Ups em clowns van lief Haagsche bouwbedrijf y ¥©EfLT NIET PRETTIG CARTER'S WAT mi Derde blad. PROVINCIALE ZEEUWSCHE COURANT Dinsdag 24 December 1940 Haagsche brieven Van overproductie tot woningnood. (Van onzen Eaagschen correspondent.) Onder de gToote gemeenten van ons land heeft Den Haag langen tijd als voor beeld van een benijdenswaardigen groei gegolden. Er is geen andere groote ge meente, wier ai»ital inwoners de laatste 25 jaar zóó sterk is toegenomen als dat van de residentie, die er van 1915 tot 1940 niet minder dan ruim 200.000 inwoners by gekregen heeft. De hoogste toeneming viel in 1931, toen er bijna 12.000 Hage naars bij kwamen. Ook het daarop vol gende jaar was nog lang niet slecht, maar bleef bij zijn voorganger toch ruim 2000 inwoners ten achter een teelcen, dat er een kentering was ingetreden, die zich in de volgende jaren in een regelrechte crisis omzette. Na 1932 krimpt de aanwas der Haagsche bevolking geleidelijk meer en meer in, tot in 1937 met een toeneming van slechts 3,5 duizend zielen voorloopig het laagste punt wordt bereikt. Daarna gaat het weer opwaarts, 1938 levert een overschot van 5000 nieuwe inwoners op, in 1939 klimt het tot ruim 8700. Speculatief. De cöfers van de goede jaren maken duidely'k waarom Den Haag in dien tijd een aantrekkelijk arbeidsveld voor de bouwnijverheid was. Zij had: volop werk om de nieuwe bewoners van een woning te voorzienin de jaren van voorspoed zag men het bebouwde oppervlak van de gemeente dan ook met zoo'n schier fan tastische snelheid toenemen, dat het vol strekt geen overmoed van de gemeente was als zij met telkens weer nieuwe uit- breidings-, resp. bebouwingsplannen ruim te maakte voor nieuwe bewoners. Zóó sterk was die groei op zeker oogenblik, dat het voor de Hagenaars zelf vaak moeilijk was er het oog op te houden. Het meeste van dezen bouw geschiedde op speculatie en zoolang de stad hard groeide, raakten de bouwers hun huizen grif genoeg kwijt. Zoo kwamen er in 1931 4443 nieuwe woningen by, in 1931 zelfs 5322 1933 brengt dan een zekere vertra ging in bet tempo (3985 woningen), maar 1934 loopt weer op en haalt opnieuw de 5000. Op dit oogenblik was de koek voor de bouwers echter feitelijk al op, de toe neming van de bevolking bleef in 1934 ruim 4000 personen bij die van 1931 ten achter en men zat reeds met een aan zienlijken woningvoorraad, waarvoor geen emplooi was, maarde bouwkosten wa ren laag, even laag als vóór den oorlog van 1914 en dit bleef de bouwlust prikke len, tot men min of meer plotseling tot de ontdekking kwam, dat men zich de maag had overladen. De dispariteit tusschen waag en aan bod op de woningmarkt, die zich al eerder had aangekondigd, bereikte in 1935 haar hoogtepunt. In dit jaar stonden er niet minder dan 10.135 woningen leeg, vooral middenstandswoningen, het object, waar- medei de particuliere bouwnijverheid zich bij voorkeur had bezig gehouden. Nieuwe woningen waren dit echter lang niet al lemaal, er waren ook ettelijke duizenden oude bij, die door de concurrentie van den nieuwen aanbouw „ongewild" waren ge worden. Aldus bleek de bouwnijverheid in haar bouwkoorts niet alleen zichzelf in den put geholpen, maar ook een crisis in den eigendom der oude woningen bevor derd te hebben. Terugslag. Zonder terugslag op het heele bedrijf kon dit niet blijven. Het is echter menschelyk dat men zulke vergissingen veelal te laat bemerkt en hen daardoor veelal nog verergert. In 1935 hadden de Haagsche bouwers de hunne blijkbaar nog niet voldoende „door", want ondanks het groote te-veel aan woningen werden er toen nog altijd 2709 woningen bijgebouwd, waarvan men vrijwel zeker kon weten, dat zij slechts ten deele emplooi zouden vinden. De-aanwas van de bevolking was in dit jaar 4925 personen. In 1936 was het echter wèl duidelijk genoeg gew,orden. Toen zakte de aanbouw vrijwel totaal in elkaar. En wèt een val er werden dat heele jaar maar 750 nieuwe woningen gebouwd. Werkloosheid in het bouwbedrijf werd een bestendig verschijn sel, ve.geefs bleven de bouwrijpe terrei nen, waarvan de gemeente vooral in het westen overvloed had, op bebouwing wachten. Het proces moest eerst uitzie ken. De bouwnijverheid had er in alle geval genoeg van en hoewel de bevolking in de jaren 1937, 1938 en 1939 met (te zamen) ca. 17.000 personen toenam, kwa men er in die jaren onderscheidenlijk slechts 1275, 1609 en 1501 nieuwe wo ningen bij. Zoo kon zich het evenwicht gaandeweg langs den natuurlijken economischen weg herstellen. Het hl te groote overschot teerde op, ultimo 1939 was het reeds tot 6440 geslonken. Woningnood in zicht En thans doet zich het verschijnsel voor, dat men, even plotseling als men indertijd tot de conclusie is gekomen dat er te veel woningen waren, tot de ont dekking komt, dat er binnenkort in Den Haagwoningnood zal zijn. Onder invloed van de bijzondere om standigheden, de schaarschte aan mate rialen enz. ligt de bouwnijverheid vrijwel stil. Van 1 Januari tot 1 October is het aantal woningen in Den Haag met niet meer dan 485 toegenomen tegenover een bevolkingsaanwas van 2016 personen. Op 1 September waren er slechts 479 wonin gen in aanbouw. En onderwijl neemt de vraag toe. Bij zondere omstandigheden zijn hierbij mede in het spel. Uit Rotterdam zyn er velen voor tijdelijk of voorgoed overgekomen. Zij hebben van den voorraad meegegeten. Nog is een aantal Rotterdamsche burgers, meest kleine menschen, in noodverblyven gehuisvest, die men liefst zoo spoedig mo gelijk naar woningen wil overhevelen. Aldus is er in deze categorie, waarin veel leeg stond ook een flinke opruiming gehouden. Verder brengt de bezetting mede, dat in Den Haag tal van Duitsche ambtenaren, met of zonder familie zijn komen wonen. Duitsche firma's hebben in Den Haag kantoren of winkelfilialen ge vestigd. Kortom er is een behoefte aan woonruimte als men in lang niet heeft gekend en men kan zien aankomen, dat er binnenkort, over weinige maanden reeds nagenoeg geen woning meer te krij gen zal zijn. Aan de marktwaarde van de huizen is dit reeds goed te merken. Bo vendien is er bij het publiek de neiging huizen voor belegging te koopen. Waarschijnlijk zal er nu ook voor de „ongewilde" woningen toch nog weer een betere toekomst aanbreken. Dc liefheb berij, om zulke woningen met regeerings- premie te moderniseeren is in Den Haag tot dusver opmerkelijk gering geweest en tot enkele tientallen gevallen beperkt ge bleven, waarschijnlijk omdat eigenaren er vanwege de concurrentie van de nieuwe woningen weinig fiducie op hebben. Gaat het zoo door als in den laatsten tijd, dan zullen waarschijnlijk ook de ongewilde woningen, gemoderniseerd of niet, eerlang weer gewild worden. By gebrek aan brood eet men korstjes van pasteien. En de eigenaren zullen misschien nog gelegen heid krijgen zich het woord te herinneren dat de fortuin hem bezoekt, die wacht en stille zit al hebben zij vermoedelijk wel wat erg lang op hun eieren moetenzitten. S.S. „CRYNSSEN" VERVOERT BRITSCHE TROEPEN NAAR AFRIKA. Te Rio de Janeiro verluidt volgens het Hbld dat 't in Engelschen dienst als hulp- kruiser varende Nederlandsche stoomschip „Crijnssen" (4300 ton) met talryke Brit- sche vrijwilligers aan boord naar Durban ondenveg is. De vrijwilligers zouden in Afrika in den stryd worden gebracht. Het in cultuur brengen van gronden in Brabant. In de tweede gewone zitting van de Prov. staten van Noord-Brabant is een schrijven van de contactcommissie in zake natuur bescherming besproken waarin wordt me degedeeld, dat in Brabant, niet zooals door den heer P. J. Jansen uit Hoeven is beweerd nog honderdduizend hectaren grond in cultuur te brengen zjjn, doch slechts 26.500 h.a. De heer P. J. Jansen deelde mede, zyn gegevens ontvangen te hebben van het hoofd van den cultuurtechnischen dienst, ir. Mesu, waarin een ppervlakte van 106.000 h.a. wordt berekend. Ir. dr. J. Deckers wees er op, dat men bij de mogelijkheid tot het cultuurwaardi ger maken van grond niet van landwinst moet spreken. Immers deze grond is reeds in cultuur en behoort bij bedrijven. Door verbetering hiervan wordt weliswaar de productiviteit opgevoerd, maar geen gelegenheid gebo den tot het stichten van nieuwe bedrijven. In deze vergadering kwam verder o.m. aan de orde het voorstel van den heer P. J. Jansen uit Hoeven, om over te gaan tot de reorganisatie van het Brabantsche waterschapswezen en tot instelling van een bodemcommissie, ter voorbereiding daar van. De voorzitter laakte scherp de wijze waarop de heer Jansen zijn actie heeft gevoerd. Hij heeft zich schuldig gemaakt aan phraseologie en 'n toon aangeslagen, welke beneden de standing -an de staten is. Hij noemde de toelichting op zijn voor stel ondoordacht, onvoldragen en stunte lig en niet getuigend van verantwoorde- lij kheldsbesef. Ged. Staten zijn niet bereid tot de In stelling van een bodemcommissie mede te werken, aangezien het werk door de bijzon dere commissie voor de waterschappen kan worden verricht. Evenwel zijn zij ge negen, toe te staan, dat deze commissie met eenige leden wordt uitgebreid. De heer P. J. Jansen uit Hoeven be lichtte zijn standpunt met betrekicing tot het door hem ingediende voorstel. Hy wees er op, dat, waar deskundigen overtuigd zijn van hoe het best de Brabantsche wa terstaatsmoeilijkheden zijn op te lossen, het geen wonder behoeft te heeten, wan neer een plan daartoe wordt uitgewerkt. Het zou spreker verheugen als Brabant het eerst met saneering begon, de overige provincies zullen dan zeker dit voorbeeld volgen. De heer van Lienden betreurde het, dat de heer Jansen in zijn voorstel en de toe lichting er op in zoo hooge mate de po litiek heeft betrokken. Het voorstel Jansen, dat daarop in stem ming werd gebracht werd verworpen met 39 tegen 3 stemmen. Daarna werd besloten, de werkzaam heden aan de bijzondere commissie voor de waterschappen op te dragen. AMSTERDAMMER IN HEDEL VERONGELUKT. De 28-jarige H. Kelner uit Amsterdam geraakte Zaterdagavond by werkzaam heden aan de spoorbrug te Hedel te water. K. kon zich geruimen tijd boven water houden, doch de duisternis maakte het moeilijk, zijn positie te bepalen. Van de schipbrug werd hem een reddingsgordel toegeworpen, welke hy wist te bemachti gen. De koude echter bemoeilijkte het red dingswerk. Na veel moeite haalde men den drenkeling aan land. Geneeskundige hulp baatte toen niet meer. BRAND IN HOOFDSTATION TE GRONINGEN. In den afgeloopen nacht werd de Gro- ningsche brandweer gealarmeerd voor een uitslaanden brand in het hoofdstations gebouw. De brand is ontstaan in de conducteurs kamer en sloeg over naar de daarnaast ge legen telegraaf werkplaats. Door het krach tig ingrypen van de brandweer kon voor komen worden, dat het geheele stations gebouw in vlammen opging. De conduc teurskamer is uitgebrand, terwyl de tele- graafwerkplaats veel chade bekwam. ALS uw lever niet voldoende LEVER-GAL afscheidt. lederen dag moet uw lever een liter lever-gal In uw Ingewanden doen vloeien. Wanneer deze stroom van lever-gal onvoldoende ls, verteert uw voedsel niet, het bederft, voelt u opge blazen, u raakt verstopt, tJw lichaam ls ver giftigd, u voelt u beroerd en ellendig, u ziet alles zwart. De meeste laxeermiddelen zijn slechts lapmid delen. U moet CARTER'S LEVER-PILLETJES nemen om deze liter lever-gal vrij te doen vloeien en u zult u een geheel andei mensch voelen. Onschadelijk, plantaardig, zacht, onover troffen om de lever-ga! te doen vloeien. Eischt Carter's Lever-Pilletjes bij apothekers en drogisten f 0.75. 11 Twaalf Belgische koopvaardij schepen gezonken. Op 10 Mei j.l. bevonden zich in de haven van Antwerpen ongeveer 80 Belgische koopvaardijschepen, die op 12 Mei van de Belgische overheden bevel ontvingen in westelijke richting koers te zetten. Enkele dagen later werd de staatsvloot, bestaande uit paketbooten, loodsbooten, op- zoekschepen, opleidingsschepen, sleepbooten, reddingsbooten en afbakeningsschepen uit de havens van Oostende, Zeebrugge, Nieuw- poort verwijderd, zoo meldt het Ltste Nws. Ook de visschersschepen kregen bevel de Belgische kusthavens te ontruimen. Enkele van al die schepen zijn weliswaar terugge keerd, doch de meeste bevinden zich in Fransche of Britsche havens, waar zij door de overheden werden opgeëischt. Andere hebben in Spaansche havens een veilige schuilplaats gevonden. Een twaalftal Belgische koopvaardijsche pen zijn ofwel gezonken of beschadigd ge worden en wel de volgende: De Albertville" is op 11 Juni verloren gegaan door luchtbombardement. Er waren geen slachtoffers, de „Amethyste" werd tamelijk zwaar beschadigd te Dieppe; de „Antwerpia" strandde te Le Portel. Het schip werd door een brandbom getroffen op 23 Mei. Geen slachtoffers de „Kabalo" is in October in den Atlantischen Oceaan verloren gegaan, waarschijnlijk ten gevol ge van torpedeering. De bemanning is ge red; de „Liège" werd beschadigd te Rouenf Geen slachtoffers; de „Luxembourg" is ge zonken op 21 Juni, waarschijnlijk ten ge volge van torpedeering. Er waren vijf slachtoffers; de „Piriapolis" zonk op 11 Juni vóór Le H&vre, door luchtbombarde ment. Geen slachtoffers; de „Turquoise" werd beschadigd te Dieppe; de „Ville de Bruges" is gezonken in de Schelde, op 14 Mei, ten gevolge van luchtbombardement. Drie slachtoffers; de „Ville de Namur" ging op 19 Juni in den Atlantischen Oce aan verloren, ten gevolge van ontploffing. Vijf slachtoffers; de „Yvonne" is in de Noordzee vergaan. Er waren 9 slachtoffers. Geruchten betreffende het verlies van j andere Belgische koopvaardijschepen, o.a. „Prinses Maria Pia", „Ville de Haselt" en „Ville de Liège", werden tot dusver niet bevestigd. HET DRAMA TE KERKRADE NOG NIET OPGEHELDERD. Het stoffelijk overschot van den winke lier Dirk van Stokkum, wiens .lyk in zyn woning aan de Heiveldstraat te Kerkrade werd gevonden met een revolver in de lin kerhand en een bloedende hoofdwonde, is door de justitie vrijgegeven en begraven. Tot dusverre is deze zaak niet tot klaarheid gekomen. Verschillende omstan digheden wijzen er op, dat misdaad in het spel moet zijn. Op den middag van den dag, dat het lijk in den gang van het huis werd ge vonden, begaf Van Stokkum zich naar Heerlen. Hoe laat hij in zijn woning te rugkeerde, is nog niet met zekerheid vast gesteld. De marechaussee zet het onderzoek voort. De legerberlchten vati gisteren. HET DUITSCHE. Het opperbevel der Duitsche weermacht deelde gisteren mede: De bedrijvigheid van het luchtwapen heeft zich Maandagoverdag over het al gemeen beperkt tot gewapende verken ning. Een verkenningsvliegtuig heeft de grootste Britsche aluminiumiabriek, Fort William, in Noord Schotland aangevallen ondanks krachtige luchtafweer, met een koen uitgevoerde scheervlucht. Door tref fers op de belangrijkste installaties met daarop volgende explosies is de fabriek ten zwaarste getroffen. In den nacht op 23 December vielen krachtige formaties zware gevechtsvlieg tuigen de belangrijke industrie-installaties in Manchester met groot succes aan. Reus achtige brandhaarden in de fabrieksinstal- laties en opslagplaatsen waren het gevolg. Bovendien werden voor den oorlog belang rijke doelen in Londen, Bristol, Liverpool, Southampton, Portsmouth en andere ste den aangevallen. Het leggen van mijnen voor Britsche ha vens werd voortgezet. Vijandelijke vliegtuigen hebben Zondag nacht op enkele plaatsen in het westelijke grensgebied een klein aantal brisant- en brandbommen neergeworpen. Er ontstond slechts geringe persoonlijke en onbetee- kenende materieele schade aan woonhui zen. Jachtvliegers schoten Zondag een vijandelijk vliegtuig neer. Een eigen toe stel is niet teruggekeerd. Bij den aanval op de aluminiumfabriek Fort William heeft zich de bemanning van het verkenningsvliegtuig, commandant eerste luitenant Fidorra, bestuurder lui tenant Mündel, boordtelegrafist Oberfeld- webel Bothe, boordschutter onderofficier Lemberg, bijzonder onderscheiden. HET ITALIAANSCHE. Het 199ste Italiaansche legerbericht van gisteren luidde als volgt: In het grensgebied van Cyrenaica is de situatie ongewijzigd. De luchtaanvallen op een vooruitgeschoven basis van den vij and en de aanvallen op zijn gepantserde strijdmiddelen zijn vernieuwd. Een torpedovliegtuig heeft een Engel schen hulpkruiser aangevallen en tot zin ken gebracht. Aan het Grieksche front zijn vijandelijke aanvallen afgeslagen door onze tegenaan vallen. Wij hebben den vijand gevoelige verliezen toegebracht en automatische wapens vermeesterd. Formaties jagers hebben strijd geleverd aan een formatie van 9 vliegtuigen van het type Blenheim, waarvan er drie zyn neergeschoten. In Oost-Afrïka zijn gemotoriseerde ver voermiddelen en installaties van den vij and in plaatsen van den Boven-Soedan ge bombardeerd. Tijdens een vijandelijken inval op vader- landsch gebied in den nacht van Zater dag op Zondag zyn ook bommen uitge worpen in de Lagune van Venetië, zonder schade aan te richten of personen letsel toe te brengen. KÉRSTFEESTVIERING VOOR MILITAIRE VERPLEEGDEN IN DE HAAGSCHE HOSPITALEN. Door de goede zorgen van een comité voor de kerstfeestviering voor gewonde Nederlandsche militairen, werd Zondag middag in het kerkgebouw aan de Muzen- straat te Den Haag een kerstfeestviering georganiseerd, welke werd bijgewoond door ongeveer honderdtwintig gewonde Neder- landsch militairen, verpleegd in de Haag sche hospitalen. De bijeenkomst werd opgeluisterd door een -orkestje, dat bij den aanvang para frases van kerstliederen ten gehoore bracht. Als inleiding tot het huidig kerstfeest las de heer Frans Lem uit het evangelie van Lucas het verhaal van het ware kerst gebeuren, waarna hij een toepasselijk woord tot de Nederlandsche gewonden sprak. Het „Haagsche matrozenkoor" zong schoone kerstliederen. Een bijzonder mooi gebaar was het hier op volgende uitreiken van welgevulde kerstpaketten aan alle aanwezige ver pleegd hetgeen mogelijk was gemaakt door de belangelooze medwerking van. tal van fiima's, die chocolade, sigaren, siga retten en shawls hadden beschikbaar ge steld. Door DENIS MACKAIL. 22) „Mijnheer Grant, mjjnheer?" zei hij be leefd en op vragenden toon. „Dat ben ik", antwoordde Jim. „De heer Lush heeft mij vandaag aan gesteld, mijnheer", vervolgde de onbe kende, „en heeft mrj opgedragen, mijn werk hier hedenmiddag aan te vangen. Ik heb de flat maar een beetje opgeknapt, hoewel de heer Lush mij te kennen gaf, dat er gewoonlijk iemand oor dat doel hier kwam. Ut hoop, dat u mij zult laten weten, als ik iets voor u doen kan, mijn heer. Mijnheer Lush heeft mij gezegd, dat u vanavond niet huis zult eten, maar zal ik nu thee voor u zetten Jim voelde een bijna onweerstaanbaren aandrang om de pook op te nemen en zich door middel van een practisch ex periment er van te overtuigen, of deze keurige man een levend wezen, dan wel een herschenschlm was. Maar hij zag er toch wel massief uit en verondersteld, dat hy echt was, dan zou het toch gek staan als hij hem bij de eerste kennis making met een pook in zijn buik prikte. Na het voorgevallene van gisteravond leek Lush tot alles in staat; ofschoon, om met vijfhonderd pond de plaats te poet sen en binnen vier en twintig uur een plaatsvervanger te sturen, was wel het allernieuwste. Intusschen wachtte zijn vervanger geduldig op antwoord. „N-neen, dank je", zei Tim. „Geen thee. Breng my maar een glas, dan schenk ik mijzelf wel een whisky-soda in." j.Zeker, mijnheer", zei de man. Hij draaide zich juist om, teneinde uit voering te geven aan Jim's verlangen, toen deze hem terugriep. „O-eh-zeg eens", zei hij, „ik zou wel graag willen weten eh om hoe laat heeft mijnheer Lush je vandaag aange steld?" „Het was een uur of twee, mijnheer", antwoordde de man. „De heer, waar ik het laatste bij werkte, is een paar weken ge leden naar het buitenland vertrokken, mijnheer, en aangezien ik geen lust had met hem mee te gaan, heb ik eenigen tijd vacantie genomen. Tic begaf mij van daag naar een verhuurkantoor om mij te laten inschrijven en juist toen ik wilde vertrekken, kwam uw vriend, mijnheer Lush, binnen en vroeg naar een butler- huislcnecht. Daar ik toevallig aanwezig was, hebben wy meteen daar alles afge maakt of beter gezegd, niet op het bu reau, want mijnheer Lush liet mij in zyn auto meerijden, terwijl hij mij allerlei vragen stelde en mrj over deze betrekking inlichtte. Ten slotte gaf hij mij den huis sleutel en droeg mij op, mij hier vandaag te komen melden, Ik hoop dat het in orde is, mijnheer?" „O, zeker, volkomen in orde", zei Jim, „Ik vroeg mij alleen af Hij voltooide den zin niet en na nog even gewacht te hebben, verliet de man het vertrek, zou het geld gauw op zy'n. Een nieuwe op lossing van het probleem deed zich aan hem voor, Lush was krankzinnig gewor den! Een gevolg van den oorlog, lang on derdrukt, maar plotseling acuut gewor den. Hij grinnikte by de gedachte aan zijn ex-huislcnecht, die hls een wervelwind op het verhuurkantoor was verschenen en dezen eerbiedwaardigen man in zijn auto had meegesleurd. En toch stale er overleg en, consideratie in zijn handelingen, en ofschoon Jim het nog niet met zichzelf eens was, of hij dezen nieuwen bediende moest aanhouden, was hij toch blij, dat hij iemand had, die voor de flat kon zor gen, zoolang hij hier nog bleef wonen. Het was in ieder geval duidelijk, dat Lush, al of niet krankzinnig, met van plan was terug te komen. Hij herinnerde zich nu in eens een op merking van zijn nieuwen bediende. Waar om had Lush hem gezegd, dat hij van avond niet thuis zou eten? Dat had hij zeker niet aan Lush verteld en bovendien, hij was het niet eens van plan geweest. Hij had, in tegendeel, by zichzelf uitge maakt, dat hij vanavond eens rustig th,uis zou blijven. Op dat moment verscheen de nieuwe bediende met een glas en een siphon spuit water op een presenteerblad, dat hy voor Jirn neerzette. „Je hebt mij nog niet verteld, hoe je heet," zei Jim. „Chapman, mijnheer", zei de nieuwe bediende, die hierna met dezen naam zal worden aangeduid. „En nog iets, mijnheer," vervolgde hy, „mijnheer Lush zei my, dat ik u moest mededeelen, dat hij mijn eerste maand salaris vooruit heeft betaald. Dat is niet ongewoon, mijnheer als men zoo op stel en sprong in dienst moet komen, wan neer iemand erg om hulp verlegen is." O, dus dat had hij ook gedaan. Verdere beschouwingen over deze laatste mede- deelingen werden op dat moment onder broken. Jim's ooren hadden het ver ver- wijderd gerinkel van de electrische bel op gevangen. „Ilc geloof, dat er gebeld wordt", zei hy, „Wil je even kijken, wie er is?" „Ja, mynheer", antwoordde Chapman, die zich hierop verwyderde. Jim hoorde hem de vestibule doorloo- pen en de voordeur opendoen, en daarop de woorden zeggen: „Dag, mynheer. Ja, mijnheer, hij is net thuis gekomen." Het volgende oogenblik werd de deur van de zitkamer open geworpen en Chap man kondigde aan: „Mijnheer Lush" UI Lush schoot als een pyi uit een boog den nieuwen huisknecht voorbij en stond ineens in het midden van de kamer. Hij deed blykbaar moeite, echter zonder suc ces, de grootst mogelijke opgewondenheid te bedwingen. Zijn haar was een beetje in wanorde wie had ooit Lush met an ders dan zorgvuldig geborstelde haren gezien en zijn oogen schitterden. Hy was buiten adem. Nog nooit had Jim zich zoo "in verle genheid bevonden omtrent de wyze waar op hij zijn bezoeker moest begroeten, of hoe hij hem moest aanspreken. Doch één twyfel was reeds by hem verdwenen. Lush was zeer zeker ontzettend geest driftig en opgewonden, maar krankzin nig was hij niet. Tot drie maal toe deed hy een poging van wal te steken, doch zyn ontroering en gebrek aan adem ble ken te sterk. Ten laatste kon hij uiting geven aan zijn overkropt gemoed. „Kerel, ik heb het klaargespeeld", riep hy uit. „En dit is maar een begin! Ik heb je wel gezegd, dat je er ge-n spyt van zou hebben!" ,Een begin van wat?" vroeg Jim. On willekeurig maakte de opgewondenheid van Lush zich ook van hem meester. „Hier! zei Lush met heesche stem. Hy stak zijn handen in de zyzakken van zyn jas en haalde uit ieder een verkreukelde, samengedrukte massa bankbiljetten te voorschyn, „Vah jou", zei hy, zyn rech terhand uitstekend. „Van my", vervolgde hij, zijn linkerhand in de lucht zwaaiend en daarop weer in zyn zak brengend. „Neem het maar aan", ging hy voort, toen Jim verbysterd naar de uitgestrekte hand bleef staren. „Het komt jou toe. Wat heb ik gezegd? Vijf en twintig procent? Ja, myn aandeel niet meegerekend." Hy klopte op zijn zak, „Myn eerste dag. Niet kwaad! Niet slecht voor een beginner, hè! Kom nou! Kyk eens hoeveel het is!" Hy liet de biljetten op tafel dwarrelen, terwyl Jim verbaasd toekeek. „Hoe ter wereld begon ny, doch Lush liet hem niet uitspreken. „Nu niet", zei hy. „Dat zal ik je na het eten ver tellen. Je dineert met mij. Ik heb myn intrek genomen in het Claridge hoteL Tusschen twee haakjes hoe bevalt Chap man?" „Hy lykt my een heel geschikte „Je hebt volkomen gelyk", viel Lush hem weer in de rede. „Hy kent zyn werk. Ik heb alles terdege met hem besproken. Ha, ha Ik zou wel eens willen weten voor wien hy my aanzag. Goeie hemel, wat een dag heb ik gehad! Nou. kyk eens Grant." Hy haalde een lange enveloppe uit een binnenzak. Jim even de gelegen heid gevend te bekomen van de verba- zing, op die manier te worden aangespro ken. „Hier is het contract." „Wat voor een contract?" vroeg Jlm, ge heel in de war. „Deelgenootschap. Vanmiddag met myn procureur in orde gemaakt. Laat het ook dezer dagen door de jouwe inzien. Ik zal het hier laten." Met deze woorden wierp hy de enveloppe op tafel, boven op de bankbiljetten. {Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1940 | | pagina 9