Mr. M. M. Rost van Tonningen teruggekeerd. Gemengd Nieuws OFFICIEELE PUBLICATIES. Een relaas van zijn ervaringen. Het bericht, dat mr. M. M. Rost van Tonixingen, hoofdopsteller van het Natio nale Dagblad en lid van de Tweede Kamer, die behoorde tot de 21 Nederlanders, die voor het uitbreken van den oorlog waren gearresteerd en naar een interneerings- kamp te Ooltgensplaat waren overgebracht en later via België naar Calais werden ont voerd, waar zij door de Duitsche troepen zijn bevrijd, Zondagochtend per auto aan z\jn woning te 's-Gravenhage zou terug- keeren, had reeds lang voor elf uur het tijdstip, waarop men. hem ongeveer kon verwachten een duizendtal nationaal- socialisten en geestverwanten naar de om geving van zijn woonhuis aan de Groot Hertoginnelaan no. 215 te Den Haag doen komen, welke menigte tot half twaalf, toen de heer Rost met drie lotgenooten daar inderdaad aankwam, nog aanmerke lijk aangroeide. Een enthousiast „hou zèe" weerklonk op het moment van de aankomst der beide auto's, waarin de heer Rost en zijn mede- bevrijde lotgenooten Kröller, Feldmeyer en van den Oord de reis van Breda naar Den Haag hadden gemaakt. Vroolijk lachend beantwoordde mr. Rost van Tonningen c.s. deze begroeting en onmiddellijk daarop trad hij even naar binnen om zijn moeder te omhelzen. Nadat mr. Rost van Tonningen en de ~"drie lotgenooten zich nog even op het dek en de motorkap van den auto hadden be geven om de menigte te zien en door deze gezien te worden, gingen zij naar binnen om even later op het met de N.S.B.-vlag versierde balcon van de tweede verdieping te verschijnen. 'r De heer Rost van Tonningen hield van daar af een aandachtig aangehoorde korte toespraak. Spr. zei o.a. „Kameraden Gij en wij allen hebben gevochten voor ons volk. Wij zijn het geweest, die dezen oorlog niet hebben gewild. Als het aan ons had gelegen waren de offers niet ge vallen en waren de vele wonden in ons volk niet geslagen. Thans is het onze plicht den blik vooruit te werpen. Wat thans geboren wordt is een bond van de rassen van het Noorden en daarin zullen wij onze nieuwe taak met overtuiging en vertrouwen heb ben te vervullen". De heer Feldmeyer zeide daarna nog, dat het offer, door Rost en de andere ge- interneerden gebracht, niet kan worden vergeleken met dat van degenen, die daad werkelijk in het gevecht zijn geweest, doch dat er wel een sterke drang is ontstaan naar vergelding van het aangedane leed ten opzichte van hen, die de verantwoorde lijkheid daarvoor hebben gedragen. Spr. verwachtte dat alle Nederlanders zouden worden overtuigd tot het inzicht, dat allen van den zelfden bloede één volk onder één leider behooren te vormen. Hiermede was de begroetingsplechtig heid geëindigd. Zondagnamiddag heeft een redacteur van het Alg. Ned. Persbureau een onder houd met mr. Rost van Tonningen ten hui ze van laatstgenoemde gehad, waarin deze aan de hand van in een zakagenda ge maakte aanteekeningen een verhaal van zijn wedervaringen heeft gegeven. De heer Rost van Tonningen stelde hier bij op den voorgrond, dat men niets heeft kunnen aanvoeren, waardoor zijn arrestatie en interneering gemotiveerd konden wor den en dat men hem nooit heeft medege deeld waarom hij gearresteerd is geworden. Op Vrijdag den derden Mei, zoo vertelde mr. Rost, keerde ik tegen 6 uur 's avonds thuis terug uit Haarlem, waar ik een be spreking met het kamerlid Woudenberg had gehouden. Nauwelijks was ik thuis of mjjn aanhouding en 'overbi'enging naar het commissariaat van politie aan de Java- straat volgde. De hoofdcommissaris, de heer van der Mey, vertelde, dat mijn arres-i tatie geschiedde op last van den opperbe velhebber van land- en zeemacht en dat met mij een aantal personen naar een in- terneeringskamp zou worden gebracht. De heer van der Mey stelde mijn moeder op de hoogte van het feit, dat ik den nacht op het politiebureau zou moeten doorbrengen. Zoo werd ik ingesloten in een cel van het bu reau aan het Alexanderplein, waar de groep aangehoudenen, waartoe ik behoor de, om half vijf in den ochtend werd ge wekt. We kregen ons ontbijt en werden daarna per auto, begeleid door drie recher cheurs, naar Ooltgensplaat gereden. Hier bleken met mij bijeen te zijn vier nationaal- socialisten, twee communisten en voor de rest een aantal menschen, die, naar mijn indruk hinderlijk voor de politie of voor den Britschen geheimen dienst werden ge oordeeld. Geen hunner was tegen de Duit- schers. De heer Kröller en van den Oord waren tegelijk met mij gekomen, -de heer Feld meyer kwam een paar dagen later. In de eerste dagen was de behandeling der geïnterneerden te Ooltgensplaat nog goed. Dinsdagavond 7 Mei kwam met de post „Het Vaderland" aan, waarin we de ontwikkeling van den internationalen toe stand sedert ons vertrek uit Den Haag konden nagaan. De volgende beide dagen verliepen be trekkelijk eentonig. Vrijdag 10 Mei te kwart over drie in den nacht werden we wakker door het geluid van zware bominslagen uit noordelijke richting. We zagen, dat Waalhaven in zware rookwolken was gehuld. Toch kon nog niemand ons inlichten over de vraag of er oorlog dan wel een groote ma noeuvre aan den gang was. Intusschen werd de politiebewaking ver scherpt. We mochten in de vochtige, muffe ruimte van liet oude fort vrijwel niets meer verrichten. Den volgenden (Zaterdag) ochtend na men de koks een bepaald vijandige hou ding tegenover mij aan. Het eten werd slechter en de porties werden kleiner. Het vuren van het geschut werd steeds meer hoorbaar en het gesnor van de vliegtuigen verdween niet van de lucht. Aan het feit, dat de oorlog was uitgebroken behoefde niet meer te worden getwijfeld. We zagen Waalhaven in brand staan en ontwaarden ook op andere plaatsen in de omgeving van Rotterdam eenige branden. In dergelijke spanning brachten we den nacht van eersten op tweeden Pinksterdag door en toch kregen we den indruk, dat de Duitschers wel zoo krachtig naderden, dat onze bevrijding nabij scheen. Plotseling, om elf uur Maandagavond, kregen we het bevel zoo spoedig mogelijk mee te gaan. Eenige auto's brachten ons naar een kleine haven waar we in een dek schuit werden opgenomen. Achttien uren lang hebben we daarin gevaren en in al dien tijd eten noch drinken gehad. Naar Ellewoutsdijk. Toen -arriveerden wij te Ellewoutsdijk, waar de rijksveldwacht onze bewaking overnam en ons fatsoenlijk behandelde. De houding van de militaire politie daar ter plaatse was echter zeer vijandig tegen over onze groep. Weer hoorden we kanongebulder en zwa re inslagen, zoodat we begrepen, dat ook in onze nieuwe omgeving werd gevochten. Den 14en Mei des middags waren de hier mede-geïnterneerde Duitschers plotse ling vertrokken. Nog vijandiger werd toen de houding van de militaire bewakers je gens ons groepje van 21, dat nu weder per schip verder werd getransporteerd. We werden overgebracht naar het kanaal Ter- neuzenSas van Gent, dat ik herkende omdat ik er vroeger wel gerace-roeid heb. Per autobus reden we naar Sluis en we war enin de gelegenheid de route te zien. In Sluis vonden we andere kameraden uit Zeeland, die daar bij het uitbreken van den oorlog waren geïnterneerd. Er ontstond in den nacht zelfs een schietpartij tusschen een paar geïnterneerde Duitsche vliegers en manschappen van de Nederlandsche mi litaire politie, waarbij twee politiemannen licht werden gewond. Donderdag 16 Mei bleek onze laatste dag op Nederlandsch grondgebied te zijn. Nederlandsch grondgebied verlaten. Wederrechtelijk werden we den 17en 's morgens te zes uur weggevoerd naar Bel gisch terrein, tezamen met N.S.B.-ers en met Joodsche emigranten, welke laatste een bevoorrechte behandeling genoten en door de gevangenisdirectie met goede zor gen werden bedacht. In Duinkerken kwam het tot een de monstratie van de opgehitste bevolking tegen onze autobussen. Tenslotte bereikten we Bethune, ten Zuid-Oosten van Boulogne, en daar werden de Joden achtergelaten. Van Bethune af ontspande zich verder de houding van de houding van de militaire politie, die zich blijkbaar gedrukt gevoel de. Een welwillende sergeant zorgde dat we wat te drinken kregen. Den geheelen nacht werd doorgereden en Zaterdag 18 Mei des oclitens kwamen we te Ambleteuse, twaalf kilometer ten Noorden van Boulogne, aan. Daar wer den we in een Fransch interneeringskamp ondergebracht, waar tevens een aantex Joodsche emigranten vertoefde, onder lei ding van een Franschen kapitein, die ons kortaf, maar wel behoorlijk behan delde. De Fransche schildwachten, die ons be waakten, gaven dadelijk blijk van onkunde over hetgeen ons daar aanwezig deed zjjn. Tot onze vreugde konden we daardoor ge makkelijk opgaan in het overige gezel schap, zoodat we als groep van 21 in het geheel verdwenen. Van het Duitsche geschutvuur was daar- nog niets te merken. Het was ons op onzen rit reeds opge vallen, dat onafzienbare rijen Fransche mi litairen naar het Zuiden trokken, cn dat een dag later dergelijke transporten in te gengestelde richting geschiedden. De hy giënische toestand werd erger. Duitsche vliegtuigen zaten bij Boulogne de Fransche troepen op de hielen. De orde onder de ze troepen liet alles te wenschen. In den nacht van Maandag 20 op Dins dag 21 Mei werden we weder door zware bominslag gewekt, terwijl onze barakken dreunden. Om twee uur 's nachts werd alarm gemaakt en we moesten ons klee- den, doch er gebeurde niets bijzonders. Daar we in veertien dagen geen boter of vet en slechts weinig normaal voedsel had den gehad, waren we zeer vermagerd. Verschillende leden van onze groep werden ziek. Kröller, Feldmeyer en ik waren in de stoffige omgeving door bronchitis aan getast. Waschwater ontbrak omdat in Boulogne de centrale defect geschoten was. Ook in de volgende dagen bleven we van leidingwater verstoken, doch toen konden we ons met putwater wasschen, terwijl eenig drinkwater afzonderlijk kon worden verstrekt. De moreele ontbindingsverschijnselen namen bij de Fransche troepen toe naarma te de werking van het Duitsche geschut zich deed gelden. De voedselvoorziening werd steeds onregelmatiger. In plaats van lepels en vorken konden we glasscherven of stukjes blik gebruiken. Een hevig bombardement volgde op Woensdag 22 Mei en den volgenden nacht was er voortdurend alarm. De Britsche vloot was voortdurend in actie, de Duitsche troepen dreven de Fran schen op de vlucht. Donderdag 23 Mei werd onze keuken ge plunderd, terwijl wjj werden verdreven, om verder loopende onzen gedwongen zwerf tocht voort te zetten. Een van de oud ste kameraden viel daarbij uit en we heb ben hem niet weer gezien. Na een voetreis van 40 kilometer be reikten we in den nacht van Donderdag op Vrijdag Calais. Eenige Stuka's voerden luchtaanvallen op Engelsche kruisers uit. Telkens moesten we plat op den grond gaan liggen om ons zooveel mogelijk te dekken tegen rondvliegende scherven. Het bombardement van Calais was zoo hevig dat we, in afwachting van onze insche ping op straat moesten gaan slapen. Tegen drie uur dien nacht gaf men blijkbaar het inschepingsplan op. Toen volgde inkwartiering op de tweede ver dieping van een oude fabriek, waar we met 125 man onderdak kregen. Beneden DEENSCHE SCHEPEN TE NEW-YORK MOGEN REIS VOORTZETTEN. Met betrekking tot de sedert de bezet ting van Denemarken te New-Yoi'k opge legde 13 Deensche schepen heeft Huil Za- tei-dag in een persconferentie verklaai-d dat na langdurige ondex-handelingen van de oorlogvoerende landen de verzekering is ontvangen, dat deze schepen, die op 9 April reeds vracht voor Zuid- en Midden- Amerika hadden ingenomen, ongehindei'd de reis kunnen voortzetten. Deze toezeg, ging beperkt zich tot deze enkele reis. ZUIVERING VAN GRENSDOCUMENTEN VAN GEVORDERDE VRACHTAUTO'S. In de dagbladen van 30 Mei is een be richt verschenen, dat houders van vracht auto's, die geen ontheffing voor het ver bruik van motorbrandstof hebben en die wonen in gemeenten van meer dan 20.000 inwoners behalve Rotterdam zich moeten melden om hun wagens aan de Duitsche overheid te verkoopen met de verplichting de auto s na 8 10 dagen te- rug te koopen. Vrachtautohouders in kleinere gemeenten kuixnen zich vrijwillig tot hetzelfde doel in de dichtsbijzijnde groote gemeente vervoegen. De wagens zullen gebruikt worden voor het vervoer en de verzorging van vluch telingen in België. Daar ixx hetzelfde bericht chauffeurs voor deze wagens worden gevraagd mag worden aangenomen, dat de meeste van deze auto's door de eigen chauffeurs kun nen worden gereden. Talrijke vrachtautöhouders zijn tenge volge van de benzinebeperking niet in de gelegeixheid geweest de in hun bezit zijnde grensdocumenten voor- definitieven uitvoer uit België te laten afteekenen. De A.N.W.B. en de K.N.A.C. raden hen, die in deze omstandigheden verkeeren, en die thans hun auto's tijdelijk aan de Duit sche autoriteiten verkoopen, dringend aan van de gelegenheid, die thans wellicht ge boden wordt, onx met hun wagens de grens te bereiken, gebruik te maken om hun documenten, indien Belgische douanes aan wezig zijn, voor definitieven uitvoer te la ten afteekenen. DE KOLENVOORRADEN IN FRANKRIJK ZIJN BEPERKT. Bedrijven zullen moeten worden stilgelegd. Het D.N.B. bericht van de Fransche grens,' dat men in kringen der Fransche steenkoolindustrie er op rekent, dat de op steenkool aangewezen bedrijven in Frank rijk ovèr drie tot 'vier weken moeten worden stilgelegd, daar de vooxraden nog slechts zeer beperkt zijn. Alle takken van industrie die gewerkt hebben met steen kool in Noord-Frankrijk, zijn door de ge- beurtenissen volkomen verrast. De Fransche spoorwegen zijn genood zaakt geworden een deel van hun kolen- voorraden aan de zware industrie af te staan. Op den langen duur hoopt men op aanvoer uit Amerika. BELANGRIJKE HYGIËNISCHE REGELS. Men deelt ons van overheidswege mede, dat het van groot belang is de volgende hygiënische regels in acht te nemen. 1. Di'inkwater 5 minuten koken. Vruch ten en rauwe groenten afwasschen met ge kookt water. 2. Melk 5 minuten koken. 3. Uiterste zindelijkheid op lichaam, kleedïng en huis. Éénmaal daags W.C. boenen met lysol- water; een scheutje (pl.m. 15 gr.) lysol op één emmer water. Meerdere malen daags handen wasschen; steeds handen wasschen na gebruik van W.C. Minstens eenmaal per week heele li chaam grondig wasschen en schoone on- derkleeding aantrekken. Bij levend onrein dokter of zuster waar schuwen vlooien en luizen brengen besmettelijke ziekten over. Etensresten bewaren in afgesloten vaat werk. Los liggende etensresten trekken ratten brengen besmettelijke ziekten over. ons lagen joodsche emigranten. Het was in dat gebouw een onbeschrijfelijk vuile toe stand. De joden kregen nog stroo om op te slapen, wij moesten op de planken lig gen. Doch toen is eigenlijk de laatste phase onzer bevxijding begonnen. De aanvallen van de Duitschers op Calais werden steeds snellex-, de Engelschen verlieten zooveel mogelijk de haven, met achterlating van blikjes voedsel enz., hetgeen onzen mond voorraad ten goede kwam. De wacht ver dween telkens en wij mengden ons op mijn voorstel onder de overige gevangenen, ook met het oog op de onveiligheid van de tweede vex-dieping ingeval van brand. Een van ons meende Duitsche militai ren in de buurt te zien en wij konden den Belgischen schildwacht overhalen, zich te ontwapenen. Mij gelukte het tezamen met den leider van de Duitsche groep naar den Duitschen commandant te gaan, die, na eenige be spreking, onzen schildwacht gevangen liet nemen. Toen konden wij zelf inkwartiering zoeken, 600 meter voorbij het front, terwijl w\j ons niet meer als gevangenen behoefden te beschouwen. Wij vonden voor onze uit 75 man be staande groep een goed onderkomen in het groote huis van een notaris te La Marquise en de Duitschers zorgden dat we vet en andere levensmiddelen kregen. Zoo zijn we van Zondag 27 Mei af weer opgeknapt* en aangesterkt. Groepsgewijze zijn we langzamerhand, na ovex'winning van nog vele hindemissen, langs Samer, Arras Cambrai en Bergen naar Brussel gekomen. Een groot deel van deze reis kon per auto worden afge legd. Zaterdag zijn we in particuliere auto's uit Brussel naar Breda gereden, vanwaar naar huis kon worden getelegrafeerd. In Breda werden we hartelijk verwelkomd tij dens een Zaterdagmiddag gehouden zitting van den nationaal-socialistischen kring. AANGIFTE LEERLINGEN MEISJES SCHOOL. Burgemeester en Wethouders van Mid delburg maken bekend, dat de aangifte van leerlingen voor School G (Meisjes school) voor dexx cux'sus 1940/1941 kan plaats hebben by het hoofd der school mejuffr. J. G. G. de Cleyn Brem, Noord- weg 51, eiken avond (bevalve Zaterdags) van 7 tot 8 uur. Reeds aangegeven leer lingen moeten opnieuw aangemeld worden. Middelburg, 31 Mei 1940. Burg. en Weth. van Middelburg, DE BÖRDES, Voorzitter. M. VAN DER VEUR, Secretaris. SCHADE AAN BOOM- OF VELD VRUCHTEN. De Burg. der gemeente Middelburg ver zoekt aan de Middelburgsche ingezetenen, die, tengevolge van den ooi-log, belangrijke schade hebben geleden aan boom- of veld vruchten, aanwezig op in de gemeente Middelburg gelegen gronden, daarvan vóór 6 Juni 1940 schriftelijk aan hem kennis te geven, met vermelding van naam, adres, plaats waar dé boom- of veldvruchten aan wezig zijn, en getaxeerde schade (op de enveloppe te vernielden schade aan boom- of veldvruchten). Middelburg. 31 Mei 1940. De Burgemeester voornoemd, DE BORDES. OPGAVE VAN GELEDEN SCHADEN. Burgemeester en Wethouders van Mid delburg brengen het volgende ter open bare kennis: hun, die, tengevolge van den oorlog aanwijsbare schaden hebben gele den aan hun totaal verwoeste vaste eigen dommen, winkel-inventarissen en goede ren, wordt aangeraden deze schaden thans na te gaan en op staat te brengen. Daar bij dienen de ligging (gemeente, straat en huisnummer) en de bestemming (woon huis, winkel, fabriek, kantoor, pakhuis en dgl.) te worden vermeld, alsook of de schade is veroorzaakt door vernieling of plundering.- De inkoopswaarde der goederen moet daarby nauwkeurig worden opgegeven, zoo mogelijk met bijvoeging van facturen of rekeningen. Zijn geen bewijsstukken meer aanwe zig, zoo kunnen verklaringen van geloof waardige getuigen worden overgelegd. De schadestaten moeten zoo volledig mogelijk worden opgemaakt en met de bewijsstukken worden ingediend ter secre tarie. Met nadruk wordt er op gewezen, dat deze opgaven voorshands geenerlei vooruitzicht openen voor schadevergoeding doch als voorzorgsmaatregel geschieden. Middelburg, den 31 Mei 1940. Burg. en Weth. voornoemd, De BORDES, Voorzitter M. VAN DER VEUR, Secretaris. HERSTEL VAN OORLOGSSCHADE. Burgemeester en Wethouders van Mid delburg brengen ter kennis van eigenaren van beschadigde gebouwen in deze ge meente, waarvan de te treffen voorzienin gen vallen onder „kleine herstellingen van werken en gebouwen, die overigens geen belangrijke schade hebben geleden", dat het gewenscht is thans bedoelde gebou wen te doen herstellen. Zy verzoeken voornoemde eigenaren mede met het oog op het scheppen van werkgelegenheid voor bouwarbeiders zoo spoedig mogelijk tot de te verrichten werkzaamheden opdracht te geven. By mogelijke uitkeering van vergoedingen voor geleden oorlogsschade zullen de be langen van eigenaren van gebouwen waar van de schade tijdig is hersteld, op dezelf de wijze worden behartigd als die van overige eigenaren, zoodat eenige vrees dat onmiddellijk herstel der panden uitslui ting van eventueele vergoeding van oor logsschade ten gevolge zou hebben, niet behoeft te bestaan. Middelburg. 31 Mei 1940. Burg. en Weth. voornoemd, DE BORDES, Voorzitter. M. VAN DER VEUR, Secretaris. INENTING DRINGEND AANBEVOLEN. De heeren Burgemeesters in Zeeland hebben van den wnd. Commissaris der Ko ningin in onze provincie, mr. P. Dieleman, het volgende schrijven ontvangen: „In aansluiting op de bij mijn rond- sclirijven van 30 Mei 1940, A. no. 42, 3e afdeeling aan U toegezonden bekendma king betreffende de terzijde vermelde aan gelegenheid, heb ik de eer in overleg met de Duitsche autoriteiten onder Uw aan dacht te brengen, dat de daarin vermelde verplichting tot inenting, althans voor hands vervalt. Intusschen moge ik U wel in overwe ging geven voor vrijwillige inenting pro paganda te maken." (w.g.) P. DIELEMAN. De loco-burgemeester van Middelburg, wethouder P. Ph. Paul, schrijft verder: „Hoewel volgens bovenstaande kennis geving de inenting tegen typhus en para- typhus voorhands niet verplicht is, raad ik U met den meesten aandrang aan, om, gezien de buitengewone omstandigheden, nu er gevaar bestaat voor het optreden van deze zeer ernstige besmettelijke ziek ten, U vrijwillig aan de inenting te onder werpen." VERSTREKKING VAN WARM ETEN. De Bui-gemeester van Vlissingen maakt bekend; dat zij, die voor verstrekking van warm eten uit de Centi-ale keuken in het Gebouw van het voorm. Burger Weeshuis aan dc Badhuisstraat in aanmerking wen schen te komen des morgens tusschen 9 10 uur een bon kunnen ontvangen aan het Gemeentelijk Bureau voor Sociale Zaken, ingang Palingstraat. Vlissingen, 3 Juni 1940. De Burgemeester voornoemd, VAN WOELDEREN. UITMALEN VAN TARWE EN KOGGE. Burgemeester en Wethouders van Vlis singen brengen ter openbare kennis, dat het thans aan alle bereiders van tanvebloem en roggebloem is toegestaan de tarwe uit te malen op 85 en de rogge op 72 Vlissingen, 3 Juni 1940. Burg. en Weth. voornoemd, VAN WOELDEREN. De Secretaris, F. BISSCHOP. Oude kippen zullen een paar maanden vroeger geslacht moeten worden. IN VERBAND MET DE VEEVOEDER POSITIE. In verband met de veevoederpositie is het niet mogelijk den geheelen pluimvee stapel intact te houden. Zooals algemeen bekend, worden in de maanden Augustus, September en October elk jaar veel oude kippen opgeruimd; de in het vooi-jaar ge- boren kuikens zijn dan inmiddels uitge groeid tot volwassen kippen en nemen dan de plaats in van de opgeruimde hennen. De voedertoewijzingen voor legkippen zijn op het oogenblik kleiner geworden; de regeling van de voedertoewijzingen voor het in 1940 geboren pluimvee is dezelfde gebleven. Een en ander komt op het oogenblik dus hierop neer, dat de dieren welke anders tot het najaar worden gehou den reeds thans een paar maanden vroeger voor een goed deel van de hand moeten worden gedaan en dat de in 1940 geboren dieren op normale wyze kunnen worden gehouden. Of naderhand nog' andei'e inaatregelen noodig zullen blijken is thans nog niet te bepalen. Ten einde een regelmatigen afzet van slachtpluimvee zooveel mogelijk te bevoi'deren zal de N.C.E.P. in vriesinrich- tingen geplaatste geslachte kippen op be paalde voorwaarden koopen. De prijs per K.G. geslacht gewicht wordt voorloopig vastgesteld voor le soort op 0.68 per K.G., voor 2e soort op 0,53. De inkoopsprijs, dien de gevogeltehandelaar by dezen verkoopsprijs kan betalen is min stens 0. 40 per K.g. levend gewicht. Tus schen handelax'en, die de kippen veeal bij de boeren opkoopen en aan de gevogelte- handelaren afleveren, kunnen bij een ver koopsprijs van 0.40 minstens een prijs van 0.35 per K.G. levend gewicht beste den bij inkoop van de pluimveehouders. Uit den Zuivelhoek Elke zuinige huisvrouw zal trachten restjes zoo goed mogelijk te gebruiken. Vanzelfsprekend worden overgebleven aardappelen heel dikwijls opgebakken; maar we zouden ei" zoo nu en dan ook eens een ander gerecht mee kunnen be reiden bijvoox'beeld aardappelkoeken met spinazie wat we dan bij de brood maaltijd geven. Hoewel een rest spinazie (of desgewenscht andere groente) hierbij gebruikt kan worden, is het smakelijker en gezonder om er versche groente voor; te nemen, die dan rauw verwerkt wordt. Hier volgt het i'ecept: Aardappelkoeken met spinazie. (voor 4 pei'sonen) 500 gr. (1 pond) gekookte aardappelen, 250 gr. (>/2 pond) spinazie, 100 gr. (l'ons) belegen kaas, 1 ei. 20 gi". boter (1 afgestreken eetlepel), Zout, peper, nootmuskaat ongeveer 30 gr. boter (om te bakken). Wrijf de aardappelen fijn en vermeng ze met de fijngehakte, of gemalen, rauwe spinazie. Voeg de geraspte of gemalen kaas toe, het ei en 20 gr. boter. Maak het mengsel op smaak af met peper, zout en nootmuskaat. Bak hiervan in de koekenpan met boter drie of vier groote koeken, die met behulp van een deksel worden omgekeerd. Presenteer de koeken zoo warm moge lijk bij de broodmaaltijd. TREINBUFFETTEN IN GESTROOMLIJNDE ELECTRISOHE TREINEN. Met ingang van heden zullen de buf fetten in de gestroomlijnde electrische treinen op het middennet worden her opend. RADIO-RUBRIEK DINSDAG 4 JUNI 1940. JAARSVELD. 414.4 M. A.V.R.O.-Uitzen- ding. 6.30—6.50 V.P.R..O 8.00 Berichten A.N.P. 8.10 Gramofoon- muziek. 8.30 Orgelspel. 8.50 Gramofoonmu- ziek. 10.00 Mox-genwijding. 10.15 Gramo- foonmuziek. 10.30 Ensemble Jonny Kroon (11.0011.20 Huishoudelijke wenken). 12.00 Pianosoli. 12.15 A.V.R.O.-dansorkest. 12.45 Berichten A.N.P., gramofoonmuziek. 1.00 Omroeporkest en soliste. 2.00 Declamatie. 2.20 Pianovoordracht. 2.50 Gramofoonmu ziek. 3.30 Officieele berichten. 4.00 Gevari eerd concert (opn.). 5.00 Voor de kinderen. 5.30 A.V.R.O.-Amusemcntsoi-kest en solist. 6.30 Jeugduitzending'. 6.50 Gramofoonmu ziek. 7.00 Leden van het Omroepoi-kest, 7.30 Officieele berichten, eventueel repor tage. 8.00 Berichten A.N.P. 8.10 Gramo- lxet Hilvei'sumsche vrouwenkoor. 10.00 Be richten A.N.P., sluiting. KOOTWIJK. 1875 M. N.C.R.V.-uitzending. 11.1511.30 n.rn. Berichten. S.OO Berichten A.N.P. 8.10 Gewijde mu ziek (gr.pl.). 8.20 Gramofoonmuziek. 9.00 Berichten (Fransch). 9.15 Gramofoonmu ziek. 11.15 Berichten (Engelsch). 11.30 Gramofoonmuziek. 12.00 Quintolia (12.45 I.00 Berichten A.N.P.). 1.30 Gramofoonmu ziek. 1.45 Berichten (Fransch). 2.00 Gra mofoonmuziek. 2.45 Zang met pianobege leiding en gramofoonmuziek. 3.15 Berich ten (Fransch), 3.30 Vervolg van 2.45. 4.00 Gx-amofoonmuziek. 4.45 Apollo-ensemble en gramofoonmuziek. 6.15 Berichten (En gelsch). 6.30. Orgelspel en gramofoonmu ziek. 7.30 Gramofoonmuziek. S.OO Berich ten A.N.P. 8.15 Berichten (Engelsch). S.30 Bel Canto (9.159.30 Berichten En gelsch). 10.00 Berichten A.N..P, sluiting. II.1511,30 Berichten .(Fransch),

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1940 | | pagina 3