Wat de Nederlandsche Unie beoogt.
De laatste bus
Tweede Blad
PROVINCIALE ZEEUWSCHE COURANT
Werkelijke gemeenschapszin en werkelijke
offervaardigheid moeten richtsnoer zijn.
In de eerste week van haar bestaan zijn
de Nederlandsche Unie van vele zijden vra
gen gesteld, ook uit perskringen, die zij
Zaterdag bij monde van mr. J. Linthorst
Homan' in. een. persbespreking heeft be
antwoord.
Een der voornaamste vraagstukken is
het vraagstuk der adhaesiebetuigingen en
lidmaatschappen, aldus de heer Lintman
Homan. Het getal der adhaesiebetuigingen
is enorm, terwijl uit alle deelen des lands
nog nadere adhaesiebetuigingen op komst
zijn. Het aantal is niet meer te schatten,
doch getallen, als den laatsten tijd in de
pers zijn genoemd, zijn niet van den N.U.
afkomstig. Aan ieder, die adhaesie betuigt,
wordt sinds een paar dagen een aanmel-
dingskaart voor het lidmaatschap gezon
den. De hierop gevolgde stroom van aan
meldingen loopt in toenemende snelheid
dooi'. Het is echter noodzakelijk, dat hier
openlijk wordt gezegd, dat de Nederland
sche' Unie de adhaesiebetuigingen wel als
blijken van waardeering weet op prijs te
stellen, doch dat zij zeer goed inziet, dat
vooral collectieve adhaesiebetuigingen zeer
weinig zeggen omdat tenslotte de persoon
lijke inzet voor het vaderlandsche ideaal
het eenige waardevolle is. Het is gemak
kelijk, uit deze of gene overweging ad
haesie te betuigen, doch het is noodzake
lijk, dat men overal in het land inziet, dat
de Nederlandsche Unie pas echte en ware
beteekenis zal hebben zoodra zij weet,
dat zij bestaat uit leden, die ieder voor
zich bereid zijn tot werkelijken gemeen
schapszin en werkelijke offervaardigheid
voor land en volle. Laat men ovex-al goed
bedenken, dat men hier niet te doen heeft
met een verkapt behoud van het oude
systeem, doch met een werkelijk en aan
stonds daadwerkelijk idealisme voor een
beter en sterker Nederlanderschap voor
allen. Wie zich hier aanmeldt uit tegenzin
tegen een andere strooming docil zonder
frissche gezindheid ot nieuw leven in
Nederland, is aan het verkeerde adres.
Waarschijnlijk zullen verschillende adhae
siebetuigingen op deze wijze blijken hol
en voos te zijn. Hier is inderdaad plaats
voor een ernstige waarschuwing reeds
in het begin.
De collectieve adhaesiebetuigingen.
Toch hebben ook de collectieve adhaesie
betuigingen, sommige tegen het advies van
vroegere politieke leiders in, haar groote
waarde als uiting van de behoefte om uit
het vroegere isolement te treden in het
nieuwe werk voor de Nederlandsche volks
gemeenschap, aldus vervolgde de heer
Linthorst Homan. Dat zal dan echter in
ieder geval werkelijk moeten blijken, waar
voor alleen het doelbewuste louter parti
culiere lidmaatschap open voor ieder,
die als Nedex'lander is geboren en die den
leeftijd van 18 jar heeft bereikt de
weg is. Dat de collectieve adhaesiebetui
gingen uiting zouden zijn van de bedekte
actie om in de Nedei'landsche Unie het
oude politieke stelsel te behouden, dus een
gedachte van een soort openbare schuil
plaats, is te eenenmale onjuist. Deze on
juistheid blijkt uit het thans bekend ge
worden politieke advies van verschillende
politieke voox-mannen, die tot onthouding
adviseeren. Dit advies zal echter niet de
oude kracht van vroeger hebben, daar een
ding in de afgeloopen week wel overdui
delijk is gebleken: de wil tot sterke een
heid en gemeenschapszin is in alle kringen
zoo sterk, dat hy niet meer te stuiten is.
De wil tot verjonging in geheel het volk,
is reeds veel sterker, dan do Nederland
sche Unie aanvankelijk had durven hopen.
Geen reactionaine groep.
Dan is de veronderstelling geopend, dat
de Nedei'landsche Unie een reactionaire
groep zou zijn. Het bovenstaande en ook
haar gepubliceerde sociaal-economisch pro
gramma spreken echter duidelijk uit de
toelichtingen op de verschillende program
mapunten, welke binnenkort in brochure
vorm zullen verschijnen, en voorts uit de
samenstelling van den raad van bijstand
welke biimenkort zal worden bekend ge
maakt. Bij dit laatste zal ook de sterke
wil blijken tot het samengaan met zoo
veel mogelijke groepeeringen en kringen
uit het maatschappelijk leven.
Wie zich niet geheel achter het gepu
bliceerde programma kan stellen houde
zich afzijdig. Over korten tijd zal de Ne
derlandsche meldingen concludeeren, hoe-
velen uit ons vlok de door haar uitgedra
gen pi-ogramma-punten onderschiijven. De
ze conclusie zal op haar houding van
grooten invloed zijn. Dat de dx-ie bewind
hebbers ieder voor zich de werkelijke
krachtige vernieuwing in ons volk reeds
jaren lang voorstaan, is aan ieder' uit
hun omgeving bekend. Dat in deze tijden
de beslissing over de volksmeening in dit
opzicht zal vallen, ligt in de lijn der ge
beurtenissen. Niet de adhaesies, hoe goed
ook gemeend, doch de eerlijke en opoffe
ringsgezinde lidmaatschapsaanmeldingen
zullen moeten spreken.
Deze nieuwe eigen kracht van het Ne
derlandsche volk moet tot stand komen,
hoe ook de afloop van den oorlog zij en
geheel los van den oox-log. Nederland als
land en als volk moet meer gehard, meer
stevig, meer krachtig in zichzelf zijn, om
zoowel in moeilijkheden als in voox-spoed
als hecht geheel te kunnen voortleven.
Deze sterke wil moet bij iederen Neder
lander persoonlijk worden gekweekt en tot
gelding gebracht. Met open werkelijkheids
zin, met gi'oote opoffex-ingswil ten bate van
het eigen volk, met loslating van verou
derde gewoonten, wil de Nederlandsche
Unie dit werk ter hand nemen.
Definitief bureau.
Tenslotte deelde mr. Linthorst Homan
mede, dat inmiddels ook het definitieve
bux'eau tot stand is gekomen. Het wordt
dezer dagen geopend in Alexanderstraat
11, Den Haag. Nog enkele dagen blijft het
bureau gevestigd Alexanderstraat 20, met
behulp van de voorloopige vrijwillige rnede-
werkers. Provinciaal en plaatselijk komt
ook binnenkort alles tot stand, vele be
sprekingen hierover in geheel het land
zijn reeds gaande.
Beantwoording van vragen.
Na deze inleiding werden nog verschil
lende vragen gesteld, die óf door den heer
Linthorst Homan óf door prof. de Quay
werden beantwoord.
De vx'aag werd gesteld, hoe 't zal gaan
met de jeugdbeweging. Blijkens het ant
woord zal worden gestreefd naar concen
tratie. Men zal in den vorm van de be-
sturen de federatiegedachte niet texnxg
vinden. In een eenhoofdig particulier lei
derschap in het Nedex'landsche volk ziet
men niet veel heil. Misschien dat het in de
jeugdorganisaties gewenscht is, maar de
sociaal-economische organisaties zullen op
corporatieven leest geschoeid zijn. Hierin
is een eenhoofdige leiding noodig, omdat
wij hier met verschillende belangen te
maken hebben. Niet aanvaax'd kan wor
den dat in een cox'poratie de gedachte van
den klassestrijd naar voren zou komen.
De heer Linthorst Homan wees er bij de
vx-agen-bespx'eking ook nog eens op, dat
de Unie een eigen taak heeft. Er zijn ge
lukkig nog tal van punten, die het Ne
derlandsche volk vereenigen. Wanneer men
meent, dat een gedachte goed en gezond
is voor ons volk, dan moet zij worden
gerealiseerd, ook al is zij reeds eerder
door anderen geuit. Wat de internationale
vraagstukken betreft, hiervoor acht de
N.U. zich nog niet sterk genoeg om aan
te geven in welke x'ichting onze intex-na-
tionale positie moet worden gestuwd.
militairen meer in
Frankrijk.
Ongeveer 1200 zijn naar
Engeland vertrokken, o.m. met de
„Beatrix".
Er bevindt zich nog hoogstens een tien
tal Nedex'landsche militairenin Frankrijk,
zoowel in het bezette als in het onbezette
gebied. Ongeveer 1200 Nederlandsche mi
litairen zijn tusschen 17 Mei en 18 Juni j.l.
iix verschillende Fransche havens scheepge-
gaan.
Dit bericht vernam de Tel. van een Ne
dex'lander, die gelegenheid heeft gehad zich
per auto zoowel naar bezet als naar onbe
zet Frankrijk te begeven en van daar zoo
juist is teruggekeerd. Hij deelde mede, dat
de Nederlandsche militairen door de Fran-
schen zijn ontwapend en vervolgens onder
pressie van de Britsche marine-autoriteiten,
die beweex-den in overleg met de voormali
ge Nederlandsche regeering te Londen te
handelen, naar Engeland zouden zijn ge
bracht.
Deze vei'schepïngen hebben plaats ge
had uit de volgende havens Nantes, Bor
deaux, Boulogne, Cherbourg, Brest en Le
Havre. Behalve buitenlandsche schepen zijn
hiervoor ook gebruikt de door Engeland in
beslag genomen Nederlandsche schepen
„Beatrix", „Reggestrooni" en „Niger-
stroom". Deze schepen hebben meermalen
heen en weer gevaren de „Beatrix" bij
voorbeeld vertrok op 17 Juni nog uit Nan
tes.
DE „NIGERSTRQOM" MET EENIGE
HONDERDEN NEDERLANDERS
GETORPEDEERD
Wel zeer ongelukkig is het den opvaren
den vergaan van de „Nigei'stroom". Dit
schip zou, volgens den zegsman, op een zij
ner tochten, waarop behalve Franscheh en
Engelschen, ook eenige honderden Neder
landsche burgers geen militairen wer- I
den vervoerd, getorpedeerd zijn. Daar 1
slechts reddingsmaterieel aanwezig was
voor een tiende van de opvarenden, wordt j
gevreesd, dat het meerendeel hunner is l
verdronken. j
Toch bevinden er zich nog Nederlanders
in Frankrijk en wel, naar de zegsman van j
het blad verder mededeelde, ongeveer 3000
burgers. Deze verblijven nagenoeg uitslui
tend in het zgn. onbezette gebied, waar,
behalve de oorspronkelijke bevolking, nog
een andex-half millioen Belgische vluchtelin
gen en omstreeks 4V° millioen Fi'ansche
vluchtelingen vertoeven.
Nettenboeten. - Een bezigheid, welke veel vingervlugheid vereischt en waarin da
NOORSCH SCHIP DOOR ENGELSCHEN
Scheveningsche visschersyrouwen meesteressen zijn
GEBOMBARDEERD.
Naar het Noorsche Telegraaf Agent
schap meldt, is het 810 ton metende
Noorsche s.s. „Susanne' eenige mijlen ten
Noorden van Haugesund, zonder waar
schuwing door een Britsch vliegtuig ge
bombardeerd. Nadat het toestel een twin
tigtal bommen had laten vallen, verdween
het. De bemanning begaf zich weer aan
boord. Zij constateerde geringe schade,
doch vond geen bommen. Zeven uur later
echter deed zich in de machinekamer een
oixtploffing voor, die een menschenleven
eischte. Het schip ligt thans in een haven.
Hierin wil de N.U. dynamisch zijn.
De N.U. hoopt, dat het Nederlandsche
volk reeds voor den vrede één zal zijn,
of die eenheid nu Nederlandsche Unie heet
of niet. Is de N.U. van beteekenis, dan zal
zij ook na den vrec.e moeten doorwerken.
De politieke partijen, zooals die wanen,
zullen niet terugkeeren.
Het wordt niet als eisch gesteld, dat
men lid wordende van de N.U. uit eenige
partij treedt, maar iemand, die mocht mee-
nen twee ijzers in het vuur te kunnen
houden, gaat er bij ons uit, aldus de heer
Linthorst Homan.
Incident te Liverpool bij vertrek
van schip met geëvacueerde
kinderen.
Het D.N.B. meldt uit Lissabon Bij het
vertrek van een schip met geëvacueerde
Engelsche kinderen uit Liverpool is het tot
incidenten gekomen.
Toen het schip namelijk het teeken
van vertrek gaf, en de manschap
pen den landingssteiger wilden inhalen,
dx'ong een groep arbeidersvrouwen met
kinderen op den arm door de menigte toe
schouwers en wilden den landingssteiger
bestormen. De politie wist met moeite 3e
vrouwen terug te dringen, tot het schip
zich van de kade had verwijderd. Toen de
kinderen hun achterblijvende ouders een
laatsten groet toewuifden, klonk uit de
menigte geroep en gefluit. Enkele vrou
wen verbi'aken de afsluiting, klommen op
planken en stapels goederexx, die op de
kade lagen en riepen „Wat moet er met
onze kinderen gebeuren?" Toen de politie
de vi'ouwen verzocht naar beneden te ko
men, werden zij uitgescholden. Tenslotte
haalde de politie de betoogsters met ge
weld naar beneden en voerde hen weg.
Ongeveer 7000 kinderen naar de
Oostmark.
Zooals gemeld, is de achtste en laatste
kindertrein gistex-en naar de Oostmark
vertrokken.
In totaal zijn thans ongeveer 7000 kin
deren naar opper-Oostenx'ijk gebracht, dat
is 1000 meer dan aanvankelijk de opzet
was. Het aantal aanvragen heeft over de
20.000 beloopen, waaxwan het grootste
deel echter op het laatste nippertje of te
laat is binnengekomen.
DE AANHANG VAN DE GAULLE.
De „Eclaireur de Nice" publiceert ver
klaringen van de uit Londen terugge
keerde Fransche diplomaten. Uit die ver
klaringen blijkt, dat de aanhang van den
door den Fi'anschen krijgsraad ter dood
veroordeelden ex-generaal De Gaulle, die
zich aan Engeland gebonden heeft, slechts
bestaat uit eenige uit Noorwegen terug
gekeerde Fransche afdeelingen. Het mee
rendeel dezer soldaten is vroeger lid van
het Fransche vreemdelingenlegioen ge
weest.
Geen Nederlandsche
Door
CECIL FREEMAN CREGG.
60)
„Absoluut!" Dit was misschien niet
lieelemaal waar, maar onder deze om
standigheden begrijpelijk, ente ver
geven.
„Dat is een heel gex*uststellende ge
dachte", merkte mevrouw Smell op, een
beetje hatelijk, want daar zij de dochter
was van hoofdinspecteur Dryan wist zij
waarschijnlijk wel, wat zij ex*van gelooven
moest.
Het was onvermijdelijk dat de zaak,
waax'by Hamper, zoowel als Jill zoo nauw
betrokken wax-en geweest, ook ter sprake
kwam.
Inspecteur Higgins vex-telde aan Tommy
dat de eigenaar van het huis, waai-in hij
zoo'n ongemakkelijke dex-tig ux-en had door
gebracht, was opgespoord.
„Wie was het?"
„Je vader, Tommy."
„Vader?"
„Ja, maar maak je maar geen illusies,
dat het bezit eenige waarde heeft. Om te
beginnen is het doox' de bevoegde autori
teiten onbewoonbaar verklaard. Dan zijn
er zonder twijfel nog de noodige onbetaal
de belastingen. Zoo op het eerste gezicht
zou ik dan ook zeggen dat het bezit eex--
der tot de passiva dan tot do activa be-
lxoox't en dat in ieder geval het geld, waar
mee het huis gekocht is, niet van je vader
was, of, indien dat wel het geval was, dat
het was ehHiggins zweeg. Hij
kwam op gevaarlijk terrein. Wat hjj wilde
zeggen, was, dat de oude Hamper het huis
slechts ten behoeve van de bende gekocht
had. De anderen bleken echter zijn aax--
zeling te begx'ijpen.
Even heerschte er zwijgen, hetwelk door
mevrouw Smell vex'broken werd.
„Ik ga eens even met baby in den tuin
wandelen. Gaat u mee, juffrouw Craw
ford?"
Verheugd stemde Jill daarin toe en zoo
bleven Higgings en Thomas Hamper alleen.
Er kwam een zonderlinge beklemming
over hen beiden. Higgins had deze ge
legenheid rustig afgewacht (en wel een
beetje geënsceneerd ook) maar nu het zoo
ver was, wist hij xxiet goed hoe te be-
gimien.
Wat den jongen Hamper betreft, die
draaide op zijn stoel, keek onrustig de
kamer ixx het rond, naar zijn schoenen,
overal behalve naar de ex-nstige oogen
van den inspecteux-. Eindelijk verbrak
deze de stilte.
„Er blijkt nog een tweede bezit op naam
van je vader te staan,. Tommy."
„Ja?"
Higgins knikte. „Ja, een verlaten land
huisje, buiten. Ken je het?"
„Nee."
„Het ligt op eenigen afstand van Med-
hux'st; ik had er vlak bij een auto-onge
val en moest een dag lang daar in het
ziekenhuis blijven. A Px-opos. Tommy, ik
heb nog iets, dat ik je terug wilde geven."
Inspecteur Higgins stond op en liep
naar zijn bureau, vanwaar hij een paar
oogenblikken later terugkwam met een
enveloppe, welke hg ex'nstig aan de
jongen overhandigde. Het was de laatste
bx'ief van Heixry Hamper, welke Jill Craw
ford had probeeren te vinden, maar die
den inspecteur in handen gevallen was.
Tommy herkende hem dadelijk en met
een gemompelde dankbetuiging greep hg
den brief, welke hij terstond opnieuw be
gon te lezen. Higgins wachtte tot h|j
daarmee gereed was en zei dan:
„Ik zou je graag een geschiedenis wil
len vertellen, Tommy, als je er naar wilt
luisteren."
De jonge Hamper gaf geen antwoord
en de inspecteur keek hem even stil
zwijgend aan, waarna hij vervolgde:
„Het is misschien niet zoo'xx interessant
verhaal, maar ik zou toch graag willen,
dat je het hoorde."
Opnieuw maakte de ander geen enkele
opmexdcing.
Higgins zat hem zwijgend aan te sta
ren. Naar het oordeel van den inspecteur
had de jongen eigenlijk nooit een behoor
lijke kans gehad in het leven. Er zat wer
kelijk wel iets goeds in hem, maar hij
bleef de zoon van zijn vader en er zouden
nog heel wat overgeërfde kwade neigin
gen moeten worden uitgeroeid. Het is
waar, dat Henx-y Hamper, volgens zijn
laatsten brief, het pad dei' misdaad ver
laten had maar de jonge Hamper had
heel wat wilde dingen gezegd en gedaan.
Hij was bezeten geweest van een wraak
zuchtig plan en Higgins wilde zijn karak
ter eens op den proef stellen.
„Dit is mijn verhaal. Denk eraan, dat
het niet heelemaal waar is, hoewel dit
aan den anderen kant wel mogelijk zou
kunnen zijn." Hij zweeg als om de juiste
woorden te kiezen. Toen vex-volgde hij:
„In de eei'ste plaats is het noodig een
paar weken terug te gaan naar het
oogenblik, waarop een gemaskex-de jonge
man een melodramatisch entrée maakte
en een zekere eh vooraanstaande
politieman uit een hachelijke positie
redde."
De jonge Hamper schoof heen en weer
op zijn stoel, maar zei niets.
„De komst van de jonge man kwam
zeer gelegen zij lxet dan- onverwacht,
want hoe hij daar kwam ontdekte de
eh vooraanstaande politieman eex'st
veel later, toen een zekere brief in zijn
handen kwam, waarin de jonge man ge
waarschuwd werd een dergelijk huis te
betreden."
De inspecteur zweeg en haalde ixx ge
dachten verzonken een zwart geblakerde
pgp uit zijn zak, met een gevulde tabaks
zak en een doosje lucifers. Uitex-st kalm
vulde hij zijn pijp, streek een vlammetje
aan en hield dit bij de tabak. Terwijl hij
een dikke rookwolk naar het plafond
blies, scheen hij zich den ander plotseling
weer te herinneren, en een sigarettendoos
openend, bood hij hem er een aan, Tommy
nam een sigax-et, maakte gebruik van de
lucifex', welke de inspecteur hem voor
hield, en zakte dan weer zwijgend in zijn
stoel achtei'over.
„De jongeman beheerschte de situatie
echter niet lang, want de bordjes wer
den verhangen en spoedig daax'op bevond
het tweetal zich in een heel moeilijk par
ket. Toen volgde een heel spannende epi
sode in een schoorsteen, een oudenvetsche
Tomy huiverde onwillekeurig welke
ovei'ging ixx een komische episode op het
dak."
Een pauze, gedux'ende welke de inspec
teur den jongen onder de beschutting van
dikke rookwolken nauwkeurig gadesloeg.
„Er volgde een brand en nadat de poli
tieman reeds ontsnapt was, werd de melo
dramatische jongeman netjes gered door
een ijverige brandweerbrigade, en om zijn
erkentelijkheid daarvoor te betuigen, ver
dween hij spoorloos, zonder zijn redders
zelfs ook maar te bedanken."
„Ik eh ik deed dat wel."
„Wij hebben het niet noodzakelijk over
jou, Tomy. Maar om verder te gaan. De
jongeman verdween. Waar ging hij nu
naar toe? Dat was een punt, hetwelk de
politie had te onderzoeken. Waar ging die
jongeman naar toe? Dit, Tommy, is het
waarheidsgetrouwe begin van mijn vei'-
haal. Misschien is het in alle details niet
precies, maardeze jongeman slaagde
er in na gered te zijn, onmiddellijk spoor
loos te vex-dwijnen. Hij rende weg van zijn
bevrjjders en kwam weldra in een lang
gebouw, blijkbaar onbewoond, en daarom
schijnbaar een veilig toevluchtsoord. Wat
was dit voor een gebouw? Een onderzoek,
mogelijk met hulp van lucifers, leerde
hem, dat het een schietbaan was. In een
hoek van het gebouw hing een x'ek, op
dat rek stonden zes geweren. Jachtgewe
ren. Van hetzelfde soort als dat, waarmee
de man Raymond was doodgeschoten. Nu
weten jij en ik, Tommy, dat die Raymond
vermooi'd werd door Mapell. Wij verwon-
dci-en ons er natuurlijk ovex-, waarom hij
zich de moeite gaf een geweer te koopen,
wanneer lit er reeds eenige van hetzelfde
soort in zijn schietbaan bij het groote huis
te Medhurst had. Wanneer wij er echter
over nadenken is de oplossing heel een
voudig.
Door regelmatig oefenen in zijn schiet
baan, had Mapell zich met het wapen vex*-
trouwd gemaakt. Mapell was reeds van
plan zich van Raymond te ontdoen en hij
wist dat de man dien fatalen nacht op
dracht had een geldsom in ontvangst te
nemen. Natuurlijk wilde hij voor de an
dere leden van de bende niet weten, dat
hij van plan was één hunner te dooden.
Zij zouden daardoor wel eeixs minder op
hun gemak geworden kunnen zijn, wat
hem moeilijkheden zou kunnen veroorza-
ken. Wat doet hij dus? Wel, hij gaat naar
zgn winkel in Shoreditch en neemt een
zelfde geweer om zijn plan ten uitvoer
te brengen. Aldus wordt Rayxnond uit den
weg geruimd. Maar ik dwaal af. Ik spx-ak
van een zekeren jongen man, die zich in
een schietbaan bevond met zes eendere
geweren in een wapenrek. Wat doet hij?
Wel, hij leent er één en laat er, volgens
de rekening van Bax-tjes, vijf achter. Toen
de politieman die vijf geweren vond, kreeg
hij een schok. Volgens zijn berekening had
den er maar vier moeten zijn, Eén wegge
nomen door den rechtmatigen eigenaar
Mapell en één door den reeds meer ge
noemden jongeman. Maar er was er maar
één verdwenen je ziet dus de* moeilijk
heid
Higgins pauzeei'de even. Voor een bui
tenstaander zou het geschenen hebben
alsof hij noodeloos de ontknooping ver
schoof, voor zijn eenigen toehoorder betee-
kende het een marteling. Toch had Hig
gins een bepaald doel op het oog. Hij had
hét karakter van den jongen Hamper on
derzocht en ontdekt dat lxet nogal wan
kel was. Hij was van plan dien jongeman
een 'lesje te geven, dat h\j xxooit zou ver
geten en dat hem in de komende jaren
op het rechte pad zou moeten houden.
'(Wordt vervolgd)^