rijk. Reeds in het midden van de vijf
tiende eeuw werd te Utrecht, Oudenaarde,
Brugge en Sluis door Philips den Goede,
graaf van Vlaanderen, octroy verleend tot
het houden van een verloting. De graaf gaf
dc vergunning uitzonder vergunning geen
verloting, dus deze soort van loterijen zou
den wij gevoegelijk overheidsloterijen kun
nen noemen. Het doel was dan ook steeds
de stadskas te spekken, vestingwerken te
herstellen, een nieuwe stadspoort te bou
wen, enz.
Dat deze loterijen zeer goed voldeden,
moge blijken uit het feit, dat steeds weer
opnieuw, met tusschenpoozen van een paar
jaar, vergunning tot het houden van een
loterij aangevraagd werd .Ook kwam het
voor, dat een persoon begiftigd werd met
het octrooi om een verloting „uit te roepen".
Zoo overkwam het den dapperen krijger,
Johan Marchant, die door de gevolgen van
een oorlog, waarin hij den graaf van Vlaan
deren, nog steeds denzelfden Philips den
Goede, trouw had bijgestaan, veel verloren
had aan geld en goed, dat hij in 1447 dit
octroy ontving, en twee jaar daarna deed
hij het aan de stad Sluis over, hetgeen door
den graaf werd goedgekeurd.
Vooral de stad Sluis schijnt druk be
giftigd geweest te zijn met vergunnin
gen, want op 29 Augustus 1444 kreeg
de magistraat van Sluis het octrooi van
jecn loterij van lijfrente met bijgevoegde
prijzen in geld. Dit was een wijze van
geldleenen door steden, en van deze
„negotiatie bij forme van loterije" werd
door de Staten Generaal en de Staten
van Holland en Zeeland in de 18de eeuw
veel gebruik gemaakt.
En niet alleen versterkingen e.d., maar
zelfs ook verhuiskosten werden eertijds wel
bestreden uit de opbrengst van een loterij.
Het betrof hier de verhuizing van een semi-
officieele instelling de schuttersdoelen. De
kwestie was, dat de schutterij van de Edele
Cruysboghe van St. Joris van oefenplaats
moest veranderen, daar de Schuttershof on
gunstig lag. De haven van Middelburg zou
in 1540 vergroot worden en binnen de stad
gebracht, „alzoo door het menichvuldich in-
ende uytwaren van de koopmanschepen die
niet wel kaeije ofte opslach konden ghekrij-
gen, jae, nauwelycx, malkanderen verdrin
gende, in ofte uyt mochten". De schutters
hof zou nu verplaatst worden naar een ter
rein, waar eertijds het klooster der Zwarte
Zusters of het St. Aechtenhuis stond. In
1542 werden gelden opgenomen om het ter
rein aan te koopen en tot schuttershof in te
richten, hetgeen klaar kwam in het jaar
1547. Het octrooi tot een trekking werd
aangevraagd, welke in 1554 werd gehou
den met de gelden daaruit werd het St.
Aechtenhuis verbouwd, totdat in het jaar
1582 ook de gevel vernieuwd werd.
VOORBEREIDENDE
WERKZAAMHEDEN.
Zes lange jaren lagen er tusschen de da
tum van 1547, waarin de vergunning werd
aangevraagd, en 16 Juli 1553 toen men een
commissie van zeven schutters benoemde,
belast met de voorbereidende werkzaamhe
den. Die bestonden onder meer uit het op
stellen der loterjj, het aanmaken der kaar
ten, het bestellen van zilverwerk voor de
prijzen. Geld op interest opnemen mochten
deze zeven heeren commissieleden zooveel
als hun goeddacht Het lijkt ons wel wat;
zes jaren voordat de trekking werkelijk
plaats vond, maar de reden was vermoede
lijk, dat niet meer dan één loterij tegelijk
mocht plaats vinden. Bovendien dreigde er
oorlog met Frankrijk. Daar de schutterij
reeds kosten had gemaakt ter verkrijging
van het octrooi, besloot men de zaak wat
uit te stellen, en niet het heele plan „als
desolaet" te laten varen. Men moest niet
gering denken over de taak van deze zeven
schutters, evenmin als over hun waardig
heid. Een baljuw, twee schepenen en vier
andere „tabbaarddragers". „Manheer de
Prelaat", die lid was van de schutterij St.
Joris, steunde met geld. Deze Prelaat, abt
van Middelburg, nam Philips II den eed af,
toen deze uit Spanje kwam om in de Neder
landen gehuldigd te worden als heer en
meester. Bovendien heaf^ hij de naam, de
bibliotheek van de Midjlelburgsche Abdy,
toen die in den jare 1492 grootendeels door
brand verwoest was, hersteld te hebben.
De heeren togen aan het werk, maar niet
voordat zij de hulp hadden ingeroepen van
eenige andere heeren te Antwerpen en
Brugge, die zij door middel van boden met
brieven verzochten over te komen. Met deze
deskundigen en eenige zilversmeden werd
nu geconfereerd over de ttjst met de prijzen.
Daar de Middelburgsche zilversmeden blijk
baar niet naar genoegen met de commissie
overeen konden komen, kwam men bij een
Antwerpenaar terecht. Met hem werd con
tractueel afgesproken, dat hij het zilver
werk zou leveren volgens een bepaald be
drag veertien dagen na Paschen van het
jaar 1554.
De kaarten kostten ennorm veel aan
papier, ook al omdat er 4000 exempla
ren „in het duytsch" (nederduitsch
Hollandsch) en 2000 „in het walsch"
werden aangemaakt. Ze waren alle
voorzien van een voor die gelegenheid
gemaakt „nieuw merckteecken met den
wapen van den boghe". Daar men reeds
in de periode leefde, waarin de boek
drukkunst een feit was, kon men de
kaarten laten drukken, versierd met
houtsneden, die meegedrukt of wel er
op geplakt waren. Deze kaarten waren
bedoeld opgehangen te worden, zoodat
een ieder kon zien, hoe de te vervaar
digen zilverwerken eruit zagen. Men
kon ze bezichtigen voor het Stadhuis of
voor de huizen der commissieleden.
Bjj de prijzen waren er ook, „alleen te
winnen door de gildebrocders van den ouden
en van den jongen Edele Cruysbooghe en
voor niemand anders, opdat alle gilden van
de Ed. Cruysbooghe te bet geanimeert ende
geaffectioneert zoude worden tot deze lote-
rie van de Ed. Cruysboghe". Zoodra de
kaarten gereed warerf, werden naar een
menigte groote plaatsen boden gezonden
om de kaarten te verspreiden en ,,'commy-
sen (agenten) te stellen".
De inleg mocht volgens het octrooi niet
meer dan 3, 4 of 5 stuivers kosten. Op 1
October 1553 „ging de lotexij in", hetgeen
bij inteekening geschiedde. In een register
noteerde men zijn naam (of, indien men
onbekend wenschte te blijven, alleen de
initialen), onder bijvoeging van een meestal
berijmde spreuk, die „prose" werd genoemd.
Wij zouden daar tegenwoordig devies of
motto tegen zeggen. Voorbeelden hiervan
zijn „Sterven of overwinnen" „Encore
secte fois" „Riens sans peyne".
Bijna 200.000 loten werden er geplaatst,
waarvan een derde deel in Antwerpen.
„Riens sans peyne" won de tweede prijs
voor de inschrijving van 13.170 loten. Het
ging er hier om, wie de meeste loten had
weten te plaatsen. De vijf bij de kleine
kaart uitgeloofde premies, voor het meest
inleggen, „alleen te winnen door de gilde-
broeders", brachten de volgende inschrij
vingen op de jonge Kruisboog te Brugge
schreef voor 1683 loten in, op de prose
„Pesen die stijf gespannen staen
schieten schooten die verre gaen".
De gildebroeders van St. Joris te Antwer
pen en „de beminders van de oude cruys
boghe te Brussel" schreven ieder voor 756
loten in, zoodat zy de premie moesten dee-
len die oude Kruisboog te Brugge nam
met 574 loten deel, begeleid van de prose
„Treckt lustigh ende vlugge
voir d'oude boghe te brugge".
NIET ALLEEN VOOR GELD.
Niet alleen voor geld werden* loten ge
kocht, ook voor zilveren kandelaars, gouden
sieraden en juweelen, kostbare kleeding-
stukken. Onder deze laatste categorie ko
men voor pelsen van „wilde catten", een
tabbaard gevoerd met witte vellen, een
vrouwen laken tabbaard „mit poote, mit een
Coralen paternoster", enz. Uit de opbrengst
van al deze goederen, die in het openbaar
of uit de hand verkocht werden, gevoegd bij
de opbrengst der tegen geld geplaatste
loten, werden-de kosten der loterij, die meer
dan 1300 ponden beliepen, bestreden.
Bijna een jaar had men de gelegenheid
loten te koopen. Hoewel men bij den Gehei
men Raad het verzoek had ingediend, de
inleg te mogen verlengen voor den duur van
6 weken nadat de vrede met Frankrijk in
de Nederlanden zou zijn afgekondigd, werd
dit verzoek afgeslagen. Trouwens deze vre
de werd eerst op 3 Maart 1559 te Chateau
Cambrésis gesloten, nadat de Franschen
verslagen waren by St. Quentin en Greve-
lingen, waarbij de graaf van Egmont een
belangrijk aandeel had.
De „uytganck" of sluiting der lotery ging
niet zoomaar, doch met zeker vertoon en
trommelslag werd dit feit den volke kond
gedaan. Remijn Andriesse was de trommel
slager, begeleid van Jan van Doorne, die
het vaandel van St. Joris torschte, en eenige
pijpers en trommelslagers. Illuminatie gaf
het geheel een feestelijk aanzien. Te Ant
werpen werd, zooals in dien tijd veelal ge
bruikelijk was, aan „de neerstige commy-
sen, aen de speelluyden, trompers, roepers
en vaandragers" een maaltijd aangeboden.
Het zilverwerk was op tijd gereed geko
men en af en toe te bezichtigen geweest,
en ook gedurende de dagen der trekking,
waarbij 's nachts door twee mannen ge
waakt werd. Reeds vóór de „uytganck" van
de lotery waren de briefjes voor de trekking
in orde gebracht. Het vorderde heel wat
tijd, want niet slechts een kleine 20.000 nie
ten moesten gesneden, gerold en geringd
worden ook een even groot aantal num
merbriefjes met de prosen. Evenzeer bij dit
werk genoot men de steun van denzelfden
man, die ook bij de voorbereidingen had ge
holpen, den Antwerpenaar Jacob Bruinings,
die het als aangenomen werk aanvaardde.
Niet minder dan 52 riem papier werd er
aan papier gebruikt. Bruinings kreeg, be
halve het vastgestelde honorarium, nog een
„extraordinaris gratuiteyt" van- 72 gulden,
voor alle hulp en bijstand. De registers van
inschrijving werden opgehaald en ter be
stemde plaatse gebracht.
DE TREKKING.
Het oogenblik van de trekking brak aan.
Vroeger heette dat uitroepen of uitgeven.
En nu in 1554, heet het uitlezen, wegens
het hardop voorlezen van alle prozen, en
wel op een verhooging, een tooneel, op de
markt opgeslagen. Heel wat personeel had
men daarbij ,noodig. Er waren menschen
aangenomen voor het trekken der loten, die
de prozen en nieten aan liassen regen,
voorts nog vier z.g. „vermaanders, weekers
en dienaars van het tooneel om dit te be
dienen en te loopen daar men ze noodig
had", b.v. om degenen die de anderen moes
ten aflossen te wekken of te waarschuwen.
Twee trompetters, die op het tooneel de
uitgekomen prijzen moesten „uittrompen"
voorts nog twee stokers die voor de vuur
pannen, welke het licht verschaften, zorg
moesten dragen. Vervolgens nog vier diena
ren van Mynheer den Baljuw, die op het
marktplein toezicht hield op de dronkaards,
kinderen en andere personen, die-van plan
waren aldaar eenige „warringhe, baringe
(geschreeuw) ofte rumoer" te maken. En
tot slot de acht commissarissen, die om
beurten toezicht hadden en de registers der
uitgekomen nummers bijhielden. Welgeteld
40 menschen, van wie er steedsongeveer
een derde ten tooneele wase.
De trekking duurde niet minder dan
SI dagen, en dat dag en nacht onafge
broken voort alles in orde en regel
maat. Gedurende al dien tyd zaten com
missarissen en helpers „in storm, regen,
couwe ende alle onweder" op het too
neel, dat gelukkig van boven met leder
was afgedekt tegen het inregenen.
Nr de uitgebreide mededeelingen over
deze loterij, die wij onzen lezers niet wilden
onthouden, kunnen wij nog melden, dat in
1562 een stille loterij werd toegestaan aan
twee Gentenaars, mits deze geschiedde
„sans son de trompette, tambourin ou pu
blication par affixion de biljetz". Deze ver-
Cornelie Jacqueline de Waal.
Men schryft ons uit Amsterdam
Ofschoon zij in ruim twintig jaar haar
geboorteland en vaderstad niet meer be
zocht, zal de dichteres Cornélie Jacqueline
de Waal, die vandaag haar zeventigsten
verjaardag herdenkt, by vele Middelbur
gers en inwoners van Zeeland nog in de
herinnering voortleven.
Op 29 Maart 1871 te Middelburg ge
boren als dochter van den jonggestorven
geneesheer J. G. de Waal, werd zij op
geleid tot onderwijzeres en Was van 1895—
1899 als zoodanig te Finstexwolde werk
zaam. Vervolgens vestigde zij zich metter
woon te Middelburg, waar zij zich geheel
aan geschied- en letterkundige, en vooral
aan genealogische en heraldische studies
wijdde. Reeds tijdens haar verblijf te Fin-
sterwólde waren in tal van periodieken,
schetsen en verzen van haar hand ver
schenen, o.a. in de Hollandsche Lelie en
de Hervorming. Latei* verleende zij haar
medewerking o.a. aan de Nieuwe Stem,
het Letterkundig maandschrift, Lente, Our
Magazine en Elsevier's maandschrift.
In 1908 publiceerde zy een bundel ge-
dichten, „Van leven cn lieven", waaruit
haar groote ontvankelijkheid voor de na
tuur blijkt. Karei van de Woestyne zag
in deze verzen een onmiskenbare belofte,
maar het poëtisch werk van Cornélie de
Waal, beperkt zich niettemin tot deze
eersteling, afgezien van de in 1906 ver
schenen romantische vertelling in dicht
vorm „De Viking en zyn geslacht", waar
toe de bekende sage van den meerman van
Westenschouwen en de geschiedenis van
het bekende Schouwsche geslacht De Huy-
bert haar inspireerden.
Cornélie de Waal heeft een aantal gene
alogieën opgesteld, o.a. die van de. fami
lie Buteux. Verscheidene verhandelingen
op genealogisch gebied verschenen van
haar hand in de Nederlandsche Leeuw.
Ook werkte zij mede aan het derde deel
van het Nieuw Nederlandsch Biografisch
Woordenboek (1914).
Vooral met Vlaamsche letterkundigen
stond zij in meer of minder nauw contact;
zij kende Van de Woestijne, Verliest, Sab-
be, Teirlinck en vele anderen persoonlijk.
Toen Hugo Verriest in 1907 te Middelburg
een lezing hield over Gezelle, werd hij door
haar ingeleid. Aan 't Getrouwe Malde-
ghem, het bekende Vlaamsche strijdblad
van Victor Delille, werkte zij geregeld
mee, evenals aan Onze Tijd, weekblad
voor het Vlaamsche land, waarin zij ge
durende enkele jaren een kroniek „Uit
Noord-Nederland" schreef, en de Klau-
waart, Vlaamsch-strijdend maandblad.
In 1905 werd zij directrice, in 1915,
toen zij in Engeland ging wonen, lid van
het Zeeuwsche Genootschap der Weten
schappen. Zij was de eerste vrouw die
voor dit genootschap een lezing hield, en
wel op 1 November 1905, over het onder
werp „Een bijdrage tot de kennis van
het geestelijke lied".
Sinds ongeveer twintig jaar woont Cor
nélie de Waal in het landelijke Peace*
haven, in de buurt van Brighton aan de
Zuidkust van Engeland.
EDUARD FLIPSE OVER ZIJN VADER.
In de Februari-aflevering van „Heden-
daagsche Muziek" wordt een interview ge
publiceerd met den bekenden Zeeuwschen
musicus Eduard FJipsfe, den dirigent van het
Rotterdamsch Philharmonisch Orkest.
Flipse heeft bij dié gelegenheid gesproken
over zijn vader, van wien hij zeide:
„Op zes-jarigen leeftijd al blies ik in
het harmonieorkest .van Wissekerke, waar
van vader directeur was, piccolo mede. Tot
mijn negentiende jaar heb ik in dit orkest
medegewerkt en in den "loop der jaren ver
schillende instrumenten bespeeld z.a. trom
pet, trombone enz. enz."
Flipse lacht even in zichzelf en gaat
dan voort:
„Ik heb veel aan vader te danken, maar
gemakkelijk was hij geenszins, en zeker
niet, wanneer het om myn muzikale op
voeding ging. Toen ik 9 jaar was moest
ik voor hem bij den dienst in de kerk
dikwijls het orgel bespelen en daarbij gaf
hij mij dan soms een taak op, welke lang
niet zoo eenvoudig voor een kind op dien
leeftijd is. Ik herinner me nog heel goed,
dat ik, tijdens een dienst eens psalm 134,
waarvan drie verzen, moést spelen, waarbij
hij me de volgende opgave gaf: Voorspel en
eerste vers in Ges; In het tusschenspel van
vers 1 naar 2 moduleeren naar G, in het
tusschenspel van vers 2 naar 3, modu
leeren naar As. Het thema voor het voor
spel en tusschenspelen waren van vader
zelf. En wee mijn gebeente, wanneer ik
dan een fout maakte. Dan kon het ge
beuren, dat moedér mij in bescherming
moest nemen. Vader is een goeierd, maar
hij kon ook ongenadig hard zijn. Hij heeft
een hartgrondigen afkeer van knoeien en
luilakken. Hoewel hij de muziek slechts
in zijn vrijen tijd beoefende vader had
een kleermakerij deed hij dit toch op
zeer consciëntieuze wijze. Muziek was en
is voor hem een heilige zaak."
loting werd gehouden te Middelburg, Vlis-
singen, Veere, en de plaatsen op Walche
ren. Het in 1602 gestichte en in ongeveer
1860 weer afgebroken Armenweeshuis op
het Noordpoortplein te Middelburg werd
grootendeels uit de opbrengst van een lo
terij betaald.
Nog een heele reeks loterijen zijn er in den
loop der jaren op de Zeeuwsche eilanden
gehouden. Steeds meer neigde de overheid
over tot een vorm van staatsloterij, wélke
in 1709 voor het eerst plaats vond. Het af
zetgebied werd systematisch vergroot, en...
de staat verwierf het monopolie. De cen
tralisatie van het bestuur onder Napoleon
en zyn opvolgers bracht o.m. dit monopolie
voort. Dat de huidige Ridderzaal op het
Binnenhof te Den Haag een poos lang Lo
terijzaal is geweest, mag als bekend worden
verondersteld. -
We zien dus. dat in de 15de. 16de en 17de
eeuw de loterij vaak de weldadigheid dien
de. Dat de ioterij in de 17de en 18de eeuw
de bevrediging der speelzucht bracht. En
nu is het een bron van inkomsten van den
staat.
Mr. J. M. FUCHS.
BRAND GESTICHT OM IN DE
GEVANGENIS TE KOMEN.
De 49-jarige los-werkman A. de K., die
reeds twintig jaar ip de gevangenis heeft
doorgebracht,. stichtte op 5 Februari brand
in het gebouw van het Leger des Heils waar
men hem onderdak had verschaft. Het
brandje had weinig te beteekencn. Bij zijn
aanhouding verklaarde de brandstichter, dat
het zijn doel was geweest, door deze daad
weer in de gevangenis te komen, aangezien
hij geen onderdak had.
De officier van justitie eischte veertien
dagen geleden tegen den man twee jaar
gevangenisstraf. De rechtbank gelastte
heden een onderzoek naar het geestesver-
mogen van verdachte.
WAT IN AMSTERDAM IN BESLAG
GENOMEN WERD.
De keurmeesters van den keuringsdienst
van waren te Amsterdam hebben in de
maand Februari 1941 4321 inspecties ge
houden in winkels, magazijnen', op mark
ten en bij rondrijdende wagens. Daarbij
hebben zij 145 partijen „waren", die in on
deugdelijken toestand verkeerden aan
de consumptie onttrokken o.a. 110 k.g.
brood, 65 kg. peren, 33 kg. vygen, 347
1. melk, 175 blik sardines, 375 k.g. mos
selen, 1600 k.g. vruchtenpulp.
De keurmeester belast met het toezicht
op die broodbakkerijen heeft in Amster
dam 4330 brooden gewogen. Daarbij ble
ken er 1069 te licht te z0n, d.w.z. te wei
nig aroge stof, ri.l. minder dan 480 gram
te bevatten.
Onder de 1345 in het laboratorium on
derzochte monsters melk waren er 19,
waaraan water was toegevoegd, terwyl 72
monsters een vetgehalte hadden, niet in
overeenstemming met den eisch van het
standaardisatiebesluit. Melk van uierziek
vee afkomstig, werd 19 maal aangetrof
fen. In het geheel werden op grond van
de geconstateerde misstanden 198 schrif
telijke waarschuwingen verzonden en 47
processen-verbaal opgemaakt.
6000 BOETE VOOR PRIJSOPDRIJVING
VAN KRENTEN.
Bij tuchtbeschikking van den inspec
teur voor de pr(jsbeheersching te 's Her
togenbosch werd een groot bedrijf voor
manufacturen en levensmiddelen te 's Her
togenbosch een boete opgelegd van 6000
voor prijsopdrijving van levensmiddelen.
Deze firma, welke in Februari van dit
jaar krenten verkocht ad 0.90 per kilo,
had dezen prijs verhoogd: tot 1.20 per
kilo. Ofschoon de winkelchef het bestaan
van het prijsbeheerschingsbesluit kende,
was hij op eigen gezag hiertoe overge
gaan. Als verweer voerde hij aa<n, dat er
een zekere eenheid moest zijn tusschen de
prijzen van rozijnen en die van krenten.
De inspecteur voor de prysbeheersching
besliste evenwel, dat deze overweging
geen motiveering is voor prijs verhooging.
Bij de bepaling der boete hield hij re
kening met den ernst van het feit, dat
levensmiddelen voor een te hoogen prijs
aan de bevolking werden aangeboden.
Vooral specerijen blijkeif onderwerp te
zijn van ongeoorloofde prysverhooging.
Verschillende overtredingen op dit gebied
werden berecht. Peper, welke voor 0.16
per busje was ingekocht, werd verkocht
voor 0.45 per busje. Hiervoor werd een
boete opgelegd van 50.
Een winkelierster te Tilburg berekende
een te hoogen prijs voor busjes nootmus
kaat. Zij werd veroordeeld tot een boete
van 5.
HET WEGGEWORPEN SIGARETTEN
PEUKJE.
Door een achteloos weggeworpen smeu
lend sigarettenpeukje zyn in het Poolsche
dorp Wjerasnja 24 huizen, 22 stallen en
14 schuren in de asch gelegd. Een sterke
wind begunstigde de uitbreiding van het
vuur. De schade wordt op bijna een half
millioen zloty geschat.
OVEZANDE.
Abonnementen en advertenties voor de
Provinciale Zeeuwsche Courant worden
aangenomen door den Agent.
A. BAKKER.
MAN, DIE 290 TALEN SPRAK,
GESTORVEN.
De man die 290 talen verstond, de
Frankfurter taalgeleerde dr. Ludwig Ha-
rald Schütz, is, naar de „Berliner Bör-
senzeitung" meldt, op 68-jarigen leeftijd
overleden.
Schütz was oorspronkelijk methematicus.
Zijn taalkundige begaafdheid moet hij van
zijn grootvader, den Sanskriet-kenner C.
Schütz, geërfd hebben.
In een zwart cahier, zijn alfabetische
„Sprachenbuch", had Schütz nauwkeurig
opgeteekend, wanneer hij de talen, die hij
beheerschte, was beginnen te leeren.
Zijn speciale voorliefde gold de Aziati
sche talen. Hij beheerschte niet alleen
Japansch, Hindoestansch, Chineesche, Sia-
meesch enz., doch ook de verschillende
dialecten dier talen.
Eens bezocht hij een circus, waar Sioux-
Indianen optraden. Hij joeg hun een wa
ren schrik op het lijf, toen hij hen in hun
eigen taal toesprak en hun verweet, dat
zij geen Sioux, doch Pawnee-Indianen wa
ren.
Thuis had Schütz een bibliotheek van
14.000 boeken op taalgebied.
Zondag; 30 Maart 1941.
NED. PROGR. HILVERSUM I. 415.5 M.
12.42 Almanak. 12.45 Nieuws- en econ. bor. ANP.
I.00 Strijkkwartet (opn.). 1.45 „Wie en wat wa
ren onze voorouders?" 2.00 Amusementsorkest on
solist. 2.45 Landmans lust. 3.30 Uit Berlijn. 6.00
8.00 Gram. 10.00 Gram. 12.00 Gevraagde platen.
Voor de kinderen. 6.30 Almanak. 6.32 Cabaretpro
gramma. 7.30 Gram. 8.00 Ber. ANP. 8.15 Spiegel
van den dag. 8.30 Ber Engelsch. S.45 Omroep
orkest. de Meesterzangers, een dameskoor on
solisten. 9.40 Gram. 9.45 Engelsche ber. ANP.
10.00 Ber. ANP, sluiting.
NED. PROGR. HILVERSUM II. 301.5 M.
8.00 Gram. 9.00 Studiovroegdienst (VrUz. ProL
Kerkcomité). 10.00 Omroeporkest. 10.40 Gram.
II.00 Omroeporkest. 11.30 Meisjeskoor „De Kre
kels". 12.00 Cyclus „Kent gij uw Bijbel?"(opn.).
(Christ. Radio Stichting). 12.15 Bachcantale
(opn.). 12.45 Nieuws- en econ. ber. ANP. 1,00
Orgel. 1.20 Esmeralda en solist. 2.00 Causerie
„Spreek je moers taal". 2.15 „De ontvoering uit
het Serail", opera (opn.). 4.00 Wijdingswoord
(Christ. Radio Stichting). 5.15 Gram. 5.80 Revue-
progr. 6.15 Piano. 6.45 Sport van den dag. 7.00
Gram. 7.15 De Ramblers. 7.45 Reportage, 8.00
Ber. ANP. 8.15 Gram. 8.30 Concertgebouworkest
en solist (opn.). 9.15 Radiotooneel. 9.45 Gram.
10.00 Ber. ANP, sluiting.
Maandag 31 Maart 1941.
NED. PROGR. HILVERSUM I. 415.5 M.
6.45 Gram. 6.50 Ochtendgymn. 7.00 Gram. 7,45
Ochtendgymn. 8.00 Dagopening (Vrijz. Prot.-
Kerkcomité). 8.10 Gewijde muziek (gr.pl.). 8.30
Ber. ANP. 8.45 Orgel. 9.15 Gram. 10.00 Amabüe-
sextet 10.20 Voordracht. 10.40 Amabile-sextet.
11.15 Zang cn piano. 12.00 Esmeralda en solisten.
12.42 Almanak. 12.45 Nieuws- en econ. ber. ANP.
1.00 Omroeporkest. Intermezzo Piano-soli. 2..10
Voor de vrouw. 2.30 Orgel. 3.00 De Romances
en soliste. 4.00 Gram. 4.30 Gram. (met toel.).
5.00 Gram. 5.15 Nieuws-, econ.- en beursber.
ANP. 5.30 Gram. 5.45 De Ramblers. 6.15 Causerie
„De Balkan als afzetgebied voor de Ned. indus
trie". 6.S0 Musette-orlcest „Les Gars de Paris"
en gram. 7.00 Econ. vragen van den dag ANP.
7.15 Gram. 8.00 Ber. ANP. 8.15 Spiegel van den
dag. 8.30 Ber. Engelsch. 8.45 Omroep-Symphonie-
orkest. 9.40 Gram. 9.45 Engelsche ber. ANP. 10.00
Ber. ANP, sluiting.
NED. PROGR. HILVERSUM II. 301.5 M.
6.45 Gram. 6.50 Ochtendgymn. 7.00 Gram. 7.45
Ochtendgymn. 8.00 Gram. 8.30 Ber. ANP. 8.45
Gewijde muziek (gr.pl.). 9.15 Gram» 10.00 Mor
gendienst (Christ. Radio Stichting). 10.20 Kerk
orgel en zang. 11.00 Voordracht. 11.20 Sylvestre-
trlo. 12 00 Ber. ANP. 12.15 Gram. 12.45 Nleuws-
en econ. ber. ANP. 1.00 Ensemble Jonny Kroon.
2.00 Arnhemsche orkestver. (2.302.45 Gram.)
3.30 Huishoudelijke vraagbaak. 3.45 Orgel. 4.10
Gram. 4.30 Voor de kinderen. 5.00 Lijdensmedi
tatie (Christ. Radio Stichting). 5.15 Nieuws-,-
econ.- en beursber. ANP. 5.30 .Salonorkest. 6.00
Gesprekken met luisteraars (Vrijz. Prot. Kerk
comité). 6.15 Gram. 6.45 Reportage. 7.00 Friesch
praatje ANP. 7.15 Concertgebouwkwintet cn so
list. 8.00 Ber. ANP. 8.15 Spiogel van den dag of
gram. 8.30 Omroeporkest cn soliste. 9.30 Causerie
„De Invloed van alcohol op onze volkskracht".
9.45 Gram. 10,00 Ber. ANP, slutting.
AGENDA
GOES.
Grand-theater. Vrjjdag 28, Zaterdag 29,
Zondag 30 Maart en Dinsdag 1 April
„Nanette".
VLISSINGEN.
„Alharabra"-theater. Van Vrijdag 28
Maart t/m Dinsdag 1 April „Jacht
zonder genade".
MIDDELBURG.
„EIectro"-bioscoop. Van Vrijdag 28 Maart
tot en met Donderdag 3 April„Bel
Ami",