Mr. M. M. Rost van Tonningen teruggekeerd.
Gemengd Nieuws
OFFICIEELE PUBLICATIES.
Een relaas van zijn ervaringen.
Het bericht, dat mr. M. M. Rost van
Tonixingen, hoofdopsteller van het Natio
nale Dagblad en lid van de Tweede Kamer,
die behoorde tot de 21 Nederlanders, die
voor het uitbreken van den oorlog waren
gearresteerd en naar een interneerings-
kamp te Ooltgensplaat waren overgebracht
en later via België naar Calais werden ont
voerd, waar zij door de Duitsche troepen
zijn bevrijd, Zondagochtend per auto aan
z\jn woning te 's-Gravenhage zou terug-
keeren, had reeds lang voor elf uur het
tijdstip, waarop men. hem ongeveer kon
verwachten een duizendtal nationaal-
socialisten en geestverwanten naar de om
geving van zijn woonhuis aan de Groot
Hertoginnelaan no. 215 te Den Haag doen
komen, welke menigte tot half twaalf,
toen de heer Rost met drie lotgenooten
daar inderdaad aankwam, nog aanmerke
lijk aangroeide.
Een enthousiast „hou zèe" weerklonk op
het moment van de aankomst der beide
auto's, waarin de heer Rost en zijn mede-
bevrijde lotgenooten Kröller, Feldmeyer en
van den Oord de reis van Breda naar Den
Haag hadden gemaakt. Vroolijk lachend
beantwoordde mr. Rost van Tonningen c.s.
deze begroeting en onmiddellijk daarop
trad hij even naar binnen om zijn moeder
te omhelzen.
Nadat mr. Rost van Tonningen en de
~"drie lotgenooten zich nog even op het dek
en de motorkap van den auto hadden be
geven om de menigte te zien en door deze
gezien te worden, gingen zij naar binnen
om even later op het met de N.S.B.-vlag
versierde balcon van de tweede verdieping
te verschijnen. 'r
De heer Rost van Tonningen hield van
daar af een aandachtig aangehoorde korte
toespraak. Spr. zei o.a.
„Kameraden
Gij en wij allen hebben gevochten voor
ons volk. Wij zijn het geweest, die dezen
oorlog niet hebben gewild. Als het aan
ons had gelegen waren de offers niet ge
vallen en waren de vele wonden in ons volk
niet geslagen. Thans is het onze plicht den
blik vooruit te werpen. Wat thans geboren
wordt is een bond van de rassen van het
Noorden en daarin zullen wij onze nieuwe
taak met overtuiging en vertrouwen heb
ben te vervullen".
De heer Feldmeyer zeide daarna nog,
dat het offer, door Rost en de andere ge-
interneerden gebracht, niet kan worden
vergeleken met dat van degenen, die daad
werkelijk in het gevecht zijn geweest, doch
dat er wel een sterke drang is ontstaan
naar vergelding van het aangedane leed
ten opzichte van hen, die de verantwoorde
lijkheid daarvoor hebben gedragen.
Spr. verwachtte dat alle Nederlanders
zouden worden overtuigd tot het inzicht,
dat allen van den zelfden bloede één volk
onder één leider behooren te vormen.
Hiermede was de begroetingsplechtig
heid geëindigd.
Zondagnamiddag heeft een redacteur
van het Alg. Ned. Persbureau een onder
houd met mr. Rost van Tonningen ten hui
ze van laatstgenoemde gehad, waarin deze
aan de hand van in een zakagenda ge
maakte aanteekeningen een verhaal van
zijn wedervaringen heeft gegeven.
De heer Rost van Tonningen stelde hier
bij op den voorgrond, dat men niets heeft
kunnen aanvoeren, waardoor zijn arrestatie
en interneering gemotiveerd konden wor
den en dat men hem nooit heeft medege
deeld waarom hij gearresteerd is geworden.
Op Vrijdag den derden Mei, zoo vertelde
mr. Rost, keerde ik tegen 6 uur 's avonds
thuis terug uit Haarlem, waar ik een be
spreking met het kamerlid Woudenberg
had gehouden. Nauwelijks was ik thuis of
mjjn aanhouding en 'overbi'enging naar het
commissariaat van politie aan de Java-
straat volgde. De hoofdcommissaris, de
heer van der Mey, vertelde, dat mijn arres-i
tatie geschiedde op last van den opperbe
velhebber van land- en zeemacht en dat
met mij een aantal personen naar een in-
terneeringskamp zou worden gebracht. De
heer van der Mey stelde mijn moeder op de
hoogte van het feit, dat ik den nacht op het
politiebureau zou moeten doorbrengen. Zoo
werd ik ingesloten in een cel van het bu
reau aan het Alexanderplein, waar de
groep aangehoudenen, waartoe ik behoor
de, om half vijf in den ochtend werd ge
wekt. We kregen ons ontbijt en werden
daarna per auto, begeleid door drie recher
cheurs, naar Ooltgensplaat gereden. Hier
bleken met mij bijeen te zijn vier nationaal-
socialisten, twee communisten en voor de
rest een aantal menschen, die, naar mijn
indruk hinderlijk voor de politie of voor
den Britschen geheimen dienst werden ge
oordeeld. Geen hunner was tegen de Duit-
schers.
De heer Kröller en van den Oord waren
tegelijk met mij gekomen, -de heer Feld
meyer kwam een paar dagen later.
In de eerste dagen was de behandeling
der geïnterneerden te Ooltgensplaat nog
goed. Dinsdagavond 7 Mei kwam met de
post „Het Vaderland" aan, waarin we de
ontwikkeling van den internationalen toe
stand sedert ons vertrek uit Den Haag
konden nagaan.
De volgende beide dagen verliepen be
trekkelijk eentonig.
Vrijdag 10 Mei te kwart over drie in den
nacht werden we wakker door het geluid
van zware bominslagen uit noordelijke
richting. We zagen, dat Waalhaven in
zware rookwolken was gehuld. Toch kon
nog niemand ons inlichten over de vraag
of er oorlog dan wel een groote ma
noeuvre aan den gang was.
Intusschen werd de politiebewaking ver
scherpt. We mochten in de vochtige, muffe
ruimte van liet oude fort vrijwel niets meer
verrichten.
Den volgenden (Zaterdag) ochtend na
men de koks een bepaald vijandige hou
ding tegenover mij aan. Het eten werd
slechter en de porties werden kleiner. Het
vuren van het geschut werd steeds meer
hoorbaar en het gesnor van de vliegtuigen
verdween niet van de lucht. Aan het feit,
dat de oorlog was uitgebroken behoefde
niet meer te worden getwijfeld. We zagen
Waalhaven in brand staan en ontwaarden
ook op andere plaatsen in de omgeving van
Rotterdam eenige branden.
In dergelijke spanning brachten we den
nacht van eersten op tweeden Pinksterdag
door en toch kregen we den indruk, dat de
Duitschers wel zoo krachtig naderden, dat
onze bevrijding nabij scheen.
Plotseling, om elf uur Maandagavond,
kregen we het bevel zoo spoedig mogelijk
mee te gaan. Eenige auto's brachten ons
naar een kleine haven waar we in een dek
schuit werden opgenomen. Achttien uren
lang hebben we daarin gevaren en in al
dien tijd eten noch drinken gehad.
Naar Ellewoutsdijk.
Toen -arriveerden wij te Ellewoutsdijk,
waar de rijksveldwacht onze bewaking
overnam en ons fatsoenlijk behandelde.
De houding van de militaire politie daar
ter plaatse was echter zeer vijandig tegen
over onze groep.
Weer hoorden we kanongebulder en zwa
re inslagen, zoodat we begrepen, dat ook
in onze nieuwe omgeving werd gevochten.
Den 14en Mei des middags waren de
hier mede-geïnterneerde Duitschers plotse
ling vertrokken. Nog vijandiger werd toen
de houding van de militaire bewakers je
gens ons groepje van 21, dat nu weder per
schip verder werd getransporteerd. We
werden overgebracht naar het kanaal Ter-
neuzenSas van Gent, dat ik herkende
omdat ik er vroeger wel gerace-roeid heb.
Per autobus reden we naar Sluis en we
war enin de gelegenheid de route te zien.
In Sluis vonden we andere kameraden uit
Zeeland, die daar bij het uitbreken van den
oorlog waren geïnterneerd. Er ontstond in
den nacht zelfs een schietpartij tusschen
een paar geïnterneerde Duitsche vliegers
en manschappen van de Nederlandsche mi
litaire politie, waarbij twee politiemannen
licht werden gewond.
Donderdag 16 Mei bleek onze laatste dag
op Nederlandsch grondgebied te zijn.
Nederlandsch grondgebied verlaten.
Wederrechtelijk werden we den 17en 's
morgens te zes uur weggevoerd naar Bel
gisch terrein, tezamen met N.S.B.-ers en
met Joodsche emigranten, welke laatste
een bevoorrechte behandeling genoten en
door de gevangenisdirectie met goede zor
gen werden bedacht.
In Duinkerken kwam het tot een de
monstratie van de opgehitste bevolking
tegen onze autobussen.
Tenslotte bereikten we Bethune, ten
Zuid-Oosten van Boulogne, en daar werden
de Joden achtergelaten.
Van Bethune af ontspande zich verder de
houding van de houding van de militaire
politie, die zich blijkbaar gedrukt gevoel
de. Een welwillende sergeant zorgde dat
we wat te drinken kregen.
Den geheelen nacht werd doorgereden
en Zaterdag 18 Mei des oclitens kwamen
we te Ambleteuse, twaalf kilometer ten
Noorden van Boulogne, aan. Daar wer
den we in een Fransch interneeringskamp
ondergebracht, waar tevens een aantex
Joodsche emigranten vertoefde, onder lei
ding van een Franschen kapitein, die
ons kortaf, maar wel behoorlijk behan
delde.
De Fransche schildwachten, die ons be
waakten, gaven dadelijk blijk van onkunde
over hetgeen ons daar aanwezig deed zjjn.
Tot onze vreugde konden we daardoor ge
makkelijk opgaan in het overige gezel
schap, zoodat we als groep van 21 in het
geheel verdwenen.
Van het Duitsche geschutvuur was daar-
nog niets te merken.
Het was ons op onzen rit reeds opge
vallen, dat onafzienbare rijen Fransche mi
litairen naar het Zuiden trokken, cn dat
een dag later dergelijke transporten in te
gengestelde richting geschiedden. De hy
giënische toestand werd erger. Duitsche
vliegtuigen zaten bij Boulogne de Fransche
troepen op de hielen. De orde onder de
ze troepen liet alles te wenschen.
In den nacht van Maandag 20 op Dins
dag 21 Mei werden we weder door zware
bominslag gewekt, terwijl onze barakken
dreunden. Om twee uur 's nachts werd
alarm gemaakt en we moesten ons klee-
den, doch er gebeurde niets bijzonders.
Daar we in veertien dagen geen boter of
vet en slechts weinig normaal voedsel had
den gehad, waren we zeer vermagerd.
Verschillende leden van onze groep werden
ziek. Kröller, Feldmeyer en ik waren in
de stoffige omgeving door bronchitis aan
getast. Waschwater ontbrak omdat in
Boulogne de centrale defect geschoten was.
Ook in de volgende dagen bleven we van
leidingwater verstoken, doch toen konden
we ons met putwater wasschen, terwijl
eenig drinkwater afzonderlijk kon worden
verstrekt.
De moreele ontbindingsverschijnselen
namen bij de Fransche troepen toe naarma
te de werking van het Duitsche geschut
zich deed gelden.
De voedselvoorziening werd steeds
onregelmatiger. In plaats van lepels en
vorken konden we glasscherven of
stukjes blik gebruiken.
Een hevig bombardement volgde op
Woensdag 22 Mei en den volgenden nacht
was er voortdurend alarm.
De Britsche vloot was voortdurend in
actie, de Duitsche troepen dreven de Fran
schen op de vlucht.
Donderdag 23 Mei werd onze keuken ge
plunderd, terwijl wjj werden verdreven, om
verder loopende onzen gedwongen zwerf
tocht voort te zetten. Een van de oud
ste kameraden viel daarbij uit en we heb
ben hem niet weer gezien.
Na een voetreis van 40 kilometer be
reikten we in den nacht van Donderdag op
Vrijdag Calais. Eenige Stuka's voerden
luchtaanvallen op Engelsche kruisers uit.
Telkens moesten we plat op den grond
gaan liggen om ons zooveel mogelijk te
dekken tegen rondvliegende scherven. Het
bombardement van Calais was zoo hevig
dat we, in afwachting van onze insche
ping op straat moesten gaan slapen.
Tegen drie uur dien nacht gaf men
blijkbaar het inschepingsplan op. Toen
volgde inkwartiering op de tweede ver
dieping van een oude fabriek, waar we
met 125 man onderdak kregen. Beneden
DEENSCHE SCHEPEN TE NEW-YORK
MOGEN REIS VOORTZETTEN.
Met betrekking tot de sedert de bezet
ting van Denemarken te New-Yoi'k opge
legde 13 Deensche schepen heeft Huil Za-
tei-dag in een persconferentie verklaai-d
dat na langdurige ondex-handelingen van
de oorlogvoerende landen de verzekering
is ontvangen, dat deze schepen, die op 9
April reeds vracht voor Zuid- en Midden-
Amerika hadden ingenomen, ongehindei'd
de reis kunnen voortzetten. Deze toezeg,
ging beperkt zich tot deze enkele reis.
ZUIVERING VAN GRENSDOCUMENTEN
VAN GEVORDERDE VRACHTAUTO'S.
In de dagbladen van 30 Mei is een be
richt verschenen, dat houders van vracht
auto's, die geen ontheffing voor het ver
bruik van motorbrandstof hebben en die
wonen in gemeenten van meer dan 20.000
inwoners behalve Rotterdam zich
moeten melden om hun wagens aan de
Duitsche overheid te verkoopen met de
verplichting de auto s na 8 10 dagen te-
rug te koopen. Vrachtautohouders in
kleinere gemeenten kuixnen zich vrijwillig
tot hetzelfde doel in de dichtsbijzijnde
groote gemeente vervoegen.
De wagens zullen gebruikt worden voor
het vervoer en de verzorging van vluch
telingen in België.
Daar ixx hetzelfde bericht chauffeurs
voor deze wagens worden gevraagd mag
worden aangenomen, dat de meeste van
deze auto's door de eigen chauffeurs kun
nen worden gereden.
Talrijke vrachtautöhouders zijn tenge
volge van de benzinebeperking niet in de
gelegeixheid geweest de in hun bezit zijnde
grensdocumenten voor- definitieven uitvoer
uit België te laten afteekenen.
De A.N.W.B. en de K.N.A.C. raden hen,
die in deze omstandigheden verkeeren, en
die thans hun auto's tijdelijk aan de Duit
sche autoriteiten verkoopen, dringend aan
van de gelegenheid, die thans wellicht ge
boden wordt, onx met hun wagens de grens
te bereiken, gebruik te maken om hun
documenten, indien Belgische douanes aan
wezig zijn, voor definitieven uitvoer te la
ten afteekenen.
DE KOLENVOORRADEN IN
FRANKRIJK ZIJN BEPERKT.
Bedrijven zullen moeten worden
stilgelegd.
Het D.N.B. bericht van de Fransche
grens,' dat men in kringen der Fransche
steenkoolindustrie er op rekent, dat de op
steenkool aangewezen bedrijven in Frank
rijk ovèr drie tot 'vier weken moeten
worden stilgelegd, daar de vooxraden nog
slechts zeer beperkt zijn. Alle takken van
industrie die gewerkt hebben met steen
kool in Noord-Frankrijk, zijn door de ge-
beurtenissen volkomen verrast.
De Fransche spoorwegen zijn genood
zaakt geworden een deel van hun kolen-
voorraden aan de zware industrie af te
staan. Op den langen duur hoopt men op
aanvoer uit Amerika.
BELANGRIJKE HYGIËNISCHE
REGELS.
Men deelt ons van overheidswege mede,
dat het van groot belang is de volgende
hygiënische regels in acht te nemen.
1. Di'inkwater 5 minuten koken. Vruch
ten en rauwe groenten afwasschen met ge
kookt water.
2. Melk 5 minuten koken.
3. Uiterste zindelijkheid op lichaam,
kleedïng en huis.
Éénmaal daags W.C. boenen met lysol-
water; een scheutje (pl.m. 15 gr.) lysol op
één emmer water.
Meerdere malen daags handen wasschen;
steeds handen wasschen na gebruik van
W.C.
Minstens eenmaal per week heele li
chaam grondig wasschen en schoone on-
derkleeding aantrekken.
Bij levend onrein dokter of zuster waar
schuwen
vlooien en luizen brengen besmettelijke
ziekten over.
Etensresten bewaren in afgesloten vaat
werk. Los liggende etensresten trekken
ratten brengen besmettelijke ziekten over.
ons lagen joodsche emigranten. Het was in
dat gebouw een onbeschrijfelijk vuile toe
stand. De joden kregen nog stroo om op te
slapen, wij moesten op de planken lig
gen. Doch toen is eigenlijk de laatste phase
onzer bevxijding begonnen. De aanvallen
van de Duitschers op Calais werden steeds
snellex-, de Engelschen verlieten zooveel
mogelijk de haven, met achterlating van
blikjes voedsel enz., hetgeen onzen mond
voorraad ten goede kwam. De wacht ver
dween telkens en wij mengden ons op mijn
voorstel onder de overige gevangenen, ook
met het oog op de onveiligheid van de
tweede vex-dieping ingeval van brand.
Een van ons meende Duitsche militai
ren in de buurt te zien en wij konden den
Belgischen schildwacht overhalen, zich te
ontwapenen.
Mij gelukte het tezamen met den leider
van de Duitsche groep naar den Duitschen
commandant te gaan, die, na eenige be
spreking, onzen schildwacht gevangen liet
nemen. Toen konden wij zelf inkwartiering
zoeken, 600 meter voorbij het front, terwijl
w\j ons niet meer als gevangenen behoefden
te beschouwen.
Wij vonden voor onze uit 75 man be
staande groep een goed onderkomen in het
groote huis van een notaris te La Marquise
en de Duitschers zorgden dat we vet en
andere levensmiddelen kregen.
Zoo zijn we van Zondag 27 Mei af weer
opgeknapt* en aangesterkt.
Groepsgewijze zijn we langzamerhand,
na ovex'winning van nog vele hindemissen,
langs Samer, Arras Cambrai en Bergen
naar Brussel gekomen. Een groot deel
van deze reis kon per auto worden afge
legd.
Zaterdag zijn we in particuliere auto's
uit Brussel naar Breda gereden, vanwaar
naar huis kon worden getelegrafeerd. In
Breda werden we hartelijk verwelkomd tij
dens een Zaterdagmiddag gehouden zitting
van den nationaal-socialistischen kring.
AANGIFTE LEERLINGEN MEISJES
SCHOOL.
Burgemeester en Wethouders van Mid
delburg maken bekend, dat de aangifte
van leerlingen voor School G (Meisjes
school) voor dexx cux'sus 1940/1941 kan
plaats hebben by het hoofd der school
mejuffr. J. G. G. de Cleyn Brem, Noord-
weg 51, eiken avond (bevalve Zaterdags)
van 7 tot 8 uur. Reeds aangegeven leer
lingen moeten opnieuw aangemeld worden.
Middelburg, 31 Mei 1940.
Burg. en Weth. van Middelburg,
DE BÖRDES, Voorzitter.
M. VAN DER VEUR, Secretaris.
SCHADE AAN BOOM- OF VELD
VRUCHTEN.
De Burg. der gemeente Middelburg ver
zoekt aan de Middelburgsche ingezetenen,
die, tengevolge van den ooi-log, belangrijke
schade hebben geleden aan boom- of veld
vruchten, aanwezig op in de gemeente
Middelburg gelegen gronden, daarvan vóór
6 Juni 1940 schriftelijk aan hem kennis te
geven, met vermelding van naam, adres,
plaats waar dé boom- of veldvruchten aan
wezig zijn, en getaxeerde schade (op de
enveloppe te vernielden schade aan boom-
of veldvruchten).
Middelburg. 31 Mei 1940.
De Burgemeester voornoemd,
DE BORDES.
OPGAVE VAN GELEDEN SCHADEN.
Burgemeester en Wethouders van Mid
delburg brengen het volgende ter open
bare kennis: hun, die, tengevolge van den
oorlog aanwijsbare schaden hebben gele
den aan hun totaal verwoeste vaste eigen
dommen, winkel-inventarissen en goede
ren, wordt aangeraden deze schaden thans
na te gaan en op staat te brengen. Daar
bij dienen de ligging (gemeente, straat en
huisnummer) en de bestemming (woon
huis, winkel, fabriek, kantoor, pakhuis
en dgl.) te worden vermeld, alsook of de
schade is veroorzaakt door vernieling of
plundering.-
De inkoopswaarde der goederen moet
daarby nauwkeurig worden opgegeven,
zoo mogelijk met bijvoeging van facturen
of rekeningen.
Zijn geen bewijsstukken meer aanwe
zig, zoo kunnen verklaringen van geloof
waardige getuigen worden overgelegd.
De schadestaten moeten zoo volledig
mogelijk worden opgemaakt en met de
bewijsstukken worden ingediend ter secre
tarie. Met nadruk wordt er op gewezen,
dat deze opgaven voorshands geenerlei
vooruitzicht openen voor schadevergoeding
doch als voorzorgsmaatregel geschieden.
Middelburg, den 31 Mei 1940.
Burg. en Weth. voornoemd,
De BORDES, Voorzitter
M. VAN DER VEUR, Secretaris.
HERSTEL VAN OORLOGSSCHADE.
Burgemeester en Wethouders van Mid
delburg brengen ter kennis van eigenaren
van beschadigde gebouwen in deze ge
meente, waarvan de te treffen voorzienin
gen vallen onder „kleine herstellingen van
werken en gebouwen, die overigens geen
belangrijke schade hebben geleden", dat
het gewenscht is thans bedoelde gebou
wen te doen herstellen.
Zy verzoeken voornoemde eigenaren
mede met het oog op het scheppen van
werkgelegenheid voor bouwarbeiders
zoo spoedig mogelijk tot de te verrichten
werkzaamheden opdracht te geven. By
mogelijke uitkeering van vergoedingen
voor geleden oorlogsschade zullen de be
langen van eigenaren van gebouwen waar
van de schade tijdig is hersteld, op dezelf
de wijze worden behartigd als die van
overige eigenaren, zoodat eenige vrees dat
onmiddellijk herstel der panden uitslui
ting van eventueele vergoeding van oor
logsschade ten gevolge zou hebben, niet
behoeft te bestaan.
Middelburg. 31 Mei 1940.
Burg. en Weth. voornoemd,
DE BORDES, Voorzitter.
M. VAN DER VEUR, Secretaris.
INENTING DRINGEND
AANBEVOLEN.
De heeren Burgemeesters in Zeeland
hebben van den wnd. Commissaris der Ko
ningin in onze provincie, mr. P. Dieleman,
het volgende schrijven ontvangen:
„In aansluiting op de bij mijn rond-
sclirijven van 30 Mei 1940, A. no. 42, 3e
afdeeling aan U toegezonden bekendma
king betreffende de terzijde vermelde aan
gelegenheid, heb ik de eer in overleg met
de Duitsche autoriteiten onder Uw aan
dacht te brengen, dat de daarin vermelde
verplichting tot inenting, althans voor
hands vervalt.
Intusschen moge ik U wel in overwe
ging geven voor vrijwillige inenting pro
paganda te maken."
(w.g.) P. DIELEMAN.
De loco-burgemeester van Middelburg,
wethouder P. Ph. Paul, schrijft verder:
„Hoewel volgens bovenstaande kennis
geving de inenting tegen typhus en para-
typhus voorhands niet verplicht is, raad
ik U met den meesten aandrang aan, om,
gezien de buitengewone omstandigheden,
nu er gevaar bestaat voor het optreden
van deze zeer ernstige besmettelijke ziek
ten, U vrijwillig aan de inenting te onder
werpen."
VERSTREKKING VAN WARM ETEN.
De Bui-gemeester van Vlissingen maakt
bekend; dat zij, die voor verstrekking van
warm eten uit de Centi-ale keuken in het
Gebouw van het voorm. Burger Weeshuis
aan dc Badhuisstraat in aanmerking wen
schen te komen des morgens tusschen 9
10 uur een bon kunnen ontvangen aan het
Gemeentelijk Bureau voor Sociale Zaken,
ingang Palingstraat.
Vlissingen, 3 Juni 1940.
De Burgemeester voornoemd,
VAN WOELDEREN.
UITMALEN VAN TARWE EN KOGGE.
Burgemeester en Wethouders van Vlis
singen
brengen ter openbare kennis, dat het
thans aan alle bereiders van tanvebloem
en roggebloem is toegestaan de tarwe uit
te malen op 85 en de rogge op 72
Vlissingen, 3 Juni 1940.
Burg. en Weth. voornoemd,
VAN WOELDEREN.
De Secretaris,
F. BISSCHOP.
Oude kippen zullen een paar
maanden vroeger geslacht
moeten worden.
IN VERBAND MET DE VEEVOEDER
POSITIE.
In verband met de veevoederpositie is
het niet mogelijk den geheelen pluimvee
stapel intact te houden. Zooals algemeen
bekend, worden in de maanden Augustus,
September en October elk jaar veel oude
kippen opgeruimd; de in het vooi-jaar ge-
boren kuikens zijn dan inmiddels uitge
groeid tot volwassen kippen en nemen dan
de plaats in van de opgeruimde hennen.
De voedertoewijzingen voor legkippen
zijn op het oogenblik kleiner geworden; de
regeling van de voedertoewijzingen voor
het in 1940 geboren pluimvee is dezelfde
gebleven.
Een en ander komt op het oogenblik
dus hierop neer, dat de dieren welke
anders tot het najaar worden gehou
den reeds thans een paar maanden
vroeger voor een goed deel van de
hand moeten worden gedaan en dat
de in 1940 geboren dieren op normale
wyze kunnen worden gehouden.
Of naderhand nog' andei'e inaatregelen
noodig zullen blijken is thans nog niet te
bepalen. Ten einde een regelmatigen afzet
van slachtpluimvee zooveel mogelijk te
bevoi'deren zal de N.C.E.P. in vriesinrich-
tingen geplaatste geslachte kippen op be
paalde voorwaarden koopen.
De prijs per K.G. geslacht gewicht wordt
voorloopig vastgesteld voor le soort op
0.68 per K.G., voor 2e soort op 0,53.
De inkoopsprijs, dien de gevogeltehandelaar
by dezen verkoopsprijs kan betalen is min
stens 0. 40 per K.g. levend gewicht. Tus
schen handelax'en, die de kippen veeal bij
de boeren opkoopen en aan de gevogelte-
handelaren afleveren, kunnen bij een ver
koopsprijs van 0.40 minstens een prijs
van 0.35 per K.G. levend gewicht beste
den bij inkoop van de pluimveehouders.
Uit den Zuivelhoek
Elke zuinige huisvrouw zal trachten
restjes zoo goed mogelijk te gebruiken.
Vanzelfsprekend worden overgebleven
aardappelen heel dikwijls opgebakken;
maar we zouden ei" zoo nu en dan ook
eens een ander gerecht mee kunnen be
reiden bijvoox'beeld aardappelkoeken
met spinazie wat we dan bij de brood
maaltijd geven. Hoewel een rest spinazie
(of desgewenscht andere groente) hierbij
gebruikt kan worden, is het smakelijker
en gezonder om er versche groente voor;
te nemen, die dan rauw verwerkt wordt.
Hier volgt het i'ecept:
Aardappelkoeken met spinazie.
(voor 4 pei'sonen)
500 gr. (1 pond) gekookte aardappelen,
250 gr. (>/2 pond) spinazie,
100 gr. (l'ons) belegen kaas,
1 ei.
20 gi". boter (1 afgestreken eetlepel),
Zout, peper, nootmuskaat ongeveer 30
gr. boter (om te bakken).
Wrijf de aardappelen fijn en vermeng
ze met de fijngehakte, of gemalen, rauwe
spinazie. Voeg de geraspte of gemalen
kaas toe, het ei en 20 gr. boter. Maak het
mengsel op smaak af met peper, zout en
nootmuskaat.
Bak hiervan in de koekenpan met boter
drie of vier groote koeken, die met behulp
van een deksel worden omgekeerd.
Presenteer de koeken zoo warm moge
lijk bij de broodmaaltijd.
TREINBUFFETTEN IN
GESTROOMLIJNDE ELECTRISOHE
TREINEN.
Met ingang van heden zullen de buf
fetten in de gestroomlijnde electrische
treinen op het middennet worden her
opend.
RADIO-RUBRIEK
DINSDAG 4 JUNI 1940.
JAARSVELD. 414.4 M. A.V.R.O.-Uitzen-
ding. 6.30—6.50 V.P.R..O
8.00 Berichten A.N.P. 8.10 Gramofoon-
muziek. 8.30 Orgelspel. 8.50 Gramofoonmu-
ziek. 10.00 Mox-genwijding. 10.15 Gramo-
foonmuziek. 10.30 Ensemble Jonny Kroon
(11.0011.20 Huishoudelijke wenken). 12.00
Pianosoli. 12.15 A.V.R.O.-dansorkest. 12.45
Berichten A.N.P., gramofoonmuziek. 1.00
Omroeporkest en soliste. 2.00 Declamatie.
2.20 Pianovoordracht. 2.50 Gramofoonmu
ziek. 3.30 Officieele berichten. 4.00 Gevari
eerd concert (opn.). 5.00 Voor de kinderen.
5.30 A.V.R.O.-Amusemcntsoi-kest en solist.
6.30 Jeugduitzending'. 6.50 Gramofoonmu
ziek. 7.00 Leden van het Omroepoi-kest,
7.30 Officieele berichten, eventueel repor
tage. 8.00 Berichten A.N.P. 8.10 Gramo-
lxet Hilvei'sumsche vrouwenkoor. 10.00 Be
richten A.N.P., sluiting.
KOOTWIJK. 1875 M. N.C.R.V.-uitzending.
11.1511.30 n.rn. Berichten.
S.OO Berichten A.N.P. 8.10 Gewijde mu
ziek (gr.pl.). 8.20 Gramofoonmuziek. 9.00
Berichten (Fransch). 9.15 Gramofoonmu
ziek. 11.15 Berichten (Engelsch). 11.30
Gramofoonmuziek. 12.00 Quintolia (12.45
I.00 Berichten A.N.P.). 1.30 Gramofoonmu
ziek. 1.45 Berichten (Fransch). 2.00 Gra
mofoonmuziek. 2.45 Zang met pianobege
leiding en gramofoonmuziek. 3.15 Berich
ten (Fransch), 3.30 Vervolg van 2.45. 4.00
Gx-amofoonmuziek. 4.45 Apollo-ensemble en
gramofoonmuziek. 6.15 Berichten (En
gelsch). 6.30. Orgelspel en gramofoonmu
ziek. 7.30 Gramofoonmuziek. S.OO Berich
ten A.N.P. 8.15 Berichten (Engelsch). S.30
Bel Canto (9.159.30 Berichten En
gelsch). 10.00 Berichten A.N..P, sluiting.
II.1511,30 Berichten .(Fransch),