f Be laatste bus Tweede Blad PROVINCIALE ZEEUWSCHE COURANT Donderdag 6 Juni 1940 Duitsche troepen hebben de Somme overschreden. Het Duitsche legerbericht van. Woensdagavond. Het Opperbevel der Duitsche weermacht deelde Woensdag mede: Onze legers zijn vanochtend vroeg over een breed front tot den aanval op het leger van Frankrijk overgegaan. Zij slaag den er in de Somme tussclien de monding en Ham en het Oise-Aisne kanaal te over schrijden en de daarachter liggende, in aanbouw zijnde z.g. Weygand-linie op ver scheidene plaatsen te doorbreken. Zooals reeds in een afzonderlijk bericht is vermeld, werd de vesting Duinkerken op den 4en Juni na een zwaren strijd in genomen. Drie generaals en ongeveer 40.000 manschappen van verschillende Fransche eenheden gaven zich aan onze zegevierende troepen over. Bij Abbéville is een vijandelijke aanval, krachtig geleid door artillerie en pantser wagens, afgeslagen. Ook mislukte een aan- val op onze gevechtsvoorposten ten zuiden van Longwy, met zware verliezen voor den vijand. Het luchtwapen deed met gevechts- en „Sturzlcampf"-vliegtuigen aanvallen op vijandelijke concentraties ten zuiden van Abbeville alsmede op havenwerken van Le Hövre. In de vroege ochtenduren van Woens dag zijn nieuwe aanvalsoperaties begon nen vanuit het bestaande verdedigings front in Frankrijk. TOELICHTING VAN HET D.N.B. Het frontbericht van het D.N.B. van Woensdag luidt als volgt: Op den dag na de verovering van Duin kerken, waarbij opmerkelijkerwijze slechts Franschen, maar geen Engelschen meer gevangen werden genomen, zyn volgens het legerbericht van 5 Juni, nieuwe aan valsoperaties uit het tot dusverre bestaan de afweerfront begonnen. De aanval werd op een breed front on dernomen en stuitte uitsluitend op Fran- schesche formaties. Daarmede is 't bewjjs geleverd, dat het den Duitschen strijd krachten in een tijdsbestek van minder dan vier weken gelukt is het Britsche experiment te vernietigen en de laatste Engelschen van het vasteland te verdrij ven. Het Fransche legér strijdt alleen. De in het legerbericht vermelde aanval van Junkers-Sturz-Kampfvliegtuigen op de ten zuiden van Abbéville samengetrokken vijandelijke troepen heeft opnieuw de su- perioriteit van het Duitsche luchtwapen bewezen, zelfs tegenover de sterkste strijd middelen op den grond van den tegenstan der. De Duitsche Sturz-kampfvliegtuigen vielen ook Fransche pantserformaties aan, die door de goedgericlite bommen vol komen buiten gevecht werden gesteld. Een bom viel tusschen drie dicht naast elkander rijdende Fransche pantserwa gens, van wie twee terstond bleven liggen en niet meer tot beweging konden wor den gebracht, terwijl de derde tank uit- brandde. De behalve de verwoesting in de gelederen van den tegenstander nog be reikte buitengewone moreele uitwerking, was goed te zien. In panische vlucht ver lieten talrijke bemanningen van gevechts wagens hun voertuigen en ook andere groepen van den tegenstander werden door het optreden van de Duitsche Stuka's uiteengeslagen. LE HaVRE AANGEVALLEN. Met den aanval van Duitsche gevechts vliegtuigen op de haveninstallaties van Le H&vre heeft het luchtwapen de belang rijkste Noord Fransche haven aan den Atlantischen Oceaan getroffen. Via Le HÊLvre loopt het grootste deel van den Engelschen steenkoolimport naar Frankrijk. Ook als plaats voor de overlading van petroleum is Le H&vre voor de Fran sche economie van militaire beteekenis. De aanval der Duitsche gevechtsvliegtui gen op Le Havre geschiedde in den nacht van 4 op 5 Juni. Uit talrijke branden, die door de neergeworpen Duitsche bommen werden veroorzaakt, bleek het treffende succes van den aanval. Bij het licht der branden kon worden geconstateerd, dat de haveninstallaties van Le Havre klaar blijkelijk onder den indruk van de Duit sche bezetting der kanaalkust slechts zwak bezet waren en een buitengewoon gering scheepsverkeer vertoonden. Men relze niet naar Overijssel om de ontslagen krijgsgevangenen te ontvangen De kolonel, territoriaal bevelhebber in Overijssel en Gelderland, maakt bekend, dat velen zich per trein, per rijwiel, te voet en met andere middelen van vervoer be geven hebben naar de gemeenten Oldenzaal en Zevenaar, teneinde aldaar hun familie leden, die uit Duitsche krijgsgevangenschap ontslagen worden, te ontmoeten. Op de toegangswegen naar deze gemeen ten dreigen hierdoor ernstige, verkeers stremmingen te ontstaan, bovendien wor den de aldaar aanwezige Nederlandsche troepencommandanten ernstig in hunne be wegingen belemmerd, terwijl tevens voed- selschaarschte in die gemeenten dreigt te ontstaan door den toevloed van personen, waaroor voor de vrijgelaten soldaten onvol doende levensmiddelen zullen overblijven. De kolonel, territoriaal bevelhebber in Overijssel en Gelderland ziet zich hierdoor genoodzaakt alle toegangswegen tot deze gemeenten door militaire politietroepen te doen afzetten en iederen toegang van niet- inwonenden dezer gemeenten met gestreng heid tegen te doen gaan. In het belang der vrijgelaten soldaten en mede in haar eigen belang wordt de Neder landsche bevolking mitsdien verzocht haar plannen tot vertrek naar deze gemeenten op te geven, of zoo noodig van haar reis daarheen ten spoedigste terug te keeren. Alle maatregelen worden getroffen, op dat de vrijgelaten krijgsgevangenen in zoo kort mogelijken tijd naar hun haardsteden zullen kunnen terugkeeren. Betrekkingen tusschen Griekenland en Turkije zouden minder goed geworden zijn. Volgens met elkander in overeenstem ming zijnde inlichtingen uit Athene, die gepublioeerd worden in bijna alle te Rome verschijnende dagbladen, wordt een zekere ontstemming tusschen Turkije en Grieken land merkbaar, meldt het D.N.B. Deze zou haar oorzaak vinden in de weigering der Grieksche regeering om toe te geven aan nieuwe EngelschFransche pogingen tot het uitoefenen van druk. Óndanks de tegenspraak hecht men in Grieksche kringen groote beteekenis aan het bericht, volgens hetwelk Turkije Grie kenland zou hebben verzocht toestemming te geven tot het aan land zetten van Turk- sche troepen op eenige eilanden der Dode- kanesos, o.a. Mitilene en Lemnos. Naar verder vernomen wordt, zouden de Turken het voornemen hebben zich perma nent te nestelen op deze eilanden en zou den zij trachten hun verzoek als volgt te motiveeren 1. Vermeden moet worden, dat in geval van vijandelijkheden in het Oosten van de Middellandsche Zee de eilanden in Italiaan- sche handen geraken en daarmede zouden kunnen dienen tot steunpunten voor even- tueele aanvallen op Turkije en de Westelij ke mogendheden. 2. Turkije zou daarmede in staat worden gesteld om met de Weste lijke mogendheden de territoriale integri teit van Griekenland, dat betrokken is in de Turksche veiligheidszone, te waarbor gen tegen agressies. Naar het schijnt zou minister-president Metaxas dezen eisch van de hand hebben gewezen, hetgeen bij de openbare meening, die er aan gewend was om in Turkije een vriend en bondgenoot te zien, merkbare radeloosheid teweeg zou hebben gebracht. De telefoon- en electriciteilskabels, die tijdens het puinstorten in de Schie te Rotterdam zijn beschadigd, worden thans weer hersteld of vernieuwd. De werkzaamheden Gedeeltelijke terugbetaling motorrijtuigenbelasting. Wanneer slechts een beperkt gebruik van het vervoermiddel gemaakt kan worden. De K.N.A.C. en de A.N.W.B. deelen het volgende mede. Reeds eerder werd door het ministerie van financiën bepaald, dat voor opgelegde motorrijtuigen terugbetaling zou kunnen geschieden van vooruit betaalde motorrijtuigenbelasting van 1 Juni 1940 af tegen inlevering van de motorrijtuigenbe- lastingkaart. Thans ontvingen bovengenoemde vereeni- gingen bericht van het ministerie van finan ciën, dat eveneens een zeer tegemoetkomen de regeling is getroffen voor de motor rijtuighouders, die van de daartoe bevoegde autoriteiten vergunning hebben gekregen slechts een beperkt aantal malen of dagen met het motorrijtuig te rijden. Aan lien kan op hun daartoe strekkend verzoek teruggave worden verleend van be taalde motorrijtuigenbelasting in verhou ding van het aantal dagen, waarover de kaart loopt tot het aantal dagen, waarvan wordt aangetoond, dat zjj niet met het mo torrijtuig op den openbaren weg hebben kunnen rijden. Deze terugbetaling kan geschieden door de ontvangers na afloop van het tijdvak, waarover de belastingkaart loopt. Men beware dus zorgvuldig eventueele bewijsstukken (bijv. tijdelijke vergunningen van benzinedistributie bureaux) waaruit kan blijken, dat men gedurende bepaalde tijden niet op den openbaren weg heeft kun nen rijden. De graanpositie van Noorwegen gunstig. Uit een rapport van den directeur van het Noorsche staatsbureau blijkt, dat de vooruitzichten voor de graan- en kracht- voedervoorziening gunstig zijn. Bij een nor malen oogst zou de graanvoorraad bij de tegenwoordige distributie voldoende zjjn tot einde Juni 1941, meldt het D.N.B. Men ver wacht vooral een ve'rhooging van den invoer uit de Baltische landen. Ook met betrekking tot veevoeder worden met het oog op de reserves van cellulose en haringmeel geen moeilijkheden verwacht. Verbetering van den tuinbouwexport. AAN HET ZGN. „DOORDRAAIEN" IS PRACTISCH EEN EINDE GEKOMEN. In zijn verwachtingen over de verbete ring van den uitvoer van groente, nu na den oorlog hier te lande een nieuwe orde van zaken is ontstaan, is de Nederlandsche tuinder niet teleurgesteld geworden. Onmiddellijk na het beëindigen van den strgd is een regeling getroffen om den ex port van groente, die voor den Nederland- schen tuinbouw een levensbelang vormt, weer op gang te brengen. In groote trek ken kwam die regeling hier op neer, dat van de ter veiling aangevoerde producten, welke meer in het bijzonder voor den uit voer worden geteeld, aanstonds een ge deelte voor den uitvoer wordt bestemd, terwijl de hoeveelheden welke door den bin- nenlandschen handel niet Kunnen worden geplaatst, eveneens naar de buitenlandsche markten worden verzonden. Op deze ma nier is aan het zgn. „doordraaien" van de producten van den tuinbouw practisch een einde gekomen. Deze regeling werkt zeer bevredigend en heeft reeds goede resultaten opgeleverd. In de periode van 18 Mei tot en met 4 Juni welke vijftien exportdagen omvat, konden ongeveer 1500 wagons met de voornaamste exportartikelen, zooals sla, bloemkool, komkommers, tomaten en peen, worden uitgevoerd. Dat is dus ongeveer 100 wa gons per dag. Trots dezen zeer ruimen ex port is de binnenlandsche behoefte aan de ze en andere tuinbouwproducten ten volle bevredigend. Het is geukt dit hooge exportkwantum te handhaven niettegenstaande vooral in den eersten tijd na den oorlog het trans port der groenten, dat in verband met de lichte bederfelijkheid der producten vlot moet verloopen, groote moeilijkheden op leverde doordat de voornaamste verbin dingswegen met het buitenland verbroken waren en de beschikbare hoeveelheden mo torbrandstof tot een zoo efficient mogelijk gebruik van de verkeersmiddelen noopten. Door inspanning van alle krachten en door gebruik te maken van alle daarvoor ge schikte vervoersmiddelen is het echter mo gelijk geweest, het vervoer der groente met het kleinste oponthoud te verzorgen. Dank zij de activiteit van de Nederland sche spoorwegen bestaat het uitzicht, dat binnenkort wederom zonder onderbreking van het railvervoer gebruik zal kunnen worden gemaakt. Dit zal het transport- vraagstuk voor de groenten uit den aard der zaak belangrijk vereenvoudigen. Vanzelfsprekend komt er in' den loop van het seizoen verandering in de soort der producten, welke ter markt worden ge bracht. Zoo wordt sedert deze week geen sla meer uitvoerd, mede omdat nu de bui tenlandsche markt met dit artikel van eigen bodem kan worden voorzien. Andere groen tesoorten zullen daarvoor echter in de plaats treden. Dc regeling van de minimum- en maxi mumprijzen, welke bij den handel ter vei ling in acht moet worden genomen, heeft het mogelijk gemaakt, dat de tuinder, een redelijken prijs voor zijn produeten ont vangt, terwijl aan den anderen kant de consument voor het verkrijgen van groen te geen bedi'agen behoeft te betalen, die buiten zijn bereik liggen. Alle soorten groente van het seizoen zijn in het binnen land verkrijgbaar en zij zijn niet duur. De verbetering van den export van groenten, waarvan de Nederlandsche tuinbouw het uiteindelijk toch hebben moet, heeft het gelukkige gevolg gehad, dat de tuinder met nieuwen moed aan den arbeid is ge gaan en met meer vertrouwen de toekomst tegemoet kan zien dan sedert jaren moge lijk was. Zwitsersche vliegtuigen boven Fransch gebied. Vier werden in een luchtgevecht met Duitsche toestellen neergeschoten. In kringen der Wilhelmstrasse werd gis teren tegenover persvertegenwoordigers be vestigd, dat er gevechten tusschen Duitsche en Zwitsersche vliegtuigen hebben plaats gehad. Het staat vast, dat Zwitsersche vliegtuigen boven Fransch gebied aanvallen op Duitsche vliegtuigen hebben ondernomen, waarbij een Duitsch toestel boven Fransch gebied door Zwitsersche vliegtuigen is neer geschoten. In hei. luchtgevecht, dat hierop ontstond, werden vier Zwitsersche vliegtui gen neergeschoten. Totdusver is i-eeds bij twee van deze vliegtuigen onomstootelijk bewezen, dat zij zich boven Fransch gebied bevonden. Zij zijn ook op Fransch grondge bied neergestort. Het diplomatieke onder zoek van de aangelegenheid is nog gaande. Door S) CECIL FREEMAN CREGG. hij kon zich de groote jpschriften in de kran ten al voorstellen, wanneer zou blijken, dat de gezochte tweede passagier eens heelemaal onschuldig aan liet geval zou zijn. Zulke overwegingen waren verre van aangenaam, want alles zou natuurlijk weer op hem neerkomen. Higgins zuchtte. Alla, hij zou het er op moeten wagen, want de tweede passagier leek voorloopig zjjn eenige houvast. Hij bleef den con ducteur aanstaren en de man begon zich onder dien aanhoudenden blik weinig op zjjn gemak te voelen. „Even voor elf uur was deze man dus nog heelemaal In orde, hé?" „Absoluut, meneer." „En waarom ging je dan nog eens boven kijken, of hij wel in orde was?" „Wel, meneer, ik weet het eigenlijk niet precies. Die tweede man maakte me eigenlijk een beetje in de war, als ik het zoo zeggen mag. Hij kwam op de bus en ging weer direct na het betalen van zijn kaartje er af en ik wist dat deze arme kerel de eenige passagier daar bovenop de bus was. Ik dacht misschien, dat er iets aan de hand was of of zoo iets". De man zweeg, blijkbaar niet in staat, zijn gevoelens van dat oogenblik juist te formuleeren. „Die tweede man" zag er verschrikt uit, zei je?" „Ja, meneer. Hoewel ik niet weet, waar van hij geschrokken moet zijn." De conducteur zweeg en vervolgde dan: „Wanneer deze man geweest was, zoo als hij nu is, had ik het me natuurlijk kun nen indenken." „Ik ook, maar volgens je verklaring was hij toen nog in leven. Ben je daar ze ker van!" „Absoluut, meneer. Hij stak iets in den binnenzak van zijn jas". „Aha!" Higgens wendde zich tot den agent. „En wat heb je in dien binnenzak gevonden agent?" „Een pakje bankbiljetten .inspecteur. Hier is het. Allemaal bankbiljetten van één pond.1' Inspecteur Higgins nam het bundeltje van den agent over. Hij onderzocht twee of drie biljetten zorgvuldig. 25e leken echt genoeg. Hij stak 't geld in zijn binnenzak. „Ik zal die in bewaring nemen agent." Opnieuw hervatte hij zijn ondervraging van den conducteur. „Was er nog iemand anders boven op de bus tusschen het tijdstip dat deze man binnenkwam en je hem dood vond?" „Neen, mijnheer." „En wanneer ontdekte je, dat hij dood was?" „Niet voor wij hier de garage binnen reden, meneer. Toen bemerkte George hier, dat er een passagier was, die nog niet van de bus was afgegaan. Wy eh dachten, dat hij misschien onbekwaam was of zoo iets." Dat „of zoo iets" scheen maar al te waar te zijn. „Ik klom naar boven en was juist op het punt hem op den schouder te ldop- pen, toen ik het bloed op zijn jas zag. Het was vreeselijlc. Ik riep George naar boven en samen droegen wij hem naar omlaag. Een van de businspecteurs haalde een dokter en wij riepen den agent bin nen, die hier in de wijk dienst had". „Zoo. Nu, enfin, ik zou graag hebben dat jjj en eh George hier mij eens precies wilden aanwijzen, hoe de man zat, toen jullie hem vond." „Zeker, mijnheer." Ze begaven zich naar de bus, maai- de inspecteur hield hen te gen. „Niet op die bus, jongens. Die is eh te vuil. Wijs het me maar op een van de andere bussen." Beide mannen begaven zich naar een wagen van hetzelfde model als die, waar op de doode gevonden was, en gevolgd door den inspecteur bestegen zij het trap je van het platvorm. „Zoo was hij, mijnheer." De conducteur voegde de daad bij het woord en ging op het achterste bankje links op het boven dek zitten. Hij leunde tegen den zijkant van de bus en liet zijn handen slap in zijn schoot liggen. Zijn beenen staken onder de bank tegenover de zijne, terwijl zijn kin voorover op zijn borst hing. „Zoo goed George?" De chauffeur bekeek hem aandachtig, deed dan een pas achteruit om een beter gezicht op de voorstelling te krijgen en, zijn hoofd van rechts naar links buigend, scheen hij het perspectief te bestudeeren. Hij kwarii daarop naar voren en, nadat hy de pet van den conducteur wat verder over zgn oogen getrokken d, ging hij op nieuw achteruit, waarop hij andermaal naar voren trad om nog een detail te ver beteren. De conducteur grinnikte schaap achtig, „Zoo was het, meneer, voorzoover ik het me kan herinneren." Inspecteur Higgins knikte een bedank je en staarde fronsend voor zich uit. Afge zien van de twee onbelangrijke verande ringen, welke de chauffeur had aange bracht, schenen beide menschen het eens over de juiste positie van den doode, op het moment dat hy gevonden werd. En toch, als zij gelpk hadden, waar was dan de kogel Zeker niet in de bus, tenzij hjj hem over het hoofd gezien moest hebben, wat hö, in alle bescheidenheid, voor on mogelijk hield. Opnieuw staarde hy naar den poseerenden conducteur, teneinde de waarschijnlijke kogelbaan te reconstru- eeren. Ja. Het schot moest zijn afgevuurd uit een punt, dat liooger was gelegen dan het bovendek van de bus, en daarom moest de kogel in benedenwaartsche richting zijn verdwenen. De kogel moest gevonden wor den om het soort wapen te kunnen vast stellen, waaruit het schot was afgevuurd. Het plotselinge overgaan van een luide electrische schel deed het heele groepje opschrikken. Zij hoorden den nachtwaker Shorty naar de deur sloffen, welke daarop geopend werd. De inspecteur herkende terstond de stem van den bezoeker. „Kom maar binnen, dokter", riep hij van de bus af. Dokter Pape trad binneD en keek naar boven. „Hé, Higgins! Mooie tgd om een fatsoen lijken burger uit zijn bed te halen, dat moet ik zeggen!" „Neem me niet kwalijk dokter. Maar wanneer de plicht roept nietwaar?" Hy haastte zich naar beneden en trad den dokter met uitgestoken hand tege moet. „In ieder geval stel ik het zeer op prps, dat u zoo gauw gekomen bent. Ik moet u iets laten zien." De inspecteur voerde den politiedoktei naar het lichaam van den ongelukkigen buspassagier, hetwelk door den agent be dekt was met een zeil, dat hij in de garage geleend had. Higgins sloeg dit terug. „Ik zou hierover graag uw oordeel hooren." „Mjjn hemel!" bromde dokter Pape af keurend. „Precies, dokter. -Jegin dit maar eens netjes te onderzoeken, terwijl ik verder met deze luidjes afhandel." Hy keerde zich naar de bus. „Kom maar naar beneden, jullie." Lang zaam daalden beide busmenschen van het voertuig af, waarop zij op den inspecteur toetraden. „Om nog eens terug te komen op dien tweeden passagier van je, conducteur, ben je er zeker "an, dat zijn gelaatsuitdruk king „verschrikt" genoemd kan worden?" De conducteur dacht ernstig na en zei dan: „Als het geen .schrik-was, mijnheer, zou het wel woede kunnen zijn geweest." „H'm. Ben je er zeker van, dat je je fantasie niet een beetje den vrijen loop laat? Nee, nee! Versta m- asjeblieft niet verkeerd" ging Higgins haastig verder, toen de conducteur verontwaardigd wilde antwoorden. „Jullie bent beiden oud ge noeg om mijn vader te kunnen zijn, maar wanneer je mijn ervaring in die zaken zoudt hebben zou je beseffen, dat het moeilijkste op de wereld is om te voor komen, dat je conclusies gaat maken te voorkomen, als het ware, dat de wensch de vader van de gedachte is. Neem nu eens dat gevai van dien tweeden passa gier, Je eerste indruk meestal juist, tus schen twee haakjes '!was, dat zijn gelaat eh hoe zeggen ze dat ook weer zoo mooi? O, ja, dat zijn gelaat vrees uit drukte. Dat zou volkomen begrijpelijk ge weest zijn, indien deze arme kerel dood geweest was, maar dar was hij niet. Ga nu eens een stap verder, hoewel het, we tend dat deze man na het vertrek van dien tweeden passagier nog levend was, eigenlijk geen stap verder is. Je denkt er nog eens over na en «egt nu. dat de uit drukking op het gelaat van dien tweeden passagier ook woede geweest kan zijn. Maar waarom woede?" „Vraagt u me liever wat anders, mijn heer. In ieder geval blijf ik bij hetgeen ik zei, want ik geloof, dat dat de waar heid is." „En kan dat ook niet heel verklaarbaar zijn, mijnheer", meende de chauffeur, die zyn kameraad te .ïulp kwam. „Mijn maat zegt, dat hij oijna direct, nadat hij ingestapt as, weer weg ging. Ik weet niet, hoe u bent, maar wat mezelf be treft, zou ik aardig woest zijn op me eigen, als ik bemerkte, dat ik wat vergeten had en weer terug moest." .(Wordt vervolgd.).

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1940 | | pagina 5