Verschijnselen en bestrijding der
aardappelziekte.
f
e upin
De invloed van het weer is van de
allergrootste beteekenis.
Geregeld gaan er den laasten tijd S.O.S.-
berichten uit, vanwege den plantenziekten-
liundigen dienst te Wageningen, berichten,
die tot onderwerp hebben de by alle land
bouwers bekende en gevreesde aardappel
ziekte (Phytophthora infestans). Zoowel
op zand-, veen- als kleigronden treedt de
ziekte in hevige mate op, terwyl in tal van
gevallen ook de knollen aangetast worden.
Wat is de oorzaak, welke zijn de verschijn
selen, en hoe dient de bestrijding ter hand
te worden genomen? Ziedaar drie vragen,
welke wy hebben voorgelegd aan den plan-
tenziektenkundigen dienst, waar men gaar
ne bereid bleek, ons hieromtrent een en
ander mee te deelen.
Vrijwel elk jaar hebben we te maken
met de aardappelziekte, maar vooral als
het weer in het algemeen warm en vochtig
is, breidt de ziekte zich sterk uit. Zij wordt
veroorzaakt door een schimmel, die vooral
de bladeren, maar ook de stengels en de
knollen aantast, en door middel van de
sporen verbreidt de ziekte zich van de
eene plant naar de andere. Het is verba
zingwekkend, hoe snel die verbreiding kan
gaan in enkele dagen trjds kan een heel
aardappelveld totaal verwoest worden, en
men kan langs zoo'n veld wandelende, rui
ken, dat het werd aangetast.
„Welke zijn de verschijnselen van de
aardappelziekte
„Wanneer de bladeren aangetast worden,
ontstaan daarop bruine vlekken bij warm
en vochtig weer ziet men aan den onder
kant een witachtig schimmelpluis op de
scheiding van het gezonde en het bruin
geworden weefsel. De stengelaantasting
komt veel minder voor ook hier ontstaan
bruine vlekken, waarin weldra rotting op
treedt alles wat boven de plek zich be
vindt, verwelkt. Ten slotte de knollen zelf.
Met het regenwater dringen de op den
grond gevallen sporen van de schimmel de
aarde in, en komen dan op de knollen
terecht, waarin zij eveneens bruine, eenigs-
zins weeke plekken veroorzaken, die bij
alle huisvrouwen welbekend zyn. Men
spreekt in dit geval wel van het „kwaad"
in de aardappelen.
INVLOED VAN HET WEER.
De menschen van de praktijk wisten al
jarenlang, dat bepaalde weersomstandig
heden het optreden van de aardappelziekte
bevorderen bij warm en tevens vochtig
weer was het meestal oppassen. In het
Meterologisch Instituut te Den Bilt is men
deze kwestie nader gaan onderzoeken, en
ten slotte heeft prof. dr. E. van Everdingen
de weersfactoren vastgesteld, waaraan vol
daan moest worden, wilde de ziekte optre
den. Zijn onderzoek leidde tot de vaststel
ling van zoogenaamde kritische dagen,
welke aan de volgende eischen moesten
voldoen
1. Gedurende den nacht mag de tempe
ratuur niet beneden 10 gr. C. 50 gr. F.)
dalen
2. er moet dien nacht gedurende minstens
4 uren dauw optreden
3. den volgenden dag moet de bewolking
minstens 0.8 bedragen
4. dien dag moet er minstens 0.1 m.M.
regen vallen.
Op deze gronden zijn de waarschuwin
gen gebaseerd, welke geregeld vanwege het
K.N.M.I. te De Bilt door middel van de
radio en de dagbladen worden verspreid,
en waarin de landbouwers aanleiding kun
nen vinden, om tot bespuiting van hun
gewassen over te gaan.
BESTRIJDINGSMIDDELEN.
Wat de middelen ter bestrijding betreft
dient men er wel rekening mee te houden,
dat er eigenlijk van bestrijding geen spra
ke is, maar alleen van voorkoming, of
hoogstens stuiting van de ziekte. Men ge
bruikt daarvoor hoofdzakelijk de Bordeaux-
sche of Bourgondische pap, eventueel de ïn
den handel verkrijgbare, direct voor het
gebruik gereed zijnde vervangmiödelen
daarvoor de eerste is een samenvoeging
van kopersulfaat, kalk en water, de laat
ste een mengsel van kopersulfaat, water
vree soda en water. Door met deze oplos
singen te spuiten, bereikt men, dat de
schimmel, die het koper opneemt, zichzelf
vernietigt.
Nu wordt er wel eens geredeneerd, dat
als men de gewassen driemaal bespoten
heeft, men een voldoende waarborg tegen
de ziekte heeft verkregen, maar dat is ab
soluut onjuist. Het hangt heelemaal van de
omstandigheden, van den aard van het ge
was en van het weer, af, hoeveel maal men
spuiten moet. De beste methode is, de
planten vanaf het tydstip, dat het gewas
zich aaneen gaat sluiten of eerder in
verband met de waarschuwingen van de
Bilt regelmatig met een laagje pap te
bedekken. Ook het nieuw gevormde loof
moet steeds weer beschermd worden. Zoo
kan het zelfs voorkomen, bijv. by sterken
regenval direct na het spuiten, dat een
zelfde gewas in één week tijds tweemaal
bespoten moet worden. En ook dient men
er voor te waken, de bespuiting te vroeg in
het seizoen te eindigen.
Goed resultaat ter voorkoming van het
optreden der ziekte in de knollen kan men
vaak ook bereiken door het dood spuiten
van het gewas, waartoe men o.a. gebruik
maakt van een vyf procents oplossing van
kopersulfaat. Men bereikt hiermee, dat het
gewas gedeeltelijk afsterft, waardoor het
overblijvende gedeelte meer open wordt, er
geen broedeierige atmosfeer ontstaat en de
grond eerder opdroogt. En dit alles werkt
remmend op de voortschrijding der aard
appelziekte.
Ten slotte nog iets over het rooien der
knollen. Het is noodzakelijk, ter beperking
van het euvel, dat men de knollen rooit bij
droog weer, en bovendien bij drogen grond.
Er zijn wel menschen, die denken, dat als
het niet regent, men gerust kan rooien,
maar men zal er terdege op hebben te let
ten, dat de grond zelf ook goed droog is.
Verder is het allerminst aan te bevelen; de
aardappelhoopen te bedekken met loof,
zelfs al geschiedt dit slechts tydelyk. De
sporen, die zich wellicht in het loof bevin
den, kunnen dan onmiddellijk op de knollen
zelf overgaan, en daarin nog weer groote
verwoestingen aanrichten.
VRAGEN OM ADVIES.
Dat er op dit gebied ook schriftelyk heel
wat voorlichting wordt gegeven, blijkt uit
het lijvige dossier, dat ons getoond werd,
waarin alle correspondentie over aardap
pelziekten over dit jaar opgeborgen zit. Te
betreuren is het, dat, gelijk uit tal van
brieven blijkt, velen totaal niet op de hoog
te zijn met de bestrydingsmiddelen, en pas
nu, veel te laat, zich tot den plantenziek-
tenkundigen dienst hebben gewend. Uit
alle deelen van het land, uit Groningen en
Zeeland, uit Limburg en Noord-Holland,
stroomen brieven naar Wageningen, waar
in een beschrijving wordt gegeven van
typische bruine vlekken op het loof of de
stengels van het aardappelgewas. En stee
vast luidt het antwoord uw gewas is aan
getast door de aardappelziekte. Vroegtijdig
spuiten ware gewenscht geweest. Is dit
niet geschiedt, dan doet u het beste, de
aardappelen in den grond te laten uitzie
ken, en ze te rooien, wanneer het droog
weer is, en de grond goed is opgedroogd.
Maar wie verstandig is, en goed zijn vak
bladen leest, weet, dat hij al in het begin
van den zomer met bespuiten moet begin
nen, want de aardappelziekte kan men niet
genezen, alleen voorkomen, of indien dat
niet mogelijk blykt, stuiten in haar funeste
ontwikkeling.
Wisselvallig koersverloop op de
Amsterdamsche effectenbeurs.
Goede belangstelling. Wisselvallig koers
verloop. Beleggingen kalm. Amerikanen
stil.
De belangstelling, die den laatsten tyd
voor de fondsenmarkt aan den dag werd
gelegd, was gisteren bjj het begin van de
week nog niet verdwenen. De handel was
wel niet omvangryk, maar in verscheidene
afdeelingen ging toch aardig wat om. Aan
vankelijk bestond een vaste stemming,
tenminste werden verscheidene fondsensoor
ten op een hooger niveau afgehandeld.
Maar ook thans zat er weer geen vaste
lijn in de markt
Middenbeurs trad hior en daar een re
actie in, en het koersverloop bleef nadien
onregelmatig. Goede belangstelling werd
aan den dag gelegd vo r Aku's, die weder
om druk werden verhandeld.
De Philips aandeelen zakten na Vaste
opening eenige procenten in, Unilevers wa
ren weinig veranderd. Voor divei'se minder
courante Nederlandsche industrieels aan
deelen bestond kalmaan eenige vraag.
Vrij flinke omzetten konden worden op
gemerkt in de scheepvaartrubriek. Per sal
do kon weer en winst worden geboekt.
Een uitgesproken vaste stemming be
stond voor de Tabakken. In enkele Deli-
aandeelen were", geregeld zaken gedaan, en
daarby kon over de geheele linie een flin
ke koersverbetering w rden waargenomen,
waarbij vooral oude deli's aan den kop
stonden. De affaire in suikerfondsen was
beperkt. H.V.A's waren overigens vast ge
stemd. Rubberaandeelen waren door elkan
der genomen goed gedisponeerd. Op de pe-
troleummarkt bestond aanvankelijk een
aangename tendenz voor koninklijke, die
tot 194 procent op:-epen, waarna echter
een reactie van eenige procenter, kon wor
den geconstateerd.
De beleggingsmarat was kalm. De Ne
derlandsche staatspapieren waren niet veel
veranderd. _>e obligatien uit de jongere
emissies ware eerder iets luier, terwijl de
oude schuld daarentegen goed pryshoudenu
was en ook de obligaties Nederlandsch-In-
dië zich gemaickelylc konden handhaven.
De handel in Amerikaansche waarden
was stil. De koersbev eging was onregel
matig.
Nederland le Ing. 1940
dito 2e lng. 1940
dito met bel. fac. 1940
dito 1000 1938(3%)
Indië a 1000 1937
A. Van Berkels Pat.
C. Calvé Delft
A, Lever Bros en Unilever
A. Philips Gloeil. Gem. B.
A. Kon. Petroleum
A. Handelsver. A'dam
A. Ned. Ind. Suiker U
A. Deli Batavia My.
C. Deli Maatschappij
A. Senembah My.
A. Amsterdam Rubb C.
Prolongatie 3.
Koersen van nog niet tot de officieele
noteering toegelaten fondsen, waarvan
publicatie by besluit van den wnd. secre
taris-generaal, wnd. hoofd van het depar
tement van financiën, is toegestaan.
Aandeelen:
Ned. Scheepvaart Unie 124% gb30 gl.
Anaconda copper 19ty16.
Bethlehem steel 60%.
Shell Union 8% gb
Hervatting handelsverkeer
tusschen Zweden en Nederland
Het D.N.B. meldt uit Stockholm Het
Zweedsche ministerie van buitenlandsche
zaken deelt mede, dat maatregelen geno
men zijn om een hervatting van het han
dels- en betalingsverkeer tusschen Zwe
den en Nederland in beperkte mate moge
lijk te maken. Naar uitdrukkelijk wordt
vastgesteld, zal het hierbij slechts om
een voorloopigen maatregel gaan, daar in
September onderhandelingen voor een
blijvende regeling van het handelsverkeer
tusschen Zweden en Nederland geopend
zullen worden.
UITGEVERIJ EN HANDEL IN
DRUKWERKEN.
Vestigingsplannen en wezenlijke
organisatie-veranderingen
behoeven de goedkeuring van
den rijkscommissaris.
Blijkens een gisterochtend versohenen
verordening van den rijkscommissaris voor
het bezette Nederlandsche gebied betref
fende den handel in drukwerken is bepaald,
dat: het ten uitvoer leggen van plannen
op elk gebied van het uitgeven of vervaar
digen van, of handel in drukwerken de
goedkeuring behoeft van den rijkscommis
saris voor het bezette Nederlandsche ge
bied. Als plannen worden in het bijzonder
beschouwd nieuwe vestigingen, wezenlijke
veranderingen in de organisatie, de doel
stelling en de verspreiding van boeken
en periodiek verschijnende drukwerken,
verder veranderingen in den titel, sa
mensmeltingen, alsmede uitbreiding van
de reclame buiten het tot dusver bestaande
verspreidingsgebied, veranderingen in den
tyd en de menigvuldigheid van verschijning,
het invoeren van uitgaven voor een be
paald gebied of van bijlagen.
Verzoeken om toestemming overeenkom
stig het voorgaande moeten bevatten:
1. Een nauwkeurige omschrijving van
het plan;
2. Nauwkeurige gegevens betreffende
de schrijvers, drukkers en uitgevers, verder
betreffende den eigenaar of bestuurder van
de uitgeverij, alsmede betreffende de uit
geverij zelf.
Hij die een plan, als hiervoren bedoeld,
ten uitvoer legt, zonder van te voren de
vereischte toestemming te hebben verkre
gen, wordt gestraft met gevangenisstraf
van ten hoogste twee jaren er geldboete
van ten hoogste twee duizend gulden, of
met een dezer straffen.
De handeling, bedoeld in het vorige lid
is een misdrijf.
Deze verordening treedt in werking op
den dag van haar afkondiging.
Belgische verontwaardiging over
den Engelschen luchtaanval op
Brussel.
De luchtaanval, dien de Engelschen in
den nacht van 17 op 18 Augustus op de
binnenstad van Brussel hebben onderno
men en waarvan een aantal burgers, on
der wie vrouwen en kinderen, het slacht
offer is geworden, wordt door de Bel
gische pers met verontwaardiging bespro
ken. De „Nation Beige" noemt den aan
val „een laaghartige misdaad der Engel
schen, gepleegd op de Belgische hoofd
stad", die uitdrukkelijk tot open stad ver
klaard is. Deze snoode daad bewijst op
nieuw, dat Duitschland in zijn recht is,
wanneer het eens en voor al een einde wil
maken aan de Britsche barbaarschheid.
De „Soir" spreekt van „een laffe en
brutale boevenstreek", dat te gemeener is,
daar zich in het centrum van de stad geen
enkel gebouw van militaire beteekenis be
vindt. Alle bladen schrijven, dat de Bel
gische politie en brandweer op voorbeel
dige wyze zyn geholpen door Duitsche
soldaten.
Finland zal geen honger hebben.
De Finsche minister-president Ryti en
de vroegere minister voor de volksvoorzie
ning, Tanner, hebben redevoeringen over
den economischen toestand van Finland
gehouden. Ryti constateerde, dat door de
demobilisatie van het leger werkkrachten
voor den herbouw vrijgekomen zijn. Zelfs
by de moeilijke economische positie van
het land, welks herstel in hoofdzaak van
den buitenlandschen handel afhankelijk is,
behoeft den komenden winter niemand
voor honger te vreezen. Weridoosheid van
grooten omvang behoeft niet verwacht te
worden.
Tanner wees er op, dat de buitenland
sche handel een concentreerende organisa
tie eischt en deelde mede, dat daarom een
bureau voor de centrale leiding van den
buitenlandschen handel opgericht zal
worden.
Onze Bureaux zijn gevestigd
MIDDELBURG
BIERKAAI IJ Radacüe: Tel. 269
II Admlnlstr.Tel.139
VLISS1NGEM
Redactie en Adm.: Wglstraat 58-60
Telefoon 10 (2 lijnen)
GOES
Redactie en Adm.: Turfkade 15
Telefoon 2863
SOUBURG
Kanaalstraat 45, Telefoon 35
BRESKEHS
Dorpsstraat 35, Telefoon 211
S
DE ONDERGANG VAN DE
GLORIOUS.
1204 slachtoffers.
Het D.N.B. meldt uit Londen De Brit
sche admiraliteit heeft thans de verliezen
bekend gemaakt, ten gevolge van den on
dergang van het vliegtuigmoederschip
„Glorious", dat in Juni voor de Noorsche
kust werd vernietigd. Bekend gemaakt is,
dat 1204 man zijn omgekomen, waaronder
de commandant, kapitein G. Doyly Hughes.
TALRIJKE ARRESTATIES IN
EGYPTE.
Het D.N.B. meldt van de Egyptische
grens De Britsche militaire autoriteiten
hebben tot dusverre meer dan 2000 Egyp-
tenaren in het geheele land gearresteerd,
die ervan verdacht worden „de openbare
veiligheid in gevaar te brengen". De gear
resteerden zyn overgebracht naar concen
tratiekampen in het zuiden van het schier
eiland Sinaï. Zij zullen daar grondarbeid
en dergelijken moeten verrichten. In alle
steden en dorpen duren de arrestaties
voort.
Britsche duikboot verloren
geacht.
De Britsche admiraliteit heeft het vol
gende communiqué uitgegeven
Tot ons leedwezen moeten wij mededee-
len, dat de onderzeeboot „Orpheus" aan-
zienlyke vertraging heeft en waarschyn-
lijk als verloren moet worden beschouwd.
De verwanten der opvarenden zyn verwit
tigd.
DUIZENDEN CHINEESCHE DORPEN
DOOR OVERSTROOMINGEN
VERWOEST.
Honderdduizenden personen in
levensgevaar.
De zware regenva* van den laatsten tyd
heeft in China opnieuw groote overstroo
mingen veroorzaakt. Uit Kaifeng wordt ge
meld, dat de dijken van de rivier Hoangho
op tal van plaatsen bezweken zyn. Een reus
achtig gebieu is daardoor overstroomd,
waarbij d'iL-enden dorpen ve. woest zijn. De
geheele oogst j an d' geteisterde streken is
aan de vernietiging prysgegeven. Honderd
duizenden menschen verkeeren in levensge
vaar. Een k, oote stroom vluchtelingen
tracht zich elders in veiligheid te brengen.
Men nee aan, dat een groot antal per
sonen het slachtoffer van de overstrooming
zijn geworden. -Jen vreest bovendien, dat de
vloed nog zal aanhouden en de ramp nog
erger zal worden.
4
98
4
91%
4
98
3
77%
33
65
79%
158-54
195-90 y2
340-344
200
133-30
197%-94
153-50
184%-82%
Iidoor
JOHNSTON Mc.CULLE7
„Daar zegt u iets. Ik zou vanavond
graag eens ernstig met u praten. Ik ben
bijna zoover, dat ik plannen meen te
moeten maken, om een huishouden te
stichten."
„Goeie genade! Vergaat de wereld soms
binnenkort?"
„Er zal niet veel anders voor me opzit
ten. Ik ga nog dood van eindelooze verve
ling zoo alleen. Ik dacht, dat u misschien
wel een geschikte party voor me wist. Een
meisje, waar wat leven in zit, waarmee je
nu en dan eens kunt kibbelen, zoodat het
geen saaie boel wordt. Ik praat er van
avond nog wel verder over."
Hy verliet zyn gastvrouw en ging de
verschillende vertrekken door, maakte
overal een praatje, maar bleef nergens
lang. Hij zocht naar het meisje, dat hy op
het grasveld voor het huis gezien had. Ze
scheen niet in de balzaal te zyn en ook
niet in de groote hal. Ze was niet in de
plantenkassen en dus ging Warwik weer
naar hoven en daar ontmoette hij haar.
Ze kwam uit de damesgarderobe.
„Die heeft natuurlijk een en ander aan
sieraden weten te gappen," dacht Warwik.
„Anders een drommels knap meisje."
Hy volgde haa.r onopmerkelijk en zag,
dat ze in een hoek van de hal ging zit
ten, als was ze moe van het dansen en
wachtte ze op iemand. Warwik liep naar
haar toe.
„Zin om te dansen juffrouw Jones?"
vroeg hij.
„Ikheetneemt u me niet kwa
lijk, ik heet geen. Jones."
„Och, wat doet dat ertoe? Mijn naam
is Pohn Warwik. We zijn nooit aan elkaar
voorgesteld, geloof ik, maar het feit, dat
we hier allebei als gast zijn, is introductie
genoeg, dunkt me."
„Natuurlijk. Mijn naam is Gordon."
„Mag ik "u ten dans vragen, juffrouw
Gordon?"
„Graag, mijnheer Warwik."
Ze dansten samen en Warwik vond, dat
ze het uitstekend deed. Ze dansten nog
maals en toen hij opmerkte, dat haar pro
gramma niet volgeschreven stond, ant
woordde zij, pas laat gekomen te zijn en
bijna niemand te kennen, omdat ze eerst
kort geleden uit Philadelphia gekomen
was en dat ze haar tante, met wie ze mee
gekomen was, nergens kon vinden.
„Wat hindert dat?" zei Warwik. „Zullen
we wat op de veranda gaan zitten?"
Ze vonden een rustig hoekje in de scha
duw.
„Ik begryp werkelijk niet, hoe u van
plan bent het te doen," zei hy opeens.
„Wat te doen, mynheer Warwik?"
„Die Drie Driehoeken van mevrouw
Dwlght."
Ze keek hem angstig aan. „Maar
maarhoe bedoelt u dat?" vroeg ze.
„Toe houdt u nu maar niet zoo," zei hy.
„Ik houd niet van tooneelspel buiten den
schouwburg. U moet weten, dat ik achter
dien seringenstruik zat, toen u dat belang
wekkende gesprek i.iet dien boef hadt."
Ze staarde hem met groote angstoogen
aan.
„Het is duidelyk, dat u nog een nieuwe
ling bent," zei hij. „Anders zoudt u nu
lachen en beweren, dat ik een grapje
maakte, of anders zeggen, dat ik me ver
giste en iemand anders gezien had. Ik ben
u dankbaar, dat u die afgezaagde uit-
vluchtjes niet gebruikt."
„Ik...... ik begryp u heusch niet
„Voor wien werkt u en waarom bent u
er zoo op gebrand, die juweelen van me
vrouw Dwigh'; in handen te krijgen?"
vroeg hy.
„Stelt u uzelf nu niet een beetje be-
lachelyk aan?"
„Het is nu te laat voor dergelijke vra
gen, waarde jonge dame. Daar hadt u mee
moeten beginnen."
„Watwat bent u dan van plan te
doen?" vroeg ze met trillende stem.
„Ik weet toevallig, dat u de juweelen
nog niet gestolen hebt, want zooeven zag
ik mevrouw Dwight ze nog dragen. Ik
kan u slechts van de bedoeling beschul
digen. Maar er zyn nog andere dingen.
Hoe komt u hier eigenlyk?"
„Ik heb een uitnoodiging gekregen?"
„Gestolen?"
„Nee; op verzoek van een vriendin van
mevrouw Dwight Is me die toegezonden."
„Ah zoo! Dus u hebt haar vriendin be
drogen?"
„Ikik geloof van welin elk ge
val, ik heb een uitnoodiging gehad en er
Is iemand bereid, voor me in te staan, als
u onaangenaamheden wilt maken."
„O zoo, is d£t de kwestie En u bent een
drommels knap meisje en iedereen zou me
een bruut vinden, indien ik u onaange
naamheden bezorgde. Heel handig
maar erg ouderwetsch."
„En nu, mynheer Warwik, mag ik u wel
danken voor die twee prettige dansen," zei
het meisje opstaande.
„Gaat u er nu vandoor? Zeker om een
gelegenheid af te wachten? Ik zal u na
tuurlijk goed in het oog houden. En dat is
vervelend. Waarom waagt u zulke gevaar-
lyke dingen, als ilc vragen mag."
„U moogt het vragen, maar ik geef er
geen antwoord op," antwoordde zy.
„Er schynt een geheim aan die Drie
Driehoeken verbonden te zyn."
„Lost u het maar op!" zei ze.
„Daar kon ik wel eens zin in krygen,
jongedame. Moet u heusch weg? Misschien
is het beter van niet. Kijkt u eens over de
veranda heen! Daar in die donkere scha
duwen! Daar staat uw vriend ons al een
paar minuten af te luisteren."
„Het meisje uitte een kreet van schrik.
Warwik was met één sprong over de balu
strade en greep naar een jaspand van den
wegvluchtenden man. Doch deze wist te
ontkomen. Warwik haalde hem toch in,
voordat hij het grasperk ever was.
„Zoo, dus op slot van zaken ben je niet
weggegaan," zei hy, den man bij zijn keel
grijpend. „Ik zal je dus nog eens door
elkaar moeten rammelen.'
Te laat bemerkte Warwik, dat hy in een
hinderlaag gelokt was. Achter een boschje
sprongen twee mannen te voorschijn en
grepen hem aan. John Warwik liet zich
echter niet zoo gemakkeiyk overmeeste
ren. Zyn slagen kwamen hard aan en
spoedig lag een der kerels tegen den
grond. Daarna rekende hy met den an
dere af. Hy ontwrong hem zijn revolver
en sloeg hem daarmee neer. Vervolgens
trok hij den man, dien hy-me. het meisje
had hooren praten van den grond op.
„Maak dat je wegkomt!" snauwde hy hem
toe. Hy liet hem los en de man nam de
beenen. Warwik keek naar de twee bewus-
telooze gedaanten, sloeg zyn handen af
en keerde naar het huls terug. Het meis
je had geen alarm gemaakt en binnen
scheen men niets van het gevecht bemerkt
te hebben. Hy ging naar de achterzyde
van het huls en liep by den butler bin
nen, die juist bezig was voor het souper
te zorgen. De man keek hem verbluft
aan.
„Ilc heb daarnet een stelletje zwervers
weggejaagd, ouwe jongen," zei Warwik.
„Zeg er niets van tegen meneer. Het heeft
geen zin, het feest te storen. Schuier me
alleen maar wat af. En kyk eens, of je
een andere das voor me hebt. Deze is vuil
geworden."
„Zal ik de politie opbellen mynheer?"
„Nergens voor noodig. Praat cr niet
meer over."
„Goed meneer," antwoordde de butler,
zyn fooi beleefd opstrykend. Enkele mi
nuten later kwam Warwik weer glim
lachend de balzaal binnen. Hy vond het
meisje in den hoek van de plantenkas zit
ten en zag haar schrikken, toen hy naar
haar toekwam.
„Nee, ik lig niet bewusteloos op het
gras," stelde hij haar gerust. „Er waren
maar drie van uw vrienden by betrok
kenen dat was niet genoeg. De heb
hen niet al te erg mishandeld."
„En wat nu?" vroeg ze.
„Ik stel me zoo voor, dat het wonderlyk
goed te pas zou Icomen, als u nu verschrilc-
kelyk hoofdpyn kreeg en u genoopt voel
de dadeiy'k naar huis terug te keeren.
Doet u dat niet, dan zal ik verder den
heelen avond u ten dans moeten vragen.
Dat zou ik heel prettig vinden, maar het
zou de aandacht op u vestigen. U moet
weten, dat ik nog al populair ben en juist
vanavond tegen onze gastvrouw de op
merking heb gemaakt, dat ik van plan
was, een eigen huishouden te stichten. On-
getwyfeld heeft dat nieuwtje de ronde al
gedaan. Wordt ilc nu voortdurend in uw
gezelschap gezien
„Dan zullen ze denken, dat ik het
meisje ben, in wie u belang stelt?"
„Juist. En dan wordt er naar u ge
vraagd. Misschien ontdekt men, dat u
hier ondervry twijfelachtige omstan
digheden bent binnengekomen. Hebt u al
erge hoofdpyn?"
„Rc veronderstel, dat u erg slim denkt
te zyn."
„Goeie hemel, ilc hoop van niet. Ieder
een kan slim wezen."
„En denkt u, dat ik hiervandaan zal
gaan
„Nou, dan moesten we samen maar
gaan dansen. Het is jammer urn die goede
muziek voorby te laten gaan.
„Hoe laat is het?" vroeg ze.
„Kwart over rif."
(Wordt vervolgd)'.