Groote waardeering voor de houding
des konings.
KERKNIEUWS
BRIEVEN UIT VLAANDEREN
Het Vlaamsche land heeft veel te lijden gehad van
„strategische" vernietiging door de Engeischen.
De vier commissarissen-generaal.
Bijzonderheden over deze functionarissen.
Afstanden zijn er tegenwoordig om ge-
Ioopen te worden. Men kan ze ook fietsen,
maar zonder fiets gaat het op den grooten
weg soms vlugger. De fietser laat men
staan, al is hij nog zoo finaal uitgereden.
Is men „uitgeloopen", dan duikt prompt,
als op een afgesproken teeken, aan den
horizon de reddende vrachtauto op. De
barmhartige chauffeur beschouwt je als
een dolende vluchteling en neemt je mee,
aldus, in vliegende vaart, het nakijken ge
vend aan den moeden fietser, die je zoo
juist voorbijgereden heeft met een hijgen
den groet en een glimp van minachting in
zijn oogen, als wilde hij zeggen „Wat doe
je ook op den grooten weg zonder fiets".
Ja, zonder fiets gaat het soms vlugger,
dank zij de barmhartige Samaritanen der
vrachtauto-karavanen, die, ongemerkt, den
heelen dag door, christelijke naastenliefde
plegen en aan al de .al of niet geëvacueer-
den, die langs de wegen dolen, den hemel of
althans een decoratie verdienen.
Van Turnhout tot Antwerpen hadden wij
een heusche autobus. De dienst Tilburg,
Turnhout, Antwerpen en terug is hersteld.
Het toezicht aan de grens is nog soepeler
dan voorheen. De Duitsche controleerende
soldaten, bijna allemaal jongens uit het
Duitsch-Nederlandsche grensgebied, spre
ken vriendelijk Nederlandsch en de Belgi
sche douane-beambten lachen eens. Pas
poort is vooralsnog vereischt. Het beeld
langs den weg herinnert weinig aan den
oorlog. Soms rijdt men een huis voorbij met
een geschonden dak of een stukgeschoten
venster. Maar daarachter wonen de men-
schen, als voorheen. En de akkers liggen
te groeien in de lente, overgoten met zon
en verre b§iaardmuziek. Hier is de oorlog
uit en de hoop, dat alles nu gauw gedaan
zal zijn, doet de menschen herleven.
De Vlamingen danken den Koning voor
zijn nobel besluit tot capitulatie, waarmede
hij niet alleen het land een verdere vernie
ling bespaarde, maar ook tienduizenden
soldaten en vluchtelingen het leven redde.
„Niemand heeft het recht nutteloos men-
schenlevens op te offeren", schreef Koning
Leopold in zijn brief van 28 Mei jl. aan
president Roosevelt. En dat een voortzet
ting van den vergeefschen tegenstand een
nuttelooze opoffering van menschenlevens
zou zjjn geworden, bewijst overduidelijk
het herderlijk schrijven d.d. 31 Mei van
Kardinaal Van Roey aan de Belgische ge-
loovigen, waarin de Kardinaal de hatelijke
beschuldiging van wat men te Parijs en
Londen lafhartig noemt „het verraad van
Koning Leopold", volkomen ongegrond ver
klaart. „Het is in strijd met de waarheid,
aldus Kardinaal Van Roey in bovenge-
noemden herderlijken brief, die van alle
Belgische kansels voorgelezen werd, te be
weren, dat het opperbevel der geallieerden
niet op de hoogte werd gebracht van den
onhoudbaren toestand waarin 't Belgische
leger zich bevond en van de noodzakelqk-
heid waarin het verkeerde den strijd te
staken. Op het laatste oogenblik zou de
Koning, zooals sommigen wilden, langs de
lucht naar den vreemde hebben kunnen
vluchten. Hij heeft verkozen het lot van
zijn soldaten en het ljjden van zjjn volk te
deelen, hetgeen dunkt ons, ridderlrjker is
Rijwielen van „ergens in
Nederland".
Ook in de provincie Utrecht zijn in de
vorige maand zeer vele rijwielen op zulke
wijze van plaats veranderd, dat het een
vraagstuk op zich zelf is geworden de
karretjes met hun rechtmatige eigenaars
te vereenigen.
Toen onze soldaten den dag voor de
capitulatie bevel kregen, zich uit de Greb-
belinie terug te trekken, hebben zij uit ve
le plaatsen de rijwielen, die zij konden vin
den, meegenomen om zich sneller te kun
nen verplaatsen. Ook soldaten uit het
Oosten van ons land verschenen achter de
linies op fietsen, die zij hadden moeten
meenemen. Eenmaal aangekomen op hun
teruggetrokken stelling hebben zij de kar
retjes achter gelaten en het gevolg is, dat,
terwijl in de eene plaats bijna geen fiets
meer te vinden is, in andere dorpen een
groot aantal rijwielen staat, waarvan de
eigenaars onbekend zijn.
Het is lang niet gemakkelijk, al deze
fietsen te sorteeren en naar him rechtma-
tigen eigenaar terug te brengen, doch
dank zij een goede organisatie in eenige
plaatsen, is men ondanks alle moeilijkhe
den toch reeds een flink eind in de goede
richting gekomen.
„Een kleine zeven honderd fietsen zijn
hier, vooral in de ..eek na Pinksteren, on
beheerd aangetroffen en uit den naasten
omtrek zjjn zij naar Zeist vervoerd", zoo
vertelde mr. W. A. J. Visser, burgemees
ter van Zeist aan het A.N.P. „Er waren er
bij uit alle deelen van het Oosten van deze
provincie, doch ook uit Gelderland en zelfs
uit Overijssel. Al deze rijwielen zijn nauw
keurig geregistreerd (merk, nummer, bij
zondere kenteekenen) en daarna heeft de
commissaris van politie een oproep gedaan,
waarbij werd bekend gemaakt, dat de
eigenaren zich schriftelijk of mondeling
tot de politie konden wenden. Stapels brie
ven en briefkaarten komen eiken dag bin
nen en velen schrijven natuurlijk tever
geefs. Doch er zijn ook vele gevallen, dat
de fiets, waarvan de eigenaar een beschrij
ving geeft, er staat en men krijgt dan be
richt, dat het rijwiel kan worden gehaald.
260 fietsen zijn tot nog toe aan hun eige
naars teruggegeven en staan er hier dus
nog heel wat.
Doch niet alleen in Zeist, ook in andere
plaatsen bevinden zich hoeveelheden onbe
heerd gevonden rijwielen, b.v. in Wage-°
ningen, Amerongen en Rhenen. In deze
laatste plaats staat ook een respectabel
aantal: vijf a zes honderd, waarvan ruim
honderd zijn afgehaald. Men is hier bezig,
van alle fietsen een nauwkeurig signale
en zeer tot zijn eer strekt". Betreffend de
noodzakelijkheid de wapens neer te leggen
schreef Kardinaal Van Roey: „Reddeloos
omsingeld, zonder hoop op doelmatige hulp
vanwege de geallieerden, waren onze troe
pen, indien zij den strijd hadden voortgezet,
eenvoudig blootgesteld aan volledige ver
nietiging, zonder dat de krijgsverrichtin
gen er door gebaat zouden geweest zijn.
Hun lot zou bovendien onontkoombaar het
aandeel geworden zijn van de honderddui
zenden vluchtelingen op dat uiterst klein
strookje grondgebied samengepakt".
In deze lage landen aan de zee kent men
het oude spreekwoord, dat de kapitein, die
zijn schip in nood verlaat, niet alleen zijn
gezag maar ook zijn eer verliest. Koning
Leopold weigerde zijn kleinmoedige regee
ring op haar angstige vlucht naar Enge
land te volgen. Hij ten minste behield zijn
gezag en zijn eer en toonde zich het ko
ningschap waardig. Het Belgische volk is
hem daar dankbaar voor en vooral in
Vlaanderen toont men die dankbaarheid
op waarlijk treffende wijze. Het Vlaamsche
volk toont tevens zijn erkentelijkheid voor
de edelmoedige houding der Duitschers, die
niet optreden als de veroveraars van een
overwonnen land, maar als hulpvaardige
menschen, die kameraadschappelijk met de
bevolking in het bezette gebied weten om
te gaan. Evenzeer als de Engeischen hier
hun al te schoonen naam van „gentlemen"
te schande brachten door vernietiging en
door plundering „niets voor de Duit
schers overlaten", klonk het wachtwoord,
alsof er geen Belgische bevolking meer be
stond verdienen de Duitschers dien
naam door hun houding in de bezette ge
bieden. Ook bij hun opmarsch door België
zijn de Duitschers met veel tact opgetre
den en geen vernieling werd door hen aan
gericht die niet strategisch verantwoord
woord was. Antwerpen bleef geheel onbe
schadigd, Brussel vrijwel ook. De dorpen
langs de groote en bij uitzondering langs
de kleinere wegen dragen hier en daar nog
de sporen van den korten bewegingsoorlog.
Dieper het land in zijn de ten deele ver
woeste steden en dorpen het vandalenwerk
der geallieerde strijdkrachten, wier terug
trekkende legers order hadden alles op hun
aftocht te vernielen.
Aan den Vlaamschen zeekant hebben wij
die vernieling gezien. Toch leeft zjj nog, de
gemartelde, goede aarde van Vlaanderen. In
een vernield dorp hoorden wij een onge
schonden klokketoren spelen.- Daar, vlak
bij, bruiste de Oceaan zijn weezang, stroef
en stichtend als de muziek van Bach, wel
ke ons van tijd tot tijd werd voorgespeefldi'
door het carillon van den ongeschonden
toren. We hoorden ook het geuzenrefrein s
„Slaat op -den trommele" en het „Lied der
Vlamingen", met het ingetogen oude lied
„Vaarwel mij broeder, ik zie dy nimmer
weer". Vele broeders zullen elkander in
Vlaanderen niet meer weerzien, maar hun
nagedachtenis zal voortleven in het Vlaam
sche volk, dat thans, bevrijd van zijn
franskiljonsche regeering, een nieuwe toe
komst tegemoet gaat, laten we hopen innig
verbonden met het broedervolk van Noord-
Nederland 1
(Nadruk verboden).
ment samen te stellen, waarna dit gesten
cild en naar alle plaatsen, waar men rij
wielen vermist, wordt gezonden. Ook op
deze wijze komen nog heel wat fietsen te
recht.
Wat er zal gebeur met de fietsen,
waarvan men de eigenaars niet kan vin
den, staat nog niet vast. Men zal nog
eenigen tijd afwachten en daarna zullen
de autoriteiten een beslissing moeten nemen.
De aangewezen weg lijkt wel, dat men
deze rijwielen zendt naar plaatsen, waar
aan deze vervoersmiddelen een, groot ge
brek heerscht. Want dergelijke plaatsen
zijn er ook! „Tusschen de duizend en
twaalfhonderd fietsen zijn uit Scherpenzeel
verdwenen", aldus burgemeester mr. C. P.
Hoytema van Konijnenburg, „en er zijn
slechts enkele menschen, die nog een rij
wiel bezitten. Ruim twintig onbeheerde,
voor het grootste deel oude, fietsen zijn
hier gevonden en om de menschen te hel
pen, heeft men deze fietsen aan de bevol
king in bruikleen gegeven. Doch er was
zulk een groote vraag, dat men toewijzing
bij loting heeft moeten laten geschieden.
Fietsen, die in Zeist, Rhenen en andere
plaatsen over blijven, zullen dus in Scher
penzeel meer dan welkom zijn.
Een distributieregeling voor
honden- en kattenvoer.
De tallooze bezitters van huisdieren zul
len zich ongetwijfeld de laatste weken met
bezorgdheid hebben afgevraagd, hoe de
huidige voedselsituatie op de voedering
hunner dieren zal inwerken. Den bezitters
van honden en katten kan thans wórden
medegedeeld, meldt de Tel., dat een dis
tributieregeling, van honden- en kattenvoer
in voorbereiding is.
Allen bezitters van huisdieren zal een
honden- of kattenbroodkaart worden uitge
reikt, waarmee zij bij hun leverancier de
hun toegewezen portie kunnen afhalen.
Aan een voedselregeling voor gevogelte
wordt eveneens gewerkt.
De visscherij wordt op gang
gebracht.
Naar wjj vernemen verleenen de Duit
sche autoriteiten er medewerking toe, dat
de zeevisscherjj welke voor velen in ons
land een broodwinning is, weer eenigszins
op gang worc't gebracht. Met' ingang van
heden is van Scheveningen, Katwijk en
Zandvoort uit de garnalenvisscherij wed^r
toegestaan. De -chepen moeten bij zons
ondergang weder binnen zgn.
Dr. FRIEDRIOH WIMMER.
S.S. óberfilhrer. dr. Friedrich Wimmer is
geboren uit een geslacht dat uit Salzburg
stamt. Hij liep het staatsgymnasium te
Salzburg af waarna hij, 18 jaar oud, in het
begin van den wereldoorlog als vrijwilliger
in dienst trad. Tijdens den oorlog werd
hij gewond. Na den oorlog verliet hij als
officier het léger en studeerde philosofie
aan de universiteiten van Weenen en Göte-
borg. Hij promoveerde in 1920 tot doctor
in de philosofie. Na als assistent werk
zaam te zjjn geweest aan het kunstmu
seum te Göteborg, was hij in een gelijke
positie werkzaam aan de universiteit van
Weenen en aan het Niederosterreichi-
schen Landesmuseum, waar hij belast was
met de leiding van prae-historische en
archeologische .opgravingen. Tijdens zijn
werkzaamheden aan 'deze musea publi
ceerde hij verschillende geschriften. Tege
lijkertijd studeerde hij rechten aan de uni
versiteit te Weenen en verkreeg in 1930
den doctoralen graad in de beide rechten.
Nadat hij voor de overheid verschillende
processen had gevoerd, verwierf hij zich
een positie in de bondskanselarij. In de pe
riode, waarin het nationaal-socialisme in
Oostenrijk nog een strijd te voeren had
stond dr. Wimmer de leiding van de
N.S.D.A.P. in Oostenrijk ter zijde als ju
ridisch en politiek adviseur. Op grond van
dezen ai'beid werd dr. Wimmer in Maart
1938 benoemd tot staatssecretaris bij dë
nationaal-socialistische Oostenrijksche re
geering voor aangelegenheden betreffende
het uitvaardigen van wetten en verorde
ningen, het staatsrecht, de organisatie van
het algemeen bestuur en binnenlandsche
zaken. Nadat de Oostenrijksche landsre-
geering was geliquideerd werd dr. Wim
mer door den FUhrer benoemd tot regee-
ringspresident in Regensburg, in welke
functie hij werkzaam was totdat rijkscom
missaris rijksminister Seyss-Inquart hem
tot commissaris-generaal te 's-Gravenha-
ge benoemde.
COMMISSARIS-GENERAAL HANNS
RAÜTER.
S.S.' brigadeflihrer en leidende Polizei-
führer Hanns Rauter werd 4 Februari 1895
in Klagenfurt geboren. Na middelbaar on
derwijs genoten te hebben studeerde hij
aan de technische hoogeschool. Bij het
uitbreken vanden wereldoorlog nam hij
dienst als vrijwilliger en werd in den loop
van den oorlog oberleutnant der reserve.
Aan verschillende veldslagen nam hij deel
en hij keerde met zware verwondingen uit
den oorlog terug. Verschillende onderschei
dingen, onder wélke de zilveren Tapfer-
keitsmedaille eerste klasse getuigen van
zijn dappere houding tegenover den vij
and. Na den oorlog werd hij leider van een
studentencorps. Hij nam ook deel als
leider van een vrijkorps aan den strijd in
Boven-Silezië. welk in 't voorjaar van 1921
werd gevoerd. In 1921 stichtte 'hij' mede
de Steirischen Heimatschutz, welke groep
zich dooi- heftigen strijd tijdens de jaren
1921'26 tegen het toen heerschende sy
steem verzette. Hij was het die in 1921 de
opmarsch van dë groot-Duitschers tegen
de marxisten in Wiener-Neustadt leidde.
Later werd hij benoemd tot tweede chef
Gemengd Nieuws
PROF. DR. G. A. VAN POELJE TREEDT
AF ALS VOORZITTER VAN DE N.J.H.C.
Prof. dr. G. A. van Poelje is in verband
met de na 15 Mei sterk toegenomen ambts
bezigheden afgetreden als voorzitter van de
Nederlandsche Jeugd Herberg Centrale.
Zijn functie wordt thans waargenomen door
het bestuurslid drs. F. J. Haeck, directeur
van het Diaconie Weeshuis der Ned. Her
vormde gemeente te Amsterdam.
DE VELUWE ONGESCHONDEN.
Een groot deel van het Nederlandsche
publiek meent, dat de Veluwe, door den
oorlog geschonden is en dat het er voor
een zomerverblijf nog steeds niet veilig
zou zijn.
Dit is een groot misverstand. In kleine
gebieden van de groote Veluwe, waar een
korte strijd is gevoerd, heeft het herstel
reeds zijn werk gedaan. Overigens heeft
men op het overgrootste deel van de Ve
luwe van oorlogsverwoesting niets be
merkt. Militaire obstakels zijn allang
weer weggenomen. Men kan er in het
hart van de Veluwe heel weinig meer
van bemerken, dat er dagen van groot
gevaar zijn geweest.
Hotels, pensions, en heel de Veluwsche
middenstand zijn gereed om gasten te
ontvangen.
De waan, dat er op de Veluwe iets ver
anderd zou zijn en dat het verblijf er niet
veilig is of dat er schaduwen zouden zijn
door de bezetting, is ten eenen male een
vergissing.
BTJITENLANDSCHE PAKIIETPOST
WORDT IN AMERIKA GEOPEND.
Het Amerikaanschc ministerie van finan
ciën heeft den invoer van papieren van
waarde uit België, Nederland, Denemarken,
Noorwegen en Luxemburg verboden, wan
neer de verdenking bestaat, dat de verkoo-
per niet de rechtmatige eigenaar is. In ver
band met dezen maatregel hebben douane-
en postautoriteiten opdracht gekregen, alle
uit het buitonland komende pakketten te
openen. De Federal Reserve Bank zal tel
kens beslissen over de toelating van papie
ren van waarde.
UNIE VAN CHRIST. ONDERWIJZERS.
Tot leden van het hoofdbestuur van de
Unie van Ghr. onderwijzers en onderwijze
ressen in Nederland zijn bij enkele candi-
daatstelling herkozen de heeren T. C. Bos
te Utrecht en A. P. Jungcurt te 's-Gra-
venhage (hoofden kunnen geen lid van de
In de vacature ontstaan door het optre
den van den heer H. A. Homan te 's-Gra-
venhagen (hoofden kunnen geen lid van de
Unie zijn) werd gekozen de candidaat van
de Rotterdamsche afdeeling, de heer J.
Visser Jr. te Rotterdam, die .1 October a.s.
in functie treden zaL
o van den staf van den geheelen Steirischen
Heimathwehr. Toen het later in deze groep
tot een breuk kwam, bleef Harnis Rauter
steeds de zijde kiezen van de aanhangers
der groot-Duitsche gedachte. Van 1934 tot
1936 leidde hij de Duitsche-Oostenrijksche
weer-groep. Later werd hij vertegenwoor
diger voor de hulp aan vluchtelingen.
In 1937 werd hij chef van den staf bij
de S.S.-oberabschnitt Sud-Ost in Breslau.
Hij bekleedde nog deze functie toen de
rijkscommissaris hem naar 's-Gravenhage
riep.
COMMISSARIS-GENERAAL FRITZ
SCHMIDT.
Reichsamtsleider Fritz. Schmidt, drager
van het- gouden eereteeken der N.S.D.A.P.,
is op 19 November 1903 te Eisbergen
(Kreis minden- Westfafen) geboren. Na
te Rintern a/d Weser het gymnasium te
hebben bezocht, diende hij van 19221926
bij het 6e bataljon pioniers te Minden.
Voor zijn diensttijd was hij als jeugdleider
bij de volksbeweging werkzaam geweest.
In 1929 werd hij benoemd tot plaatselijk
groepsleider der N.S.D.A.P. te Barkhausen
a/d Porta en in 1932 tot kringleider in
Minden. In 1933 werd hij kring-afgevaar
digde en plaatsvervanger van den land
raad te Minden. Sedert dien tijd is hij ook
leider van de binnen- en buitenlandsche
pers bij de organisatieleiding der rijkspar
tijdagen. Een jaar later volgde zijn benoe
ming tot leider van het rgks-propaganda-
bureau Westfalen-Noord te Munster. In
de personeelunie bekleedde hij tegelijkertijd
de functie van kringleider van den kring
Munster-Stad. Sedert 1936 is kringleider
Schmidt lid van den rijksdag. Op 1 Octo
ber 1938 werd hij opgenomen in den staf
van den plaatsvervanger van den FUhrer,
in welke hoedanigheid h\j aan den gouw
leider en rijksstadhouder Konrad Henlein
in het Sudetenland werd toegevoegd.- Se
dert het begin van den oorlog is hij onder
rijksminister dr. Goebbels werkzaam bij
den staf van den FUhrer voor de oorlogs
propaganda.
COMMISSARIS-GENERAAL
MINISTER FISCHBOECK.
Minister Fischboeck is in 1895 te Geras
aan den beneden-Donau geboren. HQ is ja
renlang in het Oostenrijksche bankbedrijf
werkzaam geweest en heeft op dit gebied
als financieel deskundige naam verworven.
In politiek opzicht bewoog hij zich steeds
in het nationale kamp en na het accoord
van Berchtesgaden werd hy in het voor
jaar van 1938 tot staatsraad benoemd.
Toen de nationaal-socialistische beweging
in Oostenrijk het bewind in handen nam.
werd hij door rijksminister Seys-Inquart,
die de aansluiting bij het Duitsche rijk had
bewerkstelligd, als minister van handel
in de regeering opgenomen. Later keerde
h\j terug tot het particuliere bedrijfsleven
en nam hij de leiding op zich van de Kre-
dit-Anstalt-Bankverein te Weenen. Als
voorzitter van de kamer van koophandel
hield hij zich ó.a. bezig met economische
vraagstukken in Oost-Europa. Hij werd
daarop na de bezetting van Nederland door
rijkscommissaris Seyss-Inquart benoemd
tot commissaris-generaal voor economie en
financiën in het civiele bestuur van de
bezette Nederlandsche gebieden.
HET JEUGDHERBEKGWERK WORDT
DEZEN ZOMER ONGEWIJZIGD
VOORTGEZET.
Het bestuur van de N.J.H.C. zet het
jeugdherbergwerk ongewijzigd voort Het
trekken zal dezen zomer in Nederland
overal mogelijk zjjn. In Zuid-Limburg en
Zeeland zijn de omstandigheden van dien
aard, dat de jeugdherbergen in die stre
ken, althans voorloopig gesloten zijn.
De trekkers, die zich vóór 15 Mei reeds
voor overnachting gedurende de komende
maanden hadden aangemeld, dienen deze
aanmeldingen, indien zij die wenschen te
handhaven, te herhalen. In verband met de
moeilijkheden in het verkeer en de vele ge
wijzigde plannen worden alle aanmeldingen,
die vóór 15 Mei jl. geschiedden, als ver
vallen beschouwd.
De volgende jeugdherbergen zijn ge
opend (vooraanmelding noodzakelijk)
Amersfoort, Apeldoorn, Appelsga, Arcen,
Arnhem, Assen, Beegden, Beek bij Didam,
Bergen op Zoom, Castricum, Delden, De
venter, Emmen, Emst-Epe, Eindhoven,
Geertruidenberg, Gorinchem, Gouda, Gro
ningen, Haarlem, Heemskerk, Den Helder.
Hilvarenbeek, Hoogeveen, De Kaag, Kam
pen, Kortenhoef, Lochem, Lunteren, Nij
megen, Nijverdal, Oostvoorne Oldebroek,
Scheveningen, Schoorl, Sneek (na 15 Juni),
Soest, Texel, Velsen, Vught, Wieringen.
Nadere mededeelingen betreffende het al
of niet geopend zijn van de jeugdherbergen
worden maandelijks vermeld in „De Trek
ker".
EEN ONTPLOFFING MET ERNSTIGE
GEVOLGEN TE BAARN.
Een ontploffing heeft zich Zaterdag
middag in de woning van den heer De
Booij aan defn Zandvoortweg, te Baarn
voorgedaan.
Twee jongens van kennissen uit Laren
(N.H.) waren daar in de huiskamer bezig
met het vervaardigen van een ontplofbare
stof, welke zi, bij de vischvangst wilden
gebruiken. Om spoedig een behoorlijke
hoeveelheid visch bijeen te hebben, brengt
men deze stof in het vischrijke water tot
ontploffing, waarna de doode visch boven
komt drijven on geschept kan worden.
Door onopgehelderde oorzaak is tijdens
ho4- samenstellen deze stof tot ontploffing
gekomen. Een der knapen werd ernstig
aan hoofd en handen gewond. Waar
schijnlijk zal hij beide oogen moeten mis
sen. De andere knaap kreeg eveneens ver
wondingen, doch kan thuis verpleegd wor
den.
De ontploffing was op zeer grooten af
stand te hooren en heeft in de woning
van den heer De Booij groote schade aan
gericht. Vooral in de kamer, waar de
jongens met de samenstelling van de ge
vaarlijke materie bezig waren, heerscht
een groote ravage. Er is letterlijk niets,
dat niet beschadigd is.
ALGEMEENS SYNODALE COMMISSIE.
De voorjaarszitting.
In de te 's-Gravenhage gehouden derde
zitting van de -Jgemeene synodale com
missie der Ned. Herv. Kerk werd na ope
ning door den president op gebruikelijke
wijze allereerst het agendum aangevuld.
Mr. J. H. Bybau van Warnsveld rap
porteerde over een verzoek tot steun van
het steunfonds van de vereeniging van
godsdienstonderwijzers der Ned. Herv.
Kerk. De vergadering besloot te antwoor
den dat hoewel in normale tijden er zeker
redenen aanwezig zouden zijn om aan dit
verzoek gevolg te geven, thans nu de nood
der tijden eischt dat groote bedragen ge
voteerd worden daarvan helaas geen sprake
wezen kan.
Een rapport uitgebracht door ds. L.
Boer van Scheveningen inzake de quotisa
tie zal ter visie gelegd worden.
Vervolgens deed mr. J. H. Bybau lec
ture van een besluit in cassatie op een
verzoek daartoe van den kerkeraad van
Tiel. De vergadering ging hiermede ac
coord.
Tot leden van de commissie voor de af
schriften van staten en kosten werden be
noemd' de heeren ds. L. Boer te Scheve
ningen en ds. J. J. C. Karres te Apel
doorn.
Verschillende brieven van den secretaris
van de federatie van godsdienstonderwij-
zersvereenigingen inzake den dienstplicht
der godsdienstonderwijzers vormden een
onderwerp van bespreking. De synodale
commissie besloot terzake diligent te blij
ven.
De vergadering nam kennis van een
schrijven van het classicaal bestuur van
Zutphen betreffende arbeidsdienst voor pre
dikanten.
Een ingekomen schrijven van het Prov.
kerkbestuur van Friesland meldend dat het
door dit college ingesteld hooger beroep
wordt ingetrokken werd voor kennisgeving
aangenomen.
Na behandeling van verschillende aan
vragen uit de fondsen „Geestelijke be
hoeften" en „Noodlijdende Kerken en Per
sonen", verdaagde de president de zitting.
Ned. Herv. Kerk.
Aangenomen naar Warga H. v. cl. Veer,
cand. te Amsterdam.
DE GEREF. KERKEN EN DE
OORLOGSSCHADE.
Hoe kort de oorlog geduurd heeft, toch
hebben ook tal van Geref. kerkelijke ge
meenten in ons land belangrijke schade
geleden aan kerkgebouwen en bezittingen
en zijn de gemeente-leden aldaar door ver
nieling van hun huis en bedrijf in groote
verarming gekomen.
Al zal, gelijk gepubliceerd is, door de
Regeering overwogen worden in hoever
een tegemoetkoming door haar verleend
kan worden voor schade door oorlogsge
weld aan kerkgebouwen, pastorieën, cate
chisatie- en verenigingslokalen, toch zul
len deze kerken in groote moeilijkheden
blijven wat betreft de verzorging van den
eeredienst en den dienst der barmhartig
heid. Bovendien zijn er predikanten die al
les verloren hebben, niet alleen hun pasto
rie maar ook hun inboedel en boeken.
Het is daarom dat in overleg met het
moderamen der Generale Synode, zich een
Algemeen Comité van Bijstand heeft ge
vormd, om dezen nood wat de Geref. Ker
ken betreft zooveel mogelijk te lenigen.
Daartoe doet het comité een dringenden
oproep om steun uitgaan. Reeds werd een
collecte aan alle Geref. Kerken voor dit
doel gevraagd maar het zal noodig zijn dat
ook van particuliere zijde hieraa'n krachtig
wordt medegewerkt.
De band der Christelijke liefde die al
onze kerken in Christus ons Hoofd saam-
bindt, dringt ons daartoe opdat de waar
heid van het woord der Schrift gezien
worde, dat waar één lid lijdt, alle leden
medelijden.
Een voorloopig comité te 's-Gravenhage
had zich reeds gevormd met het oog op den
oogenblikkelijken nood waarin de diaco
nieën der Geref. Kerken in Zuid-Holland
verkeeren. Waar deze hulp ook noodig is
voor andere kerken, is die taak overgedra
gen aan het nu gevormde comité.
Gelden voor dit doel storte men bij voor
keur op postrekening 388.500 ten name
van den „penningmeester van het comité
van Bijstand voor oorlogsschade in Geref.
Kerken" te 's-Gravenhage.
Het comité bestaat uit de heeren dr. H.
Colijn, eere-voorzitter; prof. dr. H. H. Kuy-
per, voorzitter Ds. J. Attema, secretaris,
Juliana van Stolberglaan 31 te 's-Graven
hage ds. P. Nomes, penningmeester,
Beekland 430 te 's-Gravenhage. Voorts heb
ben daarin zitting genomen voor de provin
cie groningen ds. D. van Dtfk te Gronin
gen; voor Friesland ds. C. v. d. Woude
te Leeuwarden voor Drenthe ds. N. Duur-
sema te Nieuw-Amsterdam voor Overijsel
prof. dr. J. Ridderbos en J. H. Kok, beiden
te Kampen voor Gelderland ds. J. Over-
duin te Arnhem j voor Utrecht ds. D.
Zwart te Utrechtvoor Noord-Holland
prof. dr. F. W. Grosheide en ds. T. Ferwer-
da, beiden te Amsterdam voor Zuid-Hol
land ds. F. C. Meyster te Rotterdam, ds.
Th. Delleman te Kralingen, ds. A. Derek-
sen te Feqenoord, mr. H. van Andel te
Wassenaar, mr. A. J. L. van Beeck Cal-
koen te 's-Gravenhage, dr. J. Hoek te 's-
Gravenhage, dr. J. W. Noteboom te Sche
veningen voor Zeeland dr. N. Hommes te
Middelburg en voor Noord-Brabant en
Limburg ds. J. de Vries te Tilburg.
HAGESPRAAK DER N.S.B. GAAT DOOR.
Naar wij vernemen zal de hagespraak
der N.S.B., indien althans tijdig voor ver-
voergelegenheden zal kunnen worden ge
zorgd, op Zaterdag 22 Juni a.s. te Lunte
ren worden gehouden.
Deze hagespraak zal speciaal worden ge
wijd aan de herdenking van de gevallenen
der N.S.B.
DE NOORSCHE SPOORWEGEN
SPOEDIG WEER NORMAAL.
De Noorsche spoorwegen zullen reeds in
de eerstvolgende dagen een volledig nor
maal verkeer hei-vatten.
De trajecten in het Noorsche binnenland
zijn met weinige uitzonderingen weer in
bedrgf.