Tweede blad
PROVINCIALE ZEEUWSCHE COURANT
Woensdag 5 Maart 1941
De nieuwe verordening inzake het bestuur
van gemeenten.
Het kind en het boek.
De brandcatastrophe In Saniander richtte in deze Spaansche havenstad ontzaglijke verwoestingen aan, waarbij meer
dan dertigduizend personen dakloos werden. De reddingsbrigades tijdens het opruimingswerk
(Foto ScherO
REGEERINGSCOMMISSARIS WORDT BIJGESTAAN DOOR DE
WETHOUDERS.
Kroniek van den dag
Engeland breekt met Bulgarije.
Gisteren ls in Duitsche kringen te ver
staan gegeven, fiat het diplomatieke sta
dium spoedig z 1 plaats maken voor een
toeneming van militaire activiteit. Uit
de toebereidselen hier en elders, valt deze
conclusie ook te trekken en bovendien heeft
Hitler in zyn jongste redevoering duidelijk
doen uitkomen, dat de tijd van afwachten
thans voorbij is.
Het voorjaarsoffensief staat voor de
deur en het is ingeleid met een groot-
scheepsche actie in den Balkan. Deze actie
houdt onmiddellijk verband met den oorlog
tegen Engeland en de Britten hebben dan
ook onmiddellijk de consequentie getrok
ken uit de gebeurtenissen en de diploma
tieke betrekkingen met Sofia afgebroken.
Een zelfde reactie kwam uit Londen, toen
Roemenië zich bij het Driemogendheden-
verdrag aansloot, doch wat thans gebeurd
is, trekt om meer dan één reden de bij
zondere aandacht. Niet slechts, omdat hier
uit blijkt, dat Engeland zich definitief
Uit de Balkan-affaire terugtrekt, maar
veeleer, doordat thans de Duitsche troepen
ook in Zuidoost-Europa onmiddellijk aan
de grens van het oorlogsgebied staan.
Voor Turkije en in de voornaamste plaats
voor Griekenland heeft een en ander wel
bijzondere beteekenis. Door zich uit den
Balkan terug te trekken, heeft Londen
het Balkan-gebied practisch tot oorlogs
gebied verklaard, zonder dat het zich nu
terstond zal laten verleiden tot ingrijpen,
gesteld ook, dat het daartoe op dit oogen-
blik in staat zal zijn. Veeleer is het zoo,
dat het verbreken der diplomatieke be
trekkingen de ernst van de situatie on
derstreept en dat de positie, zoowel van
Turkije als van Griekenland er bijzonder
door in het gedrang is gekomen. Uit Ber-
hjnsche correspondenties bleek hedenmor
gen ook, dat in Athene een neurveuze
stemming moet heersehen. Vreest men in
Griekenland, dat de Duitsche troepen via
Bulgarije zullen ingrijpen Misschien, maar
in dat verband dient er dan toch de aan
dacht op te worden gevestigd, dat Berlijn
en Athene nog steeds diplomatieke be
trekkingen onderhouden en dat over een
verbreking daarvan nog niet wordt gerept.
Men heeft in deze verhouding aanleiding
gevonden, om te gewagen van een Duit
sche bemiddelingsactie in het Grieksch-
Italiaansche geschil. Te Berlyn heeft men
deze suggestie onmiddellijk van de hand
gewezen en afgaande op de uiterlijke tee
kenen, moet zulks ook wel zeer onwaar
schijnlijk worden geacht.
Immers ook het Grieksch-Italiaansche
conflict is een onderdeel van den grooten
strijd en Duitschland heeft er toch zeker
groot belang bij dat de Britsche stryd-
rtiacht ook voor een deel in Griekenland
moet worden vastgehouden. Wanneer er
bemiddeld moet worden, dan zou èf Grie
kenland bereid zijn te capituleeren en zich
alsnog in te schakelen in de Balkanorde
ning öf het initiatief daartoe zou moeten
uitgaan van Bulgarije, van Yoego-Slavië of
van Turkije.
Sofia kan voor een dergelijk initiatief
wel uitgeschakeld worden. Blijven dus Bel
grado en Ankara over. Het heeft de aan
dacht getrokken dat Eden voorloopig van
zijn bezoek aan Belgrado heeft afgezien.
Zulks kan tweeërlei beteekenen. In de eer
ste plaats kan Eden het doellooze van zijn
plan inzien, na het contact, dat de Yoego-
slavische staatslieden in Berlijn en Boe
dapest hebben gelegd.
Uit de berichten, dat er in Yoegoslavië
na de gebeurtenissen in Bulgarije geen bij
zondere maatregelen zijn getroffen, zou
kunnen worden afgelëid, dat Belgrado zich
ongeïnteresseerd heeft verklaard. Op grond
daarvan zou van een Yoegoslavische bemid
delingspoging niet veel te verwachten zijn.
In de tweede plaats is het mogelijk, dat
Eden zooveel vertrouwen heeft in de neu
traliteitspolitiek* van Belgrado, dat hy een
reis minder urgent acht. Ongetwijfeld heeft
hij thans grooter zorgen. Zorgen om Grie
kenland en niet minder om Turkije.
Want op dit oogenblik speelt Berlijn
een diplomatieke kaart uit, nu een koerier
met een boodschap van Hitier naar de
Turksche hoofdstad is gevlogen. De strek
king daarvan zal wel een geruststellende
zijn. Berlijn wil in de eerste plaats An
kara geruststellen met betrekking tot het
optreden in Bulgarije. Er is nog weinig
officieel nieuws over de Turksche reacties,
maar onbegrijpelijk is het niet, dat men
er bezorgd is over de consequenties. Turkije,
dat zoo lang tusschen de partyen heeft in
gestaan, moet thans op eigen veiligheid
bedacht zyn. Wanneer een diplomatiek
overleg zou kunnen leiden tot een Turksch
bemiddelingsvoorstel, zou dit een onver
gelijkelijk succes zijn, maar op het oogen
blik schy'nt de kans gering, dat Engeland
het zoover zal laten komen. Turkije als
bemiddelaar schy'nt een onmogelijke figuur,
maar waar in de diplomatie alles mogelijk
is, moet men zich ook hier op verrassingen
instellen. De Turksche houding wordt ech
ter ook beïnvloed door wat men van den
gang van zaken in Moskou denkt.
En tot nog toe is van een officieele
stelllngname van het Kreml niets bekend
geworden, terwijl het van beteekenis zou
zijn deze te kennen, waar in de Bulgaar-
sche kwestie twee opvattingen elkander
schijnen te kruisen. In Bulgarije vindt men
een der contactpunten van de nieuwe Euro-
peesche orde en het Pan-slavisme.
Luchtaanval op Britsche haven.
Sedert de vroege avonduren zijn giste
ren naar het D.N.B. verneemt, zware
Duitsche gevechtsvliegtuigen opgestegen
voor aanvallen op strategische doelen eener
haven aan de Britsche Westkust. Volgens
mededeelingen der eerst terugkeerende be
manningen werd een groot aantal omvang
rijke branden en ontploffingen waargeno
men.
Bommen op het Suezkanaal.
Het Egyptische ministerie van binnen-
landsche zaken deelt mede, dat vijandelijke
vliegtuigen bommen op het Suezkanaal
hebben geworpen.
Het is boekenweek. Aan de etalages van
de boekenwinkels is meer zorg besteed dan
jgewoonlyk. De nieuwste uitgaven lokken
met hun kleurige banden tot koopen. Er
liggen romans, reisverhalen, wetenschap
pelijke werken en er liggen ook kinderboe
ken achter de groote spiegelruiten. De kin
derboeken liggen wat achteraan op een be
scheiden plaatsje. Toch zyn ze niet onbe
langrijker dan eenig ander boek en ze ge
nieten ondanks hun bescheiden plaatsje
heusch wel belangstelling.
Een keine vinger wijst tegen de ruit en
een hoog stemmetje zegt: „Dat boek pap
pie met die grappige poppetjes!"
De vader lacht en stapt met zijn kleuter
aan de hand den winkel binnen.
Een groepje bakvisschen staat stil voor
de boekenetalage en levendig worden de
verwachtingen, die de jonge dames om
trent de nieuwe meisjesromans hebben, be
sproken. Een jeugdige H.B.S.'er geeft zijn
vriend een por in zyn ribben en zegt: „Dat
boek joh, dat over vliegtuigen, zal fijn
zijn", en hij drukt zijn neus plat tegen het
glas om de band, die zoo veel beloofd, goed
te bekijken. Het is alsof hij er doorheen wil
kijken en den inhoud van het boek meteen
verslinden.
Zoo wordt er aandacht geschonken aan
de kinderboeken.
Ook ouders zullen belangstelling toonen
voor de geëtaleerde kinderboeken en wat
zal het een vreugde geven als de kinderen
met een of andere feestelijke gelegenheid
het al zoo lang verlangde boek ten geschen
ke krijgen, 's Avonds zitten dan H.B.S.'er
en bakvisch met hoogroode wangen te le
zen. Het huiswerk is wat slordiger en vlug
ger gemaakt om maar gauw te kunnen
lezen in het nieuwe boek. Op moeders
vraag of ze nog een kopje thee willen,
wordt nauwelijks antwoord gegeven en op
vaders stem, die aan den bedtijd herinnert
vleit zoon of dochter „Hè toe vader nog
één hoofdstuk. Het is net zoo spannend".
En als dan dat eene hoofdstuk uitgelezen
is en ze met een zucht opstaan om naar
bed te gaan, probeeren ze het boek stilletjes
tusschen de schoolboeken in hun tasch te
stoppen om in bed vlug nog een hoofd
stuk te lezen.
De kleuter heeft voor het naar bed gaan
gevraagd of er nog een stukje wordt ge
lezen. Met kleine slaapoogen leunde hij te
gen moeders schoot aan en vroeg lief ver
langend, het boek stevig in zijn knuistjes
geklemd om één verhaaltje. En toen het
kleintje na het verhaaltje in zijn bedje lag
en Klaas Vaak fijne slaapkorrels strooi
de, droomde het van het kleine aapje en
de groote olifant uit dat fijne nieuwe boek.
Maar ook de ouderen droomen van de
hoofdpersonen uit hun boeken. De bakvisch
is het meisje uit het boek, dat zich zoo
moedig door alle moeilijkheden heenslaat
om dan eindelyk en dan zucht de bak
visch een diepe zucht in haar slaap te
trouwen met haar held. De H.B.S.'er is in
zijn droom de wakkere piloot geworden,
van wien hy zoo juist die boeiende avontu
ren gelezen heeft. Hij stapt in zyn toestel,
trekt een vliegkap over zijn wilde haardos
en roept: „Contact". De schroef draait en
daar gaat de vliegenier de wilde fantasiën-
wereld in. Als het boek gelezen is, wordt
er zorgvuldig een plaatsje voor gezocht in
het boekenkastje, dat de trots van de kin
deren is en op een goed plaatsje in hun
kamer staat.
Het kind en zyn boeken. Boeken zijn een
waardevol bezit, ook voor kinderen. Uit
hun boeken puren de kinderen nieuwe
ideeën voor hun spelletjes, 's Nachts droo
men ze een boek, overdag spelen ze een
boek. Ze verbeelden zich prinses, een arm
jongetje, of een ander boekenfiguur te zijn.
Ze verkleeden zich en scheppen zich op
hun kamertje of in hun eigen hoekje de
sfeer uit een boek. Hun eigen fantasie doet
ook mee in het spel, dagen achteréén spe
len ze een bepaald boek en dan zijn poppen,
spoortreinen en blokkendoozen vergeten.
Eerst als de kinderen geen nieuwe dingen
meer uit het boek kunnen halen, keeren ze
terug tot hun oude spelletjes tot een vol
gend boek nieuwe stof oplevert
Zooals de spelletjes der kleineren langen
tyd beheerscht kunnen worden door een
pas gelezen boek, zoo kan het denken en
doen der ouderen ook beheerscht worden
door iets wat ze gelezen hebben. Ben jon
gen die steeds met stelligheid beweerd heeft
dokter te zullen worden, zal op een goeden
dag zyn ouders verrassen met de mede-
deeling, dat hy geen dokter wil worden.
Neen, hy wil heel wat anders, hij wil ont
dekkingsreiziger worden. Dat is eerst een
fyn beroep. Later wil hij weer wat anderS
naar aanleiding van een boek over de vlieg
sport; maar naar alle waarschynly'kheid
wordt hij toch dokter.
Daar boeken een geweldigen invloed uit
oefenen op het kinderleven is het zoo goed,
dat er kinderboeken zyn. De tyd, waarin
men den kinderen onbegrypelyke, wijze en
voor de reine kinderziel totaal verkeerde
boeken te lezen gaf, omdat het kind nu
eenmaal moest leeren lezen, is gelukkig
voorby. Vooral de laatste jaren wordt er
van het kinderboek veel werk gemaakt.
Het is leerzaam en er gaat een opvoedende
kracht van uit. De band is stevig, de tekst
duidelyk gedrukt en het is verlucht met
aardige teekeningen, soms zelfs met goe
de foto's.
En welke boeken zyn er nu voor kin
deren? Veel te veel om hier op te noemen.
Om te beginnen zyn er de sprookjes, die
door de ouderen zoo wel als door de jonge
ren nog steeds graag gelezen en gehoord
worden. De sprookjes van Andersen en
Grimm zyn haast klassiek geworden, maar
er zyn ook sprookjes, die eerst kortelings
geschreven werden „De grote tovenaar van
Oz" van Frank L. Baum, bewerkt door Hen
drik Scholte is b.v. één van deze aardige
nieuwere sprookjes. Voor kleintjes schreef
Piet Marie leuke verhalen (de serie „Het
bonte boekenhuis" en ook „Okkie de ka
bouter" van Leonard Roggeveen zal in den
smaak vallen.
Voor wat grootere kinderen is er van
Selleger-Elout „Een zomer met Lysje Lor-
resnor" voor de meisjes, „De strijd om het
Ven" van Hans Pennarts en „Een Bataafs
driemanschap" van A. M. de Jong voor de
jongens.
Italiaansch garnizoen te
Djaraboeb houdt stand.
Uit Tripolis meldt StefaniLuitenant-
kolone, Castagne, de commandant van het
garnizoen te Djaraboeb (Cyrenaica) heeft
op 2 Maart om elf uur des ochtends het
volgende telegram verzonden.
„Van 7 tot 9 uur heeft de vyandelyke
artillerie de stellingen der oase en de
versperringsposten gebombardeerd. Onze
vooruitgeschoven stukken beantwoordden
het vuur. Om kwart over negen en om
kwart voor tien vloog een vyandelyk ver
kenningsvliegtuig boven Djaraboeb en
wierp strooibiljetten uit, waarin werd
gezegd, dat alle hoop op een terugtocht te
niet gedaan was, dat de verbindingsweg
reeds versperd was en dat bygevoig geen
versterkingen konden aankomen. Wij wil
len Uw leven sparen, aldus de tekst, U
goed behandelen en voeden. Geeft U thans
over. Waarom een wanhopigen strijd voort
zetten? Legt de wapens neer.
Het antwoord is reeds gegeven door
onze kanonnen, die sedert het aanbreken
van den dag zonder ophouden gevuurd heb
ben. De vijandelijke artillerie heeft het
vuur op onze stellingen heropend. Leve
Italië. Leve de Koning-keizer. Leve de
Duce."
Engelsche duikboot in Duitschen
dienst
Uit Berlijn meldt het D.N.B. De Brit-
sche onderzeeër „Seal", die vorig voorjaar
door Duitsche watervliegtuigen werd ge
dwongen, de witte vlag te hyschen is door
de Duitsche marine in dienst gesteld. De
boot heeft een waterverplaatsing van 1475
ton en bezit acht torpedolanceerbuizen, een
stuk geschut en een licht luchtdoelkanon
netje. Zy behoorde tot Engelands groote,
moderne duikbooten en is eerst drie jaar
geleden in dienst gesteld.
ZU1D-AMERIKAANSCHE SCHEPEN
MET GRAAN NAAR PORTUGAL.
Behalve de graanverschepingen uit Ar
gentinië naar Spanje zyn thans ook die
naar Portugal aangevangen. Van drie door
de Argentynsche regeering gecharterde
vrachtbooten is er een met haver reeds
naar Lissabon vertrokken. Een ander met
1500 ton mais zal onmiddellyk de reis
naar Leixoes aanvangen. Een derde neemt
te Rosario 2500 ton mais voor Portugal
aan boord.
De bakvisschen kunnen keus doen uit een
groot aantal meisjesromans, die langs ver
schillende wegen veelal alle tot hèt doel
een verloving of een trouwpartij leiden.
Heel aardig zyn de uit het Amerikaansch
vertaalde boeken van de Sterserie b.v.
„Journaliste" van Emma Bugbee en Annik
Saxegaard's boek „Een uur met de auto
bus", dat heel frisch is. Voor oudere jon
gens zijn er de avonturenboeken, maar de
de populair-wetenschappelyke boeken zul
len door hen gretig gelezen worden.
Boeken zyn dure zaken om aan te schaf
fen en het is daarom zoo toe te juichen dat
vele openbare leeszalen en bibliotheken
zich den laatsten tyd ook meer gaan toe
leggen op jeugd-lectuur. Verleden jaar is
de Centrale Vereeniging voor openbare
leeszalen en bibliotheken begonnen met
een opleiding van één jaar voor jeugdbi
bliothecaris.
De kinderen vinden het fyn, als er in
een leeszaal een speciaal hoekje voor hen
is ingericht, waar ze rustig kunnen snuf
felen in een boek, waar ze interesse voor
toonen, als er voorgelezen wordt en als er
een ter zake kunidige bibliothecaris (esse)
hen helpt bij de keuze van hun lectuur.
Als de kinderen jong leeren zorgvuldig
hun boeken kiezen, dan zullen ze, als ze
volwassen zyn, ook met zorg him lectuur
uitzoeken en niet rijp en groen door elkaar
lezen.
Werk besteed aan een kinderbiblio
theek of aan een kinderhoekje van een
openbare leeszaal en bibliotheek zal nooit
vergeefs zyn. Het is een nuttige en mooie
taak de kinderen te leeren lezen, goed te
leeren lezen.
De band tusschen gemeente
bestuur en bevolking wordt niet
doorgesneden.
Op de juist verschenen verordening nr.
36 van den Rykscommissaris voor het be
zette Nederlandsche gebied heeft dr. Rabl,
juridisch deskundige in het rijkscommissa
riaat, in een persconferentie een toelichting
gegeven.
Hy ving zijn betoog aan met de opmer
king. dat deze verordening, welke de aan
stelling van regeeringscomraissarissen aan
het hoofd van gemeenten, voor welke de
Rykscommissaris voor het bezette Neder
landsche gebied zulks noodig acht. moge-
lyk verklaart, minder diep in het Neder
landsche gemeenterecht ingrypt, dan zy op
het eerste gezicht schynt te doen. De
grondslagen van het Nederlandsche ge
meenterecht zyn neergelegd in artikel 144
van de Grondwet. Zy sluiten aan by de libe
rale constitutioneele gedachte, aldus dr.
Rabl. Immers, er is een verdeeling van
bevoegdheden tusschen den burgemeester
als door de kroon vrij benoemden gezags
drager en de wethouders en den raad als
vertegenwoordigers van den volksinvloed.
Daarnaast echter heeft reeds de grondwet
gever van. 1815 de mogelykheid voorzien,
dat het aidus geconstrueerde gemeentebe
stuur niet tegen zyn taak zou zyn opge
wassen. Immers, het vierde en het vijfde
lid van artikel 144 der Grondwet deze
bepalingen zyn by de opeenvolgende grond-
wetswyzigingen onaangetast gebleven
bepalen
„Wanneer de regeling en het bestuur van
de huishouding eener gemeente grovelyk
worden verwaarloosd, kan eene wet de
wyze bepalen, waarop in het bestuur dier
gemeente, met afwyking van het eerste en
tweede lid van dit artikel, wordt voorzien.
De wet bepaalt, welk gezag het gemeen
tebestuur vervangt, wanneer dit in gebreke
blyft in de uitvoering der wetten, der al-
gemeene maatregelen van bestuur of der
provinciale verordeningen te voorzien."
Het hierboven eerst aangehaalde vierde,
lid heeft betrekking op een falen van het
systeem, het daarop volgende vyfde lid op
een falen van personen.
De genoemde grondwetsbepalingen zyn
drie maal toegepast, nl. in 1895 op de ge
meenten Opsterland en Weststellingwerf
en in 1933 op Beerta. De toen in de wetten-
ad-hoc geschapen figuur van den regee-
ringscommissaris is opzettelyk in de ver
ordening nr. 36 overgenomen.
Ook in ander opzicht sluit deze verorde
ning volgens dr. Rabl aan by de rechtsont
wikkeling hier te lande. Het geval Beerta
was in 1933 reeds niet meer zoo uitzon
derlijk als de gevallen Opsterland en West
stellingwerf in 1895 waren.
Het is noodig gebleken de in het gemeen
terecht in den kern aanwezige gedachte van
eenhoofdige leiding meer nadruk te geven.
Het zwaartepunt was al te zeer naar de
wethouders en den raad verschoven. Onder
de reeds ingezette ontwikkeling, welke te
gen dit verschynsel verzet deed ryzen, is
door de verordening nr. 36 een streep gezet.
Het college van B. en W. en de raad wor
den er in opgeheven.
Dit beteekent niet, dat de regee-
ringseommissaris nu een gemeentelijke
imperator wordt. Hy zal moeten wor
den bijgestaan door de deskundigen van
de praktyk, door de wethouders, doch
hy vormt met hen niet meer een col
lege, waarin de meerderheid van stem
men beslist. De wethouders behouden
de leiding van hun afdeelingen, maar
onder persoonlijke verantwoordelyk-
heid van den regeerlngscommissaris.
Deze benoemt bovendien raadsleden uit
de burgery. De band tusschen gemeen
tebestuur en bevolking wordt zoodoen
de niet doorgesneden.
De regeeringscommissaris staat boven
dien onder toezicht van den commissaris
der provincie en van den secretaris-gene
raal van het departement van binnenland-
sche zaken.
Ten slotte betoogde dr. Rabl, dat ook
deze verordening wordt gedekt door artikel
43 van de Haagsche Conventie van 1907
en dan ook binnen de grenzen blyft, welke
het volkenrecht den bezetter van een bezet
gebied nopens de rechtsinstellingen van
dit gebied stelt. Immers, de verordening
doet de grondwet geen geweld aan. Zy is
eerder een algemeen uitvoeringsvoorschrift
van de leden vier en vyf van artikel 144
der grondwet.
Op een hem gestelde vraag of de ge
noemde grondwetsbepalingen niet moeten
worden beschouwd als grondslag voor uit-
zonderingsreeht, zeide dr. Rabl nog, dat
een constitutie niet begrepen kan worden
alleen aan de hand van de letter der grond
wetsartikelen. Het voornaamste is, dat de
grondwetgever van 1815 en ook de latere
grondwetgevers welbewust de mogelykheid
voor oogen hebben gehad van een falen
van het door hen op grond van hun libe-
raal-constitutioneele uitgangspunt aan
vaarde structuurbeginsel. Voor dat geval
gaven zy mogelykheden aan, welke in den
aanvang inderdaad wel als uitzonderings-
recht zullen zyn beschouwd, doch welke
door den groei van het leven en door den
groei van den inhoud van het recht de
gronslag zyn geworden voor een rechtsont
wikkeling in de richting van een eenhoof
dige leiding der gemeenten.
De groote brand te Utrecht.
Nader wordt omtrent den grooten brand
te Utrecht nog gemeld, dat de scha
de by Heck zeer groot is, en op geen
duizenden guldens is te overzien. Het ge~
heele interieur van het gebouw is in de
vlammen opgegaan. By het perceel van
„Electra" heeft, in aanmerking genomen,
dat dit pand naast Heck is gelegen, het
vuur betrekkelyk weinig verwoestingen
aangericht De waterschade daarentegen
is zeer groot Dit laatste kan ook gezegd
worden van het daarnaast gelegen pand
van de firma De Groot, dat echter boven
dien voor een groot gedeelte door de
vlammen ls verteerd. In de chocolaterie
van den heer Van Aelst, door wiens huis
een slang was geleid, is de brandschade
vry gering, doch het water heeft hier een
groot ongerief gebracht. Voor het meeren-
deel worden brand- en waterschade door
verzekering gedekt Tragisch daarentegen
is wel het feit, dat alle instrumenten, toe-
behoorende aan de leden van het orkest
van Boyd Bachmann, welk ensemble voor
de maand Maait was geëngageerd, zonder
een uitzondering geheel verloren zyn ge
gaan. Dit beteekent voor de bandleden
niet alleen een werklooze periode, doch
wat erger is, hun respectievelyke instru
menten waren niet tegen brandschade ver
zekerd, zoodat zy hierdoor een gezamen-
lyke schade van enkele duizenden guldens
lyden. De huisgezinnen, die in de getroffen
huizen woonden, zyn op liefderyke wyze
opgenomen door de familie Van Heukels,
die een gedeelte van het hoofdpostkantoor
bewoont.
De gerant van Heek, de heer Ryndorp,
was sedert 4 Februari van dit jaar als
zoodanig te Utrecht werkzaam.
Over de oorzaak van den brand tast
men tot op heden in het duister.
DE SCHEEPVAART OP HET
IJSSELMEER HERSTELD.
Het scheepvaartverkeer van Amsterdam
naar Lemmer over het IJsselmeer, dat ruim
negen weken was gestremd, is thans her
steld.