êêêëësê
HET ITALIAANSCH-GRIEKSCHE STRIJDTOONEEL.
Kroniek van den dag
Tweede blad
PROVINCIALE ZEEUWSCHE COURANT
Donderdag 12 December 1940
Het contact in Belgrado.
De Hongaarsche minister van buiten-
landsche zaken, graaf Csaky, is te Bel-
grado aangekomen, -waar hij met de lei
dende staatslieden besprekingen heeft ge
voerd Hij werd tevens ontvangen door
Prins Paul.
Tijdens de onderhandelingen werd van
gedachten gewisseld over de belangen, die
beiden buurstaten interesseeren. In diplo
matieke kringen gelooft men, dat deze
eerste besprekingen tot tevredenheid van
beide partijen zijn verloopen en dat reeds
vandaag een vriendschapsverdrag kan wor
den onderteekend. Reeds Donderdagnacht
Zal graaf Csaky de terugreis aanvaarden.
Er blijkt uit deze berichten niet, welke
de strekicing zal zijn yan dit vriendschaps
verdrag en of de consequentie ervan zal
zrjn, dat Yoego-Slavië nu ook in het Bal
kanstelsel der asmogendheden zal worden
ingeschakeld. Van Duitsche zijde is te ver
staan gegeven, dat alle suggesties in deze
richting voorbarig moeten worden geacht.
Zoo zal men deze ontwikkeling rustig op
haar beloop dienen te laten en het is op
vallend, dat ook in de officieele commen
taren de grootste reserve in acht wordt
genomen.
De positie van Yoego-Slavië wordt be
paald door twee factoren, de verhoudin
gen in het Balkanbekken en de militaire
ontwikkeling aan het Grieksch-Albaneesche
front. Voor het oögenblik ziet het er naar
uit, dat voor de regeering te Belgrado het
laatste van de grootste beteekenis is.
Ofschoon men over den uiteindelijken uit
leg van de krijgsoperaties niet in twijfel
behoeft te verkeeren, schijnt het wel alsof
men op den Balkan als 't ware den adem
inhoudt. De Italianen hebben zich in het
conflict met Griekenland vastgebeten, de
wijzigingen, die zich in de legerleiding
hebben voltrokken, duiden er wel op, dat
de Italiaansche troepen een nieuw offen
sief zullen ontketenen. De houding van
Yoego-Slavië is hierbij in het geding ge
bracht en in bepaalde persorganen deden
geruchten de ronde als zouden zich in
Yoego-Slavië niet minder dan 13000 Ita
lianen hebben samengetrokken. In een offi
cieel communiqué van de regeering te Bel
grado is dit gerucht tot zijn juiste propor
ties teruggebracht. Sedert het begin van
de Grieksch-Italiaansche krijgsoperaties
hebben 19 Italiaansche en 32 Albaneesche
soldaten de grens overschreden. Het vermoe
den, opgesloten in genoemde geruchten, dat
Yoego-Slavië op de een of andere wijze
partij zou zijn in het conflict is daarmede
tevens weerlegd. Zeker, Yoego-Slavië is
partij, gelijk het geheele Balkan-bekken
sterk geïnteresseerd moet zijn bij de resul
taten in Griekenland.
Maar voorloopig is het niet duidelijk, hoe
de verhoudingen in dit gebied nu precies
gelegen zijn. Want wel is door het ingrij
pen van de spilstaten in de betrekkingen
tusschen Roemenië en Hongarije een re
geling .tpt stand gebracht, waax-van het ge
volg mede was, dat zij in het Driehoeksver
drag inschakelden, wel heeft ook de Bul-
gaarsche regeering haar politiek op die van
de as georiënteerd, maar desondanks zijn er
nog voldoende onzeker punten in de Balkan
conceptie, die een gereserveerdheid recht
vaardigen.
Want niet slechts Duitschland en Italië
zijn geïnteresseerd in den Balkan. Hoewel
zij er in slaagden de Britsche invloeden in
Roemenië uit te schakelen, dat deze zich
nu hebben teruggetrokken, kan op grond
van de gebeurtenissen in Griekenland ook
al weer niet worden beweerd.
Bij de verdeeling van de belangensferen
valt ten aanzien van Roemenië het accent
toch heel sterk op Duitschland, dat zijn
belangen in de handelsovereenkomst met
Boekarest heeft veilig gesteld.
Gelijk in de rest van Europa een taak-
verdeeling tusschen Rome en Berlijn bij
een gelijkgerichtheid van doelstelling is
voorzien, zoo is dat ook voor den Balkan
het geval. De positie van Yoego-Slavië
schijnt daardoor, zoolang de definitieve or
dening nog niet haar beslag heeft gekre
gen, bepaald. Vandaar ook, dat men in
Berlijn het denkbeeld van een stellingname
van Belgrado voorbarig heeft geacht. Veel-
eer is Yoego-Slavië een factor tot behoud
van het evenwicht en zal het geheel van
den loop der dingen afhangen of het zijn
rol in het spel der krachten zal vervullen.
Het is niettemin van belang thans ken
nis te nemen van de opvattingen welke in
Duitschland met betrekking tot de Balkan
posities bestaan. Daarop is van half-offi-
cieele zijde het volgende te verstaan ge
geven.
„Wij hebben met de naties van het
Zuidoosten een nauw contact, dat in over
eenstemming is met het feit, dat Duitsch
land in deze ruimte zijn groote, vitale,
economische belangen ziet. Daarom ver
binden ons met deze landen speciale ban
den van belang, kameraadschap en vriend
schap". Met deze woorden liet men zich
vandaag in de Wilhelmstrasse uit over
de betrekkingen, tusschen'Duitschland en
het Europeesche Zuidoosten.
Ten aanzien van de reis van den Hon-
gaarschen minister van buitenlandsche za
ken naar Belgrado verwees men naar de
verklaringen van de verantwoordelijke
mannen van beide staten, volgens wie het
daarbij, naar men gelooft, uitsluitend om
een aangelegenheid ging, die de Hon-
gaarsch-Zuid-Slavische betrekkingen als
onderwerp heeft.
In dit verband voegt men hieraan toe,
dat Duitschland en Italië steeds het begin
sel hebben aangehangen, dat de tusschen
de afzonderlijke landen van het Europee
sche Zuidoosten hangende kwesties langs
den weg van wederzijdsch direct contact
geregeld moeten worden en ziet daarom in
de reis van graaf Csaky een feit, zooals
het in werkelijkheid is.
Naast de reeds genoemde partijen zijn
ook Turkije en Rusland in'het geding. Rus
land heeft er tot nog toe officieel het zwij
gen toe gedaan, maar de 'jongste reactie
van Turkije wijst naar het schijnt op een
kalmeering.
Het feit, dat de verduisteringsmaatrege
len in Turkije zijn verzacht, kan worden
aangemerkt als een teeken, dat de situatie
in het Balkanbekken zich begint te conso-
lidèeren.
Inventarisatie van veevoeder
producten en een aantal
voedingsmiddelen.
Het rijksbureau voor de voedselvoorzie
ning in oorlogstijd maakt bekend, dat er
een inventarisatie zal wordengehouden
van de meeste veevoederproducten en van
een aantal voedingsmiddelen, die op Za
terdag 14 December a.s. na afloop der
werkzaamheden aanwezig zijn en welke
van 15 tot en met 20 December a.s. wor
den ontvangen.
Ten einde de inventarisatie zoo goed mo
gelijk te doen slagen is bepaald, dat in
de periode van 15 tot en met 20 Decem
ber het vervoeren en afleveren van de on
der de inventarisatie vallende producten is
verboden.
Een uitzondering op dit verbod wordt
slechts gemaakt voor partijen, waarvan
het vervoer op 14 December te 24 uur
reeds een aanvang had genomen en voor
wat betreft de aflevering van kennelijk
voor menschelijke consumptie bestemde
producten aan den consument.
Men dient er dus terdege rekening mede
te houden, dat in de meeste gevallen het
vervoer van veevoederproducten en van
sommige voedingsmiddelen in de periode
van 15 tot en met 20 December niet is
toegestaan.
Nadere bijzonderheden zullen per offi
cieele publicatie worden bekend gemaakt.
P.T.T.-opbrengsten weer
bevredigend.
HOOGE OCTOBER-CIJFERS.
Na de lage opbrengsten over de vorige
periode zijn de P.T.T.-opbrengsten over
October, mede dank zij de recente ta-
riefsverhoogingen, voor het eerst weder
bevredigend.
De opbrengsten waren:
Posterijen 3.235.329
321.237 meer dan in 1939.)
Telegrafie 56.160
532.131 minder dan in 1939.)
Telefonie -3.103.884
292.459 meer dan in 1939.)
postchèque- en
girodienst 887.238
132.948 meer dan in 1939.)
Totalen 7.282.611
'J 214.513 meer dan in 1939.)
Verwacht mag worden, dat, indien zich
geen onvoorziene tegenslag voordoet, de
P.T.T.-opbrengsten zich weder ongeveer
op het normale niveau zullen blijven be
wegen.
De jaarcijfers over 1940 zullen echt r,
naar zich uit de hieronder vermelde cij
fers over de periode Januari t/m October
l~.at aflezen, aan den lagen kant blijven.
- De opbrengsten in deze periode waren:
Posterijen 26.047.875
2.441.262 minder dan in 1939).
Telegrafie 2.524.546
1.429.776 minder dan in 1939.)
Telefonie 25.706.353
370.562 minder dan in 1939.)
Postchèque- en
Girodienst 8.286.079
1 186.244 meer dan in 1939.)
Totalen 62.564.853
3.055.356 minder dan in 1939.)
Ernstig ongeval te Bussum.
MAN IN EEN BRANDENDE
GARAGE OMGEKOMEN.
Een Amsterdamsche handelaar had gis
teren den expediteur G., eveneens een
Amsterdammer, verzocht een vracht voor
hem naar Hilversum te vervoeren en op
den terugweg in zijn garage aan den
's Gravelandschen weg te Bussum uit zrjn
auto het water en de benzine af te tappen
om bevriezen te voorkomen.
G. kweet zich van deze taak. De auto
stond reeds op blokken en het water af
tappen ging voorspoedig. Met de benzine
vlotte het evenwel niet zoo best. G. ver
zocht toen den zoon van den in de nabij
heid wonenden burgemeester even te hel
pen. Deze lichtte den expediteur met een
electrischen lamp bij. Deze bleek echter
niet te voldoen, waarop een stallamp werd
gehaald.
Op dit oogenblik ging in de villa van
den burgèmeester de gong voor den maal
tijd en de zoon ging naar huis. De expe
diteur bleef alleen doorwerken om het
kraantje van de tank los te krijgen.
Plotseling zag men in de woning van
den burgemeester, dat de garage in lichter
laaie stond. Men waarschuwde de brand
weer. Deze was snel ter plaatse, doch in
dezen korten tijd vas de garage reeds in
een vuurzee herschapen.
Men wees de brandweer er op, dat er
een man in de garage had gewerkt, maar
dat deze nergens meer was te zien. De
fel uitslaande vlammen lieten geen moge
lijkheid de garage binnen te gaan.
Opeens zag een der brandwachts achter
in het boschje, waarin de garage staat,
eenige vonken en toen hij zijn straal in
deze richting wendde, bleek hier de expe
diteur, wiens kleeren vlam hadden gevat,
te liggen. Snel doofde men het vuur, doch
het bleek reeds te laat te zijn. De ont
boden gemeente-geneesheer kon slechts
den dood van G. constateeren. De ongeluk
kige was aan de voorzijde van het lichaam
reeds geheel verkoold. Men vermoedt, daar
zyn kleeren aan een zijde gescheurd waren,
dat hij tusschen den auto bekneld is ge
raakt en daardoor niet tijdig weg is kun
nen komen, toen de brand uitbrak.
G. was dertig jaar en ongehuwd.
De garage brandde totaal uit.
Noorsche schepen verloren
gegaan.
Het Noorsche Telegraafagentschap meldt,
dat nog vier voor Engeland varende Noor
sche schepen verloren zijn gegaan. Het zijn
het 7616 b.r.t. metende motorschip „Filef-
jell" en de s.s. „Gro", metende 4211 b.r.t.,
„Dokka", metende 1168 b.r.t, en „Enef-
jeU", 1643 b.r.t,
EEN KAART OM UIT TE KNIPPEN.
Volgens de Italiaansche berichten der
laatste dagen, gerekend van het 175ste tot
en met het 18Sste weermachtsbericht is
de toestand in Albanië in.het kort samen
te vatten (volgende op de kaart) als volgt:
Na den val van Korga bezetten de Grie
ken een frontlijn beginnende ten Westen
van Ponradec, (aan het Meer van Ochri-
da) langs den hoofdweg van Korga
JSrseke tot aan Peratvervolgens loopt hun
frontlijn langs de rivier Vyose tot boven
P'érmet.
Storm teisterde de Philippijnen.
De storm, die de vorige week de Phi
lippijnen teisterde, heeft aan 81 menschen
het leven gekost. Alleen op het eiland
Calleja zijn zestig personen omgekomen.
Volgens et-i bericht van den gouverneur
der provincie Albay zijn daar honderden
menschen g'ekwest. Bovendie"werd groote
schade c gebracht aan gebouwen en ge
wassen. De gouverneur verzocht dringend
om levensmiddelen, kleeding, bouwmate
rialen en verbandmiddelen.
In het Zuiden ging de opmarsch vla
Kalibaki in de richting van Argyro-
kastron, stellingen werden getrokken in
de zóne van deze stad een tweede divisie
opereerde via Delvine tot aan de kust. Bij
Pogradec is de Grieksclie opmarsch tot
staan gekomen, doordat de Italianen tot
Kamia en Makro gebergte (Mali'i Polisit)
in bezit houden.
In het uiterste zuidpunt van Albanië is
Konispolis in Grieksche handen-.
De Italiaansche luchtmacht blijft de
Amerikaansche leening aan
Mexico
Twintig vooraanstaande Noord-Ameri-
kaansche bankiers en industrieelen zouden,
naar de New York Daily News uit Mexico
meldt, den nieuwen Mexicaanschen presi-,
dent, Camacho, het voorstel hebben gedaan
Mexico door de VereenigÖe Staten een lee
ning van 100 millioen dollar te verstrekken
voor de uitbreiding van het Mexicaansche
economische leven,
door.de Grieken bezette wegen fel besto
ken, zoo is o.a. de weg Perat, naar Pëmiet
onbruikbaar geworden zoodat al de brug
gen vernield zijn.
Volgens de laatste Italiaansche berich
ten blijft de vijand druk uitoefenen op den
uitersten linkervleugel en wel in het ge
bergte ten Westen van Pogradic.
Verder blijft de actie beperkt .tot in do
zóne ten Noorden van Argirocastro.
Wij raden onze lezers aan deze belang
rijke kaart uit te knippen.
VERDUISTERING VAN 1200 GULDEN.
De Amsterdamsche politie heeft een 25
jarigen expeditieknecht aangehouden die in
de laatste maanden kans heeft gezien van
velschillende remboursementen een bedrag
van 1200 gulden in zijn neigen zak tg
stoppen.
VERDUISTERING IN
DIENSTBETREKKING.
De veertigjarige adjunct-commies der
posterijen, R. P. C, W., is aangehouden,
verdacht van verduistering in dienstbetrek
king.