Nederland bouwt voort aam zijn toekomst D{j@S werk aam dera R3=Oo-p©0d®i° Is w©@r begonnen* Hoe Amerika zuivelproducten maakt en verkoopt Derde Blad PROVINCIALE ZEEUWSCHE COURANT Zaterdag 22 Juni 1940 De stand van zaken. .Van een specialen verslaggever. Veertien dagen ongeveer hebben de werktuigen, die anders dag in, dag uit met kreunend geweld voortbouwen aan de wording van den Noord-Oostpolder, ge- Zwegen. Veertien dagen dreef er geen zwarte rookwolk over de voormalige zee, waren .er 's morgens en 's avonds geen karavanen fietsende werklieden, die uit de omgeving naar de werkputten of de dijken trokken, maar veertien dagen lang is het offen sief van den arbeid lam gelegd en won de zee op enkele plaatsen zelf terug wat haar reeds moeizaam ontworsteld scheen. Maar na die veertien dagen is het aan zien van de Zuiderzeewerken weer geheel veranderd. Uit Den Haag kwam het bevel: doorwerken. En thans stuwen de kranen en de zuigers opnieuw zwarte rookpluimen naar den strakblauwen zomerhemel en al hetgeen hier vroeger de bedrijvigheid vormde, is opnieuw in actie gekomen. Maar de sporen van de storing zijn er toch allerwege en zij zijn ook oorzaak dat .er waarschijnlijk eenige vertraging in het werk zal komen, Toen de oorlog uitbrak heeft Urk zich in staat van verdediging gebracht. Het deed dat op zijn wijze en met de voorhan den zijnde middelen. Het IJsselmeer draagt pr de sporen nog van. Kijk, zegt de kapitein als we in de rich ting van het (schier) eiland koersen, daar ligt er weer een. In de verte steekt een vlag van een boot, die tot zinken werd ge bracht, boven water uit. Er zijn ton nen bijgeplaatst om de scheepvaart te waarschuwen. Langs den meerdijk zijn bakken en baggermolens onder het wateroppervlak verdwenen, en bij den ingang van de ha ven is zelfs de vloot van de inpolderings werkzaamheden als versperring gebruikt. Maar nu de spannende dagen van Mei voorbij zijn is een belangrijk deel weer aan zijn oude bestemming teruggeven. Bijna 50 booten hebben we weer aan de oppervlakte, zeide ons de uitvoerder van dit werk van wederopbouw dezer dagen, en de overige 30 zullen weldra volgen. Als om zijn woorden kracht bij te zetten ver scheen toen juist de duiker boven water en meldde, dat de kranen opnieuw een baggermolen naar boven konden trekken. En passant had hij een armvol kostbaar gereedschap van den bodem van de zee meegebracht. Op de aken, die den haven ingang hermetisch hadden afgesloten, werd het water uit de ruimen gepompt. Bakken, die enkele dagen geleden nog aan de vernietiging prijs gegeven waren ge weest, voeren weer uit, met zand geladen naar den dijk. Zoo werkt men op Urk aan een nieuwe toekomst, en dit werk geschiedt met alle kracht, welke het verlangen tot herstel van meer normale verhoudingen kan ont wikkelen. Toch is men er den bangen tijd van het jongste verleden nog niet vergeten. Ook in dit opzicht is Urk zich zelf gebleven. De bewoner van het eiland, die er jarenlang op gestaan heeft, dat de Torenstraat en de Prins Hendrikstraat het eigen domein bleven van de lange en de korte broeken, is door de groote gebeurtenissen, in de wereld over het water, waar hij van leeft en waar hij van houdt, diep geschokt ge worden. Doch de tijd, dat hij zich het roer uit de handen voelde geslagen, heeft niet lang geduurd. Hij heeft zijn koers al weer bepaald, en het scherpe oog in den ver weerden zeemanskop mag aan glans heb ben ingeboet, het is weer op de toekomst gericht, zij het, dat de einder nog in nevelen gehuld ligt. e Voor den Urker was het zeer de vraag: wat zal er van de inpolderingswerken worden, en hoe gaat het verder met de visscherij? Beide factoren beheerschen zijn leven. Het beeld van het IJsselmeer geeft evenwel het antwoord op deze vragen. Het is in deze zomersche dagen vol leven en vol fleur. De botters dansen op de golven, waarin het felle zonnelicht duizendvoudig wordt weerkaatst, en aan het einde van den meerdijk stijgen zwarte rookwolken uit de sleepbooten, die het zand naar het sluitgat brengen. Er wordt weer gevischt en de inpolderingswerkzaamheden zijn op nieuw met kracht ter hand genomen. De toekomst is, wat het laatste betreft, zelfs zoo hoopvol, dat men dit jaar den dijk om den polder nog gereed denkt te krijgen, waarna het volgende jaar het de droog legging zal kunnen worden begonnen. Toen het werk het vorige jaar, bij het invallen van den winter werd stilgelegd was de stand aldus: 1. Van den meerdijk tusschen Urk en Lemmer was 14060 m. gereed; het overige deel van dit traject, groot 9300 m, van Urk uit gerekend op de afwerking na. Daar aan is men thans bezig. 2. Van den dijk tusschen Uric en de Ramspol was een stuk van 6200 m. in Juni van het vorige jaar opgeleverd. Het werd door het „sluitgat", 4023 m. groot, af gesneden, van een djjktraject van 6000 m. ten Zuiden van Schokland, dat in Apriil 1939 was opgeleverd. Hieraan sluit een stuk van 4000 m. aan, dat klaar is, maar nog afgewerkt moet worden. De volgende 3000 m. dijk is nog in uitvoering. Dan vol gen er 1500 m. die deze maand klaar ko men. en het tweede „gat", 2500 m. groot, ten Noorden van het Kampereiland, dat dezer dagen zal worden aanbesteed. Noordelijk van het Zwolsche Diep, dat nog open is, was in April 1939 reeds 1000 m. opgeleverd en aan het eind van dat jaar eveneens 1000 m. ten Zuiden van het Zwolsche Diep. Voor de Voorst is de dijk eveneens ge reed. Aan het kanaahverk wordt hier met kracht gewerkt en ook sluizen en gemalen vorderen naar wensch. 3. Direct hiermede samenhangend wa ren de werkzaamheden, betreffende de afwatering en de uitmonding. Immers zoodra de gaten in den dijk gedicht zullen zijn, komt de kwestie van de scheepvaart aan de orde, daar deze dan niet meer, ko mende van het Zwolsche Diep, om Schok land kan varen en door het sluit gat zooals nu. Bovendien zal dan af watering geregeld moeten zijn, daar de IJssel te veel water aanvoert naar het meer, dat komt te liggen tusschen Rams pol, den meerdijk en de Overijsselsche kust. Gelijk bekend wordt voor de scheep vaart een kanaal gegraven, langs den meerdijk. dat ongeveer 5 km. voorbij Ramspol, middels een haven in het IJssel meer zal uitmonden. Van den leidam, den Zuidelijken kanaaldijk, zal een traject van 3000 m., Westelijk van de Ramspol, nog deze maand worden opgeleverd. Een stuk van 3200 m. beoosten Ramspol is klaar op de afwerking na. Binnenkort volgt de aanbesteding van den aanleg van de ha ven aan het eind vart dezen dam, en het deel van den dam, dat de haven met het reeds gereed gekomen deel zal verbinden. Ten behoeve van de regeling van den wa terafvoer worden bij Kampen een sluis en een dam in het Ganzediep gelegd. 4. De sluisputten en gemalen bij Lem- mor, de Voorst en op Urk verkeerden aan het eind van het vorige jaar in het sta dium van opbouw, met dien verstande, dat de putten bij Lemmer en de Voorst verder gevorderd waren dan die op Urk, waar een brand, naar men weet, het werk ernstig heeft gestagneerd. Tijdens de oor logsdagen is deze put andermaal vol wa ter geloopen. Maar ook als deze nieuwe tegenslag de afwerking in den weg mocht staan, zal de drooglegging er niet om be hoeven te worden opgehouden, daar naar men ons van zeer bevoegde zijde verzeker de, de polder ook met twee gemalen zal kunnen worden leeggepompt, al zal dat natuurlijk langer duren dan wanneer er, zooals de aanvankelijke opzet was, drie pompen aan het werk gezet worden. Men is ook weer begonnen met de ver dere afbraak van 't oude Schokland. Daar wordt de steenen oeverbescherming" weg gehaald, om er den Meerdijk mee te be schermen. En het baggeren van de kana len in den polder is weer op volle kracht ingezet. Ettelijke molens en zandzuigers zijn er mee bezig. De opzet is dat die ka nalen gereed zullen zijn als de sluiting een feit is geworden. Desnoods kan het mate riaal uit den polder afgevoerd worden door de sluizen te Lemmer en te Kadoelen. 9 9 9 Zoo was de stand van zaken toen en thans. Toen de winter inging werden do botters, de bakken, zuigers en kranen op de helling gezet, om gekalefaterd te wor den en Urk beleefde zijn zorgen van dien winter, dien het zich nog lang heugen zal. DE VISSCHERIJ. Maar de week na Biddag voer de vloot weer uit, en, voor wat de inpolderings werkzaamheden aangaat, in het laatst van April was juist de beschermkop van den dijk gehaald, grenzende aan het sluitgat. Dat alles kwam ineens op losse schroe ven te staan. Doch niet zoodanig, of het werk kon worden hervat. Voor de Noord- zeevloot, die een dertigtal schepen omvat, met een motorkracht van 80 tot 100 P.K., in tegenstelling tot de IJsselmeervloot, waarvan de motorkracht niet hooger kan 30 P.K. mag zijn, beteekent dit echter, dat ze, zonder vergunning, op zoek is gegaan naar aal en snoekbaars. De visscherij-in- spectie heeft er zich al mede bemoeid en wat het nog worden zal weet men niet. Plet LEMMER VERKLAR/rtG. MEERDIJK OP KANAALKADE KANAAL IN DEN POL DER. J wtroojo GRONDVERBETERING TOEKOMST/GE DORPEN BLANKENHAM BL0K2UL gemaal ettenlahd- SCHE KOLK JZADOELEN .UrSfNAAHBOm De tusschenhandel speelt slechts een ondergeschikte rol. Het departement van Landbouw der Ver. Staten heeft een brochure uitgegeven, waarin het streven naar massa-productie en massa-distributie van zuivel- en melkpro ducten, dat zich de laatste twee decennia in de V.S.A. ontwikkelde, uitvoerig behan deld wordt. Dat dit streven van onmiddel lijk gevolg is geweest voor de Amerikaan- sche zuivelproducten, dat prijs- en con currentieverhoudingen en het geheele marktstelsel hierdoor werden beïnvloed, behoeft geen nader commentaar. Met na me wordt een heroriënteering in de me thoden en doeleinden van den coöperatie ven afzet noodzakelijk geacht, schrijft het Off, Orgaan van den F.N.Z. Gewezen jvordt op het feit, dat door de 3 grootste handelaren in de betreffende producten bijna 21% van de totale be schikbare hoeveelheid boter, 63% van de totale beschikbare hoeveelheid kaas en 44% van de in de V. S. A. beschikbare hoeveelheid gecondenseerde en geëvapo reerde melk wordt gedistribueerd. Er is geen bepaalde firma, die een overwegend aandeel in den afzet van consumptiemelk heeft, doch in vele groote steden is een dikwijls voorkomend verschijnsel, dat de distributie van consumptiemelk voor de helft of zelfs meer in handen is van twee of drie handelaren. Hoewel de afzetorganisaties in de eer ste plaats als distribuanten van zuivel producten moeten worden beschouwd, zijn zij zich meer en meer ook op het terrein van de productie gaan begeven. De gespe cialiseerde tusschenpersoon (de „whole sale assembler", de commissionair en de „jobber") speelt hierdoor bij de massa- distributie een ondergeschikte rol. Bij de bereiding en den afzet van zui velproducten nemen de groote particuliere zuivelondernemingen, de „grocery chains" en „meat packers" en de productiecoöpe raties een belangrijke plaats in. De ver koop der 4 leidende zuivelconcerns ver drievoudigde bijna in de periode van 1919 1937, terwijl daarentegen de totale ver koopwaarde van zuivelproducten in dien tijd slechts met ongeveer 12% toenam. De „grocery chains" en de „meat packers" houden zich voornamelijk bezig met den afzet van boter en kaas, daarnaast be reiden en verhandelen zij, echter in ge ringe mate, gecondenseerde en geëvapo reerde melk. Zij houden zich niet bezig met de distributie van consumptiemelk. De organisatie en groei van de produc tiecoöperaties tot lichamen, die zuivel- en melkproducten op grooten schaal afzetten, is in mindere mate geschied en heeft geen gelijken tred gehouden met die der particuliere ondernemingen. In Wisconsin, een der belangrijkste zui- velstaten in de V.S.A., werd in 1935 bijna 27% van den totalen melkaanvoer van de boerderijen verwerkt in boterfabrieken, ruim 33% in kaasfabrieken, 15% in con- densfabrieken en -stations, 10% in con- sumptiemelkbedrijven en 15% in andere ondernemingen. Ruim 32% van den to talen melkaanvoer- ging naar coöperaties, en wel voor het grootste gedeelte (75 naar coöperatieve boterfabrieken. Over het algemeen zijn de zuivelbedrijven in Wis consin klein. Er bestaat echter een streven naar concentratie tot een geringer aantal groote bedrijven. In totaal waren er in 1935 in genoemde staat 329 boterfabrieken en 2000 lcaasfabrieken. De kaasproductie steeg er van 276 milla lbs in 1923 tot 332 mil. lbs in 1935. Ingrijpender is de organisatie van den afzet tot een massa afzet geweest. De ge heele marktstructuur voor zuivel- en melk producten is hierdoor gewijzigd. In tegen stelling met het vroegere systeem van is evenwel duidelijk, dat, wanneer den Noordzeevisschers het IJsselmeer als werk terrein wordt ontzegd, het meest welva- r de deel van de Urker visschersbevol- king van zijn bestaan zal zijn beroofd. Ter bescherming van den vischstand moge een dergelijke maatregel verantwoord zijn, jegens de betrokkenen, die langen tijd het gevaar van mijnen en den oorlog in de on middellijke nabijheid hebben getrotseerd, is hij dat zeker niet. De vangsten zijn wel iswaar niet overmatig, doch prijzen als 15 en 16 cent per pond voor kuilaal en 25 tot 30 cent voor lijnaal zijn niet slecht. Voor de visschers, zoowel als met be trekking tot de inpolderingswerkzaamhe den is voorts het benzine- en stookolie- vraagstuk van het grootste belang, maar ook weer niet in die mate, dat men er zich door zal laten weerhouden. „Als we geen olie meer kunnen krijgen, gaan we zeilen", zeiden ons de visschers. En van bevoegde zijde deelt men ons me de, dat de werkzaamheden aan den Noord oostpolder, in dat geval, eveneens zullen doorgaan. Verschillende machines, die nu met olie of benzine worden gedreven, kun nen op aandrijving, door middel van steen kolen, worden omgebouwd. Wanneer deze brandstof dus in voldoende mate wordt aangevoerd materiaal is er voldoende zal het werk niet behoeven te stagneeren. En in de gevallen, dat het niet mogelijk is, zooals b.v. bij de drag-lines, zullen arbei ders aangesteld worden om het graafwerk te verrichten. Voorloopig wordt het werk evenwel op den ouden voet voortgezet. Eenige honderden ai'beiders zijn reeds weer te werk gesteld. Hun aantal zal nog worden uitgebreid, zoodra de aangekon digde aanbestedingen hun beslag hebben gelcregen. De inpolderingsmachine werkt weer op volle toeren. Dit jaar nog zal, on voorziene omstandigheden voorbehouden, het werk, dat onze nationale trots is, tot aan de drooglegging gereed kunnen zijn. Voor Urk is het vraagstuk der provin ciale indeeling, zoo dit al een vraagstuk is geweest, daarmede naar den achtergrond gedrongen. Voor het oogenblik acht het 't alleen van beteekenis, dat er werk is. En werk is er, sedert de laatste weken, volop. 1 handelaren, die ieder afzonderlijk een be paalde functie in het productie- en afzet- apparaat verrichtten, trekken de groote organisaties gewoonlijk meerdere en soms alle van deze handelingen tot zich. De „grocery chaims" b.v. koopen een ge deelte van hun zuivelproducten recht streeks van de boter- en kaasf abrieken, terwijl sommige zelf gecondenseerde melk bereiden. Onderstaand staatje geeft een denkbeeld van den geconcentreerden afzet der voornaamste zuivel- en melkproducten in 1934: Totale Verkoop, uitgedrukt productie in pet. van de in do totale productie.' V.S.A. door 10 door 11 000 lbs. zuivel- „meat- organisaties, packers". Versche melk 30.499.000 17.9 0.01 Boter 1.696.256 25.4 18.7 Kaas 579.122 43.9 45.S Gecond. en ge- evap. melk 1.773.918 60.5 7.2 Versche melk 30.499.000 17.9 0.01 Boter 1.696.256 25.4 18.7 Kaas 579.122 43.9 45.S Gecond. en geëvap. melk 1.773.918 60.5 7.2 Van de fabrieksboter, welke in 1935 in Wisconsin werd geproduceerd, werd 64% bereid in coöperatieve fabrieken. Voor Minnesota en Iowa bedraagt dit resp. 69 en 56 Daar dit de staten zijn, waarin de coöperatieve boterfabrieken het tal rijkst zijn, zijn de cijfers niet maatgevend voor de V.S.A. in hun geheel. De „meat packers" bereiden ongeveer de helft van de boter, welke door hen verhandeld wordt. De „grocery chains" daarentegen produ- ceeren zelf in het geheel geen boter. Het wordt niet waarschijnlijk geacht, dat in de naaste toekomst de boterbereiding gecen traliseerd al worden. Van de totale pro ductie fabrieksboter wordt 10 tot 12% door coöperatieve verkooporganisaties ver handeld. Belangrijk is, dat bij de massa- afzet van boter vrijwel geen gebruik wordt gemaakt van gespecialiseerde tusschenper- sonen. Kaas wordt over het algemeen op overeenkomstige wijze' verhandeld als boter, met uitzondering van „processed cheese" en speciale kaassoorten, welke in belangrijke hoeveelheden worden verhan deld door zgn. „jobbers". Door de co- operatieve verkoopvereenigingen wox'dt minder dan 10% kaas verhandeld. Aan geëvaporeerde melk werd in Wis consin in 1935 714 mill, lbs of 39% van de totale productie van geëvaporeerde melk in de V.S.A. bereid. De gespeeiali- seerde tusschenhandel is nooit een belang rijke factor in den handel van geconden seerde en geëvaporeerde melk geweest. Ook coöperaties zijn van betrekkelijk wei nig beteekenis bij den afzet van deze pro ducten. Opmerkelijk is, dat de marge tus schen productie- en consumptieprijzen van geëvaporeerde melk de laatste jaren reeds geringer isgeworden. Dit wordt toegeschre ven aan het gebruik van betere en doel matiger bereidingsmethoden en aan het feit, dat dit artikel door de „grocery chains" dikwijls als prijsaangevend werd gebruikt. De massa-distributie is verder doorgevoerd bij geconserveerde melk dan bij eenig ander zuivelproduct. Landbouw EEN ERNSTIGE RAAD AAN AT.T.F. AARDAPPELVERBOUWERS. De Plantenziektenkundige Dienst schrijft ons: Reeds eerder is aangegeven op welke wijze goed pootgoed voor den oogst 1941 te bekomen zou zijn. Na het uitzenden van dit bericht is gebleken, dat de gezondheids toestand van de aardappelen in ons land zeer veel te wenschen overlaat. Het is met zekerheid zelfs te zeggen, dat voor verschillende consumptie-veevoeder fabrieksaardappelen niet voldoende goed pootgoed verkrijgbaar zal zijn. De Plantenziektenkundige Dienst wil daarom nogmaals de aandacht vestigen op den inhoud van haar eerder bericht en en wekt alle aardappelverbouwers nog maals op den daarin gegeven raad te volgen. Daar de waarschijnlijkheid groot is, dat het aanbod van door den N.A.K. goedge keurde pootaardappelen van bedoelde ras sen niet aan de vraag zal kunnen voldoen en daardoor waarschijnlijk veel minder waardig pootgoed zal worden aangeboden, geven wij den verbouwers van aardappelen den raad, de mogelijkheid te overwegen zelf te trachten in him behoefte aan behoorlijk pootgoed te voldoen. Dit kan behalve door de toepassing van in bovengenoemd bericht genoemde mid delen ook geschieden door in velden, die nog een groot percentage gezonde planten bevatten, deze zoo spoedig mogelijk te merken en alleen de opbrengst van deze planten voor pootgoed te bestemmen. Ver wijderen van zieke planten wordt dan ach terwege gelaten, wat een vereenvoudiging van de selectie beteekent. Het is noodza kelijk dat deze aldus gemerkte planten vroegtijdig worden gerooid. Het tijdstip van het rooien kan niet worden aangege ven, maar het is duidelijk, dat alleen bij zeer vroeg rooien succes zal worden ver kregen. Men rooie dus, zoodra de planten reeds een matige hoeveelheid pootbare knollen hebben voortgebracht. Over de bewaring van dit aldus verkre gen pootgoed zal binnenkort een bericht uitgegeven worden. Voorloopig moet het parool zijn, dat door toepassing van de in voorgaand en dit be richt genoemde middelen getracht wordt nog zoo veel mogelijk behoorlijk pootgoed te verkrijgen, opdat onze voedselvoorzie ning in 1941 niet in gevaar komt.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1940 | | pagina 9