Gemeentebestuur van Middelburg. ©g laatste bus Tweede Blad PROVINCIALE ZEEUWSCHE COURANT Vrijdag 2 Augustus 1340 Voorstellen van B. en W. voor de eerstvolgende raadsvergadering Arbeiderswoningen aan den Karelsgang en middenstands woningen aan de gedempte Dampoortvest. Of er op het terrein aan den Nadorstweg gebouwd zal wor- dej, is nog,zeer de vraag. Voor de ramp van 17 Mei had de Raad reeds besloten om op gemeente-terrein aan den Karelsgang 25 woningen voor groote gezinnen, zijnde gezinnen met ten.minste 6 kinderen te doen bouwen. Tevens lag het in het voornemen om, daaraan vooraf gaand een aantal woningen onbewoonbaar te doen verklaren. Intusschen is door de ramp de woningtoestand grondig gewij zigd en Burg. en Weth. hebben mitsdien aanvankelijk overwogen om, behalve de arbeiderswoningen aan den Karelsgang, ook nog een flink aantal noodwoningen te doen bouwen. Na een desbetreffend onderhoud met de interdepartementale commissie voor Volks huisvesting zijn Burg. en Weth. van laatst bedoeld plan teruggekomen, mede gelet op de precaire houtpositie en de gestegen houtprijzen. Geheel in overeenstemming met die commissie stellen zij den Raad thans voor om a. voorloopig, tenzij in zeer bijzon dere gevallen, onbewoonbaar-verklaringen achterwege te laten b. op het gemeente terrein aan den Karelsgang te doen bou wen 8 woningen voor groote gezinnen, zooals hiervoren omschreven, en 17 wo ningen voor gezinnen met minder dan 6. kinderen en c. op het gemeente-terrein aan de gedempte Dampoortvest 25 kleine mid denstandswoningen te doen bouwen en hen, zoo mogelijk, aan gegadigden te ver- koopen, desgewenscht hen in huurkoop te geven. Ten aanzien van punt b. merken B. en W. op, dat moet gerekend worden op een gemiddelden kostprijs van 3080 per wo ning, plus 500 per woning voor straat- aanleg enz., terwijl 90 der kosten bij wijze van Rijkshypotheek tegen 4 zal verkregen kunnen worden voor 5 jaar, met mogelijkheid van verlenging, terwijl, zoo noodig, een maximum van 600 per woning 'gedurende ten hoogste 5 jaar ren teloos zal kunnen worden verstrekt en bo vendien de mogelijkheid bestaat van een. huurtoeslag ad maximum 1.50 per week voor de groote en van 1 per week voor de 17 kleinere woningen, waarvan dan Rijk en Gemeente elk de helft zullen heb ben te dragen. Ten opzichte van punt c. teeltenen B. en W. aan, dat bjj dat plan moet wor-, den gerekend op een gemiddelde uitgaaf van 5250 per woning, alles inbegrepén en daarvoor de gebruikelijke woningwet voorschotten zullen verkregen kunnen worden. Voor het geval, dat het noodig zou blij ken op korten termijn nog meer woningen aan den buitenkant van de stad te bou wen, hebben B. en W. met de commissie besproken den bouw van een 20-tal mid denstandswoningen op het voormalige oefenterrein aan den Nadorstweg, teneinde deze aan gegadigden te verkoopen, desge wenscht in huurkoop te geven. Eveneens heeft de commissie een grondvoorschot toegezegd voor den bouw van nog meer arbeiderswoningen. B. en W. meenen ech ter zeer voorzichtig te moeten zijn met het bouwen van woningen aan den buiten kant der stad, omdat het van het grootste gewicht is, dat in de verwoeste binnenstad weer voldoende woningen zullen worden gebouwd. Vandaar dat zy wel opgave hebben ge vraagd van gegadigden voor woningen op het terrein aan den Nadorstweg, maar voor het oogenblik den Raad uitsluitend voor stellen over te gaan tot de 2 bouwplannen op de gedempte Dampoortvest en Karels gang. B. en W. verzoeken den Raad machti ging tót financiering dezer plannen en in de noodige middelen door geldleening te voorzien. In een volgende vergadering zul len dan nadere besluiten ter bekrachtiging- worden voorgelegd. JAAR-REKENINGEN BEDRIJVEN. B. en W. leggen aan den Raad over de jaarrekeningen 1939 van het Gas-, Water leiding- en Electriciteitsbedrijf met het betreffende controle-rapport van het Cen traal Bureau voor verificatie en finan- cieele adviezen d'er Ver. van Ned. Gemeen ten. B. en W. stellen voor aan de totale meer winst van 15.941,58 de bestemming te geven als door genoemd bureau is voorgesteld en overigens de rekeningen voorloopig vast te stellen zooals zjj zijn aangeboden. Weer onderwijs op alle scholen met Ingang van den nieuwen cursus. Bij den noodlottigen brand op 17 Mei zijn o.m. verwoest het schoolgebouw aan den Wal en de meisjesschool aan de Spanjaard straat, terwijl school A aan de Verwerij- straat door het bombardement vrij aan zienlijk werd beschadigd. De herstelling van laatstgenoemd gebouw is thans in een zoo danig stadium, dat het met ingang van den nieuwen cursus weer in gebruik kan wor den genomen. Voor de meisjesschool is een uitstekend onderdak gevonden in een deel van het gebouw der voormalige S.D.O.A. Helaas is dit deel intusschen weer in ge bruik moeten worden genomen voor het Distributiebureau, zoodat B. en W. zich over de onderbrenging van de meisjesschool nog nader- moeten beraden. Het onderwijs van de voormalige school aan den Wal Icon tot'dusver worden voortgezet, door toepas sing van een zgn. rouleersysteem met school C aan de Bree. In vei-band echter met de vele bezwaren, die hieraan verbon den zijn en die, naar gelang het jaargetijde vordert, zich steecjs in sterkere mate zul len doen gevoelen, is het gewenscht tijdig een gunstige regeling daarvoor te treffen. B. en W. meenen een oplossing te hebben gevonden, door een wijziging te brengen in de verdeeling der scholen over de verschil lende gebouwen, die zij zich als volgt heb ben gedachtSchool A aan de Verwerij- straat wordt bezet door de 7 klassen van de R. K.-school en de 5 klassen van de school van de Geref. schoolvereeniging. De 4-klassige school, hoofd de heer Heijt, wordt varf de Verwerf straat verplaatst nahr het gebouw aan het Veersche Bolwerk, 'terwijl vandaar de centrale 7e klas wordt overgebracht naar het gebouw aan de Hee rengracht, waarvan 2 lokalen door de be treffende schoolvereeniging voor dat doel gratis beschikbaar worden gesteld, een geste, waarvoor B. enW. hoogst erkentelijk zijn. De hierdoor vrijkomende lokalen moe ten voor de school van den heer Heijt wor den uitgebreid met nog 2 lokalen, welke kunnen worden verkregen door op eenvou dige wijze daarvoor het aangrenzende gym nastieklokaal te verbouwen. De kosten hiervan worden door den dienst van ge meentewerken begroot op 2000. Op deze wijze zal bij den aanvang van den nieuwen cursus het onderwijs op alle scholen nor maal kunnen verloopen. Daar evenwel een groot aantal banken eveneens is verbrand, zullen voor 8 klassen nieuwe banken moe ten worden aangeschaft, waarvoor de kos ten worden geraamd op 5000. B. en W. verzoeken een crediet van 7000 voor een en ander beschikbaar te willen stellen. HET WAPENSCHILD BOVEN HET TRAPPENHUIS IN HET STADHUIS. B. en W. willen een afgietsel laten maken. Bij den brand van het Stadhuis van 17 Mei is het wapenschild van de gemeente boven het trappenhuis gespaard gebleven. Evenwel is het in zijn tegenwoordigen toe stand niet te redden, daar de muur, waar het tegenaan zit, zeer slecht is en de stuc op verschillende plaatsen van den muur heeft losgelaten. Wanneer het in beteren toestand verkeerde, zou kunnen worden overwogen om het schild in zijn geheel af te zagen en aan takels te laten zakken, doch zulks is thans onmogelijk. De eenige manier om iets van hét schild te behouden is er een afgietsel van te laten maken. De dienst van Rijks-monumentenzorg gevoelt er niet veel voor de desbetreffende kosten, geschat op 500, ie maken, daar het schild vrij zeker niet ter plaatse zal kunnen blij ven. Op herhaald aandringen van den bur gemeester heeft de inspecteur der kunstbe scherming dr. J. Kalf zich bereid verklaard de helft dier kosten voor rekening van zijn dienst te nemen, indien de gemeente bereid is de andere helft te dragen. Het komt B. en W. voor, dat de gemeente op die wijze behoort mede te werken, aangezien dat af gietsel de eenige herinnering zal blijven aan het fraaie stucwerk in het 18e eeuw- sche gedeelte van het Stadhuis. Van het afgietsel kan dan later een nieuw wapen schild gemaakt worden, aan te brengen hetzij in het nieuwe Stadhuis, hetzij in een ander gemeente-gebouw. B. en W. verzoe ken een crediet van 250 voor het beoogde doel. GRATIFICATIE GEMEENTE- PERSONEEL. Onder hen, die zoodanig door het oor logsgeweld getroffen werden, dat zij èn hun huisvesting èn hun «inboedel zagen verloren gaan dan wel, voor zoover zij geen eigen- of huurwoning hadden, hun inboedel verlo ren, behooren ook verschillende leden van het gemeente-personeel. Het wil B. en W. voorkomen, dat het geven van een tege moetkoming aan de betrokkenen vanwege de gemeente hier alleszins gerechtvaardigd is. Zij zouden bedoelde gratificatie willen doen bestaan in de verleening van éénmaal de netto-maandbelooning aan de gehuwde vaste en tijdelijke ambtenaren benevens ge huwden op arbeidsovereenkomst werkzaam en de helft van de netto-maandbelooningen a.an personen, behoorende tot dezelfde ca tegorieën, voor zoover ongehuwd. HET KANAALWATER OP HET OOGEN BLIK BETER DAN VOORHEEN B. en W. leggen aan den Raad over het rapport van den inspecteur van het staats toezicht op de Volksgezondheid te Breda inzake het bacteriologisch onderzoek van een drietal monsters kanaalwater resp. ge nomen in den havenmond, nabij de zwemin richtingen en midden in het kanaal. Het onderzoek werd verricht door mevrouw C. H. DekkerKoers: "De resultaten van dat onderzoek warden zoodanig, dat er geen bezwaar tegen was, om beide zweminrich tingen in het kanaal voor het publiek open te stellen. Reeds herhaaldelijk werd een bacteriolo gisch onderzoek ingesteld naar den toe stand van het water in het kanaal ter plaatse waar het als zwemplaats wordt ge bruikt door de bezoekers van de gemeente lijke en van de particuliere zweminrich ting. Telkens was het resultaat van het onderzoek weinig gunstig, zoodat het zwemmen in den havenmond en het aan sluitend kanaaldeel uit hygiënisch oogpunt min of meer bedenkelijk moet worden geacht. Daar de bacterieele toestand van het water ongunstig bleef, ook nadat de eer tijds onhygiënische toestand van de Dok haven was opgeheven, kon de telkens ge constateerde verontreiniging van het water niet anders worden verklaard dan door de ze toe te schrijven aan de scheepvaarten wel speciaal aan het loozen van faecaliën en afvalwater uit aan den wal liggende schepen. Het thans ingestelde bacteriolo gisch onderzoek heeft aanmerkelijk gunsti ger resultaten opgeleverd dan voorheen. Daar echter de scheepvaart in het kanaal en het ligplaats kiezen van schepen in de nabijheid vari de beide zweminrichtingen, thans veel minder is dan in normale tijden, Utrecht is Donderdag begonnen met de catalogiseenng van het huisvuil Var» gemeentewege zijn schilleboeren en lompen-ophalers aangesteld, die tot task hebben, het opgehaalde huisvuil te sorteeren waren, zijn op grond van werkeloosheid ol het niet verrichten van loongevenden arbeid Donderdag voor den Opbouwd'enst opgeroepen. Een frissche dronk Yoor het vertrek uit Amsterdam zou in den gunstigen uitslag van het laat stelijk ingestelde onderzoek een bevesti ging kunnen worden gezien van bovenbe doelde verklaring van de eerder - geconsta teerde bedenkelijke bacterieele verontreini ging van hét water. HERSCHOLING VAN WERKLOOZEN. Aan den Raad is overgelegd het rapport 'der commissie voor de herscholing van werkloozen over de maand Mei. Daaruit blijkt dat begin Mei 36 personen in her scholing waren, dit was op 18 Mei tot 37 aangegroeid,' maar toen moest het werk worden stop gezet, om met 4 Juni weder met 16 personen te beginnen. De kosten bedroegen 1327.79. Het is hier de plaats om te melden, dat de herbouw van den mum* in de Schuiffelstraat zoo goed als gereed is en met kracht wordt voortge- werkt aan afbraak en herbouw van het hoekpand SchuiffelstraatBeddewijkstraat. EERVOL ONTSLAG CURATOR GYMNASIUM. Ds. L. B. Tjebbes heeft wegens vertrek uit de gemeente, ontslag verzocht als lid van het college van curatoren over het Gymnasium. B. en W. stellen den Raad voor het verzochte ontslag eervol te ver- leenen. GEEN KAR WIJTEELT IN 1941. In verband met de omstandigheid, dat de dekvruchten der karwij zijn geoogst, ligt het in het voornemen bij de vaststel ling der maatregelen met betrekking tot het teeltplan voor den oogst van 1941 geen teelt van karwij toe te staan. Bij de bewerking van de afgeoogste vel den kan men hiermede dus rekening hou den. Nadere mededeelingen omtrent' bovenge noemde maatregelen kunnen spoedig wor den tegemoet gezien. MENU'S MET PRIJZEN BIJ DEN RESTAURATIE-INGANG. Blijkens een mededeeling van het rijks bureau voor het hotel-, café-, restaurant- en pensionbedrijf, wordt den restaurateurs de overweging gegeven, hun menu's resp. dagkaarten met prijsopgave naast den hoofdingang op een voor het publiek dui delijk zichtbare plaats op te hangen. Hier door wordt voorkomen, dat de binnentre- denden in het onzekere verkeeren ten aan zien van de geldende p2'jjzen. Er wordt in deze mededeeling nog eens de aandacht op gevestigd, dat de prijzen nog niet verhoogd mogen worden boven het peil van 9 Mei 1940, overeenkomstig de algemeen hier te lande geldende gedrags lijn. Door CECIL FREEMAN CREGG. 67) Hij ging een paar pas achteruit en over dacht de situatie. Plotseling schoot hem een logische verklaring te binnen. Er zou waar schijnlijk een automatische dranger op de deur zijn of iets dergelijks, dat haar dicht hield. Higgins besloot zijn theorie aan de werkelijkheid te toetsen. Hij liet zich op handen en voeten neervallen, drukte de deur open en kroop naar binnen. Op hetzelfde moment dat hij de deur los liet, klonk er een zacht protesteerend ge piep van den dranger. Bijna op hetzelfde oogenblik werd de duisternis aan de andere zijde van de kamer voor een moment ver scheurd door een lichtstraal, terwijl het schot van een revolver weerklonk. HOOFDSTUK XXXVII. Waarin strijd gevoerd wordt. Inspecteur Higgins zat in een hoekje ge hurkt, terwijl hij nauwelijks dorst adem halen. Hy was er inwendig zoo zeker van geweest dat de vogels waren gevlogen, dat het schot hem een doodelijken schrik had den bezorgd. Indien hij niet op handen en voeten had gekropen had het schot hem wel kunnen raken. Stilte De situatie was tamelijk unheimisch, In zijn hoekje gehurkt was Higgins ten prooi aan het onaangename gevoel, dat er iema"hd naar hem toegekropen kwam. Tegelijkertijd besefte hij, dat het gevaarlijk voor hem kon zijn te blijven waar hij was. Hij moest daar weg. Heel voorzichtig stale hij een tastende hand vooruit welke geen tegenstand onder vond een daarom kroop hij een eindje ver der. Daar hij absoluut in het duister tastte omtrent de plaatsing van meubelen, was hij doodelijk beangst in de duisternis met het een of andere voorwerp in botsing te komen en zoo zyn positie te verraden. Want hij leek de heele kamer met lawaai te vervul len. Met de uiterste behoedzaamheid kroop hij verder langs den vloer. Daarwat was dat? Iets levends raakte zijn arm aan en hjj voelde hoe zijn haren van ontzetting overeind rezen. Het was een kat, een doodgewone huis-, tuin- of keukenkat en toch slaakte hij van op winding bijna een diepe zucht. Ja Zonder twijfel was het een kat en één die bovendien blij was gezelschap te vinden Dat bleek doordat het dier terstond op de bekende kattenmanier begon te snor ren. Het leek wel een soepel loopende motor van een krachtige auto of een verwijderde vliegmachine. Met zijn hand veegde Higgins zich het angstzweet van het voorhoofd. Even dacht hij erover om op zijn politiefluit te blazen, m de hoop daardoor den plaatselijken in specteur gelegenheid te geven eindelijk eens een teeken van leven '.e geven. Maar hij was bang, dat ieder geluid terstond een kogel in zjjn richting zou veroorzaken. Het was niet zoo zeer een kwestie van vrees dan wel van gezond verstand. m ieder geval was de heele geschiede nis een nachtmerrie. In die absolute, on doordringbare duisternisdat ontbre ken van elk geluiddat Zachtjes duwde hij de kat weg. Die kwam echter even prompt weer te rug er op uit dat menscheljjk gezelschap niet te verliezen. In normale omstandig heden hield Je inspecteur veel van dieren, maar jt zou hij er een maand salaris voor over gehad hebben, indien hjj dit aanhalige beest een goedgemikte trap had kunnen verkoopen. Opnieuw schoof hjj met zjjn voet de kat zachtjes weg, met geen ander resul taat dan dat deze met verdubbelde hard nekkigheid terugkwam, zoo mogelijk nog harder snorrend dan tevoren. Bah! Daar voelde hjj de natte snuit van het dier in zijn gezicht! Toen kreeg hij een ingeving. Hij pakte de kat beet en ging dan zoo geruichloos mogelijk overeind staan. Daarop klemde hij den revolver tusschen zjjn knieën, ter wijl hij de kat voorzichtig in beide handen nam. Zjjn adem inhoudend, wierp hij de kat zoo ver mogelijk van zich af, er op reke nend dat het dier op spreekwoordelijke wjjze op zjjn pooten terecht zou komen en dan greep hij onmiddellijk zijn revol ver weer beet. Zijn poging bleek terstond succes te hebben, want er klonk tegelijk een woest geblaas van de kat en een onderdrukt gevloek van zijn tegenstander. Higgins vuurde zijn revolver af in de richting van het geluid, daar hij hier aan val de beste verdediging vond, terwijl iemand aan het andere eind van de ka mer er eenzelfde theorie op na scheen te houden wanter klonk een tweede schot eveneens in de richting van het geluid! De inspecteur leidde dit althans af uit de richting van de vuurstraal die hij even waarnam. Ze zijn met z'n tweeën dacht hij terstond. Dan heerschte er weer absolute stilte. Behalve hijzelf waven er dus nog twee menschen in Je kanier. Dat zouden dan zonder twijfel Mapell en Heclrenstein zijn. Nu, als de plaatselijke inspecteur arri veerde als hjj dit tenminste nog ooit zou doen zou hij tenminste, nog beide misdadigers in het huis vinden. Dat was tenminste iets. Tenzij hij en zijn mannen te laat kwamen en niets anders zouden vinden dan het nog maar kort geledén vermoorde lichaam van een veelbelovend politie-inspecteur van de hoofdstedelijke politie-! Opnieuw likte Higgins zijn lippen af. Wat een dwaas was hij geweest om in zyn eentje op een dergelijk avontuur uit te gaan! Ditmaal had hij zich leelyk ver galoppeerd. Twee desperado's, behoorlijk gewapend en liy met hoeveel kogels had hij nog tot zijn beschikking? Waren het er twee of drie? Laat eens kijken! Hij had drie keer geschoten om het siot buiten werking te stellen en één keer op de kat. Vier! Hij had dus nog drie kogels over of waren het er twee? Hadden de officieele politierevolvers zes of zeven kamers? Hij wist het heusch niet. Hjj kon beter aan den veiligen kant blijven en zeggen: twee. Eén voor Mapell en één voor Heckensein. Aangenomen natuurlijk dat hij geen enkelen keer zou missen! En het ergste van dit alles was, dat hy slechts in uiterste noodzaak mocht schie ten en dan nog maar alleen om buiten gevecht te stellen! Heckenstein noch Ma pell hadden zich om dergeljjke belemme rende bepalingen te bekommeren. Wan neer zij schoten deden zij dat om te doo- den! Een gezellige gedachte! En wat voerden die andere twee in hun schild? Waarschijnlijk kropen ze in de duisternis op hem toe. Dat zou niet gaan! Hij moest hier op de een of andere manier vandaan! Het was een slechte tactiek van de anderen geweest om hun krachten te verdeelen. Dat gaf hem nog een zeker voordeel ook. want nu kropen ze met hun drieën over den grond, onbewust van eikaars positie, zoodat Mapell of Hecken stein, wanneer die iemand ontmoetten, terstond zouden hebben uit te maken of het vriend of vijand was, terwjjl Higgins van een dergelijke onzekerheid geen last had. Wien hij ook ontmoette, het zou een vjjand zijn. Maar tocho hemel! Het was gevaarlijk om op dezelfde plaats te bljjven maar om zich te bewe gen was nog gevaarlijker. Hij had vroeger al eens in een derge lijke situatie verkeerd en de zenuwen van den ander hadden het het eerst begeven en hy Lad zich verraden. Maar nu waren er twee an Jeren Toen kreeg de inspecteur een nieuwen inval. Voorzichtig en geruischloos haalde hjj zijn zaklantaarn uit zijn zak, drukte het knopje bijna geheel omlaag en zette het geval dan op den grond. Daarop schoof hij zoo ver mogelijk weg. Vroeger of later zou een van de beide mannen er op trap pen of er op knielen en zoo zijn positie verraden. Met een grimmigen humor be dacht Higgins dat hij zou worden neer geschoten, indien hij er niet in slaagde terstond boven de dan ontbrandende licht straal te raken. Hij bleef doorkruipen. Eindelijk kon hjj niet verder hij had den muur opnieuw bereikt! Hij tastte achter zich en met een schok van verrassing bemerkte hjj dat hij tegen de deur leunde. Hij moest in een cirkel hebben rondgekropen. Ware het niet om de piepende dranger, dan zou hrj geprobeerd hebben de kamer ongemerkt te verlaten, De hulptroepen konden nu toch niet ver weg meer zijn. Maar als de andere schoten, afgaande op het geluid van de deur, liep hij kans een kogel in den rug te krijgen. En een levende agent is nog steeds beter dan een doode inspec teur! Opnieuw een periode van wachten eindeloos naar het scheen! Inspecteur Higgins hield zijn blikken gespannen in de richting waar hij dacht zijn lantaarn te hebben achtergelaten, ter wijl hij z'n ooren inspande om elk geluid op te vangen. Hij had echter een derge- Ijjken afstand afgelegd dat hjj er heele- maal niet zeker van was waar hij de lan taarn werkelijk had neergezet. Met alle zenuwen gespannen, gereed di rect te vuren> of om, zoo noodig, direct op- zjj te springen, stond hij daar. v(Wordt vervolgd.).

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1940 | | pagina 5