OFFICIEELE PUBLICATIES.
Wijkverpleegster
DRUKWERK
Fa. van de Velde Jr.
De Vereenigde Staten en het volkenrecht.
SPORT
Radioprogramma
Geboren
CORNELIS.
Zoon van
A, JONKHEER.
M. JONKHEER—CORNELISSE.
Middelburg 21 Januari 1941.
Heeren gracht 88.
Voor de vele felicitaties en blij
ken van belangstelling, mij be
toond op 18 Januari jl., zeg ik
allen hartelijk dank.
Wed. P. VAN HAVEREN—
KOSTEN.
Margrietenlaan 37, Vllssingen.
Voor de vele blijken van be
langstelling, zoowel van hier als
elders ondervonden bij het over
lijden van onze lieve Zuster en
Tante,
Mevr. CORNELIA PHIL1PPINA
VROOME—BULTERIJS,
betuigen wij onzen oprechten
dank.
M. A. A. BULTERIJS.
F. A. E. BULTERIJS.
Voor de bewijzen van deelne
ming, ons betoond bij het over
lijden van onzen Broeder en Oom,
den Heer
JAKOBUS VERSTRAATE Jr.,
betuigen wij onzen hartelijken
dank.
Uit aller naam,
P. VERSTRAATE.
Hartelijk dank aan allen, die
blijk gaven van deelneming, on
dervonden na het overlijden van
onzen geliefden Man, Vader, Be
huwd-, Groot- en Overgrootvader
THOMAS DUNGENIS
VAN DE VIJVER
Namens allen,
Wed. TH. D. v. d. VIJVER—
JOOSSE.
Koudekerke, 22 Januari 1941.
Voor de vele bewijzen van deel
neming, zoo van hier als van
.elders ontvangen, na het overlij
den van onze geliefde Vroüw en
Moeder
ADRIANA VERHAGE,
betuigen wij onzen hartelijken
dank.
Uit alter naam,
A. KOPPEJAN.
Zoutelande, 22 Januari 1941.
Voor de vele blijken van belang
stelling en deelneming, ons be
toond bij het overlijden van onze
geliefde Moeder, Behuwd- en
Grootmoeder
JANNA LOUWS,
Wed. van JAC. ABRAHAMSE,
betuigen wij onzen hartelijken
dank.
Namens de Familie,
S. A. ABRAHAMSE.
St Laurens, 22 Januari 1941.
altijd voorraad!
De Vereeniging „Het Groene
Kruis" te Dreischor roept op sol
licitanten voor de vaceerende be
trekking van
Indiensttreding- zoo spoedig mo
gelijk. Brieven met opgaaf van
verlangd salaris en volledige in
lichtingen worden vóór 1 Februari
1941 ingewacht bij den Heer H.
C. BERREVOETS te Dreischor
(bij Zierikzee).
MAATREGELEN TEN AANZIEN
VAN DUIVEN.
De Burgemeester van Middelburg
brengt het navolgende ter openbare
kennis
1. Alle postduiven, uitgebroed na
15 Mei 1940, behooren zoo spoedig
mogeijk te worden opgegeven aan
de Commissie tot behartiging der
belangen van Nederlandsche post-
duivenhouders, gevestigd te Am
sterdam, Prinsengracht 407 (teL
34413), met nauwkeurige omschrij
ving van jaar van uitbroeden en
opgaaf van serienummer
2. opgaaf, zooals sub 1 vermeldt,
dient eveneens gedaan te worden
voor alle andere duiven, niet voor
komende op de officieele, gestem
pelde hoklijsten
3. sluitringen, verplicht gesteld
voor ongeringde sierduiven, worden
verstrekt door den heer C. A. M.
Spruyt te Gouda, van Beverningh-
laan 36
4. alle sierduiven zonder uitzon
dering behooren aan den sub 3 ver
melden heer C. A. M. Spruyt ter
registratie te worden opgegeven en
daarvoor moeten hoklijsten in drie
voud worden aangelegd, waarvan
één exemplaar door betrokkene kan
behouden worden, één In het desbe
treffend duivenhok moet aanwezig
zijn en het derde onder berusting
van den heer Spruyt blijft
5. de hiervoren sub 1, 2 en 4 be
doelde opgaven behooren vóór 31
Januari 1941 te worden gedaan
betrokkenen stellen zich, bij niet-
nakoming, bloot aan strafvervol
ging volgens de Duitsche militaire
wetten
6. tentoonstellingen van post- en
andere duiven, in welken vorm ook,
zijn verboden, terwijl het vervoer
van postduiven buiten de kom van
de gemeente verboden is, wanneer
het niet is gedekt door een schrif
telijke vergunning, welke bij de sub
1 vermelde Commissie, met rede
nen omkleed, kan worden aange
vraagd
7. tot deskundige op het gebied
van sierduiven is aangewezen de
sub 3 vermelde heer Spruyt
8. alle sierduiven, broed 1941,
moeten worden voorzien van een
specialen ring, te erkennen door de
sub 1 vermelde Commissie daar
over zal nog een nadere mededee-
ling verschijnen
9. het houden van sierduiven,
broed 1941, met niet erkende rin
gen is verboden.
Middelburg, 20 Januari 1941.
De Burgemeester voornoemd,
DE BORDES.
Burg. en Weth. van Goes brengen
ter openbare kennis, dat er gedu
rende het jaar 1941 wederom volks
tuintjes zullen worden uitgegeven
in Bouwplan UI en wel voor den
prijs van 2.50 per perceeltje.
Gegadigden gelieven zich aan te
melden aan het bureau van Ge
meentewerken, Schoolstraat 1, al
waar de voorwaarden zgn te be
komen.
Goes, 20 Januari 1941,
Burg. en Weth. voornoemd,
W. C. TEN KATE, Burgemeester.
VAN BALLEGOLJEN DE JONG,
Secretaris.
OPGAVE VAN SIERDUIVEN.
De Burgemeester van Goes
brengt ter openbare kennis, op ver
zoek van de Commissie ter behar
tiging der belangen van Nederland
sche postduivenhouders
dat de onder punt 3 van de pu
blicatie dd. 28 December 1940 ge
stelde uitzondering ten aanzien van
kroppers. pauwstaarten, raadshee-
ren, tuimelaars met sokken alsme
de slenkers, vervallen is. Mitsdien
behooren alle soorten van sierdui
ven zonder uitzondering ter regis
tratie te worden opgegeven.
Tot deskundige op het gebied van
sierduiven is aangesteld de secre
taris van den Nederlandschen Bond
van Sierduivenvereenigingen, de
heer C. A. M. Spruyt, van Bever-
ninghlaan 36, Gouda. Laatstge
noemde is met het registreeren
van alle sierduiven belast. Opgaven
ter registratie en verzoeken om in
lichtingen waren mitsdien bij hem
in te dienen. Voorts worden de voor
ongeringde sierduiven verplicht ge
stelde sluitringen door den heer
Spruyt verstrekt.
Tenslotte wordt nog medege
deeld, dat alle sierduiven, broed
1941, voorzien moeten worden van
een door de in den aanhef genoem
de Commissie te erkennen specialen
ring. Omtrent het opschrift van
dezen, voor het geheele land gel
denden ring, is nog overleg gaande.
Nadere mededeelingen zullen hier
omtrent nog gedaan worden. Het
houden van sierduiven, broed 1941,
met niet erkende ringen is verbo
den.
Goes, 21 Januari 1941.
De Burgemeester voornoemd,
W. C. TEN KATE.
UITREIKING VAN TEXTIEL-,
BOTER- EN VETKAARTEN.
De Burgemeester van Vllssingen
maakt bekend, dat in verband met
de textieldistributie en de boter- en
vetdistributie uitreiking van boven
genoemde kaarten zal plaats vin
den in het Distributiegebouw, Wil-
helminastraat.
a. Textielkaarten of toeslagkaar-
ten textiel aan loket No 6.
b. Boter- of vetkaarten aan loket
No. 7.
c. Vetkaarten voor zwaren arbeid
aan loket No. 3.
De uitreiking zal plaats vinden
in volgorde van het stamkaartnum
mer van het hoofd van het gezin
of de samenwoning.
Op Zaterdag, 25 Januari 1941,
uitsluitend van 1 t/m 1500
op Maandag, 27 Januari 1941,
uitsluitend van 1501 t/m 5000
op Dinsdag, 28 Januari 1941, uit
sluitend van 5001 t/m 9000
op Woensdag, 29 Januari 1941,
uitsluitend van 9001 t/m 13000
op Donderdag, 30 Januari 1941,
uitsluitend van 13001 t/m 17000
op Vrijdag, 31 Januari 1941, uit
sluitend van 17001 t/m 21000
op Zaterdag, 1 Februari 1941,
uitsluitend van 21001 en hooger.
Hoofden van gezinnen of samen
woningen, die voor vetkaarten en I
of toeslagkaarten voor textielpro
ducten in aanmerking wenschen te
komen, dienen het betreffende for
mulier tegelijk met hun stamkaar
ten aan te bieden.
Personen beneden den leeftijd
van 15 jaar kunnen niet voor de in
ontvangstname van de verschillen
de kaarten worden gezonden.
Op bovengenoemde dagen zullen,
behalve op Maandag- en Donder
dagmorgen, geen textiel- of schoen
formulieren worden uitgereikt.
Het kantoor zal voor deze uit
reiking geopend zjjn des morgens
tusschen 9.$0 uur en 12 uur en des
middags tusschen 1.30 uur en 4
uur. Zaterdagmiddags is het kan
toor niet geopend.
Vlissingen, 22 Januari 1941.
De Burgemeester voornoemd,
VAN WOELDEREN.
WIJZIGING ALGEMEENE
POLITIEVERORDENING.
Burgemeester en Wethouders
van Vlissingen;
brengen ter openbare kennis:
le. dat door tien Raad dier ge
meente in zijn vergadering van 28
Juni 1940, No. 23, is vastgesteld
een Verordening tot wijziging van
de Algemeene Politieverordening
voor Vlissingen, welke verordening
aan Gedeputeerde Staten van Zee
land volgens him bericht van den
lOen Januari 1941, No. 349/180,
Se Afdeeling, in afschrift is mede
gedeeld en door hun college op de
Secretarie der gemeente (2e Af
deeling) voor een ieder, gedurende
drie maanden, ter lezing is neder-
gelegd en tegen betaling der kos
ten algemeen verkrijgbaar is ge
steld;
2e. dat genoemde verordening,
welke in werking treedt op 20
Januari a.s., luidt als volgt:
De Raad der gemeente Vlissin
gen;
Gelezen het voorstel van Bur
gemeester en Wethouders van 21
Juni 1940;
Be sluitB
Vast te stellen de volgende Ver
ordening tot wijziging van de Al
gemeene Politieverordening yoor
Vlissingen.
Eenig artikel.
Ingevoegd wordt een nieuw arti
kel 49, luidende als volgt:
„Het is verboden op of aan den
openbaren weg:
a. bij het om niet of te koop
aanbieden van gedrukte of ge
schreven stukken te roepen of te
schreeuwen;
b. het koopen of de kennisne
ming van gedrukte of geschreven
stukken luidkeels aan te bevelen;
c. door middel van een reclame
bord of met luider stemme den In
houd van gemelde stukken geheel
of gedeeltelijk bekend te maken,
hetzij door middel van een reclame
bord, door zichtbare teekenen,
door geraasmakende middelen, door
roepen of door schreeuwen op die
stukken of den inhoud daarvan de
aandacht te vestigen.
Wanneer het om niet of te koop
aanbieden van gedrukte of geschre
ven stukken aanleiding geeft tot
volksoploopen, ongeregeldheden of
overlast voor de ingezetenen, zijn
zij, die deze stukken om niet of te
koop aanbieden, verplicht op de
eerste aanmaning vanwege de po
litie het om niet of te koop aan
bieden te staken.
Vlissingen, 28 Juni 1940.
De Raad voornoemd,
{get.) VAN WOELDEREN,
Voorzitter,
(get.) F. BISSCHOP,
Secretaris.
Vlissingen, 22 Januari 1941.
Burgemeester en Wethouders van
Vlissingen,
VAN WOELDEREN,
De Secretaris,
F. BISSCHOP.
DE DOORBORING VAN DE HAAGSCHE CONVENTIE DOOR DE
ANGELSAKSISCHE MOGENDHEDEN.
BEDENKELIJKE
VERWATERING VAN HET
NEUTRALITEITSBEGRIP.
Het A.N.P. meldt uit Den Haag
Door een specialen medewerker, die in
politieke en juridische kringen, welke op
het gebied van het internationale en het
volkenrecht als bijzonder deskundig en
competent kunnen worden beschouwd, een
enquête heeft gehouden over het actueele
thema der houding van de Vereenigde
Staten ten aanzien van het Duitsch-Itali-
aansche conflict met het Engelsche impe
rium, worden ons, de volgende opmerke
lijke uiteenzettingen ter beschikking ge
steld.
In den huidigen oorlog is meer nog dan
vroeger, de groote beteekenis van volken
rechtelijke oneenigheden naar voren geko
men. De strijd tusschen politieke wereld
beschouwingen is tevens een strijd tus
schen rechtsbegrippen, gelijk de werke
lijkheid toont, tusschen het streven naar
een faire en ridderlijke oorlogvoering aan
den eenen en een meedoogenloozen ver-
nietigingswil aan den anderen kant.
Tusschen de strijdende partijen staan de
neutrale mogendheden, welker rechten en
plichten in geschreven en ongeschreven
normen van het volkenrecht zijn vastge
legd. Zoolang een staat neutraal blijft, is
hij verplicht tegenover de oorlogvoerende
staten een bepaalde houding in acht te
nemen en bepaalde interventies van deze
staten te dulden. Deze beide zaken echter
worden beheerscht door den plicht eener
zeer strenge onpartijdigheidde neutrale
staat is derhalve niet alleen moreel en
politiek, maar ook juridisch verplicht zijn
houding tegenover alle oorlogvoerende
staten gelijkelijk te bepalen en interventies,
der oorlogvoerende staten, welke uit den
oorlogstoestand voortvloeien, gelijkelijk
van alle oorlogvoerende staten te dulden.
In het bijzonder echter is hij verplicht zijn
neutraliteit tegenover alle oorlogvoerende
staten gelijkelijk te handhaven.
Deze duidelijke grondbeginselen zijn in
hoofdzaak samengevat in de beide Haag-
sche neutraliteitsovereenkomsten van 18
October 1907. De Vereenigde Staten van
Amerika hebben deze overeenkomsten
weliswaar niet mede onderteekend zij zijn
echter nog voor den oorlog daarbij toege
treden en hebben ze op plechtige wijze ge
ratificeerd. Zij zijn daarmede aan de be
palingen van deze overeenkomsten gebon
den.
Het is van belang duidelijk zich voor
oogen te stellen, dat de deelneming van
de Vereenigde Staten aan den oorlog tegen
de centrale mogendheden in 1917 niet ge
schiedde, zooals de officieele Ameri-
kaanschEngelsche geschiedschrijving be
weert omdat de centrale mogendheden
inbreuk hebben gemaakt op de rechten
van de Vereenigde Staten als neutrale
mogendheid, maar omgekeerd juist omdat
de Vereenigde Staten het, in het bijzonder
sedert 1915 in toenemende mate nagelaten
hadden consciëntieus de op hen rustende
volkenrechtelijke plichten na te komen.
In het bijzonder zijn zij in gebreke gebleven
ten opzichte van de noodzakelijke onpartij
digheid tusschen de oorlogvoerenden en
daarmede hebben zij den hoogsten plicht als
neutrale mogendheid voortdurend geschon
den. Dit is door vele, zonder vooroordeelen
zijnde Amerikaansche geleerden, het laatst
nog in 1937 en 1939 door den professor in
het volkenrecht, Borshard, en voor den.
historicus, Tansill, op overtuigende wijze
uiteengezet.
DE HUIDIGE POLITIEK VAN
WASHINGTON.
Wanneer met de politiek der Ameri
kaansche regeering sedert het uitbreken
van den tegenwoordigen oorlog in verband
ziet, springt de parallel met de ontwikke
ling van den wereldoorlog duidelijk in het
oog. Ook thans weer neemt deze politiek
een steeds eenzijdiger tegen één der
beide oorlogvoerende partijen gerichte
houding aan. De Vereenigde Staten bevin
den zich thans reeds in een toestand, die
er door gekenmerkt wordt, dat zij hun
volkenrechtelijke plichten als neutrale
mogendheid niet meer nakomen.
Uit de groote reeks voorbeelden, die
aangehaald kunnen worden voor de in
strrjd met het volkenrecht zijnde houding
der Vereenigde Staten, mogen slechts twee
zeer kenmerkende worden genoemd.
Zoo zegt artikel 6 van Xm Haagsche
accoord betreffende de rechten en plichten
van de neutralen in geval van een oorlog
ter zee (de zgn. zeeneutraliteitsconventie)
aan welker bepalingen de Vereenigde Sta
ten, zooals hierboven uiteengezet, gebonden
zijn, duidelijk en helder het volgende het
door een neutrale mogendheid aan een
oorlogvoerende mogendheid om eenigerlei
reden direct of indirect uitgevoerde afstaan
van oorlogsschepen, munitie of ander
oorlogstuig is verboden. Op overeenkom
stige wijze verbiedt artikel 16b van de
Pan-Amerikaansches neutraliteitsovereen-
lcomst van Havanna, die op 20 Februari
1928 onder het beschermheerschap en op
instigatie juist van de Vereenigde Staten
is onderteekend, het verleenen van credie-
ten door een Amerikaanschen staat aan
een oorlogvoerende mogendheid, zoolang
de betrokken Amerikaansche staat zelf
formeel buiten het conflict staat.
In strijd hiermede verklaren de bepalin
gen van liet door president Roosevelt op
11 Januari 1941 bij het Amerikaansche
Congres ingediende wetsontwerp op de
hulp aan Engeland, dat de Amerikaansche
regeering voor regeeringen, welker onder
steuning de Amerikaansche president „be-
beschouwt als essentieel voor de defensie
van de Vereenigde Staten", wapenmateri
aal kan doen vervaardigen, wapentuigen
aan deze regeeringen kan afstaan, en
dezen regeeringen ieder soort inlichtingen
kan doen toekomen, dat in verband staat
met de levering van wapenmateriaal.
IN STRIJD MET HET
VOLKENRECHT.
Het is duidelijk, dat deze bepalingen,
ingeval zjj door het Amerikaansche Con
gres tot wet mochten worden verheven,
een ernstigen inbreuk op het volkenrecht
van den kant van de Vereenigde Staten
zouden vormen.
De inbreuk op de bepalingen van artikel
6 van de genoemde Haagsche Conventie
is te duidelijk, dan dat hg een toelichting
noodig heeft. Maar ook met de genoemde
bepalingen van de overeenkomst van Ha
vanna zou deze wet onvereenigbaar zijn
want het is duidelijk, dat de daar onder
oogen geziene transacties door den begun
stigden oorlogvoerenden staat Enge
land niet contant betaald kunnen wor
den, maar afgewikkeld moeten worden
langs den omweg van uitgebreide crediet-
operaties. Slechts terloops zij opgemerkt,
dat deze wet ook in strijd zou zgn met de
bekende Johnson-act, die "coals men weet
iedere soort van credietverleening verbiedt
aan staten, die hun uit den wereldoorlog
dateerende schuldverplichtingen jegens de
Vereenigde Staten niet zijn nagekomen,
waartoe Engeland in de eerste plaats be
hoort.
President Roosevelt en zgn minister --n
buitenlandsche zaken, Cordell Huil, heb
ben wel gemerkt hoezeer him voornemen
in strijd is met volkenrecht en grondwet.
Zij trachten, verwijzende naar een ver
meend in ivaar brengen der Vereenigde
Staten door de spilmogendheden en Japan,
dit in strijd met het recht zijn te ver
bloemen.
Men tracht zich te bedienen van het op
zichzelf ongetwijfeld geldige volkenrechts-
beginsel, dat Iedere staat gerechtigd is
een hedreigin£ van zijn bestaan af te
weren met alle hem ten dienste staande
middelen. Intusschen kan het beginsel der
zelfverdediging in dit geval geen toepas
sing vinden, aangezien een bedreiging der
Vereenigde Staten door het Duitsche Rijk
reeds door hun bevoorrechte geographische
ligging onmogelijk is.
De versletenheid van dit argument heeft
intusschen den minister van buitenlandsche
zaken, Huil, aanleiding gegeven om in zgn
senaatsrede van 15 Januari een nieuwe
bewering naar voren te brengen. Op de
vraag, of de bepalingen van het wetsont
werp van Roosevelt dan niet in strijd
waren met de voorschriften van de XIII
Haagsche conventie, antwoordde hij, 'dat
de Vereenigde Staten deze voorschriften
niet meer als toonaangevend voor zich
kon beschouwen. Huil heeft daarmede
de bindendheid van een door de Vereenig-
Staten vrijwillig en op plechtige wijze
aanvaarde erplichting eenzijdig en zonder
urgente "eden opgezegd hij heeft dus
precies hetzelfde gedaan, wat men beweert,
dat in de jaren sedert 1933 door Duitsch-
land is gec en wat juist in de kringen
der Amerikaansche regeeringspolitici een
zoo buitengewoon scherpe zij het ook
onrechtvaardigde critiek heeft gewekt.
Als motivecring voor dit buitengewone
optreden der Vereenigde Staten bracht
Huil nu niet naar voren zooals men had
kunnen verwachten dat de Vereenigde
Staten „bedreigd" werden, maar dat de
genoemde Haagsche conventie niet
meer door alle oorlogvoeren
den wordt nagekomen. Met deze
aanduiding kan aangezien het Duitsche
rgk zich tot dusver op de meest prjnlgke
wijze gehouden heeft aan de bepalingen
der genoemde conventie niets anders be
doeld zijn dan de Britsche practijk van
de zee-oorlogvoering, die inderdaad de be
palingen van de genoemde conventie (die
mede door Engeland is onderteekend) ten
scherpste overtreedt. Vermeld moge in dit
verband alleen worden het geval van het
Duitsche regeeringsstoomschip „Altmark"
en het Britsche navycertsysteem. Aan den
anderen kant echter is er geen twijfel aan,
dat uit deze in strijd met het recht zijnde
Britsche practijk voor de Vereenigde Sta
ten geenszins de bevoegdheid kan voort
vloeien om nu eigener beweging de ge
heele overeenkomst eenzijdig op te zeggen.
De waarlgk groteske toestand ontstaat
dus. dat een formeel neutral- staat, welks
regeeri de uit de neutraliteit voortvloei
ende plichten tracht te omzeilen op een
wijze, die in 3trijd is met het volkenrecht,
zich het voorwendsel daartoe juist niet laat
leveren d or die mogendheid, waartegen
hg het voornemen heeft een standpunt in
te nemen, maar door die mogendheid, aan
wie zij steun ten goede moet komen. Anders
gezegd: De Vereenigde Staten dulden en
bevorderen handelingen van Engeland in
strg'd met het volkenrecht, teneinde zich
van hun kant op in strijd met het volken
recht zijnde wijze te verwijderen van hun
plichten als neutrale mogendheid en een
standpunt te kunnen innemen tegen het
Duitsche Rgk, d.w.z. tegen de partij, die
volkenrechtelijk correct optreedt. De hui
dige Amerikaansche regeering beschouwt
dus iedere internationale conventie en
iedere volkenrechtelijke verplichting als
niet ter zake dienende, wanneer zij na-
deelig blijkt voor haar eenzijdige anti-Duit-
sche neutraliteitsdoeleinden. Op grond hier
van kan men er zich een denkbeeld van
vormen, hoe de „nieuwe orde" er zou uit
zien, die de volkeren na de Britsche over
winning over het Duitsche Rijk beschoren
zou zijn: het is dezelfde „orde" die geleid
heeft tot den wereldoorlog en tot het dic
taat van Versailles. Tegen dezen ongeest
is Duitschland ten strijde getrokken. Het
zal dien strijd voeren tot het zegevierende
einde.
VOETBAL
Wedstrijden 2e klasse D.
Naar wij vernemen is ln het wedstrijd-
programma voor Zondag 2 Januari een
kleine wijziging aangebracht in de 2e
klasse D. De wedstrijd De Zeeuwen-R.C.S.
komt te vervallen, waarvoor in de plaats
komt de ontmoeting De Zeeuwen-Hero.
DE WOLVENPLAAG IN FINLAND.
Ter bestrijding van den wolvenplaag, die
in Noord-Finland is toegenomen, wordt
overwogen om in de plaatsen waar de wol
ven zich plegen t.e vertoonen, vergift neer
te leggen .Den laatsten tijd zgn weer tal
rijke rendieren door troepen wolven ge
dood.
Van onze
Adverteerders.
DE VICT OMA-FABRIEKEN IN 1940.
In de gebruikelijke jaarrecle van de directie
tot het personeel der N.V. Biscuit- en Choco
ladefabriek „Victoria" is o.m. gezegd
De eerste 4 maanden van het jaar werkten
beide bedrijven, dus zoowel de biscuitfabriek
als de chocoladefabriek, met zeer bevredigende
resultaten.
Daarna overtrof de vraag naar onze artikelen
verre het aanbod, en wel in hoofdzaak, door
dat de toewijzing van grondstoffen voor onze
productie van Overheid- wege meer en m eer be
perkt werd, terwijl de vraag naar onze pro
ducten aldoor toenam.
Niettegenstaande de wanverhouding tusschen
vraag en aanbod bleef de marge tusschen
marktprijs der grondstoffen en verkoopprijs
onzer producten onvoldoende, doordat in de
verkoopprijzen geen verandering mocht worden
gebracht, ondanks het feit, dat de grondstoffen
steeds hooger noteerden.
Eerst in October werd de chocolade-Industrie
gemachtigd de verkoopprijzen eenigszlns In
verhouding tot de hoogere grondstoffenprijzen
te brengen, en eerst in December was zulks
het geval met het artikel biscuits.
Het is, dank zü de gelukkige omstandigheid,
dat „Victoria" zeer ruim van grondstoffen was
voorzien tegen een lage boekwaarde, dat de
financieele resultaten over 1940 bevredigend zul
len zijn.
Aan oorlogsmoleft heeft het bedrijf per saldo
een schadepost van slechts 25.000.Zulks
memoreeren wij met dankbaarheid, omdat rond
om ons fabriekscomplex vele gebouwen zijn
verwoest en afgebrand.
Waar wij uit ervaring weten, hoe onze Over
heid op de bres staat ter behartiging der be
langen van het Nederlandsche bedrijfsleven,
koesteren wij de hoop, dat zij er in zal slagen
ook in 1941 onze industrie drijvende te houden.
DONDERDAG 2S JANUARI 1M1.
HILVERSUM I. 415 m. Ned. Progr. KRO.
8,00 Wij beginnen den dag. 8,30 ber. ANP.
8,45 Gram. 10,00 KRO-ork. 10,45 Gram. 11,30
Godsd. halfuurtje. 12,00 Gram. 12,15 KRO-Me-
lodisten en solist. 12,45 Nieuws- en econ. ber,
ANP. 1,00 Gram. 1,15 KRO-Melodistcn en solist.
2,00 Orgelconc. 2.45 KRO-ork. 3,30 Gram. 3,45
De Kamermuziekspelers. 4,30 Ziekenpraatje. 4,45
Gram. 5,15 Nieuws-, econ. en beursber. ANP.
5,30 Lezing. 5.45 Gram. 6,00 Cabaretprogr. 6,45
Actueele reportage of gram. 7,00 Vragen van
den dag (ANP). 7,15 Gram. 7,30 Ber. (En-
gelsch)7,45 Gram. 8,00 ber. ANP. 8,15 KRO-
Kamerork. (opn.) 8,30 Ber. (Engelsch). 8,45
Eugen Wolf en zijn solisten. 9.40 Wij sluiten
den dag. 9,45 Engelsche ber. ANP. 10,0010,15
ber. ANP, sluiting.
HILVERSUM n. 301 m. AVRO.
8,00 Gram. 8,30 ber. ANP. 8,45 Gram. 10,00
Morgenwijding. 10,15 Orgel (gr. pl.) 10,30 Om-
roepork. (Ca. 10,50 en 11.25 Declamatie). 12,00
Ber., eventueel Gram. 12,15 AVRO-Amusements-
ork. 12,45 Nieuws- en econ. ber. ANP. 1.00
AVRO-Amusementsork. 1,30 Cyclus. 1.35 AVRO-
Musette-ensemble en soliste (opn.). 2,15 AVRO-
Aeolian-ork. 3,00 Causerie. 3,10 Zang met piano-
3,30 causerie (met gram). 4,15 Sylvestre-trio.
5,00 VPRO: Cyclus. 5,-15 Nieuws-, econ. en
beursber. ANP. 5.30 Puszta-ork. 6,00 Orgel. 6,15
C clus 6,30 Orgel. 6,45 Actueele reportage of
gram. 7,007.15 Persoverzicht voor binnen- en
buitenland (ANP), sluiting.