nr i
HOEST
ABDIJSIROOP
Derde blad.
Politieke onzekerheid remt den handel.
OP DE GELDMARKT TRAD EEN VERRUIMING IN.
OORLOIMIUDE
f 920.000.000.-
f 190.000.000.-
PROVINCIALE ZEEUWSCHE COURANT
Zaterdag 8 Maart 1941
Financieel Economisch Overzicht
Hoewel de politiek van de Asmo-
gendheden op den Balkan eenige ver
duidelijking van de situatie in Zuid-
Oost-Europa heeft teweeg gebracht,
kan men op grond hiervan toch be
zwaarlijk beweren, dat aan de politie
ke spanning in het oostselgk gebied
van de Middellandsche Zee nu tevens
een einde is" gekomen. De onzekerheid
ten aanzien van de verdere ontwik
keling van de machtsverhoudingen
blijft onverminderd voortduren en de
beurs heeft dan ook deze week in
het toetreden van Bulgarije tot het
Drie-Mogendheden-Verbond geen aan
leiding kunnen vinden, om meer te
ondernemen.
Ook deze week heeft de handel te on
zent, zoowel als te Wallstreet bijwijlen
volkomen gestagneerd en de opleving, die
%f en toe intipd was bijna steeds aan bij
zondere factoren toe te schrijven, die
slechts tijdelijk invloed op de markt kon
den oefenen.
Noch de aanhoudende bevredigende be
richten uit het bedrijfsleven, noch de op
de geldmarkt ingetreden ontspanning heb
ben den beurshandel nieuw leven kunnen
inblazen.
Wat de geldsltuatie betreft, begint
het publiek er nu toch langzamerhand
van doordrongen te geraken, dat van
een inflationistisch verloop van prijzen
en aandeelenkoersen, zooals wij dat
in den Wereldoorlog hebben gezien,
thans in de verste verte geen sprake
zal zijn. De inflatie-optimisten, die zich
in de voorafgaande maanden aan spe
culatieve aankoopen hadden gewaagd,
hebben daarvoor in de meeste gevallen
weer kostbaar leergeld moeten be
talen.
Er is dan ook vooralsnog weinig
aanleiding op grond van de voort
durende schuldenaanwas van de Schat
kist een buitengewone koersbeweging
te verwachten. De behoeften van de
Schatkist zijn in de afgeloopen week
inderdaad niet gering geweest. Het
uitstaande schatkistpapier steeg van
1025 tot 1077 millioen. Het recht
streeks bij de Nederlandsche Bank ge
plaatste schatkistpapier is van 36
tot 126 millioen toegenomen.
Ongetwijfeld heeft de verruiming op de
geldmarkt steun aan de beurs verleend.
Vooral de sedert Woensdag ingetreden
koersstijging meende men daaraan te moe
ten toeschrijven, al moet men zich niet
voorstellen, dat de verbetering van de
stemming met een belangrijke uitbreiding
van de omzetten gepaard ging. De mo
gelijkheid, dat de Staat in een niet ver
veiwijderde toekomst reeds weer éen deel
van de, al of niet liquide, middelen van
den ^belegger zal opeischen remt natuur
lijk den kooplust in sterke mate.
Overigens hebben de gepubliceerde divl-
dendbesluiten en jaarverslagen allerminst
teleurgesteld. De verwachtingen, gewekt
door het verleden week reeds ,door de
Twentsche Bank gepubliceerde dividend
van 5% tegen 4 het vorige jaar
worden beschaamd. De netto winst steeg
blijkens het jaarverslag van 2.671.845 in
1939 tot 3.719.258 in 1940, voornamelijk
dank zij de hoogere rente-ontvangsten,
die in de eerste plaats voortspruiten uit
de belangrijke uitbreiding van de effecten
portefeuille met Overheidspapier. (Al
leen het bezit aan schatkistpapier nam
reeds toe van 69.39 tot 164.12 mil
lioen).
Ook de Friesch-Groningsche en Neder
landsche Hypotheekbank komen met jaar
cijfers voor den dag, die aantoonen, dat de
positie van deze grootste gecombineerde
Nederlandsche hypothecaire instelling
door de oorlogsomstandigheden niet ver
zwakt is.
De gezamenlijke reserves der beide ban
ken bedragen thans 11.83 millioen, ter
wijl de ingekochte onderpanden evenals
het vorige jaar slechts voor 3 op de
balans paraisseeren. De b aide netto
winst van 835.500 (v.j. 924.900) stelt
de bank in staat het dividend op de oude
hoogte te handhaven.
Het door de N.V. „Gemeenschappelijk
Eigendom" Mij tot Expl. van Woon- en
Winkelhuizen, over 1940 gepubliceerde jaar
slag versterkt het vertrouwen, dat mèt
de in 1937 plaats gevonden financieele
reorganisatie, de ongunstige periode de
finitief is afgesloten. Het exploitatiesaldo
is sedert 1937 van 209.CcJ tot 470.000
gestegen, hetgeen nog een vooruitgang
van 57.000 ten opzichte van 1939 be-
teekent.
Na afschrijvingen en reserveeringen res
teert een winstsaldo van 222.277 (v.j.
194.444), waaruit op de gewone en pre
ferente aandeelen evenals het vorige jaar
5 wordt uitgekeerd.
De gang van zaken in de Nederlandsche
papierindustrie is blijkens de gepubliceer
de dividendbesluiten in het afgeloopen
jaar eveneens gunstig geweest. Van Gel-
der's Papierfabrieken keeren op dé gewone
aandeelen 10 uit (tegen 8 de Kon.
Ned. Papierfabriek verhoogt haar uit
keering tot 14 (v. j. 10 waarbg
men in aanmerking moet nemen, dat het
kapitaal van eerstgenoemde onderneming
veel grooter is, zocdat de dividenduitkee-
ring een veel hooger bedrag vergt.
Voor de beoordeeling van de Indische
fondsen hebben zich weinig nieuws pers
pectieven voorgedaan. De handelsbespre
kingen tusschen Ned. Indische en Japan-
sche instanties hebben nog altrjd niat tot
een definitief resultaat geleid. Wel wordt
gemeld, dat deze besprekingen vlot ver-
loopen, doch of men spoedig tot overeen
stemming zal komen, is moeilgk té voor
spellen.
De uitvoer van producten uit Ned.
Indië schijnt voornamelijk van de beschik
bare scheepsruimte af te hangen. De om
standigheid, dat men met den aangekon-
digden bouw van een tinsmelterij in de
Ver. Staten te exploiteeren door de Billi-
ton geen haast schijnt te maken, wijst er
op, dat er thans voldoende tinvoorraden
in het land aanwezig zgn, waaruit men
zou mogen afleiden, dat de tinuitvoer uit
Ned. Indië nog niet te wenschen overlaat.
Ook voor de thee schijnen de afzetmo
gelijkheden nogal mee te vallen, te beoor-
deelen naar de vaststelling van het thee-
restrictiepercentage voor het per 1 April
aanvangende nieuwe restrictie jaar op 90%
van de standaardhoeveelheid. Het verloop
van de suikerprijzen is minder bemoedi
gend, doch voor petroleum kunnen de voor
uitzichten onder de heerschende omstandig
heden, gezien ook het leveringsverdrag, dat
met Japan gesloten is, niet anders dan
goed worden genoemd. Dat de koersbewe
ging der Indische fondsen den laatsten
tijd niet met deze over het algemeen gun-
stigen gang van zaken in overeenstemming
is geweest, moet ten deele op rekening van
de politieke spanning worden geschreven,
ten deele ook geweten worden aan het
stellig groote en onberekenbare aandeel,
hetwelk de Indische fiscus van de winsten
zal opslokken.
Voor de houders van Amerikaansche
certificaten is het stellig een groote te
leurstelling, dat het plan om de gedecla
reerde coupons ter beurze te doen verhan
delen, althans voorloopig van de baan is.
Het plan schgnt op te veel bezwaren van
technischen aard te zijn afgestuit. Moge
zulks de aantrekkelijkheid van Amerikaan
sche waarden voor het oogenblik al ver
minderen, de omstandigheid, dat de Ame
rikaansche industrie nog altijd op volle
toeren draait en behoorlijke winsten af
werpt, zal allicht voor hen, die niet in de
noodzakelgkheid verkeeren hun kaspositie
te versterken, aanleiding zijn, zich op het
tegenwoordige betrekkelijk lage koerspeil
niet van hun Amerikaansche fondsen te
ontdoen.
Ook in Wallstreet wordt het koersver
loop in steeds sterkere mate door de groo
te staatsuitgaven beïnvloed, terwijl de aan
houdende Britsche liquidaties een krachtig
koersherstel nog altijd verhinderen. Zelfs
de aanvaarding van het wetsontwerp tot
belastingverlichting, welke de industrieën,
die in de eerste plaats van de bewapening
profiteeren een meevallertje van 100
millioen bezorgt, kon de New Yorksche
beurs geen nieuw leven inblazen.
Terwijl in het algemeen de financieéle
uitkomsten der Amerikaansche industrieele
ondernemingen, ondanks de opnieuw ver
hoogde belastingen, gunstig bg die van
het voorafgaande jaar afsteken, stellen
de resultaten van de kunstzijde industrie
teleur. De North American Rayon boekte
een netto winst van 1.78 millioen tegen
2.01 millioen (de exploitatiewinst werd
niet gemeld). Ook de American Bemberg
komt ondanks een hoogere bru o-winst
2.95 tegen 2.65 millioen met een
lagere winst ad 780.000 (tegen 1.37
millioen) voor den dag. De lagere netto
winsten houden, behalve met de hoogere
belastingen wellicht mede verband met
het rese^weeren van belangrijke bedragen
voor uitbreidingen ten behoeve van de be
wapening. De jaarverslagen zullen waar
schijnlijk meer licht omtrent een en ander
verschaffen.
Hieronder volgt een overzicht van het
koersverloop in de afgeloopen week.
4 Nederland 1940 H 98%, 97"/ïe, 98.
4 Nederland 1941 95%, 97%, 96«/ie.
3—3% Nederland 1938 84"/ie, 85s/16,
84«/in, 85%.
Aku 94 %,.87%, 95, 94%.
Lever Bro/l02, 93%, 101%, 100%.
Philips 193%, 194%, 180%, 190, 189%.
v. Gelder's Papierfabrieken 135, 140, 140,4.
Beth. Steel 77%, 78, 75%, 76%.
Kon. Petroleum 214, 216, 203, 214.
Amsterdam Rubber 240, 231%, 241, 238,
244.
Holland Amerika Lijn 105%, 99%, 103, 104.
Java China Japan Lijn 136, 130, 135%.
H.V.A. 389, 373%, 394, 384, 392.
Nisu 230, 225, 226.
Deli Batavia Mij. 170. 158 170.
Deli Mij. 216, 197, 211.
Senembah 182, 171, 185.
kinkhoest
slijmhoest
Gebruik toch A.bdgsiroop,
die de vastzittende slgm
direct zal doen loskomen,
borst en keel verzacht en
Uw hoest zal doen ophouden.
Vanouds beproefd by hoest,
griep, bronchitis, asthma.
AKKER's
Fusie tusschen bouwarbeiders-, schilders-
gezellen- en stukadoorsbond.
Naar wij vernemen zfln dezer dagen in
opdracht van den commissaris van het
N.V.V. de dageltjksche bestuurders van
den Algemeenen Nederlandschen Bouwvak
arbeidersbond, den Nederlandschen Schil-
dersgezellenbond en den Algemeenen Ne
derlandschen Stukadoorsbond by elkaar
gekomen met het doel tot een aaneenslui
ting van deze drie bonden te geraken.
Het resultaat dezer besprekingen Is
geweest, dat men is overeengeko
men, dat de Algemeene Nederland
sche bouwvakarbeidersbond juri
disch in stand blgft en de leden
van den Algemeenen Nederland
schen Stukadoorsbond en van den
Nederlandschen Schildersgezellen-
bond In den Algemeenen Neder
landschen Bouwvakarbeidersbond
worden opgenomen.
De A.N.B. had op 21 Februari van dit
jaar 31.691 leden ondergebracht in 484 af-
deelingen, de N.S.G.B. 6583 ondergebracht
in 125 afdeelingen en de A.N.S.B. 2061 le
den ondergebracht in 46 afdeelingen.
Voorts is besloten, dat het bondsbestuur
zal bestaan uit 9 10 leden, t.w. het be
staande bondsbestuur der A.NJB., alsmede
daaraan toegevoegd een of twee bezoldig
de bestuurders van den N.S.G.B. en den
bezoldigden bestuurder van den A.N.S.B.
De bondsraad van deu A.N.B. is samen
gesteld naar verhouding van het aantal
leden. De N.S.G.B. heeft een bondsraad van
20 leden. Deze 20 leden zullen aan den
bestaanden bondsraad van den A.N.B.
worden toegevoegd, zoomede de leden van
het hoofdbestuur en eenige leden van den
bondskem van den A.N.S.B.
Uit de afdeelingsbesturen van den N.S.
G.B. en A.N.S.B. zullen vakgroepbesturen
gevormd worden! Waar geen afdeelingsbe-
stuur van N.S.G.B. of A.N.S.B. aanwezig
is, zal de A.N.B. uit de ter plaatse aange
sloten schilders resp. stukadoors, vakgroe
pen vormen. Ook voor den bouw zal zg
vakgroepen oprichten. Deze vakgroepen
behartigen de zuivere technische vakbe
langen der aangesloten leden.
Voorloopig blgven de 7 districtsbestuur
ders gehandhaafd. Mocht in de toekomst
blijken dat dit niet juist is, dan zal in
overleg met het N.V.V. dit aantal dus
danig gewgzigd worden, resp. de districts
grenzen dusdanig gewijzigd worden, als de
omstandigheden wettigen.
Na 8 Maart 1941 verschynt van de drie
organisaties alleen nog maar „de Bou
wer".
Voorts is o.m. overeengekomen,
dat voor leden met uurloonen t.m.
62 cent het reglement van den
A.N.B. voor alle leeftgden onver
anderd van kracht ié en in deze
gevallen ook voor schilders én
stukadoors het loon van den tim
merman maatgevend zal zijn voor
de contributiebepaling.
Voor de groep van 63 cent per uur en
hooger, vindt wijziging plaats.
Ook ten aanzien van de bgdragen voor
de werkloozenkassen is overeengekomen,
dat leden in alle leeftgden met uurloonen
t.m. 62 cent in dezelfde bepalingen zullen
vallen als de A.N.B.-leden. Voor de groep
van 63 cent per uur en meer vindt even
eens een wijziging plaats.
De leden van den N.S.G.B. en den A.N.
S.B. zullen dezelfde rechten hebben als de
leden van den A.N.B. op een uitkeering
uit het steunfonds voor oude leden, met
inachtneming van de voorwaarden, welke
in verband met het recht op deze uit
keering zijn gesteld, evenwel onder uit
drukkelijke vastlegging dat de jaren welke
de leden lid waren van den N.S.G.B. of
A.N.S.B. gerekend zullen worden als jaren
lidmaatschap van den A.N.B.
Hiervoor wordt uit de bondskas van den
N.S.G.B. en den A.N.S.B. een éénmalige
betaling van 10 per lid gedaan aan de
kas van het steunfonds voor oude leden.
Oude leden van den N.S.G.B. die reeds
recht hebben op een ondersteuning uit de
kas van den N.S.G.B., zullen minstens deze
uitkeering behouden. Nader bekeken zal
worden door het bestuur van het steun
fonds voor oude leden van den A.N.B. of
oude leden van den N.S.G.B. en den A.N.
S.B. in het steunfonds ondergebracht kun
nen worden en hun inplaats van de bonds-
uitkeering een steunfondsuitkeering te ge
ven tot ten hoogte 2 per week.
De leden van den N.S.G.B. en van den
A.N.S.B. zullen voortaan de uitkeeringen
by overlgden genieten zooals het regle
ment van den A.N.B. deze voorschrijft.
Hetzelfde geldt ten aanzien van uitkeerin
gen by ziekte.
Tenslotte is overeengekomen, dat de
bondsvermogens van den N.S.G.B. en van
den A.N.S.B. aan het bondsvermogen van
den A.N.B. zullen worden toegevoegd.
De fusie is 1 Maart jl. ingegaan. De ad
ministratie van de gefuseerde organisatie
moet uiterlgk aan het einde van deze
maand in werking kunnen treden, op
welken datum ook de veranderde contribu
tieregeling ingaat.
ONDERLINGE
VERZEKERING I
MAATSCHAPPIJ
Deze week werd voor ruim
85.000.000.bijverzekerd, zoo
dat de stand thans is
Afd. A. Woningen, inboedels, enz.
tot 50.000.—
Afd. B. Andere risico's tot
1.000.000.—
Ookde schaden van het op 1
Maart j.l. geëindigde le halfjaar
der afd. B. werden reeds volledig
uitbetaald, zonder dat eenige na-
heffing noodig was.
HALFJAARLIJKSCHE
SCHADE-UITKEERING
Wendt U tot Uw
ASSURANTIE-BEZORGER.
ENGELSCHE TORPEDOJAGER
VERLOREN GEGAAN.
De Britsche admiraliteit heeft Vrijdag
avond meegedeeld, dat de Britsche torpedo
jager „Dainty" tot zinkeu is gebracht en
dat de naaste verwanten der slachtoffers
op de hoogte zgn gebracht.
Eleanor Elliot Carroll
35)
(Slot).
Zie je dat lichtje daar naar ons toe
komen? Dat moet een sloep zyn, Julian.
Ze hebben ons vuur gezien...... ze komen
naar ons toe!"
Het was zoo. Een sloep naderde het
eiland met vrg groote snelheid. Ze konden
de menschen, die er in zaten, reeds onder
scheiden.
„Je hebt gelijk!" riep hg opgetogen uit.
„Ze hebben ons gezien en zijn al bgna
hier. Ik moet die jongelui waarschuwen,
want die schgnen er niets van te be
merken."
Hij draaide zich om, en zette beide han
den voor zgn mond.
„Gwynne! Robin!" schreeuwde hy uit
alle macht. „Kom gauw. We zyn gered!"
Ze hoorden hem roepen, zagen den vuur
gloed en kwamen hand in hand aangehold.
Maar noch Julian, noch Inez lette op
hen. Ze gaven al hun aandacht aan de
naderende sloep. Dichter en dichter kwam
die nader. De kiel schuurde over het
zand en drie mannen sprongen er uit in
het ondiepe water en waadden, onder ge
leide van een gezetten man, naar het
strand. Inez was de eerste, die zyn ge
zicht herkende en met uitgebreide armen
wankelde ze naar hem toe.
„Vader!" jammerde ze erbarmeiyk. „O,
Goddank, daar is vader!"
Ambrose Maitland ving zyn dochter in
zyn armen op.
Het duurde lang, voordat ze wat tot be
daren kwamen. Ze schudden elkaar de
hand, omhelsden elkander, en er vloeiden
heel wat tranen. Er volgden opgewonden
verhalen. Het waren verheugende berich
ten voor hen allen.
Het geheele gezelschap, ook de kapitein
cn de bemanning, was in den orkaannacht
door een ander schip opgepikt en nadien
had Maitland een stoomschip gecharterd en
de omgeving van het wrak naar alle kanten
afgezocht, was op een half dozgn eilanden
naar de vermisten wezen zoeken, maar had
ten slotte alle hoop moeten opgeven.
„Maar op hetzelfde oogenblik, dat ik
jullie vuur zag", zei Ambrose, wien de tra
nen langs de vermagerde wangen stroom
den, „begreep ik terstond, dat een van
jullie allen tenminste in leven moest zijn.
Maar ik durfde niet hopen, jullie allen
levend en wel terug te vinden. Kom eens
hier, Gwynne, en laat me je eens vastpak
ken, om me te overtuigen, dat je het wer-
kelgk in levenden lijve bent Hij sloeg zijn
vrijen arm om haar tengere gestalte heen.
Hg trok haar dicht tegen zich aan en was
geruimen tgd zoo ontroerd, dat hij geen
woord kon uitbrengen. Eindelgk vond hg
zgn spraak terug.
„En nu moeten we gauw naar Margaret
toe Zy is met Rachel aan boord van
dat schip.. Ze bidden samen voor jullie be
houden terugkeerZeg, wisten jullie dat
we hier slechts een halve dagreize van Ha
vanna af zgn?"
In de sloep zaten Gwynne en Robin op
dezelfde bank aan den achtersteven en toen
ze van het eiland wegroeiden, keken ze
beiden nog eens om. Hun baken brandde
nog steeds.
„Onze tuin van Eden", fluisterde hij,
„Wil je wel gelooven, dat het me echt spijt,
dat ik dit eiland waarschgnlgk voor het
laatst zie?"
„Het paradgs is overal, waar je liefde
vindt", fluisterde zy terug en nestelde zich
dicht tegen hem aan.
XXVI.
Hun trouwdag.
Een week-later werd in Havanna het
huweiyk tusschen Gwynne en Robin geslo
ten. Neef Ambrose stond er wel verbaasd
over, maar vroeg toch geen naderen uitleg.
De verloving tusschen zijn dochter en Robin
Lee moest om een of andere reden verbro
ken zijn, dat was duidelijk, maar verdere
bgzonderheden zou hy nooit te weten ko
men. Wel drong hij, evenals zijn vrouw, er
by het jonge paar op aan, de plechtigheid
uit te stellen, tot ze in San Francisco terug
waren. Want ze hadden besloten, hun tocht
naar New-York niet door te zetten.
Robin liet zich echter niet van zijn plan
nen afbrengen. Met een knipoogje naar
Gwynne zei hij „Binnen een paar weken
gaan we naar Europa en vandaar een reis
om de wereld maken, met San Francisco
als eindpunt: Dat is nu eenmaal afgespro
ken."
Margaret paste zich aan de omstandig
heden heel handig aan en stond erop, voor
den uitzet, der jonge bruid te zorgen. Het
had er werkelijk veel van weg, of Ze in die
dagen niet genoeg voor de bruid kon doen.
Onvermoeid ging ze met haar uit winkelen.
Wat Ambrose de opmerking ontlokte, dat
ze, naar zgn meening, de O'Reilley en de
Obispo Straat tot in alle hoeken en gaten
kenden.
Sportkleeren, avondjaponnen, hoeden,
schoenen en kousen werden bg dozijnen ge
kocht. Stapels zyden onderkleeren. Gwynne
protesteerde tegen zooveel buitensporigheid,
maar Margaret was niet te overreden, min
der te bestellen.
„Ik moet myn dankbaarheid toonen, lieve
kind", zei ze. „Het is een soort zoenoffer.
Robin is heel zijn leven min of meer een
zoon voor me geweest en ik hoop zoo, dat
jeveel zult willen vergetenal was
het alleen ter wille van hem. Misschien
komt er nog eens een dag, dat je zelfs van
mg gaat houden."
7
„Dat doe ik al", antwoordde Gwynne
oprecht gemeend.
„Is alles Vergeven, Gwynne?"
„Toe nou, Margaret!" Ze duwde haar
handje kinderlijk, zonder een spoor van
wrok, in die van Margaret. En zoo spra
ken ze zwggend af, dat over het gebeurde
nooit meer een woord zou gesproken
worden.
Toen zé op den trouwdag hun hotel
verlieten, om naar Trinity-kerk te gaan,
straalde ds zon in vollen luister over het
jonge paar. Ambrose Maitland geleidde
de bruid naar het altaar. Met omfloerste
oogen keek hy naar het verheerlgkte ge
zichtje onder den kanten sluier, terwgl
ze stonden te wachten op de eerste tonen
van den Hochzeitsmarsch.
„God zegene je, Gwynne", mompelde
hg. „Hg beware je voor alle verdriet, Je
heele leven lang!"
Ze fluisterde iets terug, maar ze wist
zelf niet, wat ze zei, want op hetzelfde
oogenblik zette het orgel in en betraden
ze het kerkgebouw. Het kleine gezelschap
in de reusachtige kathedraal bestond niet
voor haar. Ze waren daar slechts met
hun beiden alleen, als bevonden ze zich
weer op een eenzaam eiland midden in
den oceaan. Alleen was de toestand nu
zoo heel anders. Toen waren ze myién
ven van elkaar vervvyderd. Nu stonden
ze op het punt voor tgd en eeuwigheid
vereenigd te worden.
Ze keerden terug naar het hotel, waar
Gwynne zich zou verkleeden. Zg had wil
len trouwen in .haar keurige reiscostuum,
dat ze met die bedoeling had gekocht,
maar Robin had er op gestaan, dat ze in
een bruidsjapon zou trouwen.
„We trouwen slechts eens in ons leven",
had hg beslist gezegd. „En dat wil ik met
alle mogelijke plechtigheid doen. Zóó, dat
onze kleinkinderen - het er nog over zullen
hebben!"
De boot naar New-York zou in den na
middag afvaren en ze '*adden dus niet
al te veel tijd meer over. Mevrouw Mait
land en Rachel hielpen Gwynne, maar
Inez, die de trouwplechtigheid niet had
bijgewoond, liet zich ook nu niet zien.
Maitland met zijn vrouw en Julian Faust
vergezelden de jonggetrouwden naar de
boot en bleven op den steiger staan wui
ven, tot het schip afvoer. Het laatste wat
Gwynne zag, was Julian, die met zgn
hoed stond te wuiven. Ze wierp hem met
beide handen kushandjes toe.
„Nu al aan het flirten, mevrouw Lee?"
vroeg Robin met voorgewende verontwaar
diging. Hg kon zich nu een grapje ver
oorloven. Ze behoorde hem nu immers
geheel toe!
„Met Julian blijf ik altyd flirten", zei
Gwynne tot haar echtgenoot. „Daar moet
jg je maar op voorbereid houden!"
Buiten de haven gekomen begaven ze
zich naar him met bloemen versierde hut
en daar vonden ze een pakje en een ver
zegelde enveloppe, geadresseerd aan: „Den
Heer en Mevrouw LeeCameron".
Gwynne scheurde den brief open en las
hem hardop voor.
„Robin en Gwynne,
Van ganscher harte wensch ik jullie
beiden het geluk toe, dat zoo volop ver
diend is. En ik hoop, dat jullie me zult
kunnen vergeven. Hierbg een klein ge
schenk als teeken mijner diepe oprecht
heid, Inez."
Robin maakte het pakje open. Er zat
een gouden, met diamanten bezette siga
rettenkoker in, met Robin's monogram.
Verder een prachtige, dof gouden arm
band met saffieren- voor Gwynne, met aan
de binnenzijde het inschrift: „Verdiend
geluk brengt zegen."
Zwijgend staarde Gwynne lang op die
enkele woorden. Robin echter schoof beide
geschenken minachtend van zich af.
„Zullen we ze aan haar terugsturen?"
vroeg hg. „Dat is mgn idee tenminste.
Hoe denk jg er over?"
Gwynne sloeg haar armen om zijn hals
heen.
„Zg heeft alles verloren, wat ik gewon
nen heb, lieve jongen en ik heb mede-
ïyden met haar. We zullen haar geschen
ken houden en haar een dankbetuiging
sturenEn dat doet me aan nog iets
denken. Help me onthouden, dat ik zoo
dra we in New-York aan wal zgn, een
prentbriefkaart stuur aan een vriendin
van me."
„Wie is die vriendin?" vroeg hg nieuws
gierig.
„Een verpleegster in St. Margaret's Hos
pitaal, Sue Dalton. Zg voorspelde me, dat
ikik meen, dat ze zei „den eenen en
eenigen man" op deze reis zou ontmoe
ten. Ze beweert, dat ze het verleden, het
tegenwoordige en de toekomst kan lezen."
„En hèb je hem ontmoet?" vroeg Ro
bin, haar gezichtje opheffend om haar
diep in de oogen te zien.
„Zeker", antwoordde ze onmiddelUjk.
„Allerliefste!" zei Robin en verborg zijn
gelaat in haar roodgouden krullen. „Het
isdèt alleswaard geweest, nu
het zóó is!"
EINDE.