Provinciale Zeeuwsche ï*rart Dommelsch Bier is tater IS oP!.ag k* Middelburgsche» Vlissingsche, Goesche en Breskensche Courant BETER TEN HALVE GEKEERD Het streven naar nationale concentratie. 183ste JAARGANG NUMMER 162 WOENSDAG 17 JULI 1940 waarin opgenomen de Uitgave der Firma's F. van de Velde Jr. en G. W. den Boer ABONNEMENTSPRIJS; 18 cent pei week of f2.30 per kwartaal. Franco per post f 2.50 per kwartaal. ADVERTENTIEPRIJS: Van 1—5 regels f 1.50, iedere regel meer 30 cent. Bij abonnement speciale prijs. Kleine advertenties van 1—5 regels f0.50, iedere regel meer 10 ct. (max. 8 regels). POSTREKENING 3593Q0 (MIDDELBURG). Dit nummer bestaat uit twee bladen De- uitweg uit de credieten-misère. Over onze artikelen, aangaande de ver leening van oorlogsmolestcredieteh via de Stichting Zeeland 1940 hebben ons vele bewijzen van instemming bereikt. Een be wijs, dat onze critiek goed en gerecht vaardigd was. Wij willen het echter niet laten bij critiek, en allerminst in dezen tijd. Wij willen niet alleen den vinger op de wonde leggen, maar ook trachten mede te werken om de wonde te .heelen. Wij willen - en dat isthans meer dan ooit de plicht van iederen Nederlander bouwen. In onze vorige artikelen hebben wij reeds aangetoond, dat de werking van de Stich ting Zeeland 1940 én principieel én prac- tisch niet is, watin dezen tijd noodig zou zijn. Hierin schuilt niet de minste discriminatie van de leden dier stichting persoonlijk. Een groot deel van de maar al te gerechtvaardigde klachten is' di rect terug te brengen op de „richtlijnen", welke Den Haag nu eenmaal verstrekt heeft en waaraan de stichting zich heeft te houden. De stichting werkt hard en naar haar beste weten. Maar dit beste weten is niet goed ge noeg! Kdn ook niet goed genoeg zijn, want hier is werkelijk alleen het aller beste op zijn plaats. En zoo gezien is de structuur van de Stichting Zeeland 1940 hoe goed de leden het individueel ook meenen en hoe hard zij ook werken principieel fout. Hoe wij haar dan gewenscht hadden? Een voorbeeld van een zeer goede sa menstelling zou o.i. zijn: een vertegenwoor diger van de Prov. (Ged.) Staten, van de Kamer van Koophandel, van de Middel burgsche Bankiersvereeniging, de oudste dienstdoende notaris, het geheel onder lei ding van den Commissaris dei' Koningin in Zeeland, om de belangen der geheele provincie te coördineeren. Dit college zou desnoods aan te vullen zijn geweest met nog énkele personen, liefst zoo weinig mogelijk, voor wie maar één eisch zou geldendeskundigheid. In de huidige commissie heeft geen en kele bankier zitting! Met alle respect voor de leden van thans: het gaat hier om financieele zaken en het is van het grootste belang, dat daarin voorlichting wordt gegeven door de deskundigste mensohen, die wij hebben. Dit zou ook consequent geweest zijn! Immers: de secretaris-generaal van Binnenlandsche Zaken heeft aan het mo- deramen der Middelburgsche Bankiers vereeniging verzocht een enquête in te stellen. De van Middelburg geboortige mr. dr. Frederiks bewees hierdoor een beter inzicht te hebben dan de menschen, die later de Stichting Zeeland in het leven riepen en zoodoende in de eerste plaats dubbel werk veroorzaakten in de tweede plaats het werk verlangzaamden en in de derde plaats hierdoor het ontstaan van een'mismoedige stemming in de hand werkten. DE DROEVE GANG VAN ZAKEN. Hoe is immers de gang van zaken ge feest De bankiers hebben deze kwestie spon taan en met spoed volkomen homogeen behandeld. Zij hebben de aanvragen on derzocht. Zij waren logischerwijze dege nen, die het best en het snelst konden oordeelen over het al of niet gerecht vaardigd zijn van het aangevraagde be drag. Door jarenlange persoonlijke er varing kennen zij de betrokkenen. Het had in de rede gelegen, dat men nadat de bankiers tezamen dit onderzoek hadden veiTicht een vertegenwoordiger van het moderamen had benoemd in de Stich ting Zeeland. Men deed dit niet. Men zeide den bankiei-s him' werk naar de stichting te zenden en verder hoorden zij er niets van. Van hoogerhand is dus de bemiddeling der bankiers eerst inge roepen, doch helaas is men halverwege blijven steken. Men hoefde niet te vreezen voor een zelf-bevoordeeling der bankiers, want alle voorschriften en maatregelen werden toch vanuit Den Haag medege deeld. Het voordeel zou echter geweest zijn, dat de stichting iemand.in haar midden zou hebben, die alle dossiers kent door het gezamenlijk voor onderzoek en die de motieven weet, waarom de aanvragers een bepaald bedrag verlan gen en niet meer of minder dan dat. Dan zou ook waarsóhjjnlijk niet of niet gauw gebeurd zijn wat talrijke zakenlie den thans hebben ondervonden: dat hun crediet wordt teruggebracht tot een derde, of minder, van het bedrag, dat z£j hebben aangevraagd, zonder eenige motiveering en zonder dat de betrokkenen gehoord zijn. Dit is een gang van zaken, welken wij ten zeerste betreuren en af keuren. Naar onze meening zou de stichting als zij zich niet voldoende ingelicht achtte door de opgaven 'an den getroffen zaken man of door de mededeelingen van het moderamen der Bankiersvereeniging een anderen weg hebben moeten volgen dan thans. Zij had daarbij de keus uit drie mogelijkheden, wat ons alleszins vol doende lijkt: óf het moderamen verzoe ken om nadere inlichtingen, óf den eigen bankier van den betrokken zakenman de aanvrage te laten toelichten, óf de aanvrager zelf zijn motieven laten ver dedigen. De eerste manier zou het 6npar- tijdigst1 en snelst geweest zijn, maar de derde zou ook zijn zeer goede zijde .gehad hebben. Van' dit alles is. niets' gebeurd! De hier bedoelde menschen hebben een voudig' een schrijven thuisgekregen, dat aan hen een crediet was toegewezen van zoo-' en zooveel. Waarom 'dit slechts een derde was van het aangevraagde, werd er niet bij-gezegd. Punt! Uit! Er is geen hooger beroep. Waarover zouden deze menschen trou wens' moeten protesteeren? Zij weten im mers niet waarom hun aanvrage op deze manier'is behandeld Wij allen begrijpen, dat de Stichting Zeeland 1940 het zeer druk heeft en dat speciaal de secretaris overladen is. met werk, maar mén hado:i. goed gedaan met desnoods drie secretarissen te be noemen, Wij zullen eraan moeten wennen, 'dat in ongewone tijden ongewone maatre gelen op hun plaats zijn. En aangezien het hier gaat om. de levensbelangen van een groote bevolkingsgroep zouden wij het hebben toegejuicht als hier in dezen geest was gehandeld. Helaas, het heeft niet zoo mogen zijn! Het lijkt ons echter een dringende eisch, dat de Stichting Zeeland zooal niet haar samenstelling, dan toch zeker haar werk wijze verandert. EEN GEVAARLIJKE HANDEL WIJZE. De getroffen zakenmenschen dienen maar niet luaraak een aanvrage in! Zrj •hebben van tevoren hun berekeningen ge maakt en zij hebben er recht op die be rekeningen te verdedigen. Thans komt het voor, dat zij nog geen derde deel krijgen toegewezen. De stich ting heeft natuurlijk een groote verant woordelijkheid. Maar als een aanvrage gesteund wordt door een bankier, die jarenlang zaken heeft gedaan met den betrokkene, dan moet zij erop vertrouwen, dat die bankier ook verantwoordelijkheids gevoel bezit en reden heeft om de aanvra ge te billijken. Het komt ook voor, dat de bankier adviseert een lager bedrag toe te kennen dan zijn cliënt heeft aange vraagd en daardoor dus blijkt geeft van werkelijkheidszin en onpartijdigheid terwijl dan de stichting het aange vraagde crediet nog eens vermindert tot een derde Verder is het voorgekomen, dat het moderamen der Bankiersvereeniging een aanvrage gefiatteerd heeft en dat de be trokkene eveneens nog minder dan een derde kreeg toegewezen. Dit lijkt ons een uiterst gevaarlijke handelwijze, vooral nu er geen mogelijkheid bestaat van hooger beroep. Wij hebben hier gewezen op enkele fou ten in structuur en werkwijze der Stich ting Zeeland 1940. Tevens hebben wij uit eengezet op welke manier o.i. verbete ring kan worden gebracht in den gang van zaken. Niemand willen wij kwetsen én niemand kan zich met recht gekwetst voelen. Duidelijk hebben wij doen uitko men, dat de grootste schuld o.i. ligt in Den Haag. Maar wij moeten in Zeeland er niet voor schromen desnoods de hand in eigen boezem te steken! WAT WU BEDOELEN. Naar aanleiding van onze vorige artike len over deze kwestie hebben wjj niet al leen sympathiebetuigingen ontvangen, doch ook een aantal vragen om inlichtin gen. Als de credietaanvrager geen andere zekerheidsstelling kan geven, dan moest hij verklaren zijn vorderingen op toekom stige debiteuren te zullen overdragen aan zjjn bank, als vertegenwoordigster van de Stichting Zeeland. Wij schreven j.l. Zaterdag: „Als dit geen leeg gebaar is en banken maken ge woonlijk geen leege gebaren dan zal het dus de bedoeling zijn, dat niet de zakenman, die zijn goederen of diensten geleverd heeft, de beschikking krijgt over de betaling daarvoor, doch de bank! Hoe moet die man aan nieuwe goederen ko men? Wéér een crediet aanvragen? Wéér dezelfde lijdensweg, bezaaid met pape rassen, formulieren, toezeggingen enz.?" Nu vaagt men ons of wij vreezen, dat de gang van zaken inderdaad zóó zal zjjn. Wfl hebben het volgende bedoeld: Deze heele regeling van rentebetaling en aflossing is principieel uit den booze. Maar als men dan toch daaraan wil vast houden, dan moet men den zakenman armslag laten om zijn zaak te kunnen voortzetten, óók na een jaar, óók na vijf jaar. Het is uitgesloten, dat zij, die alles verloren hebben en thans opnieuw willen beginnen, met regeeringscrediet, binnen de 5 jaar zooveel extra kunnen verdienen, dat zij niet alleen hun voorra den op peil houden, doch bovendien hun nieuw „bedrijfskapitaal" kunnen terug storten. Maar wat moeten zij doen, als zij volgens de thans geldende voox-schriften alles erop zetten om terug te betalen en dan opnieuw zonder voldoende midde len staan? Liquideeren misschien 3 Of: opnieuw leenen? NATIONAAL WAARBORG- EN SPAARFONDS VOOR ADSPIRANT-KRUIDENIERS. COMMISSARIS VAN ADVIES EN PROPAGANDA GEÏNSTALLEERD. De jonge man, die een kruideniersbe drijf wil beginnen staat voor verschillen de moeilijkheden. De grootste hinderpaal voor den adspi- rant kruidenier is het geld. Wanneer de zaak van vader op zoon gaat, is in den regel geen geld noodig. Maar hoeveel zaken zijn er niet, welke geen opvolger hebben. De bediende, die zijn patroon jaren lang trouw heeft gediend en gaarne diens zaak over zou willen nemen is daar toe alleen in staat, wanneer hij contan ten heeft. Want niet altijd zal de pa troon zoo bereidwillig zijn hem zijn zaak over te doen in afwachting, of zijn vroe gere bediende hem het verkoopbedrag in den loop der jaren af zal betalen. De Nederlandsche Kruideniersbond, de Federatieve Bond van winkeliers-organi- satiën in het koloniale warenvalc „Febo- wilco" en de Nederlandsche R.K. Kruide niersbond hebben in samenwerking met de Nederlandsche Middenstandsbank N.V. een nationale Waarborg- en Spaarfonds voor jongeren in het kruideniersbedrijf gesticht en daaimede het vraagstuk op gelost. Elke kruideniersbediende, die van plan is later een eigen bedrijf te stichten, zal in de gelegenheid worden gesteld tot het Spaarfonds toe te treden. Tevens krijgt hij een staat van dienstboekje, waarin zijn patroon aanteekening houdt van zijn ge drag en vorderingen. Indien de jongeman na verloop van ja- Ten meent een eigen bedrijf te kunnen stichten of over te neir,4;i, dan wendt hij zich tot het Waarborg- en Spaarfonds met het verzoek om een crediet. De raad van beheer van dit fonds stuurt deze aan vrage door naar den raad van advies, welke de antecedenten van den adspirant kruidenier onderzoekt, waarbij hij in het gedragboekje een goede leidraad heeft. De jongeman, die een crediet heeft ge kregen voegt daarbij zijn gespaarde geld en kan de zaak dus overnemen of openen. De geldmiddelen der stichting bestaan uit het stamkapitaal, namelijk het totaal van de bedragen bij oprichting der stich ting bestemd haar zelfstandig vermogen te vormen en te verhoogen met tien pro cent van alle verdere inkomsten, zulks echter met uitsluiting van de bijdragen ontvangen van jongeren, het werkkapitaal, gevormd uit bijdragen van begunstigers en buitengewone begunstigers, bijdragen van jongeren, bijdragen bestaande uit de ont vangen omslag over den omzet van er kende inkoopvereenigiDigen, borgstellingen van begunstigers en/ol buitengewone be gunstigers ten behoev» van de stichting, gekweekte renten en J «lere inkomsten na aftrek van uitgaven. Dat ook het Rijk ziiH voor dit initiatief van de kruideniersbondj-n interesseert blijkt hieruit, dat dr. W. L. Groeneveld Meijer, chef van de afdeeling middenstand van het departement van handel, nijverheid en scheepvaart gistermiddag in de groote vergaderzaal van de kamer van koophan del en fabrieken te Amsterdam den raad van beheer en van de commissie van ad vies en propaganda van het nationaal Waarborg- en Spaarfonds voor de jonge ren in het kruideniersbedrijf heeft willen installeeren. Officieele valutakoersen der Ned. Bank. New-York 1.88 3/16—1.88 9/16, Berlijn 75.28—75.43, Brussel 30.11—30.17, Helsin ki 3.81—3.82, Stockholm 44.81—44.90, Zii- rich 42.69—42.77. Bankpapier: New-York 1.861/2—1.901,4, Brussel 30.08 30.20, Stockholm 44.7644.94, Zürich 42.65—42.81. Wij hebben slechts willen wijzen op de ongerijmdheid der leeningsvoorwaarden, des te meer ongerijmd omdat het Rijk zelf op zich genomen heeft den getroffenen een vérgaande teg'moetkoming te verstrekken. Verder hebben wij in ons artikel van jl. Zaterdag geschreven: „Zoo heeft de hui dige regeling principieele en practische fouten. Principieel vnl. omdat de credieten renteloos hadden moeten zijn. Zij worden immers betaald uit de schadeloosstellin gen, uit geld van het Rijk, dat het geld van niemand hoeft te leenen en waarvoor het ook geen rente hoeft te betalen of te berekenen." Een financieel deskundige maakt ons erop opmei'kzaam, dat deze for muleering niet zeer gelukkig is. Beter hadden wij kunnen schrijven aldus deze deskundige: „Het Rijk heeft steeds of kan steeds de beschikking hebben over de noo- dige fondsen." Waarvan gaarne akte! Het opleidingsinstituut voor sportleider bij den Opbcuwdienst, waarvoor vele ofticieren en onderofficieren in aanmerking kwamen, is Maandag door majoor J. N Breunese op het sportveld aan de sportlaan te den Haag geïnstalleerd. Majoor Breunese inspecteert het sportleiderscorps. Links achter hem (in burger) kapitein Paters, chef van den propaqandadienst Er moet gebroken worden met verouderde begrippen. Uit Den Haag wordt gemeld: Ter aanvulling van zijn verklaringen on langs over het vraagstuk van de nationale concentratie afgelegd heeft de persrefe rent van het rijkscommissariaat de heer Jknke vandaag in persconferentie nog eenige beschouwingen aan dit onderwerp gewijd. Er is in de laatste dagen, zoo zei de heer Janke, zeer veel gesproken en ge schreven over nationale concentratie. Er is zeer veel drukinkt aan gewijd, zooveel zelfs, dat het van het goede teveel is ge worden. Er bestaat over dit onderwerp ondanks de vele beschouwingen, welke er over gehouden zijn, toch veel onduidelijk heid en verwarring. De weg, die naar nati onale concentratie leiden'moet, wordt niet helder onderscheiden. Ook is er te veel concurrentie tusschen de verschillende con centratiepogingen, zoodat men geneigd is te zeggen, dat er eens wat concentratie in de concentratiebewegingen moest komen. Het belangrijkste in deze matei'ie is, dat niet voldoende begrepen wordt, dat een concentratiebeweging tevens een ver nieuwingsbeweging moet zijn. In veel hoof den heerscht hieromtrent misverstand. Er is een geneigdheid om reëele feiten te ontwijken en een afkeer om den werke- lijken toestand onder oogen te zien. Het is verkeerd te probeeren over de vast staande feitelijkheden heen te praten. Men moet niet trachten ontwikkelingen, welke haar loop genomen hebben, op pa pier of in redevoeringen ongedaan te ma ken. Dit zou beteekenen, dat men de klok terug wilde zetten. En zulk een poging zou bij voorbaat tot mislukking zijn ge doemd. Het is wel onvermijdelijk, dat lie den, die meenen bewegingen te kunnen or- ganiseeren, waarin langs omwegen of onder ander etiket oude idealen worden nagestreefd, zich op een doodloopenden weg bevinden. De practische resultaten tot nu toe door dergelijke concentratie bewegingen bereikt, strekken wel tot be wijs van het voorgaande. Men kan vast stellen, dat de nationale concentratie, waarop breede kringen in het volk blijk baar hebben gehoopt en waarnaar zij ver langend uitgezien hebben, daarom niet tot stand gekomen is. omdat de initiatief nemers geprobeex'd hebben, reëele feiten te omzeilen. Een nationale concentratie zal uit het gedachtenleven van het Nederlandsche volk zelf moeten voortkomen en zal door Nederlanders tot stand moeten worden ge bracht. Toch is het niet overbodig, zoo zei de heer Janke, dat van deze zijde nu en dan een duidelijk woord wordt gesproken om te voorkomen, dat zekere lieden dom heden begaan. Nogmaals, een nationale concentratie is niet te bereiken door vast te houden aan verouderde begrippen. Dit geldt ook voor de staatsvorming. Het is niet' in het belang van het Nederlandsche .volk dat men over het vraagstuk van staatsvorm en monarchie lange debatten houdt of dat men zelfs pogingen tot natio nale concentratie van deze punten afhanke lijk stelt. Men moet niet vasthouden aan theoretische voorkeuren, als de feitelijke toestand een verwerkelrjlring daarvan toch volkomen uitsluit. Beter is het, dat men, afziende van dergelijke theoretische punten en uitgaande van de feiten, het welzijn van het volk voorop stelt. Want dit alleen kan leidend beginsel bij een concentratie zijn, Intusschen blijft men van Duitsche zijde een afwachtende houding aannemen. Wel licht is de tijd nog te kort geweest om de geesten te doen rijpen. De Engelsche verliezen DE „HOOD" VERTOONT SLAGZIJ. Het D.N.B. meldt uit Algeciras De verliezen, die het Engelsche eskader bjj den zeeslag bij de Balearen heeft geleden, wordt thans vanuit Gibraltar bevestigd. Ofschoon bij het ontschepen van de doo- den en gewonden van het Britsche eskader het publiek door troepen achteruit werd gedrongen, opdat de aan land gebrachte slachtoffers niet geteld zouden kunnen worden, is dit plan mislukt. Twee Spaansche dokwerkers hebben de ontscheping bijgewoond en zijn daarna met verschillende arbeiders ontsnapt. Zjj heb ben minstens 128 dooden en 23 gewonden geteld en deelen mede, dat bijna alle Engelsche schepen duidelijk sporen van den strijd vertoonden. De „Hood" ver toonde slagzij. De luchtaanvallen op Gibraltar. Naar voorts uit Algeciras en La Linea wordt gemeld, is het moeilijk te weten te komen, welke schade de door onbekende vliegtuigen op Gibraltar ondernomen luchtaanvallen veroorzaakt hebben, door dat de Britsche autoriteiten strenge maat regelen hebben genomen om t® voorkomen dat berichten het buitenland bereiken. Het is den havenarbeiders te Gibraltar onder bedreiging met zware straffen verboden, met de bevolking te spreken over de uit werking der aanvallen. Onder de bevol king neemt de zenuwachtigheid toe. Er is nog niets met zekerheid bekend van het lot der uit Marokko teruggekeerde ge- evacueerde gezinnen, die, na een verblijf van vier dagen, naar een Engelsche kolo nie gezonden zouden worden. Zondag hebben granaatscherven van het Engelsche afweergeschut die in de stra ten van La Linea terechtkwamen, schade veroorzaakt. Eenige menschen liepen hoofdwonden op. Het Duitscne legeröencflt van heden. Het opperbevel van de Duitsche weer macht maakt bekend Het optreden van het luchtwapen was tengevolge van de slechte weersomstandig heden slechts beperkt. De Duitsche gevechtsvliegtuigen hebben in Noord-Schotland de haveninstallaties van Thurso aangevallen en een koopvaar- dijscliip met bommen in brand gezet. Aan do zuidpunt van Scapa Flow is een En- gelsch troepenkamp met succes met bom men bestookt. Vijandelijke vliegtuigen zijn niet boven Duitsch gebied verschenen.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1940 | | pagina 1