PROVINCIALE ZEEUWSCHE COURANT Donderdag 27 Maart 1941 WEES ZUINIG MET UW BANDEN. HET VERSTREKKEN VAN OPDRACHTEN AAN NEDERLANDSCHE INDUSTRIEËN. Kunst wordt 100 regeeringszorg. De oorlog in de lucht. Tweede blad Nuttige wenken van den economischen voorlichtingsdienst. De economische voorlichtingsdienst deelt mede: Na een einde is gekomen aan den vrijen aankoop van banden en de overheid wegens de slechte positie van onze rubber, is moeten overgaan tot een zeer straffe distributie van alle soorten binnen- en buitenbanden van rijwielen en transportfietsen, zal menigeen zich hebben afgevraagd hoe hU zijn band moet verzorgen om er zoo lang mogelgk plezier van te heb ben. ZORG VOOR UW BAND, DOOR VOOR UW FIETS TE ZORGEN. Een goede verzorging van den band omvat niet slechts goed oppompen en het vrijwaren voor schuren en schaven van den band, maar strekt zich uit tot de ge- heele fiets. Dikwijls heeft de wijze, waarop men rijdt, of de spanning der spaken grooteren invloed op den levensduur dan de behandeling van den band zelf. REM NIET PLOTSELING. START MET ALS EEN RACER.' De banden rollen niet zoomaar voort dat gebeurt alleen, wanneer men de fiets aan de hand meevoert waarbij zij nauwe lijks slijten maar zetten zich af aan den weg, wat met meer of minder kracht gepaard gaat en dus noodzakelijk eenige slijtage veroorzaakt. Het sterkst is die slijtage natuurlijk, wanneer zoo hard op het pedaal wordt getrapt, dat het wiel doorschiet en de band over het wegdek schuurt. Bij sterk en plotseling remmen geschiedt hetzelfde; het wiel schuift over den weg. Dat beide gevallen zeer schadelijk zijn, behoeft geen betoog. Maar wel moet de aandacht worden ge- vestigt op de omstandigheid, dat zich in geringere mate hetzelfde voordoet, wan neer de fiets te snel in beweging komt of te hevig wordt afgeremd. 'ïen doet daar om goed steeds geleidelijk aan te remmen en niet als een racer te starten, maar het rjjwiel de gelegenheid te geven langzaam aan vaart te krijgen. SLINGERENDE EN SLECHT SPO RENDE WIELEN. Ook het wiel moet zich in goeden toe stand bevinden. Daartoe moet erop worden gelet, dat de wielen niet slingeren, (d.w.z. precies in eikaars verlengde staan en niet het eene loodrecht op den weg en het andere scheef) en worden gesteund door behoorlijk strak aangedraaide spaken. Het wiel heeft den steun, dien het van de spaken ontvangt, noodig om zgn juisten ronden vorm te bewaren. DE ROESTENDE VELG. Het tweede onderdeel, waar het critisch oog vaak vele fouten ontdekt, is de velg. De velg mag niet roesten, want roest vreet den binnenband aan en de velglinten moeten behoorlijk op hun plaats liggen om daar den band tegen de spaakeinden te beschermen. SMEER SPAARZAAM. Overvloedig smeren ls gevaarlijk, want bij stilstand van het wiel, kan de olie via de spaken door den nippel den "binnen band aantasten. RIJD NIET OP. Tenslotte den band zelf. Repareert men een band zelf, dan moet erop worden ge let, dat de dradenbescherming niet wordt beschadigd en de binnenband niet tusschen velg en buitenland stuk geknepen kan worden. Is de band lek geworden door een spijker, een stuk glas of een ander scherp, puntig voorwerp, dan behoort men vóór het rgwiel naar den reparateur wordt ge duwd, het kwaad, dat de lekkage ver oorzaakte, te verwijderen. Doet men dit niet, dan is de kans groot, dat het scherpe voor werp, vastgeklemd als het is in den bui tenband, den binnenband op talrijke plaat sen doorboort en hem zoo waardeloos maakt. Rijden op een gesprongen band is natuurlijk uit den booze. EN LOOP NIET MET EEN FIETS MET LEKKEN BAND. Men moet ook in ander opzicht voorzich tig zijn met het vervoeren van een rij wiel op een lekken band, want dan dreigt oploopen van den binnenband. Het is na melijk zoo, dat een niet onder spanning staande buitenband eenigszins gaat rond- schuiven en daarbij den binnenband mee trekt. Deze heeft, doordat hg met het ventiel aan de velg vastzit, niet eenzelfde bewegingsvrijheid. Hij wordt dus eensdeels van het ventiel af uitgerekt en anderdeels naar het ventiel toe opgepropt, hetgeen afbreuk doet aan zijn duurzaamheid. DE DYNAMO. Voorts is een dynamo, die niet juist ge steld is, funest voor den band, want het aandrijfwieltje draait dan niet soepel langs den band, maar schuurt en schuift er langs. Dit is gemakkelijk te controleeren. Met een touwtje kan men zonder moeite nagaan of de lengte-as van de dynamo heen wijst naar de as van het wiel. Staat het aandrijfwieltje scheef op den bahd, dan komt binnen korten tijd het canvas bloot te liggen. BEHANDEL UW BAND ZORGVULDIG. Een vanzelfsprekende constateering is, dat veel meer kilometers kunnen worden afgelegd op een goed opgepompten dan op een te slappen band en dat nooit op een leegen band mag worden gereden. Daarom dient iedere wielrijder over een behoorlijke pomp te beschikken en er geregeld ge bruik van te maken. Ook tegen stoepjes oprijden of door glas of andere scherpe voorwerpen fietsen is schadelijk. Iedereen weet dit, en toch ziet men het, vooral by de jeugd nog herhaaldelijk. Zware belasting van een band, is even min goéd, een regel, waartegen vooral wordt gezondigd door hem, die iemand op de bagagedrager laat meerijden. Als laatste, veel voorkomende euvel, moet het aanloopen van den band worden genoemd. Spatbordstang, jasbeschermer (door vocht van vorm veranderd) en ket- tingkast helpen den band veel sneller aan zgn einde dan noodig is. Een schurend geluid moet voor ieder een waarschuwing zgn niet langer zoo door te rijden, maar het euvel op te heffen. Bovenstaande wenken zullen voor weini gen iets nieuws inhouden. Wie echter op straat ztjn oogen goed den kost geeft, weet, dat zg geenszins overbodig zjjn. BANDEN VOOR INVALIDEN EN ZWAKKEN. Over de vraag, wie in aanmerking komt voor een nieuwen band, zij in aansluiting aan het vroeger bekend gemaakte nog vermeld, dat invaliden en zwakken, wan neer zij een bon voor een nieuwen band willen verkrijgen, aan het plaatselijk dis tributiekantoor een doktersverklaring die nen over te leggen, dat zij hun rijwiel of invalidewagen noodig neobea om zich langs den openbaren weg te kunnen voort bewegen. Besprekingen in Den Haag. Woensdagmorgen had te 's-Gravenhage een bijeenkomst plaats tusschen vertegen woordigers van Nederlandsche en Duit- sche industrieën, ten einde besprekingen te voeren omtrent vraagstukken, verband houdende met het verstrekken van Duit sche orders aan Nederlandsche industrieën. De bijeenkomst werd door deu commis saris-generaal voor financiën en economie, minister dr. Hans Fischboeck geopend, die de aanwezigen welkom heette. Met voldoening constateerde dr. Fischboeck dat de samenvoeging van bedrijfsverwante groepen in één orga nisatorisch geheel reeds aanmerke lijke vorderingen heeft gemaakt. Bin nenkort kan een tjefinitieve totstand koming van alle aangesloten groepen in één, nauw aaneen gesloten verband tegemoet worden gezien. Th anus gaat het er om, aldus spreker, met de practische werkzaamheden te be ginnen. Het is nu de taak, gemeenschap pelijk te overleggen in welken mate Duitsche opdrachten aan Nederlandsche industrieën kunnen worden verstrekt» en uitgevoerd. Op het oogenblik krijgt het Nederland sche bedrijfsleven een oorlogskans. In Ne derland immers kunnen in vele gevallen nog werkkrachten gevonden worden, die in staat zgn na een korte technische oplei ding in industrieele bedrijven te werk te worden gesteld, zulks in tegenstelling tot Duitschland, waar zulks niet mogelijk is. Hierin ligt dan ook de oorzaak, dat een verschuiving van Duitsche opdrachten naar Nederland plaats heeft. In Nederland zal alleen datgene wonden vervaardigd wat- van oorlogsbelang is. Van oorlogsbelang is alles, wat het Duit sche volk noodzakelijk gebruikt en noodig heeft Niet belangrijk is, wat de Duitsche bevolking niet noodig heeft. Dr. Fischboeck deed een dringend be roep op de aanwezigen bp het tenuitvoer- leggen van hun taak, zich steeds déze ge zichtspunten voor oogen te houden. Werkt allen mede aan de schoone taak, die u wordt opgelegd, teneinde met de aan u verstrekte opdrachten uw bedrijf on derneming ook in de naaste toekomst aan den gang te kunnen houden Hierna voerde dc plaatsvervangende lei der van de Reichsgruppe-industrie, gene- raal-directeur R. Stahl uit Berlijn het woord. Deze besprak met een enkel woord de taak die aan de Duitsche industrieën in oorlogstijd is opgelegd, en de daarmede gepaard gaande noodzakelijkheid, orders naar elders te verschuiven. Laten de Ne derlandsche industrieën de hun toege- strekte hand aanvaarden, teneinde door hunne medewerking de verstrekte op drachten uit te voeren. Vervolgens mam de leider van die Zen- tralauftragsstelle, ing. E. Nimtz het woord. Deze constateerde, dat in vele ge vallen de Nederlandsche industrieën reeds tal van welkome orders hebben gekregen en tenuitvoer gebracht. Vooral de textiel industrie heeft daarvan in hooge mate ge profiteerd. Andere industrieën zullen in het vervolg eveneens van werk worden voorzien. In menig opzicht kon het Duitsche rijk reeds worden ontlast bp zijn moeilijkheden die het ondervond industrieele orders ten uitvoer te brengen. Dit heeft voor Neder land beteekent, dat de Nederlandsche in dustrieën aan het werk zijn gebleven, waardoor de arbeidsmogelijkheden voor de bevolking gewaarborgd bleven. Ontslagen hebben nauwelijks plaats gehadwel in vele gevallen het tewerkstellen van dui zenden arbeidskrachten. Tenslotte sprak nog mr. B. J. M. van Spaendonck, lid van de Tilburgsche ver- eeniging van fabrikanten. Deze wees op het brandende vraagstuk van het heden en voor de naaste toekomstHoe kan ik erin slagen mijn bedrpf gaande te houden De Duitsche autoriteiten waarborgen de voorziening met grondstoffen, hetgeen van de grootste beteekenis is voor de hand having der bedrijvigheid der Nederland sche andernemingen. Hierna hadden afzonderlijke besprekin gen plaats tusschen de vertegenwoordi gers van Duitsche en Nederlandsche be drijfsgroepen. MR. ROST VAN TONNINGEN PRESIDENT DER NED. BANK. Het Rijkscommissariaat maakt bekend: De Rijkscommissaris voor bezet Neder land, rijksminister Seyss In quart, heeft op grond van zgn verordening nr. 108—1940, par. 1 over bijzondere bestuursrechtelijke maatregelen mr. M. M. Rost van Tonnin gen tot president der Nederlandsche Bank benoemd. De beëediging vond heden door den Rijkscommissaris, in tegenwoordigheid van commissaris-generaal voor financiën en economie, minister dr. H. Fischboeck, plaats. Tegelijkertijd heeft de Rijkscommissa ris voor bezet Nederland, rijksminister Seyss Inquart op grond van zijn verorde ning nr. 3 1940 par. 1 over de uitoefening van de regeeringsbevoegdheden in bezet Nederland in verband! met verordening nr. 1081940 par. 3 (4e verordening over bij zondere bestuursrechterlijke maatregelen) den directeur-secretaris bp de Nederland sche Bank, mr. J. Westerman Holstijn eervol ontslag verleend met toekenning van pensioen en in zijn plaats benoemde de rijkscommissaris, rijksminister Seyss Inquard den Procuratiehouder van de Ne derlandsche Indische Handelsbank te Am sterdam, den heer J. Robertson tot direc teur-secretaris bij de Nederlandsche Bank en droeg hem tevens de functies op van plaatsvervanger van den president in dén zin van par. 21 al.l idler statuten van de Nederlandsche Bank. Van bevoegde zijde wordt hierbij nog opgemerkt, dat de benoeming van mr. Rost van Tonningen niet aan zijn politieke gezindheid onspruit, doch dat de quali- teiten van mr. Rost van Tonningen op fi nancieel gebied zeer bekend zpn en deze inzonderheid! bij zijn benoeming op de be doelde plaats den doorslag gegeven heb ben. Mr. M. M. Rost van "Tonningen werd in 1894 geboren uit een officieren-geslacht. Op 15-jarigen leeftijd bezocht hij de H. B. S. in Den Haag en ging vervolgens naar Delft om technische vakken te studeeren. De mobilisatie van 1914 maakte een einde aan zijn technische studie. De heer Rost van Tonirangen trad in militairen dienst. In Augustus 1915 werd hij officier. Na af loop van den wereldoorlog deed hij staats examen, was in één jaar tijd candidaat in de rechten en twee jaar later reeds docto randus. Hij voelde zich aangetrokken tot de politieke financieele wereld en werd secretaris van het Noord-Amerikaansche scheidsgerecht in Den Haag. Daarna ver trok hij als volontair naar Genève en werkte op het arbeidsbureau van den Vol kenbond. In 1923 volgde zijn benoeming tot se cretaris van mr. A. R. Zimmerman. Aan vankelijk was hij belast met de studie der Oostenrijksche staatsfinanciën. Vervolgens was hij werkzaam bij de controle en re organisatie der staatsbedrijven en verbin ding met de circulatiebank. Toen mr. Zimmerman in 1926 Weenen verliet, heeft mr. Rost van Tonningen twee jaar de liquidatie voortgezet. In 1928 kwam hp weer naar Nederland en was werkzaam als chef van de studie- afdeeling bjj het bankiershuis Hope Co. te Amsterdam. In 1931 ging hij als ver tegenwoordiger van den Volkenbond naar Weenen voor. de financieele contróle op de Oostenrpksche staatsfinanciën. In 1936 werd hij eervol uit deze functie ontslagen. Zpn arbeid voor den Volkenbond en zijn aanraking met het politieke leven in Oos tenrijk, wekten bij den heer Rost van Ton ningen de nationaal-socialistische wereld beschouwing op. Hij sloot zich. in Juni 1936 bij de N.S.B. aan en werd bp de stichting van „Het Nationale Dagblad" door Mus- sert tot hoofdredacteur benoemd. Van 1937 tot Mei 1940 heeft mr. Rost van Tonningen voor de N.S.B. zitting ge had in de Tweede Kamer, waar hjj steeds opkwam voor het recht van den arbeider. Uitwassen in de samenleving vonden in hem een fel bestrijder. Eenige maanden geleden benoemde de Rijkscommissaris hem als commissaris voor de S.D.AP. met de opdracht de cul- turecle waarden, die in den loop der jaren door deze organisatie waren gesticht, voor den Nederlandschen arbeider te bewaren. Onlangs benoemde ir. Mussert den heer Rost van Tonningen tot hoofd van de af- deeling nationaal socialistische vorming van het hoofdkwartier der beweging. Dezer dagen werd hp voorts benoemd als leider van het economische front-van de N.S.B. als opvolger van den heer W. O. A. Koster. DE EXPORT VAN BLOEMEN NAAR DUITSCHLAND. Van bevoegde zijde wordt medegedeeld, dat per 1 April as. een belangrpk kwan tum Nederlandsche bloemen naar Duitsch land zal worden uitgevoerd. Groote kwanta rozen en seringen uit Nederland zullen in het a.s. kwartaal vrij gegeven worden voor den export naar Duitschland, terwjjltevens freesia's zullen mogen worden uitgevoerd. De onderteekening van het protocol öetieffende de toetreding van Joegoslavië tot het Driemogendheden-pact Het oogenblik, waarop mlnistar-president Tswetkowitsl zijn bandteakening plaatst (Telegrafische foto Atlantic; De plannen ten aanzien van het tooneel. Op uitnoodiging van den secretaris-ge neraal van het departement van Volks voorlichting en Kunsten zijn dezer dagen een groot aantal vooraanstaande tooneel- spelers en -speelsters op het departement gekomen teneinde uit den mond van dr. Goedewaagen te vernemen, welke plannen de overheid ten aanzien van het tooneel koestert. Uit de redevoeringen van den secre taris-generaal en het hóófd van de af deeling theater en dans, den heer F. Primo, is als een der belangrijkste feiten naar voren gekomen, dat de overheid zich voorstelt een of meer staatsgezelschappen te stichten, waar bij tevens de bemoeienis van ete ge meentebesturen op den staat zal overgaan. Tusschen tooneel en publiek heeft tot ml toe een diepe kloof bestaan en het depar tement zal koste wat het kost deze kloof overbruggen. Vervolgens ging dr. Goede waagen na, hoe deze kloof tusschen pu bliek en tooneel is ontstaan en hoe déze steeds wpder werd. In geen geval zag hij de ^bescherming van het tooneel in het op leggen van beperkingen aan de film, wel ke in de volksgemeenschap haar eigen en speciale taak heeft. Zpns inziens was het gebrek aan goede tooneelsyhrijvers een der grootste tekortkomingen, waarin zal moeten worden voorzien. Het wachten is thans op de tooneel- spelers en -schrijvers, die de huidige dra matische spanning zullen uitbeelden. Er zal een typisch Nederlandsche tooneel- schrrjfkunst moeten komen. Onze door en door dramatische geschiedenis werd tot nu toe object van 1 itteratuur-didactiek. Maar zoodra het tooneel litteratuur wordt is het met het tooneel uit. Ook de Ne derlandsche volkshumor diena niet te worden vergeten. Tenslotte zette dr. Goedewaagen in groote trekken zijn plannen uiteen. Er kunnen groote spelen komen op volksche feestdagen. Er komt een gilde, evenals dit bjj de beeldende kunstenaars het geval zal zijn met een vijfvoudige taak. Het dillettantentooneel zal daarbij wórden verwaarloosd. De studentenspelen en de dilettantenvereenigingen zullen on der toezicht worden geplaatst. De tooneelspeler èal worden ingescha keld in het volksleven, waarbij een trits van begrippen naar voren komtschrij ven, spelen en publiek. Op deze drie be grippen zal de Nederlandsche tooneelcul- tuur worden gegrondvest. De organisatie van het tooneélg'dde. Hierna sprak de heer F. Primo, hoofd van de afdeeling theater en dans van het departement van volksvoorlichting en kunsten, over de organisatie van het tooneelgilde. Van heden af is gebroken met de libe rale opvattingen inzake kunst en tooneel. Voor ons is kunst juist 100 pet. regee ringszorg, van nu af aan zal dus ook het tooneel nooit meer van onze zorg kunnen loskomen. De overheid bemoeit zich voortaan met het tooneel en zeer zeker in de eerste jaren dezer revolutionnaire periode uitsluitend en in hoofdzaak dit departement, omdat deze arbeid voorloo- pig aan geen particulieren en aan geen decentraliseerende-instanties kan overge laten worden, ook niet aan gemeentebe sturen. Ons departement zal er voor zorg dra gen, dat u ln de toekomst, een vol jaar loon en een behoorlijke salarieering wordt gegarandeerddat gij materieel dus vrij van zorgen en onder gereglementeerde ar beidsvoorwaarden u in uw kunst ten bate der cultuurgemeenschap volledig, rustig en evenwichtig kunt ontplooien, dat gij na een jaar ingespannen arbeid kunt ge nieten van een verdiende vacantie, zonder dat gij u om den broode, hoeft te verne deren door op jacht te &aan naar eenige bijverdienste in werk dat uw talent soms verlaagt en uw kunstenaarschap geweld aandoet. Gij moet er gerust op kunnen zijn, dat gij by invaliditeit of in uw ouden dag tegen de gevolg' van ongeschiktheid tot werken sociaal verzekerd zyt, ook in het belang van uw nabestaanden. Kortom, de heele zorg der nationaal-socialistische ge meenschap voor allen die arbeiden, zal ook den acteur gewaarborgd zijn- Maar daartoe zal hg zich zoo spoedig mogelijk hebben te oriënteeren op die nieuwe gemeenschap en zich onder haar instellingen moeten scharen. Voor den acteur zal dat zgn de binnen enkele dagen op te richten Ned. Kultuurkamer, met het theatergilde, waarin gij opgenomen zult worden in de vakgroep tooneelspelers. Alleen beroepstooneelspelers of zg die vanwege hun vastgestelde artistieke ca paciteiten door deskundigen uit uw mid den daartoe geautoriseerd zgn, zullen in uw vakgroep opgenomen kunnen worden en alleen ook dezen zullen bg het be- roepstooneel mogen optreden; Het theatergilde zal o.m. hebben een vakgroep tooneelspelers, een vakgroep opera- en operette-art is tea, een vakgroep kunstdans (ballet enz.) een vakgroep dansleeraren voor den gezelschapsdans een vakgroep kleinkunst (cabareti revue, variété), een vakgroep the aterdirecteuren,- een afdeeling amateur- tooneel en een afdeeling volksdans. Alles wat dus met de levende kunst van. het tooneel te maken heeft zal onderge bracht worden in het theater-gilde en zal daarin moeten zgn, omdat hg anders niet langer als beoefenaar van dien tak van kunst toegelaten kan worden. Dit is ter bescherming van de kunst en den kunstenaar, ideëel en sociaal. Het amateur-tooneel, als belangrijke! factor in de volkscultuur, evenals trou wens de volksdans, kan de overheid niet aan zijn. lot overlaten. De 3000 en meer dilettantenvereenigingen -zullen, wanneer ze zich als kultuurvereeniging beschou wen en als zoodanig werkzaam zgn, zich als vereeniging bg de Ned. Kultuurkamer moeten aansluiten. Anders behooren ze, als amusementsvereeniging, tot een.groep volksvermaak of ontspanning. Over de plannen van de overheid t.a.v. het tooneel deelde spr. in groote Ignen mede, dat het in de bedoeling ligt één of meer staatsgezelschappen op te richten van groot formaat, ten einde daarmee groote monteermgen van klassieke en an dere werken te kunnen doen. Het kleinere tooneelwerk zal als afwisseling ook ter hand genomen worden. Zooveel mogelijk zal voor de groote ge zelschappen een vaste standplaats worden gekozen ten einde overtollige reizen te voorkomen, hoewel het in ons kleine land niet geheel te vermgden is. Naast die z.g. vaste groepen, die toch niet te talrgk kunnen zgn, gezien de beperktheid van de beschikbare goede krachten, zullen een paar reizende groepen gevormd worden, speciaal daartoe uitgerust, die tooneel- kunst in die steden en kleinere plaatsen moeten brengen, die tot hiertoe van goed tooneel verstoken bleven. Ik zou u ook willen spreken over de opera, die een Ned. Staats-opera zal moe ten worden en over een Ned. Staatsballet, maar moet my wegens den tgd daartoe thans beperken. Een belangrijke tak van zorg voor de overheid zal ook zgn de toekomstige op leiding van den tooneelspeler, den opera zanger en den kunstdanser. De scholen voor dramatische kunst (tooneel en opera): en voor den kunstdans zullen rijksinsti tuten moeten worden, die we hopen onder ons toezicht te kunnen brengen. De Londensche berichtendienst maakt melding van luchtaanvallen van gisteren op Zuid- en Zuidwest-Engeland. Bij een aanval op een stad in het Westen des lands is eenige schade aangericht en zijn enkele verliezen te betreuren. In het officieele communiqué van het Engel3che ministerie van luchtvaart heet het o.a., dat Duitsche vliegtuigen gisteren door het werpen van bommen in twee steden van midden-Engeland schade aan gericht hebben aan industriegebouwen. Italiaansche aanval op Preveza, Een speciale verslaggever van Stefani seint: Een escadrille Italiaansche bommenwer pers heeft Woensdag met zichtbaar succes een aanval gedaan op de vlootbasis van Preveza (Griekenland). Hevige branden, die reeds op grooten afstand zichtbaar wa ren, ontstonden in het getroffen gebied. Formaties jagers hebben aan het Griek- sche front autokolonnes van den vifand met mitrailleurvuur bestookt. Engelsche aanval op Asmara. Een speciale verslaggever van Stefani meldt; dat Dinsdagmiddag drie Engelsche bommenwerpers van het type Blenheim, Asmara (Erythrea) hebben gebombardeerd. Het gebo.uw van de missie en de kerktoren kregen twee voltreffers. De bom op den toren ontplofte niet, maar het gebouw van de missie werd zwaar beschadigd. Een kind en een zuster werden zwaar gewond. In totaal vielen er vjjf dooden en achttien gewonden onder de Italianen te betreuren en vier en vijf gekwetsten onder de in- heemsche bevolking.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1941 | | pagina 5