Ups em clowns van lief Haagsche bouwbedrijf
y ¥©EfLT
NIET PRETTIG
CARTER'S
WAT mi
Derde blad.
PROVINCIALE ZEEUWSCHE COURANT
Dinsdag 24 December 1940
Haagsche brieven
Van overproductie tot woningnood.
(Van onzen Eaagschen correspondent.)
Onder de gToote gemeenten van ons
land heeft Den Haag langen tijd als voor
beeld van een benijdenswaardigen groei
gegolden. Er is geen andere groote ge
meente, wier ai»ital inwoners de laatste
25 jaar zóó sterk is toegenomen als dat
van de residentie, die er van 1915 tot 1940
niet minder dan ruim 200.000 inwoners
by gekregen heeft. De hoogste toeneming
viel in 1931, toen er bijna 12.000 Hage
naars bij kwamen. Ook het daarop vol
gende jaar was nog lang niet slecht, maar
bleef bij zijn voorganger toch ruim 2000
inwoners ten achter een teelcen, dat er
een kentering was ingetreden, die zich
in de volgende jaren in een regelrechte
crisis omzette. Na 1932 krimpt de aanwas
der Haagsche bevolking geleidelijk meer
en meer in, tot in 1937 met een toeneming
van slechts 3,5 duizend zielen voorloopig
het laagste punt wordt bereikt. Daarna
gaat het weer opwaarts, 1938 levert een
overschot van 5000 nieuwe inwoners op,
in 1939 klimt het tot ruim 8700.
Speculatief.
De cöfers van de goede jaren maken
duidely'k waarom Den Haag in dien tijd
een aantrekkelijk arbeidsveld voor de
bouwnijverheid was. Zij had: volop werk
om de nieuwe bewoners van een woning
te voorzienin de jaren van voorspoed
zag men het bebouwde oppervlak van de
gemeente dan ook met zoo'n schier fan
tastische snelheid toenemen, dat het vol
strekt geen overmoed van de gemeente
was als zij met telkens weer nieuwe uit-
breidings-, resp. bebouwingsplannen ruim
te maakte voor nieuwe bewoners. Zóó
sterk was die groei op zeker oogenblik,
dat het voor de Hagenaars zelf vaak
moeilijk was er het oog op te houden.
Het meeste van dezen bouw geschiedde
op speculatie en zoolang de stad hard
groeide, raakten de bouwers hun huizen
grif genoeg kwijt. Zoo kwamen er in 1931
4443 nieuwe woningen by, in 1931 zelfs
5322 1933 brengt dan een zekere vertra
ging in bet tempo (3985 woningen), maar
1934 loopt weer op en haalt opnieuw de
5000.
Op dit oogenblik was de koek voor de
bouwers echter feitelijk al op, de toe
neming van de bevolking bleef in 1934
ruim 4000 personen bij die van 1931 ten
achter en men zat reeds met een aan
zienlijken woningvoorraad, waarvoor geen
emplooi was, maarde bouwkosten wa
ren laag, even laag als vóór den oorlog
van 1914 en dit bleef de bouwlust prikke
len, tot men min of meer plotseling tot
de ontdekking kwam, dat men zich de
maag had overladen.
De dispariteit tusschen waag en aan
bod op de woningmarkt, die zich al eerder
had aangekondigd, bereikte in 1935 haar
hoogtepunt. In dit jaar stonden er niet
minder dan 10.135 woningen leeg, vooral
middenstandswoningen, het object, waar-
medei de particuliere bouwnijverheid zich
bij voorkeur had bezig gehouden. Nieuwe
woningen waren dit echter lang niet al
lemaal, er waren ook ettelijke duizenden
oude bij, die door de concurrentie van den
nieuwen aanbouw „ongewild" waren ge
worden. Aldus bleek de bouwnijverheid in
haar bouwkoorts niet alleen zichzelf in
den put geholpen, maar ook een crisis in
den eigendom der oude woningen bevor
derd te hebben.
Terugslag.
Zonder terugslag op het heele bedrijf
kon dit niet blijven. Het is echter
menschelyk dat men zulke vergissingen
veelal te laat bemerkt en hen daardoor
veelal nog verergert. In 1935 hadden de
Haagsche bouwers de hunne blijkbaar nog
niet voldoende „door", want ondanks het
groote te-veel aan woningen werden er
toen nog altijd 2709 woningen bijgebouwd,
waarvan men vrijwel zeker kon weten,
dat zij slechts ten deele emplooi zouden
vinden. De-aanwas van de bevolking was
in dit jaar 4925 personen.
In 1936 was het echter wèl duidelijk
genoeg gew,orden. Toen zakte de aanbouw
vrijwel totaal in elkaar. En wèt een val
er werden dat heele jaar maar 750 nieuwe
woningen gebouwd. Werkloosheid in het
bouwbedrijf werd een bestendig verschijn
sel, ve.geefs bleven de bouwrijpe terrei
nen, waarvan de gemeente vooral in het
westen overvloed had, op bebouwing
wachten. Het proces moest eerst uitzie
ken. De bouwnijverheid had er in alle
geval genoeg van en hoewel de bevolking
in de jaren 1937, 1938 en 1939 met (te
zamen) ca. 17.000 personen toenam, kwa
men er in die jaren onderscheidenlijk
slechts 1275, 1609 en 1501 nieuwe wo
ningen bij.
Zoo kon zich het evenwicht gaandeweg
langs den natuurlijken economischen weg
herstellen. Het hl te groote overschot
teerde op, ultimo 1939 was het reeds tot
6440 geslonken.
Woningnood in zicht
En thans doet zich het verschijnsel
voor, dat men, even plotseling als men
indertijd tot de conclusie is gekomen dat
er te veel woningen waren, tot de ont
dekking komt, dat er binnenkort in Den
Haagwoningnood zal zijn.
Onder invloed van de bijzondere om
standigheden, de schaarschte aan mate
rialen enz. ligt de bouwnijverheid vrijwel
stil. Van 1 Januari tot 1 October is het
aantal woningen in Den Haag met niet
meer dan 485 toegenomen tegenover een
bevolkingsaanwas van 2016 personen. Op
1 September waren er slechts 479 wonin
gen in aanbouw.
En onderwijl neemt de vraag toe. Bij
zondere omstandigheden zijn hierbij mede
in het spel. Uit Rotterdam zyn er velen
voor tijdelijk of voorgoed overgekomen.
Zij hebben van den voorraad meegegeten.
Nog is een aantal Rotterdamsche burgers,
meest kleine menschen, in noodverblyven
gehuisvest, die men liefst zoo spoedig mo
gelijk naar woningen wil overhevelen.
Aldus is er in deze categorie, waarin
veel leeg stond ook een flinke opruiming
gehouden. Verder brengt de bezetting
mede, dat in Den Haag tal van Duitsche
ambtenaren, met of zonder familie zijn
komen wonen. Duitsche firma's hebben in
Den Haag kantoren of winkelfilialen ge
vestigd. Kortom er is een behoefte aan
woonruimte als men in lang niet heeft
gekend en men kan zien aankomen, dat
er binnenkort, over weinige maanden
reeds nagenoeg geen woning meer te krij
gen zal zijn. Aan de marktwaarde van de
huizen is dit reeds goed te merken. Bo
vendien is er bij het publiek de neiging
huizen voor belegging te koopen.
Waarschijnlijk zal er nu ook voor de
„ongewilde" woningen toch nog weer een
betere toekomst aanbreken. Dc liefheb
berij, om zulke woningen met regeerings-
premie te moderniseeren is in Den Haag
tot dusver opmerkelijk gering geweest en
tot enkele tientallen gevallen beperkt ge
bleven, waarschijnlijk omdat eigenaren
er vanwege de concurrentie van de nieuwe
woningen weinig fiducie op hebben. Gaat
het zoo door als in den laatsten tijd, dan
zullen waarschijnlijk ook de ongewilde
woningen, gemoderniseerd of niet, eerlang
weer gewild worden. By gebrek aan brood
eet men korstjes van pasteien. En de
eigenaren zullen misschien nog gelegen
heid krijgen zich het woord te herinneren
dat de fortuin hem bezoekt, die wacht en
stille zit al hebben zij vermoedelijk wel
wat erg lang op hun eieren moetenzitten.
S.S. „CRYNSSEN" VERVOERT
BRITSCHE TROEPEN NAAR
AFRIKA.
Te Rio de Janeiro verluidt volgens het
Hbld dat 't in Engelschen dienst als hulp-
kruiser varende Nederlandsche stoomschip
„Crijnssen" (4300 ton) met talryke Brit-
sche vrijwilligers aan boord naar Durban
ondenveg is.
De vrijwilligers zouden in Afrika in den
stryd worden gebracht.
Het in cultuur brengen van
gronden in Brabant.
In de tweede gewone zitting van de Prov.
staten van Noord-Brabant is een schrijven
van de contactcommissie in zake natuur
bescherming besproken waarin wordt me
degedeeld, dat in Brabant, niet zooals
door den heer P. J. Jansen uit Hoeven is
beweerd nog honderdduizend hectaren
grond in cultuur te brengen zjjn, doch
slechts 26.500 h.a.
De heer P. J. Jansen deelde mede, zyn
gegevens ontvangen te hebben van het
hoofd van den cultuurtechnischen dienst,
ir. Mesu, waarin een ppervlakte van
106.000 h.a. wordt berekend.
Ir. dr. J. Deckers wees er op, dat men
bij de mogelijkheid tot het cultuurwaardi
ger maken van grond niet van landwinst
moet spreken.
Immers deze grond is reeds in cultuur en
behoort bij bedrijven. Door verbetering
hiervan wordt weliswaar de productiviteit
opgevoerd, maar geen gelegenheid gebo
den tot het stichten van nieuwe bedrijven.
In deze vergadering kwam verder o.m.
aan de orde het voorstel van den heer
P. J. Jansen uit Hoeven, om over te gaan
tot de reorganisatie van het Brabantsche
waterschapswezen en tot instelling van een
bodemcommissie, ter voorbereiding daar
van.
De voorzitter laakte scherp de wijze
waarop de heer Jansen zijn actie heeft
gevoerd. Hij heeft zich schuldig gemaakt
aan phraseologie en 'n toon aangeslagen,
welke beneden de standing -an de staten
is. Hij noemde de toelichting op zijn voor
stel ondoordacht, onvoldragen en stunte
lig en niet getuigend van verantwoorde-
lij kheldsbesef.
Ged. Staten zijn niet bereid tot de In
stelling van een bodemcommissie mede te
werken, aangezien het werk door de bijzon
dere commissie voor de waterschappen
kan worden verricht. Evenwel zijn zij ge
negen, toe te staan, dat deze commissie
met eenige leden wordt uitgebreid.
De heer P. J. Jansen uit Hoeven be
lichtte zijn standpunt met betrekicing tot
het door hem ingediende voorstel. Hy wees
er op, dat, waar deskundigen overtuigd
zijn van hoe het best de Brabantsche wa
terstaatsmoeilijkheden zijn op te lossen,
het geen wonder behoeft te heeten, wan
neer een plan daartoe wordt uitgewerkt.
Het zou spreker verheugen als Brabant
het eerst met saneering begon, de overige
provincies zullen dan zeker dit voorbeeld
volgen.
De heer van Lienden betreurde het, dat
de heer Jansen in zijn voorstel en de toe
lichting er op in zoo hooge mate de po
litiek heeft betrokken.
Het voorstel Jansen, dat daarop in stem
ming werd gebracht werd verworpen met
39 tegen 3 stemmen.
Daarna werd besloten, de werkzaam
heden aan de bijzondere commissie voor de
waterschappen op te dragen.
AMSTERDAMMER IN HEDEL
VERONGELUKT.
De 28-jarige H. Kelner uit Amsterdam
geraakte Zaterdagavond by werkzaam
heden aan de spoorbrug te Hedel te water.
K. kon zich geruimen tijd boven water
houden, doch de duisternis maakte het
moeilijk, zijn positie te bepalen. Van de
schipbrug werd hem een reddingsgordel
toegeworpen, welke hy wist te bemachti
gen. De koude echter bemoeilijkte het red
dingswerk. Na veel moeite haalde men den
drenkeling aan land. Geneeskundige hulp
baatte toen niet meer.
BRAND IN HOOFDSTATION TE
GRONINGEN.
In den afgeloopen nacht werd de Gro-
ningsche brandweer gealarmeerd voor een
uitslaanden brand in het hoofdstations
gebouw.
De brand is ontstaan in de conducteurs
kamer en sloeg over naar de daarnaast ge
legen telegraaf werkplaats. Door het krach
tig ingrypen van de brandweer kon voor
komen worden, dat het geheele stations
gebouw in vlammen opging. De conduc
teurskamer is uitgebrand, terwyl de tele-
graafwerkplaats veel chade bekwam.
ALS uw lever niet voldoende
LEVER-GAL afscheidt.
lederen dag moet uw lever een liter lever-gal
In uw Ingewanden doen vloeien. Wanneer deze
stroom van lever-gal onvoldoende ls, verteert
uw voedsel niet, het bederft, voelt u opge
blazen, u raakt verstopt, tJw lichaam ls ver
giftigd, u voelt u beroerd en ellendig, u ziet
alles zwart.
De meeste laxeermiddelen zijn slechts lapmid
delen. U moet CARTER'S LEVER-PILLETJES
nemen om deze liter lever-gal vrij te doen
vloeien en u zult u een geheel andei mensch
voelen. Onschadelijk, plantaardig, zacht, onover
troffen om de lever-ga! te doen vloeien.
Eischt Carter's Lever-Pilletjes bij apothekers
en drogisten f 0.75. 11
Twaalf Belgische koopvaardij
schepen gezonken.
Op 10 Mei j.l. bevonden zich in de haven
van Antwerpen ongeveer 80 Belgische
koopvaardijschepen, die op 12 Mei van de
Belgische overheden bevel ontvingen in
westelijke richting koers te zetten.
Enkele dagen later werd de staatsvloot,
bestaande uit paketbooten, loodsbooten, op-
zoekschepen, opleidingsschepen, sleepbooten,
reddingsbooten en afbakeningsschepen uit
de havens van Oostende, Zeebrugge, Nieuw-
poort verwijderd, zoo meldt het Ltste Nws.
Ook de visschersschepen kregen bevel de
Belgische kusthavens te ontruimen. Enkele
van al die schepen zijn weliswaar terugge
keerd, doch de meeste bevinden zich in
Fransche of Britsche havens, waar zij door
de overheden werden opgeëischt. Andere
hebben in Spaansche havens een veilige
schuilplaats gevonden.
Een twaalftal Belgische koopvaardijsche
pen zijn ofwel gezonken of beschadigd ge
worden en wel de volgende:
De Albertville" is op 11 Juni verloren
gegaan door luchtbombardement. Er waren
geen slachtoffers, de „Amethyste" werd
tamelijk zwaar beschadigd te Dieppe; de
„Antwerpia" strandde te Le Portel. Het
schip werd door een brandbom getroffen
op 23 Mei. Geen slachtoffers de „Kabalo"
is in October in den Atlantischen Oceaan
verloren gegaan, waarschijnlijk ten gevol
ge van torpedeering. De bemanning is ge
red; de „Liège" werd beschadigd te Rouenf
Geen slachtoffers; de „Luxembourg" is ge
zonken op 21 Juni, waarschijnlijk ten ge
volge van torpedeering. Er waren vijf
slachtoffers; de „Piriapolis" zonk op 11
Juni vóór Le H&vre, door luchtbombarde
ment. Geen slachtoffers; de „Turquoise"
werd beschadigd te Dieppe; de „Ville de
Bruges" is gezonken in de Schelde, op 14
Mei, ten gevolge van luchtbombardement.
Drie slachtoffers; de „Ville de Namur"
ging op 19 Juni in den Atlantischen Oce
aan verloren, ten gevolge van ontploffing.
Vijf slachtoffers; de „Yvonne" is in de
Noordzee vergaan. Er waren 9 slachtoffers.
Geruchten betreffende het verlies van j
andere Belgische koopvaardijschepen, o.a.
„Prinses Maria Pia", „Ville de Haselt" en
„Ville de Liège", werden tot dusver niet
bevestigd.
HET DRAMA TE KERKRADE NOG NIET
OPGEHELDERD.
Het stoffelijk overschot van den winke
lier Dirk van Stokkum, wiens .lyk in zyn
woning aan de Heiveldstraat te Kerkrade
werd gevonden met een revolver in de lin
kerhand en een bloedende hoofdwonde, is
door de justitie vrijgegeven en begraven.
Tot dusverre is deze zaak niet tot
klaarheid gekomen. Verschillende omstan
digheden wijzen er op, dat misdaad in het
spel moet zijn.
Op den middag van den dag, dat het
lijk in den gang van het huis werd ge
vonden, begaf Van Stokkum zich naar
Heerlen. Hoe laat hij in zijn woning te
rugkeerde, is nog niet met zekerheid vast
gesteld.
De marechaussee zet het onderzoek
voort.
De legerberlchten vati gisteren.
HET DUITSCHE.
Het opperbevel der Duitsche weermacht
deelde gisteren mede:
De bedrijvigheid van het luchtwapen
heeft zich Maandagoverdag over het al
gemeen beperkt tot gewapende verken
ning. Een verkenningsvliegtuig heeft de
grootste Britsche aluminiumiabriek, Fort
William, in Noord Schotland aangevallen
ondanks krachtige luchtafweer, met een
koen uitgevoerde scheervlucht. Door tref
fers op de belangrijkste installaties met
daarop volgende explosies is de fabriek ten
zwaarste getroffen.
In den nacht op 23 December vielen
krachtige formaties zware gevechtsvlieg
tuigen de belangrijke industrie-installaties
in Manchester met groot succes aan. Reus
achtige brandhaarden in de fabrieksinstal-
laties en opslagplaatsen waren het gevolg.
Bovendien werden voor den oorlog belang
rijke doelen in Londen, Bristol, Liverpool,
Southampton, Portsmouth en andere ste
den aangevallen.
Het leggen van mijnen voor Britsche ha
vens werd voortgezet.
Vijandelijke vliegtuigen hebben Zondag
nacht op enkele plaatsen in het westelijke
grensgebied een klein aantal brisant- en
brandbommen neergeworpen. Er ontstond
slechts geringe persoonlijke en onbetee-
kenende materieele schade aan woonhui
zen. Jachtvliegers schoten Zondag een
vijandelijk vliegtuig neer. Een eigen toe
stel is niet teruggekeerd.
Bij den aanval op de aluminiumfabriek
Fort William heeft zich de bemanning van
het verkenningsvliegtuig, commandant
eerste luitenant Fidorra, bestuurder lui
tenant Mündel, boordtelegrafist Oberfeld-
webel Bothe, boordschutter onderofficier
Lemberg, bijzonder onderscheiden.
HET ITALIAANSCHE.
Het 199ste Italiaansche legerbericht
van gisteren luidde als volgt:
In het grensgebied van Cyrenaica is
de situatie ongewijzigd. De luchtaanvallen
op een vooruitgeschoven basis van den vij
and en de aanvallen op zijn gepantserde
strijdmiddelen zijn vernieuwd.
Een torpedovliegtuig heeft een Engel
schen hulpkruiser aangevallen en tot zin
ken gebracht.
Aan het Grieksche front zijn vijandelijke
aanvallen afgeslagen door onze tegenaan
vallen. Wij hebben den vijand gevoelige
verliezen toegebracht en automatische
wapens vermeesterd. Formaties jagers
hebben strijd geleverd aan een formatie
van 9 vliegtuigen van het type Blenheim,
waarvan er drie zyn neergeschoten.
In Oost-Afrïka zijn gemotoriseerde ver
voermiddelen en installaties van den vij
and in plaatsen van den Boven-Soedan ge
bombardeerd.
Tijdens een vijandelijken inval op vader-
landsch gebied in den nacht van Zater
dag op Zondag zyn ook bommen uitge
worpen in de Lagune van Venetië, zonder
schade aan te richten of personen letsel
toe te brengen.
KÉRSTFEESTVIERING VOOR
MILITAIRE VERPLEEGDEN IN DE
HAAGSCHE HOSPITALEN.
Door de goede zorgen van een comité
voor de kerstfeestviering voor gewonde
Nederlandsche militairen, werd Zondag
middag in het kerkgebouw aan de Muzen-
straat te Den Haag een kerstfeestviering
georganiseerd, welke werd bijgewoond door
ongeveer honderdtwintig gewonde Neder-
landsch militairen, verpleegd in de Haag
sche hospitalen.
De bijeenkomst werd opgeluisterd door
een -orkestje, dat bij den aanvang para
frases van kerstliederen ten gehoore
bracht.
Als inleiding tot het huidig kerstfeest
las de heer Frans Lem uit het evangelie
van Lucas het verhaal van het ware kerst
gebeuren, waarna hij een toepasselijk
woord tot de Nederlandsche gewonden
sprak.
Het „Haagsche matrozenkoor" zong
schoone kerstliederen.
Een bijzonder mooi gebaar was het hier
op volgende uitreiken van welgevulde
kerstpaketten aan alle aanwezige ver
pleegd hetgeen mogelijk was gemaakt
door de belangelooze medwerking van. tal
van fiima's, die chocolade, sigaren, siga
retten en shawls hadden beschikbaar ge
steld.
Door DENIS MACKAIL.
22)
„Mijnheer Grant, mjjnheer?" zei hij be
leefd en op vragenden toon.
„Dat ben ik", antwoordde Jim.
„De heer Lush heeft mij vandaag aan
gesteld, mijnheer", vervolgde de onbe
kende, „en heeft mrj opgedragen, mijn
werk hier hedenmiddag aan te vangen.
Ik heb de flat maar een beetje opgeknapt,
hoewel de heer Lush mij te kennen gaf,
dat er gewoonlijk iemand oor dat doel
hier kwam. Ut hoop, dat u mij zult laten
weten, als ik iets voor u doen kan, mijn
heer. Mijnheer Lush heeft mij gezegd, dat
u vanavond niet huis zult eten, maar zal
ik nu thee voor u zetten
Jim voelde een bijna onweerstaanbaren
aandrang om de pook op te nemen en
zich door middel van een practisch ex
periment er van te overtuigen, of deze
keurige man een levend wezen, dan wel
een herschenschlm was. Maar hij zag er
toch wel massief uit en verondersteld,
dat hy echt was, dan zou het toch gek
staan als hij hem bij de eerste kennis
making met een pook in zijn buik prikte.
Na het voorgevallene van gisteravond leek
Lush tot alles in staat; ofschoon, om
met vijfhonderd pond de plaats te poet
sen en binnen vier en twintig uur een
plaatsvervanger te sturen, was wel het
allernieuwste. Intusschen wachtte zijn
vervanger geduldig op antwoord.
„N-neen, dank je", zei Tim. „Geen thee.
Breng my maar een glas, dan schenk ik
mijzelf wel een whisky-soda in."
j.Zeker, mijnheer", zei de man.
Hij draaide zich juist om, teneinde uit
voering te geven aan Jim's verlangen,
toen deze hem terugriep.
„O-eh-zeg eens", zei hij, „ik zou wel
graag willen weten eh om hoe laat
heeft mijnheer Lush je vandaag aange
steld?"
„Het was een uur of twee, mijnheer",
antwoordde de man. „De heer, waar ik het
laatste bij werkte, is een paar weken ge
leden naar het buitenland vertrokken,
mijnheer, en aangezien ik geen lust had
met hem mee te gaan, heb ik eenigen
tijd vacantie genomen. Tic begaf mij van
daag naar een verhuurkantoor om mij te
laten inschrijven en juist toen ik wilde
vertrekken, kwam uw vriend, mijnheer
Lush, binnen en vroeg naar een butler-
huislcnecht. Daar ik toevallig aanwezig
was, hebben wy meteen daar alles afge
maakt of beter gezegd, niet op het bu
reau, want mijnheer Lush liet mij in zyn
auto meerijden, terwijl hij mij allerlei
vragen stelde en mrj over deze betrekking
inlichtte. Ten slotte gaf hij mij den huis
sleutel en droeg mij op, mij hier vandaag
te komen melden, Ik hoop dat het in orde
is, mijnheer?"
„O, zeker, volkomen in orde", zei Jim,
„Ik vroeg mij alleen af Hij voltooide
den zin niet en na nog even gewacht te
hebben, verliet de man het vertrek,
zou het geld gauw op zy'n. Een nieuwe op
lossing van het probleem deed zich aan
hem voor, Lush was krankzinnig gewor
den! Een gevolg van den oorlog, lang on
derdrukt, maar plotseling acuut gewor
den. Hij grinnikte by de gedachte aan zijn
ex-huislcnecht, die hls een wervelwind op
het verhuurkantoor was verschenen en
dezen eerbiedwaardigen man in zijn auto
had meegesleurd. En toch stale er overleg
en, consideratie in zijn handelingen, en
ofschoon Jim het nog niet met zichzelf
eens was, of hij dezen nieuwen bediende
moest aanhouden, was hij toch blij, dat
hij iemand had, die voor de flat kon zor
gen, zoolang hij hier nog bleef wonen.
Het was in ieder geval duidelijk, dat Lush,
al of niet krankzinnig, met van plan was
terug te komen.
Hij herinnerde zich nu in eens een op
merking van zijn nieuwen bediende. Waar
om had Lush hem gezegd, dat hij van
avond niet thuis zou eten? Dat had hij
zeker niet aan Lush verteld en bovendien,
hij was het niet eens van plan geweest.
Hij had, in tegendeel, by zichzelf uitge
maakt, dat hij vanavond eens rustig th,uis
zou blijven.
Op dat moment verscheen de nieuwe
bediende met een glas en een siphon spuit
water op een presenteerblad, dat hy voor
Jirn neerzette.
„Je hebt mij nog niet verteld, hoe je
heet," zei Jim.
„Chapman, mijnheer", zei de nieuwe
bediende, die hierna met dezen naam zal
worden aangeduid.
„En nog iets, mijnheer," vervolgde hy,
„mijnheer Lush zei my, dat ik u moest
mededeelen, dat hij mijn eerste maand
salaris vooruit heeft betaald. Dat is niet
ongewoon, mijnheer als men zoo op stel
en sprong in dienst moet komen, wan
neer iemand erg om hulp verlegen is."
O, dus dat had hij ook gedaan. Verdere
beschouwingen over deze laatste mede-
deelingen werden op dat moment onder
broken. Jim's ooren hadden het ver ver-
wijderd gerinkel van de electrische bel op
gevangen.
„Ilc geloof, dat er gebeld wordt", zei hy,
„Wil je even kijken, wie er is?"
„Ja, mynheer", antwoordde Chapman,
die zich hierop verwyderde.
Jim hoorde hem de vestibule doorloo-
pen en de voordeur opendoen, en daarop
de woorden zeggen: „Dag, mynheer. Ja,
mijnheer, hij is net thuis gekomen."
Het volgende oogenblik werd de deur
van de zitkamer open geworpen en Chap
man kondigde aan: „Mijnheer Lush"
UI
Lush schoot als een pyi uit een boog
den nieuwen huisknecht voorbij en stond
ineens in het midden van de kamer. Hij
deed blykbaar moeite, echter zonder suc
ces, de grootst mogelijke opgewondenheid
te bedwingen. Zijn haar was een beetje
in wanorde wie had ooit Lush met an
ders dan zorgvuldig geborstelde haren
gezien en zijn oogen schitterden. Hy
was buiten adem.
Nog nooit had Jim zich zoo "in verle
genheid bevonden omtrent de wyze waar
op hij zijn bezoeker moest begroeten, of
hoe hij hem moest aanspreken. Doch één
twyfel was reeds by hem verdwenen.
Lush was zeer zeker ontzettend geest
driftig en opgewonden, maar krankzin
nig was hij niet. Tot drie maal toe deed
hy een poging van wal te steken, doch
zyn ontroering en gebrek aan adem ble
ken te sterk. Ten laatste kon hij uiting
geven aan zijn overkropt gemoed.
„Kerel, ik heb het klaargespeeld", riep
hy uit. „En dit is maar een begin! Ik heb
je wel gezegd, dat je er ge-n spyt van
zou hebben!"
,Een begin van wat?" vroeg Jim. On
willekeurig maakte de opgewondenheid
van Lush zich ook van hem meester.
„Hier! zei Lush met heesche stem. Hy
stak zijn handen in de zyzakken van zyn
jas en haalde uit ieder een verkreukelde,
samengedrukte massa bankbiljetten te
voorschyn, „Vah jou", zei hy, zyn rech
terhand uitstekend. „Van my", vervolgde
hij, zijn linkerhand in de lucht zwaaiend
en daarop weer in zyn zak brengend.
„Neem het maar aan", ging hy voort,
toen Jim verbysterd naar de uitgestrekte
hand bleef staren. „Het komt jou toe. Wat
heb ik gezegd? Vijf en twintig procent?
Ja, myn aandeel niet meegerekend." Hy
klopte op zijn zak, „Myn eerste dag. Niet
kwaad! Niet slecht voor een beginner, hè!
Kom nou! Kyk eens hoeveel het is!" Hy
liet de biljetten op tafel dwarrelen, terwyl
Jim verbaasd toekeek.
„Hoe ter wereld begon ny, doch
Lush liet hem niet uitspreken. „Nu niet",
zei hy. „Dat zal ik je na het eten ver
tellen. Je dineert met mij. Ik heb myn
intrek genomen in het Claridge hoteL
Tusschen twee haakjes hoe bevalt Chap
man?"
„Hy lykt my een heel geschikte
„Je hebt volkomen gelyk", viel Lush
hem weer in de rede. „Hy kent zyn werk.
Ik heb alles terdege met hem besproken.
Ha, ha Ik zou wel eens willen weten voor
wien hy my aanzag. Goeie hemel, wat
een dag heb ik gehad! Nou. kyk eens
Grant." Hy haalde een lange enveloppe
uit een binnenzak. Jim even de gelegen
heid gevend te bekomen van de verba-
zing, op die manier te worden aangespro
ken. „Hier is het contract."
„Wat voor een contract?" vroeg Jlm, ge
heel in de war.
„Deelgenootschap. Vanmiddag met myn
procureur in orde gemaakt. Laat het ook
dezer dagen door de jouwe inzien. Ik zal
het hier laten." Met deze woorden wierp
hy de enveloppe op tafel, boven op de
bankbiljetten.
{Wordt vervolgd.)