Nogmaalsde kwestie der bedrijfscredieten. Reeds een half millioen toegezegd. laatste te Tweede Blad PROVINCIALE ZEEUWSCHE COURANT Maandag 22 Juli 1940 KORTE COMMENTAAR De laatste minuut Rijkskanselier Hitier heeft Vrijdagavond nog eenmaal een beroep gedaan op het ge zonde verstand van Engeland. Weinigen Zullen hebben vermoed, dat dit de reden was voor de zoo onverwachte en verras sende bijeenroeping van den Rijksdag. Men zat reeds een paar weken te wachten op het groote offensief tegen Engeland. Men had het gevoel, dat het elk oogenblik zou kunnen beginnen en hield zijn hart vast En nu is er opeens een flauwe hoop, dat het verschrikkelijke misschien zal uitblijven, dat er niet nog meer leed en ellende zal worden toegevoegd aan al het leed en al de ellende, welke in de afgeloopen twee maanden over ons werelddeel werden uitge stort. Flauw is deze hoop; want in Engeland regeert een man, die als vertegenwoordiger van een stervend stelsel het gevoel moet hebben, dat met de zijne de wereld haar ondergang tegemoet gaat. Churchill is de typische plutocraat, de typische kapitalist en hij gelooft vermoedelijk eerlijk, dat op zijn schouders een taak rust, welke veel meer omvat dan de verdediging van Enge- land's wereldrijk. Churchill wil de 19de eeuw redden, en hij begrijpt niet, dat de 20ste al bijna voor de helft verstreken is en grondig afrekent met het kapitalisme. Flauw is de hoop, maar gelijk Churchill zijn alle Engelschen. Er leven ook in het Britsche rijk menschen, die aan de 19de eeuwsche ideologie ontgroeiden, heel wat meer zelfs dan ove$ het algemeen wordt aangenomen. Uit hun woord en geschrift bleek herhaaldelijk, dat ze het kloppen van een nieuwen tijd aan de poort der geschie denis hebben gehoord. Zelfs een grijsaard als Lloyd George, Engeland's groote poli tieke leider in deiï wereldoorlog en van huisuit liberaal in hart en nieren, bleek niet volslagen doof. Voor deze menschen is het beroep van Hitier eigenlijk bestemd. Zij vertegenwoor digen Engeland's gezonde verstand en van hen zal het afhangen, of er een einde aan dezen oorlog komt zonder verdere vernie tiging, dan wel of hij tot het bittere einde zal worden uitgevochten. Het is maar de vraag, of zij er in kunnen slagen hun stem men voldoende hoorbaar te maken; d.w.z. zóó, dat Churchill zal moeten, wijken. Churchill koestert natuurlijk het denk beeld van een Engelsche overwinning zulks ondanks de militaire feiten van de maanden Mei en Juni. Churchill verkeert vermoedelijk in de meening, dat deze feiten nog geenszins Engeland's ondergang voor spellen. Dit is bijna ongelooflijk. Zelfs in dien de Britsche premier in zooverre gelijk zou krijgen, dat het offensief tegen Enge land uit militair oogpunt mislukt zou moeten gelden, dan nog daarvan kan men overtuigd zijn zou dat Engeland zieltogen, en met Engeland geheel Europa. En dan zou de 19de eeuw, welke Churchill wil redden, op nog veel tragischer wijze worden geliquideerd. Er is geen twijfel meer overgebleven: het einde van een stelsel, dat het plutocratische Engeland nog steeds meent te moeten ver dedigen, is nabij. Hoe liet zal komen, hangt af van het Britsche antwoord, dat in de komende dagen op Hitler's beroep zal wor- Door CECIL FREEMAN CREGG. 47) „De jonge Hamper was den-nacht daax*- vöór niet thuis gekomen, nietwaar?" vroeg Higgins, als terloops. „Neen, mijnheel-. Hij had zooiets nog nooit tevoren gedaan. Hij is den heelen nacht uitgebleven en die brief -kwam den vólgenden avond. Toen Tommy thuis kwam, las hij hem, waarna hij spoedig weer ver trok". „Waarom nam hij hem niet mee?" „Dat mag Joost weten. In zijn haast om weg te komen, heeft hij hem misschien maar ergens neergelegd en later had hij geen tijd om er naar te zoeken, denk ik". „Juist. En kon juffrouw Crawford hem ook niet vinden?" „Neen. We hebben er samen naar ge zocht". „Waarom?" „Dat had Tommy haar gevraagd, ziet u. WijDe vrouw zweeg, plotseling er aan denkend, dat zij te veel kon zeggen. Higgins wendde zich tot het meisje en keek haar enkel maar aan. „TTommy schreef me, of ik den brief wilde opzenden". „Dan weet je dus zijn adres". „Nneen". „Waar moest je dien brief dan naar toe sturen?" Een diep zwijgen volgde. De inspecteur ging naar het meisje toe en zei heel ern stig „Kijk nu eens hier, beste kind. Al die moeite voor Tommy van je is tot op zekere hoogte heel bewonderenswaardig, maar toch weet je heel goed, dat de politie hem wil spreken. Ik ga eens wat wagen. Tommy houdt zich zonder twijfel verborgen, doods bang zijn neus buiten de deur te steken en De Stichting Zeeland 1940 schrijft ons: Naar aanleiding van de in Uw blad ver schenen artikelen, waarin critiek wordt uitgeoefend op het werk der Stichting Zeeland 1940, meenen wij de aandacht te moeten vestigen op het navolgende. Ten einde het publiek een juiste voor lichting te geven, mogen wij in de eerste plaats voorop stellen, dat zeer vlug ge werkt wordt; n.l. worden elke week de ingekomen aanvragen behandeld en, tenzij zich bijzondere technische moeilijkheden voordoen, ook afgedaan. Zoo zijn reeds thans 207 verzoeken door de handen der Stichting gegaan, waarvan op 251 geheel of gedeeltelijk gunstig werd beschikt, terwijl bereids 39 aanvragen ter afdoening aan andere in stance's (borgstellingsfondsen enz.) kon den worden overgedragen. Het toegestane crediet overschrijdt thans reeds het be drag van een half millioen gulden. De aanvragen worden volkomen onpar tijdig, op de meest objectieve wijze, met menschelijkheid behandeld. De Stichting heeft daarbij de medewex-king van hoog staande, ter zake kundige, stadgenooten. Ook hiei-in ligt een waarborg voor een onpartijdige en deskundige beoordeeling. Het is waai-, dat geen der Middelbuvg- sche Bankiei-s in het Stichtingsbestuur zitting heeft, maar dit zal in bankierskrin gen waax'schijnlijlc oolc niet gewenscht worden met het oog op eventueele pax-- tijdigheid van de zelf credietverstrekken- de bank. Objectieve beoordeeling is al tijd het allereerste sti-even der Stichting geweest. Hieraan is toe te voegen, dat elke bankier de aanvragen van zijn cliënt kan toelichten en daai-over kan adviseeren. Van deze toelichting en adviezen wordt, zooals vanzelf spreekt, ter dege kennis genomen. Ieder, die binnen de gi-enzen van rede lijkheid deze matei-ie beschouwt, zal de juistheid van deze regeling moeten er kennen. Er zijn gevallen, waarin de bankier c.q. de cx-ediet-aanvrager, uitei-st sober is met zijn toelichting of zich zelfs daar van onthoudt, nxaar indien de aanvrager daaivan de dupe mocht worden, dan mag men dit de Stichting niet vei-wijten. Wanneer van sommige aanvragers het gevraagde crediet tot een derde werd te ruggebracht, dan is zulks in het belang van den aanvrager zelf geschied. Is de credietnemer het hiennede niet eens, dan kan hij alsnog aanvulling van het crediet verzoeken. Ook dit request zal dan met ex-nst door het Stichtingsbestuur en zijn adviseurs woi-den ondei-zocht. Ons kwam de uitspraak ter oore, dat geen enkele bankinstelling ooit op zulke onbevi-edigende gegevens, als waarmede thans de Stichting genoegen neemt, er aan denken zou eenig crediet te ver- leënen. Bij de Stichting Zeeland 1940 be staat echter het streven naar SPOEDIGE daadwex-kelijke hulpverleening. Overigens zij er op gewezen, dat de Stichting aan het stellen der x-ichtlijnen niet heeft medegewerkt en zij kan hier- voor dan ook in geenen deele verant- woox-delijlc worden gesteld. Wij moeten bedenken, dat, wat in mate rieel en finantieel opzicht thans hier te lande voor de gedupeerden wordt gedaan, vex-x-e overtreft datgeen, wat in andere door den ooi-log getroffen gebieden wordt gepraesteerd. Zien wij bijv. naar onze Zuidex-bux-en, dan mogen wij ons vex-heugen, dat bij ons in vergelijking van hen, reeds zulke ver strekkende maatx-egelen konden worden uitgevoerd. den gegeven. Men bidde, dat het positief moge zijn. Voor het Engelsche volk zelf in de eex-ste plaats. Want het kan zich geen voorstelling vormen van de ellende, welke het te wachten staat, als Churchill zijn zin krijgt. geai-resteerd te worden. Wij zullen hem op den duur krijgen, daaraan behoeft niet ge twijfeld te wox-den. Nu is mijn aanbod het volgende. Je weet, waar Tommy is. Zeg hexn, dat hij vx-ijwilJig naar nxe.toe komt en in ruil daarvoor zal ik beloven, my'n best voor hem te doen. Er is natuurlijk nog een altex-natief, maar heb er altijd een hekel aan, gebi-uik te maken van geweld". „Ik zal er over denken, mijnheer Hig gins Ubent ex-g vriendelijk". „Dat is in orde, beste kind". HOOFDSTUK XXXI. Waarin Tommy een goeden raad ontvangt. Gezeten achter zijn bureau op Scotland Yard, las inspecteur Higgins voor de derde maal den langen brief van Henry Ham per aan zijn zoon. Indien deze bx-ief geloofd kon worden, had Hamper dus in levensgevaar verkeerd. Hij was zoowel voor Raymond als voor Mapell bevreesd. En Raymond was dood, was kort daarna vermoord. Tommy had zjjn vader blijkbaar vlak voor het schrij ven van dezen brief gesproken en toch had hij, blijkens lxet proces-verbaal van de schouwing, ontkend zijn vader den Jaat- sten tijd gezien te hebben, Higgins belde en vroeg den bode, die daax-op biixnen kwam, of deze hem het rapport.van agent Sum mers over de zelfmoordzaak Hamper wil de brengen, alsmede den origineelen brief, door Henry Hamper via het bureel van onbestelbare brieven aan Scotland Yard gezonden. Die brief aan Scotland Yard moest ver- valscht zijn. Volgens Sanderson had Ma pell hem geschreven. Of anders was deze brief van Hamper aan zijn zoon ver- valscht. Die mogelijkheid mocht hij ook niet uit het oog verliezen. Er werd geklopt. „Binnen!" „Het rapport van Summers, meneer, en de brief,, waarnaar u vroeg." Gaarne hebben wij steeds ex-kend, dat de Stichting Zeeland 1940 goed werk ver richt. Daarnaast hebben wij er echter voortdux-end op gewezen, dat er naar alle waarschijnlijkheid, beter gewerkt kon worden. Deze kwestie is zoo ontzaglijk belangrijk, dat het allex-beste nog juist precies goed genoeg is. En hier moet ge lteken worden in de eerste plaats niet naar den goeden wil, maar naar de resultaten. En het kan zijn, dat er een reeds half millioen cx-edieten is toegezegd, doch het gaat niet om de toezeggin gen; liet gaat om de uitkeerihgen of de betalingen. Al had de Stichting Zeeland een half milliard toegezegd, dan zou dit de berokkenen niets meer helpen dan nu de toezegging van een half mil lioen. Wij willen geen polemiek voeren met de Stichting Zeeland. Dat zou niet eer- lijk zijn ook, want uiteraax-d hebben wij zelf toch steeds het laatste woord Wij hebben critiek uitgeoefend, inderdaad. Maar niet „bm de cx-itiek". Wij hebben aangewezen waar o.i. fou ten scholen in de huidige werkwijze, niet om te vitten, maar om te trachten die fouten verbeterd te kx-ijgen. Dat er fouten ei-nstige fouten zijn, is allen beti-ok- kénen helaas maar al te duidelijk. Dat die fouten niet in de eerste plaats zitten bij de Stichting Zeeland, hebben wij bij herhaling getuigd. (Red.) VERBOD' TOT OPRICHTING VAN VEREENIGINGEN IN BELGIË. Kraehtens een verordening van den mi- litaii-en bevelhebber in België en Noord- Frankx-ijk is het oprichten van vereeni- gingen en politieke partijen tot nader order in België verboden. „Dank je wel." Haastig gx-eep Higgins de genoemde stukken. Allereerst vergeleek hij het hand schrift van beide brieven. Voor het ge oefende oog van inspecteur Higgins leek dit op het eerste gezicht hetzelfde, maar toen hij het schrift nauwkeuriger met een vergrootglas bestudeei-de, ontdekte hij vel schillende kleine afwijkingen, welke er op konden wijzen, dat een van de beide brie ven valsch was. Of beide Ja, dat was ook mogelijk. In ieder ge val zag het er naar uit, dat de twee b2-ieven niet door dezelfde hand waren ge schreven. Dat was tenminste iets. Nadat hij de brievexi. nog eens nauw keurig bekeken had, opende Higgins het rapport van Summers over de lijkschou wing van Henr.y Hampex-. Er was één punt waarover hij zich zekex-heid wenschte te verschaffen. Had de jonge Hamper wer kelijk ontkend, dat hij zijn vader nog kort geleden had ontmoet? Nauwgezet las hij het rapport door. De jonge Hamper had zijn vader geïdentifi- ceerdThomas Hamper kon niet zeg gen of de brief in het handschrift van zijn vader was geschreven Neen. Dat.was niets definitiefs. Volgens het rapport had Thomas Hampex- bij geen enkele gelegenheid ontkend, dat hij zijn vader kort geleden gezien had. Er scheen hem zelfs niet naar gevx-aagd te zijn. Het was natuui'lijk ook mogelijk, dat dit wel gebeurd was, maar dat Summers vergeten had het te memox-eeren. H'm. Zelfs al had men hem er naar gevraagd, dan zou hij er waai'schijnlijk onx gelogen hebben. De oude Hamper had henx vermoedelijk ge vraagd zijn mond te houden. En de jonge Hamper lxad zijn vader gesproken tus- schen het oogenblik, waarop juffrouw Hielt (waar zou die toch eigenlijk zitten?) den ouden hxan gewaarschuwd had, dat hij niet nxeer dronken thuis mocht komen, Een broodbon geeft recht op 125 gram roggebrood. DE BONNEN 71 TOT EN MET 80 DEZE WEEK GELDIG. Het verschil in het droge-stof-gehalte tusschen roggebrood en ander brood heeft aanleiding gegeven om te bepalen, dat iedere enkele bon van het broodbonboekje recht zal geven op het koopen van 125 gram roggebrood. Voor alle andere brood soorten blijft het gewicht, dat per enkele bon van het broodbonboekje kan worden gekocht, 100 gx-am. In verband met het bovenstaande zullen gedurende het tijdvak van 22 Juli tot en met 28 Juli a.s. de met „71" tot en met „80" genummerde dubbele bonnen van het broodbonboekje recht geven op het koopen van 2500 gram roggebrood of 2000 gram ander brood. Elk der enkele bonnen geeft derhalve recht op het koopen van 125 gram roggebrood of 100 gram ander brood. De bonnen, welke 28 JuU nog niet ge bruikt zijn, blijven voorts nog tot en met 1 Augustus a.s. geldig. De Petroleumdistributie. GELDIGHEIDSDUUR VAN PETROLEUMZEGEL „3" VERLENGD. Met het oog op den voorraad peti-oleum, welke thans voor huishoudelijk verbruik beschikbaar is, is het noodzakelijk gebleken, den geldigheidsduur van de tot en met Zon dag 28 Juli a.s. geldig verklaax-de met „pe riode 3" gemerkte petroleumzegel, te ver lengen tot en met Zondag 11 Augustus a.s. Dit beteekent, dat bij het verbruik van de op de thans geldige petroleumzegel gekochte peti-oleum x-ekening dient te worden gehou den, dat met deze hoeveelheid volstaan moet worden tot en met 11 Augustus a.s. Voorts wordt er op gewezen, dat de met „periode 4" gemerkte petroleumzegel niet geldig zal worden verklaard voor het koo pen van petroleum. Laatstbedoelde zegel zal dus vernietigd kunnen worden. en dien tvagischen Zondag. Kon dat feit hem helpen? Inspecteur Higgins was in het geheel niet verbaasd, toen hem den volgenden mox-gen werd medegedeeld, dat een jonge man, Thomas Hamper genaamd, hem om een ondex-houd verzocht. Hij was er van overtuigd geweest, dat Jill Crawford met hem in verbinding was gebleven en dat zijn voorstel exx belofte weldra aan den jongen Hamper zou worden overgebracht Het eenige verx-assende school in het feit, dat het aanbod zoo px-ompt werd ge accepteerd. Waarschijnlijk had Hamper zich heel dicht bij vex-borgen gehouden. Nadat hij het meisje zjjn aanbod had overgebracht, had Higgins tevens een dienstorder uitgevaardigd, blijkens welken Hampex-, indien hij gevonden werd, wel onder observatie gehouden moest worden, doch niet geai-resteerd mocht worden. Blijk baar waren zijn instructies naar behooren uitgevoerd. „Laat hem binnen, alsjeblieft", zei hij tot den agent, die hem de boodschap had ovex-gebracht, dat Hamper op hem wachtte. Terwijl de jongen een beetje onzeker zijn kamer binnentx-ad, stond Higgins op en trad hem met uxtgestx-ekte hancl tege moet. „Wel Tommy, ik ben blij, dat je veilig en wel uit het gx-oote huis ontsnapt bent", zei hij. „Alles O.K.?" „Zekex-, dank u, mijnheer. Ik kwam er heel goed vandaan, maar „Je verdere avonturen interesseeren mij in het geheel niet", zei de inspecteur kwasi verveeld. „Ik wil je alleen nxaar een paar vx-agen stellen over oudere ge- beux-tenissen." Bjj deze verklaring scheen Thomas Ham per ongewoon vex-licht. „In de eerste plaats, Tommy, is het mijn onaangename plicht je te waarschuwen, De distributie van boter en vetten. VRIJ KOOPEN VAN DETAILLISTEN MET EEN WEEK VERLENGD. Zooals reeds eerder werd gepubliceerd is het aan de detaillisten toegestaan nog ge durende de week van 15 tot en met 21 Juli 1940 boter, margarine en spijsvet te koopen zonder dat daarvoor toewijzingen behoeven te worden afgegeven. Ter bevordering van een vlotte bevoorra ding der detaillisten kan thans goedgekeurd worden, dat deze gelegenheid tot vrij koo pen door detaillisten nog blijft bestaan tot en met 28 Juli a.s. Ook gedurende de week van 22 tot en met 28 Juli behooren de detaillisten de door hen ontvangen, met „67" en „68" genum merde bonnen van het algemeen distributie- bonbiekje te plakken op opplakvellen. Tegen inwisseling van deze opplakvellen zullen de distributiediensten op een door deze dien sten aan te geven dag toewijzingen voor boter, margarine en spijsvet verstrekken. De aandacht wordt er op gevestigd, dat de detaillisten gedux-ende de week van 22 tot 28 Juli a.s. niet nxeer zullen mogen koo pen dan 1/52 gedeelte van hun jaaromzet over 1939. Ten slotte wordt er nogmaals met nadruk op gewezen, dat de detaillisten er bij het inwisselen der door hen ontvangen bonnen 67 en 68 voor boter- of margarinetoewijzin gen rekening mede dienen te houden, dat met ingang van 29 Juli een groot deel der bevolking geen margarine of vet, doch uit sluitend boter za] kunnen koopen. Wie de ontvangen consuxnentenbonnen uitsluitend of in hoofdzak omwisselt voor margarinetoewijzingen loopt derhalve de kans, dat hij het gedeelte van zijn klanten, dat na 28 Juii uitsluitend boter mag koo pen, niet zal kxuxnen bedienen. VLAAMSCHE ARBEIDSDIENST INGEVOERD. Met goedkeuring der Duitsche autoritei ten is te Bi'ussel thans een Vlaamsche ar beidsdienst ingevoerd voor jongeren en stu denten tusschen 16 en 20 jaar. dat alles wat je zegt, genoteerd kan wor- den en eventueel tegen jezelf kan wox-den gebruikt." „Maar xx beloofde Jillbegon de jongen driftig. „En ik houd mijn beloften altijd", viel Higgins hem in 'de reden. „Die waar schuwing dient meer om mezelf te be- schei-men. Laat je er niet al te zeer door afschiïkken. En nu een paar vx-agen." „Goed. Ik zal probeeren ze te beant woordden." „Eerstens omtrent den man. dien je in dat leege huis in Horton Road volgde, den avond voordat Jill en ik je daar vonden." „Wat is er met hem?" „Je bent niet ex-g behulpzaam, Tommy. Zijn naam is Sanderson, zooals je weet. Je volgde hem naar binnen omdat je meende, dat hij iets uitstaande had met den dood van je vader-." „Niet heelemaal, meneer. Ik kende hem als een oude kameraad var mijn vader. Ik had toen nog niets gehoord, dat mg reden gaf te vermoeden, dat de dood van' mijn vader aan iets anders dan zelf moord te wijten was." „Terwijl je daar was, kreeg je geloof ik een tik op je hoofd. Wie deed dat?" „Ik ben een boon als ik het weet, in specteur. Het eenige wat ik weet, is, dat lxet Sandex-son niet was." „Ben je daar zeker van?" „Absoluut." „H'm." Kan natuurlijk Mapell zelf ge weest zijn of die Heckenstein. Raymond was vrijwel uitgesloten, want die moest op datzelfde oogenblik al staan wachten op de bus, waarop hij den dood zou vin den. En de Gladde kwam niet in aan merking, die miste daarvoor de noodige kalmte. „Mapell misschien?" vx-oeg lxij. JWordt vervolgd.^ wel. Zaterdag en Zondag zijn uit Den Haag en Rotterdam de eerste treinen met Nederlandsche Kinderen naar 'de Ostmark vertrokken, waarbij te Rotterdam de Rijkscommissaris dr. Seyss Inquart de vertrekkenden persoonlijk uitgeleide deed. Een laatste groet uit het coupéraam

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1940 | | pagina 5