Belangrijke beschouwingen van dr. Fischboeck
Een belangrijke vergadering van den
gemeenteraad van Kortgene.
Tweede Blad
PROVINCIALE ZEEUWSCHE COURANT
Zaterdag 9 November 1940
Kroniek van den dag
Hitier spreekt te München.
Een jaar geleden is het vandaag, dat de
wereld werd opgeschrikt door het bericht
van een aanslag, die den avond te voren te
München werd gepleegd op Hitier, toen deze
op de herdenkingsbijeenkomst van oud
strijders der nationaal-socialistische bewe
ging een toespraak hield tot zijn kamera
den. De constateering, dat dit alles al weer
een jaar geleden is deze merkwaardige
episode uit de Duitsche oorlogsgeschiedenis
doet ons beseffen in welk een razend snel
tempo de ontwikkeling voortraast In dit
eene jaar heeft zich over continentaal Euro
pa een revolutie voltrokken, welke haar
weerga in de geschiedenis der menschheid
nauwelijks heeft. We leven nog teveel te
midden van deze kentering der tijden, om
ons de beteekenis en de perspectieven hier
van nauwkeurig te kunnen reaüseeren. De
revolutie is nog niet voltooid slechts kun
nen we vaststellen, dat wat zich in den ach
ter ons liggenden tijd heeft voltrokken, niet
meer ongedaan kan worden gemaakt. Een
idee trekt voor het oogenblik zegevierend
door de wereld, en hoe ook de uiteindelijke
uitkomst moge zijn, er zal niemand zijn, die
zich aan den invloed daarvan op vele ter
reinen des levens zal kunnen onttrekken.
Gisteren heeft Hitier wederom in den
Löwenbraukeller te München tot zijn oude
strijdersgesproken. In dit stamlokaal van
de nationaal socialistische beweging, toen
zij zich in den eersten moeilijken tijd moest
trachten staande te houden, worden telken
jare, ter herdenking van de slachtoffers van
den beginselstrijd, bijeenkomsten gehouden
op den achtsten November,
Thans stond deze bijeenkomst uit den
aard der zaak geheel in het teeken van de
machtsstrijd tegen het Britsche bolwerk.
Hilter heeft in zijn toespraak het geheele
verleden opgerakeld en bovendien zijn in
zicht nog eens verduidelijkt over wat aan
den oorlog is voorafgegaan.
Wat den oorlog zelf betreft heeft hij na
drukkelijk geconstateerd, dat het den Brit
niet is gelukt, het Duitsche volk murw te
maken en juist dat was zijn sterkste wa
pen. Churchill heeft echter vergeten, dat
het Duitschland van 1940 een ander land is
dan het Duitschland van 1914, ook het
Duitsche volk is anders geworden. Waar
dit zoo is, daar kon Hitier dan ook met na
druk iedere poging, om tot een wapenstil
stand te geraken afwijzen. Iedere wapen
stilstand thans zou in feite slechts een wa
penstilstand zijn en na eenige jaren zou
men opnieuw trachten ons te overvallen.
Hitier heeft zijn diepste overtuiging aan
de overwinning van Duitschland en van de
Duitsche idee nogmaals uitgesproken. In
dit verband heeft hij tevens herinnert aan
zijn voorstel destijds, om den luchtoorlog
Uit te bannen. Engeland heeft dit niet ge
wild en Duitschland heeft uit deze weige
ring de consequentie getrokken, maar- nim
mer, aldus de Führer heb ik den. strijd te
gen de burgerbevolking laten voeren. Hét
is een Duitschland der eer, dat thans den
strijd heeft aangebonden en het uitgangs
punt van alles is geweest Duitschland
moet weder opstaan het koste wat het
kost. Zij, die thans gelooven, Duitschland
te kunnen vernietigen, zullen zich deerlijk
vergissen. Uit dezen strijd zal Duitschland
eerst werkelijk opstaan.
Tot zoover een zeer sumiere samenvat
ting van de hoofdpunten, die Hitler in zijn
rede heeft aangestipt. De Führer heeft
slechts hier en daar gesproken over de re
sultaten van de laatste weken en in het bij
zonder heeft het de aandacht getrokken,
dat Hitier zijn opvatting niet heeft ken
baar gemaakt over de jongste ontwikkeling
op den Balkan. Zulks zal ook niet in den
opzet van zijn toespraak hebben gelegen,
zijn rede was slechts bedoeld als een
woord van een kameraad tot zijn kamera
den en daarin was uiteraard geen plaats
voor het ontwikkelen van plannen voor de
toekomst. Hitier heeft slechts gesproken
van Duitschlands toekomst, zijn kameraden
bemoedigd ook door de vaststelling, dat de
economische positie van het land thans on
aantastbaar is, gelijk ook wel gebleken is
uit de nieuwe opdracht aan Goering, ter
wijl hij nog de operaties tegen Engeland
lendt, om, hoewel Engeland nog niet op de
knieën is gedwongen, een tweede vierjaren
plan tot uitvoering te brengen. Inderdaad
deze conceptie is grootsch en juist daar
door komt zij den gemiddelden beoordeelaar
als fantastisch voor. Maar Hitier heeft het
gisteravond uitgesproken aan de Duitsche
overwinning kan niet meer getwijfeld wor
den. Dat kon geen propagandistische leuze
zijn Hitier sprak tot zijn meest intieme
medestrijders, tot hen, die in de Duitsche
keuken ook wel thuis zijn. Neen, zijn ver
klaringen waren slechts de constateeringen
van de opvatting van het Duitsche volk.
De bijeenkomst te München had bovendien
de strekking, de buitenwereld op het hart
te binden, dat het geloof aan een Duitsche
weifelmoedigheid een propagandistisch ver
zinsel is het Duitsche volk staat vastbe
sloten achter zijn leiders. Dat heeft de bij
eenkomst van gistereravond vooral moeten
duidelijk maken.
Ver. van Chr. Onderwijzers enz.
DE ALGEMEENE VERGADERING.
De jaarlijksche algemeene vergadering
van de Ver. van Chr. Onderwijzers en on
derwijzeressen in Nederland en Cverzeesche
gewesten de oudste en grootste organi
satie op het terrein van het Prot. Chr.
onderwijs zal, naar wij vernemen, in
de Pinksterweek te Groningen worden ge
houden.
Op deze algemeene vergadering is aan
de beurt van aftreden het hoofdbestuurslid,
de heer E. Kieft te Meppel, die niet her
kiesbaar is. Het hoofdbestuur heeft in deze
vac. een drietal opgemaakt en daarop ge
plaatst de heeren B. H. Ligteringen .te
V1 i s s i n g e n, W. Wemelsfelder te Dor
drecht en P. Woestenenk te Treebeek. De
afdeelingen mogen dit drietal aanvullen
tot 15 Dec. a.s. De vac. moet worden ver
vuld door een lid dat woonachtig is in
Noord-Brabant, Zeeland of Zuid-Holland
ten Zuiden van den N, Waterweg,
Over actueele vraagstukken ten aanzien van economische
problemen in Nederland.
Naar aanleiding van zijn lezing op 29
October j.l. over „Economische vraag
stukken in het nieuwe Europa" heeft dr.
Hans Fischboeck, commissaris-generaal
voor financiën en economische zaken, eeni
ge genoodigden in staat gesteld van ge
dachten te wisselen in verband met eenige
vragen, die naar aanleiding van voor
noemd onderwerp vooral ten aanzien van
de economische positie van Nederland, wa
ren gerezen.
Dr. Fischboeck is van meening, dat ten
aanzien van den Nederlandschen landbouw
tal van mogelijkheden in de naaste toe
komst aanwezig zijn. Vele takken van den
Nederlandschen landbouw immers nemen
een vooraanstaande positie in Europa in.
Nederland echter is voor zijn productie
voor een belangrijk deel 'afhankelijk van
den invoer van Amerikaansche voeder
producten. Waar voor tal Van producten in
Nederland een lagere prijs dan in Duitsch
land bestaat, zal op den duur een aan
passing moeten worden verkregen zoowel
ten aanzien van industrieele- als ook van
landbouwproducten.
Geen devaluatie.
Uitvoerig bleef dr. Fischboeck stilstaan
bij de positie van de Nederlandsche valuta.
Nadrukkelijk wees hij op het feit, dat een
devaluatie in geen geval in aanmerking
komt. De koopkracht van onze valuta zal
zich niet wijzigen.
Economische vraagstukken
Vervolgens ontspon zich een interessant
debat over economische vraagstukken. De
Nederlandsche belangen, aldus minister
Fischboeck, staan ten opzichte van de
Duitsche interessen geheel en al op een
basis van rechtsgelijkheid. Dr. Fischboeck
zegde zijn volledige steun en medewerking
toe bij de handhaving en de vertegenwoor
diging van de Nederlandsche belangen in
Duitschland. Hij 'maakte gewag van de
binnenkort te houden onderhandelingen
tusschen Nederlandsche en Duitsche indus-
trieëelen. Men dient echter, zoo deelde de
minister mede, brj een zuivere beoordee
ling van deze materie rekening te houden
met de eenige uitzonderingsfactor, n.l.:
de eischen en de belangen van de Duit
sche oorlogseconomie.
Sprekende over de verhouding tus
schen debiteur en crediteur zei minis
ter Fischboeck dat het Nederlandsch
tegoed geinvesteerd in Amerika ander
half milliard gulden bedroeg. In Ne-
derlandsch-Indië vier milliard gulden
en in Duitschland anderhalf milliard
gulden. Dit laatste bedrag, aldus de
minister, is in ieder geval volkomen
intact en kan voor de volle nominale
waarde worden opgenomen.
De productïemogelijlcheden in
Nederland.
Wat de productiemogelijkheid in Ne
derland aangaat, zoo zal dit geheel en
al op een basis van rechtsgelijkheid ge
schieden. De nieuwe productiebronnen die
in den laatsten tijd waren aangeboord
en in werking waren gebracht, zullen niet
worden gesloten. De investeeringen, zooals
in fabrieken e.d. zullen niet worden vernie
tigd door een plotselinge sluiting na den
oorlog. Opheffing zal pas dan geschieden
als een volkomen amortisatie van het
vastgestelde kapitaal heeft plaats gehad.
De scheepvaart.
Vervolgens werd het, voor Nederland
zoo belangrijke probleem ter sprake ge
bracht ten aanzien van de verhoudingen
in onze nationale scheepvaart.
Een basis waarop kan worden onder
handeld is op dit oogenblik zoo zette de
minister uiteen, niet gegeven. Dit kan pas
na de beëindiging van den oorlog plaats
hebben. Immers zijn de gevolgen vooral
voor de Nederlandsche schepen in dit sta
dium van den oorlog niet te overzien.
De verliezen immers ten gevolge van de
vijandelijkheden, zijn niet bekend.
Met nadruk wees dr. Fischboeck ook op
de groote wenschelijkheid dat Nederland
aan de wereldscheepvaart blijft deelnemen.
Opdrachten voor nieuwe schepen.
In dit verband kwam de vraag ter spra
ke, in hoeverre de Nederlandsche reeders
reeds nu opdrachten voor den bouw van
nieuwe schepen kunnen plaatsen. Deze
vraag is, aldus de minister, niet gemakke
lijk te beantwoorden.
Vast staat echter dat binnen korten
tijd in Nederland alle werven zullen
z\jn bezet, waarmede een belangrijke
bijdrage in de werkverschaffing in Ne
derland wordt geleverd.
Men mag echter ten aanzien van dit
probleem 'et feit niet uit het oog ver
liezen dat de levering van grondstoffen uit
Duitschland geheel en al afhankelijk is
van de behoeften en eischen der Duitsche
Voorts gaf dr. Fischboeck een uitvoerig
overzicht over ons en andere landen.
Het Nederlandsche bouwbedrijf.
Naar aanleiding van een gestelde vraag
omtrent de positie van het Nederlandsche
bouwbedrijf verklaarde minister Fisch
boeck dat er op het oogenblik in ons land
190.000 werkloozen aanwezig zijn, tegen
320.000 in .Juni. De werkloosheid in het
bouwvak bedroeg in de gunstigste maand
van 1939 43.000. De ongunstigste maand
van dit jaar-, Januari, gaf een pc.rcw.~ ge
van 88.000. Dit cijfer is geleidelijk gedaald
tot 32.1300 in Augustus j.l.
Wat liet bouwen in Nederland aangaat,
aldus di\ Fischboeck, zoo is het particuliere
initiatief tot een zeer laag peil gedaald.
Weliswaar zjjn er op het oogenblik geen
materialen voor den bouw van honderddui
zend woningen beschikbaar, maar aan den
anderen kant is materiaal voor het „begin
van den bouw" aanwezig.
Wat de afzonderlijke bouwmaterialen
aangat, zoo verklaarde de minister, dat
baar zijn. Er bestaat geen tekort. Er be
staan slechts zeer groote transportmoeilijk
heden, die echter binnen afzienbaren tijd
overwonnen zullen worden. Op het oogen
blik zijn in Nederland voorraden aanwezig
voor een verbruik van 4 tot 5 maanden.
Wat het yzerprobleem aangaat, zoo is er
voldoende erts in Europa.
Hierna kwam minister Fischboeck naar
aanleiding van een gestelde vraag op een
uiterst netelig vraagstuk te spreken:
Het bejizinevraagstuk.
In principe, zoo zette de minister uiteen,
bestaat een basis van' rechtsgelijkheid tus
schen de Nederlandsche staatshuishoud
kunde en de verhoudingen in Duitschland.
Dat daarbij terdege met Nederlands spe
ciale belangen rekening wordt gehouden,
moge blijken uit het feit, dat voor bouw
doeleinden in Duitschland geen benzine be
schikbaar wordt gesteld. Wat het aantal in
Nederland beschikbare vrachtauto's aan
gaat, de verzorging met de noodige ben
zine, is gewaarborgd. Gedurende de afge-
loopen maand heeft een aanzienlijke import
van benzine uit Duitschland plaats gehad.
Ook in de naaste toekomst mag men den
benzineinvoer uit Duitschland vernachten.
Een hoogtepunt van de bijeenkomst
vormde de gedachtewisseling over het
vraagstuk inzake
De oorlogsscliadevexgoedingen.
De minister deelde mede, dat het
ontwerp gereed is, en dat de publicatie
binnen enkele weken kan worden tege-
moetgezien. Op het oogenblik wacht
men nog slechts op de totale cijfers
alsmede van de wijze van uitvoering
der betaling.
Deze verordening gaat principieel uit
van een volledige schadevergoeding .dooi
den staat. Echter wordt ten aanzien van
groote particuliere vermogens een voorbe
houd gemaakt dat een reductie in de te
betalen schade kan worden toegepast.
De te betalen xxitkeeringen moeten ech
ter geheel en al in dienst van den weder
opbouw worden gesteld. Zoo lang nog niet
met den nieuwoouw wordt begonnen, zal
geen uitkeering plaats hebben maar het
bedrag ter beschikking blijven staan, zulks
met rentevergoeding. Met den bouw zal
echter t.z.t. moeten begonnen worden,
welk principe men ook in de brandverze
kering toepast.
Minister Fischboeck zei verder nog met
betrekking tot de bankbiljettencirculatie
dat een vermeerdering van de in omloop
zijnde bankbiljetten geen zorgen behoeft
te baren zoolang het de koopkracht ver
hindert wordt prijsstijgingen in het leven
te roepen. De prijzen in Nederland zullen
niet boven het Duitsche prijsniveau stijgen.
Van devaluatie of andere maatregelen
ten opzichte van de Nederlandsche valuta,
is geen sprake. De Duitsche rijksbank zal
haar volle medewerking verleenen bij de
handhaving van de positie van de Neder
landsche valuta, aldus i'iep de minister uit.
Groote koerswinsten op de
Amsterdamsche effectenbeurs.
De explosie van willigheid die zich dezer
dagen op de effectenbeurs te Amsterdam
openbaarde, was Vrijdag nog niet uitge
werkt. Na de sterke rijzing van den laat
sten tijd was de kooplust nog hoegenaamd
niet bekoeld. Zelfs scheen het wel alsof
de vraag naar fondsenmateriaal, speciaal
aandeelen, nog meer was toegenomen. In
alle afdeelingen van de markt ontwikkelde
zich een opgewekte handel en in sommige
rubrieken ging het zelfs zeer druk toe. De
koopers waren overwegend in de meerder
heid, want niemand scheen geneigd zijn
materiaal voetstoots af te geven. Het ge
volg hiervan was een aanzienlijke verhef
fing van het koerspeil. De aanleidende
oorzaak hiervoor moest klaarblijkelijk voor
een groot gedeelte worden gezocht in de
groote rijzing die Donderdag in Wallstreet
plaats had. Maar zooals reeds eerder uit
een gezet zijn alle motieven welke voor de
ontwikkeling op de effectenbeurs gelden,
niet gemakkelijk uiteen te zetten of aan
te wijzen. De Amerikaansche fondsen trok
ken regelrecht profijt van de stijging te
New York en waren bij de opening belang
rijk hooger. Het aanmerkelijk verhoogde
koersniveau lokte kort na de opening
aanbod van materiaal uit, zoodat zich een
scherpe inzinking voltrok, maar later op
den middag kwam er toch weer flink grond
in de markt en na het einde van de reke
ning waren alle Amerikaansche waarden
nog belangrijk hooger, vergeleken met
Donderdag. Het meest ging weer om in
staalaandeelen. Anaconda's en de spoor-
wegshares. Public Utilities waren even
eens vast gestemd.
Op de locale markt konden groote om
zetten worden geregistreerd. De koersstij
ging hier nam fantastische afmetingen
aan, terwijl ook de schommelingen buiten
gewoon groot waren.
Op de petroleummarkt werden Olies op
336 procent ingezet of een goede dertigtal
punten boven het vorige slot, daarna trad
een reactie in van een twaalftal procenten,
maar per saldo trad het toonaangevende
petx'oleumaandeel toch een kleine dertig
punten boven Donderdag uit de noteering.
Van. de Amerikaansche petroleumwaarden
werden speciaal Shell Unions en ook Tide
waters druk verhandeld. Voor cultuurfond
sen was de belangstelling ook nog bijzonder
groot. H.V.A.'s trokken de aandacht door
een koersverbetering van een goede 20-tal
punten boven het vorige slot. Ook hier ech
ter werden onder beurstijd groote schom
melingen meegemaakt en het fonds schom
melde daarbij tusschen 485 en 493 procent.
Voor Vorstenlanden kon aan het einde van
de rekening een avance van een goede tien
tal punten worden opgeteekend. Voor di
verse minder courante soorten kwamen
belangrijk hoogere noteeringen tot stand.
De rubberafdeeling liet zich ook niet on
betuigd. Amsterdam Rubbers werden op
28 procent ingezet maar liepen niet lang
Verhooging van de winstbelasting.
Ten aanzien van de bestaande belastingen
zoo beëindigde dr. Jischboeck het onder
houd, kan worden gezegd dat een ver
hooging van de Winstbelasting in het
leven zal worden geroepen. Een oorlogsbe
lasting werd niet waarschijnlijk geacht.
Over het invoeren van nieuwe belastin
gen in Nederland, kon minister Fischboeck
nog niets mededeelen. Wel wees hij op de
dringende noodzakelijkheid dat de staats
inkomsten' -aanzienlijk moeten worden ver
hoogd. Nieuwe bronnen zullen derhalve ver
moedelijk moeten worden aangeboord.
BEGROOTING 1941 ZONDER DISCUSSIES GOEDGEKEURD.
Een nieuwe gemeente-secretaris benoemd.
KORTGENE. Donderdagmiddag verga
derde de Raad dezer gemeente onder voor
zitterschap van burgemeester Schuit.
De VOORZ. deelde mede, dat de boeken
van den gemeente-ontvanger in orde bevon
den zijn.
Ged. Staten berichtten, dat de kosten in
zake de verbetering van den Kaaidijk voor
de gemeente 3500 bedragen.
Burgerlyk Armbestuur.
De begrooting van het B. A. voor 1941
werd goedgekeurd. Evenals het vorig jaar
zal de gemeente 500 subsidie beschikbaar
stellen. In de begrooting is een post van
267 voor onvoorziene omstandigheden ver
werkt.
Wegens periodieke aftreding van den heer
C. P. Kalléwaard als lid van het B. A., had
den B. en W. de volgende - aanbeveling op
gemaakt 1. C. P. Kalléwaard, 2. J. D. Ver
burg. De heer C. P. Kalléwaard werd met
algemeene stemmen benoemd.
De rekening 1939.
De heeren Heyboer en Verburg hebben de
rekening over 1939 in orde bevonden. De
rekening werd voorloopig vastgesteld op
inkomsten 73100,75 en uitgaven 68890,59
voor wat betreft den gewonen dienst, goed
slot 4210,16 en voor den kapitaaldienst
op inkomsten 30250 en uitgaven
30623,73, nadeelig slot 373,73.
Er werd besloten om bij alle reeds geslo
ten en nog te sluiten geldleeningen, waar
van het rentepercentage méér den 4 be
draagt, de couponbelasting in te houden.
Het raadsbesluit d.d. 28 Juni 1940 inzake
aankoop om niet van den benoodigden
grond voor verbetering van de Kaaistraat
enz. werd ingetrokken. Men besloot dezen
grond 1 aan te ltoopen.
Aan den heer A. A. Schuit werd per 15
October 1940 eervol ontslag verleend als
gemeente-secretaris, zulks onder dankbetui
ging voor de door hem in die betrekking
bewezen diensten.
De VOORZ. dankte de heeren voor de
prettige verhouding welke hij als gemeente
secretaris steeds heeft ondervonden.
De jaarwedden en pensioensgrondslagen
van de heeren A. A. Schuit en Th. Wolse,
ambtenaren van den burgerlijken stand,
hout en ijzer voldoende in Eui'opa beschik- -werden met ingang van 1 Januari 1941 on
veranderd vastgesteld.
Hierna werden de bedragen over 1939
vastgesteld, bedoeld in art. 55 bis le lid
onder a, b en c der Lager-Onderwijswet
1920 voor het O.L. onderwijs en uitgebreid
lager onderwijs. De kosten bedragen 13,49
voor het L.O. en 11,39 voor het U.L.O.
Begrooting 1941.
Hierna werd de gemeente-begrooting over
1941 behandeld. Niemand der heeren
wenschte het woord over deze begrooting.
Zij werd met algemeene stemmen goedge
keurd met voor den gewonen dienst aan
ontvangsten en uitgaven 55739,71 en
14.638,90 voor den kapitaaldienst.
De haven- en liggelden verlaagd.
Er volgde hierna een wijziging der veror
dening op de heffing van haven- en liggeld
Momenteel betalen de schippers 20 cent per
ton havengeld voor de suikerbieten en 15
cent voor pulp. B. en W. stelden voor om
voor bieten èn pulp voor 1941 15 cent per
ton te laten betalen, hetgeen voor de ge
meente plm. 500 minder opbrengst zou be-
teekenen.
De heer VERSPRILLE gaf in overweging
om het havengeld voor pulp niet te be
rekenen.
Na eenige bespreking besloot de Raad,
dat, zoo een schipper b.v. pulp lost, en dan
weer suikerbieten laadt, de pulp vrijgesteld
wordt van havengeld.
Hierna werden de bedragen vastgesteld,
bedoeld in art. 55 bis der L.O.-wet 1920 voor
het O.L. onderwijs en het U.L.O., zulks voor
1941.
Deze bedragen 12,30 voor het L.O. en
18,53 voor het U.L.O.
De jaarwedde en pensioensgrondslag van
burgemeester Schuit werdeu vastgesteld
per 15 Oct. 1940, zulks in verband met zijn
benoeming tot burgemeester der gemeenten
Kolijnsplaat en Kats.
Nieuwe gemeente-secretaris benoemd.
Er volgde hierna een benoeming van een
gemeente-secretaris. B. en W. hebben de
volgende voordracht gemaakt 1. P. Taze
laar, Kolijnsplaat en 2. L. D. van Damme,
Kortgene.
De heer P. Tazelaar werd met algemeene
stemmen benoemd tot gemeente-secretaris
van Kortgene, zulks met ingang na den dag
daarna op tot 300 procentten slotte bleef
toch nog een koerswinst van een goede
25-tal punten over.
Verscheidene incourante soorten werden
veel hooger afgedaan. Op de Tabalcsafdee-
ling ging nog al wat om in de Sumatra
aandeelen, voornamelijk Deli Batavia's en
Deli Mij. Ook deze waren in de gelegenheid
een groot voordeelig verschil aan te geven.
De Thee-af deeling had een kalm verloop,
maar was ook hooger. Vervolgens ging vrij
veel om in de scheepvaartpapieren, waarbij
vooral Scheepvaart Unies een drukke af
faire te zien gaven. De schommelingen wa
ren hier minder scherp maar desniettemin
konden Scheepvaart Unies zich een kleine
tiental punten verbeteren en eveneens was
dit het geval met oude booten. H.A.L.
en Japanlijr en meerdere outsiders waren
"belangrijk beter. Voor industrieelen was de
belangstelling niet zoo groot. Aku's gaven,
slechts matige omzetten te zien en deelden
daarbij niet in de profijten van de willige
stemming. Per saldo was dit fonds zoo
goed als onveranderd. Unilevers kwamen
een zevental punten hooger te liggen terwijl
de Philipsaandeelen een koerswinst van een
kleine tiental punten binnenhaalden.
De handel in de Duitsche fondsen stag
neerde ook Vrijdag om de zelfde beweeg
redenen, welke Donderdag een hinderpaal
voor den handel vormden. In de Young-
leening echter werd op bescheiden voet
zaken gedaan waarbij de koers wederom
iets naar beneden ging. In tegenstelling
met de locale aandeelenmarkt en de Ame
rikaansche afdeeling hadden de Nederland
sche beleggingsfondsen een gedrukt voor
komen. De Nederlandsche staatspapieren
waren meerendeels iets lager, obligatiën
Nederl.-Indië legden onder beurstijd echter
een behoorlijk weerstandsvermogen aan
den dag. Pandbrieven lagen zwakker in de
markt. Ook de gem. en prov. obligatiën
waren ongeanimeerd.
Prolongatie 2
Amsterdam 1936 3% 85%
Bat. Petr. Mij. Obl. 3% 82%
A Amsterdamsche Bank 120
A Ned. Gist- en Spiritusf. 427%
A K.M. De Schelde Nat. Bez. 59%
A Houthandel Alberts 103
C Kans. City South 7%
Nederland le big 1940 4 101%
Nederland 2e lng 1940 4 94%
Ned. met bel. fac. 1940 4 101%.
Ned. a 1000 1938 (3%) 3 84%.
Indië k 1000 1937 3
A Koloniale Bank
A Ned. Ind. Handelsbank
C Ned. Handel Mij.
A Van Berkels Pat. 49
C Calvé Delft 88%
A Lever Bros en Unilever 140%
A Philips Gloeil. Gem. Bez. 216%
C Am, Car Foundry
C Anaconda Copper
C Bethlehem Steel
C General Motor
C Kennec. Copper
C North Am. Aviation
C Rep. Steel
C Un. States Steel
C North Am. Cy.
A Kon. Petroleum Mij.
C Philips Petrol.
C Shell Union
C Tide Water Ass. Oil
A Ned. Scheepvaart Unie
A Handelsver. Amsterdam
A Ned. Ind. Suiker U.
A Deli Batavia Mij.
C Deli Mij. a 1000
C Pennsylv. Rr.
A South Railway
C Amsterdam Rubb.
A Deli Batavia Rubb. Mij. 205
A Serbadjadi Sum Rubb. 128%
1S3
139
124%
29
20%
11%
170
475
270
201%
272%
27%
17
273
82%
83
125
425
581%
102
8%
101%
94%
101%
83%
84
194%'
142
134
49%'
90
147%
223
41%
34%
43%
22
30%
330%
39%
14%
13
177
489
290
226
291%
van zijn beëediging.
De heer Tazelaar, die tot dusverre ambte
naar ter gemeente-secretarie alhier is ge
weest en tijdens de bespreking in een an
dere kamer had vertoefd, werd door den
VOORZ. gelukgewenscht. Zijn ijver en
nauwgezetheid werden geroemd.
De heer Tazelaar sprak zijn dank uit
voor deze benoeming en hoopte de voetspo
ren te mogen drukken van den vorigen se
cretaris.
Hierna volgde er een bespreking om een
streek-ontvanger te benoemen (Kortgene,
Kolijnsplaat en Kats), zulks op aanwijzing
van Ged. Staten. B. en W. stelden voor om
aan Ged. Staten te schrijven, dat Kortgene
een gemeente-ontva,nger bezit, en dat Ko
lijnsplaat en Kats de eer genieten om zelf
een ontvanger te benoemen.
Nieuwe ambtenaar op de secretarie.
Hierna volgde een bespreking om een
ambtenaar ter secretarie alhier te benoe
men. Op de begrooting is hiervoor een post
van 800 beschikbaar, doch B. en W. stel
len voor oit bedrag op 1200 te brengen.
De heer VERSPRILLE vroeg naar de
noodzakelijkheid van deze benoeming en of
hiermee niet eenigen tijd gewacht kan wor
den.
Ook de heer VERBURG vond het niet
noodig dat deze ambtenaar benoemd wordt.
Er zijn nu toch twee volontairs werkzaam,
die het U.L.O.-diploma bezitten en waarvan
één bovendien een Handelsdiploma heeft.
De VOORZ. zegt dat het noodig is dat
deze ambtenaar benoemd wordt. Het betreft
hier een zeer drukke secretarie met veel
geloop van het publiek. Als men op de
secretarie niet vakkundig geholpen kan
worden, mist men iets. De jongens die thans
op het secretarie als volontair werkzaam
zijn, missen de routine. Er dient iemand
benoemd te worden, die vakkundig is.
De heer VERSPRILLE is niet bepaald
tegen het voorstel van B. en W., doch had
gaax'ne dat men naar een middel zocht om
den ambtenaar iüet te benoemen.
De heer VERBURG stelde na langdurige
bespreking voor den ambtenaar te benoe
men k f 1000 salaxis met 2 jaarlijksche ver
hoogingen van 100. Dit wordt verworpen.
Het voorstel van B. en W. om 'n ambtenaar
k 1200 salaris per jaar te benoemen, wordt
hierop goedgekeurd.
Bij de rondvraag vraagt de lieer VER
SPRILLE of het mogelijk was, dat de aan
vragers voor aansluiting op het P.Z.E.M. -
net, zich eerst met hun verzoek tot de ge
meente wenden. Verder verzoekt spr. om de
straten, welke bij de aansluiting aan de
P.Z.E.M. opengebroken worden, beter in
orde te brengen.
Over deze aangelegenheden zal met de
P.Z.E.M. ovferleg gepleegd worden.