OFFICIEELE PUBLICATIES. Wijkverpleegster DRUKWERK Fa. van de Velde Jr. De Vereenigde Staten en het volkenrecht. SPORT Radioprogramma Geboren CORNELIS. Zoon van A, JONKHEER. M. JONKHEER—CORNELISSE. Middelburg 21 Januari 1941. Heeren gracht 88. Voor de vele felicitaties en blij ken van belangstelling, mij be toond op 18 Januari jl., zeg ik allen hartelijk dank. Wed. P. VAN HAVEREN— KOSTEN. Margrietenlaan 37, Vllssingen. Voor de vele blijken van be langstelling, zoowel van hier als elders ondervonden bij het over lijden van onze lieve Zuster en Tante, Mevr. CORNELIA PHIL1PPINA VROOME—BULTERIJS, betuigen wij onzen oprechten dank. M. A. A. BULTERIJS. F. A. E. BULTERIJS. Voor de bewijzen van deelne ming, ons betoond bij het over lijden van onzen Broeder en Oom, den Heer JAKOBUS VERSTRAATE Jr., betuigen wij onzen hartelijken dank. Uit aller naam, P. VERSTRAATE. Hartelijk dank aan allen, die blijk gaven van deelneming, on dervonden na het overlijden van onzen geliefden Man, Vader, Be huwd-, Groot- en Overgrootvader THOMAS DUNGENIS VAN DE VIJVER Namens allen, Wed. TH. D. v. d. VIJVER— JOOSSE. Koudekerke, 22 Januari 1941. Voor de vele bewijzen van deel neming, zoo van hier als van .elders ontvangen, na het overlij den van onze geliefde Vroüw en Moeder ADRIANA VERHAGE, betuigen wij onzen hartelijken dank. Uit alter naam, A. KOPPEJAN. Zoutelande, 22 Januari 1941. Voor de vele blijken van belang stelling en deelneming, ons be toond bij het overlijden van onze geliefde Moeder, Behuwd- en Grootmoeder JANNA LOUWS, Wed. van JAC. ABRAHAMSE, betuigen wij onzen hartelijken dank. Namens de Familie, S. A. ABRAHAMSE. St Laurens, 22 Januari 1941. altijd voorraad! De Vereeniging „Het Groene Kruis" te Dreischor roept op sol licitanten voor de vaceerende be trekking van Indiensttreding- zoo spoedig mo gelijk. Brieven met opgaaf van verlangd salaris en volledige in lichtingen worden vóór 1 Februari 1941 ingewacht bij den Heer H. C. BERREVOETS te Dreischor (bij Zierikzee). MAATREGELEN TEN AANZIEN VAN DUIVEN. De Burgemeester van Middelburg brengt het navolgende ter openbare kennis 1. Alle postduiven, uitgebroed na 15 Mei 1940, behooren zoo spoedig mogeijk te worden opgegeven aan de Commissie tot behartiging der belangen van Nederlandsche post- duivenhouders, gevestigd te Am sterdam, Prinsengracht 407 (teL 34413), met nauwkeurige omschrij ving van jaar van uitbroeden en opgaaf van serienummer 2. opgaaf, zooals sub 1 vermeldt, dient eveneens gedaan te worden voor alle andere duiven, niet voor komende op de officieele, gestem pelde hoklijsten 3. sluitringen, verplicht gesteld voor ongeringde sierduiven, worden verstrekt door den heer C. A. M. Spruyt te Gouda, van Beverningh- laan 36 4. alle sierduiven zonder uitzon dering behooren aan den sub 3 ver melden heer C. A. M. Spruyt ter registratie te worden opgegeven en daarvoor moeten hoklijsten in drie voud worden aangelegd, waarvan één exemplaar door betrokkene kan behouden worden, één In het desbe treffend duivenhok moet aanwezig zijn en het derde onder berusting van den heer Spruyt blijft 5. de hiervoren sub 1, 2 en 4 be doelde opgaven behooren vóór 31 Januari 1941 te worden gedaan betrokkenen stellen zich, bij niet- nakoming, bloot aan strafvervol ging volgens de Duitsche militaire wetten 6. tentoonstellingen van post- en andere duiven, in welken vorm ook, zijn verboden, terwijl het vervoer van postduiven buiten de kom van de gemeente verboden is, wanneer het niet is gedekt door een schrif telijke vergunning, welke bij de sub 1 vermelde Commissie, met rede nen omkleed, kan worden aange vraagd 7. tot deskundige op het gebied van sierduiven is aangewezen de sub 3 vermelde heer Spruyt 8. alle sierduiven, broed 1941, moeten worden voorzien van een specialen ring, te erkennen door de sub 1 vermelde Commissie daar over zal nog een nadere mededee- ling verschijnen 9. het houden van sierduiven, broed 1941, met niet erkende rin gen is verboden. Middelburg, 20 Januari 1941. De Burgemeester voornoemd, DE BORDES. Burg. en Weth. van Goes brengen ter openbare kennis, dat er gedu rende het jaar 1941 wederom volks tuintjes zullen worden uitgegeven in Bouwplan UI en wel voor den prijs van 2.50 per perceeltje. Gegadigden gelieven zich aan te melden aan het bureau van Ge meentewerken, Schoolstraat 1, al waar de voorwaarden zgn te be komen. Goes, 20 Januari 1941, Burg. en Weth. voornoemd, W. C. TEN KATE, Burgemeester. VAN BALLEGOLJEN DE JONG, Secretaris. OPGAVE VAN SIERDUIVEN. De Burgemeester van Goes brengt ter openbare kennis, op ver zoek van de Commissie ter behar tiging der belangen van Nederland sche postduivenhouders dat de onder punt 3 van de pu blicatie dd. 28 December 1940 ge stelde uitzondering ten aanzien van kroppers. pauwstaarten, raadshee- ren, tuimelaars met sokken alsme de slenkers, vervallen is. Mitsdien behooren alle soorten van sierdui ven zonder uitzondering ter regis tratie te worden opgegeven. Tot deskundige op het gebied van sierduiven is aangesteld de secre taris van den Nederlandschen Bond van Sierduivenvereenigingen, de heer C. A. M. Spruyt, van Bever- ninghlaan 36, Gouda. Laatstge noemde is met het registreeren van alle sierduiven belast. Opgaven ter registratie en verzoeken om in lichtingen waren mitsdien bij hem in te dienen. Voorts worden de voor ongeringde sierduiven verplicht ge stelde sluitringen door den heer Spruyt verstrekt. Tenslotte wordt nog medege deeld, dat alle sierduiven, broed 1941, voorzien moeten worden van een door de in den aanhef genoem de Commissie te erkennen specialen ring. Omtrent het opschrift van dezen, voor het geheele land gel denden ring, is nog overleg gaande. Nadere mededeelingen zullen hier omtrent nog gedaan worden. Het houden van sierduiven, broed 1941, met niet erkende ringen is verbo den. Goes, 21 Januari 1941. De Burgemeester voornoemd, W. C. TEN KATE. UITREIKING VAN TEXTIEL-, BOTER- EN VETKAARTEN. De Burgemeester van Vllssingen maakt bekend, dat in verband met de textieldistributie en de boter- en vetdistributie uitreiking van boven genoemde kaarten zal plaats vin den in het Distributiegebouw, Wil- helminastraat. a. Textielkaarten of toeslagkaar- ten textiel aan loket No 6. b. Boter- of vetkaarten aan loket No. 7. c. Vetkaarten voor zwaren arbeid aan loket No. 3. De uitreiking zal plaats vinden in volgorde van het stamkaartnum mer van het hoofd van het gezin of de samenwoning. Op Zaterdag, 25 Januari 1941, uitsluitend van 1 t/m 1500 op Maandag, 27 Januari 1941, uitsluitend van 1501 t/m 5000 op Dinsdag, 28 Januari 1941, uit sluitend van 5001 t/m 9000 op Woensdag, 29 Januari 1941, uitsluitend van 9001 t/m 13000 op Donderdag, 30 Januari 1941, uitsluitend van 13001 t/m 17000 op Vrijdag, 31 Januari 1941, uit sluitend van 17001 t/m 21000 op Zaterdag, 1 Februari 1941, uitsluitend van 21001 en hooger. Hoofden van gezinnen of samen woningen, die voor vetkaarten en I of toeslagkaarten voor textielpro ducten in aanmerking wenschen te komen, dienen het betreffende for mulier tegelijk met hun stamkaar ten aan te bieden. Personen beneden den leeftijd van 15 jaar kunnen niet voor de in ontvangstname van de verschillen de kaarten worden gezonden. Op bovengenoemde dagen zullen, behalve op Maandag- en Donder dagmorgen, geen textiel- of schoen formulieren worden uitgereikt. Het kantoor zal voor deze uit reiking geopend zjjn des morgens tusschen 9.$0 uur en 12 uur en des middags tusschen 1.30 uur en 4 uur. Zaterdagmiddags is het kan toor niet geopend. Vlissingen, 22 Januari 1941. De Burgemeester voornoemd, VAN WOELDEREN. WIJZIGING ALGEMEENE POLITIEVERORDENING. Burgemeester en Wethouders van Vlissingen; brengen ter openbare kennis: le. dat door tien Raad dier ge meente in zijn vergadering van 28 Juni 1940, No. 23, is vastgesteld een Verordening tot wijziging van de Algemeene Politieverordening voor Vlissingen, welke verordening aan Gedeputeerde Staten van Zee land volgens him bericht van den lOen Januari 1941, No. 349/180, Se Afdeeling, in afschrift is mede gedeeld en door hun college op de Secretarie der gemeente (2e Af deeling) voor een ieder, gedurende drie maanden, ter lezing is neder- gelegd en tegen betaling der kos ten algemeen verkrijgbaar is ge steld; 2e. dat genoemde verordening, welke in werking treedt op 20 Januari a.s., luidt als volgt: De Raad der gemeente Vlissin gen; Gelezen het voorstel van Bur gemeester en Wethouders van 21 Juni 1940; Be sluitB Vast te stellen de volgende Ver ordening tot wijziging van de Al gemeene Politieverordening yoor Vlissingen. Eenig artikel. Ingevoegd wordt een nieuw arti kel 49, luidende als volgt: „Het is verboden op of aan den openbaren weg: a. bij het om niet of te koop aanbieden van gedrukte of ge schreven stukken te roepen of te schreeuwen; b. het koopen of de kennisne ming van gedrukte of geschreven stukken luidkeels aan te bevelen; c. door middel van een reclame bord of met luider stemme den In houd van gemelde stukken geheel of gedeeltelijk bekend te maken, hetzij door middel van een reclame bord, door zichtbare teekenen, door geraasmakende middelen, door roepen of door schreeuwen op die stukken of den inhoud daarvan de aandacht te vestigen. Wanneer het om niet of te koop aanbieden van gedrukte of geschre ven stukken aanleiding geeft tot volksoploopen, ongeregeldheden of overlast voor de ingezetenen, zijn zij, die deze stukken om niet of te koop aanbieden, verplicht op de eerste aanmaning vanwege de po litie het om niet of te koop aan bieden te staken. Vlissingen, 28 Juni 1940. De Raad voornoemd, {get.) VAN WOELDEREN, Voorzitter, (get.) F. BISSCHOP, Secretaris. Vlissingen, 22 Januari 1941. Burgemeester en Wethouders van Vlissingen, VAN WOELDEREN, De Secretaris, F. BISSCHOP. DE DOORBORING VAN DE HAAGSCHE CONVENTIE DOOR DE ANGELSAKSISCHE MOGENDHEDEN. BEDENKELIJKE VERWATERING VAN HET NEUTRALITEITSBEGRIP. Het A.N.P. meldt uit Den Haag Door een specialen medewerker, die in politieke en juridische kringen, welke op het gebied van het internationale en het volkenrecht als bijzonder deskundig en competent kunnen worden beschouwd, een enquête heeft gehouden over het actueele thema der houding van de Vereenigde Staten ten aanzien van het Duitsch-Itali- aansche conflict met het Engelsche impe rium, worden ons, de volgende opmerke lijke uiteenzettingen ter beschikking ge steld. In den huidigen oorlog is meer nog dan vroeger, de groote beteekenis van volken rechtelijke oneenigheden naar voren geko men. De strijd tusschen politieke wereld beschouwingen is tevens een strijd tus schen rechtsbegrippen, gelijk de werke lijkheid toont, tusschen het streven naar een faire en ridderlijke oorlogvoering aan den eenen en een meedoogenloozen ver- nietigingswil aan den anderen kant. Tusschen de strijdende partijen staan de neutrale mogendheden, welker rechten en plichten in geschreven en ongeschreven normen van het volkenrecht zijn vastge legd. Zoolang een staat neutraal blijft, is hij verplicht tegenover de oorlogvoerende staten een bepaalde houding in acht te nemen en bepaalde interventies van deze staten te dulden. Deze beide zaken echter worden beheerscht door den plicht eener zeer strenge onpartijdigheidde neutrale staat is derhalve niet alleen moreel en politiek, maar ook juridisch verplicht zijn houding tegenover alle oorlogvoerende staten gelijkelijk te bepalen en interventies, der oorlogvoerende staten, welke uit den oorlogstoestand voortvloeien, gelijkelijk van alle oorlogvoerende staten te dulden. In het bijzonder echter is hij verplicht zijn neutraliteit tegenover alle oorlogvoerende staten gelijkelijk te handhaven. Deze duidelijke grondbeginselen zijn in hoofdzaak samengevat in de beide Haag- sche neutraliteitsovereenkomsten van 18 October 1907. De Vereenigde Staten van Amerika hebben deze overeenkomsten weliswaar niet mede onderteekend zij zijn echter nog voor den oorlog daarbij toege treden en hebben ze op plechtige wijze ge ratificeerd. Zij zijn daarmede aan de be palingen van deze overeenkomsten gebon den. Het is van belang duidelijk zich voor oogen te stellen, dat de deelneming van de Vereenigde Staten aan den oorlog tegen de centrale mogendheden in 1917 niet ge schiedde, zooals de officieele Ameri- kaanschEngelsche geschiedschrijving be weert omdat de centrale mogendheden inbreuk hebben gemaakt op de rechten van de Vereenigde Staten als neutrale mogendheid, maar omgekeerd juist omdat de Vereenigde Staten het, in het bijzonder sedert 1915 in toenemende mate nagelaten hadden consciëntieus de op hen rustende volkenrechtelijke plichten na te komen. In het bijzonder zijn zij in gebreke gebleven ten opzichte van de noodzakelijke onpartij digheid tusschen de oorlogvoerenden en daarmede hebben zij den hoogsten plicht als neutrale mogendheid voortdurend geschon den. Dit is door vele, zonder vooroordeelen zijnde Amerikaansche geleerden, het laatst nog in 1937 en 1939 door den professor in het volkenrecht, Borshard, en voor den. historicus, Tansill, op overtuigende wijze uiteengezet. DE HUIDIGE POLITIEK VAN WASHINGTON. Wanneer met de politiek der Ameri kaansche regeering sedert het uitbreken van den tegenwoordigen oorlog in verband ziet, springt de parallel met de ontwikke ling van den wereldoorlog duidelijk in het oog. Ook thans weer neemt deze politiek een steeds eenzijdiger tegen één der beide oorlogvoerende partijen gerichte houding aan. De Vereenigde Staten bevin den zich thans reeds in een toestand, die er door gekenmerkt wordt, dat zij hun volkenrechtelijke plichten als neutrale mogendheid niet meer nakomen. Uit de groote reeks voorbeelden, die aangehaald kunnen worden voor de in strrjd met het volkenrecht zijnde houding der Vereenigde Staten, mogen slechts twee zeer kenmerkende worden genoemd. Zoo zegt artikel 6 van Xm Haagsche accoord betreffende de rechten en plichten van de neutralen in geval van een oorlog ter zee (de zgn. zeeneutraliteitsconventie) aan welker bepalingen de Vereenigde Sta ten, zooals hierboven uiteengezet, gebonden zijn, duidelijk en helder het volgende het door een neutrale mogendheid aan een oorlogvoerende mogendheid om eenigerlei reden direct of indirect uitgevoerde afstaan van oorlogsschepen, munitie of ander oorlogstuig is verboden. Op overeenkom stige wijze verbiedt artikel 16b van de Pan-Amerikaansches neutraliteitsovereen- lcomst van Havanna, die op 20 Februari 1928 onder het beschermheerschap en op instigatie juist van de Vereenigde Staten is onderteekend, het verleenen van credie- ten door een Amerikaanschen staat aan een oorlogvoerende mogendheid, zoolang de betrokken Amerikaansche staat zelf formeel buiten het conflict staat. In strijd hiermede verklaren de bepalin gen van liet door president Roosevelt op 11 Januari 1941 bij het Amerikaansche Congres ingediende wetsontwerp op de hulp aan Engeland, dat de Amerikaansche regeering voor regeeringen, welker onder steuning de Amerikaansche president „be- beschouwt als essentieel voor de defensie van de Vereenigde Staten", wapenmateri aal kan doen vervaardigen, wapentuigen aan deze regeeringen kan afstaan, en dezen regeeringen ieder soort inlichtingen kan doen toekomen, dat in verband staat met de levering van wapenmateriaal. IN STRIJD MET HET VOLKENRECHT. Het is duidelijk, dat deze bepalingen, ingeval zjj door het Amerikaansche Con gres tot wet mochten worden verheven, een ernstigen inbreuk op het volkenrecht van den kant van de Vereenigde Staten zouden vormen. De inbreuk op de bepalingen van artikel 6 van de genoemde Haagsche Conventie is te duidelijk, dan dat hg een toelichting noodig heeft. Maar ook met de genoemde bepalingen van de overeenkomst van Ha vanna zou deze wet onvereenigbaar zijn want het is duidelijk, dat de daar onder oogen geziene transacties door den begun stigden oorlogvoerenden staat Enge land niet contant betaald kunnen wor den, maar afgewikkeld moeten worden langs den omweg van uitgebreide crediet- operaties. Slechts terloops zij opgemerkt, dat deze wet ook in strijd zou zgn met de bekende Johnson-act, die "coals men weet iedere soort van credietverleening verbiedt aan staten, die hun uit den wereldoorlog dateerende schuldverplichtingen jegens de Vereenigde Staten niet zijn nagekomen, waartoe Engeland in de eerste plaats be hoort. President Roosevelt en zgn minister --n buitenlandsche zaken, Cordell Huil, heb ben wel gemerkt hoezeer him voornemen in strijd is met volkenrecht en grondwet. Zij trachten, verwijzende naar een ver meend in ivaar brengen der Vereenigde Staten door de spilmogendheden en Japan, dit in strijd met het recht zijn te ver bloemen. Men tracht zich te bedienen van het op zichzelf ongetwijfeld geldige volkenrechts- beginsel, dat Iedere staat gerechtigd is een hedreigin£ van zijn bestaan af te weren met alle hem ten dienste staande middelen. Intusschen kan het beginsel der zelfverdediging in dit geval geen toepas sing vinden, aangezien een bedreiging der Vereenigde Staten door het Duitsche Rijk reeds door hun bevoorrechte geographische ligging onmogelijk is. De versletenheid van dit argument heeft intusschen den minister van buitenlandsche zaken, Huil, aanleiding gegeven om in zgn senaatsrede van 15 Januari een nieuwe bewering naar voren te brengen. Op de vraag, of de bepalingen van het wetsont werp van Roosevelt dan niet in strijd waren met de voorschriften van de XIII Haagsche conventie, antwoordde hij, 'dat de Vereenigde Staten deze voorschriften niet meer als toonaangevend voor zich kon beschouwen. Huil heeft daarmede de bindendheid van een door de Vereenig- Staten vrijwillig en op plechtige wijze aanvaarde erplichting eenzijdig en zonder urgente "eden opgezegd hij heeft dus precies hetzelfde gedaan, wat men beweert, dat in de jaren sedert 1933 door Duitsch- land is gec en wat juist in de kringen der Amerikaansche regeeringspolitici een zoo buitengewoon scherpe zij het ook onrechtvaardigde critiek heeft gewekt. Als motivecring voor dit buitengewone optreden der Vereenigde Staten bracht Huil nu niet naar voren zooals men had kunnen verwachten dat de Vereenigde Staten „bedreigd" werden, maar dat de genoemde Haagsche conventie niet meer door alle oorlogvoeren den wordt nagekomen. Met deze aanduiding kan aangezien het Duitsche rgk zich tot dusver op de meest prjnlgke wijze gehouden heeft aan de bepalingen der genoemde conventie niets anders be doeld zijn dan de Britsche practijk van de zee-oorlogvoering, die inderdaad de be palingen van de genoemde conventie (die mede door Engeland is onderteekend) ten scherpste overtreedt. Vermeld moge in dit verband alleen worden het geval van het Duitsche regeeringsstoomschip „Altmark" en het Britsche navycertsysteem. Aan den anderen kant echter is er geen twijfel aan, dat uit deze in strijd met het recht zijnde Britsche practijk voor de Vereenigde Sta ten geenszins de bevoegdheid kan voort vloeien om nu eigener beweging de ge heele overeenkomst eenzijdig op te zeggen. De waarlgk groteske toestand ontstaat dus. dat een formeel neutral- staat, welks regeeri de uit de neutraliteit voortvloei ende plichten tracht te omzeilen op een wijze, die in 3trijd is met het volkenrecht, zich het voorwendsel daartoe juist niet laat leveren d or die mogendheid, waartegen hg het voornemen heeft een standpunt in te nemen, maar door die mogendheid, aan wie zij steun ten goede moet komen. Anders gezegd: De Vereenigde Staten dulden en bevorderen handelingen van Engeland in strg'd met het volkenrecht, teneinde zich van hun kant op in strijd met het volken recht zijnde wijze te verwijderen van hun plichten als neutrale mogendheid en een standpunt te kunnen innemen tegen het Duitsche Rgk, d.w.z. tegen de partij, die volkenrechtelijk correct optreedt. De hui dige Amerikaansche regeering beschouwt dus iedere internationale conventie en iedere volkenrechtelijke verplichting als niet ter zake dienende, wanneer zij na- deelig blijkt voor haar eenzijdige anti-Duit- sche neutraliteitsdoeleinden. Op grond hier van kan men er zich een denkbeeld van vormen, hoe de „nieuwe orde" er zou uit zien, die de volkeren na de Britsche over winning over het Duitsche Rijk beschoren zou zijn: het is dezelfde „orde" die geleid heeft tot den wereldoorlog en tot het dic taat van Versailles. Tegen dezen ongeest is Duitschland ten strijde getrokken. Het zal dien strijd voeren tot het zegevierende einde. VOETBAL Wedstrijden 2e klasse D. Naar wij vernemen is ln het wedstrijd- programma voor Zondag 2 Januari een kleine wijziging aangebracht in de 2e klasse D. De wedstrijd De Zeeuwen-R.C.S. komt te vervallen, waarvoor in de plaats komt de ontmoeting De Zeeuwen-Hero. DE WOLVENPLAAG IN FINLAND. Ter bestrijding van den wolvenplaag, die in Noord-Finland is toegenomen, wordt overwogen om in de plaatsen waar de wol ven zich plegen t.e vertoonen, vergift neer te leggen .Den laatsten tijd zgn weer tal rijke rendieren door troepen wolven ge dood. Van onze Adverteerders. DE VICT OMA-FABRIEKEN IN 1940. In de gebruikelijke jaarrecle van de directie tot het personeel der N.V. Biscuit- en Choco ladefabriek „Victoria" is o.m. gezegd De eerste 4 maanden van het jaar werkten beide bedrijven, dus zoowel de biscuitfabriek als de chocoladefabriek, met zeer bevredigende resultaten. Daarna overtrof de vraag naar onze artikelen verre het aanbod, en wel in hoofdzaak, door dat de toewijzing van grondstoffen voor onze productie van Overheid- wege meer en m eer be perkt werd, terwijl de vraag naar onze pro ducten aldoor toenam. Niettegenstaande de wanverhouding tusschen vraag en aanbod bleef de marge tusschen marktprijs der grondstoffen en verkoopprijs onzer producten onvoldoende, doordat in de verkoopprijzen geen verandering mocht worden gebracht, ondanks het feit, dat de grondstoffen steeds hooger noteerden. Eerst in October werd de chocolade-Industrie gemachtigd de verkoopprijzen eenigszlns In verhouding tot de hoogere grondstoffenprijzen te brengen, en eerst in December was zulks het geval met het artikel biscuits. Het is, dank zü de gelukkige omstandigheid, dat „Victoria" zeer ruim van grondstoffen was voorzien tegen een lage boekwaarde, dat de financieele resultaten over 1940 bevredigend zul len zijn. Aan oorlogsmoleft heeft het bedrijf per saldo een schadepost van slechts 25.000.Zulks memoreeren wij met dankbaarheid, omdat rond om ons fabriekscomplex vele gebouwen zijn verwoest en afgebrand. Waar wij uit ervaring weten, hoe onze Over heid op de bres staat ter behartiging der be langen van het Nederlandsche bedrijfsleven, koesteren wij de hoop, dat zij er in zal slagen ook in 1941 onze industrie drijvende te houden. DONDERDAG 2S JANUARI 1M1. HILVERSUM I. 415 m. Ned. Progr. KRO. 8,00 Wij beginnen den dag. 8,30 ber. ANP. 8,45 Gram. 10,00 KRO-ork. 10,45 Gram. 11,30 Godsd. halfuurtje. 12,00 Gram. 12,15 KRO-Me- lodisten en solist. 12,45 Nieuws- en econ. ber, ANP. 1,00 Gram. 1,15 KRO-Melodistcn en solist. 2,00 Orgelconc. 2.45 KRO-ork. 3,30 Gram. 3,45 De Kamermuziekspelers. 4,30 Ziekenpraatje. 4,45 Gram. 5,15 Nieuws-, econ. en beursber. ANP. 5,30 Lezing. 5.45 Gram. 6,00 Cabaretprogr. 6,45 Actueele reportage of gram. 7,00 Vragen van den dag (ANP). 7,15 Gram. 7,30 Ber. (En- gelsch)7,45 Gram. 8,00 ber. ANP. 8,15 KRO- Kamerork. (opn.) 8,30 Ber. (Engelsch). 8,45 Eugen Wolf en zijn solisten. 9.40 Wij sluiten den dag. 9,45 Engelsche ber. ANP. 10,0010,15 ber. ANP, sluiting. HILVERSUM n. 301 m. AVRO. 8,00 Gram. 8,30 ber. ANP. 8,45 Gram. 10,00 Morgenwijding. 10,15 Orgel (gr. pl.) 10,30 Om- roepork. (Ca. 10,50 en 11.25 Declamatie). 12,00 Ber., eventueel Gram. 12,15 AVRO-Amusements- ork. 12,45 Nieuws- en econ. ber. ANP. 1.00 AVRO-Amusementsork. 1,30 Cyclus. 1.35 AVRO- Musette-ensemble en soliste (opn.). 2,15 AVRO- Aeolian-ork. 3,00 Causerie. 3,10 Zang met piano- 3,30 causerie (met gram). 4,15 Sylvestre-trio. 5,00 VPRO: Cyclus. 5,-15 Nieuws-, econ. en beursber. ANP. 5.30 Puszta-ork. 6,00 Orgel. 6,15 C clus 6,30 Orgel. 6,45 Actueele reportage of gram. 7,007.15 Persoverzicht voor binnen- en buitenland (ANP), sluiting.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1941 | | pagina 4