I Tweede blad PROVINCIALE ZEEUWSCHE COURANT Zaterdag 16 November 1940 Kroniek van den dag Bedrijvigheid in de vlasindus't'r'i'e. John Patrick Kennedy. DE VAKMENSCHEN VERDIENEN GOED GELD. Er wordt op het oogenblik groote be langstelling aan den dag gelegd voor John Patrick Kennedy, den Amerikaanschen am bassadeur te Londen. Dat heeft hij te dan ken aan een interview, dat hij dezer dagen toestond aan de New York Journal-Ameri can, waarin hij minder vleiende dingen heeft gezegd aan het adres van Engeland, Reeds eerder heeft Kennedy de aandacht op zich gevestigd, toen hij nog maar kort aan het Hof van St. James geaccrediteerd was. De Amerikaansche ambassadeur hield er zeer vrije opvattingen op na en zijn ge drag was niet bepaald in overeenstemming met de statigheid en met het decorum, wel ke een der kenmerken is van den diploma- tieken omgang in de Britsche hoofdstad. Doch dit raakte slechts den buitenkant. Van meer belang was, dat Kennedy, die zijn be noeming indertijd had te danken aan zijn positie, welke hij in de democratische partij innam, van lersche afkomst was en boven dien aanhanger was van het Katholicisme. Op grond daarvan moest men zijn komst naar Londen wel met eenige reserve be schouwen en zijn optreden heeft deze reser ve wel gerechtvaardigd. Op dit oogenblilc vertoeft de ambassadeur in Washington en van die gelegenheid heeft hjj gebruik ge maakt, om waarschuwende woorden tot zijn regeering te richten ,ten aanzien van haar vriendschappelijke gezindheid jegens Enge land. Hij hee.ft zijn opvatting ook in de Amerikaansche pers kenbaar gemaakt en daarmede de kwestie der hulpverleening tot een publieke aangelegenheid gemaakt. In ieder geval, zoo zal men ongetwijfeld te Londen redeneeren, heeft Kennedy daarme de de vertrouwelijke sfeer, waarin zich het diplomatieke overleg pleegt af te spelen, verbroken en het is op grond daarvan te verwachten, dat men er te Londen niet al te zeer op gebrand zal zijn, den ambaassadeur weer op zijn post te zien terugkeeren. Erg waarschijnlijk is dat dan ook niet en reeds schijnen er aanwijzingen te zijn, dat zyn post zal worden betrokken door een eveneens veelbesproken figuur hit den laat- sten tijd, den ambassadeur te Parijs, Bullitt, die zich, ook al weer in het openbaar heeft geuit ten gunste van de hulpverleening aan Engeland. Om ons nu echter tot Kennedy te bepa len, hij heeft onomwonden te kennen gege ven, dat de Britsche positie zeer precair moet worden geacht en hy lieeft er geen twijfel over laten bestaan, dat er van de doelstelling, waarvoor Engeland in den oor log is gegaan, niet zoo heel veel meer is overgebleven. Van een oorlog om de demo cratie te redden kan bezwaarlijk meer wor den gesproken. De oorlog is teruggebracht tot het Britsche eiland zelf en in de eerste plaats is het er de regeering te Londen om begonnen, Engeland te redden. Zij heeft daartoe haar toevlucht reeds moeten nemen tot drastische maatregelen, welke niet in overeenstemming kunnen worden geacht met de doelstelling, welke Londen in het vaandel voert. Immers, wat men er te Lon den van maakt heeft met democratie niet zoo heel veel uitstaande. Het perspectief, aldus stelt Kennedy het, voor Amerika is, dat zoo de Vereenigde Staten voor deze En- gelsche zaak in het vuur zouden gaan, de democratie daar, waarvan zij het laatste bolwerk zijn en wier overtuigde aanhanger ook Kennedy is, op het hellende vlak zou geraken en in eenzelfde dwangpositie zou komen te verlteercn, als thans de Britsche democratie. Engeland strijdt slechts voor zijn be staan. Zoo heeft Churchill het voorgesteld en al heeft hij er dan aan toegevoegd, dat daarin een waarborg zou zijn gelegen voor het behoud van de democratie, de persoon lijke opvatting van den ambassadeur is, dat deze doelstelling wel een zeer onzekere wissel op de toekomst is. Want de feiten spreken tot Kennedy en die feiten zijn in de voornaamste plaats, dat er in de Brit sche defensie bressen van beteekenis zijn geschoten, juist daar, waar men de kracht van het imperium het grootst achtte de vloot. Nu Duitschland vrijwel alle havens op het continent controleert, wordt deze positie voor Engeland er niet aangenamer op. De verklaringen van Kennedy houden een critiek in op het beleid van Roosevelt en het is dan ook geen wonder dat zijn openlijk kenbaar gemaakte opvattingen in de Vereenigde Staten groot opzien hebben gebaard. Want nu komt voor den gemid delden Amerikaan de vraag naar boven bevinden wij ons niet thans reeds op den verkeerden weg. Want het moge waar zijn dat de vooraanstaande politici zich hebben verklaard tegen actieve deelname aan den oorlog in Europa, wij hebben er reeds meermalen op gewezen, dat de wyze waar op Amerika hulp verleent aan Engeland zeer dicht nadert tot een inbreuk op de neutraliteitspolitiek. In ieder geval moet de vraag gesteld worden, of de huidige Amerikaansche politiek niet in strijd is met de bepalingen en de strekking van de Stimsondoctrine, welke zich in hoofdzaak bepaalt tot diplomatieke en eventueel eco nomische maatregelen ten aanzien yan veroveringen, welke naar Amerikaansche opvatting niet in overeenstemming zijn met de begrippen van internationaal recht. Ten aanzien van de Britsche oorlogvoering is, naar het schijnt, het Witte Huis reeds verder gegaan. Deze politiek van. Roosevelt en zijn raadgevers houdt in een goedkeu-' ring van de 'Britsche oorlogvoering en een onderschrijving van de overwegingen, die in September van het vorige jaar Enge land tot oorlog deden besluiten. De verklaringen van Kennedy hebben op deze politiek thans in het bijzonder de aan dacht gevestigd en men mag benieuw ztjn. hoe de openbare meening in de Vereenigde Staten zal reageeren. Kennedy heeft ge waarschuwd en zijn waarschuwing kan niet verkeerd worden verstaan. Zal het Witte Huis er ook rekening mede houden? Daarom gaat het in de laatste instantie. In Washington zal men wellicht ook lee ring trekken uit wat zich in den laatsten tfld op politiek gebied in ons werelddeel heeft afgespeeld. Nu de arbeid op het land zoo goed als gedaan is en er voor de boeren dus eenige maanden aanbreken van een gedwongen rust, zijn er velen in Zeeuwsch-Vlaanderen die deze gedwongen rustperiode productief malt en door zich te wijden aan de vlas bewerking. In tal van gemeenten ontmoet men thans op boerderijen of wel in kleine schuren, z.g. vlasmolens, waar de boer, soms alleen, meestal met één of meer knechts, het vlas tot vezel maakt. Dat zijn dan de seizoenvlasbewerkers, dus men sehen die dit vak alleen maar uitoefenen wanneer er geen werk meer op het land is. Nog tot voor korten tijd gebeurdec dit werk zeer primitief, de molens moesten n.l. zelf in beweging worden gebracht, door middel van een trappedaal. Zoo stonden de vlasbewerkers dan den geheelen dag te trappen, onderwijl met beide handen het gebrakelde vlas onder den molen houdende. Een verschrikkelijk inspannend werk. Deze wijze van bewerking, wordt tegenwoordig hoegenaamd niet meer aangetroffen, de electriciteit heeft ook hier uitkomst ge bracht, waardoor de molens thans door middel van een motor in beweging worden gebracht. Naast deze kleine vlasbedrijfjes treft men in Zeeuwsch-Vlaanderen echter heel wat grootere bedrijven aan, bedrijven waar het geheel jaar wordt gewerkt en waar heel wat arbeiders een goed loon vei'dienen. Wij brachten dezer dagen een bezoek aan zoo'n bedrijf in .et grensplaatsje Eede. Toen wij langs de groote schuur kwamen, bleek het werk in vollen gang te zijn. Lus tig snorden de motoren, door de wijd ge opende ruiten drongen wolken van stof naar buiten, want stoffig is dit werk. Op het achtererf stonden nog een paar groote vlasschelven, terwijl de schuur eveneens tot aan den nok was gevuld met het nog onbewerkte vlas. Onbewerkt is hier eigenlijk niet het juis te woord, daar dit vlas reeds een zeer voor name bewerking hadondergaan; het was n.l. reeds gebleekt, een onderdeel van de vlasbewerking die van groot belang is voor de verdere toebereiding. Het vlas dat wij zagen was veTbouwd in Zeeuwsch-Vlaanderen zelf en de op brengst van 60 gemeten. Over het alge meen wordt vlas reeds gekocht, wanneer het nog groen op het land staat. Het risico is in zoo'n geval geheel voor den kooper. Men weet namelijk niet van te voren of het vlas zich gunstig zal. ontwik kelen en of bij bewerking de prijzen loo- nend zijn. In het geval van onzen zegsman bleek de aangename transactie zeer gun stig te zijn geweest. Niet alleen had het vlas zich zeer gunstig ontwikkeld tot lange halmen, doch tevens worden er momenteel hooge prijzen door de spinnerijen betaald. Alvorens het vlas naar de spinnerijen gaat, heeft het een heele bewerking onder gaan. Nadat het vlas is gesneden, moet het ge boord worden, d.w.z., het rood moet er af. Ook dit geschiedt machinaal. Daarna wordt het geboorde vlas op het land uitgespreidt om gebleekt te worden. Dit bleeken, in andere streken rotten ge noemd is sterk afhankelijk van de weers omstandigheden. Gewenscht is daarbij veel regen en daarna warm weer, hetgeen het rottingsproces bevordert en de harde stroo- halm soepel maakt. Is het vlas nu goed ge bleekt en gedroogd, dan gaat het naar binnen voor de verdere bewerking. HET BRAKELEN. In het bedrijf dat wij bezichtigden, wa ren drie mannen in een aparte afdeeling bezig met het brakelen van hét vlas. Het nog harde vlas wordt door een man in dunne strengen verdeeld en streng voor streng, of liever gezegd bosje voor bosje, in een machine gestopt, welke machine be staat uit 6 naast elkaar liggende, zware ijzeren rollen, die het vlas dusdanig pletten, da dit er aan de andere zijde, geheel soe pel, weer te voorschijn komt. Na deze bewerking heeft het vlas een vorm aan genomen dien we het best kunnen ver gelijken met gepermanente haren. Het harde, strooachtige vlas, is nu geheel ge broken, doch blijft zijn lengte behouden. Aan de andere zijde van deze machine staan twee mannen, die het gebrakelde vlas in elkaar draaien, waardoor een wrong wordt verkregen. Dit brakelen dient zeer nauw keurig te, geschieden, temeer daar dit werk niet zonder gevaar is. Dat onder vond één dezer dagen een jonge man die bij dit werk zjjn hand te dicht bij de bra- kelmachine had gehouden en thans ter verpleging in het ziekenhuis te Oostburg verblijft.Een gedeelte van één zijner han den zal hy voor goed moeten missen. Na het. brakelen volgt de laatste be werking, welke bewerking echter de meeste vakkundigheid vereischt. SYVINGELEN. De swingelaars staan ieder aan een voortdurend draaiend houten rad, de z.g.n. molen. Deze bestaat uit een houten rond vlak' van circa 1 meter middellijn. Dit draaiend vlak bevindt zich achter een hou ten schutting, waarin een opening, door welke opening de schijf voor een klein gedeelte te voorschijn komt. Hieronder worden de wrongen geplet. De snel draai ende schijf slaat nii het vlas tot vezels. Deze bewerking vereischt groote bekwaam heid, daar het vlas, na deze bewerking, geen enkele hardheid meer mag bevat ten, terwijl de vezel niet mag gebroken worden.' Op deze wijze worden dikke wrongen van een zacht als zijde, grijze vezelstof verkregen, die op de fabrieken tot katoen wordt verweven. Hóe, langer de vezels, hoe meer waarde ze hebben, terwijl ook de afwerking van zelfsprekend ven invloed is op den prys. Werken de brakelaars meestentijds voor vast loon, met de swingelaars is dit an ders. Deze -werken per leg, waardoor spe ciaal de goede vakmenschen een goed loon kunnen verdienen. In het land van Zeeuwsch-Vlaanderen zijn heel wat bekwame vlasbewerkers, die dan ook geregeld werk hebben. Ook op de landbouwscholen wordt onderricht ge vele boomen geveld en gezaagd worden (Foto Pax-Holland) geven in dit vak en voor handige jongens is reeds op vrij jeugdigen leoftyd een aar dig weekloon te verdienen. Een bekwaam vakman behoeft in Zeeuwsch-Vlaanderen dan ook nooit werk loos te zijn. Zoo kent b.v. het grensplaatsje Eede, waar zeer veel vlas wordt bewerkt, geen werkloozen. Aan het stofprobleem, zooals zich dat nog in de meeste vlasbedrijven voordoet, wordt meer en meer aandacht besteed. Er zijn thans reeds bedrijven, waar het stof door practisch aangebrachte stofzuigers regelmatig wordt opgezogen. Voor de ar beiders is zulks een groote uitkomst. Niet alle vlas uit Zeeuwsch- Vlaanderen. Hoewel er dus in ,^jpeuwsch-Vlaanderen heel veel aan de vlasbewerking wordt ge daan, komt het te verwerken vlas slechts voor een klein gedeelte, uit deze streek zelf. Het is nog niet zoo heel lang geleden dat er in Zeeuwsch-Vlaanderen zeer veel vlas werd verbouwd. Doordat vlas niet steeds op denzelfden grond mag verbouwd worden en de boeren daartoe toch over gingen, zulks in verband met de goede prijzen, werd het vlas minder in kwaliteit. Het hier verbouwde vlas wordt grooten- deels naar België verkocht, terwijl hier veel vlas wordt bewerkt, afkomstig uit Groningen en onze 12e provincie, waar de beste kwaliteit vandaan komt. Het feit dat hier de beste vakmenschen zijn, is oorzaak dat men dit vlas gaarne in Zeeuwsch-Vlaanderen laat verwerken. Plannen tot samen voeging van Kortgene, Colijnsplaat en Kats. Ged. Staten van Zeeland hebben aan de gemeenten Kortgene, Colrjnsplaat en Kat3 een ontwerp tot samenvoeging van deze gemeenten toegezonden. Kortgene zal dan de hoofdgemeente blijven. In de dezer da gen gehouden raadsvergaderingen van Kortgene en Kats is deze kwestie aan de orde gesteld. Beide raden namen een voorstel van B. en W. aan, Ged. Staten te verzoeken drie wethouders te mogen hebben en wel één in iedere bebouwde kom. In belde raadsvergaderingen werd ook de nieuwe secretaris, P. Tazelaar beëedigd. In ons volgend' nummer komen wij op een en ander uitvoeriger terug. Nieuwe bonnen voor vleesch. De secretaris-generaal, wnd. hoofd van het departement van landbouw en vissche- rij deelt mede: Van de vleeschkaart geeft gedurende het ty'dvak van Maandag 18 November tot en met zondag 24 November a.s. elk der vier met „09 vleesch" gemerkte bonnen recht op bet koopen van 100 gram vleesch, been inbegrepen, of een rantsoen vleeschwaren. De met „09 worst, vleesch- waren" gemerkte bon geeft gedurende dat tijdvak uitsluitend recht op het koopen van een rantsoen vleeschwaren. De bonnen, welke op 24 November a.s. nog niet gebruikt zijn, blijven nog geldig tot en met Zondag 1 December a.s. Ook voor deze bonnen geldt, dat zij gedurende de tweede week van hun geldigheidsduur dus van 25 November tot en met 1 December a.s. niet gebruikt zullen mo gen worden in hotels, restaurants e.d. Het rantsoen vleeschwaren, dat per bon kan worden gekocht bedraagt 75 gram voor gerookt of gekookt varkens-, rund of kalfsvleesch en voor gerookte worstsoor ten, 100 gram voor gekookte worstsoorten, rolpens en knakworst, 125 gram voor le verartikelen, tongenworst en nierbrood en 150 gram voor bloedworst. DE A.N.V.V. BESTAAT 25 JAAR. Zondag 17 November zal het 25 jaar ge leden zijn, dat de Algemeene Nederlandsche Vereeniging voor Vreemdelingenverkeer werd opgericht. Dat wil niet zeggen, dat de arbeid tot bevordering van het vreemdelin genverkeer eveneens van dien datum da teert. Het tegendeel is waar, want reeds lang tevoren kwam er op dit gebied veel belangrijks tot stand, dank zy het initiatief en den arbeid van den nationalen bond voor vreemdelingenverkeer in Nederland en het centraal bureau voor vreemdelingenverkeer. Deze beide organisaties zijn in 1915 op wensch en met medewerking van de. regee ring, tot één vereeniging (de A.N.V.V.), samengesmolten, om het groote Nederland sche belang, dat bij een zaakkundige leiding van het vreemdelingenverkeer betrokken is, ten volle tot zijn recht te doen komen. Aan dit jubileum zal verder zonder fees telijkheden of zonder een bijzondere her denking worden voorbijgegaan. In den loop der jaren is men in ons land steeds meer gaan inzien, welk een groot belang een goed geleid vreemdelingenver keer voor de gemeenschap beteekent. Dat blijkt onder meer uit het feit, dat het sub sidie van de regeering, na verschillende schommelingen, steeg van 15.500 in 1924 tot 100.000 in 1938. Rechtszaken IN HOOGER BEROEP. Door Daniël Jacobus Groenleer, 20 jaar, arbeider te Burgh, is hooger beroep aan- geteekend tegen het vonnis van den poli tierechter te Middelburg van 1 November 1940, waarbij hij wegens verduistering is veroordeeld tot 14 dagen gevangenisstraf. Door Kr. van der Kolk, 59 jaar, schipper aan boord van het schip „Twee Gebroe ders", is hooger beroep aangeteekend tegen het vonnis van den Politierechter te Mid delburg van 8 October 1940, waarbij hij wegens verduistering is veroordeeld tot 14 dagen gevangenisstraf. NIEUWE WELDADIGHEIDS ZEGELS VOOR HET KIND. Ontworpen door kunstenaar uit Veere. In oO-logstijd is kinderzorg en -bescher ming nog noodiger dan anders. De jaarlijk- sche weldadigheidszegels „Voor het Kind" zullen derhalve ditmaal, nog meer dan voorgaande jaren, in een behoefte voor zien. De verkooptermijn dezer zegels, waar van de toeslag boven de frankeerwaarde ten goede komt aan het bescherming- en hulp behoevende kind in het algemeen, met uitzondering van de zuigelingen bescher ming, is gesteld van 2 December t/m 6 Januari a.s. De zegels zullen in vijf fran- keervvaarden verschijnen, n.l. iy2 cent (grijs) met een toeslag van 1% ct. 2ya cent (olijfgroen) met een toeslag van 2 ya cent. 4 cent (blauw) met een toeslag van 3 cent. 5 cent (groen) met een toeslag van 3 cent. 7y2 cent (rood met een toeslag van 3% ct. Een zegel voor het buitenlandsch brief- postverkeer blijft in verband met de groote beperking in dit verkeer, ditmaal achter wege. De zegels Zijn ontworpen door den kunstenaar D. van Gelder te Veere. De voorstelling is voor alle waarden dezelfde: een kind, dat een bloemenkaarsje uitblaast. De zegels zijn vervaardigd in rotogra vure. De afmetingen van het beeldvlak zijn 18X27 mm. De geldigheidsduur loopt t/m 31 Decem ber 1945. Alle soorten Fa.van deVeldeJr. Walstraat 58-60, Vlissingen Da aenksmst van Molotow, den Russischen volkscommissaris voor Buiten- landsche Zaken, ta Berlijn. Rechts de Duitscbe Rijksminister Von Ribbentrop (Foto Weltbild)

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1940 | | pagina 5