ian
CHRISTELIJK NATIONAAL STREEKBLAD-1
VOOR GOEREE EN OVERFLAJGCEE
"««rr S onderwijs d.
Bevestiging en intrede van
Ds. J. Koele te Dirksland
'"ge
onge
Het subsidievoorstcl Kleuter
onderwijs te Middelharnis
hefft echt.e doen
00k voor
Tragisch ongeval
met dodelijke afloop
man
maten
gewone
lestal in
U
fetl naar
DINSDAG 29 April 1947
Prijs per kwartaal f 1.50
Losse nummers f 0.15
Advertentieprijs 12 cent per
m.m. Bij contract
aanzienlijke korting
OPBOUW
Tweede jaargang - No 97
Adres der redactie en Ad
ministratie Voorstr. A 239
Postbus 14
Middelharnis Tel. No. 332
Oommisue van Redactie t Ds W. Anker, W. A. de Bakker, N. v. d. Brugge, A. van Eek, C. Edewaard, Mr. J.JJ, Groeneveld,
Ds. N. de long, C. P. Kijkuit, C. M. Vogelaar.
Het kleuteronderwijs is in verschillende
gemeenten op ons eiland in het centrum
der belangstelling gekomen. In eeiPS
gemeenten is men overgegaan tot de stich
ting van scholen, waarbij de vraag christelijk
of neutraal om beantwoording vroeg. In de
gemeenteraad te Den Bommel besloot men
als gemeentebestuur geen voorrang te
zeven aan een van beide richtingen. In
Middelharnis en Sommelsdijk waren kleu
terscholen, doch men meende, dat het
karakter van neutrale school was veranderd.
In Sommelsdijk stelde de heer Blok (P.v.d.
A.) daarover vragen en dreigde zelfs in ae
laatste vergadering zich tot hooger gezag
te wenden. In Middelharnis meende dhr.
Boomsma (P.v.d.V.) in eenzelfde geest
vragende moeten stellen. De Flakkeesche
Nieuwsbode schreef zelfs een hoofdartikel
„De kift om de Kleuters".
Men kan dus veilig spreken dat het
kleuteronderwijs op Flakkee de gedachten
voortdurend bezig houdt.
Wij spraken ons reeds meermalen uit
over de noodzakelijkheid van christeüj
onderwijs, ook christelijk kleuteronderwijs.
In Middelharnis is door de ?echts<che
raadsclub een voorstel ingediend, dat we
in het kort willen bespreken, omdat we
meenen, dat aanneming daarvan de rus
kan doen wederkeeren.
Zoo bekend is heeft Middelharnis een
gemeentelijke kleuterschool,, die oorspron
kelijk niet van de gemeente uitging. Het was
de school van Mej. Kolff. t t
Thans is opgericht een Vereeniginö tot
oprichting en instandhouding van een
chr stelijke kleuterschool. Deze vereenigmg
tót reeds meer dan 100 leden, terwijl reeds
bijna 70 leerlingen werden ingeschreven.
Deze vereeniging vraagt thans ioka'iteiten
en subsidie in de kosten van inrichting en
8 Daartoe is een verzoek aan den Gemeente
raad ingezonden.
Het wil ons voorkomen, dat het ^ern.
bestuur hier niet oordeelen mag over de
noodzakelijkheid van de richting van het
onderwijs. Onderwijs is immers °Pv°®^®n
en opvoeden ligt voor de verantwoordelijk
heid van hen, die daarmede belast zijn, de
°UDer Overheid, dus ook de gemeentelijke,
in een democratischen staat, alle durgers
op voet van gelijkheid te behandelen. Z j
heeft de geestelijke vrijheid van alle burgera
te Daaruit1 vloeien consequenties voort.
In de eerste plaats behoort de school dan
in handen der ouders. Immers Zij bepalen,
wat ze voor hun kinderen noodig ach^®m
Zii b°hooren te bepalen wat op de school
zeleerd of niet geleerd moet worden.
Som behoort de school weer aan de
°UIdn de tweede^pHats^heHtóe gemeentelijke
Overheid de schoolverenigingen gelijk te
gelij^^Onjuist'is em^Openbare °Scho^d uit
beESrdooSegèSrmag"dit met.
Mat voorstel der rechtsche raadsclub
stellingen uit. Het wenscht
gaat van deze'Stellingen September
de bemoeiing der gemeente per^
a.s. te bee'"dt gheffenj doch te doen voort
zetten door een Vereeniging voor Neutraal
°nHnS'die vereeniging georganiseerde
De in aie vs. st van het
ouders ,.bep^L men volkomen vrij is,
onderwijs, waaP afhankelijk is van de
terwijl men derheid. Voor de be-
rechtsche raads van dit onderwijs
strijding van d® j van de gemeente
pie2elfde regeling ook daar dan geen
stójd meer maar een ontwikkelen naar
eigen beb?efte' dt het medeleven der
Bovendien de 0pname moge-
ouders zeer bevorderc!^.^ Raad
lijkheid v"gr0°rteilmgen, kinderbijbel zijn
over versjes, ve Raadsmeerderheid
r'vmSe™" beslist, doeh de school-
De bevestiging.
Bevestigend predikant is Ds. Harkema
uit Wijk bij Heusden. De dienst vangt aan
met het zingen van Ps. 95 1 en 4. Na
lezing der Wet, waarop de gemeente
Ps. 130 vers 2 zingt en Schriftlezing uit
Joh. 3 1 t/m 18, gaat de bevestiger voor
in gebed en geeft-als tekstwoord op:
Joh. 3 16:
Want alzoo lief heeft God de
wereld gehad, dat Hij Zijn eenig-
geboren Zoon gegeven heeft, opdat
een iegelijk, die in Hem gelooft, niet
verderve, maar het eeuwige leven
hebbe.
Ds. Harkema verdeelt zijn stof in 3 ge
deelten:
le. De onuitsprekelijke gave Gods,
2e. De noodzakelijkheid van de pre
diking,
3e. De eis waarmee .de prediking ge
paard gaat.
Vooraf zingt de Gemeente nog Ps. 119
vers 9 en 17.
Verkorte weergave van de prediking.
Het tekstwoord herinnert aan het door
den apostel Paulus gesprokene „De bezol
diging der zonde is de dood". Wanneer de
mens de gemeenschap met God verbreekt
en zondigt treedt de dood in. Dit is niet
alleen een noodwendig gevolg maar als
noodwendig gevolg, oordeel Gods. God
zou zijn recht krenken en zijn wezen ver
loochenen als hij den mens onschuldig
vereeniging krijgt volle vrijheid.
Het komt ons voor, dat tegen dit voorstel
geen steekhoudende argumenten aan te
voeren zijn, tenzij men beoogt geestelijke
dwang van rechts of van links.
Nu de rechterzijde uit loyale overwegin
gen de openbare school niet in een christe
lijke wenscht om te zetten, hoewel ze daartoe
de meerderheid heeft, mag verwacht worden
dat ook de linkerzijde dit voorstel met
beide handen zal accepteeren.
Het christelijk politiek beginsel waarborgt
ook thans de geestelijke vrijheid. Opmerke
lijk dat een der woordvoerders van de
partij, die zich siert met de naam „Vrijheid"
zich tot een principieel debat niet kon
opwerken en de geestelijke dwang door
minderwaardige insinuaties en beleedigin-
gen wilde handhaven.
De programma's van de Partij van den
Arbeid, van de Partij van de Vrijheid en
de R.K. Volkspartij zeggen de gelijkstelling
te waarborgen.
De vertegenwoordigers zullen hun pro
gramma's nu moeten toepassen ten aanzien
der aanhangige voorstellen.-
Duidelijk zal nu moeten blijken of het kind
van de ouders of van de Staat is.
Zoo gaat ook de komende discussie om
beginselen.
Wie toestemt, dat het kind een van God
toevertrouwd pand is om het voor Hem
op te voeden, die gebruike ook het onderwijs
om den Verlosser en Kindervriend te leeren
kennen.
Wat een groote verantwoordelijkheid
hebben de ouders bij de keuze eener school.
Het 12-jarig zoontje van de Fam*
P. Driece was op de zolder aan het schom
melen. Doordat hij waarschijnlijk met de
schommel is gaan draaien en vap de schom
mel is afgegleden is hij met zijn hals tussen
de touwen bekneld geraakt. Toen de ouders
met etenstijd op hun geroep geen gehoor
kregen, gingen zij kijken en troffen hun
kind levenloos aan.
Door dokter Kievit is nog getracht met
een zuurstofapparaat de levensgeesten op te
wekken, wat helaas niet meer mocht
gelukken.
Dit is in korte tijd het 2e dodelijke onge
val van kinderen in dezelfde gemeente'.
Memento mori!
hield. Gelijk de zon de sneeuw smelt, zc
zal de zondaar door Gods vuur verteerd
worden. En toch... God heeft zijn Zoon
gegeven opdat de mens niet verderve, maa
tlat hij het eeuwige leven hebbe. Dit eeuwig
is niet alleen het begrip van oneindig, maai
het is een leven naar het wezen Gods door
genade geschonken. Dat eeuwig leven moest
verworven worden voor den zondaar, door
den Zone Gods zelf. Wanneer het leven
weer door een zondaar gevonden wordt,
moet er aan Gods eis worden voldaan. Er
moest voldoening komen en dit kon geschie
den door Gods enigen Zoon. God gaf zijn
Zoon over, opdat hij deed wat Gods heilig
heid vroeg. Zelfs de Zoon zonk weg in de
verbolgenheid Gods om verzoening te be
werken en het eeuwige leven als een genade
gift uit te delen. De heiligheid Gods werd
bevredigd, de waarheid bevestigd en Hij
stond op ten derde dage. Wat kan God tot
deze overgave bewogen hebben? Staat niet
in het Evangelie van Johannes: „Hij gaf
zich over voor de zijnen, maar de zijnen
hebben hem niet aangenomen"Ons tekst
woord zegt hiervan: „Alzo lief heeft God
de wereld gehad". Door de overgave van
zijn kind, doelt hij op een nieuw volk dat
zijn ere zal verkondigen. Om die oorzaak
is het nodig, dat Jezus Christus wordt ge
predikt, ter verheerlijking van Gods Naam,
door de zaligmaking van zondaren. Daar
om is het ook zo'n blijde dag, voor de ge
meente, vooral nu er zo'n algemeen gebrek
is aan dienaren des Woords. Vele gemeenten
doen jaren achtereen een vergeefs beroep;
u hebt het voorrecht thans twee leraren in
uw midden te zien. Acht dit niet gering.
Versta toch het teken van Gods genade!
Is het niet een blijk dat het welbehagen nog
niet is geëindigd, nu weer een Herder in de
wijngaard is uitgestoten. Wijt dit niet aan
uzelven, het is slechts Gods genade. Ge
looft niet dat God dit nodig heeft, want
Hij is machtig om uit de straatstenen zijn
lof te verwekken; maar het is naar het bestel
des Heeren dat de prediking is ingevoegd
in de orde des heils. De prediker moet
bedenken dat dit hem van den Heere is
opgelegd. Helaas er wordt op Gods dag
al te veel een leer verkondigd die alzo niet
strekt tot den wille Gods. Dan denk ik aan'
het verschijnsel dat ook op onze kansels
evangelie gebracht wordt, dat uit de aarde
aards is, omdat zij die het bedienen uit
de aarde aards zijn. Een mens is van nature
een vijand van Gods Woord en daarom uc wuesujn urn ze aaar te onaertrou-
zoekt hij een verkondiging van zachtere wen. Velen vinden deze God uit het O.T.
dingen. Het gevaar is niet denkbeeldig dat een harde God; die rijdt door bloedplassen
gij gemeente en de dienaar des Woords zich en slaat met oordelen. Maar wanneer wij
Prediker, God geve u dat, dat gij zo het
Woord Gods moge verkondigen.
Na het zingen van Ps. 65 2 wordt het
bevestigingsformulier voorgelezen, waarna
de nieuwe dienaar wordt bevestigd.
Ds. Harkema achtte zich gelukkig om
als eerste deze dienaar geluk te wensen.
Prediken is een heerlijk werk, maar een
zwaar werk, omdat wij onszelven tegen
hebben. Wanneer wij ons aan Gods ambt
geven, dan is ons leven niet van ons, maar
van Hem. Omdat wij een eigen wil hebben
botst dit. Ook is het zwaar omdat zij die
Gods Woord verkondigen velen tegen zich
krijgen. Doch laten wij als gezanten de
kruisbanier dragen. Een gezant zoekt slechts
de eer van Hem die hem gezonden Jieeft-.
Gemeente van Dirksland, ontvangt hen
als gezanten, ontvangt ze om den Heere,
die hen gezonden heeft. Laat u met God
verzoenen. Hij zegene u met deze gezanten,
hij zegene u en de uwen al te saam, tot
eer van zijnen heerlijken Naam.
Staande wordt detóbevestigden dienaar
toegezongen Ps. 133 3.
Na het dankgebed is de slotzang Ps. 89
vers 7 en spreekt de bevestiger den zegen.
De intrede
In de middaguren beklimt Ds. Koele de
kansel en laat zingen van Ps. 65 1 en 2.
Na de Geloofsbelijdenis zingt de gemeente
het 7e vers van de „Avondzang".
De nieuwe predikant leest Hebreen 3:
vanaf vers 7 tot Hebreen 4 vers 11.
Na het gebed wordt als tekstwoord
aangegeven: Judas 5.
Maar ik wil U indachtig maken,
als die dit eenmaal weet, dat de
Heere. het volk uit Egypteland ver
lost hebbende, wederom degenen, die
niet geloofden, verdorven heeft.
Verdeeld in 3 hoofdzaken:
1. De Lankmoedigheid Gods.
2. De Vrucht van het ongeloof.
3. 's Heeren wijsheid dat Hij dit alles
laat prediken.
Eerst wordt nog gezongen Ps. 81 12,13
14 15 en 18.
Verkorte weergave van de prediking
Gemeente, de Apostel Judas heeft in
zijn, brief de geschiedkundige methode
gekozen om de gemeente te leiden. Hij
maakt in de tekst het volk Israël indachtig
poe het uit Egypteland is uitgeleid. De
grote God koos een eenvoudige herders
volk, en teisterde Egypte met plagen om
het volk uit het diensthuis te verlossen. Hij
brengt dat volk met Goddelijke liefde
naar de woestijn om ze daar te ondertrou-
daarnaar gaat richten. Maar prediking is
er alleen omddt het God behaagd heeft.
Het zal een evangelie van Christus alleen
moeten zijn en niet naar datgene waar ons
vrome vlees behagen in schept. Het gaat
om Gods eer. Die daar niet naar spreken
of horen, zullen geen dageraad hebben.
De eis waarmede deze jprediking gepaard
gaat, is de eis van het geloof, gelijk staat in
onze tekst. Onder de prediking zijn is goed,
maar zij vraagt ook geloof. Die prediking
naar de mening des geestes, moet in ons
hart weerklank vinden. Prediking zonder
vrucht is niets. Een mens wil zichzelven
behouden, dat is het diepste wezen van den
mens, hij kan zeer vroom doen, hij wil zich
zelven zaligen. Dat kan niet. Kan er uit
dezen, dood onder zonden en misdaden
zijnden mens, ooit iets goeds komen? Toch
wil een mens dat;hij wil zich niet laten
verzoenen, hij wil niet erkennen dat hij
geheel verloren is in zichzelf. En daar gaat
het nu juist om. Hij moet uit zichzelven
erkennen verloren te zijn, dat is geloof.
Het gaat om deze eis: Ge moet uw leven
verliezen om het te behouden. Zo is de
prediker gesteld om alleen te roepen naar
die eis van Gods Woord. Gemeente, met
die eis komt de prediking ook tot u. Het
is een gave Gods zegt ge, maar daar maakt
gij u er niet mee af. Dat gij moogt worden
afgebroken om Jezus Christus te behouden,
dat gij onder het woord Gods ondergaat,
arm en bevreesd uw hand uitstekende,
ondergaan met al uw wijsheid en vroom-
heicf.
zien op Bethlehem dan blijkt ons dat die
God een God van liefde is. Die God blijft
dit murmurerende volk zegenen Wij moe
ten verbaasd staan over Gods lankmoedig
heid, met zijn volk Israël, met U en met mij.
Wij doen niet anders dan opstaan tegen den
Heere en toch is hij ons nog lankmoedig.
Wanneer Israël van God afweek dan
kwam een einde aan Gods lankmoedigheid.
Het ging daar zelfs zo ver dat zij Jozua
en Kaleb wilden stenigen; toen verdierf
God degenen die niet meer geloofden.
Zo groot eerst zijn liefde was, zo groot
werd nu zijn toorn. En tochhet oordeel
gold slechts het toen levende geslacht, miar
de kinderen zouden in Kanaan mogen in
gaan, als bewijs van Gods lankmoedigheid
De tekst spreekt over de ongelovigen die
verdorven werden. Eerst verlost en daarna
smadelijk ondergegaan in- de wildernis.
Dit alles geschiedt d9or denzelfden God.
Zij proeven van de sappige vruchten uit
kanaan, maar komen nochtans in de dorre
woestijn om, ten prooi aan jakhals en
gier. God kon niet anders; Israël zon
digde onvergeeflijk. Het kruis van Gol
gotha kan hiervoor geen voldoening geven.
Zij zijn niet verdorven om hun afgoderij of
hoererij, maar om hun ongeloof.in dat
Kanaan niet het beloofde Land wasZij
geloofden Gods Verbond niet, op Horeb
gegeven.
Wie naar de Heilige Geest niet hoort,
die kan niet meer vernieuwd worden, wie
niet gelooft zal verdoemd worden. Alleen
het geloof is de enige weg ter zaligheid.