Het werk van het Middelburgsch Hulpcomité RECHTBANK TE MIDDELBURG. Men zij rechtvaardig in zijn critiek Men heeft in ons blad veel kunnen lezen Over het Middelburgsch Hulpcomité. Wij hebben zijn geboorte aangekondigd met vreugde en sympathie en later hebben wij zijn arbeid beschreven. Ook hebben wij in onze kolommen ruim te verleend aan critiek. Enkele schrijvers van ingezonden stukken hebben him mee ning over de werkwijze van het comité te kennen gegeven en deden uitkomen, dat zij het daarmee allerminst eens waren. Er zijn nog meer ingezonden stukken ge komen, welke wij echter niet hebben ge plaatst omdat zij alle hetzelfde zeiden. Om de rechtvaardigheid te betrachten, hebben wij ook ons oor te luisteren gelegd bij het Comité zelf. Wij hebben zijn werk bestudeerd en wij hebben gepraat met de genen, die zich helaas genoopt zagen bij het Comité aan te kloppen om hulp. Onze indruk is dan, dat er door de le den van het Comité hard gewerkt is, zeer hard. Zelfs lijden eenige dames-leden aan oververmoeidheid. Onze indruk is verder, dat het Comité heeft geholpen waar het kon en dat het inderdaad voor zijn vermogen een topprestatie heeft verricht. Men vergete niet, dat er bij de oplich ting van het Comité niets anders aanwezig was da.n een dosis goede wil en naasten liefde. Men heeft dezen goeden wil trach ten om te zetten in zoo groot mogelijke hulp aan de getroffenen. Men werkte met een vrijwillige organisatie, zonder bindende voorschriften. De een was natuurlijk iets soepeler dan' de ander er waren verschil lende inzichten. En zoo is inderdaad de eene getroffene wel eens iets anders be handeld dan een volgende of een vorige. Maar dit zou slechts te vermijden zijn ge weest als men een aantal ambtenaren had aangesteld, die zich hadden te houden aan zeer bepaalde voorschriften en die prac- tisch geen enkel persoonlijk initiatief zou den mogen hebben. Dat is bij deze materie echter onmogelijk. Niet het aanstellen van ambtenaren Rotterdam heeft er 60 voor dit werk maar het uitschakelen van persoonlijk initiatief en oordeel. Afgezien van het verschil in behandeling, waarover verscheidene getroffenen zich ge kwetst of teleurgesteld hebben getoond, zijn door leden der commissie natuurlijk ook fouten gemaakt. Dat trachten zijzelf ook niet te ontkennen en dat is ook aller minst een schande. Er zijn fouten gemaakt, waardoor de een ivel eens iets meer kreeg dan de ander of waardoor iemand iets kreeg, terwijl hij of zjj er geen recht op had. Menschelijkerwijs is dit echter bij een dergelijke organisatie en bij dit werk onmogelijk te versnijden. Meer dan 2 millioen schade alleen aan meubilair. Veel te veel leeft bij de getroffene nog de gedachte aldus zeide men ons van de zijde van het Comité -dat men bij het Comité kan worden schadeloos gesteld voor zijn verlies. Dat is ten eenenmale uitge sloten. Het comité kan niet meer doen dan tijdelijk helpen, dan voorzien in den ergsten nood. Ais men ziet, dat volgens de opgaven de schade in Middelburg alleen aan meu bilair al 2.200.000 bedraagt, dan moet het een ieder duidelijk zijn, dat een hulpcomité dat afhankelijk is van giften deze schade niet vergoeden kan. Hoe is het gegaan en hoe is een deel der ontevredenheid ontstaan? Men begon met een inzameling langs de huizen. Wat men kreeg niet al te mooi vaak werd uit gedeeld. Wie het eerst kwam, maalde het eerst. Later kwam er geld binnen en daar voor kocht het Comité zelf wat het dacht noodig te hebben. Zoodoende kregen de later komenden nieuwe dingeh, ter wijl de eerst-gekomenen het met oude moesten stellen. Dat wekte bij hen ont stemming. Een andere handelwijze was echter niet mogelijk. Ontevreden waren ook veelal de hoofden van groote gezinnen. Als een vader van zes kinderen kwam om bedden en beddegoed voor zijn gezin, dan kon het Comité hem niet volledig helpen weer anderen zouden daarvan de dupe geworden zijn. De behoefte was oneindig veel grooter dan de voorraad. En moest nu eenmaal ge schift en nog eens geschift worden, zoo zeide men ons. En dat dit wel eens leidde tot critiek, is volkomen begrijpelijk. De ge troffenen kijken natuurlijk het eerst naar hun eigen behoeften. De algemeene behoef te kunnen zij trouwens niet overzien. Maar het Comité kan dat wel. Het weet hoeveel er noodig is. Het weet ook, dat dit vele er niet is. Alles wat het kan doen is de goederen zoo rechtvaardig mogelijk te verdeelen. Komt iemand dan voor den der den keer terug en de beide vorige keeren heeft hij al iets gehad al is het nog zoo weinig, dan is men herhaaldelijk ge noodzaakt om te zeggen „Voor TJ is er voorloopig niets meer". Tegelijkertijd ziet de man echter wellicht een stapel dekens, een paar stoelen of iets anders, waaraan hij dringend behoefte heeft. Het is begrijpelijk, dat hij dan eenigszins verbitterd weggaat. Maar dat moet men niet aan het comité verwijten. Dat komt doordat de voorraad te klein is. In verhouding tot wat zij verloren heb ben, zal het toch altijd uiterst weinig zijn wat het Comité aan de getroffenen kan meegeven. Het is echtei een kwestie van rechtvaar digheid om te erkennen, dat het Comité met groote moeilijkheden te kampen heeft. Dat men tot critiek komt, is begrijpelijk. Men trachte, alvorens critiek uit te oefe nen, voortaan echter ook de andere zijde van de zaak te bezien. Gemengd Nieuws HET WRAK VAN DE STATENDAM. Ligt gekluisterd in den rivierbodem. Als een van de eerste slachtoffers van de gebeurtenissen tusschen 10 en 14 Mei ligt de Statendam van de Holland-Amerika- Lijn thans nog voor de Wilhelminakade. te Rotterdam. Een roestig casco, de huid geblakerd. Een onttakeld wrak met de leegte van de drie trotsche schoorsteenen, die ook in den vuurgloed sneuvelden, tusschen de twee masten, welke het brandend geweid heb ben doorstaan. En het kan nog wel eeni- gen tijd duren voordat de overblijfselen van dit schip, dat jarenlang de commodore- vlag heeft gevoerd, zijn laatsten gang paar den slooper zal gaan. Den laatsten tijd zijn geregeld geruch ten opgedoken als zou het wrak van de Statendam een gevaar gaan vormen voor de scheepvaart. De romp zou zwaar lek zijn en de kans zou bestaan dat het schip zou zinken of kapseizen. Wegsleepen zou voorloopig niet mogelijk zijn, omdat in scheepsslooperskringen de animo zou ont breken de Statendam als sloopobject aan te koopen. Al deze geruchten missen eiken grond van waarheid, aldus het Rott. Nwsbl, Als elk door brand verwoest schip is ook de Statendam een niet onaantrekkelijk sloop object. De P. C. Hooft en het Fransche mailschip Lafayette zijn er voorbeelden van. En het gevaar voor de scheepvaart he- rust op geen enkelen grond. Zinken kan het wrak niet meer, omdat het veilig in den rivierbodem langs de Wilhelminakade is gebed. Het zit onwrikbaar aan den grond en het water gaat met eb en vloed ook binnen de scheepswanden op en neer. Het eenige ongerief, dat de Sta tendam op haar geweten kan hebben, is het verontreinigen van het rivierwater door de stookolie, welke blijkbaar nog in tamelijke hoeveelheden in de oliebunkers aanwezig is en die bij vallend water uit de patrijspoorten stroomt. Deze veront reiniging wordt echter bij elk ebtij weer vrij snel opgeheven. De olie drijft stroom afwaarts, keert bij een volgend vloedtij wel weer wat terug maar daar de afvoerende kracht van het ebtij toch altijd nog groo ter is dan de terugvoerende kracht van het vloedtij, verdaagt deze olie langzamerhand toch in zee. En eens zal er wel een eind aan komen aan dezen stookolievoorraad, welke toch al sterk gedimd moet zijn bij den eerste grooten brand en bij de kleinere branden, welke later nog in de bunkers Woedden. Gevaar voor ontbranden van deze drij vende olie is niet aanwezig. Stookolie toch, en vooral deze drijvende stookolie, zou sterk verhit moeten worden vóór er kans is op ontbranden. Eerst als de reederrf het schip zou los laten komt de wrakkenwet op de proppen en kan de overheid de verwijdering van het wrak gelasten. Zoover is het nog niet, pok al omdat de Statendam voorloopig niemand in den weg ligt. Het wordt dus een kwestie van koop manschap tusschen de reederij en den scheepsslooper. En de laatste zal aan het casco ongetwijfeld voldoende werk en ma teriaal vinden. BOTSINGEN TUSSCHEN ENGEL8CHE EN EGYPTISCHE TROEPEN. De Italiaansche Messaggero bevat bij zonderheden over incidenten tusschen En- gelsche en Egyptische troepen. Volgens dit blad waren op 15 Juni de Egyptische soldaten van een grensfort aan de Lybi- sche woestijn reeds twee dagen bijna zon der drinkwater, toen zij zagen, hoe de Brit- sche soldaten in een naburig Engelsch kamp in volkomen gemoedsrust hun bad namen. Zij deden dat in het water, dat bestemd was als drinkwater voor de Egyp- tenaren. De Egyptenaren vroegen de En- gelschen om opheldering, deze gaven arro gante antwoorden en gaven en Egyp tisch officier een pak slaag. De Egypte naren schoten daarop woedend op de En- gelschen, van wie 5 gedood en 20 zwaar gewond bleven liggen. Den dag daarop deden de Italianen een luchtaanval op Meroa Matroe. Het Egyp tische luchtafweergeschut greep niet in. Hierop verscheen de Engelsche comman dant op het vliegveld en schoot den Egyp- tischen officier, die standvastig weigerde op de Italianen het vuur te openen, met vijf revolverschoten dood, DE FRANSCHE RADIO IN HET ONBEZETTE GEBIED MAG WEER GAAN WERKEN. Tijdens de beraadslagingen van de Duitsche wapenstilstandscommissie is gis ter het vraagstuk van de Fransche radio besproken. De Duitsche wapenstilstands commissie heeft besloten de Fransche re- geering toe te staan, de Fransche radio zenders in het onbezette gebied weer in gebruik te nemen. De Fransche regeering draagt voor de uitzendingen de volle ver antwoordelijkheid. Van Duitsche zijde zal geen censuur worden uitgeoefend. MET ZIJN MOTOR TEGEN BOOM GEREDEN EN OMGEKOMEN. Gistermorgen om ongeveer tien uur is de 23-jarige Van W. afkomstig uit Til burg, met zijn motorrijwiel op den straat weg Apeldoorn-Amersfoort, tusschen Gar deren en Voorthuizen, in volle vaart tegen een boom gereden. Toen een arts en een geestelijke ter plaatse arriveerden, was de jongeman reeds overleden. Het slachtoffer was op weg naar Baarn. Het stoffelijk overschot is naar Amersfoort overgebracht. De oorzaak van het ongeval is niet be kend. De motor werd geheel vernield. POLITIECHEFS IN -LITTAUEN VAN HUN FUNCTIES ONTHEVEN. Krachtens een bepaling van het minis terie van binnenlandsche zaken worden, behalve een nieuw aantal districtshoofden ook de meeste tegenwoordige politiechefs in Littauen van hun functies ontheven. Raad van Goes. Het politiekorps met vier agenten uitgebreid. De kennis gaat niet door. Herverzekering. De Raad van Goes vergaderde Vrijdag middag onder voorzitterschap van burge meester W. C. ten Kate. Afwezig zijn de heeren Kloosterman en Laport: De VOORZ. drukt allereerst zijn mede leven uit met de nabestaanden van hen, die in de oorlogsdagen zoo diep getroffen zijn. Spr. uit voorts zijn oprechten dank aan allen, die de gemeente in de achter liggende moeilijkheden bijstonden en' hij hoopt, zoo noodig, ook in de toekomst op hun steun te kunnen rekenen. Ingekomen is o.a, bericht van Ged. Staten, dat, voorzoover de gemeentebe- grooting 1940 nog niet is goedgèkeurd, thans over alle posten volledig beschikt kan worden. Burgemeester W. C. ten Kate wordt in de vacature wijlen mr. R. M. van Dussel- dorp benoemd tot ambtenaar van den Burgerlijken Stand. Tot leden van de com missie van gemeentewerken worden be noemd de heeren Chamuleau, Crucq en Reedijk. Als voorzitter dezer commissie wordt de heer Chamuleau benoemd. KERMIS GESCHORST. Nadat eenige begrotingswijzigingen zijn goedgekeurd en de Raad eveneens zijn goedkeuring heeft geschonken aan een drietal door B. en W. genomen maatrege len, wordt eveneens zonder discussie of h. st. besloten tot schorsing der kermis. POLITIEKORPS UITGEBREID. Bij het voorstel tot uitbreiding van het politiepersoneel met vier agenten, drukt de heer CRUCQ de hoop uit, dat, na de uitbreiding van het politie-personeel ook beter toezicht op de plantsoenen zal plaats hebben. De VOORZ. zegt, dat dit inderdaad de bedoeling is, waarna zonder verdere dis cussie of h. st. ook dit voorstel wordt goed gekeurd. Nieuw lid B. A. Aan den heer I. Wessel wordt op zijn verzoek eervol ontslag verleend als lid van het Burgerlijk Armbestuur, waarna in de daardoor ontstane vacature de heer M. W. Knuist wordt benoemd. DE BRANDVERZEKERINGEN. Bü het voorstel om de brandverzeke ringen over te schrijven op Nederlandsche maatschappijen, zegt de VOORZ. dat hem pas gebleken is, dat ook de mogelijkheid bestaat ,om zich te verzekeren tegen het niet of laat uitbetalen van verzekeringen. Als dit meer wenschelijk is, zullen B. en W. daartoe overgaan. De heer ECKHARDT meent dat voor het gasbedrijf deze her-verzekering niet noodzakelijk is. De VOORZ. staat op het standpunt dat men in deze gedekt moet zijn. Men kan niet weten, wat de toekomst brengen zal en men moet verzekerd zijn. De heer DUVEKÖT wijst er nog op, dat toch thans ook de posten voor de helft gedekt zijn. De VOORZ. meent, dat ook hier niets absoluut van vast staat. Spr. is er ook tegen om andere maatschappijen te raad plegen. Men wil blijven bjj de Mij., die de gemeente verzekerde en thans ook over dracht der verzekering aanraadde. Wethouder DE ROO raadt aan, bij het voorstel te blijven en niet in bijzaken af te dalen. Het gaat om aanname of afwij zing van het door B. en W. omschreven voorstel, dat alleen de bestaande verze kering door dezelfde Mij. op Hollandsche" wil doen overschrijven. Het voorstelwordt hierna aangenomen met de heeren Duvekot en De Looze tegen. Van de rondvraag maakt geen der le den gebruik. De heer Küpfer benoemd tot commandant der garde van Nationaal Front. Hij was tijdens de mobilisatie commandant van het vliegveld Vlissingen. Met ingang van 1 Juli is door Arnold Meijer, leider van het Nationaal Front,, benoemd tot landelijk commandant van de garde van Nationaal Front, de heer C. C. Küpfer, gepensioneerd kapitein-vlie ger K.N.I.L. Drs. C. C, Küpfer is geboren in 1894. Hij bezocht de K.M.A. te Breda en werd in 1916 2e luitenant der infanterie bij het Nederlandsch-Indische leger. In 1919 volg de zijn promotie tot le luitenant en in 1920 werd h\j officier-vlieger bij de lucht- vaartafdeeling. In 1927 volgde zijn bevor dering tot kapitein. In dat jaar verkende h\j Sumatra op den grond voor den aanleg van vliegvelden voor het burgerlucht- vaartverkeer. Hij maakte tal van verkenningsvluchten door den geheelen Archipel en werd in 1932 commandant van den vliegdienst. In 1933 nam hij ontslag uit den militairen dienst en wel om twee redenen le. wijl er toen geen uitzicht bestond op een behoorlijke versterking van de Indische luchtvloot, men deed het met 18 vliegtuigen in eerste lijn (6 jagers en 12 verkennersbombardeurs 2e. wijl hij voor verdere promotie voor vier jaar naar de infanterie moest terug gaan, ondanks het feit, dat men bij de luchtvaartafdeeling op zijn blijven was ge steld. Gerepatrieerd zijnde, volgde de heer Küpfer de colleges in de sociale geografie aan de Universiteit van Amsterdam. In 1937 deed hij zijn doctoraal examen. In ditzelfde jaar vertoefde hij geruimen tijd in Zuid-Afrika ingevolge een bijzondere opdracht van de Fokkerfabrieken. Van 1938 tot midden 1939 was hij hoofdredac teur van „De Waag". Na de mobilisatie werd hij achtereenvolgens commandant van het vliegveld Vlissingen en daarna commandant van de school voor reserve officieren van de militaire luchtvaart te Rotterdam. In de oorlogsdagen gaf hij zijn geheele persoon in den strijd voor de verdediging van een van 's lands belangrijkste punten, Strafzitting van Vrijdag 5 Juli 1940. SCHOENEN ENZ. ONTVREEMD. De 43-jarige vischventer H. W. B. uit Breskens, thans in voorarrest, hoorde den officier in zijn aanklacht zeggen, dat hi) tusschen 18 en 25 Mei, dus in de moei lijke dagen te Breskens heeft weggenomen 8. schoenen bij W. Woittiez, 8 pantoffels en schoenen van J. v. d. Velde en een heerencostuum en eenige overhemden bij J. J, le Bleu. De officier van justitie wees er. nadat verdachte bekend had, op, dat hij al eerder veroordeeld is en dat er geen termen zijn voor verzachting van de fei ten, die gepleegd zijn, waarom spr. 8 maanden gevangenisstraf met aftrek voor arrest vorderde. De verdediger, mr. A. H. Kuipers, zeide dat men het geheurde zeker zou kunnen zien als een zeer ernstig feit, als men de omstandigheden niet in aanmerking neemt. De straf, waartoe verdachte een maal veroordeeld werd, dateert van jaren geleden en nu is hij tot zijn daden over gegaan in de moeilijke tijden van evacua tie. Hij dacht, dat het geheele dorp zou worden verwoest en dat hjj dan wel een en ander zou mogen medenemen, dat an ders toch verloren ging. Ook verdachte zelve hield nog een pleidooi en lichtte toe hoe hij tot de diefstallen kwam. Uitspraak 17 Juli. DIRECT VRIJGESPROKEN EN VRIJ GELATEN. De 29 jarige betonwerker S. P. uit Oost en West Souburg, ook gedetineerd, had zich te verantwoorden wegens het weg nemen van 20 liter benzine uit een Fran- schen legeraueo op 27 Mei te Souburg. De verdachte gaf toe, reeds 7 maal te zijn veroordeeld en ook, dat hij op ge noemde datum benzine voor zijn auto aannam, die door zekeren Walrave uit den Fransehen auto was gehaald. De officier van justitie, mr. v. d. Minne, toonde ook in dezen niets van al degenen te moeten hebben, die van de gelegenheid gebruik maakten om zichzelf te bevoor- deelen en vroeg 6 maanden gevangenls- szr&f met aftrek voorarrest. Ook voor dezen verdachte was mr. Kui pers raadsman. Spr. wees er allereerst op, dat P. gearresteerd werd voor een an der feit, dan dal, waarvoor hij nu terecht stond. Hij heeft toen zelf aan den. burge meester verteld deze 20 liter benzine te hebben genomen. Zeker heeft hij die ben zine in zijn eigen auto overgestort, maar van wegnemen van de benzine door ver dachte is niets bewezen. Wegens diefstal kan hij dus niet .vorden veroordeeld. Maar daar komt nog bij, dat het feit niet onder d' gemeente Souburg is gepleegd, maar op den ouden Vlissingschen weg, waar de weg in de gemeente Middelburg ligt en de huizen op Koudekerksch grondgebied staan. Dus daarom lean hij ook niet ver oordeeld worden op de huidige dagvaar ding. Men mag geen rekening houden met verdere verdenking over het plegen van andere strafbare feiten, die op ver dachte rust. De rechtbank moet ook niet vergeten dat P. sociaal werk verrichtte bij het Roode Kruis. Pleiter vroeg daarom vrijspraak van verdachte en in vrijheid stelling. De officier van justitie wees er in zijn repliek op, dat Walrave op gezag van P. de benzine er uit haalde, geïnspireerd door den Roode Kruisband. De verdediger zeide, dat Walrave daar om nog geen benzine mocht wegnemen. Na in raadkamer te zijn geweest, deed de rechtbank direct uitspraak en sprak P. vrij op grond, dat niet vaststaat, dat het feit te Souburg heeft plaats gehad. Verdachte werd direct op vrije voeten gesteld. EEN MISLUKTE POGING TOT OPLICHTING. Het was een heel ander feit, waarvoor de 4(- jarige koopman P. J. A. A. V. uit Middelburg vervolgens terecht stond en wel, dat hij op 16 Juni getracht heeft den heer G. J. Fros te Vlissingen op te lich ten voor 1. Volgens de dagvaarding en de verkla ringen van den heer Fros en zijn doch ter, die als getuigen werden gehoord, heeft verdachte medegedeeld, dat hij ma rine-officier was, dat hij zrjn auto in het villapark had moeten laten staan, omdat zijn benzine op was, dat hij niet over vol doende geld beschikte om benzine te koo pen en daarom een gulden wilde leenen. De getuige heeft hem echter niets ge geven. Verdachte bleek onder den invloed van sterken drank te zijn geweest en wist zich niets meer te herinneren over wat hij heeft staan vertellen. De officier van justitie wees er op, dat verdachte op meer plaatsen dergelijke praatjes heeft gemaakt en dat hij al 6 maal veroordeeld is, spr. vroeg zijn ver oordeeling tot 4 maanden gevangenis straf. De raadsman, mr. H. L. van Zanten, achtte dezen eisch zeer zwaar temeer daar verdachte niets heeft gekregen. Spr. drong aan op clementie. Uitspraak 17 Juli. EEN RIJWIEL EN EEN STRIJK IJZER ONTVREEMD. Het was de 36 jarige Vlissingsche smid J. M. v. W., die nu voor de rechtbank verscheen, verdacht van diefstal van een rywiel op 16 Mei en van een strijkijzer ten nadeele van C. W. van Oeveren tus schen 16 en 18 Mei. De president wees er verdachte op, dat hii bij de evacuatie een fiets mede nam en hem daarna maar behield zonder hem aan te geven bij de politie. Ook het ver miste strijkijzer is bij verdachte aange troffen. Ook deze verdachte is recidivist, en is reeds tweemaal tot één jaar ge vangenisstraf veroordeeld. De officier van justitie vorderde 8 maan den met aftrek voorarrest. De raadsman, mr. van Zanten, zeide, dat het tijdstip waarop het strijkijzer zou zijn ontvreemd niet vast staat, terwijl spr. inzake het medenemen van een rijwiel en later niet aangeven weer in herhaling zou moeten treden, en uiteen zetten waartoe de huidige omstandigheden leidden. Spr. vroeg een clementer straf. Uitspraak 17 Juli. OOK EEN RIJWIEL GEKAAPT. De 22 jarige timmerman M. v. G. uit Sruburg, hoorde uit de tenlaste legging, dat hij op 30 of 31 Mei te Souburg een rijwiel heeft weggenomen. Do verdachte gaf dit toe en hoorde door den officier van justitie 3 maanden met aftrek tegen zich eischen. Mr. van Zanten heeft in zij,i verdediging betoogd, dat deze verdachte niet ongunstig bekend stond. Hg heeft in Mei zijn leven gewaagd als militair voor U en mij zeide de verdediger tot de rechtbank. Daarbij verspeelde hrj zijn fiets en was dus zonder rijwiel. Op 26 Mei bleek Souburg te zijn geëvacueerd. Hij vond Souburg half leeg geplunderd en nam toen de fiets weg. Spr. drong aan op een voorwaardelijke veroordeeling van v. G. of althans ten deele onvoorwaardelijk en ten deele voor waardelijk. Uitspraak 17 Juli. ECHTPAAR STAAT TERECHT. De 24 jarige landarbeider J. M. en zijne 21 jarige vrouw E,L. uit Sluis verlieten elkaar zelfs in de rechtzaal niet en namen naast elkaar plaats in het beklaagden bankje. Aan hen was ten laste gelegd, dat zij op 24 Mei te Sint Anna ter Muiden eenige knotten sajet van E, van Wijckhuise en een directoir en een manshemd van den broer van de vrouw A. Lamote hebben weggenomen, terwijl de man op 26 Mei Uit den winkel van V/. J. Musson to Sluis door openschuiving van ven raam nog 2 kistjes en 3 doosjes sigaren en 3 doosjes sigaretten op den kop wist te tikken. Beide verdachten bekenden het hun ten laste gelegde en dc officier van justitie vorderde tegen den man 6 en tegen de vrouw 3 maanden gevangenisstraf. Mr. van Zanten wees er op, dat verdach ten nooit met de justitie in aanraking zijn geweest en dit wellicht nooit het geval zijn geworden als de oorlog niet was uitgebroken, waardoor verdachten uit hun evenwicht geraakten. Spr. drong aan op clementie en wees er nog op, dat men deze zaak niet moet bekykeri in den rus- tigen sfeer van de rechtzaal te Middelburg, op 5 Juli, maar in den zeer woeligen sfeer van het leven te Sluis eind Mei. Uitspraak 17 Juli. WEDEROM ONVOORZICHTIGEN DOOR GRANAATSCHERVEN GETROFFEN. Wederom zijn gistermiddag tijdens het vuren door luchtdoelartillerie te Rotter dam burgerpersonen, die zich op straat bevonden, door neervallende scherven ge troffen en wel in de tweede Schansstraat en op het Piet Heinsplein. Zn werden, door den geneeskundigen dienst verboden. Met nadruk wordt er nogmaals op ge wezen, dat men zeer onverstandig en on voorzichtig handelt, wanneer men zich op straat begeeft of op straat blijft tijdens het vuren van de luchtdoelartillerie. ONDER EEN HOOHLAR GERAAKT EN OMGEKOMEN. Donderdagavond is dc 30-jarige L. uit Groesbeek, terwijl hij een voor een kar geladen met hooi gespannen paard bij den kop leidde, gestruikeld, zoodat hy kwam te vallen. Hij kreeg een der wielen van de kar over zijn borst en werd met zware inwendige kneuzingen in liet St. Canisius ziekenhuis te Nijmegen opgenomen. Gis terochtend is hij aan de kwetsuren over leden. -VEERTIGDUIZEND SCHOOLKINDEREN IN ENGELAND GAAN EVACUEEREN. Het Britsche ministerie van gezondheid deelt mede: Zondag a.s. zal begonnen worden met de evacuatie van 40.000 schoolkinderen uit de kustgebieden in het Oosten en Noord-Oosten des lands. Het plan is, de evacuatie in al deze gebieden uiterlijk Maandagavond te beëindigen. MOEILIJKHEDEN VAN ONTSLAGEN ARBEIDERS. De wettelijke bepalingen op het punt der werkbeperking (ontslag, stopzetting bedrijf en vermindering arbeidsduur) kun nen tot moeilijkheden en misverstand aan leiding geven. De afd. Amsterdam van „Het Neder- landsch Arbeidsfront" heeft zich in over leg met zijn adviseur voor arbeidsgeschil len, tot de autoriteiten gewend en op kor ten termijn een onderhoud verzocht met den secretaris-generaal van het departe ment van sociale zaken. De naar voren gebrachte grieven zijn in het kort nis volgt te formuleeren 1. Conform de bepalingen moet na 9 Mei 1940 gegeven ontslag terstond worden in getrokken, doch desniettegenstaande hand haven vele patroons zulk een ontslag in af wachting van een vergunning van de ar- beids-inspecties voor dit ongeldige en strafbare ontslag. Daardoor worden tallooze arbeiders ge dupeerd en verkeeren zij in ernstige fi- nancieele moeilijkheden, terwijl dit onnoo- dig en zelfs verboden is. 2. Verzoeken van patroons om vergun ning tot het geven van ontslag worden door de betreffende arbeids-inspecties be slist zonder dat de betrokken arbeider (s) is (zfln) gehoord. De te geven beslissing wordt daardoor, ten koste veelal van den arbeider, zéér eenzijdig beïnvloed. 3. Ten opzichte van in te stellen loon- acties bestaat geen uniformiteit en zijn aan de arbeids-inspecties met de wet strijdige richtlijnen verstrekt.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1940 | | pagina 7