Provinciale Zeeuwsche Courant
Middleiburgsche, Vlissingscke,
Goesche en Breskensche Courant
De strijd legen Engeland is een revolutie.
183ste JAARGANG NUMMER 220
MAANDAG 23 SEPTEMBER 1940
waarin opgenomen de
Uitgave der Firma's F. van de Velde Jr. en G. W. den Boer
ABONNEMENTSPRIJS
18 cent per week of f2.30 per kwartaal.
Franco per post f 2.50 per kwartaal.
Afzonderlijke nummers 5 cent.
ADVERTENTIEPRIJS;
Van 1—5 regels f 1.50, Iedere regel meer
30 cent. Bij abonnement speciale prijs.
Kleine advertenties van 1—5 regels f0.50.
Iedere regel meer 10 et (max. 8 regels).
POSTREKENING 359300 (MIDDELBURG).
Dit nummer bestaat uit twee bladen.
De ordening van het nieuwe Europa.
KNOOPPUNTEN IN DE
EUROPEESCHE POLITIEK.
Er kan niet aan getwijfeld worden, dat
de verhoudingen in het nieuwe Europa
voor het oogenblik is dat een Europa,
dat van zijn oude waarden wordt losge
scheurd en waarin de nieuwe vormgeving
zich nog zeer spaarzaam afteekent nog
uitermate verward zijn. Men spreekt zoo
gemakkelijk over de nieuwe ordening van
Europa, maar het gevaar is geenszins
denkbeeldig, dat velen in die nieuwe orde
ning een soort verdoovingsmiddel zien,
waardoor het hun gegeven wordt, aan de
harde realiteit voorbij te leven. Menschen,
die zoo dezen nieuwen tijd accepteeren,
zijn veeleer een gevaar voor hun omge-
ving, dan dat zij voor de consolideering
eener nieuwe orde waardevolle bijdragen
zouden kunnen leveren.
Bij het beschouwen van het perspectief
eener nieuwe Europeesche ordening mag
geenszins over het hoofd worden gezien,
dat wij leven midden in de hardè realiteit
van een harden oorlog, die zijn hoogtepunt
nog niet heeft bereikt. Zij die er het hunne
toe bijdragen, om aan deze ordening een
bepaalde richting te geven, in overeen
stemming met de tendenzen zooals die na
een jaar oorlog in het continentale Europa
vallen te onderkennen, houden dan ook
sterk met deze realiteit rekening Europa
is midden in den oorlog.
Zoo kan de ordening, welke na dezen
oorlog komt, thans slechts een signalee-
ren zijn van de tendenzen.
Duitschland en Italië geven den toon
aan in het continentale Europa. De as-
mogendheden hebben aan dit deel van ons
werelddeel hun opvattingen opgelegd en
in die banen voltrekt zich nu het orde
ningsprogram, dat zij reeds lang voor den
oorlog als het eenig-juiste hadden aan
bevolen en waarvan zij de betrouwbaar
heid in eigen land reeds lang trachtten
aan te toonen. Het overwonnen deel van
Europa is onder deze ordening geplaatst.
Wat die nieuwe koers betreft vallen er
in de Europeesche politiek eenige knoop
punten aan te wijzen. Wij wijzen slechts
op de besprekingen van Salzburg, Wee-
nen, Krajowa en Rome en de conclusie
ligt voor de hand de as-mogendheden
hebben de ordening van Europa ter hand
genomen.
Is dat niet een vooruitloopen op de toe
komst? Is dit niet een wat onzekere wis
sel? Het „Hamburger Fremdenblatt"
wijst op het merkwaardige verschijnsel,
dat Duitschland en Italië, terwijl zij mid
den in den oorlog zijn, niettemin hun
schouders hebben gezet onder dit werk
de nieuwe orde in Europa.
Dit is het wonder van dezen oorlog, al
dus het blad, waarmede de latere ge
schiedschrijvers zich zullen bezig houden.
Deze ordening begint met de constatee
ring, dat elke Engelsche inmenging is
uitgeschakeld.
In tegenstelling tot den wereldoorlog,
aldus het blad, heeft de zege van de Duit-
sche wapenen ditmaal in het verrassend
korte tijdvak van 9 maanden den vrede op
het vasteland kunnen herstellen. Terwijl
dus de militaire gebeurtenissen tot den
strijd van het Duitsche rijk en Italië met
het Engelsche uiland beperkt werden, is in
de rest van Europa, de politieke, economi
sche en geestelijke taak gericht op de
nieuwe mogelijkheden. Wanneer men af
ziet van de Fransche kust, die in het ken
merk staat van de bijzondere vereischten
voor den slag om Groot Brittannië, dan
zijn het in de overige door Duitschland be
zette gebieden de niet-militaire werk
zaamheden, die op den voorgrond staan.
Er wordt voor gezorgd, dat Europa niet
ten tweede male, .zooals aan het einde
van den wereldoorlog, ten prooi valt aan
de sociale en economische ontbinding.
Ook in politiek opzicht is vooruitge-
bouwd op het toekomstige Eui-opa. Het
Zuidoosten heeft door de arbitrage van
Wëenen zijn definitieve grenzen gekregen.
De Britsche blokkade geldt voor het gë-
heele „damned continent", dat deel van
Europa dat voor den echten Engelschen
tory altijd een armzalig en akelige wereld
geweest is. Juist daarom echter zijn de
voorwaarden voor het ontstaan van Euro
peesche eenheidsinstincten nooit zoo gun
stig geweest als in onze dagen. Het won
der wordt voltrokken, dat Fransche men
schen aan de Golf van Biscaye bijna even
vurig als de Duitschers naar de overwin
ning der Duitsche wapenen uitzien.
Sinds den „roemvollenaftocht" uit
Duinkerken heeft Engeland opgehouden
een Europeesche mogendheid te zijn. Sinds
het afgezien heeft van het Amerikaansche
halfrond staat het ook als Amerikaansche
mogendheid op het punt aan grootheid te
verliezen. In de Vereenigde Staten schijnt
men echter het karakter van de Europee
sche omwenteling heel wat beter begrepen
te hebben dan de eenzijdige houding der
Amerikaansche pel's doet vermoeden. Al
leen de ophitsing van de Amerikaansche
massa heeft tot dusverre verhinderd, dat
de innerlijke verwantschap tusschen den
Europeeschen strijd tegen Engeland en den
Amerikaanschen onafhankelijkheidsoor
log in haar kern wordt ingezien.
De overwinning van de asmogendheden
beteekent voor de toekomst het einde van
alle burgeroorlogen op_ het vasteland.
Daarom kan niet duidelijk genoeg be
toogd worden, dat Europa slechts den weg
opgaat, welke de Vereenigde Staten sinds
1823 met de Monroeleer zijn ingeslagen.
Al kon de nieuwe wereld evenals Engeland
vaak profiteeren van de inwendige twee
dracht welke door de schuld van Enge
land het kenmerk van Europa was en al
was het sinds lang een Amerikaansche ge
woonte geworden om minachtend over het
eeuwige getwist van het Europeesche
vasteland te denken en zich in veilige huis
vesting daarboven te voelen; toch zijn ook
dat geen redenen, zoo besluit het blad,
welke tegen het nieuwe door een gewel
dige omwenteling- bijeengebrachte Europa
spreken.
DE VREDE IN DEN BALKAN.
Wat dit Duitsch-Italiaansche ingrijpen in
de Europeesche verhoudingen beteekent,
heeft prof. Filoff, de Bulgaarsche premier
duidelijk gemaakt, toen hij een toespraak
hield tot het Bulgaarsche Parlement, in ver
band met het oprukken van de Bulgaar
sche troepen in den Zuidelijken Dobroedsja.
Hij stelde o.m. Vast: Zonder Salzburg zou
Krajova niet mogelijk zijn geweest. In zijn
uiteenzetting wees hij op de beteekenis van
de bemiddeling en den steun, die Bulgarije
en het vraagstuk van den Dobroedsja van
de zijde van Duitschland en Italië ten deel
was gevallen.
Toen hij de namen van den Führer en den
Duce noemde stonden alle afgevaardigden
op en brak er een bijval los, waaraan geen
einde scheen te komen. Minister president
Filoff heeft voorts betoogd, dat Bulgarije
door het vreedzame accoord met Roemenië
wezenlijk heeft bijgedragen tot het ver
zekeren van den vrede op den Balkan. Hét
verdrag van Krajova is tot stand gekomen
door wederzijdsche concessies en dank zij
den wil, die aan beide zijden aanwezig was,
om tot overeenstemming te geraken. Dit
feit garandeert de duurzaamheid van de
regeling. Het is te hopen, dat tusschen
Bulgarije en Roemenië, welker betrekkingen
tot het jaar 1913 door geen enkel punt van
geschil waren vertroebeld weer een verhou
ding van goede nabuurschap zal ontstaan.
Na de rede van prof. Filoff, die herhaalde
lijk werd onderbroken door stormachtige
betuigingen van instemming werd het ver
drag van Krajova door de kamer bij accla
matie aangenomen. Deze ratificatie van het
verdrag van Krajova door het Bulgaarsche
parlement droeg het karakter van een de
monstratie, daar zjj staatsrechtelijk niet
noodig was. Toen de feestelijke bijeenkomst
was gesloten zongen de afgevaardigden en
het publiek het Bulgaarsche volkslied en de
Dobroedsjahymne, terwijl de in de diplo
matenloge aanwezige gezanten van het
Duitsche rijk, Freiherr von Richthofen en
van Italië, graaf Magistratti het middel
punt waren van geestdriftige huldebetui
gingen. Toen de beide vertegenwoordigers
van de asmogendheden het parlementsge
bouw verlieten werden zij door een voor het
parlement samengestroomde menigte van
vele duizenden met luid gejubel begroet.
De Gazetta del Popoio publiceert een
hoofdartikel, waarin erop gewezen wordt,
dat terwijl de Londensche lords in gepant
serde schuilplaatsen leven, die van comfort
voorzien zijn, honderd-duizenden armen
moeten leven in de onwelriekende tunnels
van den ondergrondsche. Dit is dezelfde
tegenstelling als ook in Europa bestaat,
waar men een ideaal van rechtvaardigheid
wil verwezenlijken, terwijl de Angelsaksi
sche wereld de voorrechten van het geld
wil doen gelden. Het bombardement van
Londen is meer dan een oorlogsdaad, het
is een episode uit een revolutie. Tenslotte
zullen de Duitsche bommen den opstand
van de massa's der Engelsche ai-men doen
oplaaien en op dien dag heeft de Engel
sche aristocratie het verloren.
Engelsche aanvallen op
Duitschland.
In den nacht van 22 op 23 September zijn
Britsche gevechtsvliegtuigen in drie golven
via Nederland naar Noord Duitschland ge
vlogen. Eenige vliegtuigen drongen door tot
de mai-k Brandenburg. Big Potsdam en
Oraniënburg stieten zij op het spervuur van
het afweergeschut van Groot-Berlijn. Op
eenige plaatsen ontmoetten-zij nachtjagers,
die boven Berlijn een beveilgingsvlucht
maakten. Door het levendige en welinge
richte afweervuur dui-fden de Engelschen
den afweergordel niet te passeeren, zoo
meldt het D.N.B. Zij keerden, na eenige
lichtbommen te hebben uitgeworpen, terug
zonder een bom te hebben neergeworpen.
Zondag 16 maal luchtalarm
in Londen.
Het D.N.B. meldt uit Stockholm
De Londsenche radio maakt bekend, dat
de alarmsirenes Zondag zestien maal in
werking getreden zijn.
In het door Reuter verspreide commu
niqué van het Engelsche ministerie van
luchtvaart en van het ministerie voor de
binnenlandsche veiligheid wordt medege
deeld, dat in den afgeloopen nacht het
Duitsche luchtwapen weer onophoudelijk
heeft aangevallen, waarbij Londen weer
het voornaamste doel geweest iSi
De strijd
Egypte. Italiaansche troepenafdeelingen op weg naar de Egyptische grensplaats Solium,
welke inmiddels door hen is bezet (Foto Weltbild)
DE VLEESCHDISTRIBUTIE.
Hoe de rantsoenen verdeeld zijn.
De secretaris-generaal, wnd. hoofd van
het departement van landbouw en vis-
seherij, deelt in aansluiting aan hetgeen
reeds eerder is gepubliceerd met betrek
king tot de distributie van vleesch en
vleeschwaren het volgende mede
Met ingang van heden zal de nieuw
uitgereikte vleeschkaart in gebruik wor
den genomen. Elk der hier met „01
vleesch" gemerkte bonnen geeft gedu
rende het tijdvak van 23 tot en met 29
September a.s. recht op het koopen van
100 gram vleesch, been inbegrepen, of
een rantsoen vleeschwaren. De met „01
worst, vleeschwaren" gemerkte bon geeft
uitsluitend recht op het koopen van een
rantsoen vleeschwaren. De bonnen, welke
op Zondag 29 September a.s. nog niet
gebruikt zijn, blijven nog geldig tot en met
6 October. Dit geldt niet voor de voor het
verkrijgen van vleesch en vleeschwaren
aangewezen bonnen van het algemeen dis
tributiebonboekje, welke slechts gedu
rende de week van 16 tot en met 22 Sep
tember geldig waren.
Het rantsoen vleeschwaren, dat per
bon kan worden gekocht, loopt uiteen voor
de verschillende soorten. Het bedraagt 75
gram voor gerookt of gekookt varkens-,
rund- of kalsvleesch en voor gerookte
worstsoorten. Tot deze groep behooren
o.a. ham, schouder, carbonade, spek, rook-
vleesch, pekelvleesch, Geldersche rook
worst, plockworst en snijworst
Voor gekookte worstsoorten, zooals bo-
terhammenworst en lunchworst en voor
rolpens en knakworst, zooals Frankforter
en Weener, bedraagt een rantsoen 100
gram. Van leverartikelen, als bijv. Berli
ner-, Saksische en Haagsche leverworst
en verder van tongenworst en nierbrood
zullen 125 gram tegen afgifte van een
bon gekocht kunnen worden. Ten slotte
geeft een bon recht op het koopen van
150 gram bloedworst. Big vleeschwaren in
blik dient bij de berekening van het be-
noodigde aantal bonnen te worden uitge
gaan van den netto inhoud, met inachtne
ming van de verschillende rantsoenen voor
de uiteenloopende soorten. Bij soepen en
gemengde spijzen in blik, waarin vleesch
is verwerkt, moet worden gelet op de ver
werkte hoeveelheid vleesch.
In de in de advertentiekolommen opge
nomen officieele publicatie zgn de nadere
regelingen, waaraan grossiers, slagers en
kleinhandelaren zich hebben te houden,
vermeld.
Een bijzondere regeling voor huisslach
tingen van varkens zoowel wat betreft
het recht tot slachten als het gebruik van
de vleeschkaarten zal binnenkort wor
den gepubliceerd. Huisslachtingen van
runderen zullen niet worden toegestaan.
Hotels, restaurants, cantines e.d. die
nen voorloopig ter verkrijging van vleesch
gebruik te blijven maken van de aan deze
instellingen reeds verstrekte, met „een
rantsoen vleesch" en „een rantsoen
vleeschwaren" gemerkte bonnen.
Ziekenhuizen, krankzinnigengestichten,
sanatoria e.d. moeten zooveel mogelijk
bonnen van de patiënten in ontvangst ne
men. De plaatselijke distributiediensten
verstrekken voorts aan deze instellingen
op desbetreffend verzoek losse bonnen.
Ten behoeve van bakkers, welke sausij-
zenbroodjes vervaardigen en exploitanten
van automaten, welke croquetten verkoo-
pen, zullen geen losse bonnen meer ver
strekt worden.
DE BRANDSTOFFEN-
DISTRIBUTIE.
GEEN AFLEVERING VAN VASTE
BRANDSTOFFEN VAN 30 SEP
TEMBER TOT 8 OCTOBER.
De secretaris-generaal, wnd. hóófd van
het departement van Handel, Nijverheid en
Scheepvaart deelt mede, dat gedurende het
tijdvak van Maandag 30 September tot en
met Dinsdag 8 October 1940 de verkoop en
de aflevering van vaste brandstoffen aan
verbruikers verboden is.
Onder vaste brandstoffen worden ver
staan: steenkolen, steenkoolbriketten (ook
eierbriketten), cokes (ook gascokes), bruin
kolen, bruinkoolbriketten, turf en petro-
leumcokes.
Onder de verbruikers op wie dit afleve
ringsverbod betrekking heeft, vallen:
Groep a: particuliere personen.
Groep b: openbare gebouwen (niet voor
publieke vermakelijkheden), ziekenhuizen,
sanatoria, rijks-, gemeente- en provinciale
kantoren, gestichten, kerken, gevangenis
sen, kazernes, scholen, centrale keukens,
apotheken, wacht- en behandelingskamer
van artsen e.d.
Groep c: warenhuizen, winkels, hotels,
pensions (ook kamerverhuurders), restau
rants, café's, particuliere kantoren, les
ruimten in particuliere huizen.
Groep d: gebouwen voor publieke verma
kelijkheden, vereenigings- of vergaderloka
len, niet behoorende tot de groepen a, b
en c.
Groep e: kleinindustrie met een jaarver
bruik van vaste brandstoffen van minder
dan 240 ton en niet behoorende tot de groe
pen a, b, c en d.
Een uitzondering op het verbod geldt
voor de bij het rijkskolenbureau als „groot
industrie" ingeschreven verbruikers met
een jaarverbruik van 240 ton of meer. Deze
categorie van industrieele verbruikers zal
dus ook gedurende de periode van.30 Sep
tember tot en met 8 October de haar door
het rijkskolenbureau toegewezen hoeveel
heid vaste brandstoffen kunnen betrekken.
Van het verbod kan door het rijkskolen
bureau te 's-Gravenhage of een door dit
bureau aan te wijzen instantie dispensatie
worden verleend.
Verder wordt medegedeeld, dat de plaat
selijke distributiediensten op nader bekend
te maken wjjze en tgdstip de verbruikers
behoorende tot de groepen a, b, c en d in
het bezit zullen stellen van formulieren
„voorraadopgave vaste brandstoffen",
waarop door de verbruikers de per 29 Sep
tember 1940 aanwezige voorraad Vaste
brandstoffen (gesplitst naar soorten, in
clusief turf) en huishoudbrandolie, moeten
worden ingevuld. Onder huisbrandolie
wordt in dit verband verstaan: huisbrand
olie, dunne en dikke stookolie, voor zoover
bestemd voor verwarmingsdóeleinden.
Deze voorraadopgaven moeten door de
betreffende verbruikers op door de distri
butiediensten plaatselijk bekend te maken
data, gedurende de periode van 30 Septem
ber tot en met 8 October 1940 bij deze dien
sten worden ingeleverd ter verkrijging van
de voor de brandstoffendistributie benoo-
digde bescheiden.
De aandacht wordt er nog op gevestigd,
dat zoogenaamde „vrije kolen" niet bestaan,
zoodat alle vaste brandstoffen, onder welke
beschrijving deze ook zijn, of worden aange
boden, onder het afleveringsverbod en on
der de verplichte voorraad opgave vallen.
Voorts zjj vermeld, dat op de door de ver
bruikers gedane voorraadopgave controle
zal worden uitgeoefend.
Aan bepaajde verbruikers, behoorende
tot de groepen b, c, d en e zullen door een
DE PRINCIPIEELE
BETEEKENIS VAN DE
ASBESPREKÜNGEN.
Het Hamburger Fremdenblatt over de
conferentie van Rome.
In verband met de besprekingen van
den- rijksminister van buitenlandsche za
ken te Rome, wijst het „Hamburger
Fremdenblatt" op de principieele betee
kenis van de conferenties der verbonden
naties in het tegenwoordige oogenblik.
Het blad schrijft, dat het Britsche univer
salisme, wiens overzeesche heerschappij
steunt op de onzichtbare omsingeling van
alle mogendheden, op het Europeesche
vasteland door den ring van de Britsche
vloot, een duidelijke militaire autoriteit
van Groot Brittannië in de wateren van
het moederland en van d'e Middellandsche
Zee vereischt. Het moet echter het doel
van Duitschland en Italië zijn, zoo con
stateert het blad, in beide gebieden de
bases voor de Britsche aanspraak op
macht terzijde te stellen, dat is een be
slissende phase, waarin het oorlogsgebeu
ren is gekomen. Hieruit volgt tevens met
onafwijsbare logica, dat de politieke
vraagstukken van de Europeesche nieuwe
ordening ten nauwste verbonden zijn met
de nieuwe ordening in de Middellandsche
Zee en ten slotte ook met die in Afrika.
Eindelijk is het -einde van het tijdperk,
waarin de steunpunten van het Britsche
imperium in de Middellandsche Zee alle
betrokken staten, hetzij Egypte of Spanje,
Frankrijk of Italië tot kostgangers van de
Britsche welwillendheid degradeeren in
zicht gekomen.
Het bevriende Spanje, dat reeds sedert
maanden zijn neutraliteit veranderd heeft
in een toestand van niet-oorlogvoerend,
zoo schrijft het blad verder, verschijnt
thans op het hoogtepunt van het geheele
conflict als een land, dat na de vrije keuze
van zijn belangen en in overeenstemming
met zijn politieke wereldbeschouwing zgn
plaats aan de zijde der spilmogendheden
zoekt. De ontwikkeling van de betrek
kingen met Berlijn en Rome kan op een
andere wijze nauwelijks uitgelegd wor
den. Het Afrikaansche continent is in his
torisch, geographisch, strategisch en ko-
lonisatorisch opzicht een onderdeel van
de Europeesche statenwereld. Dezelfde,
van Engeland bevrgde, atmosfeer, die het
Europa van de toekomst zal kenmerken,
zal ook de Afrikaansche volken vrijer
laten ademen.
door het Rijkskolenbureau aan te wijzen
instantie, tegen betaling van 1,plus
eventueele portokosten, zoogenaamde iden
titeitskaarten worden uitgereikt, welke
door de houders bij het in ontvangst nemen
van de distributiebescheiden bij de plaat
selijke distributiediensten voor identifi
catie en ter waarmerking moeten worden
overgelegd.