t
Leve de Geallieerden
Leve dè Koningin
Leve ons 'Vaderland
V
VRIJ!
w
OPBOUW
We zijn vrij.
Waar we om gebeden hebben, waar we
voor gestreden hebben, waar we op gehoopt
he en, waar we aan gewanhoopt hebben,
uiwaar we door alle duisternis en ellende
h :och steeds aan geloofd hebben,-dat is
werkelijkheid geworden.
F We zijn vrij
D.e Duttscher is weg.
f 'c heerscber van gisteren is geworden
>eter bij hem past, wat beter voor hem
s overwonnene van vandaag.
D De spanning is weg.
P De" terreur is weg.
'et onrecht wijkt. -
rijheid, dat is vandaag Voor ons in de
a erste plaats opluchting. De loodzware
van vijf jaren bezetting, vijf jaren roof,
aren cultuuraflpraak, vijf jaren onschul-
■ver goten bloed, vijf jaren verbetenk
opende strijd, is van ons weg
genomen.
rijheid, dat is vandaag, dat dit allemaal
is, dat het niet meer zoo gaat als
....gisteren en eergisteren,
-ijheid, dat is vandaag geen zwaar ge*
t begrip, geen politiek probleem, dat we
n oplossen, geen taak die ons op de
chouders gelegd wordt.
Vrijheid is vandaag, dat we weer men-
ziju, vgawoxj^ menschen, die zichzelf
h zijn, niet m~eér geremd door Wat ons
aren lang in een keurslijf wrong, schichtig
zijn en ons den weg van bloedig ver-
opjoeg.
heid, dat is dat Nederland weer
Hand is en niet langer meer „de bezette
erlandsche gebieden".
Vrijheid, dat is dat onze strijdbare Koningin
n de, daadwerkelijke uitoefening Harer
'oegdheden' ïs getreden.
Dat alles, js ,<de. vrjjheid, dat is de,weldaad
van^.vahSaag. j
'Daar danken wij uit den 'grond van ons
y* den Aimachtigen God vóór en; hoe
kut en wij dat beter en zuiverder'doen dan
me de woorden van den zes en zestigsten
psalm?
Daar danken wij vervolgens onze bond-
genooten voor. In de allereerste plaats Enge
land, dat niet versaagdq, toen 'in de herfst
van 1940 alles verloren scheen, en daarnaast
ook de Vereenigde Staten en Rusland.
Vrij zijn We vandaag en dankbaarheid
v.ervult ons hart.
De Vïijheidsvrewgde kan geen feestroes,
zijn. Naast de yrijhe'idsvreugde is ér rouw
in ons hart. Diè'VjJwee verdragen elkaar.
Daarom zu!leffK\^ü' di^föWW» niét* wegdruk
ken, ook vandaag" tuet, Deyjajheid, onze
vreugde, is duur gekocht.
Zoo gedenken wij in dankbaarheid allen,
die vielen, die het slachtoffer werden van
den oorlog.
En zeer in het bijzonder al dp vrienden
en kameraden, bekend en onbekend, die in
den vrijheidsstrijd bewust het leven gaven.
Aan ons oog trekken voorbij de mannen
en vrouwen voor de vuurpeletons, de dooden
uit de concentratiekampen en gevangenissen,
al de represaille-moorden in stad en land.
Het Nederland der toekomst heeft opnieuw
een met martelgarsbloed doorweekten bodem
De vrijheid verplicht.
Vrijheid, yan'daag is het een gave, van
daag mag het ëeh. gave zijn-. Maar morgen
is het feen opgave,-een plicht.
En het zal spoedig morgen zijn.. Eigenlijk
is het dat vandaag al.
Wat, dan
Wij staan met onze vrijheid in een naakt
land. 1 - k
Van het oude Nederland is niet véël meer
over. Niet veel meer dan de grondvesten,
zoowel in stoffelijk* als in onstoffelijk opzidr.
En nu hebben we de vrijheid. En die vrij
heid zégtGe hebt Uw hand en Uw hoofd
en Uw hart.
Gebruik die, gebruik zé vooral, alle drie.
Maak er wat van. Maak er wat aooté
van. Het oude'is voorbijgegaan. Ook Het
oude van voor 1940.;
Maak er nu wat béters van. Trekde les
uit het vertjjden. We staan daar nu critiSch
tegenover. We hebben et- afstand van moeten
doen en er nü ook afstand van .genomen'.
We zjen er het goede van, het vertrouwde,
hét gezellige;. Maar ook hét slechte, het
schéeve, het zondige.
Een nieuwe tijd wacht ons. We gaan - aan.
dén slag- Er moet nieuw gebouwd worden.
Er zal .een nieüw Nëderland uit den gronjd
gestampt moeten worden. Hui?erj, fabrieken,
verkeersmiddelen .enz.
Er zal van ons uitëengescheurde, ontwrich
te, en bloedende volk "een nieuwe same'ri-
leviTrq; een beteffe samenleving aan voorheen,
moeten worden gebouwd. Dat is de taak
der vrijheid.
Die opbouw moet degelijk en rechtvaardig
zijn. Geen revolutiebouw. Dé oud-vaderland-
sqhe soliditeit moet zich paren aan een door
/tijden gelouteéd en door strijd gestaald r'echös-
besef.
Dan gaan wij naa'A eea «Nlfdèrlandsche
maatschappij, waarin sociale gert^ffigjieid
heerscht-,
Dat is de weg dér vrijheid.
De weg der yrijhaicl zal moeilijk zijn.
Er gullen vele materieele belemmeringen
zijn.
Geen geld, gelen goederen, geen menschen
op de goedé pfeatsen.
Dat alles', is he overwinnen en betrekkelijk
gemakkelijk. •'*-
Hef moeilijkste van den weg der vrijheid
zal de overwjnning van onszelf, zal de zelf
verloochening- zijn.
De weg, .der vrijheid is de weg van het
niet-zoeken varr eigen belang en igen eer
en het niet" allereerst handhaven van eigen
posities. .Een iedèr zie niet op het zijne,
maar .op hetgeen dér-, anderen is.
De weg dér vrijheid/is de weg van het
Evaq §e!ie.
■Alleen als Nederland, als de*Nteied»ï*c^$:s
zich met hand en hoofd en hart gewonnen
geven, aar den Heeie' Jezus Christus,'-
eenige leyensvernïeuWer is, en doen werf Hïj
'van- ons vraagt in Zijn Woord en Wet,
kooit de weg der vrijheid waarlijk voor
Nederland' open te iigge-n.
God geve aan Nederland mannen en vrou
wen, die zoo den wég,der vrijheid kennen
en geve huö4 8én(hqJSd om dien weg te
wijzen in een taal die'An dezen tijd verstaan
wordt. Ir
*2*
i,-
-Lööft, gij volkeö, phzft God: èn laat ho'oren
de stem Zijns rgéms.
Dié onze zielen in het'leven stelt, en niet
toelaat dat onze voet wankele.
Want Gij hébt ons beproefd, o GodGij
hebt ons gelouterd, gelijk naep/'.het zilver
loutert;
Gij had ons in het net gebrachtGij Üiadt
eenen engetrband om onze lendenen gélegckf',
Gfj hadt den mensch op ons hoofd. ',d£ioeii
rijden; wij waren in het vuur en in 'water
gekomen maar Gij hebt ons uit^fevoerd in
eene 'overvloeiende -tJ~
iKNz'at met bVajidofferen in.l#&vhuis gaan;
ik zal Li mijne 'geloften betalt
Die mijne lippép hebben fgeuit en mijn
mond heeft '-uitgesproken, alsjmij bange was.
V - t
Jv-
f
Psalm
8 tot 14
1