Wwg
-fou, Griep
Oorlogsschade publiekrechtelijke lichamen.
Besluit betreffende bijdragen van het rijk.
Tweede blad
PROVINCIALE ZEEUWSCHE COURANT
Dinsdag 28 Januari 1941
Kroniek van den dag
Zu!d-Amerlkaansche problemen.
De oorlog welke, in Europa woedt, heeft
niet alleen in dit werelddeel zyn invloed
op velerlei gebied doen gevoelen, maar
deze groote stryd heeft ook zijn vertak
kingen in militair en economisch opzicht
in andere deelfcn van de aarde. Gisteren
hebben wij er nog op gewezen, hoe in het
Verre Oosten de Europeesche oorlog merk
baar tot uiting komt. Maar niet alleen in
Afrika en Azië, ook in de Amerikaansche
landen ondervindt men meer en meer de
gevolgen van het conflict tusschen de
spilmogendheden en het Britsche ryk.
Vooral de Zuid Amerikaansche staten heb
ben op economisch gebied met vele zor
gen, welke door den huidigen oor
log zijn veroorzaakt, te kampen. Al zijn
deze landen dan niet direct by het groote
conflict betrokken, indirect komen deze
staten toch ook voor groote moeilijkheden
te staan, welke uit dezen oorlog voort
vloeien. Al hebben de Zuid Amerikaansche
landen zich tot nu toe nog buiten het mi
litaire gebeuren weten te houden, toch zyn
ztj gedwongen hun houding te bepalen
tegenover de consequenties van den Euro-
peeschen oorlog.
Ver van het rumoer van den stryd leiden
zij oogenschynlyk een rustig bestaan.
Achter dit schoonlykende uiterlijk gaan
evenwel vele zorgen en moeilijkheden
schuil. Deze landen hebben eveneens de
lasten van den oorlog te dragen. In het
bijzonder in het economisch leven is zulks
merkbaar.
In vele landen zijn deze lasten van in
grijpenden aafid. De uitvoer is gestagneerd
en de invoer van vele onmisbare producten
blijft gedwongen achterwege. De handel is
in vele onderdeden lam geslagen.
De handelsbetrekkingen der Zuid-Ame
rikaansche staten met de Europeesche
landen zijn van weinig of geen beteeke-
nis meer. De handelsbalans geeft in deze
landen aan den andeien kant van den
Oceaan, beneden den evenaar, een passief
.te zien.
Het lijkt nu wel eenvoudig de produc
ten, welke deze landen noodig hebben uit
andere, niet oorlogvoerende staten, te be
trekken, maar zoo gemakkelijk is dit niet
en daarmede is het probleem geenszins
op te lossen. Hetgeen men uit andere lan
den invoert is duur. Er blijft dus voor de
Zuid-Amerikaansche landen niet anders
over dan eigen industrialisatie.
Daaraan wordt hard gewerkt. Wegen
worden aangelegd, woeste grond ontgon
nen en men is alom doende de eigen voor
ziening van het land te bevorderen. Dit
autarkisch streven heeft grooten omvang
aangenomen. De opbouw van nieuwe in
dustrie en de uitbouw van bestaande be
drijven vergen echter enorme bedragen.
En dit kapitaal moet veelal van buiten
de grenzen komen. Zonder credieten en
leeningen kan men de industrialisatie niet
verwezenlijken. De ZuidAmerikaansche lan
den richten zich in dit opzicht tot de sta
ten van Noord Amerika. Edoch, men raakt
op economisch gebied om de politiek
hier dan verder te laten rusten van de
geld verstrekkende staten afhankelijk.
Vijf Zuid Amerikaansche staten, Bra
zilië, Argentinië, Bolivia, Uruguay en Pa
raguay zyn door deze problemen, waar
voor zy zich in gelijke mate geplaatst zienf
in nauw contact met elkaar getreden. Na
verscheidene malen te zijn uitgesteld, is
thans gistermiddag tusschen deze vijf lan
den een conferentie begonnen in de Boli-
viaansche hoofdstad La Paz. De economi
sche moeilijkheden zullen de hoofdschotel
der besprekingen op deze conferentie vor
men. Men wil den handel tusschen deze
landen bevorderen, o.m. door een systeem
van leeningen en credieten te ontwerpen
en uit te voeren. De afhankelijkheid op
economisch gebied van andere landen, en
met name van de Ver. Staten, wil men
zooveel mogelijk beperken. Een vrucht
baar terrein ligt hier voor de Zuid Ame
rikaansche staten open, waar het betreft
het handelsverkeer onderling intensiever
te doen zijn.
Het feit, dat van de vyf deelnemende
landen niet minder dan drie (Bolivia,
Uruguay en Paraguay) by de bespreking
vertegenwoordigd zijn door hun ministers
van buitenlandsche zaken, is een bewijs,
van de beteekenis welke de bijeenkomende
landen aan de besprekingen hechten. Het
Aanval van de Italiaansche vloot
aan de Grleksche kust.
Italiaansche zeestrijdkrachten hebben,
naar de „Tribuna" meldt, voor de zevende
maal aanvallen ondernomen op doelen te
land, aan de Ionische kust.
Kleine torpedo-eenheden maakten openin
gen in de landelijke mtjnversperringen,
welke den linkerflank der Grieken moeten
beschermen. Over een kuststrook van meer
dan honderd kilometer namen de Italiaan
sche eenheden havens en bruggen, pakhui
zen, magazijnen, radiostations en stellingen
onder vuur. De groote eenheden richtten
haar vuur vooral op verzorgingainrichtin-
gen van den vijand. De Italiaansche strijd
krachten werden dóór torpedobooten be
schermd tegen aanvallen van vijandelijke
duikbooten. De vijandelijke afweer door
geweerschoten, machinegeweren en artille
rie was zeer levendig, doch veroorzaakte
geen schade. De Italiaansche afdeelingen
keerden, na haar taak volbracht te hebben,
zonder verliezen naar haar steunpunten
terug.
Wilkie bij Churchill en Eden.
Naar uit Londen gemeld wordt, heeft
Willkie gistermiddag een bezoek gebracht
aan Churchill en bij hem geluncht. Bij deze
gelegenheid heeft Willkie aan Churchill een
persoonlijk schrijven van Roosevelt over
handigd. In den loop van den middag heeft
Willkie gesproken met den minister van
arbeid, Bevin, over vraagstukken betreffen
de het in dienst stellen van arbeiders in de
oorlogsindustrie.
Volgens een Reuterbericht heeft Willkie
in de Foreign Office ook een onderhoud
gehad met den minister van buitenland
sche zaken, Eden.
GETORPEDEERD.
Volgens bericht uit Miami op Florida is
door het radiostation aldaar een S.O.S. op
gevangen van het Britsche s.s. „Empress
of Australia". Het schip meldde, dat het
200 km. van Dakar af, getorpedeerd was.
De Empress of Australia meet 21.833
brt. Het schip is in 1914 gebouwd door de
Vulcan Werke A. G. te Stettin en behoort
toe aan de Canadian Pacific Railway Cy.
Het schip is in Londen ingeschreven. Het
wordt gedreven door zes stoomturbines.
BRITSCH VLIEGTUIG IN IERLAND
NEERGESTORT.
Uit New York meldt het D.N.B.: Een
Britsch vliegtuig is, naar Associated Press
meldt, Vrijdagnacht in het Iersche graaf
schap Donegal neergestort.
Volgens een officieele mededeeling, zijn
drie vliegers, die met parachutes uit het
toestel sprongen, geïnterneerd. Het vierde
lid der bemanning verdronk.
WERKLOOZE ONDERWIJZERS IN
BELGIË,
Volgens berichten in de Belgische
bladen zyn op het oogenblik niet minder
dan 3500 onderwijzers in België zonder
werk.
voornaamste deel der conferentie zullen de
beraadslagingen over practische maatre
gelen tegen de economische crisis, welke
is ontstaan door het wegvallen van de
Europeesche exportmarkten, uitmaken.
Men zal dan ook trachten, den goederen-
ruil tusschen de La Plata-landen onder
ling zooveel mogelijk op te voeren, ten
einde den sterk gedaalden export naar
Europa goed te maken.
In de Ver. Staten beschouwt men de
besprekingen tusschen de vyf Zuid Ame
rikaansche staten met gemengde gevoe
lens. Evenals Chili en Peru heeft de Ver.
Staten e°n diplomatieken vertegenwoordi
ger als waarnemer naar de besprekingen
gezonden.
Zullen de Ver. Staten pogen een ge
meenschappelijke defensie van de Ameri
kaansche staten tegen een aanval van
buiten ter sprake te brengen? Het is te
betwijfelen, of een dergelijke poging kans
op succes zal hebben. Immers, de delegaties
der La Plata-landen willen de gisteren
begonnen besprekingen beperken tot eco
nomische zaken.
De opbrengsten der P.T.T. In
November 1940.
De P.T.T.-opbrengsten blijven zich in be
vredigende lijn bewegen; de cijfers over
November zijn;
Opbrengst meer of minder
dan 1939
Posterijen 3.226.504 4- 123.012
Telegrafie 53.247 527.388
Telefonie 3.025.685 300.337
Postcheque- en
girodienst 868.233 -f- 107.264
Totaal
7.173.669
8.225
De lage opbrengsten der zomermaanden
zullen vanzelfsprekend de jaarcijfers be
ïnvloeden, zooals ook reeds blijkt uit de
hieronder volgende opbrengsten over de
periode Januari tot en met November:
Posterijen 29.270.558' 2.322.071
Telegrafie 2.584.439 1.950.518
Telefonie 28.725.749 76.514
Postcheque- en
girodienst 9.154.312 1.293.508
69.735.058 3.055.595
Totaal
Een bisschoppelijk schrijven.
Betreffende het nationaal-sodalisme en
andere bewegingen.
In een herderlijken brief, welke Zondag
in de Katholieke kerken van den kansel is
voorgelezen, heeft het Nederlandsche R. K.
Episcopaat de vroegere kerkelijke maatre
gelen tegen het liberalisme, het socialisme,
het communisme en het nationaal-socialis-
me gehandhaafd. Onder socialisme worden
verstaan alle vormen van socialisme, wel
ke in de Encycliek Quadragesimó Anno zyn
veroordeeld.
Omtrent de nationaal-socialistische be
weging wordt in dezen brief de oorspron
kelijke formule bevestigd, waarnevens
wordt verklaard, dat het lidmaatschap ge
woonlijk in hooge mate ongeoorloofd is.
Waal, Rijn en Maas wassen nog
steeds.
De rivieren Maas, Waal en Rijn blyven
nog voortdurend stijgen. In Nijmegen was
gistermiddag bij regelmatigen was, de
stand reeds tot 12.30 meter gestegen. Het
water staat diep over de lage kade en
kabbelt reeds tegen de huizen langs den
wallekant.
De dam achter de vischmarkt te Nijme
gen houdt reeds een halven meter water.
Het water bedreigt de ingangen van de
Grootestraat en de Lage Markt, waar, by
aanhoudenden was, weldra de dammen
zullen moeten worden opgericht.
De overzetdiensten zoowel voor auto's
als voor passagiers, gingen nog regelma
tig door. Men legde aan de Hooge kade
aan. De aanlegsteiger in Lent moest ver
plaatst worden. De uiterwaarden zyn ge
deeltelijk ondergeioopen. Men verwacht
nog meer was.
GEVANGEN DUITSCHE VLIEGER
OFFICIER ONTSNAPT.
Uit Berlijn meldt het D.N.B. De New-
Yorksche bladen melden in grooten op
maak, dat een Duitsche vliegerofficier, die
begin September in Engeland gevangen ge
nomen en later naar Canada verscheept
was, daar uit een transport gevangenen is
gevlucht en in New York is aangekomen.
Naar het D.N.B. van welingelichte Duit
sche zijde verneemt, wordt de aangelegen
heid door de bevoegde instanties onder
zocht.
Neem dadelijk 'n "AKKERTJE*
(tot 4 per dag) en kruip onder
de wol. Ze bekorten de ziekte,
verdrijven koorts en pijnenl
Het verordeningenblad bevat een besluit
van den secretaris-generaal van het depar
tement van financiën betreffende de be
dragen van het Rijk ten behoeve van den
wederopbouw en het herstel van door oor
logsgeweld beschadigde goederen, toebe-
hoorende aan publiekrechtelijke en daar
mede gelijkgestelde lichamen.
Het besluit luidt
a^ Van rijkswege worden aan pro\inciën en
gemeenten, met inachtneming van de volgende
bepalingen, bijdragen verleend la de tütgaven
tót wederopbouw "errtd™, &5SSJS.
Nederlandschen hetzij van vreemden oorsprong,
Z%b2ïviiedi goederen niet toebehooren «en
een provincie of gemeente, doch
hetwelk Ingevolge het bepaalde in artik
4 onder 2. van het besluit no. 221/1941) toesiui
rnaterieele oorlogsschaden) door den se-
cfetaris^generaal van het departement van finan
ciën met een publiekrechtelijk lichaam ia seiUk
gesteldterwij 1 de goederen geheel oTvoor .een
overwegend deel met middelen van een enkele
provincie of gemeente zon vervaardigd of g
sticht, dan kan aan deze provincieofgemeente
met inachtneming van de volgende bepalingen
een bijdrage worden verleend.
DÓ bijdrage wordt gesteld op bet bedrag
van het schuldrestant, dat op het oogenblik. dat
df schade werd toegebracht, ten laste van de
provincie of de gemeente drukte OP de geheej
vernietigde of waardeloos f en i. yór-
(2) Voor zoover een goed gedeeltelijk is ver
nietigd of waardeloos geworden, wordt de DU-
drage gesteld op een evenredig doel van het
SCf3)ldOndert'schuldrestant wordt verstaan het
niet afgeloste gedeelte van terzake van de be
schadigde goederen geslöten vaste leeningen.
(4) Met schuldrestant kunnen morden geluk
gesteld ten-laste van den kapitaaldienst gedane
uitgaven, waarvoor nog vaste leeningen moeten
W<(5deVoorSgoederen, behoorende tot de takken
van dienst, bedoeld in artikel 252 der gemeente
wet en artikel 116 derprovinciale wet. op wel
ker waarde volgens daarvoor b0 verordening
gestelde regelen wordt afgeschreven, wordt bet
schuldrestant gesteld op de niet afgeschreven
boekwaarde.
Geen bijdrage wordt verleend, indien en voor
zoover afzonderlijke, wettelijke of adm mstratifi
ve regelen in de geleden schade voorzien.
fn Op de bijdrage wordt in mindering ge
bracht, hetgeen uit anderen hoofde zonder ver
plichting tot terugbetaling of verrekening we
gens de geleden scliade reeds is of nog zal wor
den ontvangen, voor zoover dat d0°r ^en secre
taris-generaal van het departement van Finan
ciën voor zoodanigen aftrek in aanmerking woidt
gebracht. Eén dergelijke aftrek vindt met plaat*
voor hetgeen uit hoofde van verzekering tegen
oorlogsroolest reeds is of nog zal worden ont
vangen boven het totaal bedrag der bijdrage.
(2) Voor de uitkeerlng uit hoofde van verze
kering tegen oorlogsmolest geldt het bepaalde
in artikel 18 van het besluit op de rnaterieele
oorlogsschaden.
De^bu'drage, vastgesteld overeenkomstig het
bepaalde in de artikelen 2 en 4 wordt vertmn-
lY' indien de schade door een gemeente is ge
leden, met een bedrag, gelijk aan vijf ten hon
derd van de som van
a) de belastingcapaclteit der gemeente, bedoeld
in artikel 7 van de verordening van 28 October
1940 (Nederlandsche Staatscourant no. 215), over
het boekingstijdvak 1938/39,
b) de uitkeering uit het gemeentefonds, be:
doeld In artikel 8, letter c. der wet van 15 Juli
1929 (Staatsblad no. 388), sedert gewijzigd, over
het uitkeeringsjaar 1938/1939 en
c) de gemiddelde winstuitkeeringen van de
gemeentelijke electriciteits-, gas- en ■waterlei
dingsbedrijven over de jaren 1936, 1931 en 1938,
vermeerderd met de winstvervangende uitkee-
ringen en verminderd met de nadeelige saldi,
vastgesteld overeenkomstig de door het centraal
bureau voor de statistiek verstrekte cijfers.
2) Indien de schade door een provincie is
geleden, met een bedrag, gelijk aan vijf ten hon
derd van de som van
a) de opbrengst van de opcenten op s Rijks
directe belastingen, zooals de provincie deze ten
hoogste kan heffen krachtens het bepaalde in
de artikelen 126ter en 126quinquis der provin
ciale wet, over het boekingstijdvak 1938/1939 en
b) de uitkeering over het jaar 1939 van het
Rijk ingevolge artikel 72 der wet van 17 Juni
1905 (Staatsblad no. 210).
tl) In bijzondere gevallen kan de bijdrage, in
afwijking van het bepaalde in de artikelen 2, 4
en 5. met toepassing van andere maatstaven
worden vastgesteld.
(2) Met name kan aan een provincie of ge
meente. welke als gevolg van de uitgaven tot
wederopbouw, welke te haren laste blijven, in
bijzondere financieele moeilijkheden zou gera
ken. een buitengewone bijdrage worden toe-:
gekend.
Art 7.
Aan do toekenning, der bijdragen kunnen
voorwaarden worden verbonden, in het bijzon
der met ti.trekking tot de beftedlng der bUdra-
gen ten behoeve van den wederopbouw.
(l^ Aan andere publiekrechtelijke lichamen en
aan lichamen, welke daarmede ingevolge net
bepaalde m artikel 1. lid 4. onder 2. van het
besluit op de rnaterieele oorlogsschaden zUn
gelijkgesteld, doch voor welke ten behoeve van
den wederopbouw en het herstel hunner &ocd«-
ren geen bijdrage ingevolge het bepaalde ln ar
tikel 1, lid 2, wordt verleend, kan door den
secretaris-generaal van het d5Pajtement v t
Financiën bij voor ieder geval afzonderlijk te
nemen beschikking een bijdrage worden vei-
leend m de ln artikel 1 bedoelde uitgaven.
(2) Artikel 4 is van toepassing.
tu" Verzoeken tot toekenning van bijdragen
op grond van dit besluit worden door tuaschcn-
komst van de rijkscommissie van ad^cs
bijdragen wederopbouw publiekrechtelijke licha
men ingediend bij den secretaris-generaal van
het departement van Financien. Deze steltvoor
verzoeken tot toekenning van budragen, bedoeld
ln artikel 2. een model vast.
(2) De rijkscommissie van advies inzake bij
dragen wederopbouw publiekrechtelijke llc"a"
men brengt zoo spoedig mogelijk advies uit aan
den secretaris-generaal van het departement van
Financiën.
(3) De secretaris-generaal van het departe-
ment van «nandën «telt de bijdragen n dl
eventueel6 daaraan te verbinden voorwaaroen
vast.
(1) Een bijdrage wordt slechts toegekend, in
dien het verzoek daartoe binnen twee maanden
na het toebrengen der schade of, indien ae
schade is toegebracht vóór het in werking tre
den van dit besluit, binnen twee maanden na
het in werking treden by de rijkscommissie van
advies inzake bijdragen wederopbouw publiek
rechtelijke lichamen is Ingezonden. Het boven
staande is niet van toepassing op de bijdrage,
bedoeld in artikel 6, tweede lid.
2) In bijzondere gevallen kan door den secre
taris-generaal van het departement van Finan
ciën verlenging van deze termijnen worden toe
gestaan
Art 11.
(1) Aan provinciën en gemeenten, welke een
verzoek tot toekenning van bijdragen hebben
ingezonden, kunnen op haar aanvrage voorloo-
pige uitkeeringen worden gedaan. Aan deze uit
keering kunnen voorwaarden worden verbonden.
(2) Een zoodanig verzoek wordt door tusschen-
komst van de rijkscommissie van advies inzake
bijdragen wederopbouw publiekrechtelijke licha
men aan den secretaris-generaal van het depar
tement van Financiën gericht.
(3) In bijzondere gevallen kan een voorloopige
uitkeering worden gedaan vóór de Inzending
van het verzoek tot toekenning der bijdrage.
(4). Het bedrag der voorloopige uitkeering
wórdt bepaald door den secretaris-generaal van
het departement van Financiën.
Art. 12.
(1) Dit besluit treedt in werking op den dag
zijner afkondiging.
(2) Het wordt aangehaald onder den titel
„Besluit bijdragen wederopbouw publiekrechte
lijke lichamen".
DE GERUCHTEN OVER ONLUSTEN IN
MILAAN EN TURIJN.
VERKLARING VAN BEVOEGDE
ITALIAANSCHE ZUDE.
Uit Rome meldt het D.N.B. Ten aanzien
van de reeds Zondagavond tegengesproken
fantasieën der Engelsche propaganda over
beweerde onlusten in Milaan, Turijn enz.,
is van bevoegde Italiaansche zyde aan bui
tenlandsche journalisten verklaard, dat
elke journalist in staat is zich van de on
juistheid dezer geruchten te overtuigen, die
als een geheimzinnig slagwoord door de
Engelsche propaganda en de Amerikaan
sche bladen verspreid zyn. Terecht zyn deze
geruchten reeds door verscheidene buiten
landsche journalisten gedementeerd. Het is
bepaald belachelijk, wanneer de Engelsche
radio beweert, dat Duitsche troepen tot
handhaving van de orde in Milaan moesten
optreden. In dit verband kan worden vast
gesteld, dat zich, „behalve het Duitsche
vliegercorps geen Duitsche troepen in Ita
lië bevinden".
De kwaadwillige fantasieën der Engel
sche pers werden Maandagmiddag door het
Italiaansche persbureau Stefani gepubli
ceerd met de ironische toevoeging „Voor
het geval, de bewoners van Milaan en Tu-
ryn van de gebeurtenissen in hun steden
riet op de hoogde zouden zijn".
SCH00NDIJKE.
Abonnementen en advertenties voor de
Provinciale Zeeuwcche Courant worden
aangenomen door den Agent.
JAC. DEUNINCK, Damstraat 15.
2)
Gwynne kreeg heel even een kleurtje
toen ze haar aandacht weer op den jongen
man naast haar richtte. En terwijl hy den
wagen door de stille straat tuurde, zag hy
dat kleurtje komen en verdwijnen op
winding over het aanstaande reisje,
meende hy.
„Al eens eerder een zeereisje gemaakt
vroeg hy.
„Nog nooit", antwoordde het meisje
lachend. „Nog nooit verder gebracht, dan
met de veerboot naar Oakland en terug
naar San Francisco. Dat is al wat ik aan
land- en zeereizen gemaakt heb. Ik kan
me nauweiyks voorstellen, dat ik nu een
echte zeereis ga maken. Myn nicht Inez
beweert, dat ze een verpleegster noodig
heeft, maar omdat ik nog pas leerling-
verpleegster ben, klinkt dit nog al onwaar
schynlykdat ze my daarvoor zou uit
kiezen bedoel iK."
„Misschien voelt mevrouw Rogers, dat
ze meer zal hebben aan opwekkend ge
zelschap, dan aan vakkundige verpleging",
antwoordde hij glimlachend. „Dat is met
zenuwachtige menschen vaak het geval."
Er lag duidelijk een complimentje in
opgesloten. En in den blink, haar door hem
toegeworpen, ontdekte ze een duidelijke
bewondering. Gwynne dacht echter voorna-
meüjk na over den naam, waarmee hy haar
nicht genoemd had. Hy kon wel niet by-
zonder goed met de Maitlands bekend zyn,
vond ze, anders zou hij geweten hebben,
dat Inez zich niet „mevrouw Rogers", doch
„juffrouw Maitland" liet noemen.
Ze was er benieuwd naar, of hy ook mee
op reis ging. In het korte briefje, door
Inez gezonden, had ze geschreven, dat
mynheer Robin Lee, van de Maitland Im
port Company, Gwynne aan het zieken
huis zou komen afhalen om haar naar het
jacht te brengen.
Het was dus best mogelyk, dat hy, on
danks zyn wit flanellen broek en zeilpet,
toch niet by 't reisgezelschap behoorde. Die
gedachte bezorgde haar een heel klein
schokje. Hy was zoo innemend! Ze voelde
zich al zoo geheel op haar gemak by dien
jongen man, die zijn vriendelijke oogen
nauwelijks van haar afwendde.
„Is het een groot gezelschap?" vroeg ze.
„Ik heb nog niet gehoord, wie er mee
gaan. Ik weet nog nergens van af."
„Neen, het is, gezien de grootte van het
schip, slechts een klein gezelschap. Be
halve den kapitein en de bemanning heb
ben we mijnheer en mevrouw Maitland,
mevrouw Rogers, dr. Julian Faust, den
huisdokter en tevens huisvriend, u en
mezelf. We zouden gemakkelijk twintig
passagiers kunnen herbergen. Maar Am
brose vond het beter, met het oog op den
toestand van zyn dochter, het gezelschap
klein te houden."
Hy kende hen dus wèl intiemHy
noemde haar vry bejaarden achterneef by
zyn voornaam. Maar het voornaamste
was, dat h y meeging. Gwynne voelde
zich een beetje beschaamd erover, dat ze
daarom zoo in haar schik was. Wat dwaas
en kinderachtig toch, zich zoo opgetogen
te voelen over het vooruitzicht, drie maan
den in gezelschap te zynvan een man,
dien ze een half uur geleden nog niet
kende
„Ik heb de vrouw van myn neef Ambrose
nog nooit gezien", babbelde ze verder, om
Aet gesprek aan den gang te houden. „Als
ze in het ziekenhuis op bezoek kwam, had
ik nooit dienst. Maar de andere zusters
zeggen, dat ze een buitengewoon mooie
vrouw is. Ik vind het soms zoo'n grappig
idee, dat myn vry bejaarde neef nog ge
trouwd is meteen meisje."
„Nou, zoo moet u haar toch niet noe
men, dunkt me", grinnikte Robin Lee.
„U moet weten, dat zy mijn tante is en
aangezien ik haar dus heel myn leven
gekend heb, zou ik moeilyk „een meisje"
in haar kunnen zien. Maar dat neemt niet
weg, dat tante Meg een schat is en ik
weet zeker, dat u haar graag zult mogen
lyden. Dat doet trouwens iedereen."
Dit bracht Gwynne een poosje tot zwij
gen. Wat wist ze toch weinig van haar
verwanten af! Ze voelde zich by na een
vreemde in de familiegroep, waarin ze zou
komen te verkeeren. Het eenige, wat ze
had hooren vertellen, was, dat neef Am
brose met een rylce weduwe getrouwd was,
jaren jonger dan liyzelf, maar verder was
ze vrywel een vreemde voor haar.
Ze wierp een zydelingschen blik op Ro
bin Lee, toen deze zich wat voorover boog,
om tegen den chauffeur te zeggen, dat
hy een stillere straat moest inslaan. Ze
bestudeerde zyn scherp besneden gelaat.
Wat had hy een prachtigen, rechten neus!
'n Neus was zoo'n belangryk deel van het
gezicht, vond Gwynne. Ze had altyd een
beetje hekel aan haar eigen wipneusje.
En zyn breede, vierkante kin, zyn mooi-
gevormde mond, zelfs de onregelmatige
manier waarop zyn haren langs zyn sla
pen groeiden, was in haar oogen iets vol
maakts. Robin Lee! 'n Fyne naam! Ze
dacht aan een oud liedje, dat ze haar moe
der vaak had hooren zingen. Onwillekeu
rig kwamen de woorden haar in gedachten.
Waar zyn de vreugde en vrooiykheid,
Die het leven een hemel op aarde
maakten?
Och, met jou zyn ze weggevlucht,
Robin Adair!
Voor de anderen mocht hy Robin Lee
heeten, zy zou altyd aan hem denken als
aan dien Robin Adair van dat oude liedje.
Hij wendde zich op dat oogenblik juist
naar haar om en zag, hoe er weer een
blos naar haar wangen steeg. En die zrui-
ne oogen keken een beetje schuchter en
verlegen en vingen zyn blik niet meer zoo
onbevangen op. Robin's pols begon sneller
te slaan. Wat was ze toch een schatje,
dat „rustige schepseltje" uit de beschry-
ving van Inez Maitland!
Ze waren aan de werf gekomen en hiel
den daar stil. Robin gooide het portier
aan zyn kant open.
„Ziezoo, we zijn er", kondigde hy vijo-
lyk aan. „Van hieruit hebt u een prach
tig gezicht op uw toekomstig tehuis!" Hy
wees naar zee. „Prachtboot, vindt u niet?
Kunt u den naam lezen Nog al poëtisch
„De Droom"." Gwynne staarde over het
water heen naar een slank, wit schip,
dat ln de avondzon glansde„De
Droom". Een ding van vorsteiyke schoon
heid, waarop ze vele, heerlyke dagen en
nachten zou wonen, door het stille water
glyden, of stoppen in tropische vreemde
havens, tot ze eindelyk in New-York zou
den aanlanden! En hy altyd dicht by haar!
Robin Lee...... Robin Adair!
Geen wonder, dat een rilling van ver
rukking door haar heenvoer, toen hy zyn
arm door de hare stak en haar naar een
wachtende sloep geleidde.
n.
Aan boord.
Verscheidene personen bevonden zich aan
dek, toen Robin met Gwynne aan boord
kwam. Maitland zelf, een gezette, blo
zende man met dun, grys haar, dat slechts
spaarzaam zyn schedel bedekte, kwam
naar voren, om het meisje te begroeten.
Ze had altijd veel op gehad met haar groo
ten, blufferigen neef Ambrose, wiens har-
telykheid voor haar moeder, die weduwe
was, hem een plaatsje had bezorgd in
GWynnes hart van jongsaf. Hij stak zyn
groote hand uit en omvatte de hare in
een warmen handdruk. Zyn zware stem
daverde over het dek.
„Zoo, ben je daar eindelyk? En zoo
frisch als een bloemetje ook! Wat lijk je
sprekend op je moeder, lieve kind, toen
ze dertig jaar jonger was dan altyd. Kom
hier, laat me je aan m'n vrouw voorstel
lenMargaret, dit Is nu Gwynne Ca
meron, het nichtje, waarover ik het zoo
vaak gehad heb. Aardige meid, wat?" En
met die woorden bracht hy haar bij een
slanke, welverzorgde vrouw, die op haar
gemak in een dekstoel lag.
Met haar blauwe, loome oogen bekeek
ze Gwynne achteloos. Traag hief ze hsar
hand op en raakte even de vingers van
het meisje aan.
„Iedereen, die nog geen veertig is, be
schouwt Ambrose als een kind," zei me
vrouw Maitland met een glimlachje. „Ik
had eigenlyk gedacht, dat je een min, klein
ding was, niet zoo'n volwassen jonge dame.
Ik hoop maar, dat je niet venvacht, een
gezellig reisje te zullen hebben, lieve. Ik
ben er volkomen op voorbereid, me Jood
te vervelen. Mijn man heeft bezwaar tegen
„zoo'n heele bende", wat zyn vriendelijk
ste benaming voor een troepje vrienden
schynt te zijn, en daarom zijn we maar
met een klein gezelschap."
„O, maar voor my kan het niet anders
dan heerlijk zijn," riep Gwynne uit ,.lk
weet zeker, dat ik van elke minuut op 'dit
prachtige schip genieten zal!"
(Wordt vervolgd.)